Inhoud. Aflevering 7 25 juni 2010 Jaargang 14
|
|
- Augusta Michiels
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Aflevering 7 25 juni 2010 Jaargang 14 Redactie: prof. mr. G.P.M.F. Mols mr. J. Anker mr. J.A.A.C. Claessen mr. M.P. de Graaf prof. mr. T. Spronken mr. J.H. Wesselink prof. mr. J.H.M. Willems Inhoud Redactioneel Opgedrongen tongzoen niet als verkrachting bestempelen p. 542 Regelgeving. Verdrag tussen Ierland, het Koninkrijk der Nederlanden, het Koninkrijk p. 544 Spanje, de Italiaanse Republiek, de Portugese Republiek, de Franse Republiek en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord- Ierland tot oprichting van een Maritiem Analyse- en Operatiecentrum op het gebied van verdovende middelen. Verdrag van de Raad van Europa inzake de bestrijding van mensenhandel p Verdrag inzake de bestrijding van terroristische bomaanslagen p Verdrag van de Raad van Europa inzake de bescherming van kinderen p. 545 tegen seksuele uitbuiting en seksueel misbruik. Internationaal Verdrag ter bestrijding van de financiering van p. 545 terrorisme. Wet Beëindiging tbs-maatregel met dwangverpleging p Besluit tot aanpassing van het Besluit justitiële gegevens in verband met p. 546 onder meer verstrekking van justitiële gegevens met het oog op deelname aan nationale programma s voor geautomatiseerde grenspassage van andere landen. Aanwijzing elektronisch toezicht p Verlenging tijdelijke regeling stroomstootwapens p Aanwijzing huiselijk geweld en eergerelateerd geweld p Verlenging OM-beleidsregels p. 548 Rechtspraak 182 Hoge Raad 20 april 2010, nr , LJN BL7689 Het oordeel van het Hof dat de kennisneming van de inleidende p. 549
2 NbSr INHOUD dagvaarding na de dag van de terechtzitting in eerste aanleg moet worden aangemerkt als een omstandigheid waaruit voortvloeit dat de einduitspraak de verdachte bekend is, getuigt van een onjuiste rechtsopvatting. [Sv art. 408] 183 Hoge Raad 20 april 2010, nr J, LJN BL5628 Het Hof heeft niet voldaan aan de eis dat de motivering van de bewezenverklaring behoudens indien sprake is van een bekennende verdachte op zijn minst dient te bestaan uit de weergave in het vonnis van die onderdelen van de bewijsmiddelen die de rechter redengevend acht voor de bewezenverklaring. [Sv art. 359 lid 3] 184 Hoge Raad 20 april 2010, nr , LJN BL5643 Art. 60 Sr noch enige andere wettelijke bepaling voorziet in de ontzegging van de bevoegdheid motorrijtuigen te besturen voor meer dan één misdrijf. Voorts kan die bevoegdheid niet worden ontzegd voor feiten als onder 3 en 4 bewezenverklaard. [Sr art. 28, 60; Wegenverkeerswet 1994 art. 179, 179a] 185 Hoge Raad 20 april 2010, nr , LJN BK6345 De aanhaling van niet toepasselijke wetsartikelen heeft geen nietigheid tot gevolg. Beginselen van behoorlijke rechtspleging staan eraan in de weg dat de rechter, die vaststelt dat een daartoe strekkende vordering is gedaan in strijd met de Richtlijn, niettemin de ISD-maatregel oplegt. De combinatie van de ISD-maatregel en oplegging van bijkomende straf is mogelijk. [Wet RO art. 79, 130 lid 4; Sr art. 9 lid 5, 38m; Sv art. 358] 186 Hoge Raad 11 mei 2010, nr P, LJN BL7660 De opvatting dat ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ter zake van soortgelijke feiten zoals bedoeld in art. 36e lid 2 Sr en andere strafbare feiten als bedoeld in art. 36e lid 3 Sr niet mogelijk is, indien vervolging ter zake van die soortgelijke of andere feiten wegens verjaring niet meer mogelijk zou zijn, is onjuist. De opvatting dat ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ter zake van een strafbaar feit waarvoor de betrokkene is veroordeeld, zoals bedoeld in art. 36e leden 1 en 2 Sr, niet meer mogelijk is indien inmiddels de in art. 72 lid 2 Sr bedoelde termijn van verjaring van het recht tot strafvordering is verstreken, is eveneens onjuist. [Sr art. 36e, 70, 72 lid 2] 187 Hoge Raad 11 mei 2010, nr , LJN BL7662 De in art. 343 Sr gebezigde bewoordingen ter bedrieglijke verkorting van de rechten der schuldeisers brengen tot uitdrukking dat de verdachte het opzet moet hebben gehad op de verkorting van de rechten van de schuldeisers, dat voorwaardelijk opzet in dat verband voldoende is en dat derhalve voor het bewijs van het opzet ten minste is vereist dat de handeling van de verdachte de aanmerkelijke kans op verkorting van de rechten van de schuldeisers heeft doen p. 549 p. 550 p. 551 p. 554 p Nieuwsbrief Strafrecht , afl. 7 Sdu Uitgevers
3 INHOUD NbSr ontstaan. Het Hof heeft het bewezenverklaarde opzet uit de inhoud van de gebezigde bewijsmiddelen kunnen afleiden. [Sr art. 343] 188 Hoge Raad 11 mei 2010, nr , LJN BL5584 Het proces-verbaal van de terechtzitting houdt niet in dat de advocaat-generaal bij het Hof en de verdachte hebben ingestemd met hervatting van het onderzoek ter terechtzitting in de stand waarin dat zich bevond ten tijde van de schorsing daarvan. Het moet er daarom in cassatie voor worden gehouden dat die instemming niet is gegeven. Bij die stand van zaken had het Hof het onderzoek ter terechtzitting opnieuw moeten aanvangen. Dit verzuim leidt tot nietigheid van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep. [Sv art. 322 lid 3] 189 Hoge Raad 11 mei 2010, nr , LJN BL7682 Het cassatieberoep tegen het arrest van 17 januari 2006 was onbeperkt ingesteld. Gelet daarop bestond er bij de behandeling van de zaak na terugwijzing door de Hoge Raad geen grond voor (analogische) toepassing van art. 423 lid 4 Sv. Het Hof heeft dus ten onrechte overwogen dat op voet van artikel 423, vierde lid, van het Wetboek van Strafvordering, de straf met betrekking tot de feiten 1 primair, 2, 3, 5, 6 en 7 opnieuw [zal] moeten worden bepaald. Nu evenwel uit de overige inhoud van het bestreden arrest volgt dat het Hof de straf niet op de voet van art. 423 lid 4 Sv heeft bepaald, doch opnieuw heeft opgelegd, moet worden aangenomen dat evenbedoelde overweging op een misslag berust. De Hoge Raad leest het bestreden arrest met herstel van die misslag. Daardoor komt aan de klacht de feitelijke grondslag te ontvallen zodat zij niet tot cassatie kan leiden. [Sv art. 423 lid 4] 190 Hoge Raad 11 mei 2010, nr , LJN BL7699 De strafrechter dient zich in het kader van een strafrechtelijke vervolging inzake een onjuiste of onvolledige belastingaangifte een zelfstandig oordeel te vormen over het antwoord op de vraag of de verdachte een te laag belastbaar inkomen heeft opgegeven. Daaraan doet niet af dat de verdachte bezwaar heeft gemaakt tegen de hem opgelegde navorderingsaanslagen en hierop nog niet is beslist. [Algemene wet inzake rijksbelastingen art. 68, 69] 191 Hoge Raad 11 mei 2010, nr , LJN BL6738 In aanmerking genomen dat onder 1 en 2 is bewezenverklaard het aanwezig hebben van verdovende middelen en het voorhanden hebben van voorwerpen die bestemd waren om een feit als bedoeld in het vierde lid van art. 10 van de Opiumwet te plegen, is het oordeel van het Hof dat het in het middel bedoelde geldbedrag geheel of grotendeels door middel van het onder 1 en 2 bewezenverklaarde is verkregen, zonder nadere motivering, die ontbreekt, niet begrijpelijk. [Sr art. 33] p. 557 p. 558 p. 560 p Sdu Uitgevers Nieuwsbrief Strafrecht , afl
