Nationale Beoordelingsrichtlijn

Transcriptie

1 BRL december 2011 Nationale Beoordelingsrichtlijn Voor het KOMO productcertificaat voor Afdekkingen voor putten en kolken Vastgesteld door CvD (Leidingsystemen - Ontwerp, Productie en Uitvoering) d.d. 3 oktober 2011 Aanvaard door de Harmonisatie Commissie Bouw van de Stichting Bouwkwaliteit d.d. 6 december 2011

2 Voorwoord Kiwa Deze Nationale Beoordelingsrichtlijn is opgesteld door het College van Deskundigen Leidingsystemen - Ontwerp, Productie en Uitvoering van Kiwa, waarin belanghebbende partijen op het gebied van Afdekkingen voor putten en kolken zijn vertegenwoordigd. Dit college begeleidt ook de uitvoering van certificatie en stelt zonodig deze Nationale Beoordelingsrichtlijn bij. Waar in deze Nationale Beoordelingsrichtlijn sprake is van College van Deskundigen is daarmee bovengenoemd college bedoeld. Deze Nationale Beoordelingsrichtlijn zal door Kiwa worden gehanteerd in samenhang met het Kiwa-Reglement voor Productcertificatie. In dit reglement is de door Kiwa gehanteerde werkwijze vastgelegd bij de uitvoering van het onderzoek ter verkrijging van het productcertifcaat, alsmede de werkwijze bij de externe controle. Informatie betreffende de publiekrechtelijke producteisen en bepalingsmethoden is opgenomen in hoofdstuk 5 van deze beoordelingsrichtlijn. Bindend verklaring Deze beoordelingsrichtlijn is door Kiwa bindend verklaard per 6 december Kiwa Nederland B.V. Sir Winston Churchilllaan 273 Postbus AB RIJSWIJK Kiwa N.V. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Onverminderd de aanvaarding van de Beoordelingsrichtlijn door de Harmonisatie Commissie Bouw van de Stichting Bouwkwaliteit als Nationale Beoordelingsrichtlijn berusten alle rechten bij Kiwa. Het gebruik van deze Beoordelingsrichtlijn door derden, voor welk doel dan ook, is uitsluitend toegestaan nadat een schriftelijke overeenkomst met Kiwa is gesloten waarin het gebruiksrecht is geregeld december 2011

3 Inhoud Voorwoord Kiwa 1 Inhoud 2 1 Inleiding Algemeen Toepassingsgebied Acceptatie van door de leverancier geleverde onderzoeksrapporten Certificaat 5 2 Terminologie Definities 6 3 Procedure voor het verkrijgen van een kwaliteitsverklaring Toelatingsonderzoek Certificaatverlening 7 4 Producteisen en bepalingsmethoden Algemeen Eisen gerelateerd aan NEN-EN Plaatsingsgebied (Artikel 5 van NEN-EN 124) Vulling in een bakvormig deksel (Artikel van NEN-EN 124) Productie, kwaliteit en beproeving (Artikel 6.2 van NEN-EN 124) Inlegdiepte (Artikel 7.4 van NEN-EN 124) Spleetwijdte (Artikel 7.5 van NEN-EN 124) Zitting (Artikel 7.6 van NEN-EN 124) Borging van het deksel/rooster in de omranding (Artikel 7.8 van NEN-EN 124) Rechte sleuven (Artikel van NEN-EN 124) Putafdekking met speciale afdichting (Artikel 7.14 van NEN-EN 124) Bekleding gietijzeren delen Materialen Afmetingen en maximaal toelaatbare afwijkingen bij betonnen randverzwaringen Lengte, breedte, buitenmiddellijn Hoogte Dagmaat Dekking op wapening Sterkte betonnen randverzwaring (type-test) Gietijzeren onderdelen Certificatiemerk 12 5 Besluit bodemkwaliteit gerelateerde eisen en bepalingsmethoden Algemeen december 2011

4 5.1.1 Milieuhygiënische samenstellingseisen, Besluit bodemkwaliteit 13 6 Eisen aan het kwaliteitssysteem Algemeen Beheerder van het kwaliteitssysteem Interne kwaliteitsbewaking/kwaliteitsplan Procedures en werkinstructies 14 7 Samenvatting onderzoek en controle Onderzoeksmatrix 15 8 Eisen aan de certificatie-instelling Algemeen Certificatiepersoneel Kwalificatie-eisen Kwalificatie Rapport toelatingsonderzoek Beslissing over certificaatverlening Uitvoeringsvorm kwaliteitsverklaring Aard en frequentie van externe controles Rapportage aan College van Deskundigen Interpretatie van eisen Specifieke door het College van Deskundigen vastgestelde regels 18 9 Lijst van vermelde documenten Publiekrechtelijke regelgeving Bouwbesluit bodemkwaliteit Besluit PAK-houdende coatings Wet milieugevaarlijke stoffen Normen / normatieve documenten: 19 I II III Model certificaat Verwerkingsrichtlijnen Model IKB-schema of raam-ikb-schema december 2011

