WERKBAAR WERK IN DE HORECA 2016

Transcriptie

1 Rapport Pag. WERKBAAR WERK IN DE HORECA 2017 Guidea Werkbaar werk in de horeca 1

2 2017 Guidea - Kenniscentrum voor Toerisme en Horeca vzw Deze informatie werd met de grootste zorg samengesteld. Guidea, het Kenniscentrum voor Toerisme en Horeca vzw stelt zich echter niet aansprakelijk voor de juistheid van de aangeboden informatie. In geen geval is Guidea, het Kenniscentrum voor Toerisme en Horeca aansprakelijk voor enige directe of indirecte schade als gevolg van of in verband met de aangeboden informatie uit deze publicatie.

3 SYNTHESE 5 INLEIDING 6 WERKBAAR WERK 7 ALGEMENE WERKBAARHEIDSGRAAD 9 WERKBAARHEIDSINDICATOREN Psychische vermoeidheid Welbevinden in het werk Leermogelijkheden Werk-privé balans 13 WERKBAARHEIDSRISICO S Werkdruk Emotionele belasting Taakvariatie Autonomie Relatie directe leiding Arbeidsomstandigheden 19 BRONNEN Guidea Werkbaar werk in de horeca 3

4 2017 Guidea Werkbaar werk in de horeca 4

5 Synthese De werkbaarheidsmonitor van de Stichting Innovatie en Arbeid meet sinds 2004 driejaarlijks de werkbaarheid of de kwaliteit van de jobs van werknemers en zelfstandige ondernemers in Vlaanderen. Dit rapport bekijkt de mate van werkbaar werk in de horeca in en vergelijkt dit met de Vlaamse arbeidsmarkt in het algemeen en met de overige individuele sectoren. Voor is de horecasteekproef (te) klein (<200 personen) waardoor we de resultaten met de nodige voorzichtigheid moeten interpreteren. De werkbaarheidsmonitor toont dat de horeca qua werkbaar werk niet significant verschilt van de Vlaamse arbeidsmarkt in het algemeen. In had 51% van de Vlaamse werknemers en 44% van de Vlaamse horecawerknemers een werkbare job. De horeca doet het dus niet beter of slechter dan gemiddeld. Kijken we naar de specifieke kenmerken van werkbaar werk dan zien we dat de horeca het beter doet dan de Vlaamse arbeidsmarkt qua: Emotionele belasting Daarnaast scoort de horeca slechter dan de Vlaamse arbeidsmarkt voor: Welbevinden in het werk Leermogelijkheden Taakvariatie Autonomie Arbeidsomstandigheden Voor de horeca is/blijft het dus belangrijk om na te gaan hoe men het welbevinden in het werk, de leermogelijkheden, taakvariatie, autonomie, en arbeidsomstandigheden kan verbeteren Guidea Werkbaar werk in de horeca 5

6 Inleiding De werkbaarheidsmonitor meet sinds 2004 driejaarlijks de werkbaarheid of de kwaliteit van de jobs van werknemers en zelfstandige ondernemers in Vlaanderen. Zo volgt de Stichting Arbeid en Innovatie op of de Vlaamse regering en Vlaamse sociale partners er in slagen om de werkbaarheid op te krikken. Hun doelstelling is om tegen 2020 een werkbaarheidsgraad van 60% te behalen voor werknemers en van 55% voor zelfstandige ondernemers. Werkbaar werk is immers een belangrijke voorwaarde voor de duurzame inzetbaarheid van personen. Iedereen, ongeacht leeftijd, geslacht, opleidingsniveau, et cetera dient zich goed te voelen op de werkplek (Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Dit rapport bekijkt de mate van werkbare jobs in de horeca in. Op basis van de cijfers van de werkbaarheidsmonitor vergelijkt ze de horeca met de Vlaamse arbeidsmarkt in het algemeen en de individuele overige sectoren. De horeca resultaten voor zijn gebaseerd op een (te) kleine steekproef (<200 personen). Enige voorzichtigheid is dus nodig bij de interpretatie ervan Guidea Werkbaar werk in de horeca 6