4 NbSr INHOUD 192 Hoge Raad 11 mei 2010, nr , LJN BL2853 De opvatting dat het naleven van de gebruiksbeperkingen, zoals ten aanzien van de belading, van een luchtvaartuig (mede) bepalend is voor de luchtwaardigheid van dat luchtvaartuig, is onjuist. [Wet luchtvaart art 3.8 lid 1 aanhef en onder a; Regeling Toezicht Luchtvaart art. 76] 193 Hoge Raad 11 mei 2010, , LJN BL7812 In aanmerking genomen dat het Hof de verdachte heeft veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf jaren, terwijl de Rechtbank een gevangenisstraf van vier jaren had opgelegd, is de overweging van het Hof voor zover inhoudende Met de rechtbank is het hof van oordeel, dat de door de officier van justitie en de advocaat-generaal geëiste straf te licht is. Het hof zal echter een enigszins lichtere straf opleggen dan de rechtbank deed, niet zonder meer begrijpelijk. De Hoge Raad neemt echter aan dat het Hof de hiervoor genoemde overweging tengevolge van een kennelijke misslag in het bestreden arrest heeft opgenomen en leest het arrest met verbetering van die misslag. Aan het middel komt daardoor de feitelijke grondslag te ontvallen. [Sv art. 351] 194 Hoge Raad 18 mei 2010, nr , LJN BK6910 Gelet op hetgeen het Hof heeft vastgesteld met betrekking tot de door de verdachte verrichte handelingen, geeft zijn oordeel dat de verdachte zijn dochter heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam niet blijk van een onjuiste rechtsopvatting. Dit oordeel is toereikend gemotiveerd (zie ook het Redactioneel in deze aflevering]. [Sr art. 242] 195 Hoge Raad 18 mei 2010, nr , LJN BK6942 Het Hof heeft bij de beoordeling van het beroep op niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie terecht tot uitgangspunt genomen dat bijzondere omstandigheden van het geval het mogelijk maken af te wijken van de strafvorderingsrichtlijnen. Het oordeel van het Hof dat de door de advocaat-generaal gegeven motivering voor de beslissing van het Openbaar Ministerie om in dit geval van de richtlijnen af te wijken en tot vervolging over te gaan, toereikend is te achten, is niet zonder meer begrijpelijk nu op dit punt een gespecificeerd verweer is gevoerd terwijl de advocaat-generaal de door hem genoemde bijzondere omstandigheden van de onderhavige zaak niet heeft geconcretiseerd. Ten overvloede geldt dat de advocaat-generaal en het Hof in het ongewisse hebben gelaten om welke richtlijn(en) het gaat. [Sv art. 348, 351; Kader voor strafvordering] 196 Hoge Raad 25 mei 2010, nr , LJN BL5563 Hetgeen ter terechtzitting in hoger beroep door de verdediging is aangevoerd, is p. 563 p. 566 p. 566 p. 572 p Nieuwsbrief Strafrecht , afl. 7 Sdu Uitgevers
5 INHOUD NbSr niet van louter feitelijke aard maar stelt daarnaast de rechtsvraag aan de orde of het betasten door de verdachte een (opzettelijk gepleegde) ontuchtige handeling in de zin van art. 246 Sr is. Daarmee is een uitdrukkelijk van grondslag voorzien standpunt in de zin van art. 359 lid 2 tweede volzin Sv ingenomen. Bij niet aanvaarding daarvan dienen in het bijzonder de redenen die daartoe hebben geleid in het arrest te worden opgenomen. De feitenrechter was op grond van de jurisprudentie op zo een verweer een zogenoemd dakdekkerverweer ook vóór de wijziging van art. 359 Sv al gehouden uitdrukkelijk en gemotiveerd te beslissen en wat betreft de mate van motivering van zulk een door de verdediging gevoerd verweer worden thans geen andere en dus geen zwaardere eisen gesteld dan onder het voordien geldende recht daaraan werden gesteld. Het Hof had nader behoren te motiveren waarom het van oordeel was dat de genoemde vraag bevestigend diende te worden beantwoord. [Sr art. 246] 197 Hoge Raad 25 mei 2010, nr , LJN BL7668 De verdachte heeft geen schriftuur houdende grieven ingediend. Het procesverbaal van de terechtzitting in hoger beroep houdt in dat de gemachtigde raadsman het woord tot verdediging heeft gevoerd. Gelet daarop is de vaststelling van het Hof dat de verdachte niet mondeling zijn bezwaren tegen het vonnis heeft opgegeven, zonder nadere motivering, die ontbreekt, niet begrijpelijk, zodat het middel dat kennelijk mede daarover beoogt te klagen, slaagt. [Sv art. 416 lid 2] 198 Hoge Raad 25 mei 2010, nr E, LJN BL9018 Het Hof kon het verzoek tot het horen van getuigen slechts afwijzen op de in art. 288 lid 1 Sv genoemde gronden. Voor het onderhavige geval betekent dit dat het Hof onder ogen had te zien of redelijkerwijs valt aan te nemen dat door het afzien van de oproeping van de verzochte getuigen de verdachte niet in zijn verdediging wordt geschaad. Uit zijn op het verzoek genomen beslissing en de daaraan ten grondslag gelegde motivering kan niet zonder meer volgen dat het Hof die maatstaf heeft aangelegd. Voor zover het middel daarover beoogt te klagen is het terecht voorgesteld. [Sv art. 288, 418] 199 Hoge Raad 25 mei 2010, nr , LJN BL5625 Uit de gebezigde bewijsmiddelen kan niet zonder meer volgen dat de verdachte ten tijde van het voorhanden krijgen van de fiets redelijkerwijs had moeten vermoeden dat deze door misdrijf was verkregen. In aanmerking genomen dat de verdachte de fiets heeft gekocht van een particulier via de internetsite marktplaats.nl, is niet zonder meer begrijpelijk waarom het Hof redengevend heeft geacht dat de verdachte geen aankoopbon van de fiets heeft gekregen en hij niet erop heeft gelet dat op de fiets geen sticker meer zat van de rijwielhandelaar. [Sr art. 417 bis] 200 Hoge Raad 25 mei 2010, nr , LJN BL6741 Gelet op de tekst van de bijsluiter die aan de verdachte is uitgereikt en aan diens p. 576 p. 578 p. 580 p Sdu Uitgevers Nieuwsbrief Strafrecht , afl
