FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE"

Transcriptie

1 FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG N [C 2011/205690] 17 JULI Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 juni 1999 houdende uitvoering van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, strekkende tot de toekenning van een voorlopige arbeidsvergunning in het kader van het verkrijgen van een Europese blauwe kaart (1) VERSLAG AAN DE KONING Sire, Het ontwerp van besluit dat we de eer hebben Zijne Majesteit ter ondertekening voor te leggen, heeft betrekking op de gedeeltelijke omzetting van de Richtlijn 2009/50/EG van de Raad van 25 mei 2009 die de voorwaarden inzake toegang en verblijf bepaalt voor de onderdanen van derde landen met het oog op een hooggekwalificeerde baan. Deze Richtlijn heeft betrekking op de uitreiking van een specifieke verblijfsvergunning voor hooggekwalificeerd personeel. Dit specifieke verblijfsdocument draagt de naam «Europese blauwe kaart». Deze unieke verblijfsvergunning biedt de houder ervan de gelegenheid niet alleen toegang te krijgen tot het territorium en er te verblijven, maar ook om er te werken. Op dit verblijfsdocument moeten immers ook de voorwaarden inzake de toetreding tot de arbeidsmarkt worden vermeld. Op dit moment bestaat er binnen ons nationaal systeem geen dergelijk uniek document. Het verblijf wordt geregeld door de wet over het verblijf en beheerd door de Dienst Vreemdelingenzaken. De voorwaarden betreffende de toegang tot de arbeidsmarkt worden geregeld door de wet betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers. Deze reglementering valt onder de federale bevoegdheid. De toepassing van deze reglementering, namelijk de uitreiking van arbeidskaarten, wordt krachtens de institutionele wet van 8 augustus 1980 geregeld door de gewestelijke overheden. De volledige omzetting van bovengenoemde Richtlijn is toegespitst op twee krachtlijnen : 1. de verblijfsreglementering - uitreiking door de DVZ van een Europese blauwe kaart aan de werknemer; 2. de reglementering betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers - uitreiking van de voorlopige arbeidsvergunning aan de werkgever. Het ontwerp van koninklijk besluit dat U wordt voorgelegd, heeft uitsluitend betrekking op de krachtlijn «werk». Om de volledige procedure te begrijpen, is het dus noodzakelijk deze tekst te lezen samen met de teksten inzake verblijf (referentie :...). Samengevat is het toegepaste mechanisme gebaseerd op de toekenning van een voorlopige arbeidsvergunning door de bevoegde overheid aan de werkgever die een hooggekwalificeerde werknemer wenst aan te werven in het kader van de verkrijging van een Europese blauwe kaart door deze werknemer. Zodra deze voorlopige arbeidsvergunning wordt toegekend aan de werkgever, reikt de Dienst Vreemdelingenzaken de werknemer een Europese blauwe kaart uit, indien aan alle voorwaarden inzake het verblijf werd voldaan. Behoudens uitdrukkelijk vermelde afwijking zijn alle bepalingen van bovengenoemde wet van 30 april 1999 en van bovengenoemd koninklijk besluit van 9 juni 1999 van toepassing. In het bijzonder de artikelen 34 en 35, 1 die de voorwaarden bepalen voor de weigering en de intrekking van de arbeidsvergunningen, zijn van toepassing. In dit ontwerp bepaalt men de voorwaarden waaraan een hooggekwalificeerde buitenlandse werknemer moet voldoen om door een Belgische werkgever te worden aangeworven in het kader van de Europese blauwe kaart. Conform de bovengenoemde richtlijn gaat het om de volgende voorwaarden : de werkgever moet met de buitenlandse werknemer een arbeidsovereenkomst hebben gesloten van onbepaalde duur of met een duur gelijk aan of hoger dan een jaar; SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE F [C 2011/205690] 17 JUILLET Arrêté royal modifiant l arrêté royal du 9 juin 1999 portant exécution de la loi du 30 avril 1999 relative à l occupation des travailleurs étrangers visant l autorisation provisoire d occupation octroyée dans le cadre de l obtention de la carte bleue européenne (1) RAPPORT AU ROI Sire, Le projet d arrêté que nous avons l honneur de soumettre à la signature de Votre majesté vise la transposition partielle de la Directive 2009/50/CE du Conseil du 25 mai 2009 établissant les conditions d entrée etdeséjour des ressortissants de pays tiers aux fins d un emploi hautement qualifié. Cette directive vise la délivrance d un titre de séjour spécifique à du personnel hautement qualifié. Ce document de séjour particulier porte le nom de «carte bleue européenne». Ce titre de séjour unique permet à son détenteur, non seulement d entrer et de séjourner sur le territoire mais également de travailler. En effet, sur ce document de séjour, doivent également figurer les conditions relatives à l accès au marché du travail. Actuellement, notre système national ne connaît pas ce type de document unique. Le séjour est régi par la loi sur le séjour et est géré par l Office des étrangers. Les conditions quant à l accès au marché du travail sont visées par la loi relative à l occupation des travailleurs étrangers. Cette réglementation dépend du pouvoir fédéral. L application de cette réglementation, soit la délivrance des permis de travail, est régie, en vertu de la loi institutionnelle du 8 août 1980, par les autorités régionales. La transposition complète de la Directive précitée s articule dés lors autour de deux axes : 1. la réglementation séjour - délivrance par l Office des étrangers de la carte bleue européenne au travailleur; 2. la réglementation relative à l occupation des travailleurs étrangers -délivrance à l employeur de l autorisation d occupation provisoire. Le projet d arrêté royal qui Vous est présenté vise uniquement l axe «travail». Dés lors, pour comprendre l ensemble de la procédure, il faut lire ce texte en combinaison avec les textes «séjour» (référence :...). En synthétisant, le mécanisme mis en œuvre repose sur l octroi à l employeur par l Autorité compétente d une autorisation provisoire d occupation délivrée à l employeur qui souhaite engager un travailleur hautement qualifié dans le cadre de l obtention par ce dernier d une carte bleue européenne. Une fois cette autorisation provisoire d occupation octroyée à l employeur, l Office des étrangers délivre au travailleur, si toutes les conditions en matière de séjour sont remplies, une carte bleue européenne. Sauf dérogation expressément stipulée, l ensemble des dispositions de la loi du 30 avril 1999 précitée etdel arrêté royal du 9 juin 1999 précité sont applicables. Sont notamment d application, les articles 34 et 35, 1 er prévoyant les conditions de refus et de retrait des autorisations d occupation. Dans le présent projet, on détermine les conditions qu un travailleur étranger hautement qualifié doit remplir pour être engagé par un employeur belge dans le cadre de la carte bleue européenne. Conformément à la directive précitée, ces conditions sont les suivantes : l employeur doit avoir conclu avec le travailleur un contrat de travail à durée indéterminée ou d une durée égale ou supérieure à un an;

2 53634 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE de werkgever moet de werknemer een brutojaarloon betalen dat gelijk is aan of hoger dan EUR (geïndexeerd bedrag), hetzij anderhalve keer het gemiddelde jaarlijks brutoloon; de werknemer moet beschikken over een diploma hoger onderwijs. Teneinde elke onzekerheid weg te nemen dient benadrukt te worden dat de gedetacheerde werknemers uitgesloten zijn uit het toepassingsgebied van deze reglementering. De aangebrachte wijzigingen zijn gebaseerd op de volgende wettelijke bepalingen. Artikel 4, 1 van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers biedt Zijne Majesteit de mogelijkheid om af te wijken van de verplichting die stelt dat de werkgever die een buitenlandse werknemer in dienst wil nemen voorafgaand de arbeidsvergunning moet verkrijgen van de bevoegde overheid. Artikel 4, 2 van bovengenoemde wet van 30 april 1999 biedt Zijne Majesteit de mogelijkheid om af te wijken van de verplichting die stelt dat de arbeidsvergunning niet wordt toegekend wanneer de buitenlandse onderdaan België is binnengekomen met de bedoeling er te worden aangeworven vooraleer de werkgever de arbeidsvergunning heeft verkregen. Ten slotte biedt artikel 7, eerste lid, van bovengenoemde wet van 30 april 1999 Zijne Majesteit de gelegenheid om aan de hand van een in de Ministerraad overlegd besluit, bepaalde categorieën van buitenlandse werknemers vrij te stellen van de verplichting een arbeidskaart te verkrijgen. Parallel hiermee biedt artikel 7, tweede lid, van bovengenoemde wet van 30 april 1999 Zijne Majesteit de gelegenheid om aan de hand van een in de Ministerraad overlegd besluit, de werkgevers van deze categorieën van werknemers vrij te stellen van de verplichting een arbeidskaart te verkrijgen. Artikelsgewijze bespreking Art. 14. Dit artikel bepaalt dat het besluit de bepalingen van de Richtlijn 2009/50/EG van de Raad van 25 mei 2009 die de voorwaarden inzake toegang en verblijf bepaalt voor de onderdanen van derde landen met het oog op een hooggekwalificeerde baan, gedeeltelijk omzet. Art. 15. In dit artikel worden twee nieuwe definities toegevoegd aan de definities die reeds zijn bepaald in bovengenoemd koninklijk besluit van 9 juni Eerst en vooral wordt het begrip «Europese blauwe kaart» bepaald (18 o ). Deze definitie verwijst naar het verblijfsdocument bedoeld in artikel 1, 3 van de wet van 15 december Vervolgens bepaalt 19 o de Dienst Vreemdelingenzaken als het bestuur dat is belast met de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen. Art. 16. In dit artikel wordt de lijst gewijzigd van de categorieën van buitenlandse onderdanen die worden vrijgesteld van de arbeidskaart. Er wordt een vrijstelling toegevoegd voor de buitenlandse onderdanen die houder zijn van een Europese blauwe kaart. In dit stadium moet het volgende worden toegelicht. Voordat de Europese blauwe kaart, en dus deze vrijstelling, wordt verkregen, moet een voorlopige arbeidsvergunning worden uitgereikt aan de werkgever (zie boven). Art. 17. In dit artikel wordt voor de buitenlandse werknemers die houder zijn van de Europese blauwe kaart inzake de verplichting die stelt dat de arbeidsvergunning slechts kan worden toegekend wanneer de buitenlandse werknemer voorafgaand het Belgische grondgebied is binnengekomen, een uitzondering gemaakt. Art. 18. Dit artikel bepaalt dat een arbeidskaart B kan worden toegekend aan de echtgenoot en de kinderen van de buitenlandse onderdanen die houder zijn van een Europese blauwe kaart. Art. 19. Artikel 6 voegt een afdeling 1bis in met de titel de voorlopige arbeidsvergunning uitgereikt in het kader van het verkrijgen van de Europese blauwe kaart. Art. 20. Artikel 7 bepaalt de voorwaarden waaraan moet worden voldaan opdat een werkgever een voorlopige arbeidsvergunning kan bekomen in het kader van het verkrijgen van een Europese blauwe kaart. Het gaat om de volgende voorwaarden : 1. de werkgever moet met de buitenlandse werknemer een arbeidsovereenkomst hebben gesloten van onbepaalde duur of met een duur gelijk aan of hoger dan een jaar; l employeur doit payer au travailleur une rémunération annuelle brute égale ou supérieure à EUR (montant indexé), soit une fois et demie le salaire annuel brut moyen; le travailleur doit être en possession d un diplôme de l enseignement supérieur. Afin d écarter toute incertitude, il faut souligner que sont exclus du champ d application de cette réglementation les travailleurs détachés. Les modifications apportées reposent sur les bases légales suivantes. L article 4, 1 er, de la loi du 30 avril 1999 relative à l occupation des travailleurs étrangers, permet à Votre Majesté de déroger à l obligation selon laquelle l employeur qui souhaite occuper un travailleur étranger doit, au préalable, obtenir l autorisation d occupation de l autorité compétente. L article 4, 2, de la loi du 30 avril 1999 précitée, permet à Votre Majesté de déroger à l obligation en vertu de laquelle l autorisation d occupation n est pas accordée lorsque le ressortissant étranger a pénétré en Belgique en vue d y être occupé avant que l employeur ait obtenu l autorisation d occupation. Enfin, l article 7, alinéa 1 er, de la loi du 30 avril 1999 précitée, permet à Votre Majesté de dispenser, par arrêté délibéré en Conseil des Ministres, certaines catégories de travailleurs étrangers de l obligation d obtenir un permis de travail. Parallèlement, l article 7, alinéa 2, de la loi du 30 avril 1999 précitée, permet à Votre Majesté de dispenser, par arrêté délibéré en Conseil des ministres, les employeurs de ces catégories de travailleurs, de l obligation d obtenir une autorisation d occupation. Commentaires des articles Art. 14. Cet article précise que l arrêté transpose partiellement des dispositions de la Directive 2009/50/CE du Conseil du 25 mai 2009 établissant les conditions d entrée etdeséjour des ressortissants de pays tiers aux fins d un emploi hautement qualifié. Art. 15. Dans cet article, deux nouvelles définitions sont ajoutées aux définitions déjà prévues dans l arrêté royal du 9 juin 1999 précité. Tout d abord, la notion de «carte bleue européenne» est définie (18 o ). Cette définition se réfère au document de séjour visé dans l article 1 er,3 o, de la loi du 15 décembre Ensuite, le 19 o définit «l Office des étrangers» comme étant l administration en charge de l accès au territoire, du séjour, de l établissement et de l éloignement des étrangers. Art. 16. Dans cet article, on modifie la liste répertoriant les catégories de ressortissants étrangers dispensés de permis de travail. Une dispense visant les ressortissants étrangers détenteurs d une carte bleue européenne est ajoutée. A ce stade, la précision suivante s impose. Préalablement à l obtention de la carte bleue européenne, et donc à cette dispense, une autorisation d occupation provisoire doit être octroyée à l employeur (voir supra). Art. 17. Dans cet article, il est fait exception pour les travailleurs étrangers détenteurs de la carte bleue européenne à l obligation selon laquelle l autorisation d occupation ne peut être accordée lorsque le travailleur étranger a pénétré préalablement sur le territoire belge. Art. 18. Cet article prévoit qu un permis de travail B peut être octroyé au conjoint et aux enfants des ressortissants étrangers détenteurs d une carte bleue européenne. Art. 19. L article 6 insère une section 1 re bis, intitulée «l autorisation provisoire d occupation octroyée dans le cadre de l obtention de la carte bleue européenne». Art. 20. L article 7 détermine les conditions qui doivent être remplies pour qu un employeur puisse obtenir une autorisation provisoire d occupation dans le cadre de l obtention d une carte bleue européenne. Ces conditions sont les suivantes : 1. l employeur doit avoir conclu avec le travailleur un contrat de travail à durée indéterminée oud une durée égale ou supérieure à un an;

