Wat is de positie van de licentienemer in het geval van faillissement van zijn licentiegever en hoe kan deze positie verbeterd worden?

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Wat is de positie van de licentienemer in het geval van faillissement van zijn licentiegever en hoe kan deze positie verbeterd worden?"

Transcriptie

1 Wat is de positie van de licentienemer in het geval van faillissement van zijn licentiegever en hoe kan deze positie verbeterd worden? Masterscriptie Privaatrechtelijk rechtspraktijk Universiteit van Amsterdam Geert Bosch Lilian F.A. Welling-Steffens 10 juli 2014

2 Inhoudsopgave: Inleiding Wat is een licentie? Inleiding Totstandkoming van een licentie Het onderwerp van licentie Vermogensrechtelijk kwalificatie van de licentie Inleiding Persoonlijke rechten Beperkte rechten Beperkt of persoonlijk recht? Octrooilicentie Merklicentie Auteursrechtlicentie Samenvatting Algemeen; het faillissement & de curator Inleiding De procedure Gevolgen van de faillietverklaring Vorderingen van schuldeisers Wederkerige overeenkomsten in faillissement Het recht op wanprestatie van de curator en de gevolgen hiervan Beperkingen op het recht van wanprestatie van de curator Toepassing van het voorgaande op de licentieovereenkomst De invloed van Nebula op de positie van licentienemers Inleiding Samenvatting van Nebula Het geding in feitelijke instanties Het geding in cassatie Relevantie van Nebula voor licentienemers De positie van de licentienemer bij faillissement van de licentiegever Inleiding Licenties gedurende het faillissement Licenties na overdracht van het moederrecht uit faillissement Uitzondering: de auteursrechtelijke beslagexceptie De verbetering van de positie van de licentienemer Inleiding Ideeën in de literatuur Huur Kwalitatieve verplichtingen Geen duurovereenkomst Vruchtgebruik Verandering van wetgeving... 31

3 Boek De Faillissementswet en intellectuele eigendomswetgeving Conclusie Literatuurlijst... 37

4 Inleiding In de praktijk wordt geworsteld met de gevolgen voor de licentienemer van het faillissement van zijn licentiegever. In het huidige stelsel is het onduidelijk hoeveel bescherming de licentienemer geniet indien zijn contractspartner, de licentiegever, failliet gaat. Reden hiervoor is onder andere dat de wetgever geen duidelijkheid heeft verschaft over de kwalificatie van de licentie binnen het vermogensrecht. De vraag die in deze scriptie beantwoord zal worden is wat de positie van de licentienemer is gedurende en na afwikkeling van het faillissement van de licentiegever en hoe deze positie verbeterd kan worden. Om het bereik van deze vraag te beperken bespreek ik de voorgaande vraag met betrekking tot licenties op het Nederlands octrooi, het Benelux merkrecht en het Nederlandse auteursrecht. Om bovenstaande vraag te kunnen beantwoorden wordt in hoofdstuk 1 bezien wat een licentie is en of de licentie een beperkt recht of een persoonlijk recht is. Dit gebeurt aan de hand van de kenmerken van een beperkt recht. In dit hoofdstuk wordt uitdrukkelijk stil gestaan bij het zaaksgevolg dat mogelijk voortvloeit uit de licentie. In hoofdstuk 2 wordt ingegaan op hoe we op basis van de Faillissementswet omgaan met licenties. In het geval dat licenties als persoonlijke rechten gekwalificeerd dienen te worden dient ook de Nebula uitspraak van de Hoge Raad en haar invloed op licenties tijdens het faillissement besproken te worden, dit komt in hoofdstuk 3 aan de orde. Bij deze bespreking wordt aandacht besteed aan de vraag of Nebula wel van toepassing is op licenties. Na beantwoording van de voorgaande vragen wordt in hoofdstuk 4 beoordeeld wat de positie van de licentienemer is ten tijde en na afwikkeling van het faillissement van de licentiegever. In hoofdstuk 5 wordt bezien of de positie van de licentienemer binnen het huidige stelsel verbeterd kan worden. Hoofdstuk 6 bevat een samenvatting en conclusie. 1

5 1. Wat is een licentie? 1.1 Inleiding Het woord licentie is afgeleid van de Latijnse term licentia, wat toestemming en/of vrijheid betekent. In het dagelijks leven heeft het woord licentie verschillende betekenissen. Om onduidelijkheid over het begrip licentie te voorkomen wordt met licentie in het kader van deze scriptie bedoeld een overeenkomst tussen de licentienemer en licentiegever inzake het gebruik van een intellectueel eigendomsrecht. De rechthebbende op een intellectueel eigendomsrecht, verder houder/licentiegever, verschaft de licentienemer toestemming om gebruik te maken van dat recht, in de meeste gevallen een intellectueel eigendomsrecht. 1 Het grootste deel van de literatuur gaat uit van de voornoemde redenering. 2 Het is mogelijk de licentie te beschrijven als een verplichting voor de licentiegever zich te onthouden van optreden tegen de gedragingen van de licentienemer met betrekking tot het aan de licentie onderworpen recht, 3 als gevolg hiervan geniet de licentienemer het recht op gebruik. Het verschil tussen de voornoemde redeneringen is die op een theoretisch vlak en leidt tot hetzelfde resultaat. Een licentieovereenkomst is specifieker te duiden als een duurovereenkomst. Bepalend voor het begrip duurovereenkomst is dat uit de overeenkomst gedurende een langere periode over en weer terugkerende rechten en plichten voortvloeien. 4 Dit in tegenstelling tot overeenkomsten die een eenmalige verplichting met zich meebrengen zoals een koopovereenkomst. In het geval van een licentieovereenkomst gaat het om het recht van gebruik onder de voorwaarden van de overeenkomst en de verplichting tot betaling van royalty s 5, meestal maandelijks of jaarlijks, of een vergoeding afhankelijk van de omzet. Licenties bestaan in twee soorten. De exclusieve licentie en de niet-exclusieve licentie. De exclusieve licentie is een licentie waarbij het recht om een intellectueel recht op een bepaalde 1 Een licentie kan ook verleend worden voor een niet-intellectueel eigendomsrecht zoals kennis, hetgeen bekend staat als een know-how licentie. 2 Zie o.a. Hoyng 1988, p. 73, Huydecoper 1992, p. 66, Wentink 1995, p. 4, Domingus 2002, p. 293, Folmer e.a. 2008, p. 168 en Van Engelen 2014, p Zie Bodifée 1997, p. 170 en Jager & Weening 2008, p Hijma 2013, p Huydecoper 1992, p

6 wijze of voor een bepaald geografisch gebied te exploiteren exclusief is toebedeeld aan één licentienemer. Bij niet-exclusieve licenties bestaan er meerdere licentienemers met soortgelijke rechten. Het onderscheid tussen de exclusieve en niet-exclusieve licentie wordt nergens in de wet genoemd. Of een licentie exclusief of niet-exclusief is onderwerp van de onderhandelingen tussen de licentiegever en licentienemer. 6 In dit hoofdstuk zal verder ingegaan worden op de totstandkoming van een licentie, het onderwerp van de licentie en de vermogensrechtelijke kwalificatie van de licentie Totstandkoming van een licentie. In beginsel komt een licentie tot stand door wilsovereenstemming 7, te weten de aanvaarding van een aanbod. De licentienemer en gever zullen gezamenlijk onderhandelen over de inhoud van een overeenkomst waarin de voorwaarden voor het gebruik van het intellectuele eigendomsrecht zijn opgenomen. Hierbij kan men denken aan de duur, de vergoeding, het grondgebied waarop de licentienemer zijn bevoegdheid mag uitoefenen en de eventuele exclusiviteit van de licentie. Er bestaat voor een dergelijke overeenkomst in beginsel geen schriftelijkheidsvereiste. 8 In verband met bewijskwesties zal een licentieovereenkomst vrijwel altijd schriftelijk worden vastgelegd. Voor het ontstaan van een licentie is inschrijving in de betreffende registers 9 niet noodzakelijk. De inschrijving van een licentie in een register is een handeling waardoor de licentie gelding krijgt tegen derden. 10 Een overeenkomst waarin een licentie is neergelegd is in de praktijk vaak een wederkerige overeenkomst. Naast de licentie voortvloeiend uit een wederkerige overeenkomst bestaat er ook de zogenoemde dwanglicentie. 11 Bij een dwanglicentie is de houder van het octrooi door de rechtbank of door de verantwoordelijke Minister gedwongen om een licentie af te geven aan een licentiehouder in het algemeen belang. In het kader van deze scriptie beperk ik mij tot het bespreken van de licenties die voortvloeien uit wederkerige overeenkomsten en laat ik licenties die op andere wijze tot stand komen buiten beschouwing. 6 Hoyng 1988, p Art.6:217 BW 8 Dit is echter anders indien men de licentie op intellectuele rechten ziet als een beperkt recht. In een dergelijk geval zijn de regels die gelden voor de overdracht van het te bezwaren recht ingevolge art. 3:98 Burgerlijk wetboek van overeenkomstige toepassing met betrekking tot het vestigen van een beperkt recht. 9 Voor merken, modellen en octrooien bestaan registers waarin de betreffende rechten worden vastgelegd. 10 Zie bijvoorbeeld art BVIE en art. 56 lid 2 ROW Art. 57 ROW 3

7 1.3. Het onderwerp van licentie. Zoals eerder aangegeven is het onderwerp van een licentieovereenkomst in de meeste gevallen een intellectueel eigendomsrecht, met name een octrooirecht, modelrecht, merkrecht, auteursrecht of handelsnaam. Het is ook mogelijk om een licentie te verkrijgen op knowhow; kennis. De licentie op knowhow is geen onderwerp van deze scriptie omdat knowhow in Nederland niet wordt erkend als intellectueel eigendomsrecht. 12 In deze scriptie beperk ik mij tot de bespreking van licenties op de volgende intellectuele eigendomsrechten; het Nederlands octrooi, het Benelux merkrecht en het Nederlandse auteursrecht Vermogensrechtelijk kwalificatie van de licentie Inleiding De licentie staat niet als aparte overeenkomt in het Burgerlijk Wetboek. De wetgever heeft nagelaten om de licentie vermogensrechtelijk te kwalificeren, daarom is het onduidelijk of de licentie een beperkt recht of een persoonlijk recht is. De kwalificatie van de licentie onder één van deze twee categorieën is van groot belang voor het voortbestaan van de rechten en plichten die voorvloeien uit een licentieovereenkomst en de eerbiediging hiervan door de curator indien een licentiegever failliet gaat. De kwalificatie van een licentie is een veelbesproken onderwerp in de literatuur. 13 Omdat ik duidelijkheid wil verschaffen over de positie van de licentienemer tijdens en na afwikkeling van het faillissement zal ik in deze paragraaf ingaan op de kenmerken van persoonlijke en beperkte rechten en deze toepassen op de in deze scriptie besproken licenties. Er wordt afgesloten met een conclusie met betrekking tot de kwalificatie van de licenties Persoonlijke rechten Een persoonlijk recht is een vorderingsrecht. Zij geeft een persoon aanspraak op een prestatie waarbij de wederpartij gehouden is deze prestatie te voldoen. De rechten vloeien voort uit een overeenkomst, in de meeste gevallen een wederkerige overeenkomst, en zijn alleen tegen de wederpartij afdwingbaar. 12 Huydecoper 2002, p Zie o.a. Hoyng 1988, Huydecoper 1992, Bodifée 1997, Domingus 2002, Jager & Weening 2008, Van Engelen 2009 en Schaink