6 NbSr INHOUD raadsman is gezonden, is de beslissing van het Hof om de verdachte mede op grond van de omstandigheid dat hij ter terechtzitting niet mondeling zijn bezwaren tegen het vonnis heeft opgegeven, niet ontvankelijk te verklaren in zijn hoger beroep, niet toereikend gemotiveerd. Die bijsluiter kan immers bezwaarlijk anders worden verstaan dan als inhoudende de mededeling dat de strafzaak in ieder geval op een latere terechtzitting verder en dan voor de eerste maal inhoudelijk zou worden behandeld, zodat de verdachte dan alsnog op de voet van art. 416 lid 1 Sv de gelegenheid zou hebben zijn bezwaren tegen het vonnis op te geven. [Sv art. 416 lid 1] 201 Hoge Raad 25 mei 2010, nr , LJN BL6742 Het bestreden arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 8 juli 2008 en 10 september Het onderhavige advies van twee gedragsdeskundigen is gedagtekend 11 juni 2007, derhalve eerder dan een jaar voor de aanvang van de terechtzitting van 8 juli De verdediging heeft niet ingestemd met het gebruik van het desbetreffende advies, zodat het Hof ten onrechte de beslissing tot oplegging van de maatregel van terbeschikkingstelling op dit advies heeft gebaseerd. [Sr art. 37 lid 2, 37a lid 3] 202 Hof Amsterdam 26 maart 2010, nr R Hells Angels zaak. Lettend op de van belang zijnde feiten, op hetgeen namens de verzoeker aan het verzoek ten grondslag is gelegd en overigens op alle omstandigheden, acht het Hof geen gronden van billijkheid aanwezig voor toekenning van een schadevergoeding vanwege ten onrechte ondergane voorlopige hechtenis. [Sv art. 89] 203 Hof Amsterdam 12 april 2010, rolnr In aanmerking genomen dat de verdachte zijn problemen meer en meer onder ogen ziet en bereid en gemotiveerd is gebleken behandeling te ondergaan en dat een voorwaardelijke gevangenisstraf de motivatie en structuur voor behandeling dient vast te houden, is met een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van aanzienlijke duur als uitgangspunt, een ambulante behandeling thans het meest aangewezen. Nu niet aannemelijk is dat een behandelingsplek in het kader van een terbeschikkingstelling met voorwaarden binnen afzienbare termijn gevonden kan worden, is deze maatregel, hoewel wellicht geboden, niet passend. [Sr art. 38; Sv art. 351] 204 Hof Amsterdam 13 april 2010, rolnr Het beroep op noodweer faalt omdat de verdachte niet heeft gehandeld ter verdediging tegen een onmiddellijke wederrechtelijke aanranding. Op die grond faalt ook reeds het beroep op noodweerexces. Gelet op de omstandigheden waaronder de openlijke geweldpleging heeft plaatsgevonden, wordt geen straf of maatregel opgelegd. [Sr art. 9a, 41] p. 584 p. 585 p. 588 p Nieuwsbrief Strafrecht , afl. 7 Sdu Uitgevers
7 INHOUD NbSr 205 Hof Arnhem 13 april 2010, rolnr Wat de ten laste gelegde mishandeling, al of niet met zwaar lichamelijk letsel tot gevolg, betreft, is noch sprake van opzet noch van voorwaardelijk opzet, zodat de verdachte wordt vrijgesproken. [Sr art. 300, 302; Sv art. 352 lid 1] 206 Hof Arnhem (te Leeuwarden) 29 april 2010, rolnr , LJN BM3049 In het licht van de verklaringen van de verdachte leveren de vastgestelde omstandigheden weliswaar sterke aanwijzingen op dat de verdachte de betreffende auto heeft gestolen, maar die aanwijzingen zijn onvoldoende specifiek om buiten redelijke twijfel te stellen dat de verdachte de auto ook daadwerkelijk zelf heeft gestolen. Wat de ten laste gelegde poging tot doodslag betreft is niet aannemelijk geworden dat op enig moment sprake is geweest van een noodweersituatie, waardoor het beroep op noodweer(exces) niet kan slagen. [Sr art. 41, 287, 310; Sv art. 352 lid 1] 207 Hof s-gravenhage 5 februari 2010, rolnr De verdachte is op 14 januari 2009 aangehouden en diezelfde dag in verzekering gesteld en verhoord. De verdachte is niet door een raadsman bezocht op het politiebureau. Het verweer van de verdediging in zoverre dat de verklaring van de verdachte, onder bovengenoemde omstandigheden afgelegd, niet tot het bewijs kan worden gebezigd, slaagt. [EVRM art. 6; Sv art. 352 lid 1] 208 Hof s-gravenhage 22 maart 2010, rolnr Op 28 november 2002 is de uitspraak van de Politierechter te s-gravenhage rechtsgeldig doch niet in persoon betekend aan de verdachte. Vanaf 29 november 2002 is de verjaringstermijn van zes jaar gaan lopen en derhalve op 29 november 2008 verstreken zonder te zijn gestuit. Daarmee is de zaak verjaard op grond van art. 70 Sr. Dat de mededeling uitspraak nadien, te weten op 30 augustus 2009 aan de verdachte in persoon is uitgereikt doet daaraan niet af. [Sr art. 70; Sv art. 348] p. 591 p. 593 p. 595 p Hof s-gravenhage 22 april 2010, rolnr Gezien de wijze van totstandkoming van de verklaringen van een tweetal personen is het niet noodzakelijk hen te horen. De onregelmatige wijze van p. 596 totstandkoming van hun eerdere verklaringen kan daarmee immers niet ongedaan worden gemaakt, terwijl in die onregelmatigheid aanleiding is gelegen deze verklaringen voor het bewijs van het tenlastegelegde onvoldoende te achten. Het verzoek van de advocaat-generaal tot het heropenen van het onderzoek teneinde hen als getuigen te horen wordt dan ook afgewezen. [Sv art. 315, 352 lid 1] Sdu Uitgevers Nieuwsbrief Strafrecht , afl
8 NbSr INHOUD 210 Hof s-hertogenbosch 15 april 2010, rolnr Gelet op de aard en de inhoud van de ten laste gelegde bewoordingen komt het Hof niet tot een bewezenverklaring dat is bedreigd met één der in art. 285 Sr genoemde misdrijven, zodat de verdachte van dit feit wordt vrijgesproken. [Sr art. 285; Sv art. 352 lid 1] 211 Hof s-hertogenbosch 22 april 2010, rolnr Er is geen wettig bewijs dat de dood van het slachtoffer het gevolg is geweest van een bewuste en nauwe samenwerking tussen de verdachte en de medeverdachte, zodat de verdachte wordt vrijgesproken. [Sr art. 47, 287; Sv art. 352 lid 1] 212 Hof Leeuwarden 12 maart 2010, rolnr Kosten van een juridisch medewerker worden wat de kosten van de raadsman als bedoeld in art. 591a Sv betreft eveneens in aanmerking genomen (verg. wat de uurvergoeding van de deskundige betreft in andere zin NbSr 2010, 103). [Sv art. 591, 591a] 213 Hof Leeuwarden 14 april 2010, rolnr , LJN BM1293 Bewezen is dat de verdachte, anders dan in zijn rol als bedrijfsleider van een coffeeshop op verschillende momenten een hoeveelheid softdrugs van meer dan 500 gram voorhanden heeft gehad. Het moment waarop in deze strafzaak doorzoekingen werden gedaan levert het eerste tijdstip op waarop aantoonbaar en bewijsbaar sprake is van schending van de gedoogcriteria. Deze datum wordt derhalve aangenomen als het begin van de termijn waarop de coffeeshop de bescherming die verbonden is aan het gedoogbeleid moet ontberen. [Opiumwet art. 3] 214 Rechtbank Almelo 15 maart 2010, parketnr Het zogeheten FIT-verslag dient door de officier van justitie aan het dossier te worden toegevoegd, nu de beginselen van behoorlijke procesorde met zich brengen dat zowel de Rechtbank als de verdediging de volledigheid van het onderzoek naar belastend en ontlastend bewijs moet kunnen controleren, terwijl in deze zaak bovendien sprake is van een verdenking van een ernstig feit waarin het technisch onderzoek een belangrijke rol speelt. [Sv art. 30, 31] 215 Rechtbank Almelo 26 maart 2010, parketnr , LJN BL9065 Niet wettig en overtuigend is bewezen dat sprake is van een valse aangifte nu niet is vast komen te staan dat van de wederrechtelijke vrijheidsberoving of gijzeling van de verdachte in het geheel geen sprake is geweest. [Sr art. 188; Sv art. 352 lid 1] p. 597 p. 597 p. 598 p. 599 p. 600 p Nieuwsbrief Strafrecht , afl. 7 Sdu Uitgevers