3 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE de werkgever moet de werknemer een brutojaarloon betalen dat gelijk is aan of hoger dan EUR (geïndexeerd bedrag), hetzij anderhalve keer het gemiddelde jaarlijks brutoloon; 3. de werknemer moet beschikken over een diploma hoger onderwijs. Dit artikel voorziet eveneens de gevallen waarbij een voorlopige arbeidsvergunning kan geweigerd worden : wanneer het mogelijk is binnen een redelijke termijn onder de werknemers op de arbeidsmarkt een werknemer te vinden die geschikt is om de betrokken arbeidsplaats op een bevredigende wijze en binnen een redelijke termijn te bekleden; wanneer het gaat om een aanwerving in een sector waar er, in het land van herkomst, een tekort bestaat aan gekwalificeerde werknemers; wanneer de werkgever reeds eerder gesanctioneerd werd wegens het laten presteren van niet-aangegeven arbeid of wegens het tewerkstellen van illegale vreemde werknemers. Art. 21. Dit artikel wijkt uitdrukkelijk af van drie verplichtingen die zijn bepaald in de artikelen 8, 10 en 14 van bovengenoemd koninklijk besluit van 9 juni De volgende drie verplichtingen zijn niet van toepassing op de toekenning van de voorlopige arbeidsvergunning die wordt uitgereikt in het kader van de Europese blauwe kaart : men kan op de arbeidsmarkt onmogelijk een werknemer vinden die de bedoelde arbeidsplaats kan innemen; er bestaat een internationale overeenkomst inzake immigratie tussen België en het land waarvan de werknemer onderdaan is; de werknemer beschikt over een medisch getuigschrift dat bepaalt dat niets aangeeft dat de werknemer ongeschikt is voor het werk. Art. 22. Dit artikel bepaalt dat de voorlopige arbeidsvergunning binnen de dertig dagen moet worden uitgereikt. Zodra de werknemer in het bezit is van de kopie van deze voorlopige arbeidsvergunning, kan hij beginnen werken, voor zover hij zijn aanvraag tot wettelijk verblijf heeft gedaan of hij wettelijk in België verblijft. De voorlopige arbeidsvergunning verliest haar geldigheid : hetzij op de dag waarop de «Europese blauwe kaart» wordt uitgereikt; hetzij op de dag van de betekening van de beslissing de Europese blauwe kaart te weigeren door de Dienst Vreemdelingenzaken; hetzij indien de werknemer binnen de 90 dagen geen Europese blauwe kaart heeft aangevraagd. Art. 23. Dit artikel bepaalt drie verplichtingen waaraan de werkgever moet voldoen tijdens de periode van twee jaar die volgen op de uitreiking van de voorlopige arbeidsvergunning of van de Europese blauwe kaart. Eerst en vooral moet de werkgever in geval van beëindiging van de arbeidsovereenkomst de bevoegde overheid hierover inlichten. Vervolgens is elke wijziging van werkgever alsook elke wijziging van de tewerkstellingsvoorwaarden die gevolgen kan hebben voor de geldigheid van de Europese blauwe kaart, onderworpen aan de voorafgaande toekenning van een voorlopige arbeidsvergunning door de bevoegde autoriteit. Ten slotte moet de werkgever twee maanden vóór het einde van de geldigheid van de Europese blauwe kaart een nieuwe voorlopige arbeidsvergunning aanvragen. De uitreiking van deze tweede voorlopige arbeidsvergunning is noodzakelijk opdat de werknemer de vernieuwing verkrijgt van zijn Europese blauwe kaart (waarvan de geldigheid na 13 maanden verstrijkt). Deze verplichtingen zijn bepaald in artikel 11, punt 2, van de Richtlijn 2009/50/EG. Art. 24. Dit artikel sluit de echtgenoten en kinderen van de buitenlandse werknemers die houder zijn van de Europese blauwe kaart, uit van de toekenning van arbeidskaart C. Deze bepaling moet worden gelezen in het kader van artikel 5 van dit besluit dat bepaalt dat de kinderen en de echtgenoten van de buitenlandse onderdanen die houder zijn een Europese blauwe kaart, recht hebben op een arbeidskaart B. Art. 25. Dit artikel bepaalt dat dit besluit in werking treedt op dezelfde dag als het koninklijk besluit van 15 augustus 2012 houdende wijziging van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen. 2. l employeur doit payer au travailleur une rémunération annuelle brute égale ou supérieure à EUR (montant indexé), soit une fois et demie le salaire annuel brut moyen; 3. le travailleur doit être en possession d un diplôme de l enseignement supérieur. Cet article prévoit également les cas où une demande d autorisation provisoire d occupation peut être rejetée: si il est possible de trouver parmi les travailleurs appartenant au marché de l emploi un travailleur apte à occuper de façon satisfaisante et dans un délai raisonnable l emploi envisagé; lorsqu il s agit d un recrutement dans un secteur où il y a une pénurie de travailleurs qualifiés dans le pays d origine; lorsque l employeur a déjà été sanctionné pour avoir fait prester du travail non déclaré ou pour avoir occupé illégalement des travailleurs étrangers. Art. 21. Cet article déroge expressément à trois obligations prévues par l article 8, 10 et 14 de l arrêté royal du 9 juin 1999 précité. Ne sont pas applicables à l octroi de l autorisation provisoire d occupation délivrée dans le cadre de l obtention de la carte bleue européenne, les trois obligations suivantes : impossibilité de trouver sur le marché de l emploi un travailleur apte à occuper l emploi envisagé; existence d une convention internationale en matière d immigration liant la Belgique et le pays dont le travailleur est ressortissant; détention d un certificat médical constatant que rien n indique que le travailleur sera inapte au travail. Art. 22. Cet article stipule que l autorisation provisoire d occupation doit être délivrée dans les trente jours. Dés que le travailleur est en possession de la copie de cette autorisation provisoire d occupation, il peut commencer à travailler pour autant qu il ait fait sa demande de séjour légal ou qu il soit en séjour légal. L autorisation provisoire d occupation perd sa validité soit : àla date de délivrance de la «carte bleue européenne»; àla date de la notification de la décision de refus par l Office des étrangers de délivrer la carte bleue européenne en cas d absence par le travailleur de demande de la carte bleue européenne dans les 90 jours. Art. 23. Cet article prévoit trois obligations incombant à l employeur durant les deux années qui suivent la délivrance de l autorisation provisoire d occupation ou de la carte bleue européenne. Tout d abord, si le contrat de travail est rompu, l employeur doit avertir l autorité compétente. Ensuite, tout changement d employeur ainsi que toutes modifications des conditions d emploi pouvant avoir des conséquences quant à la validité de la carte bleue européenne sont subordonnés à l octroi préalable d une autorisation provisoire d occupation par l autorité compétente. Enfin, deux mois avant la fin de validité de la carte bleue européenne, l employeur doit demander une nouvelle autorisation provisoire d occupation. L octroi de cette seconde autorisation provisoire d occupation est nécessaire pour l obtention par le travailleur du renouvellement de sa carte bleue européenne (dont la validité prend fin au bout de 13 mois). Ces obligations sont prévues dans l article 11, point 2, de la Directive 2009/50/CE. Art. 24. Cet article exclut les conjoints et enfants des ressortissants étrangers détenteurs de la carte bleue européenne de l octroi du permis de travail C. Cette disposition est à lire en correspondance avec l article 5 du présent arrêté qui prévoit que les enfants et les conjoints des ressortissants étrangers détenteurs d une carte bleue européenne ont droit à un permis de travail B. Art. 25. Cet article précise que le présent arrêté entre en vigueur à la même date que l arrêté royal du 15 août 2012 portant modifications de l arrêté royal du 8 octobre 1981 sur l accès au territoire, le séjour, l établissement et l éloignement des étrangers.

4 53636 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE Deze inwerkingtreding wordt verklaard door het feit dat de volledige procedure inzake de toekenning van de Europese blauwe kaart, een combinatie is van de bepalingen inzake verblijf en de bepalingen inzake werk, zoals hierboven vermeld. De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK Cette entrée en vigueur s explique par le fait que la procédure complète en matière d octroi de la carte bleue européenne combine, comme on l a expliqué supra, à la fois des dispositions «séjour» et des dispositions travail. La Ministre de l Emploi, Mme M. DE CONINCK Advies /1 van 20 september 2011 van de afdeling Wetgeving van de Raad van State De Raad van State, afdeling Wetgeving, eerste kamer, op 11 augustus 2011 door de Minister van Werk verzocht haar, binnen een termijn van dertig dagen, verlengd tot 26 september 2011, van advies te dienen over een ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 juni 1999 houdende uitvoering van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, strekkende tot de toekenning van een voorlopige arbeidsvergunning in het kader van het verkrijgen van een Europese blauwe kaart, heeft het volgende advies gegeven : Rekening houdend met het tijdstip waarop dit advies gegeven wordt, vestigt de Raad van State de aandacht op het feit dat, wegens het ontslag van de regering, de bevoegdheid van deze laatste beperkt is tot het afhandelen van de lopende zaken. Dit advies wordt evenwel gegeven zonder dat wordt nagegaan of dit ontwerp in die beperkte bevoegdheid kan worden ingepast, aangezien de afdeling Wetgeving geen kennis heeft van het geheel van de feitelijke gegevens welke de regering in aanmerking kan nemen als zij te oordelen heeft of het vaststellen of het wijzigen van een verordening noodzakelijk is. * * * Met toepassing van artikel 84, 3, eerste lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, heeft de afdeling Wetgeving zich in hoofdzaak beperkt tot het onderzoek van de bevoegdheid van de steller van het ontwerp, van de rechtsgrond, alsmede van de te vervullen vormvereisten. * * * STREKKING EN RECHTSGROND VAN HET ONTWERP 1. Het om advies voorgelegde ontwerp strekt tot het wijzigen van het koninklijk besluit van 9 juni 1999 houdende uitvoering van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers. Met de ontworpen wijzigingen wordt de gedeeltelijke omzetting in het interne recht beoogd van Richtlijn 2009/50/EG van de Raad van 25 mei 2009 betreffende de voorwaarden voor toegang en verblijf van onderdanen van derde landen met het oog op een hooggekwalificeerde baan. De omzetting heeft uitsluitend betrekking op de tewerkstelling van buitenlandse werknemers en betreft derhalve niet de verblijfsreglementering. Het ontwerp bevat een regeling van voorlopige arbeidsvergunning die wordt toegekend in het kader van de regeling van de Europese blauwe kaart, zoals die in de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, zal worden ingevoegd bij een wet die in ontwerpvorm het voorwerp heeft uitgemaakt van advies /2/V van 12 september 2011 van de Raad van State, afdeling Wetgeving De ontworpen regeling kan worden geacht in hoofdzaak rechtsgrond te vinden in artikel 4, 1, 2 en 4, van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers. Deze bepalingen luiden als volgt : «1. De werkgever die een buitenlandse werknemer wenst tewerk te stellen moet vooraf een arbeidsvergunning hebben verkregen van de bevoegde overheid. De werkgever mag de diensten van deze werknemer enkel gebruiken binnen de perken van deze vergunning. De Koning kan, in de gevallen door hem bepaald, afwijken van het eerste lid. 2. De arbeidsvergunning wordt niet toegekend wanneer de buitenlandse onderdaan België is binnengekomen om er te worden tewerkgesteld vooraleer de werkgever de arbeidsvergunning heeft bekomen. De Koning kan, in de gevallen door hem bepaald, afwijken van het voorgaande lid. 3. ( ) Avis /1 du 20 septembre 2011 de la section de législation du Conseil d Etat Le Conseil d Etat, section de législation, première chambre, saisi par la Ministre de l Emploi, le 11 août 2011, d une demande d avis, dans un délai de trente jours, prorogé jusqu au 26 septembre 2011, sur un projet d arrêté royal modifiant l arrêté royal du 9 juin 1999 portant exécution de la loi du 30 avril 1999 relative à l occupation des travailleurs étrangers visant l autorisation provisoire d occupation octroyée dans le cadre de l obtention de la carte bleue européenne, a donné l avis suivant : Compte tenu du moment où le présent avis est donné, le Conseil d Etat attire l attention sur le fait qu en raison de la démission du gouvernement, la compétence de celui-ci se trouve limitée à l expédition des affaires courantes. Le présent avis est toutefois donné sans qu il soit examiné si ce projet relève bien des compétences ainsi limitées, la section de législation n ayant pas connaissance de l ensemble des éléments de fait que le gouvernement peut prendre en considération lorsqu il doit apprécier la nécessité d arrêter ou de modifier des dispositions réglementaires. * * * En application de l article 84, 3, alinéa 1 er, des lois sur le Conseil d Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, la section de législation a fait porter son examen essentiellement sur la compétence de l auteur du projet, le fondement juridique et l accomplissement des formalités prescrites. * * * PORTEE ET FONDEMENT JURIDIQUE DU PROJET 1. Le projet soumis pour avis a pour objet de modifier l arrêté royal du 9 juin 1999 portant exécution de la loi du 30 avril 1999 relative à l occupation des travailleurs étrangers. Les modifications envisagées visent à transposer partiellement en droit interne la Directive 2009/50/CE du Conseil du 25 mai 2009 établissant les conditions d entrée et de séjour des ressortissants de pays tiers aux fins d un emploi hautement qualifié. La transposition ne concerne que l occupation des travailleurs étrangers et ne vise par conséquent pas la réglementation relative au séjour. Le projet prévoit un régime d autorisation provisoire d occupation qui est délivrée dans le cadre du régime de la carte bleue européenne, telle que celui-ci sera inséré dans la loi du 15 décembre 1980 sur l accès au territoire, le séjour, l établissement et l éloignement des étrangers par une loi dont le projet a fait l objet de l avis /2/V que le du Conseil d Etat, section de législation a donné le 12 septembre On peut considérer que, pour l essentiel, les dispositions en projet trouvent leur fondement juridique dans l article 4, 1 er,2et4,delaloi du 30 avril 1999 relative à l occupation des travailleurs étrangers. Ces dispositions s énoncent comme suit : «1 er.l employeur qui souhaite occuper un travailleur étranger doit, au préalable, obtenir l autorisation d occupation de l autorité compétente. L employeur ne peut utiliser les services de ce travailleur que dans les limites fixées par cette autorisation. Le Roi peut déroger à l alinéa 1 er, dans les cas qu il détermine. 2. L autorisation d occupation n est pas accordée lorsque le ressortissant étranger a pénétré en Belgique en vue d y être occupé avant que l employeur ait obtenu l autorisation d occupation. Le Roi peut déroger à l alinéaprécédent, dans les cas qu il détermine. 3. ( )