7 Werkbaar werk Wanneer is werk werkbaar? Waaraan moet werk voldoen om te kunnen spreken van werkbaar werk? De stichting Innovatie & Arbeid (2017) definieert werkbaar werk als werk dat: niet teveel stress oplevert, motiverend is, voldoende leerkansen biedt, en een evenwichtige werk-privé balans mogelijk maakt. Aan de hand van deze definitie worden vier werkbaarheidsindicatoren onderscheiden, namelijk: Tabel 1: Overzicht werkbaarheidsindicatoren Vlaamse werkbaarheidsmonitor werknemers Indicator Omschrijving Psychische vermoeidheid De mate waarin de door psychosociale arbeidsbelasting opgebouwde (mentale) vermoeidheid recuperabel is dan wel bij werknemers leidt tot spanningsklachten en verminderd functioneren. (problemen met) werkstress. Welbevinden in het werk De mate waarin werknemers door de aard van de job(inhoud) werkbetrokken zijn/blijven dan wel gedemotiveerd raken. (problemen met) werkbetrokkenheid en motivatie Leermogelijkheden De mate waarin werknemers door formele opleidingskansen en dagdagelijkse ervaring op de werkplek hun competenties al dan niet op peil kunnen houden en verder ontwikkelen in functie van hun inzetbaarheid op langere termijn. (onvoldoende) kansen op bijblijven/competentieontwikkeling. Werk-prive-balans De mate waarin de taakeisen in de werksituatie al dan niet belemmerende effecten hebben op de handelingsmogelijkheden in de thuis situatie. (problemen met) combinatie van arbeid met privéleven Om te achterhalen wat werk wel of niet werkbaar maakt, bekijkt de monitor ook een aantal bedreigingen op de werkplek zelf. Deze bedreigingen noemt men risico-indicatoren: 2017 Guidea Werkbaar werk in de horeca 7

8 Tabel 2: Overzicht risico-indicatoren Vlaamse werkbaarheidsmonitor werknemers Indicator Omschrijving Werkdruk De mate van arbeidsbelasting vanuit kwantitatieve taakeisen, zoals werkvolume, werktempo, deadlines. Emotionele belasting De mate van arbeidsbelasting vanuit contactuele taakeisen bij omgang met klanten (patiënten, leerlingen) of coördinatie-opdrachten. Taakvariatie De mate waarin de functie-inhoud een afwisselend takenpakket omvat en beroep doet op vaardigheden van werknemers. Autonomie De mate waarin werknemers invloed hebben op de planning en organisatie van hun eigen werk regelmogelijkheden. Ondersteuning directe leiding De mate waarin werknemers door hun rechtstreekse chef adequaat gecoacht en sociaal gesteund worden. Arbeidsomstandigheden De mate waarin werknemers blootgesteld worden aan fysieke inconveniënten in de werkomgeving en lichamelijke belasting Guidea Werkbaar werk in de horeca 8

9 Algemene werkbaarheidsgraad De weerbaarheidsgraad weerspiegelt het aandeel werknemers dat een werkbare job (i.e., een job zonder problemen voor elk van de vier werkbaarheidsindicatoren) heeft. De cijfers tonen dat 51% van de Vlaamse werknemers een werkbare job had in. Dit is een significante daling ten opzichte van. In de Vlaamse horecasector heeft 43.8% van de werknemers een werkbare job (Tabel 3; Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Dit is niet significant verschillend van de Vlaamse arbeidsmarkt in het algemeen. Na rangschikking van alle Vlaamse sectoren van minder naar meer werkbaarheid, staat de horecasector op de 4 e plaats (Figuur 1; ; Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). De horeca doet het enkel beter dan de sectoren post en telecommunicatie, textiel en confectie en voeding, maar deze verschillen zijn niet statistisch significant. De horeca doet het qua werkbaarheid wel significant minder goed dan de gezondheids-en welzijnszorg, metaalsector, bouw en het openbaar bestuur. Tabel 3: Percentage werkbaar werk -/- % Problematisch Vlaamse arbeidsmarkt Horecasector (n=8.652) (n=7.947) (n=14.973) (n=10.633) (n=175) (n=140) (n=218) (n=130) Werkbaar werk 54,1 54,3 54,6 51,0 45,1 44,3 47,2 43,8 Figuur 1: Percentage werkbaar werk in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren -- Werkbaarheidsgraad gezondheid- en welzijnszorg metaal bouw openbaar bestuur onderwijs chemie financiële sector zakelijke dienstverlening grooten kleinhandel transport horeca voeding textiel/confectie post en telecommunicatie 54,4 53,9 53,9 53,6 52,5 51,9 51,3 49,2 46,8 46,6 43,8 43,3 42,9 42, Guidea Werkbaar werk in de horeca 9

