INTRODUCTIEBUNDEL MATERNITEIT - VERLOSKAMER

Transcriptie

1 INTRODUCTIEBUNDEL MATERNITEIT - VERLOSKAMER

2 1 Welkom We heten U van harte welkom op de Dienst materniteit en verloskamer van het A.Z. St.-Dimpna. We wensen U een aangename, leerrijke stage toe. Het team van vroedvrouwen, mentoren en de stagecoachen vanuit de school zullen u trachten te begeleiden in deze stageperiode. 2 Algemene informatie 2.1 Gegevens van het ziekenhuis Het A.Z. St.-Dimpna is een regionaal algemeen ziekenhuis met in totaal 295 bedden. Het heeft momenteel erkenning voor volgende hospitalisatiediensten: bedden (kenletter D): diagnose en geneeskundige behandeling: dienst 5, 6, 7 en 8 en intensieve zorgen bedden (kenletter C): diagnose en heelkundige behandeling: dienst 1,2,4 en bedden (kenletter G): geriatrie - 23 bedden (kenletter M): kraamafdeling en n-dienst - 15 bedden (kenletter E): kindergeneeskunde Daarnaast bestaan er in het A.Z. St. Dimpna nog een aantal hulp-en nevendiensten: - apotheek, dieetkeuken, medische beeldvorming, verloskwartier, - polikliniek, patiëntenbegeleiding, revalidatiecentrum,.. In onderstaande kader vind u de gegevens van het ziekenhuis: Naam : A.Z. St.-Dimpna Adres : J.B. Stessensstraat Geel Telefoonnummer : 014/ Faxnummer : 014/ Faxnummer directiesecretariaat : 014/ adres : info@azstdimpna.be Aantal erkende bedden : 295

3 2.2 Geschiedenis van het ziekenhuis Het Algemeen Ziekenhuis St.-Dimpna is een fusie van de O.L. Vrouwkliniek van de V.Z.W. Gemeenschap Augustinessen Geel en het Sint-Elisabethziekenhuis van het O.C.M.W. te Geel. KORTE HISTORIEK VAN DE O.L. VROUWKLINIEK G.A.G. Periode : 'de stichting' Het gasthuis van Geel werd gesticht rond 1270 door Hendrik III Berthout, de toenmalige heer van Geel. Het werd gesteld onder patronaatschap van O.L. Vrouw en van de heilige Dimpna. Zijn eerste schenkingen waren voldoende om drie broeders en vijf zusters alsmede de arme zieken te onderhouden. In 1286 keurde Willem van Henegouw, bisschop van kamerrijk deze stichting goed en verleende tevens statuten aan de broeders en zusters. Periode : 'de hervorming' Omdat tijdens de Middeleeuwen in de meeste ziekenhuizen verval was ingetreden, werden er hervormingen doorgevoerd. Jacob de Busschere, toenmalig pastoor van Geel en Jan III van Merode hebben de restauratie van het Geelse ziekenhuis mogelijk gemaakt. Er werden nieuwe statuten opgesteld die het leven van de zusters tot in de kleinste details regelden. In 1552 werd de stichting aanvaard door Moeder Joanna Cox. Het aantal zusters werd op zeven gebracht. Periode : 'Beroofd van eigen bezittingen' Het bestaan van de zusters werd bedreigd door de Franse revolutie (1789). De Franse revolutie bracht namelijk sterke ideeën van secularisatie mee. Voor de zusters hield dit in dat zij hun kloosterhabijt niet meer mochten dragen en dat alle goederen van het klooster door de Staat in beslag werden genomen. Het ziekenhuis kreeg de naam van Burgerlijk Gasthuis. In 1801 werden alle goederen en renten bestemd voor het onderhoud en de huisvesting van de zusters overgedragen aan de Burgerlijke Gestichten voor Liefdadigheid. Wanneer op 7

