Handleiding Pulmo. Versie 8/2013

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Handleiding Pulmo. Versie 8/2013"

Transcriptie

1 Handleiding Pulmo Versie 8/ Waarschuwingen en veiligheid informatie 2 2. Algemeen 4 3. Pulmo info 6 4. Technische specificaties 8 5. Installatie voorschriften Uitpakken Pulmo Box Montage Pulmo Box frame Monteren van de Pulmo Box Monteren condensafvoer Aansluiten van kanalen op de Pulmo Box Uitpakken Pulmo sturing Monteren van de Pulmo sturing Aansluiten van de Pulmo sturing Installatie cascade netwerk Monteren filterboxen Monteren Rf-bediening Werking en instelling Pulmo Basis logica Controle leds Werking bypass Werking vorstbeveiliging Instellen Pulmo sturing Pulmo PC-Software Ingave parameters via PC-Software Kalibratie van de Pulmo Pulmo werfkastje Ingave parameters via werfkastje Kalibratie van de Pulmo Cascade Pairing procedure Ingave Parameters Kalibratie Werking cascade Pc-Interface cascade Pairing Rf-bediening Onderhoud Door de eindklant uit te voeren Door de installateur uit te voeren Conformiteitsverklaring 44 1

2 1. Waarschuwingen en veiligheid informatie: BELANGRIJK LEES DEZE INSTRUCTIES AANDACHTIG DOOR ALVORENS DE INSTALLATIE UIT TE VOEREN 1. Breng dit product niet aan op plaatsen waar de volgende omstandigheden zich (kunnen) voordoen: Buitensporig veel olie of vet in de atmosfeer; Corrosieve of ontvlambare gassen, vloeistoffen of dampen; Sproeiwater van brandslangen. Omgevingstemperaturen van meer dan 40 C of minder dan -10 C. Mogelijke obstructies die de toegang tot de eenheid of verwijdering van de eenheid verhinderen. 2. Alle bedradingen dienen overeen te komen met de huidige IEE-bedradingsregulaties BS7671 of desbetreffende standaarden in uw land. Installatie dient na voltooiing te worden gecontroleerd en getest door een voldoende gekwalificeerd persoon. 3. Bij installatie van de Pulmo dient erop gelet te worden dat je geen elektrische of andere verborgen leidingen beschadigt. 4. De installateur is verantwoordelijk voor de installatie en elektrische aansluiting van het Pulmo -systeem op locatie. Het is de verantwoordelijkheid van de installateur om ervoor te zorgen dat de eenheid veilig en volgens de richtlijnen is geïnstalleerd en alleen wordt verlaten als de Pulmo mechanisch en elektrisch veilig is. 5. Alle wettelijke vereisten dienen strikt te worden gevolgd om levensgevaar en gevaar aan eigendommen tijdens en na installatie te voorkomen, evenals tijdens service en onderhoud. 6. De Pulmo dient te worden aangesloten met een tweepolige stekker + aarding. Deze stekker moet in een - voor de stekker aangepaste- stekkerdoos in gedrukt worden. Deze stekkerdoos dient met een zekering van 16A beveiligd te worden. 7. Zorg ervoor dat de stroomtoevoer (spanning, frequentie en fase) overeenkomt met de waarden op het identificatieplaatje. 8. De Pulmo dient te worden geaard. 9. De condensatie-afvoer van de Pulmo dient te worden aangesloten op het vuilwaterafvoersysteem via een waterslot. (bv gevulde sifon) De condensatie-afvoerdarm moet onder water in de Sifon geplaatst worden. 10. Er mag geen afvoer- of toevoerrooster aangesloten worden aan de Pulmo, in een lokaal waar een open verbrandingsketel is geplaatst. 11. Om het gewenste geluidsniveau te bekomen, kan de installateur genoodzaakt zijn om geluid- en trillingdempende bevestigingsmaterialen te gebruiken, welke niet standaard voorzien zijn. 12. De Pulmo mag niet rechtstreeks op een wasdroger worden aangesloten. 13. De toevoer- en afvoerkleppen dienen volledig te worden geopend alvorens de Pulmo in gebruik te nemen. 14. De toevoerlucht moet van buiten het gebouw worden betrokken. 15. Controleer de interne condensatieafvoer en bijbehorende pijpen voor ingebruikname of verstoppingen en blokkades. 16. De toevoerkleppen en afvoerkleppen aan het plafond dienen zich minimaal 300 mm van een wand te bevinden om ervoor te zorgen dat de luchtstroommeetapparatuur op de juiste wijze over de klep past. 17. De Pulmo moet zich tijdens ingebruikname minimaal 5 minuten stabiliseren als je de eenheid overschakelt naar een andere ventilatiesnelheid. 18. Indien de Pulmo in een nieuw gebouw wordt geplaatst, dienen de toevoer- en afvoerfilters gedurende de eerste zes maanden minimaal elke maand te worden gecontroleerd. 2

3 19. Dit apparaat is niet geschikt om zonder toezicht te worden gebruikt door jonge kinderen of mensen met verminderde lichamelijke kracht. 20. Jonge kinderen moeten in de gaten worden gehouden om ervoor te zorgen dat zij niet met het apparaat spelen. 21. Zorg ervoor dat het externe roosters van de Pulmo voldoende afstand van elkaar zijn verwijderd en op minimaal 600 mm afstand van een eventueel rookkanaal. 22. Als de pijpen of condensatieafvoerbuis door een onverwarmde zolder of soortgelijke locatie lopen, dienen de pijpen of de buis te worden geïsoleerd. Afval Dit product dient niet met het huishoudelijk afval te worden meegegeven. Zorg indien mogelijk voor recycling. Raadpleeg uw plaatselijke autoriteiten voor advies. 3

4 2. Algemeen Welkom bij AeroPulmo! Iedereen is het erover eens dat we de CO2-uitstoot moeten beperken en besparen op de energiefactuur. Kompleet isoleren wordt een must, eerst gesubsidieerd en nadien zelfs wettelijk verplicht door de overheid. We moeten dus beter isoleren: onze woningen, werkruimtes en scholen transformeren tot passiefgebouwen, dat is de grote uitdaging. Een super geïsoleerde woon- of werkruimte vereist evenwel ook een efficiënte en gezonde ventilatie. AeroPulmo kiest voor Systeem D de enige oplossing voor energiezuinig wonen en werken. Een gezonde ventilatie brengt gefilterde lucht in de woning, vrij van fijnstof en andere onzuiverheden uit de buitenomgeving. Een efficiënte ventilatie brengt verse lucht binnen op comforttemperatuur, zonder energieverslindende hulpmiddelen, dus een enorme besparing op energiekosten. Een aangename ventilatie is regelbaar en sluit het openen van ramen en deuren niet uit, Een confortabele ventilatie functioneert zonder overlast van interne of externe geluidsbronnen. Systeem D is daarom de enige goede oplossing en wordt door de overheid beloond met het hoogste aantal E-peilpunten. De bouwsector volgt sinds kort deze trend op de voet door het toepassen van super geïsoleerd glas en raamprofielen zonder ventilatieroosters. Om in je woning een gezond leefklimaat te handhaven dient er te worden geventileerd. Ons lichaam produceert afvalstoffen in de vorm van CO2, huidschilfers, lichaamsgeuren en vocht. Verder komen er in de lucht afvalstoffen terecht door koken (kookluchtjes) douchen (vocht), gassen uit bouwmaterialen en afvalstoffen van bijvoorbeeld huisdieren. Bovendien kunnen in een vochtig milieu schimmels ongeremd hun verwoestende werk doen aan de bouwconstructie. De unit is uitgerust met twee ventilatoren: De afvoerventilator van de balansventilatieunit zorgt er voor dat deze warme, vochtige en verontreinigde lucht zo dicht mogelijk bij de bron wordt afgevoerd. Omdat er echt ook weer verse lucht moet worden toegevoerd 4

5 is de balansventilatie-unit naast een afvoerventilator, ook uitgerust met een toevoerventilator en luchtfilters. De toevoerlucht, die in de wintermaanden de lage temperatuur van de buitenlucht heeft, zal in de ventilatie-unit worden opgewarmd door de warmte die in de afvoerlucht zit. Deze warmte wordt met de hulp van een tegenstroom warmtewisselaar onttrokken aan de warme afvoerlucht. Deze warmtewisselaar heeft een rendement van 95%, waardoor kostbare warmte nauwelijks verloren gaat en de inblaastemperatuur altijd op een comfortabel niveau zal liggen. In de zomersituatie, als warmteterugwinning niet wenselijk is, wordt de lucht niet door, maar langs de warmtewisselaar geleid via een bypass-klep. Hierdoor is het ook mogelijk in de zomersituatie, in de nachtelijke uren, met relatief koele buitenlucht de woning te ventileren, waardoor de woning s morgens weer relatief koel is. Dit wordt automatisch geregeld door de aanwezige elektronica. Maar dit systeem zorgt er ook voor dat in de winter, als ijsvorming in de wisselaar mogelijk is, de warmtewisselaar op tijd wordt ontdooid, op een tijdstip dat energetisch zo gunstig mogelijk is, zonder dat het ten koste gaan van het wooncomfort. Ook de ventilatoren zijn zeer energiezuinig door toepassing van gelijkstroom-ecmotoren met een druk gestuurde regeling. De filterboxen los van de Pulmo zorgen ervoor dat de toegevoerde schone lucht de woning wordt ingeblazen. Ook de lucht uit de woning wordt gefilterd, zodat de vervuiling aan de wisselaar minimaal zal zijn. Deze filters dienen regelmatig gereinigd te worden. De elektronica is voorzien van een filterbewaking, welke automatisch aangeeft wanneer de filters gereinigd dienen te worden. De maximale periode tussen het reinigen van de filters bedraagt drie maanden. 5

6 3. Pulmo info: Uitvoeringen van de Pulmo AeroPulmo heeft twee verschillende Pulmo ontworpen De Pulmo Project 300 kan bij een 150 Pa kanaalweerstand 300 m³/h leveren met standaard een automatische bypass. De Pulmo Silentio 350 kan bij een 150 Pa kanaalweerstand 350m³/h leveren met standaard een automatisch modulerende bypass. Beide toestellen kunnen standaard op het 230 V netstroom aangesloten worden en zullen bediend worden met een 4-standen Rf-zender. Al onze Pulmo uitvoeringen kunnen zowel op het plafond als de wand gemonteerd worden. De Pulmo Project 300 wordt in naakte zwarte EPP (Geëxpandeerde Polypropyleen) omkasting geleverd. Deze zwarte EPP heeft zeer goede thermische en akoestische eigenschappen. Bij de Pulmo Silentio 350 wordt de zwarte EPP (Geëxpandeerde Polypropyleen) omkast door een extra geluiddempende metalen omkasting aan de binnenzijde bekleed met geluiddempend materiaal. De Pulmo sturing hebben we gekozen voor een externe EPP omkasting die in de buurt van de unit gemonteerd (max 1.5m) wordt. De filters voor de unit zijn extern buiten de unit te plaatsen. Deze filterboxen kunnen op een goed bereikbare plaats voor de eindklant gemonteerd worden in het kanalensysteem Aansluit en plaatsingsmogelijkheden: Met betrekking tot de aansluitmogelijkheden van onze Pulmo zijn alle uitvoeringen identiek. Aan de condensafvoerzijde (buiten zijde ) zijn aan de kopse kant van de unit twee aansluitingen met binnenzijde diameter 180mm. Een aansluiting voor de inkomende verse lucht van buiten en de andere voor de afgevoerde vuile binnenlucht naar buiten. Aan de andere zijde (huis zijde) van de unit is er zowel op de kopse kant als de langse kant van de unit aansluitingen. Om de kanalisatie voor ingeblazen verse lucht naar de woning aan te sluiten is er een aansluit mogelijkheid op de kopse kant en een aansluiting aan de langszijde of beide. Voor de kanalisatie van de afgezogen vuile lucht uit de woning aan te sluiten is er een aansluitmogelijkheid op de kopse kant en een aansluiting aan de langszijde of beide. Al deze vier kanaalaansluitingen zijn aan de binnenzijde een diameter van 180mm. Tevens worden de Pulmo Project 300 en de Pulmo Silentio 350 in een Rechtse en Linkse versie aangeboden. Als de Pulmo op de wand gemonteerd wordt moet de condensafvoer 6