9 INHOUD NbSr 216 Rechtbank Almelo 19 mei 2010, parketnr De vordering tot bewaring wordt afgewezen omdat niet is gebleken van ernstige bezwaren tegen de verdachte. De door de verdachte erkende woorden leveren immers niet zonder meer op bedreiging met een tegen het leven gericht misdrijf of zware mishandeling. [Sv art. 63] 217 Rechtbank Amsterdam 2 februari 2010, nr R Niet is komen vast te staan dat de strafzaken gevoegd zijn behandeld. De vermelding op het mondeling vonnis (gev.ttz) is in dit geval niet doorslaggevend. In raadkamer heeft de rechter beslist dat de zittingsaantekeningen van de griffier zullen worden opgezocht, om na te gaan of bedoelde strafzaken tegen verzoeker al of niet gevoegd zijn behandeld. Thans is gebleken dat deze stukken niet meer te traceren zijn. Nu de gang van zaken zoals beschreven door de raadsman niet onaannemelijk voorkomt, en uitsluitsel aan de hand van de zittingsaantekeningen niet is te verkrijgen, komt aan verzoeker het voordeel van de twijfel toe. [Sv art. 591a] 218 Rechtbank Amsterdam 22 april 2010, parketnr Uit het gegeven signalement, het vastgestelde telefonisch contact tussen de verdachte en aangever op 28 juni 2009 en de in de woning van aangever aangetroffen sigarettenpeuken met daarop het dna-profiel van de verdachte, kan worden afgeleid dat er die bewuste avond contact is geweest tussen aangever en de verdachte en dat de verdachte zich die avond respectievelijk nacht mogelijk in de woning van aangever heeft bevonden. Deze omstandigheden kunnen evenwel opzichzelfstaand en in onderling verband beschouwd niet tot de conclusie leiden dat het de verdachte is geweest die de verwondingen aan aangever heeft toegebracht. Het feit dat aangever de verdachte in de gehouden fotoconfrontatie voor 70% heeft herkend als de man die hem zo ernstig heeft verwond, maakt dat oordeel niet anders, aangezien een dergelijke herkenning onvoldoende zekerheid omtrent herkenning biedt. [Sr art. 287; Sv art. 352 lid 1] 219 Rechtbank Amsterdam 21 mei 2010 Door de verdachte te horen over de feiten ten aanzien waarvan de verdachte nog niet in de gelegenheid was gesteld met zijn raadsvrouw te overleggen, heeft hij slechts voor een gedeelte van de tenlastelegging zijn raadvrouw kunnen consulteren. De verdachte had op het moment dat hij van poging doodslag, mishandeling en bedreiging verdacht werd, voorafgaand aan het eerste verhoor gewezen moeten worden op zijn recht om zijn raadsvrouw te raadplegen. Doordat dit is nagelaten is het consultatierecht van de verdachte geschonden. Het verzuim kan worden gecompenseerd door een matiging van de aan de verdachte op te leggen straf. [EVRM art. 6; Sv art. 359a] p. 604 p. 605 p. 606 p Sdu Uitgevers Nieuwsbrief Strafrecht , afl
10 NbSr INHOUD 220 Rechtbank Arnhem 21 april 2010, parketnr Nu tegen de verdachte in de referteperiode niet meer dan tien processen-verbaal zijn opgemaakt, dient de vordering van de officier van justitie tot plaatsing van de verdachte in een inrichting voor stelselmatige daders voor de duur van twee jaar te worden afgewezen (verg. NbSr 2009, 309). [Sr art. 38m; Richtlijn voor strafvordering bij meerderjarige veelplegers (waaronder vordering van de maatregel ISD bij stelselmatige daders)] 221 Rechtbank Assen 15 april 2010, nr R Ingevolge de Circulaire toetsingskader verlof terbeschikkinggestelden is verlof van terbeschikkinggestelden in het buitenland niet toegestaan. [Sr art. 38b; Circulaire toetsingskader verlof terbeschikkinggestelden] 222 Rechtbank Breda 26 maart 2010, parketnr WOTS De tenuitvoerlegging van de beslissing van het Landsgericht te Braunschweig (BRD) van 11 juli 2005 wordt ontoelaatbaar verklaard en het verlof tot tenuitvoerlegging in Nederland van deze beslissing wordt geweigerd. [Kaderbesluit Europees Aanhoudingsbevel art. 4 onder 6] 223 Rechtbank Dordrecht 8 april 2010, parketnr Van een doelbewuste obstructie van het onderzoek door niet met bekwame spoed uitvoering te geven aan de door de verdediging gedane verzoeken, terwijl dat wel mogelijk zou zijn geweest, is geen sprake. Er is geen sprake van dat de officier van justitie doelbewust stukken heeft achtergehouden. De officier van justitie is daarom ontvankelijk in de vervolging. [Sv art. 348] 224 Rechtbank Dordrecht 22 april 2010, parketnr Wettig en overtuigend is bewezen dat de verdachte heeft gehandeld met voorbedachte raad en niet heeft geschoten in een opwelling. Om in rechte met betrekking tot brandstichting het levensgevaar voor een ander of anderen als vaststaand te kunnen aannemen is vereist dat uit de inhoud van wettige bewijsmiddelen volgt dat dat levensgevaar inderdaad te duchten was. Dit betekent dat het levensgevaar ten tijde van de brandstichting naar algemene ervaringsregels voorzienbaar moet zijn geweest. [Sr art. 45, 157, 289] 225 Rechtbank Dordrecht 22 april 2010, parketnr , LJN BM2043 De officier van justitie is ontvankelijk in zijn vervolging nu er geen sprake is van schending van art. 29 lid 1 Sv en ook overigens niet is gebleken dat doelbewust of met grove veronachtzaming van de belangen van de verdachte, tekort is gedaan aan diens recht op een eerlijke behandeling van zijn zaak. Medeplichtigheid aan moord en het voorhanden hebben gehand van een vuurwapen zijn wettig en overtuigend bewezen. [EVRM art. 6; Sr art. 47, 289; Wet wapens en munitie art. 26] p. 609 p. 610 p. 612 p. 613 p. 614 p Nieuwsbrief Strafrecht , afl. 7 Sdu Uitgevers
11 INHOUD NbSr 226 Rechtbank s-gravenhage 23 maart 2010, parketnr Nu uit de pro justitiarapporten onvoldoende naar voren komt waarom een minder ver strekkende TBS met voorwaarden niet tot de mogelijkheden behoort, is het noodzakelijk dat nader over de verdachte wordt gerapporteerd. [Sr art. 37a, 38] 227 Rechtbank s-gravenhage 21 april 2010, parketnr De tenlastegelegde pogingen tot het plegen van ontuchtige handelingen zijn niet wettig en overtuigend bewezen. [Sr art. 246; Sv art. 352 lid 1] 228 Rechtbank s -Gravenhage 22 april 2010, nr. KG ZA , LJN BM2047 Niet aannemelijk is gemaakt dat er gegronde redenen aanwezig zijn om aan te nemen dat door zijn uitlevering jegens eiser op flagrante wijze inbreuk zal worden gemaakt op de aan hem ingevolge de art. 6 EVRM toekomende rechten, noch dat indien daarvan toch sprake zou blijken te zijn na zijn uitlevering, niet een rechtsmiddel als bedoeld in art. 13 EVRM ten dienste staat. [EVRM art. 6, 13; Uitleveringswet art. 28, 33] 229 Rechtbank Groningen 9 april 2010, parketnr Het verzoek te verklaren