5 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE De Koning kan, bij een in Ministerraad overlegd besluit, bepalen op welke voorwaarden een voorlopige arbeidsvergunning kan worden toegekend aan een werkgever» Wat meer specifiek de artikelen 3 en 11 van het ontwerp betreft, biedt artikel 7 van de voornoemde wet van 30 april 1999 rechtsgrond. Deze laatste bepaling luidt : «De Koning kan, bij een in Ministerraad overlegd besluit, de categorieën van buitenlandse werknemers die Hij bepaalt, vrijstellen van de verplichting een arbeidskaart te verkrijgen. De werkgevers van de buitenlandse werknemers bedoeld in het voorgaande lid worden vrijgesteld van de verplichting een arbeidsvergunning te verkrijgen». ONDERZOEK VAN DE TEKST Aanhef 1. Rekening houdend met hetgeen over de rechtsgrond van de ontworpen regeling is opgemerkt, redigere men het eerste lid van de aanhef van het ontwerp als volgt : «Gelet op de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, artikelen 4, 1, 2en4, en7;». 2. Het is niet nodig om de artikelen van het koninklijk besluit te vermelden waarop de ontworpen wijzigingen betrekking hebben. Men schrappe derhalve aan het einde van het tweede lid van de aanhef de zinsnede «, artikel 1, artikel 2, artikel 5, artikel 8, artikel 9, artikel 10, artikel 14 en artikel 17». 3. Men passe de redactie van het lid van de aanhef waarin wordt verwezen naar het advies van de Raad van State aan als volgt : «Gelet op advies /1 van de Raad van State, gegeven op 20 september 2011, met toepassing van artikel 84, 1, eerste lid, 1, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;». Artikel 2 1. Artikel 1 van het koninklijk besluit van 9 juni 1999 bestaat slechts uit één lid. Artikel 2 van het ontwerp dient bijgevolg aan te vangen als volgt : «Artikel 1 van het koninklijk besluit van 9 juni 1999 houdende». 2. In het ontworpen artikel 1, 18, van het voornoemde koninklijk besluit wordt verwezen naar «artikel 1, 3, van de wet van 15 december 1980». Deze laatste wetsbepaling wordt in de wet van 15 december 1980 ingevoegd bij het reeds genoemde ontwerp van wet waarover de Raad van State, afdeling Wetgeving, advies /2/V heeft uitgebracht. Het spreekt voor zich dat de betrokken invoeging in werking zal dienen te zijn getreden op het ogenblik waarop het ontworpen artikel 1, 18, in werking treedt. Artikel 3 In het ontworpen artikel 2, eerste lid, 34, van het koninklijk besluit van 9 juni 1999 wordt melding gemaakt van de buitenlandse onderdanen die houder zijn van een Europese blauwe kaart «uitgereikt door België». De Europese blauwe kaart wordt door de Dienst Vreemdelingenzaken aan de werknemer uitgereikt nadat aan de betrokken werkgever een voorlopige arbeidsvergunning is toegekend en aan alle voorwaarden inzake het verblijf is voldaan. Aan het einde van het ontworpen artikel 2, eerste lid, 34, van het koninklijk besluit van 9 juni 1999 wordt dan ook beter geschreven «uitgereikt in België» of - nauwkeuriger - «uitgereikt door de Dienst Vreemdelingenzaken». Artikel 5 Artikel 5 van het ontwerp redigere als volgt : «In artikel 9, eerste lid, 17, van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 6 februari 2003 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 12 september 2007, worden de woorden en 26, vervangen door, 26 en 34,». Artikel 7 1. In het ontworpen artikel 15/1, eerste lid, c), van het koninklijk besluit van 9 juni 1999 is er een gebrek aan overeenstemming tussen de Nederlandse (moet beschikken over) en de Franse tekst (doit attester de). Deze discordantie moet worden weggewerkt. 2. In het tweede lid van het ontworpen artikel 15/1, schrijve men «Voor de toepassing van het voorgaande lid worden als diploma s van het hoger onderwijs beschouwd alle diploma s, getuigschriften of». Voorts dient de redactie van vooral de Nederlandse tekst van hetzelfde lid te worden herzien. In zowel de Nederlandse als de Franse tekst dient de vermelding «( )» te vervallen. 4. Le Roi peut, par arrêté délibéré en Conseil des Ministres, déterminer à quelles conditions une autorisation provisoire d occupation peut être accordée à un employeur» En ce qui concerne plus spécifiquement les articles 3 et 11 du projet, l article 7 de la loi du 30 avril 1999 précitée procure un fondement juridique. Cette dernière disposition s énonce comme suit : «Le Roi peut, par arrêté délibéré en Conseil des Ministres, dispenser les catégories de travailleurs étrangers qu il détermine, de l obligation d obtenir un permis de travail. Les employeurs des travailleurs étrangers visés à l alinéa précédent sont dispensés de l obligation d obtenir une autorisation d occupation». EXAMEN DU TEXTE Préambule 1. Eu égard à l observation relative au fondement juridique du texte en projet, le premier alinéa dupréambule du projet sera rédigé comme suit : «Vu la loi du 30 avril 1999 relative à l occupation des travailleurs étrangers, les articles 4, 1 er,2et4,et7;». 2. Il n est pas nécessaire de mentionner les articles de l arrêté royal sur lesquels portent les modifications en projet. À la fin du deuxième alinéa dupréambule, on supprimera par conséquent le membre de phrase «, l article 1 er, l article 2, l article 5, l article 8, l article 9, l article 10, l article 14 et l article 17». 3. On adaptera la rédaction de l alinéa du préambule qui fait référence à l avis du Conseil d Etat comme suit : «Vu l avis /1 du Conseil d Etat, donné le 20 septembre 2011, en application de l article 84, 1 er, alinéa 1 er,1, des lois sur le Conseil d Etat, coordonnées le 12 janvier 1973 ;». Article 2 1. L article 1 er de l arrêté royal du 9 juin 1999 ne comporte qu un seul alinéa. Le début de l article 2 du projet sera dès lors être rédigé comme suit : «L article 1 er de l arrêté royal du 9 juin 1999 portant». 2. L article 1 er,18, en projet de l arrêté royal précité fait référence à «l article 1 er,3 de la loi du 15 décembre 1980». Le projet de loi déjà évoqué, sur lequel le Conseil d Etat, section de législation, a donné l avis /2/V, insère cette dernière disposition législative dans la loi du 15 décembre Il va sans dire que cette insertion devra être entrée en vigueur au moment où l article 1 er,18, entrera en vigueur. Article 3 L article 2, alinéa1 er,34, en projet, de l arrêté royal du 9 juin 1999 fait état des ressortissants étrangers détenteurs d une carte bleue européenne «délivrée par la Belgique». La carte bleue européenne est délivrée par l Office des étrangers au travailleur après que l employeur concerné a obtenu une autorisation d occupation temporaire et si toutes les conditions requises en matière de séjour sont respectées. À la fin de l article 2, alinéa 1 er,34, en projet, de l arrêté royal du 9 juin 1999, il est dès lors préférable d écrire «délivrée en Belgique» ou plus précisément «délivrée par l Office des étrangers». Article 5 L article 5 du projet sera rédigé comme suit : «Dans l article 9, alinéa 1 er, 17 du même arrêté, remplacé par l arrêté royal du 6février 2003 et modifié par l arrêté royal du 12 septembre 2007, les mots «et 26, sont remplacés par,26 et 34,». Article 7 1. Dans l article 15/1, alinéa 1 er, c), en projet, de l arrêté royal du 9 juin 1999, le texte français (doit attester de) ne correspond pas au texte néerlandais (moet beschikken over). Cette discordance doit être éliminée. 2. Dans le deuxième alinéa del article 15/1, en projet, on écrira «Pour l application de l alinéa précédent, sont considérés comme diplôme de l enseignement supérieur tous diplômes, certificats ou». En outre, la rédaction du texte, surtout le texte néerlandais, du même alinéa doit être revue. La mention «( )» doit être omise dans le texte français que du texte néerlandais.

6 53638 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE 3. In tegenstelling tot wat het geval is in de Franse tekst van het ontworpen artikel 15/1, derde lid, 1, van het koninklijk besluit van 9 juni 1999, wordt in de Nederlandse tekst van dat lid twee keer melding gemaakt van het vereiste van «een redelijke termijn». Beide teksten zouden ook op dat punt met elkaar in overeenstemming moeten worden gebracht. Artikel 11 Men late artikel 11 van het ontwerp aanvangen als volgt : «In artikel 17 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 13 maart 2001, wordt het tweede streepje onder 6 en 7 telkens». Artikel 12 Indien het de bedoeling is om de datum van inwerkingtreding van de ontworpen regeling af te stemmen op die van de regeling welke, in ontwerpvorm, het voorwerp uitmaakte van advies /2/V dat de Raad van State, afdeling Wetgeving, op 8 september 2011 uitbracht (1), dient er uiteraard op te worden toegezien dat het correcte opschrift van het betrokken koninklijk besluit wordt vermeld. Daarenboven moet worden verwezen naar de datum van «inwerkingtreding» en niet naar die van de «bekendmaking» van het laatstgenoemde koninklijk besluit. De kamer was samengesteld uit de Heren M. Van Damme, kamervoorzitter, J. Baert, W. Van Vaerenbergh, staatsraden, M. Rigaux, assessor van de afdeling Wetgeving, Mevrouw A. Beckers, griffier. Het verslag werd uitgebracht door Mevr. G. Scheppers, auditeur. De griffier De voorzitter A. Beckers M. Van Damme 3. Contrairement au texte français de l article 15/1, alinéa 3, 1, en projet, de l arrêté royal du 9 juin 1999, le texte néerlandais de cet alinéa mentionne deux fois l exigence d un délai raisonnable. Les deux textes devraient également être mis en concordance sur ce point. Article 11 Le début de l article 11 du projet sera rédigé comme suit : «Dans l article 17 du même arrêté, remplacé par l arrêté royal du 13 mars 2001, le deuxième tiret des 6 et 7, est chaque fois». Article 12 Si l on veut aligner la date d entrée en vigueur du texte en projet sur celle des dispositions dont le projet a fait l objet de l avis /2/V donné par le Conseil d Etat, section de législation, le 8 septembre 2011 (1), on veillera bien évidemment à ce que l intitulé de l arrêté royal concerné soit mentionné correctement. En outre, on fera référence à la date d «entrée en vigueur» et non à celle de la «publication» de ce dernier arrêté royal.la chambre était composée de Messieurs M. Van Damme, président de chambre, J. Baert, W. Van Vaerenbergh, conseillers d Etat, M. Rigaux, assesseur de la section de législation, Madame A. Beckers, greffier. Le rapport a été présenté par Madame G. Scheppers, auditeur. La concordance entre la version néerlandaise et la version française a été vérifiée sous le contrôle de Monsieur M. Van Damme. Le greffier Le président A. Beckers M. Van Damme Nota (1) Ontwerp van koninklijk besluit «tot wijziging van de koninklijke besluiten van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, van 17 mei 2007 tot vaststelling van de uitvoeringsmodaliteiten van de wet van 15 september 2066 tot wijziging van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebeid, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen en van 7 mei 2008 tot vaststelling van bepaalde uitvoeringsmodaliteiten van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebeid, het verblijf, de vestiging en de verwidering van vreemdelingen». Note (1) Projet d arrêté royal «modifiant les arrêtés royaux du 8 octobre 1981 sur l accès au territoire, le séjour, l établissement et l éloignement des étrangers, du 17 mai 2007 fixant les modalités d exécution de la loi du 15 septembre 2006 modifiant la loi du 15 décembre 1980 sur l accès au territoire, le séjour, l établissement et l éloignement des étrangers et du 7 mai 2008 fixant certaines modalités d exécution de la loi du 15 décembre 1980 sur l accès au territoire, le séjour, l établissement et l éloignement des étrangers». 17 JULI Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 juni 1999 houdende uitvoering van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, strekkende tot de toekenning van een voorlopige arbeidsvergunning in het kader van het verkrijgen van een Europese blauwe kaart (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, artikelen 4, 1,2 en 4, en 7, Gelet op het koninklijk besluit van 9 juni 1999 houdende uitvoering van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, Gelet op het advies van de Adviesraad voor de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, gegeven op 21 juni 2011, Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 23 juni 2011, Gelet op het akkoord van Onze Staatssecretaris voor Begroting, gegeven op 15 juli 2011, 17 JUILLET Arrêté royal modifiant l arrêté royal du 9 juin 1999 portant exécution de la loi du 30 avril 1999 relative à l occupation des travailleurs étrangers visant l autorisation provisoire d occupation octroyée dans le cadre de l obtention de la carte bleue européenne (1) ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 30 avril 1999 relative à l occupation des travailleurs étrangers, les articles 4, 1 er,2,et7, Vu l arrêté royal du 9 juin 1999 portant exécution de la loi du 30 avril 1999, relative à l occupation des travailleurs étrangers, Vu l avis du Conseil consultatif pour l occupation des travailleurs étrangers, donné le 21 juin 2011, Vu l avis de l Inspection des Finances, donné le 23 juin 2011, Vu l accord de Notre Secrétaire d Etat au Budget, donné le 15 juillet 2011,

7 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE Gelet op het advies /1 van de Raad van State, gegeven op 20 september 2011, met toepassing van artikel 84, 1, 1 o, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, Op de voordracht van de Minister van Werk en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Dit besluit zet gedeeltelijk de bepalingen van Richtlijn 2009/50/EG van de Raad van 25 mei 2009 betreffende de voorwaarden voor toegang en verblijf van onderdanen van derde landen met het oog op een hooggekwalificeerde baan om. Art. 2. Artikel 1 van het koninklijk besluit van 9 juni 1999 houdende de uitvoering van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, gewijzigd bij de koninklijk besluiten van 6 februari 2003, 12 september 2007, 28 mei 2009 en 13 maart 2011, wordt aangevuld met een 18 o en een 19 o, luidend als volgt : 18 o europese blauwe kaart : het verblijfsdocument voorzien bij artikel 1, 3 o van de wet van 15 december 1980; 19 o dienst Vreemdelingenzaken : het bestuur dat belast is met de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen. Art. 3. Artikel 2, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijk besluiten van 6 februari 2003, 12 september 2007, 23 april 2008, 28 mei 2009, en 13 maart 2011 wordt aangevuld met een 34 o, luidend als volgt : 34 o de buitenlandse onderdanen die houder zijn van een Europese blauwe kaart uitgereikt door de Dienst Vreemdelingenzaken. Art. 4. In artikel 5 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 23 december 2008, worden de woorden «, bij artikel 2, eerste lid, 34 o» ingevoegd tussen de woorden «artikel 9» en de woorden «en in artikel 38septies». Art. 5. In artikel 9, eerste lid, 17 o, van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 6 februari 2003 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 12 september 2007, worden de woorden «en 26 o» vervangen door, 26 o en 34 o ;. Art. 6. In hoofdstuk IV van hetzelfde besluit wordt een afdeling 1bis ingevoegd, getiteld De voorlopige arbeidsvergunning uitgereikt in het kader van het verkrijgen van de Europese blauwe kaart. Art. 7. In afdeling 1bis, ingevoegd bij artikel 6, wordt een artikel 15/1 ingevoegd dat luidt als volgt : «Art. 15/1. De voorlopige arbeidsvergunning toegekend in het kader van het verkrijgen van een Europese blauwe kaart wordt toegekend aan de werkgevers die een buitenlandse werknemer willen tewerkstellen voor zover aan de volgende voorwaarden is voldaan : a) de werkgever moet met de buitenlandse werknemer een arbeidsovereenkomst hebben gesloten van onbepaalde duur of met een duur gelijk aan of hoger dan een jaar; b) de buitenlandse werknemer dient een bruto jaarloon te ontvangen gelijk aan of hoger dan EUR, dit bedrag wordt ieder jaar aangepast volgens artikel 131 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten; c) de werknemer moet hogere beroepskwalificaties aantonen in het bezit zijn van een diploma uitgereikt door een onderwijsinstituut erkend als hogere onderwijsinstelling door de Staat waar in het instituut is gevestigd. Voor de toepassing van het voorgaande lid wordt verstaan onder diploma van het hoger onderwijs : alle diploma s, getuigschriften of andere opleidingstitels uitgereikt door een overheid waarbij het succesvol beëindigen wordt aangetoond van een postsecundair programma inzake hogere studies, dit betekent een geheel van lessen verstrekt door een onderwijsinstituut erkend als hoger onderwijsinstelling door de staat waar in het instituut is gevestigd, op voorwaarde dat de studies nodig voor het behalen ervan minstens drie jaar hebben geduurd. Vu l avis n o /1 du Conseil d Etat, donné le 20 septembre 2011, en application de l article 84, 1 er, 1 o des lois coordonnées sur le Conseil d Etat, Sur la proposition de la Ministre de l Emploi et de l avis des Ministres qui en ont délibéré en Conseil, Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1 er. Le présent arrêté transpose partiellement des dispositions de la Directive 2009/50/CE du Conseil du 25 mai 2009 établissant les conditions d entrée et de séjour des ressortissants de pays tiers aux fins d un emploi hautement qualifié. Art. 2. L article 1 er de l arrêté royal du 9 juin 1999 portant exécution de la loi du 30 avril 1999 relative à l occupation des travailleurs étrangers, modifié par les arrêtés royaux des 6 février 2003, 12 septembre 2007, 28 mai 2009 et 13 mars 2011, est complété par un 18 o et un 19 o, rédigés comme suit : «18 o carte bleue européenne : le document de séjour visé àl article 1 er,3 o de la loi du 15 décembre 1980; 19 o office des étrangers : l administration en charge de l accès au territoire, du séjour, de l établissement et de l éloignement des étrangers.». Art. 3. L article 2, alinéa 1 er,dumême arrêté, modifié par les arrêtés royaux des 6 février 2003, 12 septembre 2007, 23 avril 2008, 28 mai 2009, et 13 mars 2011 est complété par un 34 o,rédigé comme suit : 34 o les ressortissants étrangers détenteurs d une carte bleue européenne délivrée par l Office des étrangers.. Art. 4. Dans l article 5, du même arrêté, modifié par l arrêté royal du 23 décembre 2008, les mots «, à l article 2, alinéa 1 er,34 o» sont insérés entre les mots «article 9» et les mots «et à l article 38septies». Art. 5. Dans l article 9, alinéa 1 er,17 o,dumême arrêté, inséré par l arrêté royal du 6 février 2003 et modifié par l arrêté royal du 12 septembre 2007, les mots «et 26 o» sont remplacés par les mots «,26 o et 34 o ;». Art. 6. Dans le chapitre IV du même arrêté, il est inséré une section 1bis, intitulée «L autorisation provisoire d occupation délivrée dans le cadre de l obtention de la carte bleue européenne». Art. 7. Dans la section 1 re bis, insérée par l article 6, il est inséré un article 15/1 rédigé comme suit : «Art. 15/1. L autorisation provisoire d occupation octroyée dans le cadre de l obtention d une carte bleue européenne est accordée aux employeurs qui souhaitent occuper un travailleur étranger pour autant que les conditions suivantes soient réunies : a) l employeur doit avoir conclu avec le travailleur étranger un contrat de travail à durée indéterminée ou d une durée égale ou supérieure à un an; b) le travailleur étranger doit bénéficier d une rémunération annuelle brute égale ou supérieure à EUR, ce montant est adapté chaque année suivant l article 131 de la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail; c) le travailleur doit attester de qualifications professionnelles élevées en étant titulaire d un diplôme délivré par un institut d enseignement reconnu comme établissement d enseignement supérieur par l Etat dans lequel il est établi. Pour l application de l alinéa précédent, on entend par diplôme de l enseignement supérieur : tout diplôme, certificat ou autre titre de formation délivré par une autorité attestant l accomplissement avec succès d un programme d études supérieures postsecondaires, c est-àdire un ensemble de cours dispensés par un institut d enseignement reconnu comme établissement d enseignement supérieur par l Etat dans lequel il se situe, à condition que les études nécessaires à son obtention aient duré trois années au moins.