4 februari 1931 vrijheid van vereniging werd toegestaan, grepen de zusters van Geel terug naar hun statuten van Het ziekenbeheer berustte nu volledig bij de zusters, van de inkomsten kregen ze een klein deel om te voorzien in eigen onderhoud en in het onderhoud van de zieken. In 1936 kocht Moeder Barbara, bijgestaan door pastoor en directeur L. Van Neylen, een huis in de Kollegestraat. Dit werd ingericht als materniteit, los van het Burgerlijk Gasthuis en volledig onder toezicht van de zusters. In 1958 werd hier een kinderkliniek aan toegevoegd. Dit geheel van gebouwen vormde de O.L. Vrouwkliniek. Periode : 'het nieuwe klooster' In 1969 werd aan de O.L. Vrouwkliniek een nieuw klooster gebouwd. Nieuwe statuten dateren van KORTE HISTORIEK VAN HET ST.-ELISABETHZIEKENHUIS De gasthuiszusters propageerden vanaf 1552 de verering van de heilige Elisabeth, patrones van de armen en de zieken. Dit leidde ertoe, dat tot aan de tweede wereldoorlog de namen St.-Dimpnagasthuis en St.-Elisabethgasthuis door elkaar gebruikt werden. Nadien kregen de drie patroonheiligen elk een afzonderlijk werkterrein. De C.O.O. koos na 1945 voor de H. Elisabeth. Het moederhuis is sinds 1966 onder de hoede van O.L. Vrouw geplaatst en de H. Dimpna blijft verbonden met het gasthuismuseum opgericht in 1969.Daar in de jaren '60 het aantal patiënten begon te groeien en het aantal roepingen daarentegen sterk verminderde, zagen de zusters zich verplicht om een deel van hun takenpakket in andere handen over te dragen. In 1963 nam de C.O.O. officieel de uitbating van het Sint- Elisabethziekenhuis aan de Billemontstraat in gebruik. Kenmerkend zijn de individuele kamers, de functionele inrichting en de medische apparatuur. Er bestaan op dat moment twee afdelingen : interne geneeskunde en heelkunde. Op 8 juli 1976 werd de C.O.O. omgevormd tot het O.C.M.W. Sindsdien is het ziekenhuis opgenomen in een groter geheel. Het O.C.M.W. is in de gemeente verantwoordelijk voor de welzijnszorg en de uitbouw van voorzieningen en diensten voor algemeen welzijn. DE FUSIE VAN DE TWEE ZIEKENHUIZEN Tussen het Sint-Elisabethziekenhuis en de O.L. Vrouwkliniek bestond sinds 1966 een schriftelijk contract over de verdeling van de ziekenhuisdiensten. Beide ziekenhuizen hadden een apart beleid en een aparte werking. Door de economische crisis in de jaren '80 besloot onze Belgische regering om strengere normen op te leggen aan de ziekenhuizen die erkend wilden worden. Bovendien werd ook de samenwerking tussen verschillende ziekenhuizen sterk aangespoord. De fusie van de twee ziekenhuizen op 1 januari 1988 heeft een nieuw ziekenhuis gecreëerd, met als naam Algemeen Ziekenhuis St.-Dimpna.

