De belangrijkste punten om te onthouden zijn:

Transcriptie

1 De belangrijkste punten om te onthouden zijn: Bij suikerziekte heeft u te veel suiker in het bloed. Dit is slecht voor uw ogen en uw nieren. U heeft daardoor ook meer kans op hart- en vaatziekten. Als u insuline spuit, zorgt u ervoor dat er niet te veel suiker in het bloed komt. In uw geval kan dit op twee manieren: 1. Via een insuline-pen 2. Via een insuline-pomp Vergelijk de behandelopties Hierdonder kunt u de twee opties vergelijken. Wat betekent het? U spuit insuline via de pen in uw lichaam. 4-5 per dag spuiten. Dosis insuline kan op de pen worden ingesteld. 4 a 5 x per dag bloedsuiker controleren, dus prikken. Voor elke injectie moet u een nieuw naaldje op de pen zetten. Iedere 2-3 dagen een nieuw slangetje in uw buik aanbrengen16. 4 keer per dag de bloedsuiker controleren. Het gebied rondom de pomp moet goed schoon blijven. Voor elke maaltijd en als het nodig is moet u extra insuline geven. U moet de koolhydraten tellen van alles wat u eet. Wat zijn de voordelen? U kunt alles doen wat u wilt. U heeft geen last van een apparaat op uw lijf. Bediening is makkelijk. Het is van buiten niet te zien dat u suikerziekte hebt. Spuiten is goedkoop Weinig schommelingen in de bloedsuiker. Sommige mensen voelen zich beter met een pomp. Altijd insuline binnen handbereik. Bediening van de pomp valt niet op.

2 Wat zijn de nadelen? U moet 4-5 keer per dag prikken. Sommige mensen vinden dat heel vervelend. Bij sporten en ziekte zijn de bloedsuikers soms moeilijk te goed te krijgen. De pomp kan stoppen met werken zonder dat u het merkt. Dit kan erg gevaarlijk zijn. Tegenwoordig geven de meeste pompen een signaal als deze niet meer goed werkt. De huid rond het slangetje kan gaan ontsteken. U heeft de volgende antwoorden gegeven op de vragen in de keuzehulp: Wat is voor u belangrijk? Voor het toedienen van insuline zijn twee manieren. U bepaalt zelf welke behandeling de beste voor u is. Hieronder staat wat u in de keuzehulp heeft opgegeven. Ik vind het niet erg om meerdere keren per dag insuline te spuiten. Ik wil niet iedere dag insuline spuiten. Het gebruik van een insulinepen vind ik gemakkelijk. Het lukt mij wel om te leren omgaan met de insulinepomp.

3 Mijn ritme is iedere dag vrijwel hetzelfde. Het is dus niet moeilijk om het insuline spuiten in te plannen. Ik vind het prettig om niet op vaste tijden insuline te hoeven spuiten. Ik vind het geen probleem om op het werk of in een restaurant insuline te spuiten. Ik wil liever niet op een openbare plek insuline spuiten. Ik heb niet zoveel schommelingen in mijn bloedsuikers. Ik wil minder schommelingen in mijn bloedsuikers. Uw keuze: Hieronder staat wat u in de keuzehulp heeft opgegeven:

4 Mijn voorkeur Geen mening Mijn voorkeur Hoe zeker bent u van uw keuze: U heeft nagedacht over hoe zeker u was over uw keuze. Hieronder staat wat u in de keuzehulp heeft opgegeven: Erg onzeker Erg zeker Erg onzeker Erg zeker Afsluiting Hieronder staat wat u heeft geantwoord op de vragen over uw kennis, de voordelen en nadelen en wat voor u belangrijk is: Kennis: Weet u genoeg over de voordelen en nadelen van de verschillende behandelingen? Waarde: Kunt u bepalen wat voor u het belangrijkste is?

5 Ondersteuning: Heeft u het idee dat u een goede beslissing kunt nemen? Uw aantekeningen: Als u aantekeningen heeft gemaakt in de keuzehulp, staan deze hieronder. Adviezen: Bespreek het resultaat van de keuzehulp met uw arts. Samen kiest u de behandeling die het best bij u past. m gerust iemand mee naar het gesprek. Twee horen altijd meer dan één. Hartelijk dank voor het invullen van de keuzehulp. Contact Bij vragen of opmerkingen over deze website of dit programma kunt u contact opnemen met: Stichting PATIENT+ Binckhorstlaan 36 M BE Den Haag E. contact@patientplus.info W. T