8 Het overgrote deel van de auteurs 14 is van mening dat licenties vallen in de categorie persoonlijke rechten. Een argument dat hiervoor gebruikt wordt is dat de licentie niet past binnen het gesloten systeem van de beperkte rechten en daarom een persoonlijk recht moet zijn. 15 Tevens wordt door verschillende auteurs 16 het argument gebruikt dat de benoeming van een licentie als beperkt recht onwenselijk is, dit in verband met de overdraagbaarheid van de rechten voortvloeiend uit de licentieovereenkomst. Indien de licentie als beperkt recht gekwalificeerd zou worden dan wordt de overdraagbaarheid hiervan bepaald door het gemene recht betreffend beperkte rechten omdat er geen specifieke bepalingen bestaan met betrekking tot de overdraagbaarheid van licenties. De algemene regel is dat de overdracht van een beperkt recht, waarvoor geen specifieke regels bestaan, niet goederenrechtelijk beperkt kan worden door een partijenbeding. 17 Dit is uiteraard wel mogelijk indien er sprake is van een persoonlijk recht. 18 Licentienemers kunnen in het geval dat een licentie als beperkt recht wordt gekwalificeerd dus zonder toestemming van de licentiegever de licentie overdragen aan een derde. 19 Dit houdt echter niet in dat er geen sprake kan zijn van wanprestatie op grond van de gesloten overeenkomst waarin bepaald is dat de licentienemer niet mag overdragen Beperkte rechten. Een beperkt recht is een recht dat is afgeleid uit een meer omvattend recht, hetwelk met het beperkte recht is bezwaard. 20 Een beperkt recht geeft, zoals de bepaling hierboven aangeeft, een derde een afgeleid recht op het moederrecht. 21 Het moederrecht is bezwaard met het beperkte recht. Ook beperkte rechten 14 Zie o.a. Van Engelen 2014, p. 390, Huydecoper 1992, p. 66, Bodifée 1997, p. 9, Jager & Weening 2008, p. 56 gaan uit van de kwalificatie persoonlijk recht, Domingus 2002, p. 298 is van mening dat er per geval gekeken moet worden of er sprake is van een beperkt recht, Hoyng 1988, p. 83 laat m.i. onzekerheid bestaan over de kwalificatie voor ingeschreven octrooilicenties, Wentink 1995, p. 22 gaat uit van de mogelijke kwalificatie van de licentie als beperkt recht. 15 Zie o.a. Huydecoper 1992, p. 66, Jager & Weening 2008, p O.a. Huydecoper 2008, p. 657 e.v. en Bodifée 1997, p Artikel 3:83 lid 1 jº 3:83 lid 2 BW, zie ook Snijders en Rank-Berenschot 2012, p. 392 en Folmer e.a. 2008, p Art. 3:83 lid 2 BW 19 Op deze algemene regel inzake de overdraagbaarheid van beperkte recht zijn wel uitzonderingen, deze zijn uitdrukkelijk in de wet te vinden. Voorbeelden zijn art 3:226 lid 4 BW inzake vruchtgebruik van een woning, art. 5:70 BW inzake erfdienstbaarheid en art.5:91 BW voor erfpacht. Zie Snijders en Rank-Berenschot 2012, p en p Artikel 3:8 BW 5

9 vloeien in beginsel voort uit wederkerige overeenkomsten. 22 Voorbeelden van beperkte (zekerheids)rechten zijn pand 23 en hypotheek 24. Andere voorbeelden zijn de beperkte (genots)rechten zoals vruchtgebruik 25 en erfpacht 26. Ingevolge art. 3:81 lid 1 BW zijn de beperkte rechten limitatief in de wet geregeld. 27 Hij aan wie een zelfstandig en overdraagbaar recht toekomt, kan binnen de grenzen van dat recht de in de wet genoemde beperkte rechten vestigen.. Het gaat hier om de zinsnede in de wet genoemde beperkte rechten vestigen. Indien deze zin te letterlijk opvat wordt dan kan hieruit afgeleid worden dat de beperkte rechten inderdaad limitatief in de wet zijn genoemd. Dan is er geen ruimte is voor het kwalificeren van licentie als beperkte rechten omdat deze niet met zoveel woorden een beperkt recht genoemd worden. De voorgaande redenering kan echter geen stand houden. 28 De bestempeling van pand en hypotheek als beperkt recht wordt wel expliciet in de wet geregeld. 29 Voor de overige beperkte rechten; vruchtgebruik, erfpacht en opstal, ontbreekt echter een dergelijke bepaling. Het is mogelijk dat er sprake is van een beperkt recht zonder dat de wet hieraan expliciet deze status toekent. Uit art. 3:81 lid 1 BW volgt dat een beperkt recht alleen gevestigd kan worden op een zelfstandig en overdraagbaar recht. De wet stelt tevens eisen aan het vestigen van beperkte rechten. De voorschriften voor overdracht van een goed zijn behoudens uitzonderingen 30 van overeenkomstige toepassing op de vestiging van een beperkt recht op dat goed. 31 De vestiging van een beperkt recht op een goed dient op dezelfde wijze te geschieden als de overdracht van dat goed. 21 In deze scriptie wordt de term moederrecht gebruikt voor rechten waarop een licentie rust. 22 Beperkte recht kunnen ook op ander wijze ontstaan door bijvoorbeeld verjaring. 23 Artikel 3:227 BW 24 Artikel 3:260 BW 25 Artikel 3:201 BW 26 Artikel 5:85 BW 27 Zie bijvoorbeeld Hijma en Olthof 2011, p. 13 en Snijders en Rank-Berenschot 2012, p Hoyng 1988, p. 78 en Van Engelen 2009, p Artikel 3:227 lid 1 BW 30 Bijvoorbeeld de vestiging van een pandrecht, art. 3: BW 31 Art. 3:98 BW 6

10 Beperkte rechten zijn goederenrechtelijke rechten en hebben absolute werking. Kenmerk van absolute werking is dat iedereen zich dient te onthouden van daden die de beperkt gerechtigde storen in zijn gebruik, beheer of genot van het onderliggende moederrecht. 32 De absolute werking houdt in dat de beperkt gerechtigde bepaalde goederenrechtelijke acties moet kunnen instellen tegen een inbreukmaker, zoals het vorderen van een verbod op een toekomstige stoornis, een veroordeling tot herstel en een vordering tot schadevergoeding. 33 Ten aanzien van de verbodsactie is algemeen aangenomen dat deze zijn grondslag rechtstreeks vindt in het beperkte recht zelf. 34 De beperkt gerechtigde heeft dus per definitie de mogelijkheid om zelfstandig een verbodsactie in te stellen. Een ander kenmerk van absolute werking is dat indien het moederrecht wordt overgedragen de nieuwe eigenaar het daarop gevestigde beperkte recht dient te respecteren. Het voorgaande wordt aangeduid met het begrip zaaksgevolg of droit de suite van het beperkte recht. 35 Om vast te kunnen stellen of een licentie een beperkt recht is moet er gekeken worden of de betreffende licentie voldoet aan de hierboven genoemde kenmerken. Dit kan alleen door grondig in te gaan op de voor het moederrecht toepasselijke wetgeving en jurisprudentie, hetgeen in de volgende paragrafen zal gebeuren Beperkt of persoonlijk recht? Octrooilicentie Het octrooi is het recht op een specifieke uitvinding welke nieuw is, berust op uitvinderwerkzaamheden en toepasbaar is op het gebied van de nijverheid. 36 Het Nederlandse octrooirecht komt tot stand door een aanvraag en registratie en is geldig voor een maximale duur van 20 jaar. 37 Allereerst dient vastgesteld te worden dat een octrooirecht een zelfstandig en overdraagbaar recht is. Het octrooirecht is een vermogensrecht zoals gedefinieerd in art. 3:6 BW 38 en is geen 32 Snijders en Rank-Berenschot 2012, p Snijders en Rank-Berenschot 2012, p Snijders en Rank-Berenschot 2012, p Snijders en Rank-Berenschot 2012, p Art. 2 lid 1 ROW. Er zal verder geen aandacht besteed worden aan de verdere uitleg inzake hetgeen een octrooi inhoudt nu dit niet van belang is voor de inhoud van deze scriptie. 37 Art. 36 lid 6 ROW 38 Gielen e.a. 2011, p

11 afhankelijk recht 39 en daarmee een zelfstandig recht, er kan een beperkt recht op het octrooi gevestigd worden. De overdraagbaarheid van het octrooirecht wordt geregeld in art. 64 ROW Rijksoctrooiwet 1995 (ROW). De vestiging van een licentie op een octrooi is niet onderhavig aan enige vereisten, de licentie ontstaat vormvrij. 40 Voor de overdracht van een octrooi is echter een akte vereist. 41 De vereisten voor overdracht zijn hier, mijns inziens, niet van toepassing op het ontstaan van de licentie. Dit wijst in de richting dat de licentie als persoonlijk recht moet worden gezien. 42 Voor de vestiging van een beperkt recht op een octrooi is immers een akte vereist. Het antwoord op de vraag of een octrooilicentie absolute werking heeft hangt af van de aan de licentienemer toegekende bevoegdheden met betrekking tot dit recht en of de licentie zaaksgevolg heeft. Ingevolge art. 56 lid 1 ROW komen aan de licentienemer de bevoegdheden toe uit art. 53 ROW, te weten het vervaardigen en in de handel brengen van de geoctrooieerde producten en/of het gebruik maken van de geoctrooieerde werkwijze, dit behoudens in de licentieovereenkomst opgenomen beperkingen. 43 Nergens blijkt echter dat de licentiehouder het recht heeft op het ongestoorde genot van zijn licentie. 44 Zelfs de exclusieve licentiehouder heeft dit niet, de wet maakt immers geen onderscheid tussen exclusieve en niet exclusieve licenties en kent aan de exclusieve licentiehouder geen extra rechten toe. De exclusieve licentiehouder kan echter op basis van de afgesproken exclusiviteit in de licentieovereenkomst de licentiegever aanspreken uit wanprestatie indien hij aan anderen licenties verleend. Tevens is het de licentiehouder niet toegestaan om een zelfstandige inbreukvordering in te stellen tegen een inbreukmaker op de licentie. 45 De houder van een beperkt recht kan dit wel. De licentienemer kan, voor zover bedongen in de licentieovereenkomst, wel zijn eigen schade vorderen bij de inbreukmaker. 46 Ook hier lijkt de 39 Art. 3:7 BW, het octrooirecht is niet zodanig aan een ander recht verbonden dat het niet zonder dat recht kan bestaan. 40 Art. 56 lid 2 ROW 41 Art. 65 lid 1 ROW 42 Zie in dit verband ook Hoyng 1988, p Art. 56 lid 1 ROW laatste volzin. 44 Hoyng 1988, p. 75 en Jager & Weening 2008, p Gielen e.a. 2011, p Art. 70 lid 6 ROW 8

