ECLI:NL:RBDHA:2014:13049

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "ECLI:NL:RBDHA:2014:13049"

Transcriptie

1 ECLI:NL:RBDHA:2014:13049 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer AWB 14/20625 & 14/20623 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht Voorlopige voorziening+bodemzaak : AA/ Ivoorkust/ opvolgende asielaanvraag/ ongeloofwaardigheid homoseksuele gerichtheid niet deugdelijk gemotiveerd, beroep gegrond Verzoeker voert eerst bij zijn vierde procedure aan dat hij niet terug kan naar zijn land van herkomst omdat hij vreest te worden vervolgd vanwege zijn homoseksuele gerichtheid. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter kan verweerder worden gevolgd in zijn standpunt dat er aanleiding is om op voorhand te twijfelen aan de geloofwaardigheid van de verklaring van verzoeker dat hij homoseksueel is en om die reden heeft te vrezen voor vervolging in zijn land van herkomst, omdat hij hier reeds lange tijd verblijft en pas bij zijn huidige aanvraag - onder de dreiging van zijn uitzetting - hiermee komt. Dit neemt echter niet weg dat op verweerder de plicht rust de verklaringen van verzoeker over zijn homoseksuele gerichtheid zorgvuldig te beoordelen en het standpunt dat die verklaringen niet worden geloofd, deugdelijk te motiveren. Bij die beoordeling mag verweerder zich niet louter laten leiden door informatie over homoseksualiteit en het proces van coming-out in het algemeen, maar de motivering en de argumentatie moeten zijn toegespitst op hetgeen de vreemdeling concreet heeft verklaard. Zoals in de conclusie van de Advocaat-Generaal bij het Hof van Justitie van de Europese Unie van 17 juli 2014 in de zaken met nrs. C-148/13, C-149/13 en c- 150/13 is opgemerkt, is de seksuele gerichtheid een complexe kwestie. Verweerder kan zich dan ook niet zonder nadere motivering, die bovendien niet is toegespitst op verklaringen van de vreemdeling maar op stereotiepe begrippen, op het standpunt stellen dat verzoekers gestelde homoseksualiteit wegens ongerijmde, bevreemdingwekkende, vage en inconsistente verklaringen ongeloofwaardig is. Dat verzoeker niet eerder over zijn homoseksuele geaardheid kon praten en naar heterocafés ging waar ook homo s kwamen, moet worden beoordeeld in het licht van zijn verklaring dat hij nog niet uit de kast is en bang was om te worden ontmaskerd en verstoten door zijn broer. De voorzieningenrechter overweegt daarbij dat op dit moment nog niet duidelijk is op welke wijze de seksuele gerichtheid in het algemeen dient te worden beoordeeld. De beantwoording van de door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State gestelde prejudiciële vragen aan het Hof van Justitie dient dan ook door verweerder te worden afgewacht, voordat in de onderhavige zaak op een zorgvuldige wijze een beslissing kan worden genomen.

2 Wetsverwijzingen Algemene wet bestuursrecht, geldigheid: Vindplaatsen Rechtspraak.nl Uitspraak RECHTBANK DEN HAAG Zittingsplaats Haarlem Bestuursrecht zaaknummers: AWB 14/20625 (voorlopige voorziening) AWB 14/20623 (beroep) uitspraak van de voorzieningenrechter van 30 september 2014 in de zaak tussen [verzoeker], geboren op [geboortedatum], van Ivoriaanse nationaliteit, verzoeker, (gemachtigde: mr. P.J.P. Dietz de Loos, advocaat te Wassenaar), en de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, verweerder, (gemachtigde: mr. P. van den Berg, werkzaam bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst). Procesverloop Bij besluit van 9 september 2014 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van verzoeker tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd afgewezen. Tevens is een inreisverbod van twee jaar uitgevaardigd. Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen. Hij verzoekt verweerder te verbieden hem uit te zetten tot vier weken nadat de rechtbank op het beroep heeft beslist. Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 23 september Verzoeker is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

3 Overwegingen 1. Indien tegen een besluit beroep bij de rechtbank is ingesteld, kan de voorzieningenrechter van de rechtbank die bevoegd is in de hoofdzaak, ingevolge artikel 8:81, eerste lid, Algemene wet bestuursrecht (Awb) op verzoek een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist. 2. Ingevolge artikel 8:86, eerste lid, Awb heeft de voorzieningenrechter na behandeling ter zitting van het verzoek om een voorlopige voorziening de bevoegdheid om onmiddellijk uitspraak te doen in de hoofdzaak, indien hij van oordeel is dat nader onderzoek redelijkerwijs niet kan bijdragen aan de beoordeling van de zaak. Er bestaat in dit geval aanleiding om van deze bevoegdheid gebruik te maken. 3. De voorzieningenrechter stelt vast dat verzoeker eerder op 8 januari 2003 een aanvraag om verlening van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd heeft ingediend. Bij besluit van 11 juli 2004 is de aanvraag afgewezen en overwogen dat verzoeker toerekenbaar geen documenten heeft overgelegd inzake zijn reisroute en dat van zijn relaas geen positieve overtuigingskracht uitgaat. Het tegen dit besluit ingediende beroep is bij uitspraak van 19 december 2003 van deze rechtbank, zittingsplaats Leeuwarden, ongegrond verklaard (AWB 03/46461 en AWB 03/46463). Hiertegen is geen rechtsmiddel aangewend. 3.1 Op 6 april 2006 heeft verzoeker een opvolgende aanvraag om verlening van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd ingediend. Aan deze aanvraag heeft verzoeker ten grondslag gelegd het speciale beleid voor de Ivoorkust en zijn medische problemen. Bij besluit van 12 april 2006 heeft verweerder de aanvraag van verzoeker ingewilligd op grond van artikel 29, eerste lid, onder d, Vreemdelingenwet 2000 (Vw) en een verblijfsvergunning asiel verleend met ingang van 6 april 2006, geldig tot 6 april Op 9 maart 2011 heeft verzoeker een aanvraag gedaan om verlening van een verblijfsvergunning asiel voor onbepaalde tijd. Deze aanvraag is bij besluit van 27 juli 2012 afgewezen. Het tegen dit besluit ingediende beroep is bij uitspraak van 5 maart 2013 van deze rechtbank, zittingsplaats Assen, ongegrond verklaard (AWB 12/26996). Het door verzoeker ingediende hoger beroep is bij uitspraak van 12 juni 2013 door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling) ongegrond verklaard ( /1/V1) Op 3 juli 2013 is verzoeker met onbekende bestemming vertrokken. Op 26 juli 2013 is een claimverzoek ontvangen van de Belgische autoriteiten op grond van artikel 18, eerste lid, onder d, van de Dublinverordening 604/2013 inzake verzoeker. Uit informatie die is verkregen van de Belgische autoriteiten met betrekking tot de claim is gebleken dat verzoeker eerder al in 2013, na afwijzing van zijn asielaanvraag op de luchthaven Zavetem in België is aangehouden omdat verzoeker met gebruikmaking van een vals paspoort op naam van [naam 1], geboren op [geboortedatum] te[plaats 1] en van Nederlandse nationaliteit, naar Canada wilde reizen. Op 21 augustus 2014 is verzoeker overgedragen aan de Nederlandse autoriteiten. 3.4 Op 28 augustus 2014 heeft verzoeker de huidige asielaanvraag ingediend. 4. De voorzieningenrechter stelt vast dat het besluit van 11 juli 2004 materieel vergelijkbaar is met het bestreden besluit van 28 augustus Daarom is het navolgende toetsingskader van toepassing. Uit het ne bis in idem beginsel vloeit voort dat, indien na een eerder afwijzend besluit een materieel vergelijkbaar besluit wordt genomen, op voorhand moet worden aangenomen dat laatstgenoemd besluit door de bestuursrechter niet mag worden getoetst als ware het een eerste afwijzing. Slechts indien door de vreemdeling in de bestuurlijke fase nieuw gebleken feiten of

