DIALOG+ ø 5 mm. 40 mm. 127 mm. 9V Ni-MH Oplaadbare Batterij WANDMONTAGE BUITENSHUIS

Transcriptie

1 1 WNDMONTGE BUITENSHUIS 2 DILOG+ / INSTLLTIE EN LGEMENE INFORMTIE 1/ Installatie Plaats de automaat nabij een 230V/50Hz spanningsbron voorzien van een aardedraad (Groen/Geel). arding vermindert het risico op schade door elektrische overspanning (vanwege blikseminslag etc.) De automaat dient te worden aagesloten op een electrische installatie die aan de regels voldoet en wordt beschermd door een zekering in de meterkast. Kies een plaats waar de automaat niet door het rondspattende water natgemaakt kan worden. Verwijder de plastic schijf (schijven) uit het voorgeslagen gat aan de onderkant van de automaat. ø 5 mm ø 5 mm mm 40 mm ø 5 mm 9V Ni-MH Oplaadbare Batterij Prog % Prog B %B Prog C %C 1 % B C ST CYC = 230 V Geen licht: geen 230V spanning. Continu groen : utomaat werkt normaal Knipperend groen : utomaat werkt normaal maar een sensor voorkomt beregening. Dit komt voor bij gebruik van een RSD-BEx regensensor of een RINCHECK automatische onderbreker bij regen. Continu rood : Overbelasting of beregening met de hand gestopt. 76

2 2/ Bedrading naar de magneetventielen U kunt aansluiten maximaal 3 RIN BIRD magneetventielen per station plus een hoofdventiel of pompstartrelais. Verzeker u ervan dat alle bedrading van de automaat naar de magneetventielen geschikt is voor installatie ondergronds met laagspanning. Kies de juiste maat bedrading. lle draadverbindingen dienen waterdicht te zijn. Gebruik hiervoor Rain Bird Quick Connect verbindingen: DBY, DBR Zie bedradingsschemas : afsluiterput B : pompstartrelais C : hoofdspanningsrelais D : pomp E : transformator F : hoofdventiel V 1 V 2 POMPE ST 9 ST 10 ST 11 ST 12 ST 13 ST 14 ST 15 ST 16 V 1 V 2 POMPE ST 9 ST 10 ST 11 ST 12 ST 13 ST 14 ST 15 ST 16 ST 1 ST 2 ST 3 ST 4 ST 5 ST 6 ST 7 ST 8 ST 17 ST 18 ST 19 ST 20 ST 21 ST 22 ST 23 ST 24 ST 1 ST 2 ST 3 ST 4 ST 5 ST 6 ST 7 ST 8 ST 17 ST 18 ST 19 ST 20 ST 21 ST 22 ST 23 ST 24 Bedrading in zelfde kanaal 77

3 3/ Toevoegen van een uitbreidingsmodule 1- Maak de bedrading van de 230VC stroomtoevoer los E 2-Maak het voorpaneel open 230 V Bevestigingsplaats 3 - Steek de 8-stations uitbreidingsmodule in de daarvoor bestemde opening en klik deze vast. Verzeker deze vervolgens met de bijgeleverde schroef. 4- Sluit het voorpaneel E 5- Verbind de draden van de 230VC stroomtoevoer weer. 230 V Let op: de automaat houdt rekening met de aanwezigheid van de nieuwe module zodra de 230VC stroomtoevoer weer aangesloten is. 78