5 1 Inleiding 1.1 Algemeen De in deze beoordelingsrichtlijn opgenomen eisen worden door certificatieinstellingen, die hiervoor erkend zijn door de Raad voor Accreditatie, gehanteerd bij de behandeling van een aanvraag voor c.q. de instandhouding van een productcertificaat voor Afdekkingen voor putten en kolken. De af te geven kwaliteitsverklaring wordt aangeduid als KOMO productcertificaat. Het techniekgebied van de BRL is: F5: Opslag-, transport- en afvoersystemen.metaal. F4: Opslag-, transport-en afvoersystemen. Beton. Naast de eisen die in deze beoordelingsrichtlijn zijn vastgelegd, stellen de certificatieen attesteringsinstellingen aanvullende eisen, in de zin van algemene procedure-eisen van certificatie en attestering, zoals vastgelegd in het algemeen certificatie- en attesteringsreglement van de betreffende instelling. Deze beoordelingsrichtlijn vervangt BRL 9203 d.d. 15 maart 2002 met wijzigingsblad d.d. 15 augustus De kwaliteitsverklaringen die op basis van die beoordelingsrichtlijn zijn afgegeven verliezen in elk geval hun geldigheid op 1 juli Bij de uitvoering van certificatiewerkzaamheden zijn de certificatie-instellingen gebonden aan de eisen die in het hoofdstuk Eisen aan certificatie-instellingen zijn vastgelegd. 1.2 Toepassingsgebied De producten zijn bestemd om te worden toegepast als afdekkingen in voetgangersgebieden of gebieden met verkeersbelastingen. De afdekkingen bestaan uit deksels of roosters met bijbehorende rand, waarbij de maximale opening in de dag kleiner of gelijk is aan 1000 mm. Deze beoordelingsrichtlijn is niet van toepassing op afdekkingen voor putten en kolken voor vloeistofdichte verhardingen voor motorbrandstoffen en smeermiddelen. 1.3 Acceptatie van door de leverancier geleverde onderzoeksrapporten Indien door de leverancier rapporten van onderzoekinstellingen of laboratoria worden overgelegd om aan te tonen dat aan de eisen van de BRL wordt voldaan, zal moeten worden aangetoond dat deze zijn opgesteld door een instelling die voldoet aan de van toepassing zijnde accreditatienorm, te weten: NEN-EN-ISO/IEC voor laboratoria; NEN-EN-ISO/IEC voor inspectie-instellingen; NEN-EN voor certificatie-instellingen die producten certificeren; NEN-EN ISO/IEC voor certificatie-instellingen die systemen certificeren; NEN-EN-ISO/IEC voor certificatie-instellingen die personen certificeren. De instelling wordt geacht aan deze criteria te voldoen wanneer een accreditatiecertificaat kan worden overgelegd, afgegeven door de Raad voor Accreditatie (RvA) of een accreditatie-instelling waarmee de RvA een overeenkomst van wederzijdse acceptatie heeft gesloten december 2011

6 Deze accreditatie moet betrekking hebben op het voor deze BRL vereiste onderzoek. Indien geen accreditatiecertificaat kan worden overgelegd, zal de certificatieinstelling zelf verifiëren of aan de accreditatienorm is voldaan, of het desbetreffende onderzoek opnieuw zelf (laten) uitvoeren. 1.4 Certificaat Het model van het op basis van deze BRL af te geven KOMO productcertificaat is als bijlage bij deze BRL opgenomen december 2011

7 2 Terminologie 2.1 Definities In deze beoordelingsrichtlijn wordt verstaan onder: Leverancier: de partij die er voor verantwoordelijk is dat producten bij voortduring voldoen aan de eisen waarop de certificatie is gebaseerd; IKB-schema: een beschrijving van de door de leverancier uitgevoerde kwaliteitscontroles, als onderdeel van zijn kwaliteitssysteem Kolk: Ingegraven bak voor de opvang van hemelwater, afkomstig van verharde oppervlakken, voor het laten bezinken van zand en andere in dit water meegvoerde bezinkbare stoffen en voor de afvoer van dit water naar de buitenriolering Verkeersgebieden: Hierin worden bedoeld de gebieden zoals omschreven in NEN-EN 124 art. 5 Een aantal Engelse begrippen uit NEN-EN 124 dienen als volgt in het Nederlands wordenvertaald: Manhole: Inspectieput/rioolput Manhole top: Afdekking voor put (rand + deksel/rooster) Gully: Kolk Gully top: Afdekking voor kolk (rand + deksel/rooster) Frame: Omranding Grating: Rooster Cover: Deksel Vent: Beluchtingsopening Dirt bucket: Vuilemmer Dirt pan: Vuilvanger hangende onder een deksel Seatings: Oplegging van het rooster/deksel in de gietijzeren omranding Depth of insertion: Inlegdiepte Total clearance: Spleetwijdte/speling Bearing area: Draagvlak onderzijde omranding Clear opening: Middellijn van de in de doorlaat van de omranding beschreven cirkel Cushioning insert: Tussenlaag uit elastisch materiaal tussen omranding en deksel/rooster Locking device: Vergrendeling Sealed manhole tops: Putafdekking met speciale afdichting Recessed covers: Bakvormig deksel met vulling Cover filling: De vulling in een bakdeksel conform de aansluitende verharding Frame depth: Randhoogte Place of installation: Plaatsingsgebied Production, quality and testing: Productie, kwaliteit en beproeving Securing of the cover/grating within the frame: Borging van het deksel/rooster in de omranding december 2011