4 veranderde omstandigheden (nova) zijn aangevoerd, kunnen dat besluit, de motivering ervan en de wijze waarop het tot stand is gekomen door de bestuursrechter worden getoetst. Dat geldt ook indien uit hetgeen de vreemdeling heeft aangevoerd kan worden afgeleid dat zich een voor hem relevante wijziging van het recht voordoet. Dit is slechts anders, indien zich bijzondere, op de individuele zaak betrekking hebbende feiten en omstandigheden als bedoeld in overweging 45 van het arrest van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) van 19 februari 1998 (Bahaddar tegen Nederland; ECLI:NL:XX:1998:AG8817) voordoen. De voorzieningenrechter beoordeelt ambtshalve of aan de aanvraag nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden ten grondslag zijn gelegd. Daaronder moeten worden begrepen feiten en omstandigheden die zijn voorgevallen na het nemen van het eerdere besluit of die niet voor het nemen van dat besluit konden worden aangevoerd en bewijsstukken van reeds eerder aangevoerde feiten of omstandigheden die niet voor het nemen van het eerdere besluit konden worden overgelegd. Dergelijke nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden rechtvaardigen echter geen nieuwe rechterlijke beoordeling, indien op voorhand is uitgesloten dat hetgeen alsnog is aangevoerd of overgelegd kan afdoen aan het eerdere besluit. 4.3 Nu sprake is van een herhaalde aanvraag ziet de voorzieningenrechter zich voor de vraag gesteld of verzoekers gestelde homoseksuele gerichtheid als nieuw feit moet worden aangemerkt. Hierbij is van belang dat verzoeker heeft verklaard dat hij zijn homoseksuele gerichtheid niet eerder naar voren heeft gebracht omdat hij niet wilde dat zijn broer bij wie hij inwoont hier achter komt. 4.4 Naar het oordeel van de voorzieningenrechter heeft verweerder terecht geoordeeld dat de homoseksuele gerichtheid van verzoeker als nieuw feit in de onderhavige procedure is ingebracht. Dit nieuw feit dient, gelet op het feit dat verzoeker nog steeds geen documenten heeft overgelegd, te worden getoetst in het kader van artikel 31, tweede lid, aanhef en onder f, Vreemdelingenwet 2000 (Vw) op de positieve overtuigingskracht te worden getoetst. 5. Verzoeker heeft aan zijn aanvraag ten grondslag gelegd dat hij vanwege zijn homoseksuele gerichtheid bij terugkeer naar zijn land van herkomst heeft te vrezen voor vervolging. 6. Verweerder heeft zich op het standpunt gesteld dat van het relaas van verzoeker geen positieve overtuigingskracht uitgaat. Ten eerste heeft verzoeker verklaard dat hij homoseksueel is en daarvan sinds 2000/2001 bewust is, hij in zijn land van herkomst een homoseksuele relatie heeft gehad met[naam 2] en in Nederland een homoseksuele relatie heeft gehad met [naam 3]. Gelet hierop had verzoeker eerder kunnen en moeten zeggen dat hij homoseksueel is. Ten tweede heeft verzoeker inconsistent en ongerijmd verklaard over zijn gestelde geaardheid. 7. Verzoeker voert als eerste aan dat de vragen die hem over zijn gestelde homoseksuele gerichtheid zijn gesteld tijdens het nader gehoor op 4 september 2014 zich niet verdragen met de artikelen 1, 2, 3, 4, 6, 7, 8 en 47 van het Handvest en de artikelen 2, 3, 5, 6, 8, 9, 13, en 14 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM). 7.1 De voorzieningenrechter stelt voorop, zoals ook de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft overwogen in zijn uitspraak van 20 maart 2013 (ECLI:NL:RVS:2013:BZ4985) dat het stellen van vragen ter verificatie of het verifiëren van een seksuele gerichtheid als zodanig niet in strijd is met het Handvest. Indien een vreemdeling zelf heeft verklaard dat hij in zijn land van herkomst concrete uiting aan zijn seksuele geaardheid heeft gegeven, bijvoorbeeld in een relatie, van hem in redelijkheid mag worden verwacht dat hij daarover kan verklaren. In dat opzicht bestaat geen verschil met andere vervolgingsgronden en het daarnaar verrichte onderzoek. Daarom mag van een vreemdeling worden verwacht dat hij weet te verklaren over eenvoudige zaken als de duur van een relatie, en afhankelijk van de duur ervan, persoonlijke gegevens van de gestelde partner, de plaatsen waar een vreemdeling en de gestelde partner elkaar hebben ontmoet.