10 Werkbaarheidsindicatoren 1. Psychische vermoeidheid De werkbaarheidsmonitor definieert psychische vermoeidheid als de mate waarin de door psychosociale arbeidsbelasting opgebouwde (mentale) vermoeidheid recuperabel is dan wel bij werknemers leidt tot spanningsklachten en verminderd functioneren. Bijna één op drie horecawerknemers ervaart problemen met psychische vermoeidheid (Tabel 4; Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Dit is niet significant verschillend van de meting voor de horeca in en van de gemiddelde vermoeidheid op de algemene arbeidsmarkt in. Over sectoren heen verschilt de horeca significant van de post en telecommunicatie en het onderwijs, waarbij de horeca het significant beter doet (Figuur 2; Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Tabel 4: Percentage werknemers waarbij de psychische vermoeidheid problematisch is -/- % Problematisch Vlaamse arbeidsmarkt Horecasector (n=9.516) (n=8.751) (n=15.629) (n=10.948) (n=193) (n=152) (n=230) (n=135) Psychische vermoeidheid 28,8 29,8 29,3 34,2 30,1 29,6 27,8 31,1 Figuur 2: Percentage werknemers waarbij de psychische vermoeidheid problematisch is in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren -- Psychische vermoeidheid post en telecommunicatie onderwijs zakelijke dienstverlening financiële sector gezondheid- en welzijnszorg voeding grooten kleinhandel bouw transport openbaar bestuur horeca textiel/confectie chemie metaal 35,8 35,0 35,0 34,9 34,8 33,0 32,4 31,2 31,1 30,6 30,0 29,2 41,1 44, Guidea Werkbaar werk in de horeca 10

11 2. Welbevinden in het werk De werkbaarheidsmonitor definieert welbevinden als de mate waarin werknemers door de aard van de job(inhoud) werkbetrokken zijn of blijven, dan wel gedemotiveerd raken. Uit de werkbaarheidsmonitor blijkt dat meer dan 30% van de horecawerknemers problemen ervaart met de motivatie of werkbetrokkenheid. Dit is het op één na hoogste percentage na de post en telecommunicatie sector (Tabel 5; Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Dit aandeel ligt significant hoger dan het aandeel horecawerknemers met motivatieproblemen in (21%). Verder doet de horeca het qua welbevinden significant slechter dan de Vlaamse arbeidsmarkt. Over sectoren heen verschilt de horeca significant met de financiële sector, grooten kleinhandel, openbaar bestuur, bouw, gezondheids- en welzijnszorg en de onderwijssector, waarbij de horeca het significant minder goed doet (Figuur 3; Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Tabel 5: Percentage werknemers waarbij het welbevinden in het werk problematisch is -/- % Problematisch Vlaamse arbeidsmarkt Horecasector Welbevinden in het werk (n=9.528) (n=8.765) (n=15.659) (n=10.974) (n=195) (n=152) (n=228) (n=135) 18,1 16,6 18,1 19,8 19,5 20,4 21,1 31,1 Figuur 3: Percentage werknemers waarbij het welbevinden in het werk problematisch is in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren -- Welbevinden post en telecommunicatie 32,5 horeca 31,1 voeding 30,6 transport 25,3 zakelijke dienstverlening 24,2 metaal 23,9 textiel/confectie 23,1 chemie 23,0 financiële sector 20,7 grooten kleinhandel 20,4 openbaar bestuur 19,0 bouw 18,7 gezondheid- en welzijnszorg 13,6 onderwijs 11, Guidea Werkbaar werk in de horeca 11