4 4/ Starten van een pomp of openenen van een hoofdventiel De aansluitklem POMPE wordt gebruikt om automatisch een pomp te starten met een relais of om een hoofdventiel te openen. De POMPE klem levert alleen spanning wanneer een van de stations in werking is. anbevolen relais zijn : FINDER 55-1, HGER E of gelijkwaardig. 230 V 230 V / 380 V C D V 1 V 2 PUMPE ST 1 ST 2 ST 3 ST 4 ST 5 ST 6 ST 7 ST 8 ST 9 ST 10 ST 11 ST 12 ST 13 ST 14 ST 15 ST 16 ST 17 ST 18 ST 19 ST 20 ST 21 ST 22 ST 23 ST 24 B F OPGELET : Indien bij gebruik van een pompstartrelais niet alle stations gebruikt worden dienen de klemmen van ongebruikte stations met die van een gebruikt station verbonden te worden. Indien ongebruikte stations niet zijn doorverbonden en de automaat op het reserve programma terugvalt na een langdurige stroomonderbreking, zal de pomp in werking treden en droog draaien met als gevolg schade aan de pomp.. 5/ Modem verbinding (optioneel voor gebruik als satelliet met Tele Manager, zie C) 1- Maak de bedrading van de 230VC stroomtoevoer los E 2-Open het voorpaneel 230 V 3 - Installeer het modem aan de binnenkant van het voorpaneel zoals in de tekening. Verzeker het modem met de twee bijgeleverde schroeven. 79

5 4 - Verbind de draden van de trafo aan het mother board als in figuur Verbind de telefoonkabel met het modem als in figuur 5 E 6- Sluit het voorpaneel 7- Verbind de draden van de 230VC stroomtoevoer weer. 230 V Let op: de automaat houdt rekening met de aanwezigheid van het modem zodra de 230VC stroomtoevoer weer aangesloten is. 6/ ansluiten van de uitbreidingskast De Dialog+ kan tot een totaal van 48 stations aansturen. Voor meer dan 24 stations moet evenwel een uitbreidingskast aangesloten worden. De uitbreidingskast heeft standaard 8 stations en is modulair. Er kunnen nog twee 8-stations modules in geplaatst worden voor een totaal van 24 stations. De 8-stations modules zijn dezelfde als die beschreven in punt Maak de bedrading van de 230VC stroomtoevoer los. E 2-Open het voorpaneel 230 V 80

6 3- Sluit de kabel van de uitbreidingskast aan als in figuur Sluit het voorpaneel E 5- Verbind de draden van de 230VC stroomtoevoer weer. Let op: de automaat houdt rekening met de aanwezigheid van de uitbreidingskast zodra de 230VC stroomtoevoer weer aangesloten is. 7/ ansluiten van een watermeter (optioneel) 230 V V 1 V 2 POMPE ST 1 ST 2 ST 3 ST 4 ST 5 ST 6 ST 7 ST 8 ST 9 ST 10 ST 11 ST 12 ST 13 ST 14 ST 15 ST 16 ST 17 ST 18 ST 19 ST 20 ST 21 ST 22 ST 23 ST 24 Bedrading in zelfde kanaal 81

7 8/ fstandsbediening met radio (optioneel) 9/ EXTERNE N/UIT SCHKELR VERBINDING (OPTIONEEL) : U kunt een externe schakelaar aansluiten die een handmatige start van het programma mogelijk maakt. Belangrijk : Het type schakelaar moet een droog contact NO type (Normally Open) zijn. Om deze schakelaar te bedienen kunt u een sleutel of een eenvoudige drukknop gebruiken. De maximum afstand tussen de schakelaar en de automaat bij gebruik van 0.8mm 2 kabel (IRRICBLE) is 100 m. Bediening : N Funktie : ctiveer de externe schakelaar om programma handmatig te starten. Deze aktie heeft prioriteit over alle andere handelingen die op dat moment in uitvoering zijn. UIT Funktie : ls het programma eenmaal handmatig gestart is, kunt u dit stoppen wanneer u wilt door de schakelaar nogmaals te aktiveren. 10/ Rain Check (Optioneel) V 1 V 2 POMPE ST 1 ST 2 ST 3 ST 4 ST 5 ST 6 ST 7 ST 8 ST 9 ST 10 ST 11 ST 12 ST 13 ST 14 ST 15 ST 16 ST 17 ST 18 ST 19 ST 20 ST 21 ST 22 ST 23 ST 24 Bedrading in zelfde kanaal 82