5 7.2 Volgens de verklaringen van verzoeker heeft hij in zijn land van herkomst concreet uiting gegeven aan zijn homoseksuele geaardheid, door het hebben van een relatie met [naam 2]. De vragen die verweerder hierover heeft gesteld ter verificatie van zijn geaardheid zijn niet suggestief en gaan niet over concrete handelingen. Van verzoeker mag dan ook verwacht worden dat hij hierover kan verklaren. Dit geldt evenzeer voor de vragen die verweerder gesteld heeft over zijn relatie met [naam 3]. Gelet hierop is er geen grond voor het oordeel dat verweerder bij de beoordeling van de asielaanvraag van verzoeker vragen heeft gesteld die de door het Handvest gewaarborgde rechten van de persoon niet eerbiedigden of in strijd waren met de genoemde bepalingen van het EVRM. De beroepsgrond treft geen doel. 8. Verzoeker voert voorts aan dat verweerder ten onrechte heeft tegengeworpen dat hij eerder had moeten aangeven dat hij homoseksueel is. Verweerder gaat eraan voorbij dat het uit de kast komen een uiterst pijnlijk proces is dat gepaard gaat met een groot gevoel van schaamte, angst of acceptatie. Daarbij had verzoeker de vrees dat hij door zijn broer en enig familielid zou worden verstoten. 8.1 Volgens verweerders beleid neergelegd in C1/3 Vreemdelingencirculaire 2000 (Vc) geldt als uitgangspunt bij de beoordeling van opvolgende aanvragen tot verlening van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, dat als de vreemdeling als nieuw feit aangeeft dat hij homoseksueel is en deze informatie door verweerder geloofwaardig wordt geacht, de vreemdeling niet wordt tegengeworpen dat hij niet tijdens de voorgaande procedure gewag heeft gemaakt van zin homoseksuele geaardheid. Hieruit volgt dat verweerder de vreemdeling kan tegenwerpen dat hij eerder had moeten en kunnen verklaren, maar dan dient verweerder wel deugdelijk te motiveren waarom de homoseksualiteit ongeloofwaardig is. 8.2 Verweerder stelt zich op het standpunt dat verzoeker zijn gestelde homoseksuele gerichtheid niet geloofwaardig heeft weten te maken, omdat verzoeker dit eerst na een verblijf van 12 jaar in Nederland en zijn vierde procedure ten tonele voert en voorts naar aanleiding van de omstandigheid dat verzoeker na door België te zijn overgedragen op grond van een Dublinclaim en in het bezit van een laissez passer voor de Ivoorkust - te horen kreeg dat hij naar Ivoorkust zou worden teruggestuurd. Daarnaast heeft verzoeker ongerijmd en inconsistent verklaard waarom hij niet eerder over zijn geaardheid heeft verklaard. 8.3 Naar het oordeel van de voorzieningenrechter kan verweerder worden gevolgd in zijn standpunt dat er aanleiding is om op voorhand te twijfelen aan de geloofwaardigheid van de verklaring van verzoeker dat hij homoseksueel is en om die reden heeft te vrezen voor vervolging in zijn land van herkomst, omdat hij hier reeds lange tijd verblijft en pas bij zijn huidige aanvraag - onder de dreiging van zijn uitzetting - hiermee komt. Dit neemt echter niet weg dat op verweerder de plicht rust de verklaringen van verzoeker over zijn homoseksuele gerichtheid zorgvuldig te beoordelen en het standpunt dat die verklaringen niet worden geloofd, deugdelijk te motiveren. Bij die beoordeling mag verweerder zich niet louter laten leiden door informatie over homoseksualiteit en het proces van coming-out in het algemeen, maar de motivering en de argumentatie moeten zijn toegespitst op hetgeen de vreemdeling concreet heeft verklaard. Zoals in de conclusie van de Advocaat-Generaal bij het Hof van Justitie van de Europese Unie van 17 juli 2014 in de zaken met nrs. C-148/13, C-149/13 en c-150/13 is opgemerkt, is de seksuele gerichtheid een complexe kwestie. 68. (...) Bijgevolg mogen de nationale autoriteiten bij hun geloofwaardigheidsbeoordeling de aanvragen van verzoekers niet op basis van stereotiepe begrippen behandelen. Bij het vaststellen van een besluit mag niet worden uitgegaan van de veronderstelling dat er juiste en onjuiste antwoorden zijn op de vragen van de vraagsteller bijvoorbeeld dat een verzoeker niet geloofwaardig is indien blijkt dat hij geen angst ondervond toen hij zich ervan bewust werd dat hij homoseksueel en niet heteroseksueel was, of indien hij niets kan verklaren over politieke vraagstukken of bepaalde activiteiten die homoseksuelen betreffen. Dergelijke praktijken zijn

6 strijdig met artikel 4, lid 3, sub c, van de erkenningsrichtlijn, dat van de bevoegde autoriteiten verlangt dat zij rekening houden met de individuele en persoonlijke omstandigheden van de betrokken verzoeker. 8.4 De voorzieningenrechter is van oordeel dat verweerder, zonder nadere motivering, niet kan worden gevolgd in het standpunt dat de verklaring van verzoeker dat hij niet eerder over zijn gestelde homoseksuele gerichtheid heeft verklaard omdat hij bang is te worden verstoten door zijn broer, ongerijmd en inconsistent is met zijn verklaring dat zijn broer zijn gestelde geaardheid uiteindelijk wel zal accepteren. Immers, het feit dat verzoeker bang stelt te zijn voor de reactie van zijn broer, is van een geheel andere orde dan de verwachting dan wel hoop van verzoeker dat zijn broer de gestelde homoseksuele gerichtheid uiteindelijk zal accepteren indien verzoeker - zoals hij heeft verklaard - het goed aanpakt en er tijd overheen gaat. Het standpunt in het voornemen dat het in de rede zou hebben gelegen dat verzoeker zijn broer reeds kort na zijn inreis in Nederland zou hebben geïnformeerd omdat hij zich als een volwassen man in een veilig land bevond en hij niet afhankelijk was van zijn broer voor zijn dagelijkse levensonderhoud, gaat voorbij aan de evengenoemde verklaring van verzoeker die zou kunnen inhouden dat hij een emotionele blokkade ten opzichte van zijn broer ondervindt die hem ervan weerhoudt om open kaart te spelen. Indien voor verweerder niet helemaal duidelijk was wat verzoeker precies bedoelde met zijn verklaringen, had het op zijn weg gelegen om hierover door te vragen. 9. Verzoeker voert aan dat de conclusie van verweerder dat niet valt in te zien dat hij naar een café zou gaan waar ook hetero s komen, om daar contacten te leggen met homo s, gebaseerd is op een subjectieve mening, welke niet op objectieve wijze is onderbouwd. 9.1 Verweerder acht de verklaring van verzoeker dat hij, uit vrees voor ontmaskering, naar cafés ging waar ook hetero s komen om contact te leggen met homo s inconsistent en ongerijmd omdat de kans op ontdekking daar wellicht nog groter is dan wanneer hij (onopvallend) naar een homogelegenheid zou gaan waar de kans dat hij hetero landgenoten tegen zou komen immers kleiner is dan in een heterobar. Volgens verweerder doet deze verklaring daarom nog verder afbreuk aan de geloofwaardigheid van verzoekers relaas. 9.2 De voorzieningenrechter overweegt dat zij met verzoeker van oordeel is dat verweerder dit standpunt niet zonder nadere motivering kan handhaven. Verzoeker heeft immers specifiek aangegeven dat hij naar de kroegen [kroeg 1] en [kroeg 2] gaat omdat hij niet wil opvallen. Bovendien heeft hij in het nader gehoor (blz. 15) verklaard dat hij niet specifiek naar homobars gaat, maar dat er wel homo s komen. Hij wil niet naar specifieke homo uitgaansgelegenheden gaan, omdat hij niet wil dat mensen weten dat hij een homo is. Het is de kennelijk de keuze van verzoeker om op deze wijze uiting te geven aan zijn gestelde homoseksualiteit. Met zijn hiervoor weergegeven standpunt gaat verweerder voorbij aan het motief dat verzoeker voor zijn handelwijze heeft gegeven. Op welke ervaringsgegevens het standpunt van verweerder is gebaseerd dat de kans op ontdekking in een heterobar nog groter is dan in een homobar, is niet duidelijk. Evenmin is duidelijk waarom dit juist voor verzoeker zou opgaan. In dit kader acht de voorzieningen-rechter mede van belang dat verzoeker heeft verklaard dat hij nog niet uit de kast is. Zo heeft verzoeker in zijn nader gehoor (blz. 17) verklaard dat niemand in zijn land weet dat hij homoseksueel is, alleen [naam 2] wist het en die is dood. Voorts heeft hij verklaard dat hij in Ivoorkust nooit problemen heeft ondervonden vanwege zijn gestelde homoseksualiteit omdat hij het volledig geheim hield en dat als hij uit de kast komt, hij wordt gedood door de mensen. De verklaring van verzoeker over de uitgaansgelegenheden die hij in Nederland heeft bezocht moeten in dit licht worden bezien en vervolgens op geloofwaardigheid worden beoordeeld. In dit verband kan verweerder, zonder nadere motivering, ook niet worden gevolgd in het standpunt dat verzoekers gestelde homoseksuele gerichtheid niet geloofwaardig is omdat verzoeker niets over zijn proces van coming out kan verklaren. Ook verweerders standpunt dat ongerijmd is dat verzoeker zijn geaardheid bekend heeft gemaakt aan [naam 2], zonder eerst informatie in te winnen over de gevolgen die het bekend worden van zijn geaardheid zouden brengen, gaat eraan voorbij dat verzoeker blijkens zijn verklaringen nog niet uit de kast is en [naam 2], die hij al lang