12 inhoud van de wetgeving er op te duiden dat er geen sprake is van een beperkt recht maar van een persoonlijk recht. De volgende vraag is of de octrooilicentie zakelijke werking heeft, oftewel droit de suite. Dit is een ingewikkelde vraag waarop geen eenduidig antwoord bestaat. Ingevolge de ROW is de octrooilicentie geldig tegenover derden door inschrijving van de titel in het octrooiregister. 47 Uit de jurisprudentie blijkt dat er ook sprake kan zijn van gelding tegenover derden indien deze specifieke derde op de hoogte was van de licentie. 48 Wat deze gelding tegen derden exact inhoud volgt echter niet uit de wet. 49 Het mag duidelijk zijn dat deze inschrijving in ieder geval van belang is voor de aan de licentienemer in de ROW toegekende bevoegdheden, zoals het vorderen van schadevergoeding. Gielen lijkt de mening te zijn toegedaan dat de inschrijving van de licentie in het register werkt tegen latere verkrijgers van het octrooirecht. 50 Jager & Weening lijken het hiermee eens te zijn maar vragen zich af in hoeverre de derde verkrijger de voorwaarden in de licentieovereenkomst tegen zich moet laten gelden. 51 Beide geven geen echter geen duidelijke argumenten voor hun standpunt. Hoyng geeft de meest uitgebreide argumentatie. 52 Eerst merkt hij op dat de wetgever geen uitdrukkelijke aandacht heeft besteed aan het voortbestaan van de licentie na overdracht van het octrooirecht. 53 Daarna haalt hij verschillende bepalingen uit de Octrooiwet aan om aan te tonen dat de ingeschreven octrooilicentie zaaksgevolg heeft. Zo voert hij aan dat art. 41 lid 2 Octrooiwet 1910 (het huidige art. 68 lid 2 ROW) bepaalt dat een licentie, verleend na inschrijving van het proces-verbaal van het beslag op het octrooirecht, niet aan de beslaglegger kan worden tegengeworpen. Uit deze bepaling blijkt volgens Hoyng a contrario dat licenties verleend voor het beslag wel aan de beslaglegger kunnen worden tegengeworpen, hetgeen duidt op zaaksgevolg van de licentie. 55 Tevens acht hij van belang dat de licentie hier in één adem wordt genoemd naast typische handelingen met zakenrechtelijke gevolgen, zoals vervreemden 47 Art. 56 lid 2 ROW 48 Zie in dit verband Rb. Groningen, 1 juni 1962, NJ1962, 518, waarin de rechtbank overweegt dat de bepaling in de ROW inzake de gelding tegen derden na inschrijving van de licentie niet uitsluit dat er in andere gevallen ook sprake van gelding tegen derden kan zijn, te weten in het geval dat een derde van de licentie op de hoogte was. Zie in dit verband ook Folmer e.a. 2008, p Zie Jager & Weening 2008, p. 54 en Gielen e.a. 2011, p Gielen e.a. 2011, p Jager & Weening 2008, p. 55 en Hoyng 1988, p Hoyng 1988, p De voorganger van de huidige ROW 55 Hyong 1988, p

13 en bezwaren. Hoyng s belangrijkste argument is dat in art. 53 lid 4 Octrooiwet 1910 (het huidige art. 78 lid 4 ROW) wordt bepaald dat een te goeder trouw verkregen licentie op het octrooirecht na opeising van het octrooi door een derde in stand blijft; waarom dan niet bij een gewone overdracht? Tevens voert hij aan dat het verval van de licentie na overdracht maatschappelijk onwenselijk is. 56 Hoyng zijn standpunt inzake het zaaksgevolg is mijns inziens onjuist. Allereerst leidt hij uit specifieke bepalingen die op specifieke gevallen betrekking hebben af dat de licentie in het algemeen zaaksgevolg heeft, dit is in mijn optiek niet correct. Als inschreven of kenbare licenties op een octrooi in het algemeen zaaksgevolg zouden hebben dan is het niet noodzakelijk zijn om dit in specifieke gevallen nog vast te leggen. Ten tweede heeft de wetgever nergens uitdrukkelijk aandacht besteed aan het voortbestaan van de licentie na overdracht van het octrooi. Dit blijkt in ieder geval niet uit de toelichting bij de ROW. Omdat de toelichting bij de ROW niet ingaat op het zaaksgevolg van de ingeschreven of kenbare licentie kan hieruit niets worden afgeleid. Ik kan enkel gissen naar de overwegingen van de wetgever. Ik denk dat de ratio achter het niet in het algemeen toekennen van zaaksgevolg aan de ingeschreven octrooilicentie is, dat de licentienemer beschermd wordt door de algemene regelingen inzake wanprestatie en hieruit volgende schadevergoeding indien de licentiegever het octrooirecht overdraagt, en vervolgens niet meer aan zijn verplichting uit de licentieovereenkomst kan voldoen. Op basis van het voorstaande ga ik er vanuit dat er aan licenties op octrooirechten, ingeschreven en nietingeschreven, geen zaaksgevolg kan worden toegekend tenzij één van de specifiek in de wet genoemde gevallen zich voordoet. Het bovenstaande laat het volgende zien. De bepalingen inzake het ontstaan van de octrooilicentie lijken er op te wijzen dat er sprake is van een persoonlijk recht. Het feit dat de licentienemer niet het ongestoorde genot van het moederrecht heeft en hij geen vordering tot staking van inbreuk tegen derden kan instellen, 57 wijst er ook op dat hier sprake is van een persoonlijk recht. Ook de exclusieve licentienemer kan geen vordering tot staking van inbreuk instellen. De exclusiviteit kent hem immers geen extra rechten toe ten aanzien van derden maar alleen ten overstaan van de licentiegever. Als laatste stel ik vast dat het niet logisch is dat er uit de bepalingen inzake derdenwerking van de ingeschreven octrooilicentie volgt dat er sprake is van zaaksgevolg. Een laatste argument dat ik wil aandragen tegen de kwalificatie van de octrooilicentie als beperkt recht is dat art. 68 lid 2 ROW de licentie noemt naast 56 Hoyng 1988, p. 93, hij geeft hiervoor echter geen argumenten. 57 Een beperkte gerechtigde kan dit uit de aard van zijn recht wel. 10

14 vervreemden en bezwaren. Terwijl bezwaren nu juist de term is die gebezigd wordt voor de vestiging van beperkte rechten. Op basis van al het voorstaande ben ik van mening dat de octrooilicentie niet voldoet aan de criteria voor een beperkt recht Merklicentie Een merk is een teken dat door een persoon of onderneming gebruikt wordt, en geschikt is, voor de herkomstaanduiding van zijn of haar producten. 58 Het recht ontstaat door registratie in het register. 59 Een merkregistratie heeft een geldigheidsduur van 10 jaar en kan onbeperkt verlengd worden. 60 Merkrechten zijn vermogensrechten zoals gedefinieerd in art. 3:6 BW 61 en is geen afhankelijk recht. De overdraagbaarheid van deze rechten wordt geregeld in art BVIE 62. Hiermee is voldaan aan de eisen van zelfstandigheid en overdraagbaarheid van het moederrecht. Er kan een beperkt recht gevestigd worden op een merkrecht. Het BVIE geeft geen inzicht in hoe de licentie op een merkrecht tot stand komt. Dat hier geen vereisten aan gesteld worden leidt tot de conclusie dat een licentie vormvrij tot stand kan komen. De overdacht van een merkrecht dient schriftelijk te geschieden op straffe van nietigheid van de overdracht. 63 Dat voor het ontstaan van de licentie geen schriftelijk stuk vereist is wijst ook hier in de richting een persoonlijk recht. Voor de vestiging van een van een beperkt recht is immers, net als voor de overdracht, een schriftelijk stuk vereist. Uit het BVIE blijkt niet welke rechten een licentienemer precies verwerft. Wel blijkt uit het BVIE dat het merk voorwerp kan zijn van een licentie voor alle of een deel van de waren of diensten waarvoor het merk gedeponeerd of ingeschreven is. 64 Gielen definieert de merklicentie als de bevoegdheid van de licentienemer om het merk aan te brengen op producten waarvoor het merk is gedeponeerd, deze gemerkte waren in het verkeer te brengen 58 Art. 2.1 lid 1 BVIE 59 Art. 2.2 BVIE 60 Art. 2.9 BVIE 61 Gielen e.a. 2011, p Benelux-verdrag inzake de intellectuele eigendom (merken en tekeningen of modellen) 63 Art lid 2 BVIE 64 Art lid 1 BVIE 11

15 of de diensten te verrichten onder het merk, en het merk aan te brengen op reclamemateriaal. 65 Verder laat het BVIE partijen vrij om de onderlinge verhouding tussen partijen in te richten. Ook hier blijkt nergens dat de licentienemer van het merk het ongestoorde genot heeft van het moederrecht, het genot wordt immers beperkt door de voorwaarden in de licentieovereenkomst. De positie van de exclusieve licentienemer is niet anders dan die van de niet-exclusieve licentienemer. Het BVIE maakt immer geen onderscheid tussen de twee licentienemers. Tevens bepaalt de wet niet dat de licentienemer een eigen vordering tot het voorkomen en/of tegengaan van inbreuk in kan stellen. 66 Dat een merklicentienemer geen gebods- of verbodsactie kan instellen is bevestigd door het Benelux Gerechtshof in de zaak Adidas v Marca. 67 Wel is het mogelijk voor de licentienemer om tussen te komen in een inbreukprocedure ingesteld door de merkhouder teneinde zijn schade vergoed te krijgen. 68 Een zelfstandige vordering tot schadevergoeding kan de licentienemer enkel instellen indien de bevoegdheid hiertoe voortvloeit uit de licentieovereenkomst. 69 Hier toont de regeling inzake merkrechtlicenties een grote mate van overeenkomst met de regeling inzake octrooilicenties. Tevens is het de licentienemer toegestaan, zover hij hiervoor toestemming heeft van de merkhouder, om de nevenvorderingen uit art lid 1 BVIE in te stellen, te weten terugroeping uit het handelsverkeer, definitieve verwijdering uit het handelsverkeer en vernietiging van indrukmakende producten. Dit voor zover deze strekken tot bescherming van de rechten waarvan de uitoefening hem is toegestaan. De merklicentie kan niet aan derden worden tegengeworpen dan na inschrijving in het register van een uittreksel van de akte waaruit de licentie blijkt. 70 Ook hier heeft de schaarse jurisprudentie bevestigd dat het mogelijk is dat de licentie werkt tegen een derde die weet heeft van de licentie. 71 Wat deze derdenwerking precies inhoud blijkt niet uit de wet. Aangenomen mag worden dat de inschrijving in ieder geval betrekking heeft op de in de wet en licentieovereenkomst toegekende bevoegdheden van de licentienemer. Vraag is of de derdenwerking van de licentie zich uitstrekt tot derdenverkrijger van het merkrecht en tegen 65 Gielen e.a. 2011, p Gielen e.a. 2011, p Benelux Gerechtshof 7 juni 2002, NJ 2003, 426, r.o. 39. Hier werd bepaald dat art. 11 D van de Benelux merkenwet (het huidige art BVIE) een uitputtende regeling bevat voor de bevoegdheden van de licentienemer. 68 Art lid 4 BVIE 69 Art lid 5 BVIE 70 Art BVIE 71 Zie in dit verband Vzr. Rb. Rotterdam 17 januari 2007, IER 2007, 48, waar derdenwerking tegen een inbreukmaker werd aangenomen van een niet ingeschreven licentie die op de zitting bevestigd werd. 12