8 3 Procedure voor het verkrijgen van een kwaliteitsverklaring 3.1 Toelatingsonderzoek Het door de certificatie-instelling uit te voeren toelatingsonderzoek vindt plaats aan de hand van de in deze beoordelingsrichtlijn opgenomen prestatie- en producteisen inclusief beproevingsmethoden en omvatten, afhankelijk van de aard van het te certificeren product: (Monster)onderzoek, om vast te stellen of de producten voldoen aan de producten/of prestatie-eisen; Beoordeling van het productieproces; Beoordeling van het kwaliteitssysteem en het IKB-schema; Toetsing op de aanwezigheid en het functioneren van de overige vereiste procedures. Beoordeling van de verwerkingsvoorschriften van de leverancier. 3.2 Certificaatverlening Na afronding van het toelatingsonderzoek worden de resultaten voorgelegd aan de beslisser. Deze beoordeelt de resultaten en stelt vast of het certificaat kan worden verleend of dat aanvullende gegevens en/of onderzoeken nodig zijn voordat het certificaat kan worden verleend december 2011

9 4 Producteisen en bepalingsmethoden 4.1 Algemeen In dit hoofdstuk zijn de overige producteisen opgenomen, waaraan afdekkingen voor putten en kolken moeten voldoen, evenals de bepalingsmethoden om vast te stellen dat aan de eisen wordt voldaan. De eisen te stellen aan de producten en de bepalingsmethoden zijn conform NEN-EN 124. Afwijkingen en aanvullingen op de gestelde eisen en bepalingsmethoden in bovenstaande normen zijn in dit hoofdstuk vastgelegd. 4.2 Eisen gerelateerd aan NEN-EN 124 De eisen zullen onderdeel uitmaken van de technische specificatie van het product, die wordt opgenomen in het productcertifcaat. De hierna genoemde producteisen gelden in afwijking van danwel in aanvulling op artikelen in NEN-EN Plaatsingsgebied (Artikel 5 van NEN-EN 124) In afwijking van artikel 5 van NEN-EN 124 mogen bij kolken die zijn geplaatst in groep 3, afdekkingen worden toegepast van klasse B Vulling in een bakvormig deksel (Artikel van NEN-EN 124) In aanvulling op artikel van NEN-EN 124 wordt gesteld dat beton gebruikt als vulling in een bakvormig deksel minimaal de kwaliteit C35/45 moet bezitten Productie, kwaliteit en beproeving (Artikel 6.2 van NEN-EN 124) Beton voor de randverzwaringen onder de gietijzeren randconstructie van afdekkingen voor putten moet minimaal C35/45 zijn en voldoen aan milieuklasse XA2 volgens NEN 8005 (NEN-EN 206-1) Inlegdiepte (Artikel 7.4 van NEN-EN 124) In aanvulling op artikel 7.4 van NEN-EN 124 wordt gesteld dat indien er een vergrendeling wordt vereist deze moet worden uitgevoerd volgens een door de producent geautoriseerd fabrieksdocument, gebaseerd op praktijkervaring of beproeving. Een en ander ter beoordeling van de certificatie-instelling Spleetwijdte (Artikel 7.5 van NEN-EN 124) In afwijking van artikel 7.5 van NEN-EN 124 geldt voor de maat a het volgende: Voor roosters en deksels met een doorsnede 600 mm a 6 mm; Voor roosters en deksels met een doorsnede > 600 mm a 9 mm december 2011

10 4.2.6 Zitting (Artikel 7.6 van NEN-EN 124) Indien voor het verzekeren van stabiliteit en rustige ligging tussenlagen uit elastisch materiaal tussen de omranding en het deksel of rooster (cushioning inserts) worden toegepast moet het rubber conform BRL 2013 minimaal voldoen aan de volgende eisen: Type rubber: SBR of CR Hardheidklasse: 70 IRHD Treksterkte: 9 MPa Rek bij breuk: 200 % Blijvende vervorming bij 23 C max 15 % Borging van het deksel/rooster in de omranding (Artikel 7.8 van NEN-EN 124) In aanvulling op punt b van artikel 7.8 van NEN-EN 124 geldt voor het eenheidsgewicht voor deksels of roosters toegepast in Klasse B 125 volgens NEN-EN 124 een minimum van 100 kg/m2 en voor deksels en roosters toegepast in Klasse C 250, D 400, E 600 of F 900 van NEN-EN 124 een minimum van 200 kg/m2. Opmerking: Deksels uitgevoerd met borgnokken en roosters uitgevoerd met scharnierpennen worden geclassificeerd onder punt a van artikel 7.8 van NEN-EN Rechte sleuven (Artikel van NEN-EN 124) Indien roosters van klasse B 125 worden toegepast in groep 3 volgens NEN-EN 124 mogen de sleuven conform tabel 5 van NEN-EN 124 voor klasse C 250 worden uitgevoerd. Bij trottoirkolken met een kleinste inwendige afmeting > 300 mm die toegepast worden bij geleidebanden/rijwielpadbanden welke voldoen aan de volgende Geleideband/rijwielpadband voorwaarden: B2 B2/B1 < 0,50 en H1/(B1-B2) < 0,63 H1 geldt dat de minimale som van de oppervlakten van de inlaatopeningen minimaal 30% moet bedragen van de oppervlakte van de cirkel die in de kleinste horizontale doorsnede van de kolk kan worden geprojecteerd. Producten die aan deze voorwaarden voldoen mogen niet gemerkt worden met NEN-EN 124. B Putafdekking met speciale afdichting (Artikel 7.14 van NEN-EN 124) De afdichting tussen deksels en de randconstructie van afdekkingen voor putten moet worden uitgevoerd overeenkomstig de door de producent geautoriseerde fabrieksdocument, waarbij middels een type-test aangetoond is dat deze afdichting geschikt is voor het beoogde doel december 2011