7 kende uit de woonwijk [wijk], de enige persoon was waarvan verzoeker vermoedde dat hij homoseksueel was omdat hij geen vriendin had en met buitenlandse mannen omging en daar geld voor kreeg. Niet valt in te zien, zonder nadere motivering, waarom het ongerijmd is dat verzoeker geen informatie heeft ingewonnen over de gevolgen van het bekend worden van zijn gestelde eigen homoseksualiteit bij [naam 2]. 10. Reeds gelet op het voorgaande heeft verweerder zich niet zonder nadere motivering op het standpunt kunnen stellen dat verzoekers gestelde homoseksualiteit wegens ongerijmde, bevreemdingwekkende, vage en inconsistente verklaringen ongeloofwaardig is. Gelet op hetgeen onder 8.1 en 8.3 is overwogen, heeft verweerder in verband met het voorgaande ook niet kunnen tegenwerpen dat verzoeker tijdens de eerdere asielprocedures over zijn homoseksuele gerichtheid had moeten verklaren. Het besluit is op dit punt dan ook niet deugdelijk gemotiveerd en dient te worden vernietigd. 11. Verzoeker doet voorts nog een beroep op artikel 3 EVRM en voert aan dat hij vanwege zijn medische situatie niet naar zijn land van herkomst terug kan gaan. Verzoeker heeft om een bezoek van de arts gevraagd maar dit is hem onthouden met het argument dat er in het verleden reeds naar hem is gekeken en verzoeker geen medicijnen gebruikt Deze beroepsgrond berust niet op een feitelijke grondslag. Verzoeker is in Nederland in het verleden reeds gezien door een arts en een fysiotherapeut. Voorts is verzoeker onlangs nog gezien door de medische dienst van respectievelijk het detentiecentrum te[plaats 2] en de medische dienst van het Justitieel Complex [plaats 3]. Bij deze laatste twee gelegenheden is geen aanleiding gezien om verzoeker, die naar eigen zeggen sinds 2013 geen medicatie meer krijgt, alsnog medicatie en/of medische behandeling voor te schrijven. De omstandigheid dat verzoeker stelt te lijden aan een aangeboren medische aandoening aan de rechterzijde van zijn lichaam, is geen omstandigheid op grond waardoor bij uitzetting van verzoeker sprake zou zijn van een schending van artikel 3 EVRM. Verzoeker heeft immers niet onderbouwd dat bij hem sprake is van een, zoals de Afdeling in navolging van het Europese Hof van de Rechten van de Mens stelt, vergevorderd en direct levensbedreigend stadium van een ongeneeslijke ziekte (psychiatrische aandoeningen daaronder begrepen), er geen medische voorzieningen en sociale opvang in het land van herkomst aanwezig zijn en de vreemdeling in grote mate afhankelijk is van voorzieningen en opvang die hij in het uitzettende land al geruime tijd ontvangt. Gelet hierop valt dan ook niet in te zien dat verzoeker bij zijn terugkeer in Ivoorkust op korte termijn in een medische noodsituatie zal geraken en daardoor zal komen te overlijden. Deze beroepsgrond slaagt niet. 12. Gelet op hetgeen onder 10. is overwogen, luidt de conclusie dat het beroep gegrond is omdat het bestreden besluit strijdig is met artikel 3:46 Awb. Hetgeen verzoeker heeft aangevoerd ten aanzien van de vertrektermijn en het uitgevaardigde inreisverbod behoeft geen verdere bespreking meer. Verweerder zal in een nieuw te nemen besluit de geloofwaardigheid van de gestelde homoseksuele gerichtheid opnieuw moeten beoordelen. De voorzieningenrechter overweegt daarbij dat op dit moment nog niet duidelijk is op welke wijze de seksuele gerichtheid in het algemeen dient te worden beoordeeld. De beantwoording van de door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State gestelde prejudiciële vragen aan het Hof van Justitie dient dan ook door verweerder te worden afgewacht, voordat in de onderhavige zaak op een zorgvuldige wijze een beslissing kan worden genomen. Nu in de hoofdzaak is beslist, wijst de voorzieningenrechter het verzoek om een voorlopige voorziening af. 14. De voorzieningenrechter zal met toepassing van artikel 8:75, eerste, Awb verweerder veroordelen in de kosten die verzoeker heeft gemaakt. De kosten zijn op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht 974,- in verband met het verzoek om een voorlopige voorziening (1

8 punt voor het verzoekschrift en 1 punt voor het verschijnen ter zitting, wegingsfactor 1) en 487,- in verband met het beroep (1 punt voor het beroepschrift, wegingsfactor 1). Beslissing De voorzieningenrechter: - verklaart het beroep gegrond; - vernietigt het bestreden besluit voor zover het betreft de beoordeling van de gestelde homoseksualiteit van verzoeker en het in verband daarmee gedane herhaalde verzoek om internationale bescherming, het terugkeerbesluit en het inreisverbod; - wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af; - veroordeelt verweerder in de proceskosten en draagt verweerder op 974,- te betalen aan verzoekster in verband met het verzoek om een voorlopige voorziening en 472,- in verband met het beroep. Deze uitspraak is gedaan door mr. N.O.P. Roché, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. S.S.O.L. Chung A Hing, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 30 september griffier voorzieningenrechter Afschrift verzonden aan partijen op: Coll: Rechtsmiddel Tegen deze uitspraak, voor zover het de hoofdzaak betreft, kan binnen een week na de dag van verzending daarvan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad

9 van State.