12 3. Leermogelijkheden Leermogelijkheden worden door de werkbaarheidsmonitor gedefinieerd als de mate waarin werknemers door formele opleidingskansen en dagdagelijkse ervaring op de werkplek hun competenties al dan niet op peil kunnen houden en verder ontwikkelen in functie van hun inzetbaarheid op langere termijn. Uit de werkbaarheidsmonitor blijkt dat in bijna 40% van de horecawerknemers problemen ervaart qua leermogelijkheden. Dit is het hoogste percentage over alle sectoren heen (Tabel 6; Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Dit percentage verschilt niet significant van de meting voor de horeca in. Wel ligt het significant hoger dan het percentage voor de Vlaamse arbeidsmarkt. Over sectoren heen doet de horeca het significant minder goed qua leermogelijkheden dan alle andere sectoren met uitzondering van de textiel/confectie (Figuur 4; Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Tabel 6: Percentage werknemers waarbij de leermogelijkheden problematisch zijn -/- % Problematisch Vlaamse arbeidsmarkt Horecasector Leermogelijkheden (n=8.911) (n=8.174) (n=15.428) (n=10.929) (n=185) (n=143) (n=225) (n=134) 19,9 18,2 18,0 17,5 33,5 35,0 28,9 38,8 Figuur 4: Percentage werknemers waarbij de leermogelijkheden problematisch zijn in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren -- Leermogelijkheden horeca 38,8 textiel/confectie 37,2 voeding 27,9 transport 26,8 grooten kleinhandel 23,7 post en telecommunicatie 23,4 metaal 20,5 bouw 17,8 openbaar bestuur 17,3 chemie 15,6 gezondheid- en welzijnszorg 13,7 zakelijke dienstverlening 13,6 financiële sector 9,2 onderwijs 4, Guidea Werkbaar werk in de horeca 12

13 4. Werk-privé balans De werkbaarheidsmonitor omschrijft de werk-privé balans als de mate waarin de taakeisen in de werksituatie al dan niet belemmerende effecten hebben op de handelingsmogelijkheden in de thuissituatie. Uit de werkbaarheidsmonitor blijkt dat in bijna 10% van de horecawerknemers problemen ervaart met de balans werk-privé (Tabel 7: Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Dit is een significante verbetering ten opzichte van de meting voor de horeca van (15%), en ligt in lijn met het gemiddelde over alle Vlaamse sectoren voor (12%). Over sectoren heen verschilt de horeca significant van het onderwijs, waarbij de horeca het beter doet (Figuur 5: Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Tabel 7: Percentage werknemers waarbij de werk-privé balans problematisch is -/- % Problematisch Vlaamse arbeidsmarkt Horecasector Werk-privé balans (n=9.560) (n=8.815) (n=15.666) (n=10.982) (n=195) (n=156) (n=230) (n=134) 10, ,8 12,2 10,8 15,4 15,2 9,7 Figuur 5: Percentage werknemers waarbij de werk-privé balans problematisch is in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren -- Werk-privé balans onderwijs 18,4 zakelijke dienstverlening transport voeding bouw post en telecommunicatie grooten kleinhandel chemie financiële sector gezondheid- en welzijnszorg textiel/confectie horeca metaal openbaar bestuur 15,3 14,4 13,9 13,3 13,0 13,0 11,9 11,2 11,0 9,9 9,7 9,4 9, Guidea Werkbaar werk in de horeca 13