8 53640 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE In afwijking van het eerste lid kan de bevoegde overheid een vraag voor een voorlopige arbeidsvergunning afwijzen : 1 o ) wanneer het mogelijk is, onder de werknemers op de arbeidsmarkt, een werknemer te vinden die geschikt is om de betrokken arbeidsplaats op een bevredigende wijze en binnen een redelijke termijn te bekleden; 2 o ) om een ethische rekrutering te verzekeren in de sectoren die een tekort aan gekwalificeerde werknemers kennen in het land van oorsprong; 3 o ) indien de werkgever, zijn aangestelde of lasthebber eerder gesanctioneerd werd door zich niet te schikken naar de bepalingen tot invoering van een onmiddellijke aangifte van tewerkstelling of om werknemers te hebben tewerkgesteld die geen toelating tot verblijf en tewerkstelling hadden. Par dérogation à l alinéa 1 er,l autorité compétente peut rejeter une demande d autorisation provisoire d occupation : 1 o ) si il est possible, de trouver parmi les travailleurs appartenant au marché de l emploi, un travailleur apte à occuper de façon satisfaisante et dans un délai raisonnable l emploi envisagé; 2 o )afin d assurer un recrutement éthique dans des secteurs souffrant d une pénurie de travailleurs qualifiés dans le pays d origine; 3 o )sil employeur, son préposé ou mandataire a été sanctionné pour avoir occupé des travailleurs sans avoir effectué la déclaration immédiate de l emploi ou pour avoir occupé des travailleurs qui n étaient pas autorisés à séjourner et à travailler.» Art. 8. In dezelfde afdeling 1bis wordt een artikel 15/2 ingevoegd dat luidt als volgt : «Art. 15/2 De artikelen 8, 10 en 14 zijn niet van toepassing in het geval van toekenning van een voorlopige arbeidsvergunning uitgereikt in het kader van het verkrijgen van een Europese blauwe kaart. Bij afwijking op het voorgaande lid kan de Koning, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de gevallen bepalen waarvoor een onderzoek van de arbeidsmarkt noodzakelijk is. Art. 9. In dezelfde afdeling 1bis wordt een artikel 15/3, ingevoegd dat luidt als volgt : «Art. 15/3. De voorlopige arbeidsvergunning wordt in het kader van het verkrijgen van een Europese blauwe kaart toegekend binnen de dertig dagen voor zover de betreffende toekenningvoorwaarden zijn vervuld. De werkgever bezorgt de werknemer een afschrift van deze voorlopige arbeidsvergunning in afwachting van de toekenning van de Europese blauwe kaart. De werknemer kan beginnen werken van zodra hij in het bezit is van het afschrift van deze voorlopige arbeidsvergunning en hij het verblijf aangevraagd heeft en wettig verblijft. De voorlopige arbeidsvergunning is niet langer geldig : op de dag van de uitreiking aan de werknemer van de Europese blauwe kaart; op de dag van de betekening aan de werknemer door de Dienst Vreemdelingenzaken van de beslissing tot weigering van de aanvraag voor een Europese blauwe kaart; indien de werknemer binnen de negentig dagen te rekenen vanaf de dag van uitreiking van de voorlopige arbeidsvergunning geen aanvraag voor een Europese blauwe kaart heeft ingediend bij de Dienst Vreemdelingenzaken. Art. 8. Dans la même section 1 re bis, il est inséré un article 15/2 rédigé comme suit : «Art. 15/2. Les articles 8, 10 et 14 ne sont pas d application en cas d octroi d une autorisation provisoire d occupation délivrée dans le cadre de l obtention d une carte bleue européenne. Par dérogation à l alinéa précédent, le Roi peut fixer, par arrêté délibéré en Conseil des Ministres, les cas dans lesquels un examen du marché de l emploi est nécessaire.». Art. 9. Dans la même section 1 re bis, il est inséré un article 15/3, rédigé comme suit : «Art. 15/3. L autorisation provisoire d occupation octroyée dans le cadre de l obtention d une carte bleue européenne est délivrée dans les trente jours lorsque les conditions pour l octroi de celles-ci sont remplies. L employeur remet au travailleur une copie de cette autorisation provisoire d occupation en attendant l octroi de la carte bleue européenne. Le travailleur peut commencer à travailler dés qu il est en possession de la copie de cette autorisation provisoire d occupation et qu il a fait sa demande de séjour et est en séjour légal. L autorisation provisoire d occupation perd sa validité : à la date de la délivrance au travailleur de la carte bleue européenne; àla date de la notification au travailleur de la décision de refus par l Office des étrangers de la demande de la carte bleue européenne; en cas d absence de demande par le travailleur auprès de l Office des étrangers d une carte bleue européenne dans les nonante jours à compter de la date de délivrance de l autorisation d occupation provisoire.» Art. 10. In dezelfde afdeling 1bis, wordt een artikel 15/4 ingevoegd, luidend als volgt : «Tijdens de eerste twee jaar van tewerkstelling van de werknemer gedekt door een voorlopige arbeidsvergunning of door de Europese blauwe kaart : 1 o is de werkgever ertoe gehouden de bevoegde overheid te verwittigen in geval van verbreking van de arbeidsovereenkomst; 2 o is elke wijziging van werkgever evenals elke wijziging van de arbeidsvoorwaarden zoals bedoeld in artikel 15/1 die gevolgen heeft voor de geldigheid van de Europese blauwe kaart, onderworpen aan de voorafgaande toekenning door de bevoegde overheid van een voorlopige arbeidsvergunning; Art. 10. Dans la même section 1 re bis, il est inséré un article 15/4 rédigé comme suit : «Durant les deux premières années d emploi du travailleur couvertes par une autorisation provisoire d occupation ou par une carte bleue européenne : 1 o l employeur est tenu d informer l autorité compétente en cas de rupture du contrat de travail; 2 o tout changement d employeur ainsi que toutes modifications des conditions d emploi visées à l article 15/1, ayant des conséquences quant à la validité de la carte bleue européenne, sont subordonnés à l octroi préalable par l autorité compétente d une autorisation provisoire d occupation;

9 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE o is de hernieuwing van de Europese blauwe kaart door de werknemer bij de Dienst Vreemdelingenzaken afhankelijk van de toekenning door de bevoegde overheid van een nieuwe voorlopige arbeidsvergunning aan de werkgever voor zover de voorwaarden vermeld onder artikel 15/1 zijn vervuld. Art. 11. In artikel 17 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 13 maart 2011, wordt het tweede streepje onder 6 o en 7 o telkens aangevuld met en 34 o. Art. 12. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het koninklijk besluit van 15 augustus 2012 houdende wijziging van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen in het Belgisch Staatsblad wordt inwerking treedt. Art. 13. De Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven te Brussel, 17 juli ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK 3 o le renouvellement de la carte bleue européenne par le travailleur auprès del Office des étrangers est subordonné àl octroi par l autorité compétente d une nouvelle autorisation provisoire d occupation à l employeur pour autant que les conditions visées à l article 15/1 soient remplies.» Art. 11. Dans l article 17 du même arrêté, modifié par l arrêté royal du 13 mars 2011, le 2ème tiret des 6 o et le 7 o, est chaque fois complété par les mots «et 34 o». Art. 12. Le présent arrêté entre en vigueur le jour où entre en vigueur l arrêté royal du 15 août 2012 portant modifications de l arrêté royal du 8 octobre 1981 sur l accès au territoire, le séjour, l établissement et l éloignement des étrangers. Art. 13. La Ministre de l Emploi est chargée de l exécution du présent arrêté. Donné àbruxelles, le 17 juillet ALBERT Par le Roi : La Ministre de l Emploi, Mme M. DE CONINCK Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 30 april 1999, Belgisch Staatsblad van 21 mei 1999; Koninklijk besluit van 9 juni 1999, Belgisch Staatsblad van 26 juni 1999; Koninklijk besluit van 6 februari 2003, Belgisch Staatsblad van 27 februari 2003; Koninklijk besluit van 15 juli 2004, Belgisch Staatsblad van 23 augustus 2004; Koninklijk besluit van 31 januari 2007, Belgisch Staatsblad van 13 februari 2007; Koninklijk besluit van 12 september 2007, Belgisch Staatsblad van 28 september 2007; Koninklijk besluit van 23 april 2008, Belgisch Staatblad van 20 mei 2008; Koninklijk besluit van 28 mei 2009, Belgisch Staatsblad van 29 mei 2009; Koninklijk besluit van 22 december 2009, Belgisch Staatsblad van 12 januari Koninklijk besluit van 13 maart 2011, Belgisch Staatsblad van 8 april * Note (1) Références au Moniteur belge : Loi du 30 avril 1999, Moniteur belge du 21 mai 1999; Arrêté royal du 9 juin 1999, Moniteur belge du 26 juin 1999; Arrêté royal du 6 février 2003, Moniteur belge du 27 février 2003; Arrêté royal du 15 juillet 2004, Moniteur belge du 23 août 2004; Arrêté royal du 31 janvier 2007, Moniteur belge du 13 février 2007; Arrêté royal du 12 septembre 2007, Moniteur belge du 28 septembre 2007; Arrêté royal du 23 avril 2008, Moniteur belge du 20 mai 2008; Arrêté royal du 28 mai 2009, Moniteur belge du 29 mai 2009; Arrêté royal du 22 décembre 2009, Moniteur belge du 12 janvier Arrêté royal du 13 mars 2011, Moniteur belge du 8 avril FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG N [2012/204280] 3 AUGUSTUS Koninklijk besluit betreffende de regels voor het indienen van de aanvragen en het afleveren van voorlopige arbeidsvergunning in het kader van de aanvraag door een buitenlandse werknemer ter verkrijgen van een «Europese blauwe kaart» Sire, VERSLAG AAN DE KONING SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE F [2012/204280] 3 AOUT Arrêté royal relatif aux modalitésd introduction des demandes et de délivrances des autorisations d occupation provisoires octroyées dans le cadre de la demande d obtention par le travailleur étranger d une «carte bleue européenne». Sire, RAPPORT AU ROI Het ontwerp van besluit dat we de eer hebben Zijne Majesteit ter ondertekening voor te leggen, bepaalt de procedure die moet worden gevolgd in het kader van de uitreiking van de voorlopige arbeidsvergunningen die wordt aangevraagd om de «Europese blauwe kaart» te bekomen. De aangebrachte wijzigingen zijn gebaseerd op de volgende wettelijke bepalingen. Artikel 8, 2 van wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers biedt Zijne Majesteit de gelegenheid om de regels vast te leggen voor de indiening van de aanvragen om de arbeidsvergunningen en de arbeidskaarten, en voor de verlenging en de vernieuwing ervan. Die bepaling biedt Zijne Majesteit ook de gelegenheid om de regels vast te leggen tot toekenning, weigering en intrekking van de arbeidsvergunningen en van de arbeidskaarten. Le projet d arrêté que nous avons l honneur de soumettre à la signature de Votre Majesté établit la procédure à suivre en ce qui concerne la délivrance des autorisations provisoires d occupation demandée dans le cadre de l obtention de la «carte bleue européenne». Les modifications apportées reposent sur les bases légales suivantes. L article 8, 2, de la loi du 30 avril 1999 relative à l occupation des travailleurs étrangers, permet à Votre Majesté de fixer les modalités d introduction des demandes d autorisation d occupation et de permis de travail, de prorogation et de renouvellement de ceux-ci. Cette disposition permet également à Votre Majesté de fixer les modalités d octroi, de refus et de retrait des autorisations d occupation et des permis de travail.