ECLI:NL:RBSGR:2007:BB2855

ECLI:NL:RBSGR:2007:BB2855 ECLI:NL:RBSGR:2007:BB2855 Instantie Datum uitspraak 02-03-2007 Datum publicatie 05-09-2007 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 06/30391, 06/30389 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:2650

ECLI:NL:RBDHA:2017:2650 ECLI:NL:RBDHA:2017:2650 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 09-03-2017 Datum publicatie 20-03-2017 Zaaknummer 17/1303 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2011:BT6286

ECLI:NL:RBSGR:2011:BT6286 ECLI:NL:RBSGR:2011:BT6286 Instantie Datum uitspraak 27-09-2011 Datum publicatie 30-09-2011 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer 11/18267 & 11/18269 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

uitspraak van de enkelvoudige kamer voor vreemdelingenzaken en de voorzieningenrechter van 31 januari 2013 in de zaak tussen

uitspraak van de enkelvoudige kamer voor vreemdelingenzaken en de voorzieningenrechter van 31 januari 2013 in de zaak tussen Uitspraak RECHTBANK 's-gravenhage Nevenzittingsplaats Haarlem Bestuursrecht zaaknummers: AWB 12 / 26425(beroep) AWB 12 / 26426 (voorlopige voorziening) uitspraak van de enkelvoudige kamer voor vreemdelingenzaken

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:3918

ECLI:NL:RBDHA:2017:3918 ECLI:NL:RBDHA:2017:3918 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 21-03-2017 Datum publicatie 18-04-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie AWB 16/27939 NL16.3618 Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2014:10175

ECLI:NL:RBDHA:2014:10175 ECLI:NL:RBDHA:2014:10175 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 08-05-2014 Datum publicatie 18-08-2014 Zaaknummer AWB 14/1709 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2015:16050

ECLI:NL:RBDHA:2015:16050 ECLI:NL:RBDHA:2015:16050 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 17-02-2015 Datum publicatie 19-05-2016 Zaaknummer AWB 15/15988 en AWB 15/15989 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Zoekresultaat inzien document. ECLI:NL:RBDHA:2016:8644 Permanente link: Uitspraak

Zoekresultaat inzien document. ECLI:NL:RBDHA:2016:8644 Permanente link: Uitspraak Zoekresultaat inzien document ECLI:NL:RBDHA:2016:8644 Permanente link: http://deeplink.rechtspraak.nl/ Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 26 07 2016 Datum publicatie 26 07 2016 Zaaknummer AWB

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2014:10220

ECLI:NL:RBDHA:2014:10220 ECLI:NL:RBDHA:2014:10220 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 25-07-2014 Datum publicatie 19-08-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie AWB-14_13242 Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:3176

ECLI:NL:RBDHA:2017:3176 ECLI:NL:RBDHA:2017:3176 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 28-03-2017 Datum publicatie 30-03-2017 Zaaknummer 17/4348 en 17/4319 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad van State 201200615/1/V4. Datum uitspraak: 13 november 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580

ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580 ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580 Instantie Datum uitspraak 05-09-2006 Datum publicatie 06-10-2006 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 05/37675 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2016:11497

ECLI:NL:RBDHA:2016:11497 ECLI:NL:RBDHA:2016:11497 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 23-09-2016 Datum publicatie 11-10-2016 Zaaknummer AWB 16/20522 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:7903

ECLI:NL:RBDHA:2017:7903 ECLI:NL:RBDHA:2017:7903 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 10-07-2017 Datum publicatie 24-07-2017 Zaaknummer AWB - 16 _ 25671 Rechtsgebieden Bestuursrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg -

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 201111794/1 A/2. Datum uitspraak: 12 oktober 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2013:10770

ECLI:NL:RBDHA:2013:10770 ECLI:NL:RBDHA:2013:10770 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 06-06-2013 Datum publicatie 22-08-2013 Zaaknummer AWB 13/13500, 13/13511, 13/13517, 13/13547 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2014:3478

ECLI:NL:CRVB:2014:3478 ECLI:NL:CRVB:2014:3478 Uitspraak 14/5824 WWB-VV 27 oktober 2014 Centrale Raad van Beroep Voorzieningenrechter Uitspraak op het verzoek om voorlopige voorziening Partijen: [Verzoekster]te [woonplaats] (verzoekster)

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:6247

ECLI:NL:RBDHA:2017:6247 ECLI:NL:RBDHA:2017:6247 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 06-06-2017 Datum publicatie 12-06-2017 Zaaknummer AWB 16/29205 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

Verweerder heeft de op de zaak betrekking hebbende stukken overgelegd en een verweerschrift ingediend.

Verweerder heeft de op de zaak betrekking hebbende stukken overgelegd en een verweerschrift ingediend. uitspraak RECHTBANK DEN HAAG Zittingsplaats Arnhem Bestuursrecht uitspraak van de enkelvoudige kamer van "~ L OKI. 2017 in de zaak tussen geboren op 1991, van Nigeriaanse nationaliteit, eiser, (gemachtigde:

Nadere informatie

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 26 juli 2016 in de zaak tussen

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 26 juli 2016 in de zaak tussen 26/07 2016 14:35 FAX 0475352564 RB LIMBURG afd.vk $0002/0006 uitspraak RECHTBANK DEN HAAG Zittingsplaats Roennond Bestuursrecht zaaknummer: AWB 167 14766 uitspraak van de enkelvoudige kamer van 26 juli

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2016:16922

ECLI:NL:RBDHA:2016:16922 ECLI:NL:RBDHA:2016:16922 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 05-08-2016 Datum publicatie 17-03-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie AWB 16/15687 en AWB 16/5690(vovo)

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2013:BZ7402

ECLI:NL:RBMNE:2013:BZ7402 ECLI:NL:RBMNE:2013:BZ7402 Instantie Datum uitspraak 07-03-2013 Datum publicatie 18-04-2013 Rechtbank Midden-Nederland Zaaknummer AWB 12/26575 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2015:7835