16 hem ingeroepen kan worden na overdracht. Gielen gaat ervan uit dat dit het geval is. 72 Ook Van Engelen kent zaaksgevolg toe aan derdenwerking die voortvloeit uit de inschrijving en/of kenbaarheid van de merklicentie en stelt daarbij dat dit de communis opinio is binnen de literatuur. 73 Er is echter niemand die een uitgebreide argumentatie geeft waarom er dan sprake is van zaaksgevolg. In de jurisprudentie zijn geen gevallen te ontdekken waarin de communis opinio erkend wordt. Becker is een andere mening toegedaan dan de communis opinio. Hij ziet nergens in het BVIE een bepaling waaruit expliciet afgeleid kan worden dat licentienemers zich kunnen verweren tegen de derdenverkrijger van het merk uit faillissement en acht het daarmee onwaarschijnlijk dat er zaaksgevolg uitgaat van de inschrijving. 74 Ik ben het met Becker eens. Ten eerste blijkt niet uit de toepasselijke wetgeving, impliciet of expliciet, dat de inschrijving van de licentie zaaksgevolg met zich mee brengt. Ten tweede is het zo dat als de derdenwerking die uitgaat van de ingeschreven licentie beperkt wordt door het arrest Adidas v Marca. 75 Derdenwerking, lees absolute werking van een recht, houdt immers in dat de gerechtigde een zelfstandige vordering tot staking van inbreuk kan instellen en dat kan de houder van een licentie op een merkrecht nu juist niet doen. Omdat het BVIE een uitputtende regeling bevat inzake de bevoegdheden van de licentienemer, en hem niet de bevoegdheid wordt toegekend om zijn licentie in te roepen tegen een derdenverkrijger, leidt dit tot de conclusie dat de licentinemer zijn recht niet kan inroepen tegen een derdenverkrijger. Mijns inziens is de derdenwerking voortvloeiend uit de inschrijving of kenbaarheid van de licentie op basis van het voornoemde arrest beperkt tot de bevoegdheden genoemd in het BVIE. Op basis van het voorstaande kan ik niet anders concluderen dat er geen sprake kan zijn van zaaksgevolg van de licentie op een merkrecht. Ook hier lijken de bepalingen inzake het ontstaan van de merklicentie er op te wijzen dat hier sprake is van een persoonlijk recht. De licentienemer heeft ook hier, net als bij de octrooilicentie, niet het ongestoorde genot van het moederrecht, hij kan immers geen geen vordering tot staking van inbreuk instellen tegen een inbreukmaker hetgeen eigen is voor een beperkt recht. Ook heeft een kenbare of ingeschreven merklicentie in mijn opinie geen zaaksgevolg. Dit is mijns inziens voldoende om aan te nemen dat er geen absolute werking uitgaat van de ingeschreven of kenbare merklicentie. 72 Gielen e.a. 2011, p Van Engelen 2014, p Becker 2012, p Benelux Gerechtshof 7 juni 2002, NJ 2003,

17 Het voorgaande leidt tot de conclusie dat de licentie op een merkrecht, ingeschreven en niet ingeschreven, exclusief of niet-exclusief, geen beperkt recht kan zijn Auteursrechtlicentie Het auteursrecht is het uitsluitend recht op de openbaring en verveelvoudiging van een werk. 76 Het recht komt tot stand door de creatie van een werk dat een eigen intellectuele schepping van de maker is en uitdrukking geeft aan zijn creatieve geest. 77 In de Auteurswet worden verschillende voorbeelden genoemd van creaties die in ieder geval als werk beschouwd worden, bijvoorbeeld boeken, tijdschriften en filmwerken. 78 Het auteursrecht is een vermogensrecht zoals gedefinieerd in art. 3:6 BW en is geen afgeleid recht. De overdraagbaarheid van het auteursrecht wordt geregeld in art. 2 Auteurswet 1912 (Aw). Er is hiermee voldaan aan de zelfstandigheid en overdraagbaarheid van het auteursrecht. In tegenstelling tot de ROW en het BVIE geeft de Aw geen nadere regelingen met betrekking tot de derdenwerking van de licentie. De licentienemer van een auteursrecht heeft wel de mogelijkheid om tussen te komen in een procedure van de licentiegever tegen een inbreukmakers en zijn schade te verhalen. De licentienemer kan de schadevergoedingsvordering zelf instellen dit voor zover hij dit heeft bedongen bij het sluiten van de licentieovereenkomst. 79 Tevens is de licentienemer, tenzij anders overeengekomen, de mogelijkheid gegeven om de in art. 28 lid 1 tot en met lid 5 Aw genoemde nevenvorderingen in te stellen. 80 De auteursrechtlicentie wordt voor het overige volledig beheerst door het gemene recht. 81 Voor het auteursrecht bestaat geen register waarin overeenkomsten met betrekking tot het aan de licentie ten grondslag liggende moederrecht kunnen worden ingeschreven. Derden kunnen dus niet op grond van de inschrijving op de hoogte zijn van de verleende licentie en de omvang daarvan. 76 Art. 1 Aw. 77 HvJ 16 juli 2009, C-5/08, (Infopaq/Danske Dagblades Forening) 78 Art. 10 Aw 79 Art. 27a lid 1 en lid 2 Aw 80 Art. 28 lid 6 Aw 81 Gielen e.a. 2011, p

18 Omdat er geen specifieke bepalingen bestaan met betrekking tot de derdenwerking van auteursrechtlicenties zou beweerd kunnen worden dat er geen sprake kan zijn van absolute werking van de licentie. In de arresten Elvis Presley 82 en NVPI/Snelleman 83 heeft de Hoge Raad echter uitgemaakt dat indien een licentienemer handelt met toestemming van de licentiegever aan hem een verbodsactie op grond van art. 6:162 BW toekomt in het geval van inbreuk op het aan de licentie ten gronde liggende moederrecht. In beide zaken wordt dit vorderingsrecht echter niet direct afgeleid uit het bestaan van de licentie maar heeft de Hoge Raad voornamelijk oog voor de positie en eigen belangen van de licentienemer (producenten). 84 De Hoge Raad gaat in beide zaken uit van een eigen te respecteren belang van de licentienemer dat bescherming verdient. Ook hier blijkt ondanks een aan de licentienemer toegekende verbodsactie niet de absolute werking van de licentie zelf. In het kader van zaaksgevolg van een auteursrechtlicentie heeft het Hof Arnhem een belangrijke zaak gewezen. 85 In deze zaak roept de latere rechthebbende zijn auteursrecht in tegen een licentienemer die gebruik maakt van een door de eerdere rechthebbende, verleend gebruiksrecht. In eerste instantie stond ter discussie of het onderliggende auteursrecht waarop een licentie was verleend wel rechtsgeldig overgedragen was aan de latere verkrijger van het auteursrecht. 86 De rechtsgeldige overdracht komt in de procedure vast te staan. Vervolgens bepaalt het Hof dat de plichten voorvloeiend uit een voor de overdracht verworven auteursrechtlicentie niet overgaan naar de nieuwe rechthebbende wanneer deze het auteursrechtrecht verwerft. 87 Helaas is deze zaak niet tot de Hoge Raad gekomen en bestaan er tot op heden geen uitspraken van de Hoge Raad die betrekking hebben op de overgang van verplichtingen uit een licentieovereenkomst op een nieuwe rechthebbende/houder van intellectuele rechten. De licentie op een auteursrecht kan in het licht van het voorgaande niet gekwalificeerd worden als een beperkt recht. Ondanks dat hier geen uitspraak van de Hoge Raad aan te halen 82 HR 24 februari 1989, NJ 1989, 701. r.o Dit arrest ziet op een licentie op naburige rechten, voor dergelijke licenties is, net als voor licenties op auteursrechten, geen register voorhanden waarin deze ingeschreven kunnen worden. De regelingen inzake auteursrechten en naburige rechten komen dermate overeen dat dit arrest van overeenkomstige toepassing verklaard zou kunnen worden op auteursrechtlicenties. 83 HR 2 april 1993, NJ 1993, 573. r.o Ook hier ging het om een licentie op naburige rechten. 84 Zie in dit verband Van Engelen 2014, p Hof Arnhem 24 februari 2009, LJN BH Hof Arnhem 24 februari 2009, LJN BH7545, r.o Hof Arnhem 24 februari 2009, LJN BH7545, r.o

19 is, lijkt vast te staan dat de auteursrechtlicentie geen zaaksgevolg heeft, hetgeen nu juist inherent is aan een beperkt recht Samenvatting Uit het bovenstaande blijkt dat geen van de licenties op de bovengenoemde intellectuele eigendomsrechten, ingeschreven of niet ingeschreven, exclusief of niet-exclusief, gekwalificeerd kunnen worden als beperkt recht. Voorgaand leidt tot de conclusie dat alle licenties gezien dienen te worden als persoonlijke vorderingsrechten. Er zal verder in deze scriptie vanuit worden gegaan van de aanname dat licenties als persoonlijke vorderingsrechten gekwalificeerd dienen te worden waaraan in bepaalde gevallen een beperkte mate van derdenwerking toekomt. Opmerking verdient wel dat ondanks dat vrijwel alle hierboven aangehaalde auteurs uitgaan van de licentie als persoonlijk recht er door een groot aantal toch zaaksgevolg wordt toegekend aan de ingeschreven merk- en octrooilicenties. Geen van de auteurs biedt echter sluitende argumentatie voor de toekenning van dit zaaksgevolg die in overeenstemming is met ons algemene vermogensrecht. Folmer e.a. merken hierover nog op dat het constante beroep op de bijzondere aard van het intellectuele eigendomsrecht zo langzamerhand een dooddoener is die niet alle problemen in de praktijk kan oplossen Folmer e.a. 2008, p

20 2. Algemeen; het faillissement & de curator 2.1. Inleiding In dit hoofdstuk wordt kort ingegaan op de gevolgen van het faillissement in het algemeen, met een korte toepassing van de regels op een licentieovereenkomst gedurende het faillissement De procedure In het vonnis van een faillietverklaring worden aangewezen een rechter-commissaris, en een of meer curatoren. 89 De curator is vanaf het moment van de faillietverklaring belast met het beheer en de vereffening van de boedel. 90 Kort samengevat is de curator de gerechtelijk bewindvoerder die onder het faillissementsbeslag liggende goederen beheert en vereffent ten behoeve van de gezamenlijke schuldeisers. 91 Voor deze scriptie is het van belang dat de curator in beginsel zal overgaan tot de verkoop van de in de boedel vallende intellectuele eigendomsrechten zodat hij de opbrengst hiervan kan uitdelen aan de gezamenlijke schuldeisers Gevolgen van de faillietverklaring De gevolgen van een faillietverklaring worden bepaald door de Faillissementswet. 93 Vanaf het begin van de dag dat de faillietverklaring wordt uitgesproken verliest de schuldenaar (failliet) de beschikkingsbevoegdheid en het beheer over zijn vermogen. 94 Dit geschiedt met terugwerkende kracht vanaf het begin van de dag waarop de faillietverklaring wordt uitgesproken. Het vermogen van de failliet zoals bedoeld in de Faillissementswet omvat zijn volledige vermogen inclusief hetgeen dat gedurende het faillissement wordt verkregen, 95 maar exclusief de in de wet genoemde uitzonderingen. 96 Het faillissement omvat alle vermogensrechten van de failliet, waaronder de intellectuele eigendomsrechten. Naast het 89 Art. 14 lid 1 Fw. 90 Art. 68 lid 1 Fw 91 Polak 2011, p Er zijn ook IE-rechten die buiten de boedel vallen, hier wordt later op terug gekomen. 93 Zie Titel I, deel 2 gevolgen van de faillietverklaring. 94 Art. 23 Fw. 95 Art. 20 Fw 96 Zie bijvoorbeeld art. 21 Fw waarin een aantal specifieke uitzondering genoemd worden voor goederen die buiten de boedel vallen zoals het bij de maker berustende auteursrecht, en art. 22a Fw waarin een uitzondering wordt gemaakt met betrekking tot de levensverzekering. 17