8 11/ RSD-Bex (Optioneel) Blauwe draad niet gebruikt Bedrading in zelfde kanaal ST 9 ST 10 V 1 ST 11 V 2 ST 12 ST 13 ST 14 ST 15 POMPE ST 16 ST 1 ST 2 ST 17 ST 3 ST 18 ST 4 ST 19 ST 5 ST 20 ST 6 ST 21 ST 7 ST 22 ST 8 ST 23 ST 24 12/ 24VC CCESSOIRE NSLUITING (OPTIONEEL) : Een aansluitstrip op het moederboard staat u toe om direct een 24VC accessoire aan te sluiten zoals een MS-100 Sensor of een WRS (Wireless Rain Sensor). Let op : de maximum afstand tussen de 24VC aansluitstrip en het apparaat is bij gebruik van 0.8mm 2 kabel (IRRICBLE) 10 meter. Belangrijk : Het apparaat mag niet meer stroom verbruiken dan 120m bij 24VC (2.8W). Raadpleeg voor de bediening van de accessoire svp de betreffende handleiding. 83

9 13/ LPVK-12E (Optioneel) E V 1 V 2 POMPE ST 1 ST 2 ST 3 ST 4 ST 5 ST 6 ST 7 ST 8 ST 9 ST 10 ST 11 ST 12 ST 13 ST 14 ST 15 ST 16 ST 17 ST 18 ST 19 ST 20 ST 21 ST 22 ST 23 ST 24 0 V 230 V C P V 230 V / 380 V C LPVK - 12E 0 V 230 V C P D 230 V Bedrading in zelfde kanaal B F 14/ Certificaat van CE conformiteit Hierbij verklaar ik dat het apparaat type Dialog+ voldoet aan de inhoud van de volgende Council richtlijnen: - No 72/73/CEE van 19/02/73 gewijzigd door richtlijn 93/68/CEE van 22/07/93 - No 89/336/CEE van 03/05/89 gewijzigd door richtlijnen 92/31/CEE van 28/04/92 en 93/68/CEE van 22/07/93 en voldoet aan de volgende standaards: EN ed 93 voor electrische veiligheid EN en EN voor electromagnetische verenigbaarheid Het apparaat type Dialog+ wordt gevoed door 230VC/50Hz, enkelfasig. ix en Provence, 1 januari 2003 General Manager RIN BIRD EUROPE Handtekening 84

10 B/ GEWOON GEBRUIK I - HET INSTELLEN VN UW DILOG+ : DE BLUWE TOETSEN 1. Klok : instellen van de tijd Druk op de toets met de klok en dit scherm verschijnt. Gebruik de +/ON en -/OFF toetsen. Met de +/ON toets zet u de tijd vooruit en met de -/OFF toets zet u de tijd achteruit. Door een van beide toetsen ingedrukt te houden gaat de tijd snel voor- of achteruit. NB: een aan en uitgaande dubbele punt staat tussen uren en minuten. 2 - Kalender: instellen van de dag van de week a/instellen van het jaar Druk op de toets met de kalender. Gebruik de +/ON en -/OFF toetsen om het jaar in te stellen. b/instellen van de maand Druk op enter. De twee cijfers die de maand aangeven beginnen te knipperen. Gebruik de +/ON en -/OFF toetsen om de maand in te stellen. c/instellen van de juiste datum Druk weer op enter. De twee cijfers die de datum aangeven gaan knipperen. Gebruik de +/ON en -/OFF toetsen om de datum van vandaag in te stellen. In dit voorbeeld is het 31 december. II - PROGRMMEREN VN DE STTIONS DE PRS GEKLEURDE TOETSEN 1. Zandloper: stel de beregeningstijd in voor elk station. Druk op de paarse toets met de zandloper. Het hiernaast staande scherm verschijnt. Gebruik de +/ON en de -/OFF toetsen om de beregeningstijd in te stellen. De tijd kan worden ingesteld van 1 minuut tot 12 uur in stappen van een minuut. Ingedrukt houden van de +/ON en -/OFF toetsen versnelt de instelling. Ieder station dient aan een programma te zijn toegewezen. Wijs na het invoeren van de beregeningstijd met gebruik van de BC toets het station aan programma,b of C toe. Druk op de enter toets om naar het volgende station te gaan. Het nummer van het station komt links op het scherm te staan. Het gekozen programma (,B of C) verschijnt aan de rechterkant. Indien geen programma wordt ingevoerd kiest de computer programma. INSTELLEN VN DE LOOPTIJD IN SECONDEN : U kunt de looptijd van de eerste 5 minuten instellen in seconden in stappen van 1 seconde. Deze eigenschap maakt het mogelijk korte beregeningstijden in te stellen bijvoorbeeld voor beregening van kunstgrasvelden. Om toegang te krijgen tot de «Looptijd in seconden» programmering, drukt u tegelijkertijd op de +/ON en - /OFF toetsen gedurende langer dan 1 seconde. U zult dit scherm zien. Om terug te gaan naar de «Looptijd in minuten» programmering (fabrieksinstelling), dient u bovenstaande te herhalen. 85