10 53642 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE Artikelsgewijze bespreking Artikel 1 Dit artikel bepaalt dat de aanvraag inzake voorlopige arbeidsvergunning door de werkgever moet worden ingediend bij de bevoegde overheid aan de hand van een formulier dat door deze bevoegde overheid wordt uitgereikt. Dit formulier moet ten minste de vermeldingen bevatten die als bijlage bij het besluit dat U wordt voorgelegd, zijn opgenomen. Art. 2 Dit artikel bepaalt welke documenten noodzakelijk zijn om de voorlopige arbeidsvergunning aan te vragen. Het zijn de volgende : - een kopie van de arbeidsovereenkomst die is ondertekend door de twee partijen; - een kopie van het paspoort als de werknemer niet aanwezig is in België of van het verblijfsdocument dat is uitgereikt door het gemeentebestuur, als de werknemer zich op het Belgische grondgebied bevindt; - een beëdigde vertaling van het diploma van de werknemer waarin vermeld wordt dat hij geslaagd is voor drie jaar postsecundaire hogere studies. Art. 3 Het eerste lid van dit artikel bepaalt vanaf welke datum het dossier wordt beschouwd «als zijnde ingediend» bij de bevoegde overheid. Het tweede lid bepaalt de procedure die moet worden gevolgd als de informatie of de documenten die bij de aanvraag worden gevoegd, ongeschikt zijn. In dit geval moet de bevoegde Overheid de aanvrager uitleggen welke de ontbrekende documenten zijn. De aanvrager heeft één maand om deze informatie te bezorgen. Deze bepaling wijkt af van het artikel 34, 1 o van bovengenoemd koninklijk besluit van 9 juni 1999 dat bepaalt dat de aanvraag wordt geweigerd wanneer deze onvolledige gegevens bevat. Deze bepaling is echter nodig met het oog op een volledige omzetting van de Richtlijn 2009/50/EG en meer bepaald van artikel 11, punt 2 van deze Richtlijn. Art.4 Dit artikel bepaalt dat de voorlopige arbeidsvergunning moet worden bezorgd aan de werkgever en dat een kopie van dit document moet worden gestuurd aan de Dienst Vreemdelingenzaken. Art. 5 Dit artikel bepaalt dat de bevoegde Overheid zich ertoe verbindt de Dienst Vreemdelingenzaken alle informatie te verstrekken betreffende de beëindiging van de arbeidsovereenkomst of de wijzigingen van de arbeidsovereenkomst (bedoeld in artikel 15/1 van bovengenoemd koninklijk besluit van 9 juni 1999). Art. 6 Dit artikel bepaalt dat in geval van een nieuwe aanvraag inzake voorlopige arbeidsvergunning, identiek dezelfde procedure moet worden gevolgd als bij de eerste aanvraag. Art. 7 Dit artikel bepaalt dat dit besluit op dezelfde dag in werking treedt als het koninklijk besluit van 15 augustus 2012 houdende wijzigingen van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen. Deze uitgestelde inwerkingtreding wordt verklaard door het feit dat de volledige procedure inzake de toekenning van de Europese blauwe kaart, een combinatie is van de bepalingen inzake «verblijf» en de bepalingen inzake «werk», zoals hierboven vermeld. De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK Commentaires des articles Article 1 er Cet article prévoit que la demande d autorisation provisoire d occupation doit être introduite par l employeur auprès de l Autorité compétente au moyen d un formulaire délivré par cette Autorité compétente. Ce formulaire devra contenir au moins les mentions reprises en annexe de l arrêté qui Vous est présenté. Art. 2 Cet article précise quels sont les documents nécessaires pour faire la demande d autorisation provisoire d occupation. Il s agit : -d une copie du contrat de travail signé par les deux parties; - d une copie du passeport si le travailleur n est pas présent en Belgique ou d une copie de l attestation de séjour délivrée par l administration communale si le travailleur se trouve sur le territoire belge; - d une version traduite et légalisée du diplôme du travailleur attestant la réussite de trois années d études supérieures postsecondaires. Art. 3 L alinéa 1 er de cet article précise à partir de quelle date le dossier est considéré comme «ayant été introduit» auprès del Autorité compétente. L alinéa 2prévoit la procédure à suivre si les informations ou les documents fournis à l appui de la demande sont inadéquats. Dans ce cas, l Autorité compétente doit préciser au demandeur quels sont les documents manquants. Le demandeur a un mois pour communiquer ces informations. Cette disposition déroge à l article 34, 1 o de l arrêté royal du 9 juin 1999 précité qui prévoit que la demande est refusée lorsque la demande contient des données incomplètes. Néanmoins, cette disposition est nécessaire en vue d une transposition complète de la Directive 2009/50/CE et, plus précisément de l article 11, point 2, de cette Directive. Art. 4 Cet article stipule que l autorisation provisoire d occupation doit être adressée à l employeur et qu une copie de ce document doit être envoyée à l Office des étrangers. Art. 5 Cet article prévoit que l Autorité compétente s engage à communiquer à l Office des étrangers toute information relative à la rupture du contrat de travail ou à des modifications du contrat de travail (visées à l article 15/1 de l arrêté royal du 9 juin 1999 précité). Art. 6 Cet article prévoit qu en cas de nouvelle demande d autorisation provisoire d occupation, la procédure à suivre est identique qu en cas de première demande. Art. 7 Cet article précise que le présent arrêté entre en vigueur à la même date que l arrêté royal du 15 août 2012 portant modifications de l arrêté royal du 8 octobre 1981 sur l accès au territoire, le séjour, l établissement et l éloignement des étrangers. Cette entrée en vigueur différée s explique par le fait que la procédure complète en matière d octroi de la carte bleue européenne combine, comme on l a expliqué supra, à la fois des dispositions «séjours» et des dispositions «travail». La Ministre de l Emploi, Mme M. DE CONINCK

11 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE Advies /1 van 20 september 2011 van de afdeling wetgeving van de Raad van State Avis /1 du 20 septembre 2011 de la section de législation du Conseil d Etat De Raad van State, afdeling Wetgeving, eerste kamer, op 11 augustus 2011 door de Minister van Werk verzocht haar, binnen een termijn van dertig dagen, verlengd tot 26 september 2011, van advies te dienen over een ontwerp van koninklijk besluit betreffende de voorwaarden inzake de indiening en de uitreiking van voorlopige arbeidsvergunningen die worden toegekend in het kader van de aanvraag tot verkrijging van een «Europese blauwe kaart» door de buitenlandse werknemer, heeft het volgende advies gegeven : Rekening houdend met het tijdstip waarop dit advies gegeven wordt, vestigt de Raad van State de aandacht op het feit dat, wegens het ontslag van de regering, de bevoegdheid van deze laatste beperkt is tot het afhandelen van de lopende zaken. Dit advies wordt evenwel gegeven zonder dat wordt nagegaan of dit ontwerp in die beperkte bevoegdheid kan worden ingepast, aangezien de afdeling Wetgeving geen kennis heeft van het geheel van de feitelijke gegevens welke de regering in aanmerking kan nemen als zij te oordelen heeft of het vaststellen of het wijzigen van een verordening noodzakelijk is. * * * Met toepassing van artikel 84, 3, eerste lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, heeft de afdeling Wetgeving zich in hoofdzaak beperkt tot het onderzoek van de bevoegdheid van de steller van het ontwerp, van de rechtsgrond, alsmede van de te vervullen vormvereisten. * * * STREKKING EN RECHTSGROND VAN HET ONTWERP 1. Het om advies voorgelegde ontwerp van koninklijk besluit strekt tot het regelen van de procedure die moet worden gevolgd voor het aanvragen en het toekennen van de voorlopige arbeidsvergunning in het kader van de regeling van de Europese blauwe kaart, zoals die in de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, zal worden ingevoegd bij een wet die in ontwerpvorm het voorwerp heeft uitgemaakt van advies /2/V van 12 september 2011 van de Raad van State, afdeling Wetgeving (1). De ontworpen regeling moet worden gelezen in samenhang met de artikelen 15/1 tot 15/4 van het koninklijk besluit van 9 juni 1999 houdende uitvoering van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, welke bepalingen in dat koninklijk besluit zullen worden ingevoegd bij het koninklijk besluit dat in ontwerpvorm het voorwerp uitmaakt van advies /1 dat heden wordt uitgebrach (2) Onder voorbehoud van hetgeen onder 2.2 wordt vermeld, kan de ontworpen regeling worden geacht rechtsgrond te vinden in artikel 8, 2, van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers. Die bepaling luidt : «De Koning stelt de nadere regelen vast voor de indiening van de aanvragen om de arbeidsvergunningen en de arbeidskaarten en voor de verlenging of de vernieuwing ervan. Hij stelt eveneens de nadere regelen vast tot toekenning, weigering en intrekking van de arbeidsvergunningen en van de arbeidskaarten» In artikel 7 van het ontwerp wordt bepaald dat er een protocol wordt gesloten «dat doelt op de samenwerking tussen de bevoegde overheden, de Dienst Vreemdelingenzaken en de inspectiediensten die belast zijn met het toezicht op de wetgeving betreffende de reglementering en de arbeidsbetrekkingen». Geen van de wetsbepalingen, vermeld in het eerste lid van de aanhef van het ontwerp, biedt rechtsgrond voor het aangehaalde artikel 7. Daarenboven kan de Koning niet bevoegd worden geacht om de gewestelijke overheden (3) te verplichten om het in artikel 7 van het ontwerp bedoelde protocol te sluiten. Dergelijke verplichting is immers niet in overeenstemming met de aan de betrokken overheden toekomende autonomie. Om die redenen dient artikel 7 uit het ontwerp te worden weggelaten. Le Conseil d Etat, section de législation, première chambre, saisi par la Ministre de l Emploi, le 11 août 2011, d une demande d avis, dans un délai de trente jours, prorogé jusqu au 26 septembre 2011, sur un projet d arrêté royal relatif aux modalités d introduction des demandes et de délivrances des autorisations d occupation provisoire octroyées dans le cadre de la demande d obtention par le travailleur étranger d une «carte bleue européenne», a donné l avis suivant : Compte tenu du moment où le présent avis est donné, le Conseil d Etat attire l attention sur le fait qu en raison de la démission du gouvernement, la compétence de celui-ci se trouve limitée à l expédition des affaires courantes. Le présent avis est toutefois donné sans qu il soit examiné si le projet relève bien de la compétence ainsi limitée, la section de législation n ayant pas connaissance de l ensemble des éléments de fait que le gouvernement peut prendre en considération lorsqu il doit apprécier la nécessité d arrêter ou de modifier des dispositions réglementaires. * * * En application de l article 84, 3, alinéa 1 er, des lois sur le Conseil d Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, la section de législation a fait porter son examen essentiellement sur la compétence de l auteur du projet, le fondement juridique et l accomplissement des formalités prescrites. * * * PORTEE ET FONDEMENT JURIDIQUE DU PROJET 1. Le projet d arrêté royal soumis pour avis a pour objet de régler la procédure à suivre pour la demande et l octroi de l autorisation d occupation provisoire dans le cadre du régime de la carte bleue européenne, tel qu il sera inséré dans la loi du 15 décembre 1980 sur l accès au territoire, le séjour, l établissement et l éloignement des étrangers par une loi dont le projet a fait l objet de l avis /2/V donné par le Conseil d Etat, section de législation, le 12 septembre 2011 (1). Les dispositions en projet doivent être lues en combinaison avec les articles 15/1 à 15/4 de l arrêté royal du 9 juin 1999 portant exécution de la loi du 30 avril 1999 relative à l occupation des travailleurs étrangers, qui seront insérés dans cet arrêté royal par l arrêté royal dont le projet fait l objet de l avis /1 donné ce jour (2) Sous réserve des observations formulées au 2.2, on peut considérer que les dispositions en projet trouvent un fondement juridique dans l article 8, 2, de la loi du 30 avril 1999 relative à l occupation des travailleurs étrangers, aux termes duquel : «Le Roi fixe les modalités d introduction des demandes d autorisation d occupation et de permis de travail, de prorogation ou de renouvellement de ceux-ci. Il fixe également les modalités d octroi, de refus et de retrait des autorisations d occupation et des permis de travail» L article 7 du projet dispose qu un protocole «visant une coopération entre les Autorités compétentes, l Office des étrangers et les services d inspection ayant en charge la surveillance du respect de la législation relative à la réglementation et les relations du travail» est conclu. Aucune des dispositions législatives mentionnées au premier alinéa du préambule du projet ne procure de fondement juridique à l article 7 précité. En outre, on ne peut pas considérer que le Roi serait habilité à obliger les autorités régionales (3) à conclure le protocole visé à l article 7 du projet. En effet, pareille obligation n est pas conforme à l autonomie révolue aux autorités concernées. Pour ces motifs, on supprimera l article 7 du projet.

12 53644 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE ONDERZOEK VAN DE TEKST Aanhef 1. Rekening houdend met hetgeen over de rechtsgrond van de ontworpen regeling is opgemerkt, redigere men het eerste lid van de aanhef van het ontwerp als volgt : «Gelet op de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, artikel 8, 2;» (4). 2. In het tweede lid van de aanhef van het ontwerp wordt verwezen naar artikel 15/1 van het koninklijk besluit van 9 juni Deze bepaling strekt de ontworpen regeling niet tot rechtsgrond en wordt er evenmin door gewijzigd. Een verwijzing ernaar in de aanhef van het ontwerp is daarenboven niet noodzakelijk voor een goed begrip van de ontworpen regeling (5). Het tweede lid kan derhalve uit de aanhef worden weggelaten. 3. Aan het einde van de Nederlandse tekst van het lid van de aanhef waarin wordt verwezen naar het begrotingsakkoord dient uiteraard te worden geschreven «, gegeven op 15 juli 2011;». 4. Men passe de redactie van het lid van de aanhef waarin wordt verwezen naar het advies van de Raad van State aan als volgt : «Gelet op advies /1 van de Raad van State, gegeven op 20 september 2011, met toepassing van artikel 84, 1, eerste lid, 1, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;». Artikel 1 De zinsnede «ingevoegd door het koninklijk besluit van...,», in artikel 1 van het ontwerp, heeft tot gevolg dat toekomstige wijzigingen die mogelijk zullen worden aangebracht in artikel 15/1 van het koninklijk besluit 9 juni 1999 voor de toepassing van artikel 1 buiten beschouwing dienen te worden gelaten. Indien dit niet de bedoeling is, wordt de voornoemde zinsnede best geschrapt. Dezelfde opmerking geldt ten aanzien van de artikelen 5 en 6 van het ontwerp. Artikel 8 Indien het de bedoeling is om de datum van inwerkingtreding van de ontworpen regeling af te stemmen op die van de regeling welke, in ontwerpvorm, het voorwerp uitmaakte van advies /2/V dat de Raad van State, afdeling Wetgeving, op 8 september 2011 uitbracht (6), dient er uiteraard op te worden toegezien dat het correcte opschrift van het betrokken koninklijk besluit wordt vermeld. Daarenboven moet worden verwezen naar de datum van «inwerkingtreding» en niet naar die van de «bekendmaking» van het laatstgenoemde koninklijk besluit. Bijlage Het opschrift van het in bijlage bij het ontwerp gevoegde aanvraagformulier moet worden voorafgegaan door het woord «Bijlage». Aan het einde van de bijlage dient de formule «Gezien om gevoegd te worden bij ons besluit van...» te worden toegevoegd, waarna dezelfde ondertekeningen moeten volgen als die welke volgen na het dispositief (7). De kamer was samengesteld uit de Heren M. Van Damme, kamervoorzitter, J. Baert, W. Van Vaerenbergh, staatsraden, M. Rigaux, assessor van de afdeling Wetgeving, Mevrouw A. Beckers,griffier. Het verslag werd uitgebracht door Mevrouw G. Scheppers, auditeur. De griffier De voorzitter A. Beckers M. Van Damme EXAMEN DU TEXTE Préambule 1. Compte tenu des observations formulées à l égard du fondement juridique des dispositions en projet, on rédigera le premier alinéa du préambule du projet comme suit : «Vu la loi du 30 avril 1999 relative à l occupation des travailleurs étrangers, l article 8, 2;» (4). 2. Le deuxième alinéa du préambule du projet fait référence à l article 15/1 de l arrêté royal du 9 juin Cet article ne procure pas de fondement juridique aux mesures en projet, pas plus que celles-ci ne le modifient. En outre, la référence qui y est faite dans le préambule du projet n est pas nécessaire à la bonne compréhension des dispositions en projet (5). Dès lors, on supprimera le deuxième alinéa dupréambule. 3. A la fin du texte néerlandais de l alinéa dupréambule qui fait référence à l accord budgétaire, on écrira évidemment «, gegeven op 15 juli 2011;». 4. On adaptera la formulation de l alinéa dupréambule visant l avis du Conseil d Etat comme suit : «Vu l avis /1 du Conseil d Etat, donné le 20 septembre 2011, en application de l article 84, 1 er, alinéa 1 er,1, des lois sur le Conseil d Etat, coordonnées le 12 janvier 1973;». Article 1 er Le segment de phrase «inséré par l arrêté royal du,», à l article 1 er du projet, implique que les modifications futures qui seront éventuellement apportées à l article 15/1 de l arrêté royal du 9 juin 1999 ne seront pas prises en compte pour l application de l article 1 er. Si telle n est pas l intention, il serait préférable de supprimer le segment de phrase précité. La même observation peut être formulée à l égard des articles 5 et 6 du projet. Article 8 Si l intention est d aligner la date d entrée en vigueur du texte en projet sur celle des dispositions dont le projet a fait l objet de l avis /2/V donné par le Conseil d Etat, section de législation, le 8 septembre 2011 (6), on veillera bien évidemment à ce que l intitulé de l arrêté royal concerné soit mentionné correctement. En outre, on fera référence à la date d «entrée en vigueur» et non à celle de la «publication» de ce dernier arrêté royal. Annexe L intitulé du formulaire de demande annexé au projet doit être précédé du mot «Annexe». Àla fin del annexe, on ajoutera la formule «Vu pour être annexé ànotre arrêté du», suivie des mêmes signatures que celles qui suivent le dispositif (7). La chambre était composée de Messieurs M. Van Damme, président de chambre, J. Baert, conseillers d Etat, W. Van Vaerenbergh, M. Rigaux, assesseur de la section de législation, Madame A. Beckers, greffier. Le rapport a été présenté par Madame G. Scheppers, auditeur. La concordance entre la version néerlandaise et la version française a été vérifiée sous le contrôle de Monsieur M. Van Damme. Le greffier Le président A. Beckers M. Van Damme Nota s (1) Advies /2/V van 12 september 2011 over een voorontwerp van wet «tot wijziging van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen». (2) Advies /1 van 20 september 2011 over een ontwerp van koninklijk besluit «tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 juni 1999 houdende uitvoering van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, strekkende tot de toekenning van een voorlopige arbeidsvergunning in het kader van het verkrijgen van een Europese blauwe kaart». Notes (1) Avis /2/V du 12 septembre 2011 sur un avant-projet de loi «modifiant la loi du 15 décembre 1980 sur l accès au territoire, le séjour, l établissement et l éloignement des étrangers». (2) Avis /1 du 20 septembre 2011 sur un projet d arrêté royal «modifiant l arrêté royal du 9 juin 1999 portant exécution de la loi du 30 avril 1999 relative à l occupation des travailleurs étrangers visant l autorisation provisoire d occupation octroyée dans le cadre de l obtention de la carte bleue européenne».