21 verlies van de beschikkingsbevoegdheid is de fixatie van het vermogen en de schulden van de failliet tevens een belangrijk gevolg van de faillietverklaring. Dit houdt in dat zowel de vermogensbestanddelen als de schulden van de schuldeisers van de failliet vast komen te staan en niet meer voor wijziging vatbaar zijn. Levering van in de boedel vallende vermogensbestanddelen is in beginsel niet meer mogelijk is Vorderingen van schuldeisers De voornoemde fixatie van de boedel houdt in dat een schuldeiser zijn vordering tot voldoening van enige verbintenis uit de boedel louter nog ter verificatie kan indienen bij de curator. 98 Na verificatie van de vordering door de curator komt de schuldeiser op de uitdelingslijst te staan. Of een schuldeiser iets terug ziet van het bedrag of goed waarvoor de vordering wordt ingediend hangt af van de opbrengst van de boedel na verkoop, en van zijn rang in de keten van schuldeisers. Schuldeisers zonder een bevoorrechte positie zijn in beginsel concurrente schuldeisers, tenzij er sprake is van een achtergestelde vordering. 99 Concurrente schuldeisers staan bijna helemaal achteraan wanneer het gaat om het uitdelen van uit de boedel afkomstige opbrengsten. De houders van beperkte zekerheidsrechten kunnen hun recht uitoefenen alsof er geen faillissement is uitgesproken. 100 In het geval van gebruiksrechten, vruchtgebruik e.d., dient de curator rekening te houden met de rechten die op een zaak rusten in verband met het zaaksgevolg. 101 De houder van een beperkt recht heeft een (veel) sterkere positie dan een normale schuldeiser Wederkerige overeenkomsten in faillissement De faillissementswet bevat verschillende bepalingen die de omgang met overeenkomsten na faillissement bepalen. Eerder in deze scriptie is aangegeven dat de licentie in de meeste gevallen wordt vastgelegd in een wederkerige, obligatoire, duurovereenkomst. Een kenmerk van deze overeenkomst is dat er terugkerende rechten en plichten voor beide partijen uit voorvloeien. Een gevolg hiervan is dat beide partijen zolang de overeenkomst voortduurt nog niet volledig aan de overeenkomst hebben voldaan. De hoofdregel met betrekking tot wederkerige overeenkomsten is te vinden in art. 37 lid 1 Fw. Dit artikel verwoordt dat indien 97 Art. 35 lid 1 Fw 98 Art. 26 Fw 99 Zie bijvoorbeeld art. 3:277 lid 2 BW 100 Art. 57 lid 1 Fw 101 Dit vloeit voort uit het absolute karakter van een goederenrechtelijk recht. Zie Snijders en Rank-Berenschot 2012, p

22 er sprake is van een wederkerige overeenkomst, welke van beide kanten niet of niet volledig is voldaan, de curator zijn bevoegdheid om nakoming te vorderen verliest indien hij niet binnen een door de wederpartij gestelde termijn aangeeft of hij de overeenkomst gestand wil doen. Artikel 37 lid 1 Fw geeft niet in zoveel woorden weer wat het gevolg van het faillissement is met betrekking tot de wederkerige overeenkomst. De memorie van toelichting bij art. 37 Fw vermeldt echter het volgende; de faillietverklaring oefent uit haar aard niet de minste invloed uit op de bestaande wederkerige overeenkomsten 102. Uit het voorgaande is op te maken dat de rechten en plichten uit een wederkerige overeenkomst in beginsel in stand blijven tenzij de wet anders bepaald Het recht op wanprestatie van de curator en de gevolgen hiervan. Art. 37 Fw heeft alleen betrekking op gevallen waarin beide partijen niet of gedeeltelijk de overeenkomst zijn nagekomen. 104 In een dergelijk geval kan de curator ervoor kiezen om de overeenkomst gestand te doen. Hij kan er ook voor kiezen om deze geen gestand te doen. Artikel 37 Fw geeft de curator dus een actief recht tot wanprestatie (niet-nakomen) indien de overeenkomst nog nagekomen dient te worden door beide partijen. 105 Voor 1 januari 1992 bepaalde artikel 37 Fw expliciet dat de overeenkomst in het geval van niet-gestand doen van rechtswege was ontbonden. 106 Dat de wetgever in het nieuwe art. 37 Fw heeft gekozen om dit rechtsgevolg niet specifiek te vermelden maar wel de curator het recht ontzegt om nakoming van de overeenkomst te vorderen geeft blijk van de onwenselijkheid van de automatische ontbinding van de overeenkomst in het geval van niet gestand doen. Indien de curator besluit de overeenkomst geen gestand te doen heeft de wederpartij, in ons geval de licentienemer, de mogelijkheid om de overeenkomst te ontbinden en schadevergoeding te vorderen, via art. 6:277 BW of art. 6:87 BW Polak 2011, p Zie bijvoorbeeld art. 35b, 38, 38a, 39 en 40 Fw 104 Art. 37 lid 1 Fw 105 HR 22 december 1998, NL 11990, 661 (Tiethoff q.q./nmb) en HR 3 november 2006, NJ 2007, 155 (Nebula) 106 Polak 2011, p Polak 2011, p

23 2.7. Beperkingen op het recht van wanprestatie van de curator De curator beheert de boedel in het belang van de gezamenlijke schuldeisers. Indien hij een overeenkomst gestand kan doen waaruit een netto 108 voordeel voor de boedel voortvloeit zal hij hiertoe overgaan. Indien het gestand doen van een overeenkomst een netto nadeel bewerkstelligt voor de boedel dan is de curator gehouden om hier van af te zien. De curator zal dus per situatie en overeenkomst een afweging moeten maken om te bezien of er uit het gestand doen van de overeenkomst een voordeel of nadeel voor de boedel voortvloeit. 109 Verstijlen verdedigt, in mijn optie terecht, dat ook indien het passief van de boedel door gestand doen niet direct toeneemt, er sprake kan van zijn van een nadeel. Bijvoorbeeld doordat er geen marktconforme tegenprestatie tegenover het gebruik van een goed staat of doordat een gebruiksrecht een waardedrukkend effect heeft op het betreffende goed. 110 Ook hier dient de curator rekening mee te houden tijdens zijn oordeel inzake het gestand doen van de overeenkomst Toepassing van het voorgaande op de licentieovereenkomst Indien we het voorgaande toepassen op een licentieovereenkomst die als onderwerp heeft een in de boedel vallend intellectueel eigendomsrecht zien we het volgende; de curator kan ervoor kiezen om de overeenkomst gestand te doen. In een dergelijk geval heeft de licentienemer geen probleem en kan hij zijn gebruiksrecht gewoon blijven uitoefenen en zijn tegenprestatie voldoen aan de boedel. Indien de curator besluit de overeenkomst niet gestand te doen kan de licentienemer er voor kiezen om de overeenkomst te ontbinden en een schadevergoeding te vorderen. Een dergelijke schadevergoeding is een concurrente schuldvordering en deze dient ter verificatie bij de curator ingediend te worden. Als licentienemer is men vaak afhankelijk van het voortbestaan van een licentie en is een schadevergoeding, waarvan hij waarschijnlijk op zijn hoogst 2 á 4 procent terugziet na uitdeling niet erg aantrekkelijk. De tweede optie bij niet-gestand doen door de curator is het opschorten van de verplichtingen die tegenover de licentieverlening staan. Ook hier heeft de licentienemer niets aan als de bedrijfsvoering (gedeeltelijk) afhangt van de verleende licentie. Hij kan zijn gebruiksrecht immers niet meer uitoefenen. Een laatste optie bij niet gestand doen is het blijven uitoefenen van het verkregen gebruiksrecht. In het verleden bestond de opvatting dat een curator hier weinig tegen kon 108 Hiermee bedoelen we een positieve opbrengst na aftrek van de eventuele lasten of ander nadeel of een voordeel ten opzicht van de huidige situatie waarin de curator bijvoorbeeld tegen meer gunstige voorwaarden het recht kan uitbaten. 109 Van Zanten 2012, p. 122 e.v. 110 Verstijlen 2006, p en Zie ook Boekraad 2007, p

Wijziging van de Auteurswet en de Wet op de naburige rechten in verband met de aanpassing van het auteurscontractenrecht

Wijziging van de Auteurswet en de Wet op de naburige rechten in verband met de aanpassing van het auteurscontractenrecht Wijziging van de Auteurswet en de Wet op de naburige rechten in verband met de aanpassing van het auteurscontractenrecht ARTIKEL I De Auteurswet wordt als volgt gewijzigd: Tekst voorontwerp Artikel 2 1.

Nadere informatie

Vermogensrechtelijke waardebeperkingen

Vermogensrechtelijke waardebeperkingen Waardering van Auteursrechten Transactiepraktijk srechtelijke waardebeperkingen Zekerheid Transactiekosten Dick van Engelen Vereniging voor Auteursrecht 13 februari 2009 Waarde realisatie auteursrecht

Nadere informatie

Software en continuïteit

Software en continuïteit Software en continuïteit Jaarvergadering Orde van Advocaten 25 september 2009 Presentatie van de Vereniging Informaticarecht Advocaten (VIRA) Polo G. van der Putt, voorzitter VIRA Agenda VIRA Wat is (de

Nadere informatie

De formaliteiten voor overdracht verschillen naar gelang het over te dragen goed.

De formaliteiten voor overdracht verschillen naar gelang het over te dragen goed. Korte handleiding bijeenkomst 5. Overdracht van goederen. 3:83 en volgende BW Definitie overdracht: rechtsovergang van het ene rechtssubject naar het andere op basis van een een levering. Overdracht is

Nadere informatie

De positie van de octrooilicentienemer bij faillissement van de octrooihouder

De positie van de octrooilicentienemer bij faillissement van de octrooihouder De positie van de octrooilicentienemer bij faillissement van de octrooihouder Door : Farah Maimouni ANR-nummer : S604392 Opleiding : Master Rechtsgeleerdheid accent privaatrecht Thesisbegeleider : Prof.

Nadere informatie

BIJEENKOMST. Agenda mei 2012 Wike van den Bout Arjan Schuman. I. Wat is een licentie? Wettelijke regeling? Juridische kwalificatie

BIJEENKOMST. Agenda mei 2012 Wike van den Bout Arjan Schuman. I. Wat is een licentie? Wettelijke regeling? Juridische kwalificatie BIJEENKOMST 10 mei 2012 Wike van den Bout Arjan Schuman Agenda I. Wat is een licentie? II. III. IV. Wettelijke regeling? Juridische kwalificatie Licentie en faillissement V. Hoe schrijf je een goede licentieovereenkomst?

Nadere informatie

Wijziging van de Auteurswet en de Wet op de naburige rechten in verband met de aanpassing van het auteurscontractenrecht

Wijziging van de Auteurswet en de Wet op de naburige rechten in verband met de aanpassing van het auteurscontractenrecht Wijziging van de Auteurswet en de Wet op de naburige rechten in verband met de aanpassing van het auteurscontractenrecht VOORONTWERP enz. enz. Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

Artikel 24. Artikel 24 lid 1 Pandrecht. Verkoop van verpande goederen

Artikel 24. Artikel 24 lid 1 Pandrecht. Verkoop van verpande goederen Artikel 24 Lid 1 Lid 2 Pandrecht Pandrecht Verkoop van verpande goederen Artikel 24 lid 1 Pandrecht Algemeen Het verschil tussen pand en retentie Het pandrecht in de AVC 2002 is nieuw ten opzichte van

Nadere informatie

Artikel 2. Overdracht en licentie (algemeen)

Artikel 2. Overdracht en licentie (algemeen) Artikel 2. Overdracht en licentie (algemeen) 1. Het auteursrecht gaat over bij erfopvolging en is vatbaar voor gehele of gedeeltelijke overdracht. 2. De maker, of zijn rechtverkrijgende, kan aan een derde

Nadere informatie

Subjectieve rechten vloeien voort uit het objectieve recht. Subjectieve rechten kunnen worden onderverdeeld in de volgende subcategorieën 1.