11 Bekleding gietijzeren delen Indien gietijzeren delen beschermd moeten worden, anders dan uit visueel oogpunt, moet dit in overleg met de opdrachtgever geschieden. De gebruikte beschermlaag moet voldoen aan het Besluit PAK-houdende coatings Wet Milieugevaarlijke Stoffen Opmerking: Uit milieutechnisch oogpunt is het beschermen van gietijzeren delen niet aan te bevelen, aangezien dit voor normale toepassing niet noodzakelijk is Materialen De gebruikte materialen moeten voldoen aan de daarvoor geldende productnormen c.q. CURAanbevelingen. Grondstoffen of (half)producten waarvoor een certificeringsregeling van kracht is, moeten onder de betreffende kwaliteitsverklaring geleverd worden december 2011

12 Afmetingen en maximaal toelaatbare afwijkingen bij betonnen randverzwaringen Lengte, breedte, buitenmiddellijn Eis: De toelaatbare afwijking op de nominale lengte, breedte van rechthoekige randverzwaringen of de nominale buitenmiddellijn van ronde randverzwaringen bedraagt ± 10 mm per individuele meting. Bepalingsmethode: Bepaal bij rechthoekige randverzwaringen de lengte en breedte uit 4 metingen langs de zijden. Bepaal bij ronde randverzwaringen de diameter uit drie metingen, die onderling hoeken van 60 maken Hoogte Eis: De toelaatbare afwijking op de nominale hoogte van de randverzwaring bedraagt +5 mm en -10 mm. Het onderlinge hoogteverschil van de hoogtemetingen mag niet meer bedragen dan 1% van de nominale lengte, breedte of buitenmiddellijn. Bepalingsmethode: Bepaal de hoogte van de randverzwaring als gemiddelde van 4 metingen op de 4 hoeken van een rechthoekige randverzwaring danwel langs 4 op gelijke afstand van elkaar gelegen beschrijvende lijnen bij een ronde randverzwaring Dagmaat Eis: De toelaatbare afwijking op de dagmaat van de randverzwaring bedraagt +10 mm en -5 mm per individuele meting. Bepalingsmethode: Bepaal de dagmaat van de randverzwaring uit 3 metingen over middellijnen, die onderlinge hoeken van 60 met elkaar maken Dekking op wapening Eis: De dekking op transportwapening moet minimaal 15 mm bedragen. Bij constructieve wapening moet de dekking op de wapening minimaal 20 mm zijn. Bepalingsmethode: Bepaal de dekking van op de (transport)wapening met behulp van een wapeningsdetector Sterkte betonnen randverzwaring (type-test) Eis: Na beproeving conform artikel mag het beton van de betonnen randverzwaring geen gebreken vertonen. Bepalingsmethode: Als type-test moet de hoogste randverzwaring beoordeeld worden op sterkte. De randverzwaring mag voor de beproeving worden opgesloten met behulp van mortel of gips. De hoogte van de belasting moet overeenkomen met de klasse van de gietijzeren afdekking. De belasting mag door middel van een vlakke plaat of door december 2011

13 belasting van het gietijzeren rooster/deksel worden aangebracht. De snelheid van belasten moet tussen 1 kn/s en 5 kn/s liggen. Bepaal na belasting de randverzwaring visueel op gebreken Gietijzeren onderdelen De afdekkingen voor putten en kolken moeten getoetst worden aan de eisen die in NEN-EN 124 zijn vastgelegd per klasse en afmeting. Voor de toelaatbare maatafwijkingen wordt verwezen naar ISO 8062, grade CT Certificatiemerk De navolgende merken en aanduidingen moeten op deugdelijke en duidelijke wijze op elk(e) deksel, rooster of rand(verzwaring) zijn aangebracht: fabrieksnaam en/of gedeponeerd handelsmerk; productiedatum of -codering; (NEN-)EN 124 (zie ook artikel 4.2.8); Aanduiding klasse; KOMO -beeldmerk en certificaatnummer. Extra kan worden aangebracht: Identificatiecode (zie bijlage 2); Type aanduiding vlg. catalogus van de producent december 2011

14 5 Besluit bodemkwaliteit gerelateerde eisen en bepalingsmethoden 5.1 Algemeen In dit hoofdstuk zijn de aan het Besluit bodemkwaliteit gerelateerde eisen opgenomen, waaraan afdekkingen voor putten en kolken moeten voldoen, evenals de bepalingsmethoden om vast te stellen dat aan de eisen wordt voldaan Milieuhygiënische samenstellingseisen, Besluit bodemkwaliteit Voor elementen van beton gelden met betrekking tot het Besluit bodemkwaliteit de eisen die zijn vastgelegd in BRL december 2011