14 Werkbaarheidsrisico s 1. Werkdruk Werkdruk verwijst naar de mate van arbeidsbelasting vanuit kwantitatieve taakeisen, zoals werkvolume, werktempo, deadlines. In ervoer bijna 40% van de horecawerknemers problemen met de werkdruk (Tabel 8: Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Dit percentage ligt significant hoger dan bij de meting voor de horeca in (27%), maar is niet significant verschillend van de werkdruk op de totale Vlaamse arbeidsmarkt (37%). Over sectoren heen is er enkel een significant verschil tussen de horeca en het openbaar bestuur, waarbij de horeca minder goed doet (Figuur 6: Stichting Innovatie en Arbeid, ). Tabel 8: Percentage werknemers dat problemen ervaart met werkdruk -/- % Problematisch Vlaamse arbeidsmarkt Horecasector (n=8.925) (n=8.186) (n=15.467) (n=10.939) (n=186) (n=140) (n=228) (n=135) Werkdruk 30,6 30,9 29,0 36,8 25,3 30,0 27,2 39,3 Figuur 6: Percentage werknemers dat problemen ervaart met werkdruk in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren -- Werkdruk financiële sector voeding post en telecommunicatie zakelijke dienstverlening 48,6 45,8 44,3 43,3 bouw horeca metaal gezondheid- en welzijnszorg onderwijs chemie transport textiel/confectie grooten kleinhandel 39,6 39,3 39,0 38,1 37,2 35,7 34,4 33,1 33,0 openbaar bestuur 28, Guidea Werkbaar werk in de horeca 14

15 2. Emotionele belasting De werkbaarheidsmonitor omschrijft emotionele belasting als de mate van arbeidsbelasting vanuit contactuele taakeisen bij omgang met klanten (patiënten, leerlingen) of coördinatie-opdrachten. Uit hun onderzoek komt naar voor dat net geen 12% van de horecawerknemers de emotionele belasting in hun job als problematisch ervaart (Tabel 9; Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Dit aandeel ligt in lijn met de vorige meting in. Wel ligt het significant lager dan op de totale Vlaamse arbeidsmarkt in (23%). Over sectoren heen doet de horeca het significant beter dan de financiële sector, het openbaar bestuur, het onderwijs en de gezondheids- en welzijnszorg (Figuur 7; Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Tabel 9: Percentage werknemers dat problemen ervaart qua emotionele belasting -/- % Problematisch Vlaamse arbeidsmarkt Horecasector Emotionele belasting (n=8.910) (n=8.182) (n=15.453) (n=10.928) (n=186) (n=142) (n=227) (n=135) 20,7 20,4 20,0 23,0 9,7 7,7 8,8 11,9 Figuur 7: Percentage werknemers dat problemen ervaart qua emotionele belasting in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren -- Emotionele belasting gezondheid- en welzijnszorg 41,3 onderwijs 35,0 openbaar bestuur 26,7 financiële sector 22,9 post en telecommunicatie zakelijke dienstverlening 19,0 18,1 grooten kleinhandel transport chemie horeca bouw metaal voeding 13,3 13,2 12,3 11,9 10,4 9,6 9,2 textiel/confectie 6, Guidea Werkbaar werk in de horeca 15

16 3. Taakvariatie Taakvariatie verwijst naar de mate waarin de functie-inhoud een afwisselend takenpakket omvat en beroep doet op vaardigheden van werknemers. De werkbaarheidsmonitor toont aan dat in meer dan 43% van de werknemers de variatie in hun taken als problematisch beschouwt. Hiermee spant de horeca de kroon van alle sectoren (Tabel 10; Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Dit percentage ligt significant hoger dan het percentage van de meting voor de horeca in. Verder zijn er in significant meer problemen qua taakvariatie in de horeca dan op de Vlaamse arbeidsmarkt (24%). Over sectoren heen doet de horeca het significant minder goed dan alle sectoren met uitzondering van de textiel/confectie en voedingssector (Figuur 8; Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Tabel 10: Percentage werknemers dat problemen ervaart qua taakvariatie -/- % Problematisch Vlaamse arbeidsmarkt Horecasector (n=8.919) (n=8.182) (n=15.476) (n=10.931) (n=186) (n=141) (n=227) (n=134) Taakvariatie 23,5 22,8 23,7 24,0 38,2 33,3 32,2 43,3 Figuur 8: Percentage werknemers dat problemen ervaart qua taakvariatie in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren -- Taakvariatie horeca 43,3 textiel/confectie voeding post en telecommunicatie transport grooten kleinhandel 35,5 35,0 33,2 31,3 30,8 metaal openbaar bestuur financiële sector gezondheid- en welzijnszorg zakelijke dienstverlening chemie bouw 26,5 26,4 23,5 22,1 21,4 21,3 21,1 onderwijs 4, Guidea Werkbaar werk in de horeca 16