dat de zaak is geëindigd, wordt in verband met het tijdsverloop gegrond verklaard. [Sv art. 36] 230 Rechtbank Haarlem 21 mei 2010, parketnr De vervolging van de verdachte is ondanks diens zeer jonge leeftijd niet in strijd met de beginselen van behoorlijke procesorde of art. 3 IVRK. Dat volgens de raadsvrouw niet tot een bewezenverklaring van het ten laste gelegde kan worden gekomen, doet daar niet aan af. Niet kan worden vastgesteld dat de verdachte enige seksuele intentie heeft gehad bij de ten laste gelegde handelingen, zodat vrijspraak moet volgen. [IVRK art. 3; Sr art. 246; Sv art. 348, 352 lid 1] 231 Rechtbank s-hertogenbosch 8 maart 2010, parketnr , LJN BL6644 De wetgever heeft ingrepen verboden die een dier beschadigen, behalve bepaalde ingrepen, waarvan er hooguit twee plaatsvinden. De wetgever heeft dus voor alles dierenwelzijn voor ogen gehad en vervolgens een regime uitgekiend. Er is dan geen ruimte voor de opvatting van de verdachte over de rechtmatigheid van slaghameren wegens snelle identificatie, ziektepreventie of voedselveiligheid. Het beroep op overmacht in dit verband wordt verworpen. [Sr art. 40; Gezondheids- en welvaartswet voor dieren art. 40, 107; Ingrepenbesluit art. 2 lid 2; Vrijstellingsregeling art. 2] p. 619 p. 619 p. 620 p. 622 p. 623 p Sdu Uitgevers Nieuwsbrief Strafrecht , afl
12 NbSr INHOUD 232 Rechtbank s-hertogenbosch 11 maart 2010, parketnrs en , LJN BL6679 Voeging kan op grond van art. 51b lid 2 Sv na aanvang van de terechtzitting geschieden ter terechtzitting door mondelinge of schriftelijke opgave bij de rechter, uiterlijk voordat de officier van justitie in de gelegenheid is gesteld overeenkomstig art. 311 Sv het woord te voeren. Tegen deze achtergrond heeft de benadeelde partij zich tijdig gevoegd. [Sv art. 51b lid 2, 311] 233 Rechtbank s-hertogenbosch 24 maart 2010, parketnr , LJN BL8620 Bewezen is dat het opzet van de verdachte ook was gericht op het tenlastegelegde geweld bij een roofoverval. In een bepaalde periode is het contact tussen de verdachte en zijn moeder zonder afdoende motivering aan beperkingen onderworpen geweest. Aan de wet valt niet een algemeen recht te ontlenen op een onderzoek schorsingsvoorwaarden. [Sv art. 50, 490, 493; Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen art. 41, 42, 43, 44, 45] 234 Rechtbank s-hertogenbosch 30 maart 2010, parketnr , LJN BL8876 De virtuele afbeeldingen zijn geen kinderporno in de zin van de strafwet (verg. in andere zin NbSr 2008, 107). [Sr art. 240b] 235 Rechtbank s-hertogenbosch 30 maart 2010, parketnr , LJN BL9447 De verdachte heeft door zijn gedragingen welbewust een zeer groot gevaar voor zijn medemensen in het leven geroepen. Hij heeft welbewust onaanvaardbare risico s genomen en is daar op zeer lichtzinnige wijze mee omgegaan. Er is dan ook sprake van roekeloosheid als schuldgradatie in de zin van art. 6 Wegenverkeerswet Straftoemeting terzake. [Sv art. 351; Wegenverkeerswet 1994 art. 6] 236 Rechtbank Leeuwarden 21 april 2010, parketnr Al hetgeen is gevolgd op het geconstateerde vormverzuim vanwege het onrechtmatige binnentreden van de woning moet worden uitgesloten van het bewijs. Dit brengt met zich dat de verdachte van de ten laste gelegde feiten moet worden vrijgesproken. [Sv art. 352 lid 1; Opiumwet art. 9] 237 Rechtbank Roermond 26 februari 2010, parketnr In de strafzaak is door het Openbaar Ministerie in strijd met de beginselen van behoorlijke procesorde een vervolgingsbeslissing genomen, omdat daarbij niet gehandeld is overeenkomstig het gelijkheidsbeginsel. Daarom wordt de officier van justitie ook niet ontvankelijk verklaard ten aanzien van de ontnemingsvordering. [Sr art. 36e; Sv art. 348] p. 627 p. 627 p. 629 p. 631 p. 632 p Nieuwsbrief Strafrecht , afl. 7 Sdu Uitgevers
13 INHOUD NbSr 238 Rechtbank Roermond 19 maart 2010, parketnr , LJN BL8313 Op grond van de opeenstapeling van onverschoonbare onjuiste betekeningen van stukken, waaraan de verdachte part noch deel heeft gehad en waardoor hij ernstig in zijn belangen is geschaad, in combinatie met het uitzonderlijk lange tijdsverloop in de onderhavige zaak, kan tot geen andere conclusie worden gekomen dan het Openbaar Ministerie niet ontvankelijk te verklaren in de vervolging. [Sv art. 244 lid 1, 348] 239 Rechtbank Roermond 21 april 2010, parketnr Het opentrekken van de deur van het vriesvak moet worden aangemerkt als een zoekingshandeling, die nu die niet is geschied door of met machtiging van de rechter-commissaris tijdens een doorzoeking onrechtmatig is geweest. Er is sprake van een vormverzuim bij het voorbereidend onderzoek dat niet meer kan worden hersteld. Dat leidt tot vrijspraak. [Sv art. 352 lid 1, 359a] 240 Rechtbank Rotterdam 13 april 2010, parketnr Dat sporen op veiliggestelde sigarettenpeuken bleken overeen te komen met het DNA-profiel van de verdachte, bewijst niet dat de verdachte bij de betrokken woningen is geweest of dat hij in die woningen binnen is geweest, nu niet is uit te sluiten dat de sigarettenpeuken op andere wijze dan door toedoen van de verdachte in het trappenhuis bij de woningen zijn terechtgekomen. Nu er onvoldoende overig bewijs is, wordt de verdachte vrijgesproken. [Sv art. 352 lid 1] 241 Rechtbank Zutphen 27 november 2009, parketnr De verpleging van overheidswege van betrokkene wordt onder voorwaarden beëindigd. [Sr art. 38g, 38h] 242 Rechtbank Zwolle-Lelystad 18 maart 2010, parketnrs en Niet wettig en overtuigend is bewezen dat de verdachte zich heeft schuldig gemaakt aan verkrachting, als bedoeld in art. 242 Sr in de ten laste gelegde periode. [Sr art. 242] 243 Rechtbank Zwolle-Lelystad 21 mei 2010, parketnr Nu het vooralsnog niet is uitgesloten dat geen ISD-maatregel dan wel een ISDmaatregel in een voorwaardelijke vorm zal worden opgelegd, dient de vordering van de officier van justitie tot gevangenhouding van de verdachte te worden afgewezen. [Sv 67a lid 3] p. 635 p. 637 p. 638 p. 639 p. 641 p Sdu Uitgevers Nieuwsbrief Strafrecht , afl
GERECHTSHOF TE 's-hertogenbosch meervoudige kamer voor strafzaken
parketnummer : 20.001938.96 uitspraakdatum : 29 april 1997 verstek dip GERECHTSHOF TE 's-hertogenbosch meervoudige kamer voor strafzaken A R R E S T gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis
Nadere informatiegewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Rotterdam van 26 augustus 2008 in de strafzaak tegen de verdachte:
Gerechtshof te s-gravenhage meervoudige kamer voor strafzaken Arrest gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Rotterdam van 26 augustus 2008 in de strafzaak tegen de verdachte: (naam
Nadere informatieDit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 26 maart 2013 in de zaak tegen: thans gedetineerd in de.