15 6 Eisen aan het kwaliteitssysteem 6.1 Algemeen In dit hoofdstuk zijn de eisen opgenomen waaraan het kwaliteitssysteem van de leverancier moet voldoen. 6.2 Beheerder van het kwaliteitssysteem Binnen de organisatiestructuur moet een functionaris zijn aangewezen die belast is met het beheer van het kwaliteitssysteem. 6.3 Interne kwaliteitsbewaking/kwaliteitsplan De leverancier moet beschikken over een door hem toegepast schema van interne kwaliteitsbewaking (IKB-schema). In dit IKB-schema moet aantoonbaar zijn vastgelegd: welke aspecten door de leverancier worden gecontroleerd; volgens welke methoden die controles plaatsvinden; hoe vaak deze controles worden uitgevoerd; hoe de controleresultaten worden geregistreerd en bewaard. Dit IKB-schema moet overeenkomen met het in de bijlage opgenomen raam-ikbschema. 6.4 Procedures en werkinstructies De leverancier moet kunnen overleggen: procedures voor: o de wijzigingen in productietekeningen en specificaties; o de beheersing en wijziging van documenten; o de behandeling van producten met afwijkingen; o corrigerende maatregelen bij geconstateerde tekortkomingen; o de behandeling van klachten over geleverde producten en/of diensten; de gehanteerde werkinstructies en controleformulieren. een werkinstructie, zoals deze worden meegeleverd, waarin ten minste de richtlijnen genoemd in bijlage 2 zijn opgenomen december 2011

16 7 Samenvatting onderzoek en controle Hieronder is de samenvatting gegeven van het bij certificatie uit te voeren: Toelatingsonderzoek: het onderzoek om vast te stellen dat aan alle in de BRL gestelde eisen wordt voldaan; Controleonderzoek: het onderzoek dat na certificaatverlening wordt uitgevoerd om vast te stellen dat de gecertificeerde producten bij voortduring aan de in de BRL gestelde eisen voldoen; daarbij is tevens aangegeven met welke frequentie controleonderzoek door de certificatie-instelling (CI) moet worden uitgevoerd; Controle op het kwaliteitssysteem: controle op de naleving van het IKB-schema en de procedures. 7.1 Onderzoeksmatrix Voor onderzoek wordt aselect de monsterneming verricht. Omschrijving eis Artikel BRL Onderzoek in kader van Toelatingsonderzoek Toezicht door CI na certificaatverlening 1) Controle 2) Frequentie Producteisen H4 Ja Ja Ieder bezoek Besluit bodemkwaliteit H5 Ja Ja 2x per jaar Kwaliteitssysteem H6 Ja Ja Ieder bezoek 1) Bij significante wijzigingen, ter beoordeling door de CI, in het productieproces dienen de producteisen opnieuw te worden getoetst. 2) door de inspecteur of door de leverancier in aanwezigheid van de inspecteur worden alle producteigenschappen bepaald die binnen de bezoektijd (maximaal 1 dag) kunnen worden uitgevoerd. Indien dit niet mogelijk is zal voor dit aspect tussen CI en leverancier afspraken worden gemaakt op welke wijze controle plaats zal vinden december 2011

17 8 Eisen aan de certificatie-instelling 8.1 Algemeen De certificatie-instelling moet voor het onderwerp van deze BRL op basis van NEN- EN zijn geaccrediteerd door de Raad voor Accreditatie. De certificatie-instelling moet beschikken over een reglement, of een daaraan gelijkwaardig document, waarin de algemene regels zijn vastgelegd die bij certificatie worden gehanteerd. In het bijzonder zijn dit: De algemene regels voor het uitvoeren van het toelatingsonderzoek, te onderscheiden naar: o De wijze waarop leveranciers worden geïnformeerd over de behandeling van een aanvraag; o De uitvoering van het onderzoek; o De beslissing naar aanleiding van het uitgevoerde onderzoek De algemene regels ten aanzien van de uitvoering van controles en de daarbij gehanteerde controleaspecten; De door de certificatie-instelling te treffen maatregelen bij tekortkomingen; De door de certificatie-instelling te ondernemen maatregelen bij oneigenlijk gebruik van certificaten, certificatiemerk, pictogrammen en logo s. De regels bij beëindiging van een certificaat; De mogelijkheid tot het instellen van beroep tegen beslissingen of maatregelen van de certificatie-instelling. 8.2 Certificatiepersoneel Het bij certificatie betrokken personeel is te onderscheiden naar: Auditoren: belast met het uitvoeren van het toelatingsonderzoek en de beoordeling van de rapporten van inspecteurs; Inspecteurs: belast met de uitvoering van de externe controle bij de leverancier; Beslissers: belast met het nemen van beslissingen naar aanleiding van uitgevoerde toelatingsonderzoeken, voortzetting van certificatie naar aanleiding van uitgevoerde controles en beslissingen over de noodzaak tot het treffen van corrigerende maatregelen Kwalificatie-eisen Onderscheiden wordt naar: De kwalificatie-eisen zijn opgebouwd uit: Kwalificatie-eisen voor het uitvoerende certificatiepersoneel van een CI die voldoen aan de in EN gestelde eisen; Kwalificatie-eisen voor het uitvoerende certificatiepersoneel van een CI die door het College van Deskundigen aanvullend zijn vastgesteld voor het onderwerp van deze BRL. Certificatiepersoneel moet aantoonbaar zijn gekwalificeerd door toetsing van opleiding en ervaring aan in onderstaande tabel opgenomen eisen. Indien kwalificatie plaats vindt op grond van afwijkende criteria, moet dit schriftelijk zijn vastgelegd. De bevoegdheid om te kwalificeren ligt bij: Beslissers: kwalificatie van auditors en inspecteurs december 2011