7 altijd naar onder gericht zijn of de ventilatoren moeten aan de onderzijde staan na de montage. Bij de plafondmontage moet men enkel opletten dat het deksel gedemonteerd kan worden voor onderhoud. Tekeningen van de verschillende Pulmo versies Rechtse Versie : C A B C D Linkse versie: D D B A D C C A B C D Aanvoer van verse buitenlucht Afvoer van vuile lucht naar buiten Toevoer van verse lucht naar binnen Afvoer van vuile binnenlucht 7

8 4. Technische gegevens: Technische gegevens: Pulmo Project 300: Type toestel Ventilator type Netspanning Frequentie Bediening Type sturing Ventilatie unit met warmterecuperatie EBM-Papst EC 230 VAC 50 Hz RF bediening met 4 standen Druk gestuurd Warmterecuperatie warmtewisselaar +90% Warmtewisselaar CE-Keuring EN 308 Filtratie Kunststof Ja Ja G3 of F5 Bypass automatisch Ja / 70% Max. debiet Max. Vermogen Buitenafmetingen ( mm ) Montage Omkastingsgeluid op 1m in Laeqwaarde 300 m³/h // 150 Pa 207 Watt 620x1010x290 Wand en plafond 35 à 62 db(a) Kanaalgeluid in Laeq-waarde: Gewicht toestel Toevoer: Afvoer: 15Kg 24 à 51 db(a) 24 à 53 db(a) 8

9 Technische gegevens: Pulmo Silentio 350: Type toestel Ventilator type Netspanning Frequentie Bediening Type sturing Ventilatie unit met warmterecuperatie EBM-Papst EC 230 VAC 50 Hz RF bediening met 4 standen Druk gestuurd Warmterecuperatie v.d. warmtewisselaar +90% Warmtewisselaar CE-Keuring EN 308 Filtratie Bypass automatisch Max. debiet Max. Vermogen Buitenafmetingen ( mm ) Montage Omkastingsgeluid op 1m in Laeqwaarde Kunststof Ja Ja G3 of F5 Ja / modulerend 350 m³/h // 150 Pa 207 Watt 630x1020x300 Wand en plafond 33 à 58 db(a) Kanaalgeluid in Laeq-waarde: Gewicht toestel Toevoer: Afvoer: 20Kg 24 à 51 db(a) 24 à 53 db(a) Omkasting Metaal met isolatie materiaal aan de binnenzijde 9

10 Prestatie grafieken: 1. Pulsie kant unit 2. Extractie kant unit 10

11 11

12 12

13 5. Installatie voorschriften: Uitpakken : A. Pulmo Project 300 (Silentio zie verder) 1. Bij het openmaken van de kartonnen verpakking is het verboden om een scherp voorwerp te gebruiken. 2. De inhoud van de verpakking van de Pulmo bevat het volgende: 1 x Pulmo ventilatie unit 1 x Condensafvoerbakje 1 x Ophangset met twee rails 4 x Zelftappende schroeven 4.8 x 38mm 4 x Kruisschroeven 6x70mm 4 x Plug M8 2 x Galva stop met rubberdichting 1 x Pvc verloopstuk 25/3/8 1 x Verloop knie 3/8 buitedraad/slangpilaar Pilaar 3/8 buitendraad/pilaar 1 x Afvoerslangetje B. Pulmo Silentio Bij het openmaken van de kartonnen verpakking is het verboden om een scherp voorwerp te gebruiken. 2. De inhoud van de verpakking van de Pulmo bevat het volgende: 1 x Pulmo ventilatie unit 4 x Carrosserie rondel 30x6 mm 1 x Condensafvoerbakje voor wandmontage 4 x Kruisschroeven 6x70mm 4 x Plug M8 2 x Galva stop met rubberdichting 1 x Pvc verloopstuk 25/3/8 1 x Verloop knie 3/8 buitedraad/slangpilaar - Pilaar 3/8 buitendraad/pilaar 1 x Afvoerslangetje 4 x Draadeind met handgreep 13

14 Montage Pulmo Box frame: A. Pulmo Project Ophangrails monteren op achterzijde van de unit. We leggen de unit op de grond met zijn deksel naar beneden. Aan de achterzijde zijn er 4 voorgegoten uitsparingen in de EPP (zie tekening volle cirkels). We leggen één ophangrail met de openzijde naar boven aan de ene kant van de unit en leggen de andere ophangrail met de open zijde naar boven aan de andere kant op de bodem van de unit. (zie figuur ) Aan de binnenzijde van de bodem zijn er voorgeboorde galva-plaatjes gemonteerd bij de assemblage. We plaatsen schroef per schroef in het voorgeboorde gaatjes. Aan de ventilatorzijde ( waar de gaten dicht bij mekaar staan ) moet je twee van de meegeleverde rondelen per schroef plaatsen. Bij het vastdraaien van de zelftappende schroeven trekken deze schroeven zich vast in het galva-plaatje en zetten zo de ophangrails vast op de EPP-bodem. Best doet je dit met een accu schroefmachine die slipt bij een bepaalde tegendruk. 14

15 B. Pulmo Silentio 350 Na het uitpakken van de unit draaien we eerst het deksel vast met bijgeleverde vier draadeinde met handgreep. We moeten deze handgreep bout hand vastzetten. ( Niet blijven draaien ) Nu leggen we de unit met zijn deksel op de grond. Zo zien we dat in de metalen omkasting vier bevestiging oren zijn uitgesneden. Deze vier oren draaien we 180 naar buiten zodat deze oren kunnen dienen voor de montage van de Pulmo tegen het plafond en de muur. We tekenen de voorziene gaten in de bevestiging oren af op het plafond of de muur. We boren, met de juiste diameter overeenkomend met de geleverde pluggen, in het plafond of muur de juiste gaten en steken daarna de meegeleverde pluggen erin. Nu nemen we de meegeleverde kruisschroeven en Carrosserie rondel en bevestigen de Pulmo tegen de wand of de muur. Tussen de kruisschroef en het bevestiging oor moet de carrosserie rondel geplaatst worden Monteren van de Pulmo Box: 1. Plafond montage Plafond constructie Belangrijk voor deze montage is dat de gemonteerde Pulmo waterpas hangt. Indien de plafond constructie niet recht is moet de installateur zorgen dat de Pulmo zo gemonteerd wordt dat hij waterpas hangt. Voor de verankering van de Pulmo gebruik je de voorgeboorde vrije gaten in de ophangrail. Teken op de plafond constructie de gaten af en monteer het ophangrail aan het plafond op vier plaatsen zo dat de Pulmo waterpas hangt. 15

16 2. Muurmontage Ophangrail Ophangrail Condensafvoer Bij muurmontage moet de condensafvoer zichtbaar op het deksel aan de onderzijde staan van de Pulmo. Op afbeelding.. zie je de enige toegelaten positie voor de Pulmo bij muurmontage. Belangrijk voor deze montage is dat de Pulmo waterpas gemonteerd wordt. Indien de muurconstructie niet loodrecht is moet de installateur zorgen dat de Pulmo zo gemonteerd wordt dat hij waterpas en loodrecht gemonteerd wordt. De Pulmo moet in de horizontale en in de verticale richting waterpas gemonteerd worden. Voor de verankering van de Pulmo gebruik je de voorgeboorde vrije gaten in het ophangrail. Teken op de muurconstructie de gaten af en monteer het ophangrail aan het muur op vier plaatsen zo dat de Pulmo waterpas gemonteerd wordt zowel in de verticale als in de horizontale richting. Als de unit gemonteerd is aan de muur moeten we nog een condenswater opvang schaaltje plaatsen aan de warmte wisselaar, dit schaaltje zit ook in het montage onderdelen pakket dat voorzien is los in de verpakking. We maken het deksel los met de vier vleugelmoeren die op elke hoek van het deksel zichtbaar zijn. We verwijderen de bout en rondel die de warmte wisselaar fixeerd. Nu schuiven we het schaalje onder de warmte wisselaar lip op zijn plaats. Zie foto s. Daarna monteren we terug het deksel met de vier vleugelmoeren. 16

17 Monteren condensafvoer: 1. Plafondmontage: Bij de plafondmontage moet je de voorgevormd opening in de EPP-deksel gebruiken om de condensafvoer aan te sluiten. Met een accu schroefmachine boor je de centreerde opening van het deksel open met een boor van 15mm. Condensafvoer Je brengt lijm (MS-Polymeer) op de buitendraad van de verloopknie aan. Je draait de verloopknie in de verloop mof en lijmt de verloopmof in het deksel met een MS Polymeer lijm. De verloopmof draai je zo dat de slangpilaar naar de goede richting wijst. ( zie afbeelding.. ) 17

18 2. Muurmontage: Voor de Pulmo die je op de muur monteert is er een verschil tussen de linkse en rechtse versie ifv de condensafvoer. Het uitboren van het vooraf vrijgehouden en gecentreerde zone moet gebeuren aan de zijde van de extractie ventilator. Zie afbeelding Rechtse versie Linkse Versie Met een accu schroefmachine boor je de centreerde opening van het EPP wand open met een boor van 15mm. Je brengt lijm (MS-Polymeer) op de buitendraad van de verloopknie aan. Je draait de verloopknie in de verloop mof en lijmt de verloopmof in het deksel met een MS Polymeer lijm. De verloopmof draai je zodat de slangpilaar naar de goede richting wijst. ( zie afbeelding.) 18

19 De condensafvoer slang wordt in een gevulde sifon onderwater gedompeld, dit is noodzakelijk voor een goede werking van de condensafvoer. De sifon is op zijn beurt aangesloten op de vuilwaterafvoer leiding. De sifon wordt niet bij de Pulmo meegeleverd Aansluiting van kanalen op de Pulmo Box: Bij de Pulmo Silentio 350 in cascade opstelling mag je de unit enkel aansluiten met de config Supply op 1 en de config Extraction op 1. (zie blz. 20 R1 en blz 21 L1) Gezien de Pulmo via de kalibratie zelf zorgt voor balans moeten er geen regelkleppen op het toestelgeplaatst worden. Om condensatie te vermijden kunnen de leidingen van de Pulmo naar buiten (zowel aan als afvoer) best uitgevoerd worden met geïsoleerde kanalen of galva kanalen die damp en isolatie dicht bekleed zijn. Indien de aansluiting van deze buizen moeilijk uitvoerbaar is met vaste buis dan raden wij aan gebruik te maken van een thermische en akoestische slang. Deze slang moet wel vakkundig geplaatst worden om geen geluid en weerstand te creëren. Doordat de filterboxen los van de Pulmo zijn, moet er een filterbox gemonteerd worden in het kanaal dat de verse lucht naar de Pulmo brengt. Aan de huiszijde raden wij ook aan de leidingen uit te voeren met geïsoleerde kanalen of galvakanalen die damp en isolatie dicht bekleed zijn, waar de leidingen buiten de geïsoleerdeschil van de woningen bevinden. Indien de aansluiting van deze buizen moeilijk uitvoerbaar is met vaste buis dan raden wij aan gebruik te maken van thermische en akoestische slang. Deze slang moet wel vakkundig geplaatst worden om geen geluid en weerstand te creëren. Aan het kanaal dat de vuile lucht wegzuigt uit de woningen, wordt de tweede filterbox voor de Pulmo gemonteerd, om de binnenzijde van de Pulmo van vuildeeltjes te besparen. De aansluitmogelijkheden zijn zeer divers en worden op de afbeelding. op een rijtje gezet: Filterbox en vuile lucht dat uit de woning wordt weggezogen Extractie Verse lucht dat in de woning wordt ingeblazen Pulsie 19

20 Rechter versie: 20

21 Linkse versie: Alle aansluitmonden zijn binnendiameter 180 mm. Wij raden aan om elk luchtkanaal dat vertrekt van de Pulmo aan de huiszijde een geluidsdemper te plaatsen, zo dicht mogelijk bij de Pulmo. 21

22 5.2.1 Uitpakken Pulmo sturing: 1. Bij het open maken van de kartonnen verpakking is het verboden om een scherp voorwerp te gebruiken. 2. De inhoud van de verpakking van de Pulmo sturing bevat het volgende: 1 x Sturing Pulmo 2 x Filterbox met deksel 1 x Set Filters 1 x Verbindingskabel voeding voor de ventilatoren tussen sturing en unit 1 x Verbindingskabel sturing tussen sturing en unit 1 x Montagepakket 8 x Kruisschroef 5*50mm en 8 x Plug M6 22