vonnis RECHTBANK NOORD-HOLLAND Afdeling Publiekrecht, Sectie Straf Locatie Schiphol Meervoudige strafkamer Parketnummer: Uitspraakdatum: 8 april 2013 Tegenspraak Strafvonnis Dit vonnis is gewezen naar
Nadere informatieJURISPRUDENTIE STRAFRECHT. Uitspraken 10 februari 2015 Paul Verloop
JURISPRUDENTIE STRAFRECHT Uitspraken 10 februari 2015 Paul Verloop HR uitspraken 10 februari 2015 Beslissingen voorlopige hechtenis (Cassatie in het belang der wet) HR:2015:247 HR:2015:255 HR:2015:256
Nadere informatieECLI:NL:HR:2010:BO2558
ECLI:NL:HR:2010:BO2558 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 02-11-2010 Datum publicatie 03-11-2010 Zaaknummer 09/00354 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2010:BO2558
Nadere informatieECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420
ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 05-04-2011 Datum publicatie 07-04-2011 Zaaknummer 21-002244-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatieECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675
ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 07-09-2011 Datum publicatie 15-09-2011 Zaaknummer 16-600572-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieDe verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
arrest GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN locatie Arnhem Afdeling strafrecht Parketnummer: X Uitspraak d.d.: 15 juni 2016 TEGENSPRAAK Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken gewezen op het hoger
Nadere informatieECLI:NL:RBZUT:2010:BL3511
ECLI:NL:RBZUT:2010:BL3511 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 10-02-2010 Datum publicatie 10-02-2010 Zaaknummer 06/800866-09 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2016:5635 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHAMS:2016:5635 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 10-11-2016 Datum publicatie 29-12-2016 Zaaknummer 23-000872-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatieECLI:NL:RBZUT:2004:AO7273
ECLI:NL:RBZUT:2004:AO7273 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 31-03-2004 Datum publicatie 08-04-2004 Zaaknummer 06/060115-03 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatiearrest GERECHTSHOF AMSTERDAM Parketnummer: X Datum uitspraak: 20 oktober 2016 TEGENSPRAAK (gemachtigde raadsman)
arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM Parketnummer: X Datum uitspraak: 20 oktober 2016 TEGENSPRAAK (gemachtigde raadsman) Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis
Nadere informatieECLI:NL:RBZUT:2007:BB4499
ECLI:NL:RBZUT:2007:BB4499 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 25-09-2007 Datum publicatie 28-09-2007 Zaaknummer 06/580261-07 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:GHARL:2017:2188
ECLI:NL:GHARL:2017:2188 Instantie Datum uitspraak 15-03-2017 Datum publicatie 15-03-2017 Zaaknummer 21-006632-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBBRE:2003:AN9917
ECLI:NL:RBBRE:2003:AN9917 Instantie Rechtbank Breda Datum uitspraak 11-12-2003 Datum publicatie 12-12-2003 Zaaknummer 3498-01 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377
ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377 Instantie Rechtbank Assen Datum uitspraak 15-04-2011 Datum publicatie 15-04-2011 Zaaknummer 19.605555-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBAMS:2011:BU5011
ECLI:NL:RBAMS:2011:BU5011 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 16-11-2011 Datum publicatie 18-11-2011 Zaaknummer 13/656781-11 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Nadere informatieUitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 3 november 2016 TEGENSPRAAK
ECLI:NL:GHAMS:2016:5390 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 03-11-2016 Datum publicatie 21-12-2016 Zaaknummer 23-003117-15 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012
ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012 Instantie Datum uitspraak 11-06-2003 Datum publicatie 12-08-2003 Zaaknummer 2200326602 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-gravenhage
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2014:3775
ECLI:NL:GHAMS:2014:3775 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 01-07-2014 Datum publicatie 05-12-2014 Zaaknummer 23-004323-13 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:RBUTR:2011:BR2992
ECLI:NL:RBUTR:2011:BR2992 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 14-07-2011 Datum publicatie 26-07-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 16/600081-11; 16/600434-10 (tul)
Nadere informatieECLI:NL:RBROT:2016:10161
ECLI:NL:RBROT:2016:10161 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 04-11-2016 Datum publicatie 13-01-2017 Zaaknummer 10/710336-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061
ECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061 Instantie Datum uitspraak 03-02-2009 Datum publicatie 05-02-2009 Gerechtshof 's-gravenhage Zaaknummer 22-002670-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBMAA:2011:BP5002
ECLI:NL:RBMAA:2011:BP5002 Instantie Rechtbank Maastricht Datum uitspraak 16-02-2011 Datum publicatie 17-02-2011 Zaaknummer 03-702714-08 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Nadere informatieECLI:NL:HR:2013:1157. 1 Geding in cassatie. 2 Beoordeling van het eerste middel. 3 Beoordeling van het derde middel. Uitspraak.
ECLI:NL:HR:2013:1157 Uitspraak 12 november 2013 Strafkamer nr. 11/04366 P Hoge Raad der Nederlanden Arrest op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam
Nadere informatieUitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Uitspraak d.d.: 2 februari 2016 TEGENSPRAAK Promis
ECLI:NL:GHARL:2016:10657 Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum uitspraak 02-02-2016 Datum publicatie 15-05-2017 Zaaknummer 21-002071-15 Formele relaties Cassatie: ECLI:NL:HR:2017:789, Niet ontvankelijk
Nadere informatieUitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 16 februari 2017 TEGENSPRAAK
ECLI:NL:GHAMS:2017:1898 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 16-02-2017 Datum publicatie 24-05-2017 Zaaknummer 23-002215-16 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:GHSHE:2012:BW5999
ECLI:NL:GHSHE:2012:BW5999 Instantie Datum uitspraak 16-05-2012 Datum publicatie 16-05-2012 Zaaknummer 20-002733-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:PHR:2007:AZ6118 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 00636/06
ECLI:NL:PHR:2007:AZ6118 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak 06-03-2007 Datum publicatie 06-03-2007 Zaaknummer 00636/06 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:HR:2014:381. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 13/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:2556, Gevolgd
ECLI:NL:HR:2014:381 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 18-02-2014 Datum publicatie 19-02-2014 Zaaknummer 13/02084 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:2556,
Nadere informatieECLI:NL:RBUTR:2010:BN2158
ECLI:NL:RBUTR:2010:BN2158 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 14-07-2010 Datum publicatie 22-07-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 16-711123-09 [P] Strafrecht
Nadere informatieUitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Datum uitspraak: 1 november TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsman)
ECLI:NL:GHAMS:2016:5673 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 01-11-2016 Datum publicatie 30-12-2016 Zaaknummer 23-003159-15 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:RBOVE:2016:1480. Datum uitspraak: Datum publicatie: Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg - meervoudig.
ECLI:NL:RBOVE:2016:1480 Instantie: Rechtbank Overijssel Datum uitspraak: 26-04-2016 Datum publicatie: 26-04-2016 Zaaknummer: 08.910038-15 (P) Rechtsgebieden: Strafrecht Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg
Nadere informatieECLI:NL:RBASS:2007:BB8355
ECLI:NL:RBASS:2007:BB8355 Instantie Rechtbank Assen Datum uitspraak 20-11-2007 Datum publicatie 21-11-2007 Zaaknummer 19.830186-07 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:GHLEE:2010:BO8408 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHLEE:2010:BO8408 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 17-12-2010 Datum publicatie 22-12-2010 Zaaknummer 24-002079-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieGERECHT IN EERSTE AANLEG VAN BONAIRE, SINT EUSTATIUS EN SABA ZITTINGSPLAATS BONAIRE STRAFVONNIS
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN BONAIRE, SINT EUSTATIUS EN SABA ZITTINGSPLAATS BONAIRE STRAFVONNIS in de zaak tegen de verdachte: [verdachte]., geboren op [geboortedatum] 1994 in Curaçao, wonende te [adres]
Nadere informatieECLI:NL:GHLEE:2011:BP4388
ECLI:NL:GHLEE:2011:BP4388 Instantie Datum uitspraak 10-02-2011 Datum publicatie 14-02-2011 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-001943-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 320 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering met betrekking tot het hoger beroep in strafzaken, het aanwenden van gewone rechtsmiddelen
Nadere informatieECLI:NL:GHARL:2013:CA1193
ECLI:NL:GHARL:2013:CA1193 Instantie Datum uitspraak 12-02-2013 Datum publicatie 28-05-2013 Zaaknummer 21-004366-12 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Strafrecht
Nadere informatieDit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van 24 augustus 2016.