17 4. Autonomie De mate waarin werknemers invloed hebben op de planning en organisatie van hun eigen werk regelmogelijkheden verwijst naar autonomie. In beschrijft net geen 30% van de werknemers zijn/haar mate van autonomie binnen het werk als problematisch. Hiermee staat de horeca in de top 3 qua tekort aan autonomie (Tabel 12; Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Dit aandeel is significant hoger dan het gepercipieerde tekort aan autonomie op de Vlaamse arbeidsmarkt (19%). Over sectoren verschilt de horecasector significant van het openbaar bestuur, de chemie, het onderwijs, de financiële sector, en de zakelijke dienstverlening, in die zin dat de horeca het minder goed doet (Figuur 9; Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Tabel 11: Percentage werknemers dat problemen ervaart qua autonomie -/- % Problematisch Vlaamse arbeidsmarkt Horecasector (n=8.906) (n=8.174) (n=15.431) (n=10.913) (n=186) (n=143) (n=226) (n=132) Autonomie 20,2 19,5 19,0 19,4 29,6 21,7 21,7 28,8 Figuur 9: Percentage werknemers dat problemen ervaart qua autonomie in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren - Autonomie textiel/confectie voeding 32,3 34,7 horeca 28,8 transport gezondheid- en welzijnszorg bouw metaal post en telecommunicatie grooten kleinhandel 24,7 24,6 24,2 23,3 21,3 21,3 openbaar bestuur chemie 15,7 18,3 onderwijs financiële sector zakelijke dienstverlening 10,1 9,5 11, Guidea Werkbaar werk in de horeca 17

18 5. Relatie directe leiding In de werkbaarheidsmonitor verwijst men met relatie met de directe leiding naar de mate waarin werknemers door hun rechtstreekse chef adequaat gecoacht en sociaal gesteund worden. Uit de werkbaarheidsmonitor blijkt dat 15% van de horecawerknemers zich onvoldoende sociaal gesteund voelt door zijn/haar leidinggevende (Tabel 13; Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Dit is in lijn met de bevindingen voor de Vlaamse arbeidsmarkt in het algemeen. Over sectoren heen verschilt de horeca niet significant van alle andere sectoren (Figuur 10; Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Tabel 12: Percentage werknemers dat problemen ervaart met zijn/haar directe leidinggevende - /- % Problematisch Vlaamse arbeidsmarkt Horecasector Relatie directe leiding (n=8.911) (n=8.190) (n=15.442) (n=10.925) (n=185) (n=144) (n=226) (n=133) 16,0 14,8 14,4 14,3 11,9 7,6 11,1 15,0 Figuur 10: Percentage werknemers dat problemen ervaart met zijn/haar directe leidinggevende in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren - Relatie leiding post en telecommunicatie transport 20,6 19,6 onderwijs metaal bouw grooten kleinhandel horeca openbaar bestuur voeding textiel/confectie chemie gezondheid- en welzijnszorg zakelijke dienstverlening financiële sector 16,0 15,8 15,5 15,0 15,0 14,9 14,7 14,2 13,1 12,8 10,5 9, Guidea Werkbaar werk in de horeca 18