11 2 - Met de hand starten van een station Druk op de paarse toets met de hand zodat dit ST scherm verschijnt : Het nummer van het station staat links op het scherm aangegegeven.(voorbeeld station 1). Gebruik de toets om de andere stations op het scherm te brengen. ls u het te starten station geselecteerd heeft, druk dan op +/ON. De beregening begint en dit wordt op het scherm aangegeven met een flikkerende waterstraal. (zie tekening hieronder) De vooraf geprogrammeerde beregingsduur verschijnt na een seconde op het scherm en wordt per minuut afgeteld. ls u de beregening wenst te stoppen voordat de eerste minuut verstreken is, druk dan op de -/OFF toets. ls reeds meer dan een minuut verstreken is druk dan nogmaals op ST de paarse toets met de hand en vervolgens op de -/OFF toets. ST III - INSTELLEN VN DE PROGRMMS : DE ROOD GEKLEURDE TOETSEN De programmas Er zijn drie programmas beschikbaar:,b en C. U dient een schema in te voeren voor en, indien gewenst, voor B en C. Met andere woorden u dient de starttijden en beregeningsdagen voor elk programma in te voeren. De opzet van het hebben van drie programmas in de DILOG+ is om een efficiente beregening mogelijk te maken gebaseerd op neerslagintensiteiten van de sproeiers en gegevens als zon en schaduw en bodemtype voor elk te beregenen deel van het oppervlak. 1 - Wekker: instellen van de starttijden van de programmas (, B en C) Prog Druk op de rode knop met de wekker om het hiernaast staande scherm te verkrijgen. In de linker bovenhoek van het scherm ziet u staan programma, B of C. Gebruik de BC toets om het gewenste programma te kiezen. De 4 streepjes op het scherm geven aan dat een starttijd kan worden geprogrammeerd. Gebruik de +/ON en -/OFF toetsen om de tijd in te voeren. Er staat slechts een enkele niet knipperende punt tussen de uren en minuten in een starttijd op het scherm. U kunt een beregeningscyclus tot 8 maal per dag starten indien u een voorkeur heeft voor meerdere korte beregeningen. Op iedere starttijd zullen de stations die aan dat programma zijn toegewezen achteenvolgens in werking treden gedurende de geprogrammeerde looptijd. Druk na het instellen van de eerste starttijd op de toets om op de tweede starttijd te komen. LET OP: het is niet nodig al de 8 starttijden te gebruiken. Wilt u ongewenste starttijd uitwissen druk dan herhaaldelijk op de toets totdat de starttijd die u wilt wissen (weer) op het scherm verschijnt. Houdt vervolgens de toets minstens twee seconden ingedrukt. NB: * Er staat alleen een enkele punt tussen uren en minuten voor starttijden. * De DILOG plaatst automatisch uw starttijden op chronologische volgorde van tot Voorbeeld : U voert 4 starttijden in voor programma : 22.00, 23.00, 01.00, U beregent dus 4 maal. ls u maandag als beregeningsdag kiest dan is de eerste start om 1:00 uur maandagmorgen, vervolgens om 4:00 en daarna om 22:00 en 23:00 maandagavond. 2 - Cyclus : Kiezen van het type cyclus voor elk programma (, B en C) Het is nodig voor elk programma (, B en C) een cyclustype te kiezen. De Dialog+ geeft u een keuze tusseen 9 cyclustypes : Wekelijks (iedere dag kan een beregeningsdag zijn), 1 beregeningsdag iedere twee dagen, 1 beregeningsdag iedere drie dagen, etc. tot 1 beregeningsdag iedere 6 dagen, even dagen/data, oneven dagen/data, oneven dagen maar met de 31ste en 29 februari. Om toegang te krijgen tot het scherm met de cycli druk eenmaal op de toets CYC met CYC. Om van het ene cyclustype naar het volgende te gaan druk op enter. Wanneer het gewenste cyclustype op CYC het scherm komt kunt u dit aan het door u gewenste programma (, B of C) toewijzen door op BC de toets met BC te drukken. NB : CYC verchijnt op alle schermen als u in deze functie werkt. Hier volgen een paar cyclustype schermen. 86