23 5.2.2 Monteren van de Pulmo sturing: De sturing van de Pulmo wordt best zo dicht mogelijk bij de Pulmo geplaatst en op een zichtbare plaats voor de eindklant. Op de bovenkant van de sturing zijn drie controleledjes zichtbaar waar de eindklant en de installateur kan van opmaken in welke fase de unit op dat moment werkt en welke communicatie de sturing doet ifv het knipperen van de ledjes. Voor het monteren van de sturing zijn er in de EPP (geëxpandeerde polypropyleen) behuizing vier voorgegoten openingen voorzien. Deze gaten teken je af op de wand/plafond op de positie waar je de sturingbehuizing wil monteren. Je legt de behuizing weg en boort de gaten in de wand/plafond met de juiste diameter voor de meegeleverde pluggen. Je steekt de pluggen in de geboorde gaten en monteert de sturingbehuizing met de aangepaste vijzen en pluggen Aansluiting van de Pulmo sturing: Bij de sturing zijn er twee verbindingskabels geleverd. Deze kabels maken de verbinding tussen de Pulmo box en de Pulmo sturing op twee niveaus. De voedingsspanning voor de ventilatoren en het overbrengen van de verschillende stuursignalen. De connectoren op het einde van elke verbindingskabel zijn verschillend. Kijk goed op welke zijde de connectoren passen. Condensafvoer Voedingskabel 23

24 Op de voedingskabel die uit het sturingshuis komt staat geen stekker. Best wordt de unit aan een vaste aansluiting verbonden met de netstroom. Deze voeding moet dan wel afgezekerd zijn met een zekeringsautomaat van max. 16 A. Indien de vaste aansluiting geen optie is, moet de installateur een aangepaste stekker monteren op de voedingskabel die uit de sturingsbehuizing komt. Zo kan de stekker aan de voedingskabel van de Pulmo in een stopcontact gestoken worden dat vlak bij de unit gemonteerd is. Dit stopcontact moet afgezekerd zijn met een automatische zekering van max. 16 A, te controleren door de installateur. Bij de sturing is ook een groene stekker geleverd waar standaard een brugje is op aangesloten voor het calamiteitscontact kort te sluiten. Deze groene stekker moet in de sturing worden ingeplugd, anders werkt de unit NIET. Mogelijke externe aansluitingen voor sensoren op de groene stekker: A. Pulmo Project = Vdd output 2= Digitale ingang 1 3= Digitale ingang 2 4= Digitale ingang 3 5= Vdd output 6= Analoge ingang 1 7= Analoge ingang 2 8= GND Calamiteitscontact (bv. Brandsensor) contact 1 4 Brugje standaard Driestandenschakelaar contact 1 = P op 3-stand. schakelaar contact 2 = 1 op 3-stand. schakelaar contact 3 = 2 op 3-stand. schakelaar B. Pulmo Silentio 350 1= Vdd output 2= Digitale ingang 1 3= Digitale ingang 2 4= Digitale ingang 3 5= Vdd output 6= Timer of PIR (beweging sensor) 7= CO2 of vochtsensor 0-10V 8= GND Calamiteitscontact (bv. Brandsensor) contact 1 4 Brugje standaard Driestandenschakelaar contact 1 = P op 3-stand. schakelaar contact 2 = 1 op 3-stand. schakelaar contact 3 = 2 op 3-stand. schakelaar PIR/Timer (enkel in combinatie met CO2) contact 5 6 CO2 Sensor/Vochtsensor contact 5/8 (12V) 7 uitg. sensor 0-10V 24

25 5.3 Installatie cascade netwerk: ( enkel Pulmo Silentio 350 ) Met deze modus kunnen verschillende Pulmo Silentio sturingen worden gekoppeld om samen te werken volgens de instructies van een Master Slave hiërarchie. Doel is om de verschillende max debieten van de Pulmo Silentio s te kunnen samenvoegen om hogere debieten te kunnen leveren Installatie/connectie van het netwerk Pulmo Silentio sturingen Een jumper JP2 zal aangeven of de sturing is geconfigureerd als Master of Slave. Standaard is de sturing geconfigureerd als Master. Als jumper JP2 aanwezig is zal de sturing als Master functioneren. Als jumper JP2 verwijderd wordt zal de sturing functioneren als Slave. De JP1-jumper op de sturingen moet worden verwijderd, enkel bij de laatste sturing op het netwerk moet de jumper JP1 aanwezig zijn (zie fig... ). De JP1 van de Master moet altijd verwijderd worden. De connectie tussen de verschillende sturingen, gebeurd met een netwerkkabel met twee RJ11 connectors. Zie op fig... hoe je de sturingen met mekaar moet verbinden en welke regels je moet respecteren. X = Jumper verwijderd = Jumper aanwezig 25

26 5.4 Monteren van de filterboxen: Bij de Pulmo Silentio 350 in cascade opstelling mag je de unit enkel aansluiten met de config Supply op 1 en de config Extraction op 1. (zie blz. 20 R1 en blz 21 L1) In de verpakking van de sturing vind je ook de twee filterboxen. Open de filterbox door het deksel te verwijderen en plaats de meegeleverde filters in de filterbox. Zet het deksel terug op de filterboxen, nu zijn ze klaar voor montage tussen het kanalensysteem. Eén filterbox moet geplaatst worden voor de unit op het kanaal dat de verse buitenlucht aanzuigt. De andere filterbox(en) moet geplaatst worden voor de unit bij het aanzuig kanaal waar we de vuile vochtige lucht wegzuigen uit de woning (Extractie). Indien er op de Pulmo twee extractie kanalen zijn aangesloten moet er tussen elk kanaal een filterbox geplaatst worden. Rechtse versie Linkse versie Verse buitenlucht 26

27 Standaard, bij elke Pulmo worden er 2 filterboxen geleverd. Als je er méér nodig hebt kun je deze apart bestellen onder de artikelcode: AAPPFILBOX180 en de AAPFILSETG3180 bij je leverancier. Als er een combinatie pakket filters G3 / F5 geleverd worden moet de F5 filter geplaatst worden in de filterbox die aan de zijde staat waar de verse buitenlucht wordt aangezogen. AeroPulmo raadt wel aan om de filterboxen zo dicht mogelijk bij de Pulmo te plaatsen met het aansluitpakket dat je via artikelcode AAPPAKKET180 bij je leverancier kunt bestellen. Dit aansluitpakket zorgt er ook voor dat je in combinatie met de Pulmo Dummy in de installatiefase van de kanelen het volledige kanalentraject ook richting buiten kunt aansluiten. Daarna demonteer je de Pulmo Dummy via het lossen van de clickring om zo later bij de installatie van je echte Pulmo eenvoudig dit terug kunt in elkaar klikken. Voor het monteren van de filterbox zijn er twee mogelijkheden, de meegeleverde pluggen en schroeven gebruiken om ze via de voorziene openingen in het EPP filterhuis de filterbox vast te schroeven in de wand/plafond of via een buisklem die je zet vlak bij de filterbox op het kanaal dat op de filterbox is aangesloten. Buisklem 5.5 Draadloze Rf-bediening: Deze Easywave-wandzender maakt deel uit van het Pulmo RF (Radio Frequentie) systeem, een installatietechniek zonder bedrading tussen de bedieningspunten (drukknoppen) en de te bedienen verbruikers. We spreken hier over een 'bediening op afstand' of 'draadloze bediening'. De overdracht gebeurt door radiogolven op de frequentie 868,3MHz. Op deze frequentie zijn enkel producten toegelaten die niet continu uitzenden (1% per uur = 36s.), waardoor de kans op storing minimaal is. Het systeem leent zich dan ook uitermate voor specifieke toepassingen voor bediening van de Pulmo warmterecuperatie toestellen en dit om ingewikkelde bekabelingen te vermijden. Het systeem is modulair opgebouwd door middel van zenders en ontvangers. De wandzenders hebben de vorm van een schakelaar die tegen de wand kan gemonteerd worden. Elke Pulmo sturing/ontvanger kan door maximaal 4 zenders aangestuurd worden. Deze producten zijn conform de EU-reglementering en voldoen aan de essentiële eisen van de R&TTE-richtlijn: 1999/5/EC. De conformiteitsverklaring kan je opvragen bij de AeroPulmo -supportdienst. 27

28 Batterijen plaatsen/vervangen - Vermijd direct contact met de batterij om ontlading te voorkomen. - Gebruik van NiCd-batterijen is niet toegelaten. - Plaats de nieuwe batterij. Respecteer hierbij de polariteit. ( + en - teken in het compartiment). - Gebruik Renata 3V/270mAh CR2430, Saft 3V/270mAh LM2430, Varta 3V/260mAh CR2430 of Panasonic 3V/250mAh CR Gebruikte batterijen dient je in te leveren bij een erkend inzamelpunt. Montagevoorschriften en aanbevelingen Plaats de zenders NOOIT: - in een metalen verdeelkast, behuizing of vlechtwerk; - in de onmiddellijke omgeving van grote metalen objecten; - op of vlakbij de grond. Montage Rf- wandbediening Verwijder eerst de afscherming tussen de batterij en de contacten! 1. Kleven: op een vlakke ondergrond b.v. glas, schilderwerk, gevernist hout, tegelwerk Maak de ondergrond stof- en vetvrij. 2. Schroeven: op gestructureerde ondergrond b.v. stenen muren, pleisterwerk... Positie knoppen tov de bediening: Snelheid Low Snelheid High Snelheid Medium Snelheid Boost 28

29 6. Werking en instelling van de Pulmo : Basis Logica Pulmo Project 300 & Pulmo Silentio 350 in residentiële toepassing: Indien de groene connector met de calamiteit brug niet in de sturing is ingeplugd, kan de Pulmo niet werken. Indien je de calamiteit brug wegneemt kan je een brandsensor aansluiten tussen klem 1 4. De Pulmo werkt niet als hij niet is gekalibreerd. Verder in deze handleiding wordt beschreven hoe de kalibratie moet uitgevoerd worden op de Pulmo. Eens de Pulmo gekalibreerd is werkt hij, in de modus, met een Rf-bediening met 4 standen. Low, Medium, High, Boost zijn de 4 verschillende ventilatiestanden met de Rf-bediening. Indien de bediening van de Pulmo met de Rf-zender door om voorzienbare omstandigheden niet werkt is er een mogelijkheid om een 3-standenschakelaar aan te sluiten aan de sturing. Bij deze 3-standenschakelaar zijn er maar 3 standen Low, Medium, High. Als deze 3- standenschakelaar aangesloten is, geeft de sturing voorrang op deze schakelaar, maw kan je geen Rf-bediening meer gebruiken. De boost functie heeft tot doel, gedurende een korte periode 100% te ventileren, wanneer de eindklant dat wenst. Deze functie zal dan automatisch de Pulmo na een bepaalde tijd terugschakelen naar de ventilatiestand die in werking was voordat de boost-knop werd ingedrukt. De boost schakeltijd is vooringesteld door de fabrikant. De boost functie kan beëindigd worden door een druk op een van de andere toetsen. Er moeten min 2 basisparameters ingegeven worden in de software van de sturing: Q Max House en de configuratie van de in en uitstroom. Indien het te ventileren debiet hoger wordt ingesteld dan de max debiet dat de Pulmo kan leveren, dan wordt deze instelling automatisch aangepast naar het max haalbare (zowel ifv fabriek instellingen als ifv tegendruk van het kanalensysteem waar de Pulmo op wordt aangesloten). Enkel voor de Pulmo Silentio 350 kan je een CO2 / vochtsensor met een 0-10V uitgang aansluiten. Eens een van deze sensoren aangesloten zijn kan de unit niet meer bediend worden met de Rf-zender of de 3 standenschakelaar. CO2 of vochtsensor met uitgang 0-10V aansluiten op klem 7 van groene connector, brug tussen 5-6. Ifv de 0-10V zal het debiet aangepast worden met de QminCO2 en de QmaxCO2 als grenzen.(deze Q s kunnen in de parameters aangepast worden) 29