13 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE (3) Luidens artikel 2, 3, van de wet van 30 april 1999 en artikel 1, 5, van het koninklijk besluit van 9 juni 1999 dient onder «de bevoegde overheid» te worden verstaan «de overheid bevoegd krachtens artikel 6, 1, IX, 3, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen». (4) De vermelding van de artikelen 4, 4, en 6, 2, van de wet van 30 april 1999 is in het tekstvoorstel weggelaten omdat die bepalingen geen rechtsgrond bieden voor de ontworpen regeling. Het betreft immers bepalingen die niet op het vaststellen van de procedure van aanvraag of toekenning van de voorlopige arbeidsvergunning betrekking hebben of die geen machtiging van de Koning inhouden. (5) In diverse artikelen van het ontwerp wordt reeds melding gemaakt van artikel 15/1 van het koninklijk besluit van 9 juni Indien aan het tweede lid van de aanhef de bedoeling ten grondslag zou liggen om op de samenhang te wijzen met de regeling die met betrekking tot de voorlopige arbeidsvergunningen in het kader van het verkrijgen van de Europese blauwe kaart zal worden ingevoegd in het koninklijk besluit van 9 juni 1999 door het ontwerp /1, zou trouwens logischerwijze best worden verwezen naar alle bepalingen van de in dat koninklijk besluit in te voegen afdeling 1bis (ontworpen artikelen 15/1 tot 15/4). (6) Ontwerp van koninklijk besluit «tot wijziging van de koninklijke besluiten van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, van 17 mei 2007 tot vaststelling van de uitvoeringsmodaliteiten van de wet van 15 september 2006 tot wijziging van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen en van 7 mei 2008 tot vaststelling van bepaalde uitvoeringsmodaliteiten van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen». (7) Handleiding Wetgevingstechniek. Handleiding voor het opstellen van wetgevende en reglementaire teksten, Raad van State, 2008, nr. 172, te raadplegen op de website van de Raad van State ( (3) Selon l article 2, 3, de la loi du 30 avril 1999 et l article 1 er,5, de l arrêté royal du 9 juin 1999, on entend par «l autorité compétente» «l autorité compétente en vertu de l article 6, 1 er, IX, 3, delaloi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles». (4) La mention des articles 4, 4, et 6, 2, de la loi du 30 avril 1999 a été omise dans la proposition de texte parce que ces dispositions ne procurent pas de fondement juridique aux mesures en projet. Il s agit en effet de dispositions qui ne concernent pas la fixation de la procédure de demande ou d octroi de l autorisation d occupation provisoire ou qui ne comportent pas de délégation au Roi. (5) Divers articles du projet mentionnent déjà l article 15/1 de l arrêté royal du 9 juin Si l intention qui fonde le deuxième alinéa du préambule est de souligner la connexité avec les dispositions qui, en ce qui concerne les autorisations provisoires d occupation octroyées dans le cadre de la demande d obtention de la carte bleue européenne, seront insérées dans l arrêté royal du 9 juin 1999 par le projet /1, il serait d ailleurs préférable, en toute logique, de faire référence à l ensemble des dispositions de la section 1 re bis (articles 15/1 à 15/4 en projet) qui sera insérée dans cet arrêté royal. (6) Projet d arrêté royal «modifiant les arrêtés royaux du 8 octobre 1981 sur l accès au territoire, le séjour, l établissement et l éloignement des étrangers, du 17 mai 2007 fixant les modalités d exécution de la loi du 15 septembre 2006 modifiant la loi du 15 décembre 1980 sur l accès au territoire, le séjour, l établissement et l éloignement des étrangers et du 7 mai 2008 fixant certaines modalités d exécution de la loi du 15 décembre 1980 sur l accès au territoire, le séjour, l établissement et l éloignement des étrangers». (7) Principes de technique législative - Guide de rédaction des textes législatifs et réglementaires, onglet «Technique législative», recommandation n AUGUSTUS Koninklijk besluit betreffende de regels voor het indienen van de aanvragen en het afleveren van voorlopige arbeidsvergunning in het kader van de aanvraag door een buitenlandse werknemer ter verkrijgen van een Europese blauwe kaart (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, artikelen 8, 2, Gelet op het koninklijk besluit van 9 juni 1999 houdende uitvoering van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, afdeling 1bis, Gelet op het advies van de Adviesraad voor de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, gegeven op 21 juni 2011, Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 23 juni 2011, Gelet op het akkoordbevinding van Onze Staatssecretaris voor Begroting, gegeven op 15 juli 2011, Gelet op het advies /1 van de Raad van State, gegeven op 20 september 2011, met toepassing van artikel 84, 1, 1 o, van de wetten op de Raad van State gecoördineerd op 12 januari 1973, Op de voordracht van Onze Minister van Werk en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. De aanvraag voor een voorlopige arbeidsvergunning die wordt uitgereikt aan een werkgever, bij toepassing van artikel 15/1 van het koninklijk besluit van 9 juni 1999 houdende uitvoering van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, moet door de werkgever worden ingediend bij de bevoegde Overheid middels een door deze bevoegde Overheid uitgereikt formulier dat minstens de vermeldingen bevat die zijn opgenomen in de bijlage van dit besluit. 3 AOUT Arrêté royal relatif aux modalitésd introduction des demandes et de délivrances des autorisations d occupation provisoires octroyées dans le cadre de la demande d obtention par le travailleur étranger d une «carte bleue européenne» (1) ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 30 avril 1999 relative à l occupation des travailleurs étrangers, l article 8, 2, Vu l arrêté royal du 9 juin 1999 portant exécution de la loi du 30 avril 1999, relative à l occupation des travailleurs étrangers, la section 1 re bis, Vu l avis du Conseil consultatif pour l occupation des travailleurs étrangers, donné le 21 juin 2011, Vu l avis de l Inspecteur des Finances, donné le 23 juin 2011, Vu l accord de Notre Secrétaire d Etat au Budget, donné le 15 juillet 2011, Vu l avis n o /1 du Conseil d Etat, donné le 20 septembre 2011, en application de l article 84, 1 er,1 o des lois sur le Conseil d Etat coordonnées le 12 janvier 1973, Sur la proposition de Notre Ministre de l Emploi et de l avis de Nos Ministres qui en ont délibéré en Conseil, Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1 er. La demande d autorisation provisoire d occupation délivrée à un employeur, en application de l article 15/1, de l arrêté royal du 9 juin 1999 portant exécution de la loi du 30 avril 1999 relative à l occupation des travailleurs étrangers, doit être introduite par l employeur auprès de l Autorité compétente au moyen d un formulaire, délivré par cette Autorité compétente, contenant au moins les mentions reprises en annexe du présent arrêté.

14 53646 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE Art. 2. De werkgever voegt bij het in artikel 1 bedoelde formulier de volgende documenten : - een afschrift van de geschreven arbeidsovereenkomst conform de bepalingen van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, ondertekend door de werkgever en de werknemer; - een afschrift van het paspoort van de werknemer indien deze niet in België aanwezig is of een afschrift van het document, uitgereikt door de betrokken gemeente, dat de verblijfssituatie van de werknemer bevestigt, indien deze reeds in België aanwezig is; - een vertaald en gelegaliseerd afschrift van het diploma van de werknemer dat bevestigt dat hij geslaagd is in een postsecundaire cyclus van minstens drie jaar hogere studies aan een instituut erkend als instelling voor hoger onderwijs door de Staat waarin het instituut is gevestigd zoals bedoeld in artikel 15/1 van voormeld koninklijk besluit van 9 juni Art. 3. De aanvraag voor een voorlopige arbeidsvergunning wordt geacht te zijn ingediend : - hetzij op de datum van indiening van het volledige dossier bij de bevoegde Overheid, - hetzij op de derde werkdag volgend op de datum van verzending door de Post van het volledige dossier aan de bevoegde Overheid. Indien ter staving van de aanvraag niet afdoende gegevens of documenten zijn verstrekt, deelt de bevoegde Overheid de aanvrager mee welke bijkomende documenten of gegevens vereist zijn. De aanvrager heeft dertig dagen om die inlichtingen te verstrekken. In dit geval wordt de termijn van dertig dagen bepaald in artikel 15/3 van het voormeld koninklijk besluit van 9 juni 1999 verlengd met dertig dagen. Indien de aanvullende gegevens of documenten niet binnen de gestelde termijn worden verstrekt, wordt de aanvraag afgewezen. Art. 2. L employeur joint au formulaire visé à l article 1 er, les documents suivants : - une copie du contrat de travail écrit, conforme aux dispositions de la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail, signé par l employeur et le travailleur; - une copie du passeport du travailleur si celui-ci n est pas présent en Belgique ou une copie du document, délivré par la commune concernée, qui atteste de la situation de séjour du travailleur, si celui-ci est déjà présent en Belgique; - une version traduite et légalisée du diplôme du travailleur attestant la réussite d au moins trois années d études supérieures postsecondaires dispensées par un institut reconnu comme établissement d enseignement supérieur par l Etat dans lequel il est établi tel que visé à l article 15/1 de l arrêté royal du 9 juin 1999 précité. Art. 3. La demande d autorisation provisoire d occupation est considérée comme ayant été introduite : - soit à la date du dépôt du dossier complet auprès del Autorité compétente, - soit le troisième jour ouvrable qui suit la date de l envoi par la Poste du dossier complet à l Autorité compétente. Si les informations ou les documents fournis à l appui de la demande sont inadéquats, l Autorité compétente précise au demandeur quels documents ou informations supplémentaires sont requis. Le demandeur a trente jours pour communiquer ces renseignements. Dans ce cas, le délai de trente jours visés à l article 15/3 de l arrêté royal du 9 juin 1999 précité est prorogé de trente jours. Si les informations ou les documents complémentaires n ont pas été produits durant les délais, la demande est rejetée. Art. 4. De voorlopige arbeidsvergunning wordt door de bevoegde Overheid naar de werkgever verzonden. Een afschrift van deze voorlopige arbeidsvergunning wordt door de bevoegde Overheid naar de Dienst Vreemdelingenzaken verstuurd. Art. 5. De bevoegde Overheid verwittigt de Dienst Vreemdelingenzaken van elke inlichting meegedeeld door de werkgever met betrekking tot de verbreking van de arbeidsovereenkomst of in verband met wijzigingen inzake de arbeidsvoorwaarden zoals bepaald in artikel 15/1 van het voormeld koninklijk besluit van 9 juni Art. 6. Iedere aanvraag betreffende een nieuwe voorlopige arbeidsvergunning, zoals bedoeld in artikel 15/4 van het voormeld koninklijk besluit van 9 juni 1999, dient ingediend bij de bevoegde Overheid volgens dezelfde nadere regels en procedure zoals voorzien voor de eerste aanvraag, twee maanden voor het einde van de geldigheid van de Europese blauwe kaart. Art. 7. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het koninklijk besluit van 15 augustus 2012 van wijziging van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen in het Belgisch Staatsblad wordt inwerking treedt. Art. 8. De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 3 augustus Art. 4. L autorisation d occupation provisoire est adressée à l employeur par l Autorité compétente. Une copie de cette autorisation d occupation provisoire est envoyée par l Autorité compétente à l Office des étrangers. Art. 5. L Autorité compétente avertit l Office des étrangers de toute information communiquée par l employeur relative à la rupture du contrat de travail ou à des modifications relatives aux conditions d emploi visées à l article 15/1 de l arrêté royal du 9 juin 1999 précité. Art. 6. Toute demande relative à une nouvelle autorisation provisoire d occupation, telle que visée à l article 15/4 de l arrêté royal du 9 juin 1999 précité, doit être introduite auprès de l Autorité compétente, suivant les mêmes modalités et la même procédure que celle prévue pour la première demande, deux mois avant la fin de la validité de la carte bleue européenne. Art. 7. Le présent arrêté entre en vigueur le jour où entre en vigueur l arrêté royal du 15 août 2012 portant modification de l arrêté royal du 8 octobre 1981 sur l accès au territoire, le séjour, l établissement et l éloignement des étrangers. Art. 8. Le ministre qui a l Emploi dans ses attributions est chargé de l exécution du présent arrêté. Donné àchâteauneuf-de-grasse, le 3 août ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK ALBERT Par le Roi : La Ministre de l Emploi, Mme M. DE CONINCK Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 30 april 1999, Belgisch Staatsblad van 21 mei Koninklijk besluit van 9 juni 1999, Belgisch Staatsblad van 26 juni Note (1) Références au Moniteur belge : Loi du 30 avril 1999, Moniteur belge du 21 mai 1999; Arrêté royal du 9 juin 1999, Moniteur belge du 26 juin 1999.

15 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE 53647

16 53648 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE Gezien om te worden gevoegd bij ons besluit van 3 augustus 2012 betreffende de regels voor het indienen van de aanvragen en het afleveren van voorlopige arbeidsvergunning in het kader van de aanvraag door een buitenlandse werkenemer tot het verkrijgen van een «Europese blauwe kaart». ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK

17 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE 53649

18 53650 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE Vu pour être annexé à notre arrêté du 3 août 2012 relatif aux modalités d introduction des demandes et de délivrances des autorisations d acceptation provisoires octroyées dans le cadre de la demande d obtention par le travailleur étrangé d une «carte bleure européenne». ALBERT Par le Roi : La Ministre de l Emploi, Mme M. DE CONINCK

19 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE 53651

20 53652 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE Um dem Erlass vom 3. August 2012 hinsichtlich der Bedingungen zun Einreichen von Beantragungen und der Ausstellung einer vorläufigen Arbeitserlaubnis im Rahmen einer Beantragung durch ausländische Arbeitnehmer um eine «Blaue Karte EU» zu bekommen, beigelegt zu werden. ALBERT Von Königs wegen: Die Arbeitsministerin Frau M. DE CONINCK

75410 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 4 MONITEUR BELGE

75410 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 4 MONITEUR BELGE 75410 BELGISCH STAATSBLAD 28.12.2006 Ed. 4 MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE N. 2006 5305 [C 2006/10029] 21 DECEMBER 2006. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE [C - 2005/09451] N. 2005 1425 31 MEI 2005. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 26 juni 2003 op de openbaarmaking van akten en stukken van verenigingen

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 1703 1704 BELGISCH STAATSBLAD 15.01.2010 MONITEUR BELGE 1705 1706 BELGISCH STAATSBLAD 15.01.2010 MONITEUR BELGE 1707 1708 BELGISCH STAATSBLAD 15.01.2010 MONITEUR BELGE 1709 1710 BELGISCH STAATSBLAD 15.01.2010

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 351 INHOUD SOMMAIRE. 144 bladzijden/pages

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 351 INHOUD SOMMAIRE. 144 bladzijden/pages BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE Publicatie overeenkomstig artikelen 472 tot 478 van de programmawet van 24 december 2002, gewijzigd door de artikelen 4 tot en met 8 van de wet houdende diverse bepalingen

Nadere informatie

21396 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

21396 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 21396 BELGISCH STAATSBLAD 13.03.2014 MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID [C 2014/22060] SERVICE PUBLIC FEDERAL SECURITE SOCIALE [C 2014/22060] 21 FEBRUARI 2014. Koninklijk besluit

Nadere informatie

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 60569 FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER, FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID EN FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG [C 2014/12139] 4 AUGUSTUS 2014. Koninklijk

Nadere informatie

ALBERT ALBERT BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER

ALBERT ALBERT BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER BELGISCH STAATSBLAD 09.05.2012 MONITEUR BELGE 27295 FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER N. 2012 1310 [C 2012/14127] 22 APRIL 2012. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : 0800-98 809 Gratis tel. nummer : 0800-98 809. 104 pages/bladzijden. www.staatsblad.