ECLI:NL:RBDHA:2015:7835 ECLI:NL:RBDHA:2015:7835 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 26-06-2015 Datum publicatie 08-07-2015 Zaaknummer AWB 14-24862 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2007:BB5127

ECLI:NL:RBSGR:2007:BB5127 ECLI:NL:RBSGR:2007:BB5127 Instantie Datum uitspraak 06-07-2007 Datum publicatie 11-10-2007 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 07/5899 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOBR:2017:1221

ECLI:NL:RBOBR:2017:1221 ECLI:NL:RBOBR:2017:1221 Instantie Datum uitspraak 09-03-2017 Datum publicatie 20-03-2017 Zaaknummer 16_2690 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Oost-Brabant Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2014:10326

ECLI:NL:RBDHA:2014:10326 ECLI:NL:RBDHA:2014:10326 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 01-07-2014 Datum publicatie 20-08-2014 Zaaknummer 14/6302 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2011:BQ1014

ECLI:NL:RBSGR:2011:BQ1014 ECLI:NL:RBSGR:2011:BQ1014 Instantie Datum uitspraak 08-04-2011 Datum publicatie 13-04-2011 Zaaknummer 11/8490 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank 's-gravenhage Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2016:2145

ECLI:NL:RBDHA:2016:2145 ECLI:NL:RBDHA:2016:2145 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 02-03-2016 Datum publicatie 07-03-2016 Zaaknummer VK-16/1627 t/m 16/1630 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:2140

ECLI:NL:RBDHA:2017:2140 ECLI:NL:RBDHA:2017:2140 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 07-03-2017 Datum publicatie 07-03-2017 Zaaknummer AWB 17/2914 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2007:AZ9709

ECLI:NL:RVS:2007:AZ9709 ECLI:NL:RVS:2007:AZ9709 Instantie Raad van State Datum uitspraak 15-02-2007 Datum publicatie 07-03-2007 Zaaknummer 200607659/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht Hoger

Nadere informatie

uitspraak RECHTBANK DEN HAAG Zittingsplaats Arnhem Bestuursrecht zaaknummers: NL en NL

uitspraak RECHTBANK DEN HAAG Zittingsplaats Arnhem Bestuursrecht zaaknummers: NL en NL uitspraak RECHTBANK DEN HAAG Zittingsplaats Arnhem Bestuursrecht zaaknummers: NL17.6927 en NL17.6930 uitspraak van de cnkelvoudige kamer van 1 crp 0(117 in de zaak tussen geboren op 1990, ) ' s -' eiseres,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2016:7104

ECLI:NL:RBDHA:2016:7104 ECLI:NL:RBDHA:2016:7104 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 03-06-2016 Datum publicatie 27-06-2016 Zaaknummer ams 15/20007 EN 15/20009 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2016:4544

ECLI:NL:RBDHA:2016:4544 ECLI:NL:RBDHA:2016:4544 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 28-04-2016 Datum publicatie 02-05-2016 Zaaknummer 15/22319 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht Bodemzaak

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOBR:2016:4015

ECLI:NL:RBOBR:2016:4015 ECLI:NL:RBOBR:2016:4015 Instantie Datum uitspraak 27-07-2016 Datum publicatie 16-02-2017 Zaaknummer 16 _ 1047 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Oost-Brabant Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201 202059/1 /V4. Datum uitspraak: 17 oktober 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) op het

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2009:BM8181

ECLI:NL:RBSGR:2009:BM8181 ECLI:NL:RBSGR:2009:BM8181 Instantie Datum uitspraak 24-11-2009 Datum publicatie 17-06-2010 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer Awb 07 / 24619 en 07 / 24620 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNNE:2016:678

ECLI:NL:RBNNE:2016:678 ECLI:NL:RBNNE:2016:678 Instantie Datum uitspraak 23-02-2016 Datum publicatie 31-03-2016 Zaaknummer 15/19193 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Noord-Nederland Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2007:BB5469

ECLI:NL:RBSGR:2007:BB5469 ECLI:NL:RBSGR:2007:BB5469 Instantie Datum uitspraak 06-07-2007 Datum publicatie 17-10-2007 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 06/32293 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 201103602/1/V3. Datum uitspraak: 11 juli 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Nadere informatie

uitspraak van de enkelvoudige kamer voor vreemdelingenzaken en de voorzieningenrechter van 3 maart 2009

uitspraak van de enkelvoudige kamer voor vreemdelingenzaken en de voorzieningenrechter van 3 maart 2009 RECHTBANK s-gravenhage Sector bestuursrecht Nevenzittingsplaats Haarlem zaaknummer: AWB 09 / 5250 (voorlopige voorziening) AWB 09 / 5249 (beroep) AWB 09/5529 (vrijheidsontneming) uitspraak van de enkelvoudige

Nadere informatie

uitspraak van de meervoudige kamer voor vreemdelingenzaken van 23 december 2010

uitspraak van de meervoudige kamer voor vreemdelingenzaken van 23 december 2010 Uitspraak RECHTBANK 's-gravenhage Sector bestuursrecht Nevenzittingsplaats Haarlem zaaknummer: AWB 10 / 31129 uitspraak van de meervoudige kamer voor vreemdelingenzaken van 23 december 2010 in de zaak

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2016:1706

ECLI:NL:RBNHO:2016:1706 ECLI:NL:RBNHO:2016:1706 Instantie Datum uitspraak 26-02-2016 Datum publicatie 14-03-2016 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer AWB - 15 _ 5925 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2016:4914

ECLI:NL:RBDHA:2016:4914 ECLI:NL:RBDHA:2016:4914 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 25-03-2016 Datum publicatie 06-05-2016 Zaaknummer AWB - 15 _ 14610 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2016:14397

ECLI:NL:RBDHA:2016:14397 ECLI:NL:RBDHA:2016:14397 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 24-11-2016 Datum publicatie 02-12-2016 Zaaknummer AWB 16/25433 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 200902649/1 A/2. Datum uitspraak: 29 april 2009 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Nadere informatie

http://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx?snelzoeken=true&searchtype=ljn&ljn=bj4...

http://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx?snelzoeken=true&searchtype=ljn&ljn=bj4... Page 1 of 5 LJN: BJ4216,Voorzieningenrechter Rechtbank 's-gravenhage, zittingsplaats Haarlem, AWB 08 / 17794, 08 / 17795, 08 / 17800, 08 / 17805, 08 / 17796, 08 / 17797, 08 / 17798, 08 / 7803 Datum uitspraak:

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2015:730

ECLI:NL:RBAMS:2015:730 ECLI:NL:RBAMS:2015:730 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 11-02-2015 Datum publicatie 03-03-2015 Zaaknummer awb 14/8225 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Voorlopige

Nadere informatie

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, verweerder, gemachtigden: mrs. C.J. Telting en B.A. Veenendaal.