30 Pulmo Silentio 350 in niet residentiële toepassing: Indien de groene connector met de calamiteit brug niet in de sturing is ingeplugd dan kan de Pulmo niet werken. Indien je de calamiteit brug wegneemt kan je een brandsensor aansluiten tussen klem 1 4. De Pulmo werkt niet als hij niet is gekalibreerd. Verder in deze handleiding wordt beschreven hoe de kalibratie moet uitgevoerd worden op de Pulmo. In de niet residentiële toepassing kan de unit niet bediend worden met de Rf-zender of de 3- standenschakelaar. Het debiet wordt bepaald enkel door parameter instelling of een 0-10V signaal. Hij kan op en af geschakeld worden door een PIR-sensor of timer met een stroomloos schakelcontact tussen klem 5-6 van de groene connector. Enkele mogelijkheden, Voor steeds de Qmax house (instelbaar via de parameters) te laten ventileren moet je een brug zetten tussen klem 5-7 en de PIR-sensor of timer met een stroomloos schakelcontact tussen klem 5-6 van de groene connector plaatsen. Zo zal de unit bij gesloten contact Qmax house ventileren en open contact afvallen. Voor de unit te laten ventileren tussen de QminCO2 en de QmaxCO2 (instelbaar via de parameters) sluit je de CO2 of vochtsensor met uitgang 0-10V aan op klem 7 van groene connector. De PIR-sensor of timer met een stroomloos schakelcontact sluit je aan tussen klem 5-6 van de groene connector. Met gesloten PIR / Timer contact zal de unit ifv de 0-10V signaal zijn debiet aanpassen met de QminCO2 en de QmaxCO2 als grenzen. Bij open PIR / Timer contact valt de unit uit Controle leds: Op de Pulmo sturing zijn 3 leds pas zichtbaar als ze branden, een blauw ledje voor de indicatie dat de sturing werkt, een groen ledje als de filter OK is en een rood ledje als er een fout is. Het blauwe ledje: Als het blauwe led continu brandt, is er voeding op de sturing Als de Pulmo in vorstbeveiliging is, knippert het blauwe ledje (2Hz, 50%ID) Als de Pulmo bypass open is, knippert het blauwe ledje (2Hz, 5% DC) Het groene ledje: Als het groene ledje continu brandt, is de filter OK Als het groene ledje knippert (2Hz) moet de filter gereinigd worden of vervangen. Deze filterbewaking is gebaseerd op tijd. Als het rode ledje permanent brandt, moet de installateur gebeld worden om het probleem op te sporen.(tijdens de opstartprocedure of filter reset kan het rode ledje ook branden en dit is dan normaal) In de pairing fase knippert het rode ledje 2 maal per sec. 30

31 6.1.3 Werking bypass algemeen: De bypass werking wordt in de Pulmo gebruikt om in de zomermaanden s nachts voor free-cooling te zorgen door zo veel mogelijk frisse buitenlucht rechtstreeks naar binnen te laten komen zonder de opwarming via de warmtewisselaar. Als de bypassklep volledig openstaat gaat het grootste gedeelte frisse buitenlucht naast de warmtewisselaar rechtstreeks naar binnen. Dit zijn de voorwaarden om de bypass te openen: 1. Buitentemperatuur moet lager zijn dan de binnentemperatuur + Delta T 2. Binnentemperatuur moet boven de comforttemperatuur zijn + Delta T 3. Buitentemperatuur moet boven een bepaalde min temperatuur zijn + Delta T Indien al deze voorwaarden zijn voldaan zal de bypassklep volledig opengaan. Als de bypass geopend wordt, zal de Pulmo naar zijn hoogste ventilatiesnelheid overgaan. Als de bypassklep sluit, zal de Pulmo naar de ventilatiestand terugkeren naar de positie van voor het openen van de bypass. A. Bypass sluit procedure voor Pulmo Project 300: Als één van de drie bovenvermelde condities wegvalt dan sluit de bypass. B. Bypass sluit procedure voor Pulmo Silentio 350 Bij de modulerende bypass zal de bypass bij wegvallen van bovenvermelde voorwaarden 1 en 2 ook de bypass sluiten, maar niet bij wegvallen van voorwaarden 3. Bij de modulerende bypass zal na het openen van de bypass de inblaast temperatuur bepalend zijn voor het sluiten van de bypass(ifv voorwaarde 3). Indien de inblaas temperatuur lager wordt dan 15 C zal de bypassklep modulerend dichtgaan zodat de menglucht min. 15 C wordt gegarandeerd. Indien dit niet meer kan gegarandeerd worden is de bypass automatisch dicht Werking vorstbeveiliging: Als de vorstbeveiliging in werking treedt, kan de eindklant de Pulmo niet bedienen tot de Pulmo terug in normale modus werkt. Als de temperatuur na de warmtewisselaar lager is dan T1(TempMinexhaust), zal de Pulmo in vorstbeveiliging treden. De Pulsie ventilator (V2) zal in stappen aftoeren. Tussen elke stap zal er terug een meting zijn van de T1 en als deze nog te laag is zal het aftoeren naar een volgende stap gaan. Dit wordt herhaald tot het minimum toerental is bereikt van de pulsie ventilator (V2). Indien de T1 temperatuur nog te laag is, zal de extractie ventilator (V1) met dezelfde stappen optoeren, en indien nodig naar max toerental gaan. Het stappen systeem stopt op het moment dat de T1 temperatuur hoger wordt dan de TempMinexhaust. Als de T1 temperatuur hoger wordt dan de TempMinexhaust + de ingestelde Hysteressis wordt de tegengestelde logica in stappen uitgevoerd. Als de Pulmo terug werkt in de situatie van voor de vorstbeveiliging zijn we uit de beveiliging en kan de eindklant terug de Pulmo bedienen zoals hij wenst. 31

32 6.2.1 Instelling Pulmo : Pulmo PC-Software: Alvorens verder te gaan met de Pulmo moeten nu de basis parameters ingegeven worden in de software van de sturing. Je steekt in de RS485 aansluiting, vlak naast de groene connector, aan met de connectiekabel/interface/usb. De andere zijde steek je in een USB aansluiting van PC waar onze software op staat. Je start de PC op en je klikt op de snelkoppeling van de Pulmo -software, je krijgt volgend scherm: Je klikt met je muis op de Connect -knop om verbinding te maken. Nu komen de twee naastliggende knoppen ook naar voor.(read en Write) Je klikt met je muis op de Read knop om de huidige gegevens van de sturing op te halen. Als je dan parameters aanpast dan kan je via de Write knop deze gegevens wegschrijven in de aangesloten sturing. Als je dan terug op read knop klikt met je muis dan kan je controleren of de gewijzigde parameters weggeschreven zijn naar de sturing. Naast het tabblad parameters vind je twee andere tabbladen: 32

33 Calibration: Het rode kader krijg je op het scherm door Ctrl en de E samen in te drukken om je toetsenbord. Door met je muis op measures te klikken zie je het derde tabblad Measures: Als de Pulmo in werking is, kun je via dit tabblad alle parameters bekijken. Aan de linkerzijde vind je alle info die kunnen gemeten worden. Aan de rechterzijde kun je bekijken in welke status de unit werkt (als het bolletje rood is betekent dat de Pulmo in deze status werkt) of een rood bolletje bij de sensor(en)(alarm), betekent dat er een storing is bij deze sensor. 33

34 Ingaven parameters via PC-Software: Voordat we met de Pulmo verder gaan, moeten nu de basis parameters ingegeven worden in de software van de sturing. Je steekt in de RS485 aansluiting, vlak naast de groene connector, aan met de connectiekabel/interface/usb. De andere zijde steek je in een USB aansluiting van PC waar onze software op staat. Je start de PC op en je klikt op de snelkoppeling van de Pulmo -software, je krijgt het parametertabblad. Je drukt op de knop connect om verbinding te maken met de Pulmo sturing. Als je verbonden bent, zijn de twee knoppen naast Connect bereikbaar geworden. Druk op de knop Read om de gegevens van de Pulmo sturing uploaden in de PC- Software. In te geven/aan te passen, parameters via PC-software: Q-Max-house: Het te ventileren debiet van het gebouw moet ingevuld worden door de installateur achter Q-Max-house. Dit is noodzakelijk. Ventilatie snelheden: De Low (30%), Medium(50%), High(75%), Boost(100%) snelheden zijn door de fabrikant standaard ingevuld. Indien je dit wilt wijzigen kan dat. Dit is niet noodzakelijk. Hoogte: Deze staat standaard op 0m (zeespiegel). Indien je de Pulmo op een bepaalde hoogte plaatst moet je dit invullen om de drukmeting, die we uitvoeren tov de atmosfeer, door de software te laten compenseren. Dit is noodzakelijk. Aansluit positie van de kanalen: Via de parameter Config Supply en Config Extraction moet je de juiste aansluiting aanduiden. Als je op het pijltje achter config Supply of Extraction klikt heb je drie mogelijkheden. Op pagina 20 & 21 zie je voor de rechtse Pulmo of Linkse Pulmo uitvoering, welke positie bij 1, 2 of 1&2 horen. Je veranderd de juiste aansluit positie van de kanalen zowel voor Config Supply als Config Extraction. Dit is noodzakelijk. Na het wijzigen/aanvullen van de parameters moet je deze wegschrijven naar de Pulmo sturing door op de knop Write te drukken. Druk daarna ter controle nog eens op de Read knop om te kijken of de door u aangepaste parameters zijn weggeschreven in de Pulmo sturing Kalibratie: Eens in de ingevulde/aangepaste parameters weggeschreven zijn in de Pulmo sturing gaan we over tot Kalibratie van onze unit. We klikken met de muis op het tabblad Calibration. Via het samen indrukken van de Ctrl en de E knoppen komt er een rode kader op het scherm met de huidige meetwaarden van de Pulmo tijdens de Kalibratie.. 34

35 Zet, indien nog niet gebeurd, alle huisventielen half ingeregeld! Klik nu met je muis op de startknop om de Kalibratie te starten, de zone van Step 1 gaat nu groen oplichten. Na enige tijd komt er een kader op het scherm waarin men vraagt, de afstelling van de huisventielen te doen (die standaard half moeten ingeregeld zijn). Nu draait de unit op Q-Max-house in balans (Pulmo heeft dit zelf geregeld met zijn intelligente druksturing). Bij het afstellen van de huisventielen verdeel je de Q-Max-house over het kanalensysteem en de woonvertrekken (noodzakelijk ifv de studie) met een geblokkeerde druksturing. Als deze huisventielen zijn ingeregeld klik je met je muis op de OK knop. Nu licht de zone Step 2 groen op en gaat nu op elke ingestelde ventilatiesnelheid automatisch zijn balans zoeken en die automatisch wegschrijven in de Pulmo sturing. Als deze stap voltooid is licht de zone Finished groen op en is de kalibratie succesvol uitgevoerd. Druk daarna ter controle nog eens op de Read knop om te kijken of de sturing aangeeft dat hij gekalibreerd is. 35

36 Pulmo werfkastje Het werfkastje wordt gebruikt om op de werf op een eenvoudige manier de Pulmo te kalibreren. Hiernaast is de menustructuur schematisch voorgesteld. De aansluiting van het werfkastje op de Pulmo sturing gebeurt op de RS485 aansluiting naast de DB25-aansluiting. De naastliggende RS485 aansluiting is geen voeding voorzien. Het werfkastje heeft voeding nodig en kan maw niet werken op deze aansluiting. De bediening van dit kastje wordt gedaan met vier drukknoppen: Rood: Zwart: Wit Groen ESC functie DOWN functie UP functie ENTER functie 36

37 Ingave parameters via werfkastje: Als de connectie van het werfkastje gebeurd is zoals hierboven beschreven, geeft de display de versie van de Software en de hardware. Als je op de Zwarte knop drukt, kom je bij de parameters. Als je reeds de parameters hebt ingegeven kan je door nogmaals op de Down knop te drukken bij de kalibratie komen. Als je de parameters wil invoeren kan je in het parameter menu komen door op de groene knop te drukken. U komt bij: Q-Max- house: Door de Groene knop ingedrukt te houden gaat de voorgeprogrammeerde waarde pinken. Deze waarde kan je via de zwarte en de witte knop op de waarde brengen die je wenst. Door éénmaal op de groene knop te drukken, bevestig je de waarde en kan je via de zwarte knop naar de volgende parameter gaan. Config Supply: Voor de wijziging de werkwijze toepassen die beschreven staat bij Q-Max-house. Zo kan je alle parameters overlopen of wijzigen. In de menustructuur op de vorige bladzijde vind je alle parameters die je kan doorlopen. Via de rode knop ga je uit de parametermenu en kom je terug in het hoofdmenu Kalibtatie van de Pulmo Als je in het hoofdmenu bent, kun je via de zwarte en witte knop de kalibratie selecteren. Als je dan op de groene knop drukt, kom je in de kalibratieprocedure en zegt de display wat je moet doen. Als de kalibratie uitgevoerd is, druk je op Esc om ze te bevestigen en terug te keren naar het hoofdmenu. Nu ontkoppel je het werfkastje van de sturing door de RS485- aansluiting te ontkoppelen. Je kan ook kiezen voor opnieuw parameters aan te passen volgens de boven beschreven procedure. Deze parameteraanpassingen kunnen uitsluitend weggeschreven worden in de sturing door nogmaals de hier beschreven Kalibratieprocedure uit te voeren. 37