12 Prog Prog C Prog C Prog C Prog C Wekelijks 1 beregeningsdag iedere twee dagen 1 beregeningsdag iedere 6 dagen even dagen/data oneven dagen/data + de 31ste en 29 februari CYC NB : ls u een tweede maal op drukt verlaat u de cyclustype functie. 3 - Beregeningsdagen : Instellen van de beregeningsdagen na het kiezen van het cyclustype voor elk programma (, B en C) U moet beregeningsdagen kiezen voor de volgende cyclustypes : Wekelijks : kies welke dagen van de week u wilt beregenen 1 beregeningsdag iedere twee dagen, 1 beregeningsdag iedere drie dagen, etc. tot 1 beregeningsdag iedere 6 dagen : u moet kiezen welke dag in de cyclus als «vandaag» wordt beschouwd. Geen verdere programmering is nodig voor de volgende cyclus types : even dagen/data oneven dagen/data oneven dagen maar met de 31ste en 29 februari. Wekelijks kalender (1-7 dagen) : Druk op de toets met de kalender. Kies het programma (, B of C) wat u wilt dat een 7-daagse cyclus heeft door op BC de toets met BC te drukken. In ons voorbeeld is dit C. Dit scherm verschijnt : 1= maandag, 2 = dinsdag, etc..de automaat is in de fabriek afgesteld om iedere dag te beregenen zoals aangegeven met een vierkantje om het nummer. Gebruik de +/ON en -/OFF toetsen om beregeningsdagen te bevestigen of te annuleren. De -/OFF toets annuleert beregeningdagen en het vierkant verdwijnt. Geen vierkantje betekent op die dag geen beregening. Om een beregeningsdag te bevestigen dient de cursor op de gewenste dag geplaat te worden en vervolgens op +/ON gedrukt te worden. Wanneer u als beregeningscyclus heeft gekozen 1 beregeningsdag iedere twee dagen, 1 beregeningsdag iedere drie dagen, etc. tot 1 beregeningsdag iedere 6 dagen, volg dan de volgende stappen - Druk op de toets met de kalender - Druk op BC om programma, B of C te kiezen Belangrijk : welke cyclus u ook kiest, nummer een heeft altijd een vierkantje. Het is de enige beregeningsdag in de cyclus. -Nu moet u de dag in de cyclus aangeven die u aan wilt wijzen als «vandaag». Druk herhaaldelijk op enter totdat de gewenste dag op het scherm komt. I dit voorbeeld is het cyclustype een beregeningsdag iedere 6 dagen. «Vandaag» is «3». Dit betekent dat «vandaag» beschouwd wordt als de derde dag van de cyclus. Beregening zal daarom 4 dagen later plaatsvinden. Prog C Prog Prog C Hier is nog een voorbeeld. Het cyclustype is een beregeningsdag iedere vijf dagen. «Vandaag» is aangegeven als dag «4». Dit betekent dat «vandaag» de 4e dag van de cyclus is. Beregening zal daarom plaatsvinden na 2 dagen Even dagen/data, oneven dagen/data, oneven dagen maar met de 31ste en 29 februari : Het is niet nodig om beregeningsdagen te kiezen, ze worden automatisch gekozen. Een van deze schermen zal verchijnen. even dagen/data oneven dagen/data 87 oneven dagen + 31ste en 29 februari.