ECLI:NL:GHAMS:2016:5663 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 07-09-2016 Datum publicatie 30-12-2016 Zaaknummer 23-000259-16 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2017:1213
ECLI:NL:GHAMS:2017:1213 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 28-03-2017 Datum publicatie 10-04-2017 Zaaknummer 23-000918-16 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:GHARN:2007:208
ECLI:NL:GHARN:2007:208 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 25-05-2007 Datum publicatie 11-04-2016 Zaaknummer 21-004591-06 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatieECLI:NL:OGEAA:2016:411
ECLI:NL:OGEAA:2016:411 Instantie Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba Datum uitspraak 05-02-2016 Datum publicatie 22-06-2016 Zaaknummer 426 van 2015, P-2015/06927 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken
Nadere informatieUitspraak. Parketnummer: Datum uitspraak: 17 november 2016 VERSTEK
ECLI:NL:GHAMS:2016:5593 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 17-11-2016 Datum publicatie 29-12-2016 Zaaknummer 23-001668-16 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:RBNHO:2015:1805
ECLI:NL:RBNHO:2015:1805 Uitspraak Vonnis RECHTBANK NOORD-HOLLAND, LOCATIE HAARLEM Strafrecht Datum uitspraak : 10 maart 2015 Parketnummer: 15/840083-08 (ontneming) Vonnis ex artikel 36e van het Wetboek
Nadere informatieParketnummer: /17 Uitspraak: 2 november 2018 Tegenspraak
vonnis GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO Parketnummer: 500.00480/17 Uitspraak: 2 november 2018 Tegenspraak Vonnis van dit Gerecht in de strafzaak tegen de verdachte: R.M.C., geboren op Curaçao, wonende
Nadere informatieHet hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsman naar voren is gebracht.
arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM parketnummer: X uitspraak: 21 juli 2016 TEGENSPRAAK Verkort arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter
Nadere informatieECLI:NL:GHLEE:2011:BU1518
ECLI:NL:GHLEE:2011:BU1518 Instantie Datum uitspraak 17-10-2011 Datum publicatie 25-10-2011 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-003332-09 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBZUT:2008:BD0696
ECLI:NL:RBZUT:2008:BD0696 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 29-04-2008 Datum publicatie 29-04-2008 Zaaknummer 06/460549-07 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:GHDHA:2015:84
ECLI:NL:GHDHA:2015:84 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 27-01-2015 Datum publicatie 27-01-2015 Zaaknummer 22000511-14 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:GHDHA:2016:935
ECLI:NL:GHDHA:2016:935 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 31-03-2016 Datum publicatie 06-04-2016 Zaaknummer 22-004068-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatieVergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag
RAPPORT Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag Een onderzoek naar een afwijzing van het Openbaar Ministerie in Den Haag om kosten na vrijspraak te vergoeden. Oordeel Op basis van het onderzoek
Nadere informatieECLI:NL:PHR:2010:BN0043
ECLI:NL:PHR:2010:BN0043 Instantie Datum uitspraak 16-11-2010 Datum publicatie 16-11-2010 Zaaknummer 09/03684 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie Parket bij de Hoge Raad
Nadere informatieECLI:NL:RBZUT:2005:AU3810
ECLI:NL:RBZUT:2005:AU3810 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 05-10-2005 Datum publicatie 05-10-2005 Zaaknummer 06-0604540-04 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Nadere informatieECLI:NL:RBZLY:2009:BK6655
ECLI:NL:RBZLY:2009:BK6655 Instantie Datum uitspraak 24-11-2009 Datum publicatie 16-12-2009 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Zwolle-Lelystad 07.620221-08 (P) Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBNNE:2017:1473
ECLI:NL:RBNNE:2017:1473 Instantie Datum uitspraak 20-04-2017 Datum publicatie 21-04-2017 Rechtbank Noord-Nederland Zaaknummer 18/830019-17 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieUitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 29 november 2016 TEGENSPRAAK
ECLI:NL:GHAMS:2016:5286 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 29-11-2016 Datum publicatie 13-12-2016 Zaaknummer 23-000227-16 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieStrafprocesrecht Bijzondere kenmerken: Hoger beroep Wetsverwijzingen: Wetboek van Strafrecht 197a, geldigheid: 2014-05-11
ECLI:NL:GHSHE:2015:3566 Instantie: Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak: 16-09-2015 Datum publicatie: 17-09-2015 Zaaknummer: 20-002514-14 Rechtsgebieden: Materieel strafrecht Strafprocesrecht Bijzondere
Nadere informatieECLI:NL:GHSHE:2015:2029
ECLI:NL:GHSHE:2015:2029 Instantie Datum uitspraak 03-06-2015 Datum publicatie 03-06-2015 Gerechtshof 's-hertogenbosch Zaaknummer 20-000203-14 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBHAA:2006:AY6694
ECLI:NL:RBHAA:2006:AY6694 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 16-08-2006 Datum publicatie 22-08-2006 Zaaknummer 15/500918-06 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:GHARL:2013:BZ4692
ECLI:NL:GHARL:2013:BZ4692 Instantie Datum uitspraak 19-03-2013 Datum publicatie 19-03-2013 Zaaknummer 21-000368-12 Formele relaties Rechtsgebieden Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Eerste aanleg: ECLI:NL:RBGRO:2009:BH3578,
Nadere informatieECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993
ECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993 Instantie Datum uitspraak 11-11-2009 Datum publicatie 11-11-2009 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-002029-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2005 2006 30 320 Wijziging van het Wetboek van strafvordering met betrekking tot het hoger beroep in strafzaken, het aanwenden van gewone rechtsmiddelen
Nadere informatieECLI:NL:RBHAA:2006:AZ5994
ECLI:NL:RBHAA:2006:AZ5994 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 22-12-2006 Datum publicatie 11-01-2007 Zaaknummer 15/645076-06 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieRapport. Oordeel. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over het Openbaar Ministerie gegrond.
Rapport Een onderzoek naar klachten over het niet eerder seponeren van een strafzaak en over het doorsturen van een verzoek om schadevergoeding naar de rechtbank. Oordeel Op basis van het onderzoek vindt
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2015:5213 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHAMS:2015:5213 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 16-12-2015 Datum publicatie 16-12-2015 Zaaknummer 23-000433-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatieDit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en het onderzoek
ECLI:NL:GHDHA:2015:80 Uitspraak Rolnummer: 22-002584-14 Parketnummers: 10-750263-13, 22-003524-12 (TUL) en 22-004272-11 (TUL) Datum uitspraak: 27 januari 2015 TEGENSPRAAK Gerechtshof Den Haag meervoudige
Nadere informatieECLI:NL:GHARL:2015:2577
ECLI:NL:GHARL:2015:2577 Uitspraak Arrest GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN Strafrecht Parketnummer: 21-008157-13 Datum uitspraak: 9 april 2015 Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken gewezen
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2014:2785 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHAMS:2014:2785 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 22-04-2014 Datum publicatie 31-10-2014 Zaaknummer 23-003653-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatie1.21 Verkeer: dood/zwaar lichamelijk letsel door schuld in het verkeer (art. 6 WVW 1994)
Titelpagina Copyright Pagina Voorwoord HOOFDSTUK 1 Delicten 1.1 Afpersing 1.2 Bedreiging 1.3 Belaging 1.4 Belediging 1.5 Deelname aan een criminele organisatie 1.6 Diefstal 1.7 Heling 1.8 Huisvredebreuk
Nadere informatieECLI:NL:GHSHE:2017:978
ECLI:NL:GHSHE:2017:978 Instantie Datum uitspraak 17-02-2017 Datum publicatie 10-03-2017 Gerechtshof 's-hertogenbosch Zaaknummer 20-003836-13 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieHet hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsman naar voren is gebracht.