38 6.2.3 Cascade modus: ( enkel Pulmo Silentio 350 ) Pairing van de Master en Slave Pulmo Silentio sturingen: Als eerste moet de master sturing spanning krijgen via zijn voedingskabel. In de volgorde dat jezelf wenst geef je nu één voor één de slave sturingen ook spanning via hun voedingskabel. Bij elke slave sturing die gepaird is met het netwerk knippert nu het rode led, maw zijn deze sturingen correct gepaird. De pairing stopt op het moment dat er 7 slave sturingen zijn aangesloten (max aantal) of als de kalibratie van de master sturing is gestart. Het adres van de verschillende slaven worden opgeslagen in de EEPROM van de master sturing en zijn toonbaar via pc-software. Indien de pairing om welke reden dan ook terug moet uitgevoerd worden, verwijder je eerst de JP2-jumper van de Master en herplaats hem. Zo is de vorige pairing gewist en kan je opnieuw starten met de pairing Ingave parameters: Enkel op de Master sturing moeten de parameters ingesteld worden. In paragraaf en zijn de verschillende parameters beschreven. Er zijn twee verschillen met de ingave van de parameters ifv de cascade modus: 1. De Q-max house moet anders ingesteld worden. Q-max house is het totaal te ventileren debiet. Dit debiet moet gedeeld worden met de som van de master en de slaves. Vb. Q-max house moet 1005 m³/h zijn, er zijn 1 master sturing en 2 slaves sturingen gekoppeld. De Q-max house moet dan 1005 m³/h delen door 3 sturingen(1 master en 2 slaves) = 335 m³/h De Q-max House in de master sturing moet 335 m³/h zijn en dit debiet wordt enkel ingegeven in de parameters van de Master sturing. 2. De kanaalaansluiting van de config Supply en config Extraction zijn in cascade modus bepaald, zijnde, config Supply op 1 en config Extraction op 1. Alle toestellen moeten ook de zelfde side hebben (BV allen rechts of allen links) Kalibratie: De kalibratie werkt als de standaard kalibratie. De kalibratie voor de CO ²-modus zal een beetje langer duren.(leest is par en over de standaard kalibratie) De parameters van de master worden gekopieerd naar elke slave (modus: standaard, CO ², PIR/Hoogte/Qmax/..De config Supply en config Extraction worden gedwongen naar 1 & 1. Wanneer de kalibratie begint, worden de parameters bevroren en kunnen er geen wijzigingen aangebracht worden. De metingen (ifv de kalibratie) worden alleen op de master gedaan en rekening mee gehouden. Voor de kalibratie te wissen moet je op de Master JP2-jumper verwijderen en terug plaatsen. Nu moet je eerst terug de pairing procedure uitvoeren voor we verder kunnen. Maw na het terugplaatsen van de JP2-jumper zijn de volgende procedures nodig voor de her kalibratie: Pairing, ingave parameters of controle ervan. 38

39 Werking cascade: Na het kalibreren, zal de luchtstroom niveau worden bepaalt door de sensoren van de master (CO2, Timer, PIR, Easywave of gekabeld schakelaars). De sensoren op de slave sturingen worden uitgeschakeld. Dezelfde werking voor het calamiteit contact. De master calamiteit contact zal de enige werken. De andere calamiteit contacten worden verwaarloosd. Vorstbeveiliging: De temperatuurmeting van de master is de enige gebruikte en zij zullen de vorstbeveiliging inschakelen. Als de vorstbeveiliging is geactiveerd, wordt de ventilator sturing van de master gekopieerd naar de slaves in het netwerk. Zo gaan alle unit werken zoals de Master sturing en unit. Bypass: zelfde werken. De meting wordt uitgevoerd op de master de positie van de bypass wordt bepaalt en gekopieerd naar de slaves in het netwerk. Zo gaan alle unit werken zoals de Master sturing en unit. Het filtermeter is hetzelfde voor alle slaves en bij reset van de master filtermeter zijn ook de filtermeters van de slaves gereset. Om de slaven te wissen en om de koppeling opnieuw te starten, moet de jumper JP2 op de Master worden verwijderd en teruggeplaatst. De kalibratie en de slaven adres worden gewist. Maw na het terugplaatsen van de JP2-jumper zijn de volgende procedures nodig voor de her kalibratie: Pairing, ingave parameters of controle ervan, kalibratie Pc interface in cascade modus: A compatible software will be used for the single station and for the cascaded stations. During the scan of the measure of the differents boards, the station will have a normal working (The PC is in slave mode). During the reading and the writing of the parameters, there will be no more airflow changes possible and the calamity, the frostprotect and the bypass function will be desactivated. (The PC become the master and all the board are in slave mode / A message or a time-out will replace the master in normal mode) 39

40 6.3 Pairing van de Rf-bediening: Bij een nieuwe installatie en bij terug op spanning zetten van een gekalibreerde sturing gaat de bypass-procedure zijn werk doen gedurende max 1 min., tijdens deze tijd brand de rode led op de sturing constant. Je kan een nieuwe Rf-bediening (bv bij defect of nieuwe installatie) pairen met de sturing, door eerst de spanningskabel tussen de Pulmo sturing en de Pulmo box uit te trekken. Je steek de verbindingskabel terug in de daarvoor voorziene connector nadat de rode led knippert. Op het moment dat de rode led constant brand, neemt je de Rf-bediening en drukt de vier knoppen na elkaar in en de Rf-bediening is gepaird. De rode led gaat uit als de pairing gelukt is. De sturing heeft nu 30 sec tijd nodig om de pairing te confirmeren. Indien je meer dan één (max 4) Rf-bediening wil pairen met de sturing, doe je deze handeling voor elke Rfbediening. Als je toch één vijfde zou pairen, valt de eerste gepairde Rf-bediening af. Voor deze handeling heb je een pairing tijd van 3 min. Indien om welke reden ook de pairing van de Rf-bediening niet lukt moet er overgegaan worden naar een 3-standenschakelaar die je moet aansluiten op de groen connector. Als een 3-standenschakelaar is aangesloten, is de Boost functie niet actief. De Pulmo is nu volledig geïnstalleerd. 40

Handleiding Pulmo. Versie 06/2012

Handleiding Pulmo. Versie 06/2012 Handleiding Pulmo Versie 06/2012 1. Waarschuwingen en veiligheid informatie 2 2. Algemeen 4 3. Pulmo info 6 4. Technische specificaties 8 5. Installatie voorschriften 13 5.1.1. Uitpakken Pulmo Box 13 5.1.2.

Nadere informatie

Handleiding(V03.03) de montage. Type: Project 300/400 & Silentio 350/450

Handleiding(V03.03) de montage. Type: Project 300/400 & Silentio 350/450 Handleiding(V03.03) de montage Type: Project 300/400 & Silentio 350/450 2 Inhoud 1 WAARSCHUWINGEN EN VEILIGHEID INFORMATIE... 4 2 INHOUD VERPAKKING... 5 2.1 Box... 5 2.2 Sturing... 5 3 TECHNISCHE GEGEVENS...

Nadere informatie

Bespaar terwijl je optimaal ventileert... Iedereen is het erover eens dat we de CO2-uitstoot moeten beperken en besparen op de energiefactuur.

Bespaar terwijl je optimaal ventileert... Iedereen is het erover eens dat we de CO2-uitstoot moeten beperken en besparen op de energiefactuur. Bespaar terwijl je optimaal ventileert... Iedereen is het erover eens dat we de CO2-uitstoot moeten beperken en besparen op de energiefactuur. Compleet isoleren wordt een must, eerst gesubsidieerd en nadien

Nadere informatie

technische fiche compacte ventilatie-unit met warmterecuperatie.

technische fiche compacte ventilatie-unit met warmterecuperatie. technische fiche compacte ventilatie-unit met warmterecuperatie. BEGETUBE 4 - technische fiche oor de zeer beperkte afmetingen en het lichte gewicht is de unit bijzonder handig om te transporteren en te

Nadere informatie

Brink Renovent. www.atc-ventilation.be

Brink Renovent. www.atc-ventilation.be Brink Renovent www.atc-ventilation.be Renovent A B Brink Renovent Excellent 180 pagina 3 A+ A Brink Renovent Excellent 300/400/450 pagina 7 A+ A pagina 11 Brink Renovent Sky Brink Renovent Excellent 180

Nadere informatie

Installatiehandleiding Bedien-unit luxe Warmte Terug Win unit

Installatiehandleiding Bedien-unit luxe Warmte Terug Win unit Installatiehandleiding Bedienunit luxe Warmte Terug Win unit Typenr. 967.280007 Inhoudsopgave 1 TECHNISCHE SPECIFICATIES......................................... 2 2 FUNCTIONELE SPECIFICATIES.......................................

Nadere informatie

als het over ventilatie gaat...

als het over ventilatie gaat... als het over ventilatie gaat... Made in Belgium by Sanutal Hoogefficiënte tegenstroomwarmtewisselaar Systeem D Slim ventileren met terugwinning van energie air Tallinn hoofdstad van Estland, zuiverste

Nadere informatie

Warmteterugwinapparaat ComfoD 550

Warmteterugwinapparaat ComfoD 550 Belangrijke kenmerken Beschikbaar in basis en luxe uitvoering Tegenstroomwisselaar 95% thermisch rendement Gelijkstroommotoren 50% besparing op energieverbruik Luchttoevoer en luchtafvoer onafhankelijk

Nadere informatie

VENTILATIESYSTEMEN UTILITY MET HOOG RENDEMENT. www.clima-industries.com

VENTILATIESYSTEMEN UTILITY MET HOOG RENDEMENT. www.clima-industries.com VENTILATIESYSTEMEN UTILITY MET HOOG RENDEMENT ventilatiesystemen voor utiliteitsbouw: school, kantoor, hotel, appartement, rusthuis www.clima-industries.com SNELLE INTERVENTIE/FLEXIBILITEIT De belangrijkste

Nadere informatie

Decentrale warmteterugwinning Zehnder ComfoAir 70

Decentrale warmteterugwinning Zehnder ComfoAir 70 Belangrijke kenmerken Decentrale WTW tot 60 m 3 /h Aansluitmogelijkheid voor tweede ruimte Handmatige bediening in 4 standen Automatische regeling op CO 2 mogelijk Enthalpiewisselaar Energiezuinige gelijkstroommotoren

Nadere informatie

Gebalanceerde ventilatie met warmteterugwinning (wtw)

Gebalanceerde ventilatie met warmteterugwinning (wtw) Gebalanceerde ventilatie met warmteterugwinning (wtw) Onderhoud / storing Belangrijk: Maak 1x per maand de twee filters in de wtw-unit schoon en vervang ze minimaal 2 per jaar. Zowel voor het schoonmaken

Nadere informatie

Warmteterugwinapparaat WHR 920

Warmteterugwinapparaat WHR 920 Belangrijke kenmerken Hoog thermisch rendement Standaard voorzien van 100% bypass Luchtcapaciteit 210 m³/h - 200 Pa Geschikt voor beperkte opstellingsruimte door compact ontwerp Wand- en plafondmontage

Nadere informatie

Decentrale warmteterugwinning Zehnder ComfoAir 70

Decentrale warmteterugwinning Zehnder ComfoAir 70 Belangrijke kenmerken Decentrale WTW tot 65m3/h Aansluitmogelijkheid voor tweede ruimte Handmatige bediening in 4 standen Storings- en filtermelding Enthalpiewisselaar Energiezuinige gelijkstroommotoren

Nadere informatie

Uw ventilatiesysteem: Vraaggestuurde ventilatie met natuurlijke toevoer, mechanische afvoer;

Uw ventilatiesysteem: Vraaggestuurde ventilatie met natuurlijke toevoer, mechanische afvoer; Uw ventilatiesysteem: Vraaggestuurde ventilatie met natuurlijke toevoer, mechanische afvoer; Onderhoud / storing Belangrijk: Reinig de (toevoer)roosters in de gevel en de afvoerventielen minimaal 1x per