18 Management van de certificatie-instelling: kwalificatie van beslissers. Opleiding en ervaring van het betrokken certificatiepersoneel moet aantoonbaar zijn vastgelegd. Auditor/ certificatie-deskundige Inspecteur Beslisser Opleiding Algemeen Ervaring Algemeen HBO denk- en werk niveau in één van de volgende disciplines: Weg- en waterbouwkunde Bouwkunde Basistraining auditing 2 jaar relevante werkervaring deelname aan minimaal vier initiële beoordelingen en één beoordeling zelfstandig uitgevoerd onder supervisie. MBO denk- en werkniveau in een van de volgende disciplines: Weg- en waterbouwkunde Bouwkunde Basistraining auditing 2 jaar relevante werkervaring waarin minimaal aan 4 inspectiebezoeken werd deelgenomen terwijl minimaal 1 inspectiebezoek zelfstandig werd uitgevoerd onder supervisie HBO denk- en werkniveau Training auditvaardigheden 2 jaar werkervaring waarvan tenminste 1 jaar m.b.t. certificatie Kwalificatie Certificatiepersoneel moet aantoonbaar zijn gekwalificeerd door toetsing van opleiding en ervaring aan bovenvermelde eisen. Indien kwalificatie plaats vindt op grond van afwijkende criteria, moet dit schriftelijk zijn vastgelegd. De bevoegdheid om te kwalificeren ligt bij: Beslissers: kwalificatie van auditors en inspecteurs Management van de certificatie-instelling: kwalificatie van beslissers. 8.3 Rapport toelatingsonderzoek De certificatie-instelling legt de bevindingen van het toelatingsonderzoek vast in een rapport. Het rapport moet aan de volgende eisen voldoen: Volledigheid: het rapport doet een uitspraak over alle in de beoordelingsrichtlijn gestelde eisen; Traceerbaarheid: de bevindingen waarop uitspraken zijn gebaseerd moeten traceerbaar zijn vastgelegd; Basis voor beslissing: de beslisser over certificaatverlening moet zijn beslissing kunnen baseren op de in het rapport vastgelegde bevindingen. 8.4 Beslissing over certificaatverlening De beslissing over certificaatverlening moet plaats vinden door een daartoe gekwalificeerde beslisser, die niet zelf bij het certificaatonderzoek betrokken is geweest. De beslissing moet traceerbaar zijn vastgelegd. 8.5 Uitvoeringsvorm kwaliteitsverklaring Het productcertificaat moet zijn uitgevoerd conform het als bijlage opgenomen model december 2011

19 8.6 Aard en frequentie van externe controles De certificatie-instelling moet controle uitoefenen bij de leverancier op de naleving van zijn verplichtingen. Over de aan te houden controlefrequentie beslist het College van Deskundigen. Bij de inwerkingtreding van deze beoordelingsrichtlijn is de frequentie vastgesteld op 4 controlebezoeken per jaar. Controles zullen in ieder geval betrekking hebben op: De in het certificaat vastgelegde productspecificatie Het productieproces van de leverancier; Het IKB-schema van de leverancier en de resultaten van door de leverancier uitgevoerde controles; De juiste wijze van merken van de gecertificeerde producten; De naleving van de vereiste procedures. De bevindingen van elke uitgevoerde controle zullen door de certificatie-instelling naspeurbaar worden vastgelegd in een rapport. 8.7 Rapportage aan College van Deskundigen De certificatie-instelling rapporteert ten minste jaarlijks over de uitgevoerde certificatiewerkzaamheden. In deze rapportage moeten de volgende onderwerpen aan de orde komen: Mutaties in aantal certificaten (nieuw/vervallen); Aantal uitgevoerde controles in relatie tot de vastgestelde frequentie; Resultaten van de controles; Opgelegde maatregelen bij tekortkomingen; Ontvangen klachten van derden over gecertificeerde producten. 8.8 Interpretatie van eisen Het College van Deskundigen mag de interpretatie van in deze beoordelingsrichtlijn gestelde eisen vastleggen in één afzonderlijk interpretatiedocument. De certificatieinstelling is verplicht zich op de hoogte te stellen of er een interpretatiedocument is vastgesteld en, indien dit het geval is, de daarin vastgelegde interpretaties te hanteren. 8.9 Specifieke door het College van Deskundigen vastgestelde regels Het College van Deskundigen heeft de procedure "Corrigerende maatregelen bij geconstateerde tekortkomingen" vastgelegd. Hierin is vastgelegd hoe de leverancier en de certificatie-instelling moeten handelen bij geconstateerde tekortkomingen december 2011