5 DE LEGENDE VAN DE HEILIGE DIMPNA Volgens de aloude legende was Dimpna een Ierse koningsdochter die leefde in de 7de eeuw. Haar vader was nog heiden, maar haar moeder, de koningin, liet haar dochter door de priester Gerebernus dopen en voedde haar op in het christelijk geloof. Na de dood van zijn gemalin was de koning ontroostbaar; niets of niemand kon hem nog enige vreugde verschaffen. De hovelingen gaven hem daarom de raad om een nieuwe vrouw te zoeken die in schoonheid zijn vroegere vrouw zou evenaren. De uitgezonden raadslieden kwamen echter allen onverrichterzake terug, want een dergelijke vrouw was niet te vinden. Maar zij raadden de koning aan zijn eigen dochter, het evenbeeld van haar moeder, te huwen. Gegrepen door een duivelse begeerte, vroeg de koning dus zijn dochter ten huwelijk. De diepgelovige Dimpna werd hierdoor zeer geschokt en wees het aanzoek beslist af. Om aan haar vaders toorn te ontsnappen, vluchtte zij weg met haar biechtvader Gerebernus, de hofvedelaar en diens echtgenote. Over zee en langs de Schelde kwamen zij te Antwerpen, vanwaar zij veiligheidshalve verder het land introkken. In Geel vonden zij een kapel, toegewijd aan St.-Maarten. In de nabijheid daarvan bouwden zij zich een nederige hut. Maar de koning had reeds het spoor van de vluchtelingen gevonden tot in Antwerpen, vanwaar hij weer zijn raadslieden het land instuurde om Dimpna te vinden. Zo kwamen zijn verkenners te Westerlo, dicht bij Zammel. Toen zij daar het gelag betaalden in de herberg, merkte de waardin op dat een uitheemse maagd, die een weinig verder woonde met dezelfde munt betaalde, en dat zij vergezeld was door een oude priester met een man en een vrouw. Zich niet bewust van haar onvrijwillig verraad verschafte zij hun nadere inlichtingen over hun verblijf. (De overlevering voegde daaraan toe dat, toen de waardin met uitgestrekte arm de richting aanwees, deze arm tot haar straf uitgestrekt bleef). Toen de verkenners spoorslags naar Antwerpen terugreden en daar aan de koning boodschapten dat zij Dimpna gevonden hadden, trok deze meteen erop uit om zijn dochter te Geel weer te zien. Ook nu nog weigerde Dimpna halsstarrig in te gaan op het onmogelijke voorstel van haar vader. De koning ontstak hierop in een waanzinnige woede en onthoofdde eigenhandig zijn dochter. Ook Gerebernus werd vermoord en beide martelaren werden door de inwoners piëteitsvol begraven. Op hun graven werd weldra gebeden tegen waanzin. Toen later de martelaren werden opgegraven om de relieken in de kerk de eer van de altaren te geven, werden de gebeenten van Dimpna en Gerbernus aangetroffen in twee blanke lijkkisten van witte zandsteen, een materiaal dat hier onbekend was. Zo geloofden de inwoners dat de martelaren destijds door de engelen begraven werden. Zij aanriepen hen als heiligen ter genezing van allerlei ziekten, maar vooral tegen krankzinnigheid, omdat Dimpna door haar vader in een vlaag van waanzin werd vermoord.

6 2.3 Organigram Organogram verpleging Directie verpleging: Functieverdeling: Hoofd: Walter Claessens algemene coördinatie coördinatie departementen personeelsbeleid Diensthoofd: Mieke Gillis studenten verpleegkunde patiëntenbegeleiding verpleegkundige zorgmodellen Diensthoofd: Gunter Oris M.V.G., M.K.G. registratie Verpleegkundig ziekenhuishygiënist Diensthoofd: Ann Verfaillie kwaliteitsbewaking klachtenmanagement verpleegkundige zorgmodellen Preventieadviseur: Leen Gram Opleiding en vorming Bakelants Raf: verantwoordelijke bijscholingen inscholingsverantwoordelijke 2.4 Bereikbaarheid Het ziekenhuis is zowel met de auto (parking is voorzien), taxi, per fiets, als met het openbaar vervoer bereikbaar. MET DE WAGEN Komende vanuit Antwerpen E313 afrit 23 'Geel West'. U kiest rechts richting Geel (N 19) 4 km. Indien U van Herentals, Westerlo of Aarschot komt, volgt U ook de N 19. Aan het ronde punt kiest U rechts richting Mol (= ring). Aan het tweede ronde punt op de ring gaat U links richting centrum. Aan de rode lichten gaat U rechts (richting Mol) = Gasthuisstraat. Op 400 m aan uw rechterzijde (= 1ste straat) bevindt zich het ziekenhuis (J.B.Stessensstraat).