Hof Amsterdam 19 januari 2011, nr. 23-001234-09 VERKORT ARREST VAN HET GERECHTSHOF AMSTERDAM gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Haarlem van 16 december 2008 in de
Nadere informatieECLI:NL:RBOVE:2017:2237
ECLI:NL:RBOVE:2017:2237 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 26-04-2017 Datum publicatie 31-05-2017 Zaaknummer 08/910083-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Raadkamer
Nadere informatieECLI:NL:GHLEE:2010:BO7907
ECLI:NL:GHLEE:2010:BO7907 Instantie Datum uitspraak 30-11-2010 Gerechtshof Leeuwarden Datum publicatie 20-12-2010 Zaaknummer 24-001016-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieGERECHT IN EERSTE AANLEG VAN SINT MAARTEN S T R A F V O N N I S
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN SINT MAARTEN S T R A F V O N N I S in de zaak tegen de verdachte: ARWM, geboren te curaçao, wonende te Sint Maarten. 1. Onderzoek van de zaak Het onderzoek ter openbare terechtzitting
Nadere informatieECLI:NL:GHARN:2008:BG4042
ECLI:NL:GHARN:2008:BG4042 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 11-11-2008 Datum publicatie 12-11-2008 Zaaknummer 21-001909-07 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatieECLI:NL:RBONE:2013:BY9769
ECLI:NL:RBONE:2013:BY9769 Instantie Datum uitspraak 28-01-2013 Datum publicatie 29-01-2013 Rechtbank Oost-Nederland Zaaknummer 05/901294-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieDit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
ECLI:NL:RBZLY:2008:BG9239 Instantie Rechtbank Zwolle-Lelystad Datum uitspraak 02-12-2008 Datum publicatie 08-01-2009 Zaaknummer 07.600132-08 (P) Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg
Nadere informatieUitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Uitspraak d.d.: 1 december 2015 TEGENSPRAAK. Promis
ECLI:NL:GHARL:2015:10200 Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum uitspraak 01-12-2015 Datum publicatie 22-05-2017 Zaaknummer 21-001318-15 Formele relaties Cassatie: ECLI:NL:HR:2016:3394, Niet ontvankelijk
Nadere informatiehttp://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx
LJN: BK6789, Gerechtshof 's-gravenhage, 22-000700-08 Datum uitspraak: Datum publicatie: Rechtsgebied: 16-12-2009 16-12-2009 Straf Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Computercriminaliteit.
Nadere informatieDe enkelvoudige kamer: de politierechter
3 De enkelvoudige kamer: de politierechter 3.1 Inleiding Dit hoofdstuk beschrijft de procedure bij de politierechter. Deze is niet totaal verschillend van die bij de meervoudige strafkamer. Integendeel.
Nadere informatieECLI:NL:RBMAA:2006:AY6572
ECLI:NL:RBMAA:2006:AY6572 Instantie Rechtbank Maastricht Datum uitspraak 21-07-2006 Datum publicatie 21-08-2006 Zaaknummer 03/703565-05 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieRapport. Datum: 2 maart 2004 Rapportnummer: 2004/068
Rapport Datum: 2 maart 2004 Rapportnummer: 2004/068 2 Klacht Verzoeker, slachtoffer van poging doodslag gepleegd door zijn ex-vriendin op 10 december 1999, klaagt erover dat het arrondissementsparket te
Nadere informatieECLI:NL:GHDHA:2017:2291
ECLI:NL:GHDHA:2017:2291 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 24-05-2017 Datum publicatie 09-08-2017 Zaaknummer 22-005150-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatieTitel II. Straffen. 1. Algemeen. Artikel 1:11
Titel II Straffen 1. Algemeen Artikel 1:11 1. De straffen zijn: a. de hoofdstraffen: 1. gevangenisstraf; 2. hechtenis; 3. taakstraf; 4. geldboete. b. de bijkomende straffen: 1. ontzetting van bepaalde
Nadere informatieECLI:NL:GHLEE:2009:BH4974 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHLEE:2009:BH4974 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 05-03-2009 Datum publicatie 05-03-2009 Zaaknummer 24-002073-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBNHO:2015:7578
ECLI:NL:RBNHO:2015:7578 Instantie Datum uitspraak 03-09-2015 Datum publicatie 04-09-2015 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer 15/871690-14 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieRapport. Datum: 13 oktober 1998 Rapportnummer: 1998/446
Rapport Datum: 13 oktober 1998 Rapportnummer: 1998/446 2 Klacht Op 11 februari 1998 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer X te Y, ingediend door de heer mr. G. Meijers, advocaat
Nadere informatieECLI:NL:GHSGR:2000:AD9850
ECLI:NL:GHSGR:2000:AD9850 Instantie Datum uitspraak 06-10-2000 Datum publicatie 11-10-2004 Zaaknummer 0975730199 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-gravenhage Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBUTR:2005:AU7293
ECLI:NL:RBUTR:2005:AU7293 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 01-12-2005 Datum publicatie 01-12-2005 Zaaknummer 16/501029-05 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBAMS:2012:BZ3733
ECLI:NL:RBAMS:2012:BZ3733 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 07-06-2012 Datum publicatie 11-03-2013 Zaaknummer 13/666528-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBDHA:2014:1006
ECLI:NL:RBDHA:2014:1006 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 29-01-2014 Datum publicatie 29-01-2014 Zaaknummer 09/818467-13 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBROT:2017:2554
ECLI:NL:RBROT:2017:2554 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 05-04-2017 Datum publicatie 06-04-2017 Zaaknummer 10/740353-16 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Nadere informatieontnemingsbeslissing
ontnemingsbeslissing GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO Parketnummer: 500.00339/16 Uitspraak: : 8 mei 2019 Tegenspraak Beslissing van dit gerecht van 8 mei 2019 gegeven op de vordering van het openbaar
Nadere informatievonnis van de Meervoudige kamer d.d. 24 november 2009 in de zaak van het openbaar ministerie tegen:
Rechtbank Assen Budget Webhosting DomJur 2011-761 Rechtbank Assen Parketnummer: 19.606217-07 Datum: 24 november 2009 vonnis van de Meervoudige kamer d.d. 24 november 2009 in de zaak van het openbaar ministerie
Nadere informatieECLI:NL:RBARN:2001:AD4391
ECLI:NL:RBARN:2001:AD4391 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 10-10-2001 Datum publicatie 10-10-2001 Zaaknummer 05.096060-01 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Nadere informatieECLI:NL:RBROT:2017:4588
ECLI:NL:RBROT:2017:4588 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 23-05-2017 Datum publicatie 16-06-2017 Zaaknummer 10/740469-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBBRE:2009:BH5369
ECLI:NL:RBBRE:2009:BH5369 Instantie Rechtbank Breda Datum uitspraak 05-03-2009 Datum publicatie 10-03-2009 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 02/628386-08 [P] Strafrecht Eerste
Nadere informatieJuridische basiskennis over de maatregel TBS, oplegging en verlenging
TBS voor Dummies Juridische basiskennis over de maatregel TBS, oplegging en verlenging Auteur: Miriam van der Mark, advocaat-generaal en lid van de Kerngroep Forum TBS Algemeen De terbeschikkingstelling
Nadere informatie1.2. Het Gerechtshof heeft nagelaten te onderzoeken hoe de Belgische autoriteiten de beschikking hebben gekregen over de deze microfiches.
MIDDEL 1 Schending en/of verkeerde toepassing van het Nederlands recht, waaronder mede begrepen schending van enig algemeen beginsel van behoorlijk bestuur en/of verzuim van vormen, waarvan de niet-inachtneming
Nadere informatie