19 6. Arbeidsomstandigheden De risicofactor arbeidsomstandigheden wordt omschreven als de mate waarin werknemers blootgesteld worden aan fysieke inconveniënten in de werkomgeving en lichamelijke belasting. Binnen de horecasector blijkt dat in ongeveer 26% van de werknemers de eigen arbeidsomstandigheden als problematisch omschrijft. Hiermee staat de horeca in de top 3 qua problematische arbeidsomstandigheden (Tabel 11; Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Dit percentage ligt significant hoger dan op de Vlaamse arbeidsmarkt in het algemeen (15%). Over sectoren heen doet de horeca het significant beter dan de bouw, maar ook significant slechter dan de gezondheids- en welzijnszorg, post en telecommunicatie, grooten kleinhandel, het openbaar bestuur, de zakelijke dienstverlening, het onderwijs, en de financiële sector (Figuur 11; Stichting Innovatie en Arbeid, 2017). Tabel 13: Percentage werknemers dat problemen ervaart qua arbeidsomstandigheden -/- % Problematisch Vlaamse arbeidsmarkt Horecasector Arbeidsom- standigheden (n=9.497) (n=8.768) (n=15.727) (n=11.040) (n=195) (n=151) (n=225) (n=133) 13,7 13,0 12, ,0 15,2 17, Figuur 11: Percentage werknemers dat problemen ervaart qua arbeidsomstandigheden in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren - Arbeidsomstandigheden bouw 37,9 voeding horeca textiel/confectie metaal transport 27,4 26,3 25,2 25,2 23,0 chemie gezondheid- en welzijnszorg post en telecommunicatie grooten kleinhandel 16,8 16,4 15,8 13,0 openbaar bestuur 9,0 zakelijke dienstverlening onderwijs financiële sector 3,7 2,9 0, Guidea Werkbaar werk in de horeca 19

21 Bronnen Stichting Arbeid en Innovatie. (2017). Vlaamse werkbaarheidsmonitor werknemers. Geraadpleegd op 27 juni 2017 via emers_rap.pdf Lijst met tabellen Tabel 1: Overzicht werkbaarheidsindicatoren Vlaamse werkbaarheidsmonitor werknemers 7 Tabel 2: Overzicht risico-indicatoren Vlaamse werkbaarheidsmonitor werknemers 8 Tabel 3: Percentage werkbaar werk -/- 9 Tabel 4: Percentage werknemers waarbij de psychische vermoeidheid problematisch is - /- 10 Tabel 5: Percentage werknemers waarbij het welbevinden in het werk problematisch is - /- 11 Tabel 6: Percentage werknemers waarbij de leermogelijkheden problematisch zijn - /- 12 Tabel 7: Percentage werknemers waarbij de werk-privé balans problematisch is -/- 13 Tabel 8: Percentage werknemers dat problemen ervaart met werkdruk -/- 14 Tabel 9: Percentage werknemers dat problemen ervaart qua emotionele belasting - /- 15 Tabel 10: Percentage werknemers dat problemen ervaart qua taakvariatie -/- 16 Tabel 11: Percentage werknemers dat problemen ervaart qua autonomie -/- 17 Tabel 12: Percentage werknemers dat problemen ervaart met zijn/haar directe leidinggevende -/- 18 Tabel 13: Percentage werknemers dat problemen ervaart qua arbeidsomstandigheden - /- 19 Lijst met figuren Figuur 1: Percentage werkbaar werk in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren -- 9 Figuur 2: Percentage werknemers waarbij de psychische vermoeidheid problematisch is in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren Figuur 3: Percentage werknemers waarbij het welbevinden in het werk problematisch is in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren Guidea Werkbaar werk in de horeca 21

22 Figuur 4: Percentage werknemers waarbij de leermogelijkheden problematisch zijn in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren Figuur 5: Percentage werknemers waarbij de werk-privé balans problematisch is in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren Figuur 6: Percentage werknemers dat problemen ervaart met werkdruk in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren Figuur 7: Percentage werknemers dat problemen ervaart qua emotionele belasting in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren Figuur 8: Percentage werknemers dat problemen ervaart qua taakvariatie in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren Figuur 9: Percentage werknemers dat problemen ervaart qua autonomie in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren - 17 Figuur 10: Percentage werknemers dat problemen ervaart met zijn/haar directe leidinggevende in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren - 18 Figuur 11: Percentage werknemers dat problemen ervaart qua arbeidsomstandigheden in de horecasector ten opzichte van andere Vlaamse sectoren Guidea Werkbaar werk in de horeca 22