Nadere informatie

Decentrale warmteterugwinning Zehnder ComfoAir 70

Decentrale warmteterugwinning Zehnder ComfoAir 70 Belangrijke kenmerken Decentrale WTW tot 60 m 3 /h Aansluitmogelijkheid voor tweede ruimte Handmatige bediening in 4 standen Storings- en filtermelding Enthalpiewisselaar Energiezuinige gelijkstroommotoren

Nadere informatie

Technische fiche Endura Delta

Technische fiche Endura Delta Endura Delta ENDURA DELTA 330 pagina s 2-5 Endura Delta 330 T4 Endura Delta 330 T2/B2 ENDURA DELTA 30 pagina s 6-9 Endura Delta 30 T4 Endura Delta 30 T2/B2 ENDURA DELTA 0 pagina s 10-13 Endura Delta 0

Nadere informatie

Handleiding voor de gebruiker HRC-15 Woonhuisventilatie

Handleiding voor de gebruiker HRC-15 Woonhuisventilatie Deze handleiding is bedoeld voor de gebruikers van het mechanisch ventilatiesysteem van het type HRC-15. Deze handleiding bevat belangrijke informatie over de bediening en onderhoud van het ventilatietoestel

Nadere informatie

Afzuigkap Gebruiksaanwijzing

Afzuigkap Gebruiksaanwijzing Afzuigkap Gebruiksaanwijzing Inhoudsopgave 1.Opmerkingen 2.Functies 3..Installatie 4..Opmerkingen over installatie 5..Veiligheidswaarschuwingen 6 Gebruik 7 Onderhoud 1 Opmerkingen 1. Bedankt voor het kiezen

Nadere informatie

Warmteterugwinapparaat ComfoD 550

Warmteterugwinapparaat ComfoD 550 Belangrijke kenmerken EPC winst tot 0,25 Beschikbaar in basis en luxe uitvoering Tegenstroomwisselaar 95% thermisch rendement Gelijkstroommotoren 50% besparing op energieverbruik Luchttoevoer en luchtafvoer

Nadere informatie

Uw ventilatiesysteem: Decentrale ventilatie

Uw ventilatiesysteem: Decentrale ventilatie Uw ventilatiesysteem: Decentrale ventilatie Systeemopbouw: In één of meerdere vertrekken heeft u een decentrale ventilatieunit die voor de ventilatie van dat vertrek zorgt. In de overige vertrekken is

Nadere informatie

Warmteterugwinunit Zehnder WHR 920

Warmteterugwinunit Zehnder WHR 920 Belangrijke kenmerken Met name geschikt voor toepassing in bestaande bouw door compact ontwerp EPC-winst: 0.27 Hoog thermisch rendement Standaard voorzien van 100% bypass Luchtcapaciteit 210 m³/h - 200

Nadere informatie

Hoofdbediening CO 2. RF en Uitbreidingssensor CO 2. RF Handleiding voor de gebruiker. Verwarming Koeling Ventilatie Filtering

Hoofdbediening CO 2. RF en Uitbreidingssensor CO 2. RF Handleiding voor de gebruiker.  Verwarming Koeling Ventilatie Filtering Hoofdbediening RF en Uitbreidingssensor RF Handleiding voor de gebruiker In de Kasbah geplaatst in het voorjaar 2015 Verwarming Koeling Ventilatie Filtering www.dekasbah.nl Inhoudsopgave 1. Introductie

Nadere informatie

CODUMÉ SCVU2 TECHNISCHE FICHE. Een vooruitstrevende techniek! EPB conform. www.codume.eu

CODUMÉ SCVU2 TECHNISCHE FICHE. Een vooruitstrevende techniek! EPB conform. www.codume.eu TECHNISCHE FICHE CODUMÉ SCVU2 Een vooruitstrevende techniek! EPB conform De Codumé SCVU2 ventilator is het neusje van de zalm voor lokale en gedecentraliseerde ventilatie. Met een permanent debiet van

Nadere informatie

Warmteterugwinunit Zehnder WHR 918

Warmteterugwinunit Zehnder WHR 918 Belangrijke kenmerken Compacte afmetingen (558 x 680 x 299 mm) Energielabel A Sturing met meerdere sensoren energielabel A + Links/rechts uitvoering in één unit Voorzien van vier boven aansluitingen en

Nadere informatie

In werking stellen Hoofdstuk 6

In werking stellen Hoofdstuk 6 In werking stellen Hoofdstuk 6 6.1 In- en uitschakelen toestel Het toestel kan op twee manieren worden in- of uitgeschakeld: 1. Softwarematig; er blijft spanning op het toestel staan, bijsoftwarematig

Nadere informatie

Warmteterugwinunit WHR 920

Warmteterugwinunit WHR 920 Belangrijke kenmerken Met name geschikt voor toepassing in bestaande bouw door compact ontwerp EPC-winst: 0.27 Hoog thermisch rendement Standaard voorzien van 100% bypass Luchtcapaciteit 210 m³/h - 200

Nadere informatie

Technische fiche Endura Delta

Technische fiche Endura Delta Endura Delta ENDURA DELTA 330 pagina s 2-5 New! Endura Delta 330 T4 Endura Delta 330 T2/B2 ENDURA DELTA 30 pagina s 6-9 Endura Delta 30 T4 Endura Delta 30 T2/B2 ENDURA DELTA 0 pagina s 10-13 New! Endura

Nadere informatie

INSTALLATIE INSTRUCTIES

INSTALLATIE INSTRUCTIES Scherm min. 5 kg DQ Regular 1000 DQ Regular 700 INSTALLATIE INSTRUCTIES INHOUD: 1. Belangrijke veiligheidsinstructie s. 2. Specificaties en afmetingen. 3. Anti-afknel / Auto-omkeer functie. 4. Meegeleverde

Nadere informatie

STAKA. Handleiding elektrische bediening. Dakluiken Flachdachausstiege Roof access hatches Trappes de toit

STAKA. Handleiding elektrische bediening. Dakluiken Flachdachausstiege Roof access hatches Trappes de toit STAKA Handleiding elektrische bediening Algemeen Deze handleiding geeft u de juiste instructies voor een correcte aansluiting en een goede bediening van de elektrische bedieningsset van Staka. De installatie

Nadere informatie

Warmteterugwinapparaat WHR 930

Warmteterugwinapparaat WHR 930 Belangrijke kenmerken EPC-winst tot 0,28! Hoog thermisch rendement Standaard voorzien van 100% bypass Luchtcapaciteit 380m³/h - 150Pa Flexibele filterinstelling Standaard vorstbeveiliging Met onderhoudsinstructie

Nadere informatie

DucoBox Silent Connect

DucoBox Silent Connect DucoBox Silent Connect HANDS ON BE(nl) 1 2 1. Aansluiting & knoppen 2. LED-indicatie 3 3. Montage + aansluiting 1. Draai de Boxsensor(en) in het gewenste kanaal in de DucoBox tot de Boxsensor vastklikt.

Nadere informatie

air Handleiding Sanutal Air - ManualTALLINN

air Handleiding Sanutal Air - ManualTALLINN Handleiding 340-480 Sanutal Air - ManualTALLINN- 2015-1 Inhoud pagina 1. Waarschuwingen en veiligheid informatie 3 2. Algemeen 4 3. Tallinn info 5 4. Technische specificaties 6 5. Installatie voorschriften

Nadere informatie

silent ventilation DE KRACHT VAN DE NATUUR IN DE WONING MET EEN BALANSVENTILATIESYSTEEM D400

silent ventilation DE KRACHT VAN DE NATUUR IN DE WONING MET EEN BALANSVENTILATIESYSTEEM D400 silent ventilation DE KRACHT VAN DE NATUUR IN DE WONING MET EEN BALANSVENTILATIESYSTEEM D400 De VASCO ventilatie-unit D400 en het EasyFlow luchtkanalensysteem dragen bij tot een uiterst stil balansventilatiesysteem

Nadere informatie

Bedrade afstandsbediening YR-E14

Bedrade afstandsbediening YR-E14 Bedrade afstandsbediening YR-E14 MODE Om de modes : automatisch, ventileren, koelen, ontvochtigen of verwarmen te activeren. HEALTH Om de lucht te reinigen. SWING Het veranderen van de stand van de lamellen,

Nadere informatie

Decoratieve radiatoren Comfortabele ventilatie Verwarmings- en koelplafondsystemen Clean air solutions Zehnder WHR 920

Decoratieve radiatoren Comfortabele ventilatie Verwarmings- en koelplafondsystemen Clean air solutions Zehnder WHR 920 Decoratieve radiatoren Comfortabele ventilatie Verwarmings- en koelplafondsystemen Clean air solutions Zehnder Warmteterugwin-unit voor wand- of plafondmontage Zehnder Warmteterugwin-unit voor wand- of

Nadere informatie

Warmteterugwinapparaat WHR 950

Warmteterugwinapparaat WHR 950 Belangrijke kenmerken Tegenstroomwisselaar 95% thermisch rendement Gelijkstroommotoren 50% besparing op energieverbruik Luchttoevoer en luchtafvoer onafhankelijk in te regelen via display Intelligente

Nadere informatie

Energie Regeneratie Ventilatie. Op EPBD lijst. Energie efficiënte balansventilatie met warmte- én vochtuitwisseling ERV

Energie Regeneratie Ventilatie. Op EPBD lijst. Energie efficiënte balansventilatie met warmte- én vochtuitwisseling ERV Energie Regeneratie Ventilatie Op EPBD lijst Energie efficiënte balansventilatie met - én uitwisseling ERV ERV: Energie efficiënte ventilatie voor gezonde binnenlucht Samsung ventilatiesysteem D is erkend

Nadere informatie

INSTALLATIE INSTRUCTIES Alleen geschikt als permanente installatie, onderdelen genoemd in de handleiding kunnen niet buiten gemonteerd worden.

INSTALLATIE INSTRUCTIES Alleen geschikt als permanente installatie, onderdelen genoemd in de handleiding kunnen niet buiten gemonteerd worden. NETVOEDINGEN AC-1200 1200.190813 1201EL, 1202EL, 1203EXL, 1205EXL ALGEMENE INFORMATIE Deze netvoedingen zijn alleen bedoeld voor installatie door gekwalificeerde installateurs. Er zijn geen door de gebruiker

Nadere informatie

als het over ventilatie gaat...

als het over ventilatie gaat... als het over ventilatie gaat... Made in Belgium by Sanutal Hoogefficiënte tegenstroomwarmtewisselaar Systeem D Slim ventileren met terugwinning van energie air Tallinn hoofdstad van Estland, zuiverste

Nadere informatie

Warmteterugwinunit Zehnder WHR 950

Warmteterugwinunit Zehnder WHR 950 Belangrijke kenmerken Met name geschikt voor toepassing in nieuwbouw EPC winst: 0,25 Beschikbaar in basis, luxe en RF uitvoering Tegenstroomwisselaar 95% thermisch rendement Gelijkstroommotoren 50% besparing

Nadere informatie

Woonhuisventilator type: Compact-10P

Woonhuisventilator type: Compact-10P Gebruikershandleiding Compact-10P Gebruikershandleiding Woonhuisventilator type: Compact-10P Deze handleiding is bedoeld voor de gebruikers en de installateurs van het mechanisch ventilatiesysteem van

Nadere informatie

Uw ventilatiesysteem: natuurlijke toevoer, mechanische afvoer

Uw ventilatiesysteem: natuurlijke toevoer, mechanische afvoer Uw ventilatiesysteem: natuurlijke toevoer, mechanische afvoer Onderhoud / storing Belangrijk: Reinig de (toevoer)roosters in de gevel en de afvoerventielen minimaal 1x per jaar of zoveel vaker als nodig

Nadere informatie

installatiehandleiding CO2 SENSOR MCOHome MH9-CO2-WD MH9-CO2-WA

installatiehandleiding CO2 SENSOR MCOHome MH9-CO2-WD MH9-CO2-WA installatiehandleiding CO2 SENSOR MCOHome MH9-CO2-WD MH9-CO2-WA V02022017 MCOHOME CO2 Monitor MH9-CO2-WD MH9-CO2-WA Introductie De MCOHome CO2 Monitor is een Z-Wave compatibele lucht kwaliteit detector,

Nadere informatie

Gebruikershandleiding AT-300T/R UHF-PLL. 40 kanaals rondleidingsysteem & draadloze microfoon systemen.