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : 0800-98 809 Gratis tel. nummer : 0800-98 809. 104 pages/bladzijden. www.staatsblad. MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD Publication conforme aux articles 472 à 478 de la loi-programme du 24 décembre 2002, modifiés par les articles 4 à 8 de la loi portant des dispositions diverses du 20

Nadere informatie

76142 MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

76142 MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD 76142 MONITEUR BELGE 18.12.2015 Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD Art. 2. Al annexe II du même arrêté, tel qu il a été modifié à ce jour, est apportée la modification suivante : le point IV.25 est inséré, rédigé

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD 14.09.2006 Ed. 2 MONITEUR BELGE. Art. 2. Entrent en vigueur le 1 er janvier 2007 :

BELGISCH STAATSBLAD 14.09.2006 Ed. 2 MONITEUR BELGE. Art. 2. Entrent en vigueur le 1 er janvier 2007 : 46851 FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE N. 2006 3572 [C 2006/09648] 1 SEPTEMBER 2006. Koninklijk besluit tot vaststelling van de vorm, de inhoud, de bijlagen en de nadere regels voor de neerlegging van

Nadere informatie

MONITEUR BELGE Ed. 3 BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE Ed. 3 BELGISCH STAATSBLAD 30611 SERVICE PUBLIC FEDERAL FINANCES [C 2015/03204] 26 MAI 2015. Arrêté royal déterminant le modèle de la formule de déclaration en matière d impôt des sociétés pour l exercice d imposition 2015 (1) PHILIPPE,

Nadere informatie

22490 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

22490 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 22490 BELGISCH STAATSBLAD 04.04.2016 MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN [C 2016/00214] Omzendbrief van 23 maart 2016 tot wijziging van de omzendbrief van 21 juni 2007 betreffende

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE SERVICE PUBLIC FEDERAL PERSONNEL ET ORGANISATION

FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE SERVICE PUBLIC FEDERAL PERSONNEL ET ORGANISATION ROYAUME DE BELGIQUE KONINKRIJK BELGIE SERVICE PUBLIC FEDERAL PERSONNEL ET ORGANISATION FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE Arrêté royal modifiant les arrêtés royaux du 16 novembre 2006 relatif

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 39283 Bijlage bij Ons koninklijk besluit van 5 augustus 2006 houdende uitvoering van artikel 4, 3, van het koninklijk besluit van 28 december 2005 tot overname van de pensioenverplichtingen van het gemeentelijk

Nadere informatie

NOTA AAN HET GEMEENSCHAPPELIJK COMITE VOOR ALLE OVERHEIDSDIENSTEN

NOTA AAN HET GEMEENSCHAPPELIJK COMITE VOOR ALLE OVERHEIDSDIENSTEN 20-11-2014 NOTA AAN HET GEMEENSCHAPPELIJK COMITE VOOR ALLE OVERHEIDSDIENSTEN Betreft: Ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 11 juli 2003 tot uitvoering, voor de overheidsdiensten

Nadere informatie

RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING. Dienst Geneeskundige Verzorging NATIONALE COMMISSIE ARTSEN ZIEKENFONDSEN

RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING. Dienst Geneeskundige Verzorging NATIONALE COMMISSIE ARTSEN ZIEKENFONDSEN RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING Openbare instelling opgericht bij de wet van 9 augustus 1963 Tervurenlaan 211-1150 Brussel Dienst Geneeskundige Verzorging NATIONALE COMMISSIE ARTSEN

Nadere informatie

22306 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

22306 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE 22306 BELGISCH STAATSBLAD 28.04.2006 Ed. 2 MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER N. 2006 1678 [C 2006/14095] 24 APRIL 2006. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD 28.07.2010 MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD 28.07.2010 MONITEUR BELGE 48001 N. 2010 2506 VLAAMSE OVERHEID [C 2010/35508] 11 JUNI 2010. Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 juli 2007 betreffende de modulaire structuur

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 28893 FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE N. 2008 1822 [C 2008/09406] 2 JUNI 2008. Ministerieel besluit tot vaststelling van de lijst met punten voor prestaties verricht door advocaten belast met gedeeltelijk

Nadere informatie

35968 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

35968 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 35968 MONITEUR BELGE 07.06.2013 BELGISCH STAATSBLAD CHAPITRE V. Dispositions abrogatoires et finales Art. 15. Dans la deuxième colonne de l annexe 3 PJPol, les mots «Inspecteur général et Inspecteur général

Nadere informatie

ALBERT ALBERT. BELGISCH STAATSBLAD 31.08.2012 Ed. 2 MONITEUR BELGE

ALBERT ALBERT. BELGISCH STAATSBLAD 31.08.2012 Ed. 2 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 31.08.2012 Ed. 2 MONITEUR BELGE 53641 3 o is de hernieuwing van de Europese blauwe kaart door de werknemer bij de Dienst Vreemdelingenzaken afhankelijk van de toekenning door de bevoegde

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 21.10.2016 Ed. 2 MONITEUR BELGE 71309 FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID [C 2016/22418] SERVICE PUBLIC FEDERAL SECURITE SOCIALE [C 2016/22418] 13 OKTOBER 2016. Ministerieel

Nadere informatie

39150 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

39150 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE 39150 BELGISCH STAATSBLAD 14.05.2014 Ed. 2 MONITEUR BELGE Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op de werkgevers en

Nadere informatie

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS 13102 BELGISCH STAATSBLAD 28.03.2002 Ed. 2 MONITEUR BELGE WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN N. 2002 1113 [C 2002/11054]

Nadere informatie

MONITEUR BELGE 13.06.2013 BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE 13.06.2013 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 13.06.2013 BELGISCH STAATSBLAD 36987 SERVICE PUBLIC FEDERAL FINANCES [C 2013/03172] 29 MAI 2013. Arrêté royal portant approbation du règlement du 12 février 2013 de l Autorité des services

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 04.06.2014 MONITEUR BELGE 42651 FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID [C 2014/22260] 14 MEI 2014. Ministerieel besluit tot vaststelling van de modellen van de inlichtingenformulieren

Nadere informatie

ALBERT ALBERT. BELGISCH STAATSBLAD Ed. 3 MONITEUR BELGE SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE

ALBERT ALBERT. BELGISCH STAATSBLAD Ed. 3 MONITEUR BELGE SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE 55873 FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE N. 2008 3705 [C 2008/09864] 16 OKTOBER 2008. Koninklijk besluit tot aanpassing aan de wapenwet van 8 juni 2006 van de modellen van verschillende formulieren en documenten

Nadere informatie

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 35815 FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN [C 2014/03161] 25 APRIL 2014. Koninklijk besluit tot vastlegging van het model van het aangifteformulier inzake vennootschapsbelasting voor het aanslagjaar 2014

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Gratis tel. nummer : N. 74. Numéro tél. gratuit : INHOUD SOMMAIRE. 104 bladzijden/pages

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Gratis tel. nummer : N. 74. Numéro tél. gratuit : INHOUD SOMMAIRE. 104 bladzijden/pages BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE Publicatie overeenkomstig artikelen 472 tot 478 van de programmawet van 24 december 2002, gewijzigd door de artikelen 4 tot en met 8 van de wet houdende diverse bepalingen

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 101 INHOUD SOMMAIRE. 710 bladzijden/pages

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 101 INHOUD SOMMAIRE. 710 bladzijden/pages BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE Publicatie overeenkomstig artikelen 472 tot 478 van de programmawet van 24 december 2002, gewijzigd door de artikelen 4 tot en met 8 van de wet houdende diverse bepalingen

Nadere informatie

36930 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

36930 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 36930 MONITEUR BELGE 13.06.2013 BELGISCH STAATSBLAD SERVICE PUBLIC FEDERAL FINANCES [C 2013/03159] 29 MAI 2013. Arrêté royal portant approbation du règlement du 12 février 2013 de l Autorité des services

Nadere informatie

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 16.05.2018 MONITEUR BELGE 40503 FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN [C 2018/11917] 23 APRIL 2018. Koninklijk besluit tot wijziging van diverse bepalingen inzake het uniform

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD 08.01.2010 Ed. 2 MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD 08.01.2010 Ed. 2 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 08.01.2010 Ed. 2 MONITEUR BELGE 731 MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST N. 2010 45 [C 2010/31002] 17 DECEMBER 2009. Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : pages/bladzijden.

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : pages/bladzijden. MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD Publication conforme aux articles 472 à 478 de la loi-programme du 24 décembre 2002, modifiés par les articles 4 à 8 de la loi portant des dispositions diverses du 20

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD 15.07.2014 MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD 15.07.2014 MONITEUR BELGE 53805 BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST [C 2014/31492] 10 JUNI 2014. Ministerieel besluit tot vaststelling van de typeinhoud en de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de energieaudit opgelegd door het Besluit

Nadere informatie

COMMISSION PARITAIRE DE L'AGRICULTURE CONVENTION COLLECTIVE DE TRAVAIL DU 30 AVRIL 1999

COMMISSION PARITAIRE DE L'AGRICULTURE CONVENTION COLLECTIVE DE TRAVAIL DU 30 AVRIL 1999 COMMISSION PARITAIRE DE L'AGRICULTURE CONVENTION COLLECTIVE DE TRAVAIL DU 30 AVRIL 1999 CONVENTION COLLECTIVE DE TRAVAIL RELATIVE A LA PRIME DE FIN D'ANNEE Art. 1er. La présente convention collective de

Nadere informatie

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DOC 54 1730/002 DOC 54 1730/002 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 13 april 2016 13 avril 2016 WETSONTWERP tot wijziging van de wet van 15 december 1980 betreffende

Nadere informatie

MONITEUR BELGE 30.12.2013 BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE 30.12.2013 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 30.12.2013 BELGISCH STAATSBLAD 103249 SERVICE PUBLIC FEDERAL SECURITE SOCIALE [C 2013/22606] 21 DECEMBRE 2013. Arrêté royal modifiant l arrêté royal du 18 mars 1971 instituant un régime

Nadere informatie

ALBERT ALBERT. BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE MINISTERIE VAN FINANCIEN MINISTERE DES FINANCES

ALBERT ALBERT. BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE MINISTERIE VAN FINANCIEN MINISTERE DES FINANCES 10833 N. 2000 864 MINISTERIE VAN FINANCIEN [C 2000/03174] F. 2000 864 MINISTERE DES FINANCES [C 2000/03174] 24 MAART 2000. Koninklijk besluit tot vastlegging van het model van deel 2 van het aangifteformulier

Nadere informatie

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 24154 MONITEUR BELGE 19.04.2013 Ed. 3 BELGISCH STAATSBLAD GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP COMMUNAUTE

Nadere informatie

49188 BELGISCH STAATSBLAD 22.09.2008 MONITEUR BELGE

49188 BELGISCH STAATSBLAD 22.09.2008 MONITEUR BELGE 49188 BELGISCH STAATSBLAD 22.09.2008 MONITEUR BELGE Art. 3. Artikel 15 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «Art. 15. De subsidies die ten bate van het Nationaal Geografisch Instituut zijn

Nadere informatie

MONITEUR BELGE 23.07.2015 Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE 23.07.2015 Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD 47225 SERVICE PUBLIC FEDERAL FINANCES [C 2015/03212] 15 JUILLET 2015. Arrêté ministériel portant exécution des articles 7, 4, et 53, 1 er,3, c) et d), del arrêté royal du 28 juin 2015, concernant la taxation

Nadere informatie

Formeel advies van de Planningscommissie Medisch aanbod. Avis formel de la Commission de planification de l offre médicale

Formeel advies van de Planningscommissie Medisch aanbod. Avis formel de la Commission de planification de l offre médicale Avis formel de la Commission de planification de l offre médicale Conformément à l article 35novies, de l'arrêté royal n 78 du 10 novembre 1967 relatif à l'exercice des professions de santé et à l arrêté

Nadere informatie

61190 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

61190 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 61190 BELGISCH STAATSBLAD 12.09.2016 MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE [C 2016/11363] 1 SEPTEMBER 2016. Koninklijk besluit tot goedkeuring van het zesde beheerscontract

Nadere informatie

61190 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

61190 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 61190 BELGISCH STAATSBLAD 12.09.2016 MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE [C 2016/11363] 1 SEPTEMBER 2016. Koninklijk besluit tot goedkeuring van het zesde beheerscontract

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 05.08.2010 MONITEUR BELGE 50359 VLAAMSE OVERHEID N. 2010 2633 [C 2010/35519] 11 JUNI 2010. Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van

Nadere informatie

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DOC 54 1726/002 DOC 54 1726/002 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 12 april 2016 12 avril 2016 WETSONTWERP tot wijziging van de wet van 15 december 1980 betreffende

Nadere informatie

46434 MONITEUR BELGE 17.07.2015 BELGISCH STAATSBLAD

46434 MONITEUR BELGE 17.07.2015 BELGISCH STAATSBLAD 46434 MONITEUR BELGE 17.07.2015 BELGISCH STAATSBLAD SERVICE PUBLIC FEDERAL SECURITE SOCIALE [C 2015/22259] 9 JUILLET 2015. Arrêté ministériel modifiant la liste jointe à l arrêté royal du 21 décembre 2001

Nadere informatie

MINISTERE DES FINANCES MINISTERIE VAN FINANCIEN

MINISTERE DES FINANCES MINISTERIE VAN FINANCIEN MINISTERIE VAN FINANCIEN N. 2002 1081 [C 2002/03145] 14 MAART 2002. Koninklijk besluit tot vastlegging van het model van deel 2 van het aangifteformulier inzake personenbelasting voor het aanslagjaar 2002

Nadere informatie

30548 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

30548 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 30548 MONITEUR BELGE 16.04.2009 BELGISCH STAATSBLAD F. 2009 1369 SERVICE PUBLIC FEDERAL SANTE PUBLIQUE, SECURITE DE LA CHAINE ALIMENTAIRE ET ENVIRONNEMENT [C 2009/24134] 8 AVRIL 2009. Arrêté ministériel

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD 18.12.2014 Ed. 2 MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD 18.12.2014 Ed. 2 MONITEUR BELGE 104265 Art. 2. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2015. Art. 2. Le présent arrêté entre en vigueur le 1 er janvier 2015. Brussel, 10 december 2014. Bruxelles, le 10 décembre 2014. Maggie DE BLOCK

Nadere informatie

64360 BELGISCH STAATSBLAD 27.10.2010 MONITEUR BELGE

64360 BELGISCH STAATSBLAD 27.10.2010 MONITEUR BELGE 64360 BELGISCH STAATSBLAD 27.10.2010 MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID N. 2010 3685 [C 2010/22451] F. 2010 3685 SERVICE PUBLIC FEDERAL SECURITE SOCIALE [C 2010/22451] 15 OKTOBER

Nadere informatie

C.N.A.C./2004/AVIS- B N.R.V.R./2004/ADVIES- B

C.N.A.C./2004/AVIS- B N.R.V.R./2004/ADVIES- B 1 Avant-projet de loi portant modification de l arrêté royal n 78 du 10 novembre 1967 relatif à l exercice des professions des soins de santé, en ce qui concerne les sages-femmes. Voorontwerp van wet houdende