Subjectieve rechten vloeien voort uit het objectieve recht. Subjectieve rechten kunnen worden onderverdeeld in de volgende subcategorieën 1. Introductie In dit document vind je onze uitwerking van probleem 1. Wij hopen met deze uitwerking te laten zien dat onze samenvattingen volledig en gestructureerd zijn. Daarnaast willen wij laten zien

Nadere informatie

Licentie in faillissement

Licentie in faillissement Licentie in faillissement C.J. Jager & R.E. Weening* 1 Inleiding De gevolgen van een faillissement voor de voorafgaand aan het faillissement verleende gebruiksrechten met betrekking tot rechten van intellectuele

Nadere informatie

Korte handleiding bijeenkomst 8. Bijzondere overdrachten.

Korte handleiding bijeenkomst 8. Bijzondere overdrachten. Korte handleiding bijeenkomst 8. Bijzondere overdrachten. Situaties: 1. Overdracht onder voorwaarde 2. Overdracht onder eigendomsvoorbehoud 3. Overdracht toekomstige goederen 4. Overdracht onder tijdsbepaling

Nadere informatie

Licentiecontracten: aandachtspunten

Licentiecontracten: aandachtspunten Licentiecontracten: aandachtspunten Jaap Bremer BK seminar 3 oktober 2013 Outline Aandachtspunten licentiecontract Overdraagbaarheid licentie en overdracht moederrecht Licenties in faillissement IE-rechten

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DE KOOPOVEREENKOMST GROND VOOR EENGEZINSHUIZEN, VERSIE

ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DE KOOPOVEREENKOMST GROND VOOR EENGEZINSHUIZEN, VERSIE ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DE KOOPOVEREENKOMST GROND VOOR EENGEZINSHUIZEN, VERSIE 1-1-2010 Bij deze algemene voorwaarden horen: - Koopovereenkomst Grond voor eengezinshuizen, versie 1-1-2010 Definities

Nadere informatie

De Intellectuele eigendomslicentie in Faillissement

De Intellectuele eigendomslicentie in Faillissement FACULTEIT DER RECHTSGELEERDHEID UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM De Intellectuele eigendomslicentie in Faillissement Een onderzoek naar de gevolgen van de uitoefening van het recht op wanprestatie voor de intellectuele

Nadere informatie

ANTWOORDEN PROEFTENTAMEN GOEDERENRECHT 2

ANTWOORDEN PROEFTENTAMEN GOEDERENRECHT 2 ANTWOORDEN PROEFTENTAMEN GOEDERENRECHT 2 Onderstaande puntenverdeling per vraag is een indicatie. Bij concrete toekenning van punten is mede bepalend in hoeverre een juiste, logisch weergegeven formulering

Nadere informatie

Actualiteiten over het retentierecht van de aannemer

Actualiteiten over het retentierecht van de aannemer Actualiteiten over het retentierecht van de aannemer 11 februari 2016 Mr. L.A. (Leonie) Dutmer Overzicht retentierecht van de aannemer Elementen retentierecht Feitelijke macht en kenbaarheid Retentierecht

Nadere informatie

De overeenkomst in het insolventierecht

De overeenkomst in het insolventierecht RIJKSUNIVERSITEIT GRONINGEN De overeenkomst in het insolventierecht Proefschrift ter verkrijging van het doctoraat in de Rechtsgeleerdheid aan de Rijksuniversiteit Groningen op gezag van de Rector Magnificus,

Nadere informatie

Verpanding van merken

Verpanding van merken Verpanding van merken M.W. Wiegerinck 1 1. Inleiding Tijdens mijn studie was ik student-assistent van Wim Reehuis. Ik assisteerde hem bij de herziening van het boek Goederenrecht ten behoeve van de twaalfde

Nadere informatie

Zaak A 2005/1 - Bovemij Verzekeringen N.V. / Benelux-Organisatie voor de Intellectuele Eigendom

Zaak A 2005/1 - Bovemij Verzekeringen N.V. / Benelux-Organisatie voor de Intellectuele Eigendom COUR DE JUSTICE BENELUX GERECHTSHOF ~ Zaak A 2005/1 - Bovemij Verzekeringen N.V. / Benelux-Organisatie voor de Intellectuele Eigendom Nadere conclusie van de Advocaat-Generaal L. Strikwerda (stuk A 2005/1/13)

Nadere informatie

Aanvullende algemene voorwaarden uitgeverij Boekwriter4all Lutten.

Aanvullende algemene voorwaarden uitgeverij Boekwriter4all Lutten. Aanvullende algemene voorwaarden uitgeverij Boekwriter4all Lutten. Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op alle overeenkomsten tussen Boekwriter4all en Klant met betrekking tot de levering van

Nadere informatie

Drie stellingen. Rotterdam Institute of Private Law Accepted Paper Series. M.L. Tuil. Published in WPNR 2010 (6831), p. 143-145

Drie stellingen. Rotterdam Institute of Private Law Accepted Paper Series. M.L. Tuil. Published in WPNR 2010 (6831), p. 143-145 Rotterdam Institute of Private Law Accepted Paper Series Drie stellingen M.L. Tuil Published in WPNR 2010 (6831), p. 143-145 Postdoc Erasmus Universiteit Rotterdam (tuil@law.eur.nl). 1 Abstract In dit

Nadere informatie

BENELUX COUR DE JUSTICE GERECHTSHOF A 2015/1/6 ARREST. Inzake: Naam : BVBA Upper At Home. Tegen: Naam : BVBA The Works. Procestaal: Nederlands ARRET

BENELUX COUR DE JUSTICE GERECHTSHOF A 2015/1/6 ARREST. Inzake: Naam : BVBA Upper At Home. Tegen: Naam : BVBA The Works. Procestaal: Nederlands ARRET COUR DE JUSTICE BENELUX GERECHTSHOF ~ A 2015/1/6 ARREST Inzake: Naam : BVBA Upper At Home Tegen: Naam : BVBA The Works Procestaal: Nederlands ARRET En cause : Nom : BVBA Upper At Home Contre: Nom : BVBA

Nadere informatie

VR DOC.0975/3

VR DOC.0975/3 VR 2016 1609 DOC.0975/3 Bijlage 1. De CC0-verklaring, vermeld in artikel 7, 1 De CC0-verklaring De instantie mag overeenkomstig de voorwaarden van artikel 7 gebruikmaken van de Nederlandstalige tekst van

Nadere informatie

24-10-2013. Intellectual Property & bedrijfswaarde aeternus college tour bedrijfswaarde AUTEURSRECHT. Intellectuele eigendom: hoofdcategorieën

24-10-2013. Intellectual Property & bedrijfswaarde aeternus college tour bedrijfswaarde AUTEURSRECHT. Intellectuele eigendom: hoofdcategorieën Intellectual Property & bedrijfswaarde aeternus college tour bedrijfswaarde Intellectuele eigendom: hoofdcategorieën 1. Copyright (Auteursrecht e.a.) Intellectuele eigendom 2. Industriële Eigendom Antoon

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 308 Wijziging van de Auteurswet en de Wet op de naburige rechten in verband met de versterking van de positie van de auteur en de uitvoerende

Nadere informatie

Licenties in faillissement na het Nebula-arrest: schuifelen tussen de scherven

Licenties in faillissement na het Nebula-arrest: schuifelen tussen de scherven Nr. 75 Licenties in faillissement na het Nebula-arrest: schuifelen tussen de scherven Dick van Engelen 1 Het Nebula-arrest 2 van de Hoge Raad doet vrezen dat een licentie naar Nederlands recht mogelijk

Nadere informatie

Recht P2 Auteur: Lydia Janssen

Recht P2 Auteur: Lydia Janssen Recht P2 Auteur: Lydia Janssen Ondernemingsvormen zonder rechtspersoonlijkheid Eenmanszaak Maatschap VOF (CV) Ondernemingsvormen met rechtspersoonlijkheid (2:3 BW) BV NV (vereniging, coöperatie, OWM, stichting)

Nadere informatie

Noot onder Vzr. Rb. Amsterdam 25 november 2010, B (Nestlé/Mars)

Noot onder Vzr. Rb. Amsterdam 25 november 2010, B (Nestlé/Mars) De art. 6:193a e.v. BW, art. 6:194 BW en art. 6:194a BW Paul Geerts, Rijksuniversiteit Groningen Noot onder Vzr. Rb. Amsterdam 25 november 2010, B9 9243 (Nestlé/Mars) 1. In Vzr. Rb. Amsterdam 25 november

Nadere informatie

Executie van het retentierecht

Executie van het retentierecht Executie van het retentierecht mr. Jacob Henriquez mr. Teije van Dijk AKD Aangeboden door WEKAbouw Kennisbank Contracteren in de bouw www.weka-bouw.nl @2011 Weka Uitgeverij B.V. - 1 - Inleiding Het retentierecht

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 15/05/2015

Datum van inontvangstneming : 15/05/2015 Datum van inontvangstneming : 15/05/2015 Vertaling C-163/15-1 Zaak C-163/15 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 9 april 2015 Verwijzende rechter: Oberlandesgericht Düsseldorf (Duitsland)

Nadere informatie

Wij adviseren je deze Algemene Voorwaarden zorgvuldig te lezen zodat je op de hoogte bent

Wij adviseren je deze Algemene Voorwaarden zorgvuldig te lezen zodat je op de hoogte bent ALGEMENE VOORWAARDEN VAN BUZZPRESS Wij adviseren je deze Algemene Voorwaarden zorgvuldig te lezen zodat je op de hoogte bent van je rechten en verplichtingen onder de Overeenkomst tussen jou en ons. Jij

Nadere informatie

3.Offerte: de door LABEL ME gedane offerte voor het leveren van Diensten.

3.Offerte: de door LABEL ME gedane offerte voor het leveren van Diensten. Algemene Voorwaarden LABEL ME Artikel 1: Definities In deze algemene voorwaarden worden de hiernavolgende termen in de navolgende betekenis gebruikt, tenzij uitdrukkelijk anders is aangegeven. 1.LABEL

Nadere informatie

Wij adviseren je deze Algemene Voorwaarden zorgvuldig te lezen zodat je op de hoogte bent

Wij adviseren je deze Algemene Voorwaarden zorgvuldig te lezen zodat je op de hoogte bent ALGEMENE VOORWAARDEN VAN SHARKSALES BV Wij adviseren je deze Algemene Voorwaarden zorgvuldig te lezen zodat je op de hoogte bent van je rechten en verplichtingen onder de Overeenkomst tussen jou en ons.