Gebruikershandleiding AT-300T/R UHF-PLL. 40 kanaals rondleidingsysteem & draadloze microfoon systemen. Gebruikershandleiding AT-300T/R UHF-PLL 40 kanaals rondleidingsysteem & draadloze microfoon systemen. Introductie: Bedankt voor het aanschaffen van deze UHF- PLL 40 kanaals rondleidingsysteem en draadloze

Nadere informatie

BDS-001, besturing voor handbediende schuifdeuren

BDS-001, besturing voor handbediende schuifdeuren , besturing voor handbediende schuifdeuren HW V1.0 SW V1.0 NL. Inhoudsopgaven: 1 Veiligheidsvoorschriften 2 2 Werking 3 3 Overzicht 4 4 Aansluiten 6 5 Storingen/specificaties 9 1 1 Veiligheidsvoorschriften:

Nadere informatie

silent ventilation DE KRACHT VAN DE NATUUR IN DE WONING MET EEN BALANSVENTILATIESYSTEEM D400

silent ventilation DE KRACHT VAN DE NATUUR IN DE WONING MET EEN BALANSVENTILATIESYSTEEM D400 silent ventilation DE KRACHT VAN DE NATUUR IN DE WONING MET EEN BALANSVENTILATIESYSTEEM D400 De VASCO ventilatie-unit D400 en het EasyFlow luchtkanalensysteem dragen bij tot een uiterst stil balansventilatiesysteem

Nadere informatie

Technische fiche Healthconnector

Technische fiche Healthconnector v01 - mei 2015 De RENSON Healthconnector regelt per lokaal de afgevoerde (verontreinigde) binnenlucht in gecentraliseerde ventilatiesystemen. Toepassingsgebied Geschikte oplossing om vraaggestuurde ventilatie

Nadere informatie

Handleiding voor de gebruiker HRC-220/225 Woonhuisventilatie

Handleiding voor de gebruiker HRC-220/225 Woonhuisventilatie Deze handleiding is bedoeld voor de gebruikers van het mechanisch ventilatiesysteem van het type HRC-220 en HRC-225. Deze handleiding bevat belangrijke informatie over de bediening en onderhoud van het

Nadere informatie

Binnenontvanger verlichting RTS - opbouw. Installatiehandleiding

Binnenontvanger verlichting RTS - opbouw. Installatiehandleiding Binnenontvanger verlichting RTS - opbouw Installatiehandleiding - 2 - Binnenontvanger verlichting RTS - opbouw Inhoudsopgave Pagina Samenstelling 4 Veiligheid 5 Montage 5 Benodigd gereedschap 5 Aanbevolen

Nadere informatie

Elektrische aansluitingen accessoires

Elektrische aansluitingen accessoires 11.1 ansluitingen connectoren Connector X1 Connector X2 Niet geschikt voor! Eus resp. OpenTherm connector X1 Twee-polige schoefconnector f fabriek ingesteld als eus connector; door aanpassing van stapnummer

Nadere informatie

HANDLEIDING MOTOR CONNECTOR SET. Gebruikershandleiding voor in hoogte verstelbare bureau s cm

HANDLEIDING MOTOR CONNECTOR SET. Gebruikershandleiding voor in hoogte verstelbare bureau s cm HANDLEIDING MOTOR CONNECTOR SET Gebruikershandleiding voor in hoogte verstelbare bureau s 62-82 cm Voor ingebruikname van het systeem lees aandachtig deze handleiding en bewaar het voor naslag Type motor:

Nadere informatie

Opstarthandleiding Healthconnector. Ø125/ 125m³/h, Ø200/ 400m³/h & Ø250/ 600m³/h

Opstarthandleiding Healthconnector. Ø125/ 125m³/h, Ø200/ 400m³/h & Ø250/ 600m³/h Opstarthandleiding Healthconnector Ø125/ 125m³/h, Ø200/ 400m³/h & Ø250/ 600m³/h 1 Inhoudstabel 1. Inleiding 1.1. Transport en verpakking 1.2. Veiligheidsvoorschriften 2. Werking 3. Healthconnector Ø125/

Nadere informatie

DIC WANDMODEL HANDLEIDING MONTAGE EN GEBRUIK Deze handleiding is van toepassing op een DIC wandmodel met plug and play systeem

DIC WANDMODEL HANDLEIDING MONTAGE EN GEBRUIK Deze handleiding is van toepassing op een DIC wandmodel met plug and play systeem DIC WANDMODEL HANDLEIDING MONTAGE EN GEBRUIK Deze handleiding is van toepassing op een DIC wandmodel met plug and play systeem INHOUDSOPGAVE DIC wandmodel met plug and play stysteem 1 Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

Jack vta 562/800. Pagina 1 van 12 versie

Jack vta 562/800. Pagina 1 van 12 versie Jack vta 562/800 Pagina 1 van 12 versie 20171211 Wat wordt standaard geleverd: 1 Lift Jack vta 562/800 2 Besturingskast 3 Verbindingskabel 4 Voeding 5 Voedingskabel 6 TV beugel 7 Vesamount 8 Afstandsbussen

Nadere informatie

PDM-8-MB POM (VOEDING OVER MODBUS) Montage & gebruiksvoorschriften

PDM-8-MB POM (VOEDING OVER MODBUS) Montage & gebruiksvoorschriften POM ( MODBUS) Montage & gebruiksvoorschriften Inhoudstafel VEILIGHEIDS - & VOORZORGSMAATREGELEN 3 PRODUCTBESCHRIJVING 4 GEBRUIKSTOEPASSING 4 TECHNISCHE GEGEVENS 4 STANDAARDEN 4 OPERATIONELE DIAGRAMMEN

Nadere informatie

Afstandsbediening Telis 16 RTS

Afstandsbediening Telis 16 RTS Afstandsbediening Telis 16 RTS Bedieningshandleiding Telis 16 RTS Pure Art.nr. 1811020 Telis 16 RTS Silver Art.nr. 1811021 Afstandsbediening Telis 16 RTS 16 Kanaals zender met display Telis 16 RTS Pure

Nadere informatie

Hygro sensor RF Handleiding voor de installateur. Clean Air. Handleiding voor de gebruiker z.o.z.

Hygro sensor RF Handleiding voor de installateur. Clean Air. Handleiding voor de gebruiker z.o.z. Hygro sensor RF Handleiding voor de installateur Handleiding voor de gebruiker z.o.z. Clean Air Verwarming Koeling Ventilatie Filtering Zehnder Group Nederland B.V. Lingenstraat 2 8028 PM Postbus 621 8000

Nadere informatie

HANDLEIDING: BUITEN BEWEGINGSMELDER

HANDLEIDING: BUITEN BEWEGINGSMELDER HANDLEIDING: BUITEN BEWEGINGSMELDER Inhoud INTRODUCTIE... 2 INSTALLATIE... 3 INSTELLINGEN... 4 SCHAKELAAR SW1... 5 SCHAKELAAR SW2... 5 JUMPER SCHAKELAAR JP1... 5 TESTEN... 6 LOOPTEST... 6 RADIO LINK TEST...

Nadere informatie

2 Voor de gebruiker. Dit hoofdstuk beschrijft hoe de WHR moet worden gebruikt.

2 Voor de gebruiker. Dit hoofdstuk beschrijft hoe de WHR moet worden gebruikt. 2 Voor de gebruiker B C Dit hoofdstuk beschrijft hoe de WHR moet worden gebruikt. A Gefeliciteerd, u bent eigenaar van de WHR 930 Basis, het warmteterugwinapparaat van Zehnder - J.E. StorkAir. Wij wensen

Nadere informatie

Hygro-Presence sensor Handleiding. Verwarming Koeling Ventilatie Filtering

Hygro-Presence sensor Handleiding. Verwarming Koeling Ventilatie Filtering Hygro-Presence sensor Handleiding Verwarming Koeling Ventilatie Filtering Alle rechten voorbehouden. Bij de samenstelling van deze handleiding is uiterste zorg betracht, de uitgever kan echter niet verantwoordelijk

Nadere informatie

DucoBox Focus HANDS ON. BE(nl)

DucoBox Focus HANDS ON. BE(nl) DucoBox Focus HANDS ON BE(nl) 1 2 1. Aansluiting & knoppen 2. LED-indicatie 3 3. Elektronische installatie a. Bekabeling Regelkleppen: Tijdens de bekabeling van de Regelkleppen dient de DucoBox Focus spanningsloos

Nadere informatie

Elektrische aansluitingen accessoires

Elektrische aansluitingen accessoires 11.1 ansluitingen connectoren Connector X1 Connector X2 Niet geschikt voor! Eus connector X1 Twee-polige schoefconnector f fabriek ingesteld als eus connector; door aanpassing van stapnummer 8 in het instelmenu

Nadere informatie

Stappenplan installeren UMR Vario

Stappenplan installeren UMR Vario Stappenplan installeren UMR Vario stap invullen sl tabbel op blz... 1 begin met het invullen van de tabel in de handleiding. dit geeft een duidelijk overzicht voor de volgende stappen. alle bekabeling

Nadere informatie

Telescopische TV liften serie John hat

Telescopische TV liften serie John hat Telescopische TV liften serie John hat Binnen deze serie zijn 4 types leverbaar, te weten: 1. John 40hat 554/668 voor schermen tot 40 2. John 65hat 716/1000 voor schermen tot 65 3. John 65hat 816/1200

Nadere informatie

HANDLEIDING. TechGrow T-1 CO 2 CONTROLLER. met externe CO 2 -sensor, lichtsensor en kalibratiefunctie software-versie: 2.

HANDLEIDING. TechGrow T-1 CO 2 CONTROLLER. met externe CO 2 -sensor, lichtsensor en kalibratiefunctie  software-versie: 2. WWW.TECHGROW.NL TechGrow T-1 CO 2 CONTROLLER met externe CO 2 -sensor, lichtsensor en kalibratiefunctie software-versie: 2.20 Uitgifte datum: 01-11-2014 HANDLEIDING TechGrow T-1 gebruikershandleiding GEFELICITEERD!

Nadere informatie

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4 Art.-Nr.: Art.-Nr.: Montage handleiding Inhoud Algemene omschrijving...p. Montage handleiding en functies...p. Instellingen van magneet contacten...p. Aansluiting met draadloos magneet contact...p. Aansluiting

Nadere informatie

L N L N. Fig.3 L N L N. Fig.4

L N L N. Fig.3 L N L N. Fig.4 SILET DESIG L L Fig.3 L L Fig.4 L L Ls Fig.5 L L Ls Fig.6 T (min) Fig.7 SILET CRZ L L Ls Fig.8 L L Fig.9 T (min) Fig.10 HR (%) CT-12/14 12 V 50Hz 230 V 50Hz TIME-DELAY FUSE 125 ma MAX. L SILET-100 CZ

Nadere informatie

Montagevoorschriften

Montagevoorschriften Montagevoorschriften BCU Mont_BCU1_NL.Doc 1/9 Inhoudsopgave 1. Montage van de onderdelen... 3 2. Aansluitingen van de 8 polige stekker... 3 3. Aansluitingen van de 10 polige stekker... 4 4. Opstarten...

Nadere informatie

1. Het systeem. 2. Onderdelen van het ventilatiesysteem. Bestektekst Zehnder ComfoAir XL 800

1. Het systeem. 2. Onderdelen van het ventilatiesysteem. Bestektekst Zehnder ComfoAir XL 800 Bestektekst Zehnder ComfoAir XL 800 1. Het systeem De ventilatie unit is ontwikkeld voor toepassing van balansventilatie met warmterecuperatie in grotere woningen en kleine utiliteit (bv. kleine kantoren,

Nadere informatie

Warmteterugwinapparaat WHR 930

Warmteterugwinapparaat WHR 930 Belangrijke kenmerken EPC-winst tot 0,28! Hoog thermisch rendement Standaard voorzien van 100% bypass Luchtcapaciteit 380m³/h - 150Pa Flexibele filterinstelling Standaard met vorstvrij voorziening Met

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Woonhuisventilator MVS

Gebruikershandleiding Woonhuisventilator MVS Gebruikershandleiding Woonhuisventilator MVS type: MVS-8p MVS-8/14P Deze handleiding is bedoeld voor de gebruikers en de installateurs van het mechanisch ventilatiesysteem van het type MVS-8P en MVS-8/14P.