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, verweerder, gemachtigden: mrs. C.J. Telting en B.A. Veenendaal. Uitspraak RECHTBANK AMSTERDAM Sector bestuursrecht zaaknummer: AWB 11/2308 WWB uitspraak van de meervoudige kamer in de zaak tussen [eiseres], wonende te [woonplaats], eiseres, gemachtigde mr. W.G. Fischer,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2015:16286

ECLI:NL:RBDHA:2015:16286 ECLI:NL:RBDHA:2015:16286 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 12-11-2015 Datum publicatie 18-08-2017 Zaaknummer AWB 15/12707 en AWB 15/12708 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 20 april 2018 in de zaak tussen

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 20 april 2018 in de zaak tussen uitspraak RECHTBANK DEN HAAG Zittingsplaats 's-hertogenbosch Bestuursrecht zaaknummer: NL18.5178 uitspraak van de enkelvoudige kamer van 20 april 2018 in de zaak tussen eiser, (gemachtigde; mr. G.A.P.

Nadere informatie

Uitspraak /1/A2 en /1/A2

Uitspraak /1/A2 en /1/A2 Uitspraak 201707806/1/A2 en 201802043/1/A2 Datum van uitspraak: woensdag 7 november 2018 Tegen: de Belastingdienst/Toeslagen Proceduresoort: Hoger beroep Rechtsgebied: Geld ECLI: ECLI:NL:RVS:2018:3603

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:2318

ECLI:NL:RBDHA:2017:2318 ECLI:NL:RBDHA:2017:2318 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 13032017 Datum publicatie 13032017 Zaaknummer 17/3849 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2008:BH4732

ECLI:NL:RBSGR:2008:BH4732 ECLI:NL:RBSGR:2008:BH4732 Instantie Datum uitspraak 21-08-2008 Datum publicatie 04-03-2009 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 08-23631 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2012:BY0698

ECLI:NL:RBSGR:2012:BY0698 ECLI:NL:RBSGR:2012:BY0698 Instantie Datum uitspraak 16-10-2012 Datum publicatie 19-10-2012 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer Awb 12 / 20431 en Awb 12 / 20426 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2014:5220

ECLI:NL:RBMNE:2014:5220 ECLI:NL:RBMNE:2014:5220 Instantie Datum uitspraak 23-10-2014 Datum publicatie 28-10-2014 Rechtbank Midden-Nederland Zaaknummer AWB - 14 _ 2227 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 201100976/1/V2. Datum uitspraak: 18 september 201 2 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201104673/1 /V4. Datum uitspraak: 27 december 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht {hierna: de Awb) op

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2015:7536

ECLI:NL:RBNHO:2015:7536 ECLI:NL:RBNHO:2015:7536 Instantie Datum uitspraak 08-09-2015 Datum publicatie 09-09-2015 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer AWB - 15 _ 835 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Omgevingsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2010:BN4493

ECLI:NL:RBUTR:2010:BN4493 ECLI:NL:RBUTR:2010:BN4493 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 20-08-2010 Datum publicatie 20-08-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie SBR 10/2513 (voorlopige voorziening)

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2013:4055

ECLI:NL:RBLIM:2013:4055 ECLI:NL:RBLIM:2013:4055 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 03-07-2013 Datum publicatie 03-07-2013 Zaaknummer AWB 13/15175, 15176, 15178, 15179 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:4882

ECLI:NL:RBDHA:2017:4882 ECLI:NL:RBDHA:2017:4882 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 26-04-2017 Datum publicatie 10-05-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie NL17.1653 Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstatc 201107210/1/V1. Datum uitspraak: 21 juni 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2013:14334

ECLI:NL:RBDHA:2013:14334 ECLI:NL:RBDHA:2013:14334 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 23-07-2013 Datum publicatie 27-11-2013 Zaaknummer AWB-13_17774 Rechtsgebieden Vreemdelingenrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

uitspraak van de voorzieningenrechter van 13 September 2016 op het verzoek om voorlopige voorziening in de zaak tussen

uitspraak van de voorzieningenrechter van 13 September 2016 op het verzoek om voorlopige voorziening in de zaak tussen 010 Rechtbank Rotterdam 15:23:33 13-09-2016 2/7 uitspraak RECHTBANK DEN HAAG Zittingsplaats Rotterdam Team Bestuursrecht 3, V-nummer: uitspraak van de voorzieningenrechter van 13 September 2016 op het

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2015:13446

ECLI:NL:RBDHA:2015:13446 ECLI:NL:RBDHA:2015:13446 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 08-10-2015 Datum publicatie 26-11-2015 Zaaknummer AWB 14/22398 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:3387

ECLI:NL:RVS:2016:3387 ECLI:NL:RVS:2016:3387 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-12-2016 Datum publicatie 21-12-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201507118/1/A1 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

VOORZIENINGENRECHTER VAN DE RECHTBANK DEN HAAG

VOORZIENINGENRECHTER VAN DE RECHTBANK DEN HAAG uitspraak VOORZIENINGENRECHTER VAN DE RECHTBANK DEN HAAG Bestuursrecht zaaknummer: AWB 13/19825 en 13/19823 (gemachtigde: mr. drs. T. Neijzen), en de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, verweerder

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2001:AD6182

ECLI:NL:RBSGR:2001:AD6182 ECLI:NL:RBSGR:2001:AD6182 Instantie Datum uitspraak 20-07-2001 Datum publicatie 27-11-2001 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 01/28424 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201201003/1/V4. Datum uitspraak: 3 oktober 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak rnet toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

Raad van State /1/V1. Datum uitspraak: 2 november 2009

Raad van State /1/V1. Datum uitspraak: 2 november 2009 Raad van State 2009061 36/1/V1. Datum uitspraak: 2 november 2009 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2016:15083

ECLI:NL:RBDHA:2016:15083 ECLI:NL:RBDHA:2016:15083 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 09-12-2016 Datum publicatie 13-12-2016 Zaaknummer AWB 16/27150 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2007:BB9565

ECLI:NL:RBSGR:2007:BB9565 ECLI:NL:RBSGR:2007:BB9565 Instantie Datum uitspraak 30-08-2007 Datum publicatie 12-12-2007 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 07/1945 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2011:BU5225

ECLI:NL:RBSGR:2011:BU5225 ECLI:NL:RBSGR:2011:BU5225 Instantie Datum uitspraak 10-11-2011 Datum publicatie 22-11-2011 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 11 / 12926 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op de hoger beroepen van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op de hoger beroepen van: Raad vanstate 201112733/1/V1. Datum uitspraak: 23 januari 2013 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op de hoger beroepen

Nadere informatie

Eiseres heeft tegen deze besluiten bij schrijven van 4 augustus 2009 en 14 September 2009 bezwaar aangetekend.