7 Komende vanuit E 313 afrit 24 Geel Oost Neem richting Geel (N 174). Volg deze weg 7 km tot aan het ronde punt ring. Recht oversteken en de N 174 volgen tot aan rode lichten. Aan de rode lichten gaat U rechts (richting Mol) = Gasthuisstraat. Op 400 m aan uw rechterzijde (= 1ste straat) bevindt zich het ziekenhuis (J.B. Stessensstraat). Neem richting Geel. (N126) Volg deze weg tot aan het ronde punt ring. Recht oversteken en de N 174 volgen tot aan rode lichten. Aan de rode lichten gaat U rechts (richting Mol) = Gasthuisstraat. Op 400 m aan uw rechterzijde (= 1ste straat) bevindt zich het ziekenhuis (J.B. Stessensstraat). Komende vanuit Mol - Lommel - Neerpelt. Volg de N 71 richting Geel. Ronde punt ring recht oversteken richting centrum. Deze weg volgt U tot aan de rode lichten. In de eerste straat links achter de lichten, bevindt zich het ziekenhuis. Komende vanuit Retie - Dessel Volg de N 118 richting Geel tot aan de eerste rode lichten. Voorbij de rode lichten kiest U de eerste straat links waar het ziekenhuis zicht bevindt. Komende vanuit Turnhout - Kasterlee (E34) Volg de N 19 richting Geel centrum. Vóór u het centrum binnenrijdt slaat u rechts af (ring Geel), richting Mol. U volgt deze weg tot aan de eerste rotonde, waar u linksaf slaat richting Geel centrum. Aan de tweede verkeerslichten rechts. Deze weg volgen tot aan de volgende verkeerslichten. Kruispunt oversteken, zodat u het ziekenhuis na 500 meter aan uw rechterkant ziet staan. MET HET OPENBAAR VERVOER Er is een bushalte gelegen in de Gasthuisstraat, naast parking van het ziekenhuis, en een bushalte in de Kollegestraat nabij de inkom van het ziekenhuis. Het ziekenhuis is ook bereikbaar via trein, lijn Antwerpen-Neerpelt.

8 2.5 Parkeren Indien je wenst gebruik te maken van de parking van het ziekenhuis, moet je je houden aan het parkeerreglement. Tot de parking kan je vrij toegang krijgen maar bij het verlaten van deze parking dien je een penning te gebruiken( 1 euro) om de slagbomen te openen of een parkingkaart mits het betalen van een waarborg van 20 euro bij de studentendienst op de campus van school. 2.6 Overnachtingsmogelijkheden Momenteel zijn er geen overnachtingsmogelijkheden in het ziekenhuis voor studenten verpleegkunde en vroedkunde. 2.7 Uniformen Uniformen worden door de student zelf meegebracht. De student zelf zorgt voor een proper en net dienstuniform.

9 2.8 Kleedkamer De kleedkamer bevindt zich in de kelder. Je beschikt over een afsluitbaar kastje met een cijferslot. De code wordt g d door Mevr. C. Deceuninck. Indien je een week voor aanvang nog geen code hebt ontvangen, mail je Mevr. C. Deceuninck. Hierin kan je waardevolle voorwerpen kwijt. Kleding wordt opgehangen aan kledingrek in de kleedkamer. De kleedkamer is alleen toegankelijk met een badge. GSM-gebruik is verboden. Deze toestellen moeten bij binnenkomst van het ziekenhuis uitgeschakeld worden. 3 Algemene informatie over de afdeling 3.1 Verpleegkundige visie en organisatievorm op deze afdeling Op deze dienst wordt gewerkt volgens het principe van Integrerende verpleegkunde. Dit betekent dat de patiënt in zijn totaliteit centraal staat. Een team van vroedvrouwen is verantwoordelijk voor de totaalzorg van patiënten. De vroedvrouw plant de zorgen, dient medicatie toe, vult dossiers in, zorgt voor patiëntenoverdracht, 3.2 Profielschets Algemene gegevens Tel. Materniteit : 014/ medisch korps Gynaecologen : Dr. Coppens, Dr. Vercammen, Dr. Vervliet, Dr. Kuyken, Dr. Schoneveld, dr Antheunis Kinderartsen : Dr. Van den Heuvel M., Dr. Vandecasteele G., Dr. Heuten, Dr. Meersman, Dr. Vergauwen Verpleegkundig/vroedkundig korps Hoofdvroedvrouw : Mevr. An Segers Telefoonnummer : 014/ An.segers@azstdimpna.be Mentoren:

10 Dit zijn leden van het vroedkundig team die zich bezig houden met de begeleiding van studenten. Op dienst kan je als student terecht bij volgende mentoren: Britt Terniers Aantal bedden De verloskamer beschikt over 4 arbeid-bevallingskamers en één onderzoekskamer. De dienst materniteit beschikt over 17 bedden. Er is één 2-persoonskamer en verder zijn er enkel eenpersoonskamers. Bezoekuren Patiëntenbezoek kan doorlopend van 14 tot uur Patiëntenprofiel Op de materniteit worden vooral kraamvrouwen met hun baby s verzorgd. Parturiënten worden opgenomen op verloskamer en blijven daar tot de kraamvrouw en pasgeborene verzorgd zijn. Zwangeren komen ook voor poliklinisch onderzoek op de verloskamer (bv. monitor). Vrouwen en die zwanger zijn en opgenomen worden omwille van zwangerschapsproblemen worden meestal opgenomen op verloskamer en worden, indien hun toestand het toelaat, overgebracht naar de materniteit voor verdere observatie/behandeling en begeleiding Dagindeling u: start vroege dienst met patiëntenbriefing Na de briefing worden de patiënten volledig verzorgd. Baby s worden voorgewassen door een vroedvrouw of verzorgende of door de mama s gewassen. Het ontbijt wordt ondertussen klaar gemaakt en opgediend. Artsen doen hun ronde bij de patiënten. - 12u: gezamenlijk opdienen en afhalen van middagmaal - 12u-12.30u: middagpauze personeel, studenten - 13u: patiëntenverzorging, verslagen schrijven, briefing voorbereiden u: patiëntenbriefing van vroege naar late ploeg

11 u: einde vroege ploeg - 16u: avondverzorging: temperatuur meten, patiënten opzetten, wondzorg, medicatietoediening - 17u: avondmaal u: afhalen maaltijden - 18u: pauze personeel, studenten - 20u: medicatietoediening, verzorging, u: verslagen en patiëntenbriefing naar nachtdienst Samenwerking met andere disciplines Er wordt samengewerkt met volgende disciplines/diensten: - sociale dienst: sociaal verpleegkundigen houden zich bezig met sociale problematiek - vervoerdienst: is een ploeg van mensen die zich uitsluitend bezig houden met het vervoer van patiënten naar verschillende onderzoeks-of behandelingsruimten. - Kinesisten - Onderhoudspersoneel - Kind en Gezin: brengt een eerste bezoek aan de kraamvrouwen om een dossier op te starten. - Zelfstandige vroedvrouwen voor verdere begeleiding thuis 3.3 Vereiste voorkennis en vaardigheden van de student Stagedoelstellingen en vereiste voorkennis en vaardigheden: zie stagebundel. Opbergen waardevolle spullen en studentenwerkmap : In de verpleegpost is een kastje voorzien waar de leerlingen hun persoonlijke spullen kunnen opbergen (1 gezamelijk kastje voor alle leerlingen). Hierin worden ook de studentenwerkmappen gelegd. Je studentenwerkmap dient steeds aanwezig te zijn op dienst. Hierin bewaar je onder andere het logboek, de dagelijkse evaluatieformulieren, het persoonlijk leerdoelenblad, leertraject, lijst van technische vaardigheden en evaluatieformulier. In overleg met de stagebegeleiding mogen een aantal documenten (zoals persoonlijke leerdoelenblad of logboek) mee naar huis genomen worden voor verdere verwerking. Bij afloop van de stage leg je in het leerlingenkastje je eindevaluatieformulier samen met de dagelijkse evaluaties, je urenbladen en het volledig ingevuld formulier persoonlijke doelstellingen. Maaltijden :

12 Er wordt meestal gezamelijk op de afdeling gegeten. Je kan daarom best je maaltijd voorzien. Er is de mogelijkheid om in het cafetaria (in de inkomhal) een snack te kopen. 3.4 Verwachtingen We hopen dat je je spoedig thuis voelt op de afdeling en dat je een leerrijke stage beleeft. Je zal de kans krijgen om veel te leren. Het hangt ook van jezelf af: je kan afwachten, maar ook de kansen grijpen die zich elke dag voordoen. Pak ze voor ze voorbij gaan, je kan er veel van opsteken. Je bent zelf verantwoordelijk voor het opnemen van deze leerkansen. Iedereen maakt al eens fouten. Bij mensen kan dat gebeuren. Dit hoeft niet noodzakelijk een ramp te zijn op voorwaarde dat je dit onmiddellijk signaleert aan een vroedkundige/verpleegkundige. Fouten maken is erg als je ze verbergt. Het gaat tenslotte om de gezondheid van mensen en daar speel je niet mee.