Nadere informatie

HANDLEIDING VASCO TIMER MODULE TIMER MODULE

HANDLEIDING VASCO TIMER MODULE TIMER MODULE HANDLEIDING VASCO TIMER MODULE TIMER MODULE INHOUDSTABEL 1. INLEIDING 01 2. VEILIGHEID 01 3. WERKING 01 4. OBOUW 02 ALGEMEEN 02 MAATTEKENING 02 MONTAGE 02 ELEKTRISCH SCHEMA 04 4.1 AANSLUITING D300E II

Nadere informatie

TECHNISCHE HANDLEIDING

TECHNISCHE HANDLEIDING 1.09.46F 10.10.0 Type 1 VALLOX Code 1 TECHNISCHE HANDLEIDING Specifiek voor woningen Balansventilatie (toe- en afvoer) met warmterecuperatie Hoogrendement tegenstroomwarmtewisselaar in aluminium η >90%

Nadere informatie

Jack vta 562/800. Pagina 1 van 15 versie

Jack vta 562/800. Pagina 1 van 15 versie Jack vta 562/800 Pagina 1 van 15 versie 20150709 Wat wordt standaard geleverd: 1 Lift Jack vta 562/800 2 Besturingskast 3 Verbindingskabel 4 Voeding 5 Voedingskabel 6 TV beugel 7 Vesamount 8 Afstandsbussen

Nadere informatie

Warmteterugwinunit WHR B Warmtewielkast

Warmteterugwinunit WHR B Warmtewielkast Belangrijke eigenschappen Ventilatie met warmteterugwinning Gecontroleerde luchttoevoer en luchtafvoer Warmteterugwinrendement 75-85% 4 capaciteitstypen (6000-15000 m 3 /h) DC-motoren met constant volume

Nadere informatie

Systeemoplossing Zehnder CombiFlow

Systeemoplossing Zehnder CombiFlow Belangrijke kenmerken Veilige oplossing om WTW en CV toestel te combineren Rookgasafvoer en ventilatieafvoerlucht in één kanaal Mechanisch/elektronisch KIWA gekeurde veiligheidsklep Voor alle CV toestellen

Nadere informatie

Wind, Sun & Rain Sensor Instructions

Wind, Sun & Rain Sensor Instructions Awning Instructions Wind, Sun & Rain Sensor Instructions B C D Nederlands Wind, Zon & Regen Sensor Instructies Inhoud Garantie Voordat u de sensor aansluit raden wij u aan de instructies zorgvuldig door

Nadere informatie

Handleiding voor de gebruiker HRC-BRPH-15 Woonhuisventilatie

Handleiding voor de gebruiker HRC-BRPH-15 Woonhuisventilatie Deze handleiding is bedoeld voor de gebruikers van het mechanisch ventilatiesysteem van het type HRC-BRPH-15. Deze handleiding bevat belangrijke informatie over de bediening en onderhoud van het ventilatietoestel

Nadere informatie

Woonhuisventilator type: Compact-8/14p

Woonhuisventilator type: Compact-8/14p Gebruikershandleiding Compact-8/14P Gebruikershandleiding Woonhuisventilator type: Compact-8/14p Deze handleiding is bedoeld voor de gebruikers en de installateurs van het mechanisch ventilatiesysteem

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding EXCLUSIV COMPACT THERMOSTAAT Dit product heeft de volgende eigenschappen: 1) Regeling van de verwarming 2) Eenvoudig te programmeren 3) Twee programma's: programma ingesteld af fabriek

Nadere informatie

Verzeker jezelf van een goede oplevering.

Verzeker jezelf van een goede oplevering. Verzeker jezelf van een goede oplevering. Bestel de juiste luchtgroep en de inregeling van de volledige installatie bij AirX. AirX regelt volledige ventilatie installaties in, om ervoor te zorgen dat er

Nadere informatie

Elektrische aansluitingen accessoires

Elektrische aansluitingen accessoires . ansluitingen connectoren 8 7 6 5 4 2 2 4 5 6 7 8 9 2 2 4 Modulaire connector t.b.v. toerenregeling Modulaire connector type RJ-2 - lleen geschikt voor laagspanning! us connector Twee-polige schoefconnector

Nadere informatie

Handleiding voor VAT810-CO2/SD-B Luchtkwaliteit monitor

Handleiding voor VAT810-CO2/SD-B Luchtkwaliteit monitor Handleiding voor VAT810-CO2/SD-B Luchtkwaliteit monitor 1. Algemene beschrijving 2. Gebruiksvoorschriften 3. Bediening & Aansluitingen 4. Gebruiksinstructies 5. Stroomvoorziening 6. Communicatie 7. Uitgangsignaal

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Woonhuisventilator MVS type: MVS-10P

Gebruikershandleiding Woonhuisventilator MVS type: MVS-10P Gebruikershandleiding Woonhuisventilator MVS type: MVS-10P Deze handleiding is bedoeld voor de gebruikers en de installateurs van het mechanisch ventilatiesysteem van het type MVS-10P. Deze hand leiding

Nadere informatie

Ventileren in huis. Handleiding warmte-terug-win-installatie

Ventileren in huis. Handleiding warmte-terug-win-installatie Ventileren in huis Handleiding warmte-terug-win-installatie Samen met uw huisgenoten, huisdieren en kamerplanten produceert u iedere dag gemiddeld tien liter vocht. Tel daarbij op de waterdamp die vrijkomt

Nadere informatie

-Sensor Handleiding voor de installateur CO 2. Verwarming Koeling Ventilatie Filtering. Handleiding voor de gebruiker z.o.z.

-Sensor Handleiding voor de installateur CO 2. Verwarming Koeling Ventilatie Filtering. Handleiding voor de gebruiker z.o.z. - Handleiding voor de installateur Handleiding voor de gebruiker z.o.z. Verwarming Koeling Ventilatie Filtering Zehnder Group Nederland B.V. Lingenstraat 2 8028 PM Postbus 621 8000 AP Zwolle T 0900 555

Nadere informatie

Opstartprocedure Watts Vision Central Unit.

Opstartprocedure Watts Vision Central Unit. Opstartprocedure Watts Vision Central Unit. Applicatie 4 : Zoneregeling van vloerverwarmingskring(en) met RF BT Master 6 zones BT-M6Z02 RF 230V en digitale RF ruimtethermostaat BT-D02 RF. A. Aansluitschema

Nadere informatie

SAMSUNG ERV. Ventilation is our business. Energie - Regeneratie - Ventilatie WTW unit met vochtrecuperatie. Clima Construct

SAMSUNG ERV. Ventilation is our business. Energie - Regeneratie - Ventilatie WTW unit met vochtrecuperatie. Clima Construct luchttechniek groothandel - fabrikant Ventilation is our business SAMSUNG ERV Energie - Regeneratie - Ventilatie WTW unit met vochtrecuperatie Samsung ERV 800 Bij het goed ventileren van een verblijfsruimte

Nadere informatie

DECENTRALE VENTILATIE

DECENTRALE VENTILATIE 60 DECENTRALE VENTILATIE BROCHURE BELGIË/NEDERLAND 10/2017 DECENTRALE VENTILATIE-UNIT D60 FLUISTERSTIL TOPRENDEMENT Fluisterstil, energie-efficiënt én met het hoogste rendement van de markt. De decentrale

Nadere informatie

VH Control RF Thermostaat Echo Handleiding & Instructies

VH Control RF Thermostaat Echo Handleiding & Instructies VH Control RF Thermostaat Echo Handleiding & Instructies 1 Inhoud Algemeen... 3 Belangrijkste functionaliteiten... 3 Technische specificaties... 3 Belangrijke veiligheidsinformatie... 4 Afmetingen... 4

Nadere informatie

Ubiflux Vigor WTW. Zuivere kracht

Ubiflux Vigor WTW. Zuivere kracht Ubiflux Vigor WTW Zuivere kracht Ubiflux Vigor Nieuwe generatie ventilatie met warmteterugwinning Ubbink staat garant voor innovatieve systeemoplossingen die bijdragen aan een gezond en comfortabel binnenklimaat.

Nadere informatie

PARTYQ GEBRUIKERSHANDLEIDING 1.0 VOOR FIRMWARE 1.0

PARTYQ GEBRUIKERSHANDLEIDING 1.0 VOOR FIRMWARE 1.0 PARTYQ GEBRUIKERSHANDLEIDING 1.0 VOOR FIRMWARE 1.0 Nederlandse vertaling door: noskos (BBQ-NL.com) voor probbqshop.nl 1. Kenmerken van de PartyQ! 3 2. Installatie en Bediening! 3 3. Temperatuurvoeler!

Nadere informatie

MS Semen Storage Pro

MS Semen Storage Pro MS Semen Storage Pro 150 4508425 NL MS Semenstorage PRO 150 Gebruiksaanwijzing... 3 4508425/11-01-2016/F Inhoud MS Semen Storage Pro 150... 1 Bepalingen... 3 Introductie... 4 MS Semen Storage... 5 Aanbevelingen...

Nadere informatie

ROGER Belgium SCHUIFHEK OPENER R30 TECHNISCHE EIGENSCHAPPEN AFMETINGEN R30 MODELLEN R30/ R30/ R30/ R30/1209

ROGER Belgium SCHUIFHEK OPENER R30 TECHNISCHE EIGENSCHAPPEN AFMETINGEN R30 MODELLEN R30/ R30/ R30/ R30/1209 ROGER TECHNISCHE EIGENSCHAPPEN R30 MODELLEN R30/403-404 R30/803-804 R30/1203-1204 R30/1209 Voedingsspanning Nominaal vermogen Duwkracht Openingstijd X90 Thermische veiligheid Werkingstemperatuur Gewicht

Nadere informatie

MT ELEKTRONISCHE REGELAAR. Montage & gebruiksvoorschriften

MT ELEKTRONISCHE REGELAAR. Montage & gebruiksvoorschriften Montage & gebruiksvoorschriften Inhoudstafel VEILIGHEIDS - & VOORZORGSMAATREGELEN 3 PRODUCTBESCHRIJVING 4 ARTIKEL CODE 4 GEBRUIKSTOEPASSING 4 TECHNISCHE GEGEVENS 4 STANDAARDEN 4 OPERATIONELE DIAGRAMMEN

Nadere informatie

LAADZUIL ELEKTRISCHE MONTAGE EN GEBRUIK Deze handleiding is van toepassing op een DIC laadzuil met plug and play systeem

LAADZUIL ELEKTRISCHE MONTAGE EN GEBRUIK Deze handleiding is van toepassing op een DIC laadzuil met plug and play systeem LAADZUIL ELEKTRISCHE MONTAGE EN GEBRUIK VOERTUIGEN HANDLEIDING Deze handleiding is van toepassing op een DIC laadzuil met plug and play systeem INHOUDSOPGAVE DIC laadzuil met plug and play systeem 1 Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

FAAC Tubular Motors Schaapweg BA Vlodrop

FAAC Tubular Motors Schaapweg BA Vlodrop 2 Inhoud 1. Algemeen... 4 1.1 Hindernisherkenning en stoppen op een aanslag... 4 2. Beschreibung... 4 3. Technische eigenschappen... 5 4. Montage... 5 4.1 Bouwen van de motor... 5 4.2 Installeren van de

Nadere informatie

Handleiding versie 1.2 NL

Handleiding versie 1.2 NL Handleiding versie 1.2 NL Inhoudsopgave 1 ALGEMEEN 1.1 Lokale aspecten van de montage-gebruikshandleiding 3 1.2 Beoogd gebruik 3 1.3 Onjuist gebruik 3 1.4 Op te volgen wetten, richtlijnen en normen 3 1.5

Nadere informatie

TechGrow T-Mini gebruikershandleiding

TechGrow T-Mini gebruikershandleiding WWW.TECHGROW.NL TechGrow T-Mini CO 2 CONTROLLER met interne CO 2 sensor & lichtsensor, ingebouwde kalibratiefunctie plug&play installatiegemak en ingebouwde min/max meting Software versie: 1.10 Uitgifte

Nadere informatie

Warmteterugwinapparaat ComfoD 350

Warmteterugwinapparaat ComfoD 350 Belangrijke kenmerken Hoog thermisch rendement Standaard voorzien van 100% bypass Flexibele filterinstelling Standaard vorstbeveiliging Met onderhoudsinstructie voor bewoner Uitbreiding op vorstbeveiliging

Nadere informatie