13 4 - Met de hand starten van een cyclus Een cyclus bestaat uit de opeenvolgende werking van alle stations die zijn toegewezen aan hetzelfde programma. Druk op de rode toets met de hand zodat dit scherm verschijnt. CYC Prog Gebruik de BC toets om het gewenste programma te kiezen. Het gekozen programma verschijnt in de linker bovenhoek van het scherm. Druk dan op de +/ON toets om de cyclus te starten. De waterstraal zal gaan flikkeren. Het nummer van het eerste station van het programma verschijnt op het scherm en de resterende beregeningstijd wordt afgeteld in CYC minuten. De volgende stations verschijnen in volgorde op het scherm met de resterende beregeningstijd totdat de cyclus gecompleteerd is. Om beregening te stoppen voordat de cyclus compleet is druk op -/OFF binnen een minuut nadat de cyclus is gestart. ls de cyclus langer dan een minuut aktief is geweest kunt u de beregening stoppen door eerst op de CYC toets met de hand te drukken en vervolgens op de -/OFF toets.de LCD op de automaat keert dan terug naar de tijd van de dag. LET OP: indien de automaat in de uit stand staat (zie stoppen van beregening) dan is geen beregening mogelijk met de hand. Zelfs wanneer het scherm een flikkerende waterstraal laat zien zal geen beregening plaatsvinden. 5 - Waterbudget functie In het voorjaar en herfst zal de beregeningsbehoefte minder zijn dan in de zomer. Het kan daarom gewenst zijn de beregeningstijd van alle stations terug te brengen. De waterbudget functie kan worden gebruikt om de beregeningstijd van een programma in te stellen. U kunt de beregeningstijd verlengen of verkorten zonder de automaat opnieuw te programmeren. De waterbudget functie beinvloedt alle stations die zijn toegewezen aan een bepaald programma. (, B of C) Druk op de toets. Dit scherm verschijnt. Gebruik de BC toets om het programma uit te kiezen dat u wilt instellen. Gebruik de +/ON en -/OFF toetsen om het waterbudget in te stellen in stappen van 10%. Wanneer het programma in werking treedt verschijnt dit scherm. Het scherm gebruikt de %, %B, en %C boodschappen om aan te geven dat het programma met een waterbudget werkt. De afwezigheid van het "%" teken betekent dat geen waterbudget gebruikt is. % dl Prog % Prog % LET OP : Waterbudget functioneert niet bij handstart van een enkel station. 6 - Instellen van een vertraging tussen stations De Dialog+ beschikt over een functie die het mogelijk maakt om een vertraging te programmeren tussen elk station dat aan hetzelfde programma toegewezen is. Gedurende de vertraging is geen enkel station aktief. De vertraging kan worden ingesteld van 0 tot 999 seconden. U kunt een verschillende vertraging instellen tussen stations toegewezen aan programmas, B en C. De vertraging is niet van toepassing op het starten van een pomp of het openen van een hoofdklep («Pompe» aansluiting) en de starttijd van het eerste station in een programma. Ook zullen de pomp en de hoofdklep geaktiveerd blijven gedurende de vertraging tussen twee stations. % Druk tweemaal op de dl toets om dit scherm te krijgen. Gebruik de BC toets om het programma te kiezen waarvoor u een startvertraging wilt toewijzen tussen elk station in dat programma. (programma C in ons voorbeeld) De vertraging tussen stations wordt ingesteld met de +/ON en -/OFF toetsen in eenheden van 1 seconde. De fabrieksinstelling is «0» wat betekent dat er geen vertraging tussen de stations is. De maximum instelling is 999 seconden. Gedurende de vertragingsfase, zullen de volgende twee schermen achtereenvolgens te zien zijn. Het eerste scherm laat het volgende station zien dat al worden aangestuurd (station 12 van programma C in dit voorbeeld). Het tweede scherm laat de aftelling van de resterende tijdsvertraging zien, in dit voorbeeld zal na nog 126 seconden station 12 starten. 88