20 9 Lijst van vermelde documenten 9.1 Publiekrechtelijke regelgeving Besluit bodemkwaliteit Besluit bodemkwaliteit Stb. 2007, 469, Stb. 2008, 160, Stb. 2009, 389, Stb. 2009, 500, Stb. 2009, 535, Stb. 2010, 144 en de Regeling bodemkwalitei Stcrt. 2007, 247, Stcrt. 2008, 122, Stcrt. 2008, 196, Stcrt. 2008, 249, Stcrt. 2009, 67, Stcrt. 2009, 17187, Stcrt. 2009, en Stcr. 2010, Besluit PAK-houdende coatings Wet milieugevaarlijke stoffen Besluit PAK-houdende coatings Wet milieugevaarlijke stoffen Stb. 1996, 304, Stb. 1998, 235, Stb. 2003, 104 en Stb. 2003, Normen / normatieve documenten: NEN-EN 124:1994 NEN 1184:1986 NEN 8005:2008 NEN-EN 206-1:2005 ISO 8062:1984 BRL 2013:2005 BRL 5070:2008 Roosters en deksels voor putten en kolken voor verkeersgebieden. Eisen, typebeproeving, merken. Aanwijsplaten voor brandkranen, brandputten en toestellen in watergas- en stadsverwarmingsleidingnetten en voor riolering. Nederlandse invulling van NEN-EN 206-1: Beton - Deel 1: Specificatie, eigenschappen, vervaardiging en conformiteit. Beton - Deel 1: Specificatie, eigenschappen, vervaardiging en conformiteit. Casting - System of dimensional tolerances and machine allowances. Gevulcaniseerde rubber afdichtingsringen voor afvalwaterleidingen Vooraf vervaardigde elementen van beton december 2011

21 I Model certificaat KOMO productcertificaat Uitgegeven Vervangt Uitgegeven d.d. Geldig tot Onbepaald Pagina 1 van 2 Gietijzeren afdekkingen voor putten en kolken <Certificaathouder> VERKLARING VAN CI Dit productcertificaat is op basis van BRL 9203 "Afdekkingen voor putten en kolken" d.d., (inclusief eventueel wijzigingsblad d.d. jjjj-mm-dd) afgegeven conform het reglement voor Productcertificatie. CI verklaart dat het gerechtvaardigd vertrouwen bestaat, dat de door de certificaathouder geleverde gietijzeren afdekkingen voor putten en kolken bij aflevering voldoet aan de in dit productcertificaat vastgelegde technische specificaties, mits de gietijzeren afdekkingen voor putten en kolken voorzien zijn van het KOMO -merk op een wijze als aangegeven in dit productcertificaat. Directeur CI Advies: raadpleeg om na te gaan of dit certificaat geldig is. Het certificaat is opgenomen in het overzicht op de website van Stichting KOMO: Advies: raadpleeg om na te gaan of dit certificaat geldig is. Certificaathouder T F E I is een collectief merk van Stichting Bouwkwaliteit. Beoordeeld is: kwaliteitssysteem product Periodieke controle

22 KOMO productcertificaat TECHNISCHE SPECIFICATIE Productspecificatie Randnr. Dekselnr. Klasse Merken De producten worden gemerkt met het KOMO -merk. De uitvoering van dit merk is als volgt: Een codering volgens onderstaande figuur op ieder product. KXXXXX Verplichte aanduidingen: - nummer van de norm: NEN-EN verkeersklasse, gerelateerd aan NEN-EN fabrieksmerk of naam - datum van vervaardiging (eventueel in code) - KOMO -merk - certificaatnummer - type aanduiding - identificatiecode (indien van toepasing) WENKEN VOOR DE AFNEMER Inspecteer bij aflevering of: - geleverd is wat is overeengekomen; - het merk en de wijze van merken juist zijn; - de producten geen zichtbare gebreken vertonen als gevolg van transport en dergelijke. Indien u op grond van het hiervoor gestelde tot afkeuring overgaat, neem dan contact op met: - en zo nodig met: - CI Raadpleeg voor de juiste wijze van opslag, transport en verwerking de verwerkingsvoorschriften van de certificaathouder. LIJST VAN VERMELDE DOCUMENTEN* NEN-EN 124 Roosters en deksels voor putten en kolken voor verkeersgebieden Eisen, beproeving, markering en kwaliteitsbeheersing. * Voor de juiste versie van de vermelde documenten wordt verwezen naar het laatste wijzigingsblad bij BRL

23 KOMO productcertificaat Uitgegeven Vervangt Uitgegeven d.d. Geldig tot Onbepaald Pagina 1 van 2 Afdekkingen voor putten <Certificaathouder> VERKLARING VAN CI Dit productcertificaat is op basis van BRL 9203 "Afdekkingen voor putten en kolken" d.d., (inclusief eventueel wijzigingsblad d.d. jjjj-mm-dd) afgegeven conform het Kiwa-Reglement voor Productcertificatie. Kiwa verklaart dat het gerechtvaardigd vertrouwen bestaat, dat de door de certificaathouder geleverde afdekkingen voor putten en kolken bij aflevering voldoet aan de in dit productcertificaat vastgelegde technische en milieuhygiënische specificaties, mits de afdekkingen voor putten voorzien zijn van het KOMO -merk op een wijze als aangegeven in dit productcertificaat. Kiwa verklaart, dat met inachtneming van het bovenstaande, naam product voldoen aan de relevante eisen van het Besluit bodemkwaliteit. Kiwa verklaart dat voor dit productcertificaat geen controle plaatsvindt op het gebruik in werken en op de melding- en/of informatieplicht van de gebruiker aan het bevoegd gezag. Voor het Besluit bodemkwaliteit is dit een door de Minister van Infrastructuur en Milieu erkend certificaat, indien het certificaat is opgenomen in het Overzicht van erkende kwaliteitsverklaringen in de bouw op de websites van SBK: en van Bodem+: Directeur CI Het certificaat is opgenomen in het overzicht op de website van Stichting KOMO: Advies: raadpleeg om na te gaan of dit certificaat geldig is. Certificaathouder T F E I Besluit bodemkwaliteit Beoordeeld is: kwaliteitssysteem product Periodieke controle is een collectief merk van Stichting Bouwkwaliteit.