Nadere informatie

College 1: Algemene inleiding:

College 1: Algemene inleiding: College 1: Algemene inleiding: Het vak goederenrecht omvat veel stof; deze kan vanwege de beschikbare tijd niet uitvoerig in de lessen behandeld worden. Ook de jurisprudentie zal niet uitvoerig aan de

Nadere informatie

HET BENELUX-GERECHTSHOF. in de zaak A 94/2

HET BENELUX-GERECHTSHOF. in de zaak A 94/2 2 HET BENELUX-GERECHTSHOF in de zaak A 94/2 1. Gelet op het vonnis van de Arrondissementsrechtbank te Leeuwarden van 8 september 1994 in de zaak rolnummer H 136/93 van Rivel Rijwielfabriek B.V., gevestigd

Nadere informatie

Wij adviseren je deze Algemene Voorwaarden zorgvuldig te lezen zodat je op de hoogte bent van

Wij adviseren je deze Algemene Voorwaarden zorgvuldig te lezen zodat je op de hoogte bent van ALGEMENE VOORWAARDEN VAN EIGEN-WIJS STAND PERFORMANCE TRAINING EN ADVIES Wij adviseren je deze Algemene Voorwaarden zorgvuldig te lezen zodat je op de hoogte bent van je rechten en verplichtingen onder

Nadere informatie

II. DE TOTSTANDKOMING VAN OBLIGATOIRE OVEREENKOMSTEN / 11

II. DE TOTSTANDKOMING VAN OBLIGATOIRE OVEREENKOMSTEN / 11 INHOUD I. VERMOGENSRECHTEN / 1 1.1. Inleiding / 1 1.1.1 Goed, zaak, registergoed / 1 1.2. Eigendom en vorderingsrecht / 2 1.2.1 Absolute en relatieve rechten / 2 1.2.2 Zakelijke en persoonlijke rechten

Nadere informatie

NON USUS VERENIGING VOOR AUTEURSRECHT 5 JUNI 2015 MARGRIET KOEDOODER

NON USUS VERENIGING VOOR AUTEURSRECHT 5 JUNI 2015 MARGRIET KOEDOODER VERENIGING VOOR AUTEURSRECHT 5 JUNI 2015 MARGRIET KOEDOODER - GEREGELD IN DE WET? - WETSVOORSTEL AUTEURSCONTRACTENRECHT - WAT ZEGT DE JURISPRUDENTIE? BEPERKING TOT MUZIEK OUD BW TOT 1992 ARTIKEL 754 LID

Nadere informatie

Algemene Voorwaarden van YachtFocus Media BV

Algemene Voorwaarden van YachtFocus Media BV Algemene Voorwaarden van YachtFocus Media BV Artikel 1. Definities 1. In deze Algemene Voorwaarden hebben de volgende met hoofdletters aangeduide termen steeds de hiernavolgende betekenis: YachtFocus Media

Nadere informatie

Enige aspecten van de kwalitatieve verbintenis

Enige aspecten van de kwalitatieve verbintenis Enige aspecten van de kwalitatieve verbintenis Proefschrift ter verkrijging van de graad van doctor aan de Radboud Universiteit Nijmegen op gezag van de rector magnificus prof. mr. S.C.J.J. Kortmann, volgens

Nadere informatie

LICENTIEOVEREENKOMST

LICENTIEOVEREENKOMST 1 LICENTIEOVEREENKOMST De ondergetekenden: AntrAciet gevestigd aan de Franseweg 80 te Elst, ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder KvK-nummer 24450322 en ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN. Definities

ALGEMENE VOORWAARDEN. Definities ALGEMENE VOORWAARDEN Definities Aanbieding: iedere vorm van aanbod gedaan door of namens de Tekstschrijver waaronder begrepen maar niet beperkt tot offertes, prijsopgaven, voorstellen voor teksten of onderwerpen.

Nadere informatie

Licentieovereenkomst Construction Media

Licentieovereenkomst Construction Media Licentieovereenkomst Construction Media Dit document bevat de licentieovereenkomst van Construction Media. Deze licentieovereenkomst is van toepassing op alle door Construction Media aan een gebruiker

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN VAN DIENSTVERLENING van Management Partners Int., Gildenveld 16, 3892 DG Zeewolde

ALGEMENE VOORWAARDEN VAN DIENSTVERLENING van Management Partners Int., Gildenveld 16, 3892 DG Zeewolde ALGEMENE VOORWAARDEN VAN DIENSTVERLENING van Management Partners Int., Gildenveld 16, 3892 DG Zeewolde Definities Management Partners International: de (geassocieerde) partners van de maatschap Management

Nadere informatie

Algemene voorwaarden Advies bij Arbeid B.V.

Algemene voorwaarden Advies bij Arbeid B.V. Bij het uitbrengen van offertes en de uitvoering van opdrachten hanteert kantoorhoudend te Dordrecht en ingeschreven bij de KvK Rotterdam onder nummer: 24389685 de volgende algemene leveringsvoorwaarden:

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2013:BY6108

ECLI:NL:HR:2013:BY6108 ECLI:NL:HR:2013:BY6108 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 19-04-2013 Datum publicatie 19-04-2013 Zaaknummer 12/00081 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2012:BY6108,

Nadere informatie

Algemene voorwaarden SmartPhort

Algemene voorwaarden SmartPhort Algemene voorwaarden SmartPhort Artikel 1 Definities 1. SmartPhort: de gebruiker van deze algemene voorwaarden, gevestigd aan J.F. Kennedylaan 19F, 5555XC te Valkenswaard, ingeschreven in het Handelsregister

Nadere informatie

LICENTIEOVEREENKOMST

LICENTIEOVEREENKOMST LICENTIEOVEREENKOMST Ondergetekenden: 1. [NAAM ARCHITECT(ENBUREAU)], geboren op [ ] te [ ], wonende te [ ] aan de [ ]/ gevestigd en kantoorhoudende aan de [ ] te [ ], (ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd

Nadere informatie

Deze definities betreffen het gebruik ervan in de Licentieovereenkomst.

Deze definities betreffen het gebruik ervan in de Licentieovereenkomst. Deventer, 21-06-2018 Foticoon Smedenstraat 30 7411 RD Deventer Contact@foticoon.nl +31 6 42 75 29 02 Algemene voorwaarden Deze Algemene Voorwaarden zijn van de eenmanszaak Foticoon, gevestigd en kantoorhoudende

Nadere informatie

Wij adviseren je deze Algemene Voorwaarden zorgvuldig te lezen zodat je op de hoogte bent van

Wij adviseren je deze Algemene Voorwaarden zorgvuldig te lezen zodat je op de hoogte bent van ALGEMENE VOORWAARDEN VAN LAB050 Wij adviseren je deze Algemene Voorwaarden zorgvuldig te lezen zodat je op de hoogte bent van je rechten en verplichtingen onder de Overeenkomst tussen jou en ons. Jij wordt

Nadere informatie

a. Bescheiden: alle door Opdrachtgever aan Opdrachtnemer ter beschikking gestelde

a. Bescheiden: alle door Opdrachtgever aan Opdrachtnemer ter beschikking gestelde ALGEMENE VOORWAARDEN KEES HELPT Artikel 1. DEFINITIES In deze voorwaarden wordt verstaan onder: a. Bescheiden: alle door Opdrachtgever aan Opdrachtnemer ter beschikking gestelde informatie of gegevens;

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN

ALGEMENE VOORWAARDEN ALGEMENE VOORWAARDEN Van de besloten vennootschap KlasseStudent B.V. Statutair gevestigd te Nieuwegracht 1 3512 LB Utrecht, Nederland Contact Nieuwegracht 1 3512 LB Utrecht info@klassestudent.nl T: +31(0)6-33

Nadere informatie

Inhoud. Algemeen. De faillietverklaring

Inhoud. Algemeen. De faillietverklaring Inhoud I 1 2 3 4 5 5a II 6 7 8 9 10 12 13 14 15 16 Algemeen Drie procedures Het faillissement De surseance van betaling De schuldsanering natuurlijke personen Commissie Insolventierecht Herijking van het

Nadere informatie

Zakenrecht en zakelijke zekerheidsrechten

Zakenrecht en zakelijke zekerheidsrechten Zakenrecht en zakelijke zekerheidsrechten INLEIDING...1 HET ZAKENRECHT GESITUEERD BINNEN HET VERMOGENSRECHT...1 HET BELANG VAN HET ZAKENRECHT...2 BEGRIPPEN ZAAK GOED VERMOGEN...3 HOOFDSTUK 1: DE LEER VAN

Nadere informatie

Turbo-liquidatie en de bestuurder

Turbo-liquidatie en de bestuurder Turbo-liquidatie en de bestuurder Juni 2012 mr J. Brouwer De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel is noch de auteur noch Boers Advocaten

Nadere informatie

N.C. van Oostrom-Streep, 'De kwalitatieve verplichting' Woord vooraf Lijst van afkortingen

N.C. van Oostrom-Streep, 'De kwalitatieve verplichting' Woord vooraf Lijst van afkortingen Inhoudsopgave Woord vooraf Lijst van afkortingen v xv Hoofdstuk 1 Inleiding op het onderwerp, presentatie van de onderzoeksvraag 1 1.1 Inleiding 1 1.2 De mogelijkheden 2 1.3 De vraag 4 1.4 De methode 5

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 31/08/2015

Datum van inontvangstneming : 31/08/2015 Datum van inontvangstneming : 31/08/2015 Vertaling C-417/15-1 Zaak C-417/15 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 29 juli 2015 Verwijzende rechter: Landesgericht für Zivilrechtssachen

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN AD REM LEGAL

ALGEMENE VOORWAARDEN AD REM LEGAL Artikel 1. Definities ALGEMENE VOORWAARDEN AD REM LEGAL 1.1. Algemene Voorwaarden: de onderhavige algemene voorwaarden. 1.2. Ad Rem Legal: een naar Nederlands recht opgerichte eenmanszaak, gevestigd te

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2016:5140 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01

ECLI:NL:GHAMS:2016:5140 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01 ECLI:NL:GHAMS:2016:5140 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 29-11-2016 Datum publicatie 06-02-2017 Zaaknummer 200.174.828/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

Algemene voorwaarden van Volleberg Accountants, gevestigd te Beek

Algemene voorwaarden van Volleberg Accountants, gevestigd te Beek Algemene voorwaarden van Volleberg Accountants, gevestigd te Beek 1. Begripsbepalingen In deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder: Opdrachtgever: De natuurlijke of rechtspersoon die aan opdrachtnemer

Nadere informatie

Het aanbiedingsbegrip nader verkend. Kort commentaar bij Vzr. Rb. Den Haag 4 oktober 2011, B (PTC S.A./Ape Holland B.V.):

Het aanbiedingsbegrip nader verkend. Kort commentaar bij Vzr. Rb. Den Haag 4 oktober 2011, B (PTC S.A./Ape Holland B.V.): Het aanbiedingsbegrip nader verkend. Kort commentaar bij Vzr. Rb. Den Haag 4 oktober 2011, B9 10221 (PTC S.A./Ape Holland B.V.): Charlotte de Boer, Wim Maas (Deterink Advocaten en Notarissen) Inleiding

Nadere informatie

Fotograaf: de gebruiker van de Algemene Voorwaarden in de zin van art. 6:231 BW.

Fotograaf: de gebruiker van de Algemene Voorwaarden in de zin van art. 6:231 BW. Foticoon J. Sinthenstraat 29 7412 EB Deventer Contact@foticoon.nl +31 6 42 75 29 02 Algemene Voorwaarden Deze Algemene Voorwaarden zijn van de eenmanszaak Foticoon, gevestigd en kantoorhoudende in Deventer,

Nadere informatie

Bewijslastverdeling bij gestelde uitputting

Bewijslastverdeling bij gestelde uitputting Cassatiemiddel Schending van het recht inz. artikel 2.23 lid 3 BVIE (art. 13A lid 9 BMW oud), zoals deze bepaling geïnterpreteerd en toegepast dient te worden in het licht van art 7 lid 1 van de Eerste

Nadere informatie

Licentieovereenkomst Construction Media

Licentieovereenkomst Construction Media Licentieovereenkomst Construction Media Dit document bevat de licentieovereenkomst van Construction Media. Deze licentieovereenkomst is van toepassing op alle door Construction Media aan een gebruiker

Nadere informatie

ALGEMENE VERKOOP- EN LEVERINGSVOORWAARDEN

ALGEMENE VERKOOP- EN LEVERINGSVOORWAARDEN ALGEMENE VERKOOP- EN LEVERINGSVOORWAARDEN Artikel 1 Definities Aanbieding BW Dag MRT Overeenkomst Partijen Product Voorwaarden Wederpartij een offerte of anderszins schriftelijk of mondeling voorstel van

Nadere informatie

(2).. (Touringcarbedrijf en standplaats)

(2).. (Touringcarbedrijf en standplaats) LICENTIEOVEREENKOMST VOOR TOURINGCARBEDRIJVEN. (datum van erkenning) (1) STICHTING KEURMERK TOURINGCARBEDRIJF EN (2).. (Touringcarbedrijf en standplaats) 1 INHOUD ARTIKEL 1. Definities 2. Verlening licentie

Nadere informatie

1.1. Incassoleed Den Haag is een handelsnaam van de eenmanszaak van eigenaar J.M. Dol;

1.1. Incassoleed Den Haag is een handelsnaam van de eenmanszaak van eigenaar J.M. Dol; ALGEMENE VOORWAARDEN INCASSOLEED DEN HAAG Artikel 1 - Toepasselijkheid 1.1. Incassoleed Den Haag is een handelsnaam van de eenmanszaak van eigenaar J.M. Dol; 1.2. Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing

Nadere informatie

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt.