13 Verwachtingen van de afdeling naar de student : - De student maakt een duidelijk overzicht van de reeds opgedane praktijkervaring en geleerde technieken die van toepassing kunnen zijn op de stage - afdeling. - Theorie moet gekend zijn en vaardigheden ingeoefend voor aanvang van de stage. - Het durven vragen stellen : beter eerst navragen als je niet zeker bent. - Verloskundige situaties bespreken met de gediplomeerden, kritisch luidop nadenken (waarom doe je dit? BM te hoog, Lochia te veel ) Echter : niet op de kamer in het bijzijn van de vrouw! - Tonen van enthousiasme en interesse. - Initiatief nemen : actief deelnemen aan de zorgen, niet enkel passief kijken! (+ Ook initiatief nemen wat betreft orde en onderhoud van lokalen.) - Zelf opkomen voor leermomenten : dit betekent dat je bij aanvang van de dienst duidelijk je leerdoelen bespreekt, bespreekt welke technieken je al geleerd hebt en aangeeft welke technieken je graag wil uitvoeren. - Alle zorgen die je toedient worden eerst een aantal keren onder toezicht uitgevoerd, en pas zelfstandig uitgevoerd wanneer hoofdvroedvrouw je er bekwaam voor acht. - Steeds overleg plegen in hoeverre je zelf informatie kan en mag geven bij vragen van een patiënt. - Medicatie toedienen mag de student nooit zelfstandig uitvoeren. Orale toediening moet steeds gebeuren in opdracht van een gediplomeerde. - Alle inspuitingen en intra-veneuse toedieningen zoals infusen worden nooit bereid of toegediend zonder toezicht van een gediplomeerde. - Fris en verzorgd voorkomen (denk aan zuiver uniform, deodorant, korte nagels, lang haar wordt niet los gedragen, geen piercings of andere juwelen). Schoenen moeten veilig zijn zonder hoge hak met een antislipzool en geluiddempend. - Handhygiëne!!!(Voor en na elke zorg!) - Stipt op tijd aanwezig zijn. Flexibiliteit bij drukkere diensten : leerkansen benutten. - Je mag tijdens de stage het ziekenhuis niet verlaten (ook niet tijdens de middagpauze) : dit houdt verband met de verzekering. Er wordt niet getelefoneerd of bezoek ontvangen tijdens de stage-uren - Zelf navragen van feed-back, open staan voor bemerkingen en opmerkingen, geen aanvallende houding aannemen. - Continue rapportage aan de gediplomeerde, schriftelijk in het dossier (voor zover jouw bevoegdheid) en mondeling. M.a.w. na elke zorg of handeling het resultaat meedelen! Observaties, parameters mogen door de student zelf in het dossier ingevuld worden. Zet wel je naam bij de rapportage - Plaats kennen binnen het team. - Op de afdeling is een protocollenmap en een documentatiemap aanwezig met informatie en foto s van zeldzame ziektebeelden. Er wordt van jou verwacht dat je op rustige momenten van de gelegenheid gebruik maakt om hierin te kijken.

14 Specifiek naar stage verloskamer 2 de en 3 de jaar : - Stel jezelf voor aan de gynaecologen wanneer deze op de afdeling komen voor de patiëntenoverdracht van de verloskamer. - Bespreek met de gediplomeerde met wie je samenwerkt je kennis en vaardigheden. - Het ziekenhuis is ook een opleidingsplaats voor huisartsen. De beurtrol van de dokters stagiair en de studenten vroedkunde wordt onderling besproken en schriftelijk doorgegeven aan de vroedvrouw van dienst. Zij weet wie er mag meehelpen met de bevalling. Wanneer de student vroedkunde mag meehelpen, stelt hij zich voor aan de gynaecoloog en vraagt zelf of hij mag meehelpen bij de bevalling (dit gebeurt discreet). De student stelt zich ook altijd voor aan het echtpaar. Nadien wordt afgetekend op de beurtrollijst. s Nachts wordt er geen permanentie gedaan en voor permanentie tijdens W.E. of vakantie wordt steeds eerst overleg gepleegd met de hoofdvroedvrouw. - In de verloskamer mag er maar één vroedvrouw zijn die de parturiënte aanmoedigt. De stagiair die de bevalling doet, dient zich hierop te concentreren en geeft geen support aan de parturiënte. - Het aantal V.O. door de stagiair tijdens een arbeid wordt beperkt tot 2. Dit mogen geen twee opeenvolgende onderzoeken zijn. - Handhygiëne voor en na ieder onderzoek, palperen van de contracties, bij V.O. ook aandacht voor plaatsing voorliggend deel!