24 KOMO productcertificaat TECHNISCHE EN MILIEUHYGIËNISCHE SPECIFICATIE Productspecificatie De afdekkingen voor putten zijn bestemd om te worden toegepast in: - voetgangersgebieden; - gebieden met verkeersbelasting. Afdekkingen voor putten in de typen: Omschrijving van het product Afdekkingen voor putten kunnen worden toegepast in bouwwerken die in contact kunnen komen met hemelwater, grondwater en/of oppervlaktewateren. Milieuhygiënische specificatie De gemiddelde samenstellingswaarden bepaald overeenkomstig AP 04-SB en de gemiddelde emissie bepaald overeenkomstig AP04-U voldoen voor het beoogde toepassingsgebied aan bijlage A van de Regeling bodemkwaliteit. Toepassingsvoorwaarden De afdekkingen voor putten dienen te worden toegepast in overeenstemming met artikel 5, 6, 7 en 33 van het Besluit bodemkwaliteit (functionaliteit, zorgplicht en herneembaarheid). Merken en aanduidingen op de afleverdocumenten De producten worden gemerkt met het KOMO -merk De uitvoering van dit merk is als volgt: Overige verplichte aanduidingen: - Nummer van de norm: NEN-EN 124; - Verkeersklasse, gerelateerd aan NEN-EN 124; - Fabrieksmerk of naam; - Datum van vervaardiging (eventueel in code). Het merk en de productiedatum worden geplaatst op het product en/of verpakking en/of afleverdocumenten Op de afleverdocumenten dient óf het KOMO -merk vermeld te worden, óf dat het product voldoet aan het Besluit bodemkwaliteit. WENKEN VOOR DE AFNEMER Inspecteer bij aflevering of: - geleverd is wat is overeengekomen; - het merk en de wijze van merken juist zijn; - de producten geen zichtbare gebreken vertonen als gevolg van transport en dergelijke. Indien u op grond van het hiervoor gestelde tot afkeuring overgaat, neem dan contact op met: - en zo nodig met: - CI Raadpleeg voor de juiste wijze van opslag, transport en verwerking de verwerkingsvoorschriften van de certificaathouder. Overhandig het bewijsmiddel (afleverbonnen/grondbewijs en certificaat) aan de opdrachtgever. Dit geldt niet bij levering aan natuurlijke personen anders dan in de uitoefening van beroep of bedrijf. WENKEN VOOR DE OPDRACHTGEVER Houdt het bewijsmiddel (afleverbonnen/grondbewijs en eventueel het certificaat) ten minste 5 jaar ter beschikking voor inzage door het bevoegd gezag. Dit geldt niet bij levering aan natuurlijke personen anders dan in de uitoefening van beroep of bedrijf. LIJST VAN VERMELDE DOCUMENTEN* NEN-EN 124 Roosters en deksels voor putten en kolken voor verkeersgebieden Eisen, beproeving, markering en kwaliteitsbeheersing. AP04 Accreditatieprogramma Bouwstoffenbesluit AP04, versie 3, SIKB, Gouda. Besluit bodemkwaliteit Besluit bodemkwaliteit, Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden 2007, nr Regeling bodemkwaliteit Regeling bodemkwaliteit, Staatscourant 2007, nr * Voor de juiste versie van de vermelde documenten wordt verwezen naar het laatste wijzigingsblad bij BRL

25 II Verwerkingsrichtlijnen De leverancier moet de afnemer of gebruiker in het bezit stellen van een verwerkingsrichtlijn, waarin ten minste de volgende aspecten opgenomen worden. Stellen De omranding van de los aangeleverde afdekkingen moeten vol en zat op de onderliggende constructie worden aangebracht. Speciale instructies voor het uitvlakken, ondersabelen en dergelijke worden door de producent verstrekt. De betonnen randverzwaring (bij putafdekkingen) moeten vol en zat, gelijkmatig dragend op de onderliggende constructie worden gesteld. Identificatie Indien een identificatie in het deksel of de rand moet worden aangebracht ter herkenning van het onderliggende riool (bijvoorbeeld: hemelwater, brandbluswater of rioolwater) dient dit onuitwisbaar te geschieden. Indien een kleurcodering wordt toegepast dient deze codering te geschieden conform NEN Eén en ander in overleg tussen de ontwerper en de producent. Vergrendeling Daar waar vergrendeling wordt toegepast, moeten deze bij oplevering worden gecontroleerd onder andere op gangbaarheid. Eventuele hulpgereedschappen, zoals haken, sleutels e.d., moeten aan de beheerder worden overgedragen. Scharnieren Daar waar de afdekkingen scharnierend zijn bevestigd moet bij oplevering de gangbaarheid worden gecontroleerd.

26 III Model IKB-schema of raam-ikb-schema Onderwerpen Aspecten Methode Frequentie Registratie Laboratorium- en meetapparatuur Doseer- en mengapparatuur Controle en opslag van materialen Beton Productie Gereed product