14 IV - LRM BOODSCHPPEN V stroomvoorziening (net) ls er geen 230V stroomtoevoer naar de automaat is laat het scherm een knipperende stekker zien (zie figuur). De stekker verdwijnt zodra de stroomtoevoer hersteld is. 2. Probleem met een station of kortsluiting Wanneer er kortsluiting is of sprake is van overbelasting (meer dan 4 kleppen per station) dan verschijnt dit scherm. De DILOG is uitgerust met een automatisch diagnostisch circuit onderbrekend systeem dat het nummer van het station met een probleem weergeeft. De automaat gaat door met het beregenen van de andere stations. Spoor het probleem op en los dit op, de automaat aktiveert dat station dan weer normaal bij de volgende cyclus. Let op dat een kortsluiting die zich op de «Pompe» output voordoet alle stations op nonactief zet. ls verschillende stations kortsluiting maken dan geeft de automaat het station met het laagste nummer aan V - NDERE FUNCTIE 1 - Stop beregening : blauwe ON/OFF toets De «off «stand wordt gebruikt bij regenweer of onderhoud van het systeem. De normale stand van de toets is «on» wat beregening toestaat. U kunt de beregening stilleggen zonder het geprogrammeerde beregeningsschema te wijzigen. Om beregening te voorkomen druk op de ON/OFF toets. Dit scherm verschijnt dan. Geen beregening zal plaatsvinden, met de hand of automatisch. Druk nogmaals op de ON/OFF toets om weer te beregenen. C/ GEBRUIK LS STELLIET Uw automaat kan fuctioneren als satelliet in het Tele Manager besturingssysteem. Om te opereren als satelliet moet een modem worden ginstalleerd. Zie -5. U moet ook over een PC beschikken met de Tele Manager software. Bij functioneren als satelliet zijn er een aantal extra schermen op de LCD van de automaat evenals additionele status informatie zoals hieronder beschreven : BELNGRIJK : Bij gebruik als satelliet kunt u altijd handmatig stations of programmas starten. (zie B/GEWOON GEBRUIK II, 2 en III, 4) Bij gebruik als satelliet kunt u het programma dat in werking is niet wijzigen. U kunt wel altijd het opgeslagen programma op het scherm brengen. Druk gewoon op de juiste functie toetsen. Bij gebruik als satelliet is het altijd mogelijk om de DILOG+ terplekke af te sluiten als dit nodig is. Gedurende enige communicatie voor wat voor reden dan ook tussen de DILOG+ en Tele Manager word het programma in de DILOG+ automatisch vervangen door het in Tele Manager gekozen programma. 89

15 Extra schermen bij werking als satelliet: 1 - Standby scherm. 2 mogelijkheden : a) utomatische beregening (ON) b) Geen automatische beregening mogelijk (OFF) 2 - ON-OFF Scherm. Druk op de blauwe ON/OFF toets. Er zijn 3 mogelijkheden : a) Er is geen kruis. utomatische beregening vindt plaats. U kunt dit voorkomen door -/OFF in te drukken b) Er is een knipperend kruis. U kunt op +/ON drukken om geprogrammeerde automatische beregeneing toe te staan of op -/OFF om deze te voorkomen c) Er is een niet-knipperend kruis. U kunt terplekke geen wijzigingen aanbrengen. Geen automatische beregening zal plaa shebben maar u kunt wel handmatig een station of cyclus starten. lleen Tele Manager kan de status wijzigen. 3-Rain Delay Deze functie kan alleen worden geprogrammeerd van een PC met Tele Manager. U kunt de Rain Delay niet terplekke wijzigen. Handmatig starten van een station en programma is nog wel mogelijk. 4- Communicatie scherm Dit scherm geeft aan dat uw satelliet communiceert met de Tele Manager software. 90