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt. Wetgeving Algemene wet bestuursrecht Artikel 1:3 1. Onder besluit wordt verstaan: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. 2. Onder beschikking

Nadere informatie

Algemene voorwaarden Rens de Jonge

Algemene voorwaarden Rens de Jonge Algemene voorwaarden Rens de Jonge Artikel 1 Definities 1. Rens de Jonge: de gebruiker van deze algemene voorwaarden, gevestigd aan Lissestraat 11, 6843KH te Arnhem, ingeschreven in het Handelsregister

Nadere informatie

Wij adviseren je deze Algemene Voorwaarden zorgvuldig te lezen zodat je op de hoogte bent

Wij adviseren je deze Algemene Voorwaarden zorgvuldig te lezen zodat je op de hoogte bent ALGEMENE VOORWAARDEN VAN TBLEMEDIA Wij adviseren je deze Algemene Voorwaarden zorgvuldig te lezen zodat je op de hoogte bent van je rechten en verplichtingen onder de Overeenkomst tussen jou en ons. Jij

Nadere informatie

1. Algemeen. 4. Totstandkoming van de overeenkomst. In deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder:

1. Algemeen. 4. Totstandkoming van de overeenkomst. In deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder: 1. Algemeen ALGEMENE VOORWAARDEN VAN DE KUNSTENBOND In deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder: 1.1 Opdrachtnemer: de gebruiker van deze algemene voorwaarden. 1.2 Opdrachtgever: de partij die aan

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 70 Wet van 25 februari 2008, houdende regeling van het conflictenrecht betreffende het goederenrechtelijke regime met betrekking tot zaken, vorderingsrechten,

Nadere informatie

In deze Algemene Voorwaarden wordt verstaan onder:

In deze Algemene Voorwaarden wordt verstaan onder: Cremerstraat 132 3532 BJ Utrecht M: +31 (0)6 24231170 E: geertje@geertjealgeramedia.nl www.geertjealgeramedia.nl linkedin.com/in/geertjealgera @geertjealgeramedia @geertjealgeramedia @missgeertje @missgeertje

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN

ALGEMENE VOORWAARDEN ALGEMENE VOORWAARDEN ALGEMENE VOORWAARDEN Artikel 1:Definities 1. Kapper lease, gevestigd te Bodegraven, KvK-nummer 73509078 word in deze algemene voorwaarden aangeduid als dienstverlener. 2. De wederpartij

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. Enige afkortingen Lijst van verkort aangehaalde werken

INHOUDSOPGAVE. Enige afkortingen Lijst van verkort aangehaalde werken nr. INHOUDSOPGAVE Enige afkortingen Lijst van verkort aangehaalde werken Hoofdstuk 1 Inleiding /1 1. Introductie / 1 2. Hoofdregels verhaal; gehele vermogen van de schuldenaar en gelijkheid van schuldeisers

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN. De Bedrijfsmakelaar.nl

ALGEMENE VOORWAARDEN. De Bedrijfsmakelaar.nl ALGEMENE VOORWAARDEN De Bedrijfsmakelaar.nl Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op de toegang en het gebruik van de website van De Bedrijfsmakelaar.nl. Deel I. Algemeen Artikel 1 Definities en

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 30 876 Regeling van het conflictenrecht betreffende het goederenrechtelijke regime met betrekking tot zaken, vorderingsrechten, aandelen en giraal

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 01/09/2015

Datum van inontvangstneming : 01/09/2015 Datum van inontvangstneming : 01/09/2015 Vertaling C-419/15-1 Zaak C-419/15 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 30 juli 2015 Verwijzende rechter: Oberlandesgericht Düsseldorf (Duitsland)

Nadere informatie

Algemene voorwaarden Avango

Algemene voorwaarden Avango Algemene voorwaarden Avango Artikel 1 Algemeen 1.1 Deze voorwaarden zijn van toepassing op alle offertes, aanbiedingen, producten, handelingen en diensten van Avango. 1.2 De onderhavige voorwaarden zijn

Nadere informatie

Algemene voorwaarden Stichting Salvage

Algemene voorwaarden Stichting Salvage Algemene voorwaarden Stichting Salvage 30 augustus 2010 ALGEMENE VOORWAARDEN Stichting Salvage, Prins Willem Alexanderlaan 701, 7311 ST Apeldoorn Artikel 1 Toepasselijkheid 1.1 Deze voorwaarden zijn van

Nadere informatie

Licentieovereenkomst Habilis Media BV, KvK nummer , versie

Licentieovereenkomst Habilis Media BV, KvK nummer , versie Dit document bevat de licentieovereenkomst van Habilis Media BV, ingeschreven in het Handelsregister bij de Kamer van Koophandel onder nummer 17228658. Deze licentieovereenkomst is van toepassing op alle

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN JIPRODUCTIES

ALGEMENE VOORWAARDEN JIPRODUCTIES ALGEMENE VOORWAARDEN JIPRODUCTIES In deze algemene voorwaarden komen een aantal termen voor waarvan de betekenis hieronder beschreven staat. : de gebruiker van deze algemene voorwaarden., gevestigd aan

Nadere informatie

Workshop Insolventierecht FR&R. Deel 2: Tijdens faillissement

Workshop Insolventierecht FR&R. Deel 2: Tijdens faillissement Workshop Insolventierecht FR&R Deel 2: Tijdens faillissement Rolf Verhoeven / Johan Jol 3 september 2009 Onderwerpen Mogelijke procedures en hun gevolgen Spelers en hun bevoegdheden Verhaalsmogelijkheden

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN Q Loods B.V.

ALGEMENE VOORWAARDEN Q Loods B.V. ALGEMENE VOORWAARDEN Q Loods B.V. Artikel 1: begripsomschrijving Q Loods: koper: de gebruiker van de onderhavige voorwaarden en alle aan Q Loods B.V. op enigerlei wijze verbonden ondernemingen en organisaties.

Nadere informatie

Algemene Voorwaarden DBO energie BV DEFINITIES. Artikel 1.

Algemene Voorwaarden DBO energie BV DEFINITIES. Artikel 1. DEFINITIES Artikel 1. 1. In onderhavige voorwaarden wordt met opdrachtnemer aangeduid DBO Energie BV. Met opdrachtgever wordt de partij aangeduid die een goed of een dienst bij opdrachtnemer afneemt of

Nadere informatie

Qloods: de gebruiker van de onderhavige voorwaarden en alle aan Qloods op enigerlei wijze verbonden ondernemingen en organisaties.

Qloods: de gebruiker van de onderhavige voorwaarden en alle aan Qloods op enigerlei wijze verbonden ondernemingen en organisaties. ALGEMENE VOORWAARDEN Qloods Artikel 1: begripsomschrijving Qloods: koper: de gebruiker van de onderhavige voorwaarden en alle aan Qloods op enigerlei wijze verbonden ondernemingen en organisaties. de wederpartij

Nadere informatie

OPDRACHTOVEREENKOMST ALGEMENE VOORWAARDEN

OPDRACHTOVEREENKOMST ALGEMENE VOORWAARDEN OPDRACHTOVEREENKOMST ALGEMENE VOORWAARDEN Disclaimer Druk- en typefouten voorbehouden. De auteur, de uitgever en de Kunstenbond zijn niet aansprakelijk voor de gevolgen van activiteiten die worden ondernomen

Nadere informatie

NIEUWE REGELS voor de RECHTSTREEKSE VORDERING EN HERVORMING van het EIGENDOMSVOORBEHOUD

NIEUWE REGELS voor de RECHTSTREEKSE VORDERING EN HERVORMING van het EIGENDOMSVOORBEHOUD pandrecht NIEUWE REGELS voor de RECHTSTREEKSE VORDERING EN HERVORMING van het EIGENDOMSVOORBEHOUD De regels omtrent de zakelijke zekerheden* zijn lang achterhaald. Door het groot aantal voorrechten werd

Nadere informatie

BESCHIKKING M (2006) 6

BESCHIKKING M (2006) 6 BESCHIKKING van het Comité van Ministers van de Benelux Economische Unie houdende wijziging van het Benelux-verdrag inzake de intellectuele eigendom (merken en tekeningen of modellen), ondertekend te Den

Nadere informatie

/// Gebruiksvoorwaarden en -bepalingen Digitaal Hoogtemodel Vlaanderen II, DTM, raster, 5m, testdata

/// Gebruiksvoorwaarden en -bepalingen Digitaal Hoogtemodel Vlaanderen II, DTM, raster, 5m, testdata /// Gebruiksvoorwaarden en bepalingen Digitaal Hoogtemodel Vlaanderen II, DTM, raster, 5m, testdata Voor taken van algemeen belang GDIVlaanderen deelnemers Elke deelnemer aan GDIVlaanderen heeft toegang

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Der Staten-Generaal Postus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Der Staten-Generaal Postus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Juridischee Zaken Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Der Staten-Generaal Postus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 170/7

Publicatieblad van de Europese Unie L 170/7 1.7.2005 Publicatieblad van de Europese Unie L 170/7 VERORDENING (EG) Nr. 1002/2005 VAN DE COMMISSIE van 30 juni 2005 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1239/95 betreffende het verlenen van dwanglicenties

Nadere informatie

Algemene Leveringsvoorwaarden

Algemene Leveringsvoorwaarden Definities In deze Algemene Voorwaarden wordt verstaan onder: Aanbieding: iedere vorm van aanbod gedaan door of namens de Opdrachtnemer waaronder begrepen maar niet beperkt tot offertes, prijsopgaven,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752

ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752 ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 04-10-2010 Datum publicatie 07-10-2010 Zaaknummer 205064 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Eerste aanleg

Nadere informatie

Refresh & Update softwarelicenties

Refresh & Update softwarelicenties Refresh & Update softwarelicenties Enkele aandachtspunten en actualiteiten Edward de Lange 18 maart 2008 Simmons & Simmons in Nederland Meer dan 130 advocaten, belastingadviseurs en notarissen Full service

Nadere informatie

14.1 Verhaal en voorrang algemeen Niet voor uitwinning vatbare goederen. Voorrang. Onderlinge rangorde voorrechten.

14.1 Verhaal en voorrang algemeen Niet voor uitwinning vatbare goederen. Voorrang. Onderlinge rangorde voorrechten. 14.1 Verhaal en voorrang algemeen Een schuldeiser wiens vordering niet betaald wordt kan zijn vordering verhalen op de goederen van zijn schuldenaar (artikel 3:276 e.v. BW). Voor verhaal is een geldvordering

Nadere informatie

Algemene voorwaarden Autobedrijf Keurmerk B.V.

Algemene voorwaarden Autobedrijf Keurmerk B.V. Artikel 1. Algemeen Algemene voorwaarden Autobedrijf Keurmerk B.V. 1. Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op elke overeenkomst c.q aanbieding tussen Autobedrijf Keurmerk B.V. nader te noemen

Nadere informatie

Algemene Voorwaarden Dockbite B.V.

Algemene Voorwaarden Dockbite B.V. Algemene Voorwaarden Dockbite B.V. Artikel 1 Definities 1. In deze algemene voorwaarden worden de hiernavolgende termen in de navolgende betekenis gebruikt, tenzij uitdrukkelijk anders is aangegeven. -

Nadere informatie