Nadere informatie

SERVICE PUBLIC FEDERAL PERSONNEL ET ORGANISATION FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE

SERVICE PUBLIC FEDERAL PERSONNEL ET ORGANISATION FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE N. 2008 1373 [C 2008/02049] 13 APRIL 2008. Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 7 februari 1969 tot vaststelling van de

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD 01.06.2012 MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD 01.06.2012 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 01.06.2012 MONITEUR BELGE 31353 Vu pour être annexé àl arrêté ministériel du 23 mai 2012 modifiant l arrêté ministériel du 17 décembre 1998 déterminant les documents comptables à tenir

Nadere informatie

KONINKRIJK BELGIË ROYAUME DE BELGIQUE FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE SERVICE PUBLIC FÉDÉRAL PERSONNEL ET ORGANISATION

KONINKRIJK BELGIË ROYAUME DE BELGIQUE FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE SERVICE PUBLIC FÉDÉRAL PERSONNEL ET ORGANISATION KONINKRIJK BELGIË FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE ROYAUME DE BELGIQUE SERVICE PUBLIC FÉDÉRAL PERSONNEL ET ORGANISATION Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van

Nadere informatie

47398 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

47398 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 47398 BELGISCH STAATSBLAD 17.10.2002 MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER N. 2002 3659 [C 2002/14087] 4 SEPTEMBER 2002. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit

Nadere informatie

ALBERT ALBERT BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE. Percentage betrekkingen toe te wijzen. Pourcentage d emplois à attribuer

ALBERT ALBERT BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE. Percentage betrekkingen toe te wijzen. Pourcentage d emplois à attribuer BELGISCH STAATSBLAD 23.08.2012 MONITEUR BELGE 49465 Trappen van de hiërarchie Degrés delahiérarchie aan het Nederlands Kader au Cadre néerlandais Percentage betrekkingen toe te wijzen Pourcentage d emplois

Nadere informatie

NOTA AAN DE GEMEENSCHAPPELIJK COMITE VOOR ALLE OVERHEIDSDIENSTEN

NOTA AAN DE GEMEENSCHAPPELIJK COMITE VOOR ALLE OVERHEIDSDIENSTEN Brussel, 20 oktober 2015 NOTA AAN DE GEMEENSCHAPPELIJK COMITE VOOR ALLE OVERHEIDSDIENSTEN BETREFT: voorontwerp van wet tot wijziging van de wet van 14 december 2000 tot vaststelling van sommige aspecten

Nadere informatie

1 la carte d identité électronique pour Belge; 1 de elektronische identiteitskaart van Belg;

1 la carte d identité électronique pour Belge; 1 de elektronische identiteitskaart van Belg; ROYAUME DE BELGIQUE KONINKRIJK BELGIE --- --- SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR Arrêté ministériel du 15 mars 2013 fixant le tarif des rétributions à charge des communes pour la délivrance des cartes d

Nadere informatie

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 51132 MONITEUR BELGE 12.08.2015 BELGISCH STAATSBLAD GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP COMMUNAUTE FLAMANDE

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD 02.09.2014 Ed. 2 MONITEUR BELGE. Art. 8. Le présent arrêté entre en vigueur le 1 er septembre 2014.

BELGISCH STAATSBLAD 02.09.2014 Ed. 2 MONITEUR BELGE. Art. 8. Le présent arrêté entre en vigueur le 1 er septembre 2014. 65377 FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE [C 2014/09461] 31 AUGUSTUS 2014. Koninklijk besluit tot vaststelling van de inhoud en de vorm van modellen van verslagen, van vereenvoudigde boekhouding en van verzoekschrift

Nadere informatie

RAAD VAN STATE CONSEIL D ÉTAT. section de législation. afdeling Wetgeving. advies /3 van 16 januari avis /3 du 16 janvier 2018.

RAAD VAN STATE CONSEIL D ÉTAT. section de législation. afdeling Wetgeving. advies /3 van 16 januari avis /3 du 16 janvier 2018. RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving CONSEIL D ÉTAT section de législation advies 62.685/3 van 16 januari 2018 over avis 62.685/3 du 16 janvier 2018 sur een ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van

Nadere informatie

53438 MONITEUR BELGE 12.12.2005 BELGISCH STAATSBLAD

53438 MONITEUR BELGE 12.12.2005 BELGISCH STAATSBLAD 53438 MONITEUR BELGE 12.12.2005 BELGISCH STAATSBLAD Vu pour être annexé à Notre arrêté du 6 décembre 2005 modifiant l arrêté royal du 19 avril 1999 fixant les éléments de la déclaration d accident à communiquer

Nadere informatie

62112 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

62112 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 62112 BELGISCH STAATSBLAD 19.10.2010 MONITEUR BELGE Province Pré-zone opérationnelle Pourcentage maximal Zone de secours Zuid-Oost 2,43 % Brabant flamand Zone de secours Est 4,67 % Zone de secours Ouest

Nadere informatie

62134 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

62134 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 62134 BELGISCH STAATSBLAD 21.11.2006 MONITEUR BELGE De opzeggingstermijn begint te lopen vanaf de datum waarop de aangetekende brief aan de voorzitter wordt gestuurd. De opzeggingstermijn mag evenwel ten

Nadere informatie

36726 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

36726 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 36726 BELGISCH STAATSBLAD 05.07.2012 MONITEUR BELGE TRADUCTION AUTORITE FLAMANDE F. 2012 1959 (2012 1835) 25 MAI 2012. Décret modifiant les articles 17 et 23 du décret du 8 mai 2009 relatif à l aide sociale

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 30599 FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID [C 2016/22190] SERVICE PUBLIC FEDERAL SECURITE SOCIALE [C 2016/22190] 22 JUNI 2015. Verordening tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering

Nadere informatie

7172 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

7172 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 7172 MONITEUR BELGE 24.02.2005 BELGISCH STAATSBLAD Vu les lois sur le Conseil d Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, notamment l article 3, 1 er, remplacé par la loi du 4 juillet 1989 et modifié par la

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 46905 FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER N. 2008 3024 [C 2008/14275] 5 SEPTEMBER 2008. Ministerieel besluit tot bepaling van de modellen van de documenten bedoeld in het koninklijk besluit

Nadere informatie

47990 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

47990 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 47990 BELGISCH STAATSBLAD 28.07.2010 MONITEUR BELGE N. 2010 2505 VLAAMSE OVERHEID [C 2010/35507] 11 JUNI 2010. Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de modulaire structuur van het secundair volwassenenonderwijs

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE 21129 2 de eerste dag van de zesde maand volgend op de datum van de test verbonden aan de eerste georganiseerde gecertificeerde opleiding, van de een of meerdere gecertificeerde opleidingen waarvoor ze

Nadere informatie

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DOC 54 2227/003 DOC 54 2227/003 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 20 juli 2017 20 juillet 2017 WETSVOORSTEL tot wijziging van de programmawet van 27 april

Nadere informatie

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 80072 BELGISCH STAATSBLAD 15.10.2014 MONITEUR BELGE GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP COMMUNAUTE FLAMANDE

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 02.04.2010 MONITEUR BELGE 19923 Nota (1) Zitting 2009-2010. Kamer van volksvertegenwoordigers. Stukken. Wetsontwerp, 52-2240 - Nr. 1. Amendementen, 52-2240 - Nrs. 2 tot 5. Verslag,

Nadere informatie

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 66892 MONITEUR BELGE 20.09.2013 Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD Sur la proposition du Ministre de l Economie, Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1 er. Dans l article 16 de l arrêté royal du 23 septembre

Nadere informatie

MONITEUR BELGE 25.09.2015 BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE 25.09.2015 BELGISCH STAATSBLAD 60077 SERVICE PUBLIC FEDERAL FINANCES [C 2015/03324] 18 SEPTEMBRE 2015. Arrêté royal déterminant les modèles des formules de déclaration en matière de cotisations spéciales visées à l article 541 du Code

Nadere informatie

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DOC 54 1234/003 DOC 54 1234/003 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 27 juni 2018 27 juin 2018 WETSVOORSTEL tot invoering van de vereiste van ouderlijke toestemming

Nadere informatie

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS 53478 BELGISCH STAATSBLAD 18.08.2010 MONITEUR BELGE WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE

Nadere informatie

46866 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

46866 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 46866 MONITEUR BELGE 22.07.2015 BELGISCH STAATSBLAD SERVICE PUBLIC FEDERAL SECURITE SOCIALE [C 2015/22264] FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID [C 2015/22264] 13 JUILLET 2015. Règlement modifiant

Nadere informatie

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DOC 54 2848/003 DOC 54 2848/003 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 24 april 2018 24 avril 2018 WETSVOORSTEL tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat het huwelijksvermogensrecht

Nadere informatie

77220 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

77220 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 77220 MONITEUR BELGE 23.12.2015 BELGISCH STAATSBLAD SERVICE PUBLIC FEDERAL ECONOMIE, P.M.E., CLASSES MOYENNES ET ENERGIE [C 2015/11511] 16 DECEMBER 2015. Arrêté ministériel établissant les formulaires

Nadere informatie

3-916/ /6. Proposition de loi portant modification de l'article 12 de la loi du 10 avril 1971 sur les accidents du travail

3-916/ /6. Proposition de loi portant modification de l'article 12 de la loi du 10 avril 1971 sur les accidents du travail 3-916/6 3-916/6 SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT SESSION DE 2006-2007 ZITTING 2006-2007 7 FÉVRIER 2007 7 FEBRUARI 2007 Proposition de loi portant modification de l'article 12 de la loi du 10 avril 1971

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving. CONSEIL D ÉTAT section de législation. advies /2 van 28 mei avis /2 du 28 mai sur.

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving. CONSEIL D ÉTAT section de législation. advies /2 van 28 mei avis /2 du 28 mai sur. CONSEIL D ÉTAT section de législation RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving avis 63.328/2 du 28 mai 2018 sur un projet d arrêté royal comprenant diverses mesures relatives aux membres du personnel opérationnel

Nadere informatie

2/10 advies Raad van State/avis du Conseil d État /1

2/10 advies Raad van State/avis du Conseil d État /1 RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving CONSEIL D ÉTAT section de législation advies 65.775/1 van 25 april 2019 over avis 65.775/1 du 25 avril 2019 sur een ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van de

Nadere informatie

Convention collective de travail du 3 mars Champ d'application CHAPITRE II. Avantages sociaux

Convention collective de travail du 3 mars Champ d'application CHAPITRE II. Avantages sociaux Convention collective de travail du 3 mars 2000. Champ d'application Article 1 - La convention collective de travail est applicable aux et aux et ouvrieres des relevant de la commission de la transformation

Nadere informatie

40816 MONITEUR BELGE 29.10.1999 BELGISCH STAATSBLAD

40816 MONITEUR BELGE 29.10.1999 BELGISCH STAATSBLAD 40816 MONITEUR BELGE 29.10.1999 BELGISCH STAATSBLAD MINISTERE DES AFFAIRES ECONOMIQUES F. 99 3542 [99/11342] 30 SEPTEMBRE 1999. Arrêté ministériel modifiant l arrêté royal du 30 décembre 1993 prescrivant

Nadere informatie

52686 MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

52686 MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD 52686 VLAAMSE OVERHEID Leefmilieu, Natuur en Energie [C 2015/36016] 30 JULI 2015. Ministerieel besluit tot wijziging van de kaart van de focusgebieden, opgenomen in de bijlage bij het besluit van de Vlaamse

Nadere informatie

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 09.07.2015 Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD 45477 TRADUCTION AUTORITE FLAMANDE [C 2015/35854] 19 JUIN 2015. Arrêté du Gouvernement flamand portant approbation du cadre de l évaluation institutionnelle

Nadere informatie

69668 BELGISCH STAATSBLAD 29.09.2004 MONITEUR BELGE

69668 BELGISCH STAATSBLAD 29.09.2004 MONITEUR BELGE 69668 BELGISCH STAATSBLAD 29.09.2004 MONITEUR BELGE 17 jaar = 85 pct.; 16 jaar = 70 pct.; 15 jaar = 55 pct. van het uurloon van de werklieden en werksters van 18 jaar en ouder van dezelfde categorie. C.

Nadere informatie

33662 BELGISCH STAATSBLAD 02.07.2008 MONITEUR BELGE

33662 BELGISCH STAATSBLAD 02.07.2008 MONITEUR BELGE 33662 BELGISCH STAATSBLAD 02.07.2008 MONITEUR BELGE MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST N. 2008 2191 [C 2008/31345] 19 JUNI 2008. Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling

Nadere informatie

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DOC 54 2753/003 DOC 54 2753/003 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 18 januari 2018 18 janvier 2018 WETSONTWERP houdende wijzigingen van diverse bepalingen van het

Nadere informatie

ALBERT ALBERT. BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE SERVICES DU PREMIER MINISTRE DIENSTEN VAN DE EERSTE MINISTER

ALBERT ALBERT. BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE SERVICES DU PREMIER MINISTRE DIENSTEN VAN DE EERSTE MINISTER 29055 DIENSTEN VAN DE EERSTE MINISTER N. 2000 2033 [2000/21142] 1 MAART 2000. Koninklijk besluit tot vaststelling van de datum van inwerkingtreding van Titel I van de wet van 7 mei 1999 houdende oprichting

Nadere informatie

Chambre des Représentants de Belgique. Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers / 1-96 / 97 WETSONTWERP

Chambre des Représentants de Belgique. Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers / 1-96 / 97 WETSONTWERP - 737 / 1-96 / 97 Chambre des Représentants de Belgique - 737 / 1-96 / 97 Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers SESSION ORDINAIRE 1996-1997 (*) 31 OKTOBER 1996 GEWONE ZITTING 1996-1997 (*) 31 OKTOBER

Nadere informatie

65372 BELGISCH STAATSBLAD 02.09.2014 Ed. 2 MONITEUR BELGE

65372 BELGISCH STAATSBLAD 02.09.2014 Ed. 2 MONITEUR BELGE 65372 BELGISCH STAATSBLAD 02.09.2014 Ed. 2 MONITEUR BELGE Het beginindexcijfer is dat van de maand augustus van het jaar gedurende hetwelk het tarief is vastgesteld. Het nieuwe indexcijfer is dat van de

Nadere informatie

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS. houdende invoering van een taks op de effectenrekeningen. instaurant une taxe sur les comptes-titres

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS. houdende invoering van een taks op de effectenrekeningen. instaurant une taxe sur les comptes-titres DOC 54 2837/005 DOC 54 2837/005 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 16 januari 2018 16 janvier 2018 WETSONTWERP houdende invoering van een taks op de effectenrekeningen

Nadere informatie

MONITEUR BELGE 20.09.2011 Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE 20.09.2011 Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD 60341 SERVICE PUBLIC FEDERAL SECURITE SOCIALE F. 2011 2503 [C 2011/22310] 15 SEPTEMBRE 2011. Arrêté ministériel modifiant la liste jointe à l arrêté royal du 21 décembre 2001 fixant les procédures, délais

Nadere informatie

Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september 2017 betreffende de modernisering van de arbeidsduur

Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september 2017 betreffende de modernisering van de arbeidsduur Paritair comité 118 van de voedingsnijverheid Commission paritaire 118 de l industrie alimentaire Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september 2017 betreffende de modernisering van de arbeidsduur Convention

Nadere informatie

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN DOC 54 3428/002 DOC 54 3428/002 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 29 januari 2019 29 janvier 2019 WETSONTWERP tot wijziging van de wet van 3 juli 2005 betreffende

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER SERVICE PUBLIC FEDERAL MOBILITE ET TRANSPORTS

FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER SERVICE PUBLIC FEDERAL MOBILITE ET TRANSPORTS ROYAUME DE BELGIQUE SERVICE PUBLIC FEDERAL MOBILITE ET TRANSPORTS Arrêté ministériel déterminant les marchandises dangereuses visées par l article 48 bis 2 de l arrêté royal du 1 er décembre 1975 portant

Nadere informatie