Eiseres heeft tegen deze besluiten bij schrijven van 4 augustus 2009 en 14 September 2009 bezwaar aangetekend. -r Uitspraak -r A -I RECHTBANK 's-gravenhage Nevenzittingsplaats Assen Sector Bestuursrecht Vreemdel ingenkamer Zaaksnummer: Awb 10/12344 en Awb 10/12341 Uitspraak van de rechtbank van 1 maart 2010 inzake:

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2003:AN9458

ECLI:NL:RBSGR:2003:AN9458 ECLI:NL:RBSGR:2003:AN9458 Instantie Datum uitspraak 24-11-2003 Datum publicatie 07-01-2004 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 03/59677 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2017:6739

ECLI:NL:RBNHO:2017:6739 ECLI:NL:RBNHO:2017:6739 Instantie Datum uitspraak 15-03-2017 Datum publicatie 18-08-2017 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer AWB - 16 _ 4345 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:2279

ECLI:NL:RVS:2016:2279 ECLI:NL:RVS:2016:2279 Instantie Raad van State Datum uitspraak 10-08-2016 Datum publicatie 17-08-2016 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201602806/1/V3 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2015:4913

ECLI:NL:RBDHA:2015:4913 ECLI:NL:RBDHA:2015:4913 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 20-04-2015 Datum publicatie 30-04-2015 Zaaknummer AWB 15/5787 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2014:1035

ECLI:NL:CRVB:2014:1035 ECLI:NL:CRVB:2014:1035 Instantie Datum uitspraak 20-03-2014 Datum publicatie 07-04-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 13-4228 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2016:12117

ECLI:NL:RBDHA:2016:12117 ECLI:NL:RBDHA:2016:12117 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 07-10-2016 Datum publicatie 12-10-2016 Zaaknummer AWB 16 / 20998 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

VOORZIENINGENRECHTER VAN DE RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE Sector bestuursrecht

VOORZIENINGENRECHTER VAN DE RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE Sector bestuursrecht 15-02-2012 / MigratieWeb ve12000698 LJN: BV8997 VOORZIENINGENRECHTER VAN DE RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE Sector bestuursrecht zaaknummers: AWB 12/2140 en AWB 12/2143 (voorlopige voorzieningen) AWB 12/2139 en

Nadere informatie

vanstate /1. Datum uitspraak: 8 februari 2008 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

vanstate /1. Datum uitspraak: 8 februari 2008 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 200800036/1. Datum uitspraak: 8 februari 2008 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2010:BM8422

ECLI:NL:RVS:2010:BM8422 ECLI:NL:RVS:2010:BM8422 Instantie Raad van State Datum uitspraak 15-06-2010 Datum publicatie 21-06-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 200908530/1/V3 Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2014:185

ECLI:NL:RBNHO:2014:185 ECLI:NL:RBNHO:2014:185 Instantie Datum uitspraak 15-01-2014 Datum publicatie 31-03-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Noord-Holland AWB-13_2593 Bestuursrecht

Nadere informatie

uitspraak van de enkelvoudige kamer voor vreemdelingenzaken van 1 november 2017 in de zaak tussen

uitspraak van de enkelvoudige kamer voor vreemdelingenzaken van 1 november 2017 in de zaak tussen uitspraak RECHTBANK DEN HAAG Zittingsplaats Amsterdam Bestuursrecht zaaknummer: NL. 17 3 145 V-nummer: uitspraak van de enkelvoudige kamer voor vreemdelingenzaken van 1 november 2017 in de zaak tussen

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201107998/1/V2. Datum uitspraak: 29 november 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2008:BC1824

ECLI:NL:CRVB:2008:BC1824 ECLI:NL:CRVB:2008:BC1824 Instantie Datum uitspraak 02-01-2008 Datum publicatie 15-01-2008 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 07-319 WW Bestuursrecht

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstatc 201106725/1/V1. Datum uitspraak: 3 juli 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op het

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: \ Raad vanstate 2012Ö1424/1/V1. Datum uitspraak: 26 september 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2016:2558

ECLI:NL:RBGEL:2016:2558 ECLI:NL:RBGEL:2016:2558 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 12-05-2016 Datum publicatie 19-05-2016 Zaaknummer AWB - 15 _ 7447 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 200809034/1N2. Datum Uitspraak: 22 april 2009 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Nadere informatie

zaaknummers: AWB 12/7786 (voorlopige voorziening), AWB 12/7785 (hoofdzaak)

zaaknummers: AWB 12/7786 (voorlopige voorziening), AWB 12/7785 (hoofdzaak) 02-04-2012 / MigratieWeb ve12000834 LJN: BW0645 RECHTBANK S-GRAVENHAGE Nevenlocatie Rotterdam Bestuursrecht zaaknummers: AWB 12/7786 (voorlopige voorziening), AWB 12/7785 (hoofdzaak) V-nummer: [nummer]

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2015:15528

ECLI:NL:RBDHA:2015:15528 ECLI:NL:RBDHA:2015:15528 Instantie: Rechtbank Den Haag Datum uitspraak: 04-12-2015 Datum publicatie: 07-01-2016 Zaaknummer: AWB 15/8754, 15/8755 Rechtsgebieden: Vreemdelingenrecht Uitspraak RECHTBANK DEN

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2010:BM8140

ECLI:NL:RBAMS:2010:BM8140 ECLI:NL:RBAMS:2010:BM8140 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 01-02-2010 Datum publicatie 17-06-2010 Zaaknummer 449782 / KG ZA 10-209 en 449790 / FA RK 10-696 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201203791/1/V1. Datum uitspraak: 24 januari 2013 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2010:BO8040

ECLI:NL:RBSGR:2010:BO8040 ECLI:NL:RBSGR:2010:BO8040 Instantie Datum uitspraak 29-10-2010 Datum publicatie 20-12-2010 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 09/1233 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:1259

ECLI:NL:CRVB:2017:1259 ECLI:NL:CRVB:2017:1259 Instantie Datum uitspraak 05-04-2017 Datum publicatie 06-04-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 17/605 WMO15-VV Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:2833

ECLI:NL:CRVB:2017:2833 ECLI:NL:CRVB:2017:2833 Instantie Datum uitspraak 09-08-2017 Datum publicatie 18-08-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/8007 ZVW Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2015:12820

ECLI:NL:RBDHA:2015:12820 ECLI:NL:RBDHA:2015:12820 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 19-10-2015 Datum publicatie 10-11-2015 Zaaknummer AWB 15/9612 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie