Dirksland. Dorpsgebied Melissant bestemmingsplan. adviseurs ruimtelijke ordening

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Dirksland. Dorpsgebied Melissant bestemmingsplan. adviseurs ruimtelijke ordening"

Transcriptie

1 Dirksland Dorpsgebied Melissant 2012 bestemmingsplan adviseurs ruimtelijke ordening

2 Dirksland Dorpsgebied Melissant 2012 bestemmingsplan identificatie planstatus identificatiecode: datum: status: NL.IMRO.0504.DLDMelissant11-BP concept voorontwerp projectnummer: ontwerp vastgesteld opdrachtleider: mw. mr. C.T. Ploeger R.008/04 gecertificeerd door Lloyd s conform ISO 9001: 2000 aangesloten bij: RBOI - Rotterdam bv Delftseplein 27b Postbus AD Rotterdam telefoon (010) info@rboi.nl

3

4

5 61 Bijlage 1 Bureauonderzoek Ecologie Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg

6 62 Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg

7 Ecologie In dit bureauonderzoek is de bestaande situatie vanuit ecologisch oogpunt beschreven en is vermeld welke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt. Vervolgens is aangegeven waaraan deze ontwikkelingen wat ecologie betreft moeten worden getoetst. Hierbij is een onderscheid gemaakt tussen het toetsingskader dat door wettelijke regelingen wordt bepaald en het toetsingskader dat wordt gevormd door het beleid van rijk, provincie en gemeente. Huidige situatie Het plangebied bestaat uit bebouwing, verharding, opgaande beplanting en watergangen. Beoogde ontwikkelingen Het bestemmingsplan is hoofdzakelijk consoliderend van aard. Er worden geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt. Dit betekent dat geen grootschalige functieveranderingen en/of herinrichtingen zijn gepland. Binnen de vigerende bestemmingen bestaat wel de mogelijkheid tot kleinschalige ontwikkelingen. Het gaat dan bijvoorbeeld om het bouwen van aan- of bijgebouwen (al of niet bouwvergunningplichtig) of het aanleggen van paden of verhardingen. Toetsingskader Beleid De Nota Ruimte geeft het beleidskader voor de duurzame ontwikkeling en een verantwoord toekomstig grondgebruik in de vorm van onder andere de Ecologische hoofdstructuur (EHS). De EHS is een samenhangend netwerk van bestaande en te ontwikkelen natuurgebieden. Het netwerk wordt gevormd door kerngebieden, natuurontwikkelingsgebieden en ecologische verbindingszones. De EHS is op provinciaal niveau uitgewerkt in de Provinciale Ecologische Hoofdstructuur (PEHS). Normstelling Flora- en faunawet Voor de soortenbescherming is de Flora- en faunawet van toepassing. Deze wet is gericht op de bescherming van dier- en plantensoorten in hun natuurlijke leefgebied. De Flora- en faunawet bevat onder meer verbodsbepalingen met betrekking tot het aantasten, verontrusten of verstoren van beschermde dier- en plantensoorten, hun nesten, holen en andere voortplantings- of vaste rust- en verblijfsplaatsen. De wet maakt hierbij een onderscheid tussen 'licht' en 'zwaar' beschermde soorten. Indien sprake is van bestendig beheer, onderhoud of gebruik, gelden voor sommige, met name genoemde soorten, de verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet niet. Er is dan sprake van vrijstelling op grond van de wet. Voor zover deze vrijstelling niet van toepassing is, bestaat de mogelijkheid om van de verbodsbepalingen ontheffing te verkrijgen van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Voor de zwaar beschermde soorten wordt deze ontheffing slechts verleend, indien: - er sprake is van een wettelijk geregeld belang (waaronder het belang van land- en bosbouw, bestendig gebruik en dwingende reden van groot openbaar belang); - er geen alternatief is; - geen afbreuk wordt gedaan aan een gunstige staat van instandhouding van de soort. Bij ruimtelijke ontwikkelingen dient in het geval van zwaar beschermde soorten of broedende vogels overtreding van de Flora- en faunawet voorkomen te worden door het treffen van maatregelen, aangezien voor dergelijke situaties geen ontheffing kan worden verleend. Met betrekking tot vogels hanteert LNV de volgende interpretatie van artikel 11: De verbodsbepalingen van artikel 11 beperken zich bij vogels tot alleen de plaatsen waar gebroed wordt, inclusief de functionele omgeving om het broeden succesvol te doen zijn, én slechts gedurende de periode dat er gebroed wordt. Er zijn hierop echter verschillende uitzonderingen, te weten:

8 Nesten die het hele jaar door zijn beschermd Op de volgende categorieën gelden de verbodsbepalingen van artikel 11 van de Flora- en faunawet het gehele seizoen: 1. Nesten die, behalve gedurende het broedseizoen als nest, buiten het broedseizoen in gebruik zijn als vaste rust- en verblijfplaats (voorbeeld: steenuil). 2. Nesten van koloniebroeders die elk broedseizoen op dezelfde plaats broeden en die daarin zeer honkvast zijn of afhankelijk van bebouwing of biotoop. De (fysieke) voorwaarden voor de nestplaats zijn vaak zeer specifiek en limitatief beschikbaar (voorbeeld: roek, gierzwaluw en huismus). 3. Nesten van vogels, zijnde geen koloniebroeders, die elk broedseizoen op dezelfde plaats broeden en die daarin zeer honkvast zijn of afhankelijk van bebouwing. De (fysieke) voorwaarden voor de nestplaats zijn vaak specifiek en limitatief beschikbaar (voorbeeld: ooievaar, kerkuil en slechtvalk). 4. Vogels die jaar in jaar uit gebruikmaken van hetzelfde nest en die zelf niet of nauwelijks in staat zijn een nest te bouwen (voorbeeld: boomvalk, buizerd en ransuil). Nesten die niet het hele jaar door zijn beschermd In de aangepaste lijst jaarrond beschermde vogelnesten worden de volgende soorten aangegeven als categorie 5. Deze zijn buiten het broedseizoen niet beschermd. 5. Nesten van vogels die weliswaar vaak terugkeren naar de plaats waar zij het hele jaar daarvoor hebben gebroed of de directe omgeving daarvan, maar die wel over voldoende flexibiliteit beschikken om, als de broedplaats verloren is gegaan, zich elders te vestigen. De soorten uit categorie 5 vragen wel om nader onderzoek, ook al zijn hun nesten niet jaarrond beschermd. Categorie 5-soorten zijn namelijk wel jaarrond beschermd als zwaarwegende feiten of ecologische omstandigheden dat rechtvaardigen. De Flora- en faunawet is voor dit bestemmingsplan van belang, omdat bij de voorbereiding van het plan moet worden onderzocht of deze wet de uitvoering van het plan niet in de weg staat. Natuurbeschermingswet 1998 Uit het oogpunt van gebiedsbescherming is de Natuurbeschermingswet 1998 van belang. Deze wet onderscheidt drie soorten gebieden, te weten: a. door de minister van LNV aangewezen gebieden, zoals bedoeld in de Vogel- en Habitatrichtlijn; b. door de minister van LNV aangewezen beschermde natuurmonumenten; c. door gedeputeerde staten aangewezen beschermde landschapsgezichten. De wet bevat een zwaar beschermingsregime voor de onder a en b bedoelde gebieden (in de vorm van verboden voor allerlei handelingen, behoudens vergunning van gedeputeerde staten of de minister van LNV). De bescherming van de onder c bedoelde gebieden vindt plaats door middel van het bestemmingsplan. De speciale beschermingszones (a) hebben een externe werking, zodat ook ingrepen die buiten deze zones plaatsvinden verstoring kunnen veroorzaken en moeten worden getoetst op het effect van de ingreep op soorten en habitats. Bij de voorbereiding van het bestemmingsplan moet worden onderzocht of de Natuurbeschermingswet 1998 de uitvoering van het plan niet in de weg staat. Dit is het geval wanneer de uitvoering tot ingrepen noodzaakt waarvan moet worden aangenomen dat daarvoor geen vergunning ingevolge de Natuurbeschermingswet 1998 zal kunnen worden verkregen. Onderzoek Gebiedsbescherming Het plangebied vormt geen onderdeel van een natuur- of groengebied met een beschermde status, zoals Natura Deze gebieden liggen wel in de nabijheid van Melissant, zoals op figuur B1.1x is

9 te zien. Het plangebied maakt ook geen deel uit van de Provinciale Ecologische Hoofdstructuur (PEHS). Aangezien het bestemmingsplan consoliderend van aard is, worden de natuurgebieden in de omgeving niet beïnvloed. Gebiedsbescherming komt derhalve in deze paragraaf niet meer aan de orde. Figuur B1.1: Beschermde natuurgebieden (bron: geo-loket provincie Zuid-Holland) Soortenbescherming De huidige ecologische waarden zijn vastgesteld aan de hand van foto s van het plangebied, algemene ecologische kennis en verspreidingsatlassen/gegevens (Broekhuizen, 1992; Limpens, 1997; FLORON, 2002; en waarin de waarnemingen zijn aangegeven. Planten Mogelijk aanwezige soorten in het plangebied zijn de licht beschermde brede wespenorchis en mogelijk tuinplanten als kleine maagdenpalm en gewone vogelmelk. Deze soorten zijn hier niet van nature aanwezig. Vogels In het opgaand groen binnen het plangebied, kunnen algemeen voorkomende vogelsoorten als pimpelmees, koolmees, staartmees, roodborst, spreeuw en ekster hun leefgebied hebben. De bebouwing biedt mogelijk ook nestgelegenheid aan vogelsoorten als huismus, kauw en spreeuw. In de bomen kunnen houtduif, roodborst, zwarte kraai en koolmees broeden. In de oude (bij)gebouwen kunnen steenuilen, boerenzwaluwen en gierzwaluwen nestelen. Zoogdieren Mogelijk maakt het plangebied deel uit van het leefgebied van de volgende zoogdieren, gezien de geschikte voorkomende biotopen (Broekhuizen, 1992): mol, egel, haas, konijn, hermelijn, wezel, huisspitsmuis, dwergspitsmuis, veldmuis en dwergmuis. Mogelijk komen er ook vaste verblijfplaatsen (in gebouwen en bomen), foerageergebieden en vliegroutes van vleermuizen (zwaar beschermd) voor binnen het plangebied. Amfibieën Gezien de voorkomende biotopen zijn algemene soorten als bruine kikker, groene kikker en gewone pad te verwachten in het plangebied. De amfibieën zullen met name verblijfplaatsen

10 hebben in de watergangen nabij het plangebied en mogelijk ook gebruik maken van struiken, takkenhopen en kelders. Vissen Binnen het plangebied zijn watergangen aanwezig waar mogelijk beschermde vissen hun leefgebied hebben. Gezien de voorkomende biotopen binnen het plangebied is de kans dat een zwaar beschermde soort als de kleine modderkruiper voorkomt, niet geheel uit te sluiten. De soort is volgens algemene bronnen nog niet waargenomen op Goeree-Overflakkee. Op Voorne Putten is de kleine modderkruiper, in tegenstelling tot wat de algemene bronnen zeggen, echter al wel op verschillende plekken aangetroffen, zodat niet uitgesloten kan worden dat de soort ook op Goeree- Overflakke voorkomt. Andere beschermde vissen worden niet verwacht, deze stellen hoge eisen aan hun leefgebied en daar voldoet het plangebied niet aan. Overige soorten Het plangebied is ongeschikt als biotoop voor beschermde reptielen en insecten (vlinders, sprinkhanen en libellen). Genoemde beschermde soortengroepen stellen hoge eisen aan hun leefgebied; het plangebied voldoet hier niet aan. In tabel B.1.1 staat aangegeven welke beschermde soorten er binnen het plangebied (naar verwachting) voorkomen en onder welk beschermingsregime deze vallen. Tabel B.1.1: Beschermde soorten binnen het plangebied en het beschermingsregime Vrijstellingsregeling Flora- en faunawet Tabel 1 brede wespenorchis mol, egel, veldmuis, bosmuis, bosspitsmuis, huisspitsmuis, konijn, wezel en hermelijn Ontheffingsregeling Flora- en faunawet Tabel 2 Tabel 3 Bijlage 1 AMvB Geen Bijlage IV HR bruine kikker, gewone pad en de middelste groene kikker Kleine modderkruiper alle vleermuizen Vogels Cat. 1 t/m 4 steenuil, gierzwaluw en huismus Cat. 5 boerenzwaluw, koolmees, pimpelmees, spreeuw, ekster en zwarte kraai Toetsing en conclusie Soortenbescherming Het bestemmingsplan is het besluit dat ingrepen mogelijk maakt en een aantasting van beschermde dier- of plantensoorten kan betekenen. Uiterlijk bij het nemen van een besluit dat ruimtelijke veranderingen mogelijk maakt, zal daarom zekerheid moeten zijn verkregen dat overtredingen van de Flora- en faunawet niet optreden. Het bestemmingsplan is consoliderend van aard. Er worden geen ontwikkelingen voorzien. De Flora- en faunawet staat de uitvoering van het bestemmingsplan dan ook niet in de weg. Bij eventuele kleinschalige ontwikkelingen die binnen een consoliderend plan mogelijk zijn, dient met het volgende rekening te worden gehouden:

11 - Er zal geen ontheffing nodig zijn voor de tabel 1 soorten van de Flora- en faunawet waarvoor een vrijstelling van de verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet geldt. - De aantasting en verstoring van vogels dient te worden voorkomen door werkzaamheden buiten het broedseizoen (broedseizoen is globaal van 15 maart tot en met 15 juli) te laten starten. - Bij sloop van bebouwing of kap van bomen is nader onderzoek naar vleermuizen (tabel 3, bijlage IV HR) en vogels met een vaste nestplaats noodzakelijk. o Indien vaste rust-, verblijfs- of voortplantingsplaatsen en/of primaire vliegroutes of primaire foerageergebieden van deze soorten aanwezig blijken te zijn en aangetast worden door toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen, dan dient overtreding van de Flora- en faunawet voorkomen te worden door het treffen van mitigerende en compenserende maatregelen. Indien de vereiste maatregelen worden genomen zal de Flora- en faunawet de uitvoering van het betreffende plan niet in de weg staan. Indien de vereiste maatregelen niet mogelijk zijn, dient in nader overleg met de Dienst Regelingen van het ministerie van LNV bepaald te worden of het betreffende plan in zijn huidige vorm uitvoerbaar is. - Bij werkzaamheden aan of het dempen van watergangen verdient het aanbeveling om nader onderzoek uit te voeren naar beschermde vissen. o In de watergangen komt mogelijk de kleine modderkruiper (tabel 2-soort) voor. Indien blijkt dat de soort aanwezig is, dient voor de werkzaamheden aan de watergang een ontheffing aangevraagd te worden bij het Ministerie van LNV. De nieuwe watergang is eveneens geschikt als leefgebied voor deze soort zodat verwacht mag worden dat de ontheffing zal worden verleend. Indien de vereiste maatregelen worden genomen zal overtreding van de Flora- en faunawet niet plaatsvinden. De Flora- en faunawet zal in dat geval de uitvoering van het bestemmingsplan niet in de weg staan. Het is ook mogelijk de werkzaamheden aan de watergangen uit te voeren met een door LNV goedgekeurde gedragscode, het is dan niet nodig een ontheffing aan te vragen.

12 63 Bijlage 2 Toelichting op de aanpak van de milieuzonering met behulp van de Staten van Bedrijfsactiviteiten Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg

13 64 Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg

14 1. Algemeen Regeling toelaatbaarheid van bedrijfsactiviteiten met behulp van milieuzonering Om de toelaatbaarheid van bedrijfsactiviteiten in dit bestemmingsplan vast te leggen is gebruikgemaakt van een milieuzonering. Een milieuzonering zorgt ervoor dat milieubelastende functies (zoals bedrijven) en milieugevoelige functies (zoals woningen) waar nodig ruimtelijk voldoende worden gescheiden. De gehanteerde milieuzonering is gekoppeld aan een Staat van Bedrijfsactiviteiten. Een Staat van Bedrijfsactiviteiten is een lijst waarin de meest voorkomende bedrijven en bedrijfsactiviteiten, al naar gelang de te verwachten belasting voor het milieu, zijn ingedeeld in een aantal categorieën. Voor de indeling in de categorieën zijn de volgende ruimtelijk relevante milieuaspecten van belang: - geluid; - geur; - stof; - gevaar (met name brand- en explosiegevaar). In specifieke situaties kan daarnaast de verkeersaantrekkende werking van een bedrijf relevant zijn. Milieuzonering en Staten van Bedrijfsactiviteiten De aanpak van milieuzonering en de in dit plan gebruikte Staten van Bedrijfsactiviteiten zijn gebaseerd op de VNG-publicatie Bedrijven en milieuzonering (2009). In dit bestemmingsplan is gebruikgemaakt van twee verschillende Staten van Bedrijfsactiviteiten: - De Staat van Bedrijfsactiviteiten 'bedrijventerrein' (SvB 'bedrijventerrein') wordt gehanteerd om de toelaatbaarheid van bedrijfsactiviteiten op een samenhangend bedrijventerrein te regelen. De SvB 'bedrijventerrein' wordt tevens toegepast in het buitengebied en op los liggende, relatief grootschalige bedrijfspercelen die op enige afstand van burgerwoningen zijn gelegen. In dit soort situaties zorgt de milieuzonering ervoor dat hinderlijke bedrijfsactiviteiten op voldoende afstand van woningen of andere gevoelige functies worden gesitueerd. Dit gebeurt door het aanhouden van richtafstanden tussen deze milieugevoelige en milieubelastende activiteiten. - De Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging' (SvB 'functiemenging') wordt gehanteerd in gebieden waar bedrijven of andere milieubelastende functies verspreid zijn gesitueerd tussen woningen en/of andere gevoelige functies. Het gaat daarbij in het algemeen om relatief kleinschalige bedrijvigheid die op korte afstand van woningen kan worden toegestaan. De SvB 'functiemenging' kan indien gewenst ook worden toegepast in woonwijken waar een enkel bedrijf aanwezig is. De toelaatbaarheid van activiteiten wordt voor dergelijke situaties in de VNG-publicatie niet meer met richtafstanden bepaald, maar met behulp van op deze situaties toegesneden toelatingscriteria in de 'VoorbeeldStaat van Bedrijfsactiviteiten functiemenging'. 2. Toepassing Staat van Bedrijfsactiviteiten 'bedrijventerrein' Richtafstanden bepalend voor de categorie-indeling In de SvB 'bedrijventerrein' is voor elke bedrijfsactiviteit voor ieder van de ruimtelijke relevante milieuaspecten (zie hiervoor) een richtafstand ten opzichte van een 'rustige woonwijk' vermeld. De grootste van deze vier richtafstanden is bepalend voor de indeling van een activiteit in een milieucategorie. Daarnaast vermeldt de SvB 'bedrijventerrein' indicaties voor verkeersaantrekkende werking.

15 Omgevingstype bepalend voor de daadwerkelijk te hanteren afstanden De gewenste afstand tussen een bedrijfsactiviteit en woningen (of andere gevoelige functies zoals scholen) wordt mede bepaald door het type gebied waarin de gevoelige functie zich bevindt. Conform de VNG-publicatie worden daarbij twee omgevingstypen onderscheiden: rustige woonwijk en gemengd gebied. De richtafstanden die zijn vermeld in SvB 'bedrijventerrein' gelden ten opzichte van een rustige woonwijk (of een vergelijkbaar omgevingstype). Voor een gemengd gebied (en daarmee te vergelijken gebieden) gelden kleinere afstanden. Daarnaast dient in de milieuzonering rekening te worden gehouden met de aanwezigheid van eventuele bedrijfswoningen op een bedrijventerrein. Omgevingstype rustige woonwijk In een rustige woonwijk komen enkel wijkgebonden voorzieningen voor en vrijwel geen andere functies zoals kantoren of bedrijven. Langs de randen (in de overgang naar eventuele bedrijfsfuncties) is weinig verstoring door verkeer. Als daarmee vergelijkbare omgevingstypen noemt de VNG-publicatie onder meer een rustig buitengebied (eventueel met verblijfsrecreatie) en een stilte- of natuurgebied. Omgevingstype gemengd gebied In een gemengd gebied komen naast wonen ook andere functies voor, zoals winkels, horeca en kleine bedrijven. Daarmee vergelijkbare gebieden zijn lintbebouwingen in het buitengebied waarin functiemenging voorkomt en gebieden gelegen direct langs een hoofdinfrastructuur. Kenmerkend voor het omgevingstype gemengd gebied is dat sprake is van een zekere verstoring en dus van een relevant andere omgevingskwaliteit dan in een rustig woongebied. Bedrijfswoningen Een bedrijfswoning op een bedrijventerrein is een specifiek woningtype waar minder hoge eisen aan het woon- en leefklimaat kunnen worden gesteld. Bedrijfswoningen zijn in het algemeen minder milieugevoelig dan de omgevingstypen rustige woonwijk en gemengd gebied. Te hanteren richtafstanden De SvB 'bedrijventerrein' onderscheidt een tiental milieucategorieën. De volgende tabel geeft voor beide omgevingstypen (rustige woonwijk en gemengd gebied) per milieucategorie inzicht in de gewenste richtafstanden. De richtafstand geldt tussen de grens van de bestemming die bedrijven toelaat en de uiterste situering van de gevel van een woning die volgens het bestemmingsplan (of via vergunningvrij bouwen) mogelijk is. Daarbij gaat het nadrukkelijk om een richtafstand. Kleinere afwijkingen ten opzichte van deze afstand zijn mogelijk zonder dat hierdoor knelpunten behoeven te ontstaan. milieucategorie rustige woonwijk richtafstand (in meters) gemengd gebied

16 Toelaatbaarheid van bedrijven die onder een specifieke regelgeving vallen In de SvB 'bedrijventerrein' zijn ook aanduidingen opgenomen die aangeven dat bepaalde bedrijven onder een specifieke wettelijke regeling kunnen vallen. Het betreft: - bedrijven die 'in belangrijke mate geluidshinder kunnen veroorzaken' zoals bedoeld in de Wet geluidhinder (zogenoemde grote lawaaimakers); deze bedrijven zijn alleen toegestaan op industrieterreinen die in het kader van deze wet gezoneerd zijn; - bedrijven die onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) kunnen vallen (nu of in de toekomst); het betreft risicovolle bedrijven waar gebruik, opslag en/of productie van gevaarlijke stoffen plaatsvindt; voor dergelijke bedrijven gelden (wettelijke) normen ten aanzien van het plaatsgebonden risico en het groepsrisico; - bedrijven die onder het Vuurwerkbesluit vallen; voor dergelijke bedrijven gelden (wettelijke) afstandsnormen. In de regels van dit bestemmingsplan is aangegeven of en zo ja, onder welke voorwaarden dergelijke bedrijven in het plangebied zijn toegestaan. De toegepaste Staat van Bedrijfsactiviteiten 'bedrijventerrein' De in dit bestemmingsplan opgenomen SvB 'bedrijventerrein' komt in verregaande mate overeen met de betreffende VoorbeeldStaat uit de VNG-publicatie. Conform de aanbevelingen van de publicatie is de Staat aangepast aan de specifieke kenmerken van dit bestemmingsplan. In de toegepaste SvB 'bedrijventerrein' zijn alle activiteiten opgenomen die passen binnen de definitie van bedrijf volgens de begripsbepalingen in de regels van dit bestemmingsplan. Dit heeft geleid tot een aantal aanpassingen (toevoegingen en weglatingen) ten opzichte van de activiteiten die in de VoorbeeldStaat zijn opgesomd. Onder de volgende SBI-codes 0112, 014, 05011, 05012, 0502, 2612, 63.1 en zijn activiteiten toegevoegd die vallen onder de definitie 'bedrijf'. In de VNG-publicatie is een aparte lijst van opslagen en installaties opgenomen. Deze lijst is verwerkt in de SvB 'bedrijventerrein' voor zover sprake is van activiteiten die vallen onder het begrip 'bedrijf'. Hierdoor hebben toevoegingen plaatsgevonden bij de SBI-code Groothandels voor professioneel vuurwerk en vuurwerkfabrieken zijn vanwege strenge eisen uit het Vuurwerkbesluit nooit toegestaan op een bedrijventerrein en dus niet in de SvB 'bedrijventerrein' opgenomen. Dit geldt ook voor bedrijven die kernenergie produceren. Bij enkele activiteiten heeft een nadere specificatie van de activiteiten plaatsgevonden met bijbehorende categorie-indeling die is afgestemd op de verwachte milieueffecten 1) van deze activiteiten. Voor de volgende SBI-codes heeft een specificatie van de categorie-indeling plaatsgevonden naar gelang het oppervlak van het bedrijf: 15.2 en Voor de volgende SBI-codes heeft een specificatie naar categorie-indeling plaatsgevonden naar gelang sprake is van reparatie of incidenteel bouwen dan wel reguliere productie: 29 en Voor aannemers, SBI-code 45, is een nadere indeling van diverse aannemersactiviteiten gemaakt met bijbehorende categorie-indeling. 3. Toepassing Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging' Functiemengingsgebieden In bestaande gebieden waar in enige vorm sprake is van functiemenging, of in gebieden waar bewust functiemenging wordt nagestreefd (bijvoorbeeld om een grotere levendigheid tot stand te brengen), wordt de SvB 'functiemenging' toegepast. Zoals in de VNG-publicatie reeds is aangegeven kan bij functiemengingsgebieden gedacht worden aan: - stadscentra, dorpskernen en winkelcentra; 1) Inschatting van milieueffecten heeft plaatsgevonden op basis van dezelfde expertise die bij het opstellen van de nieuwe VNG-uitgave is gebruikt.

17 - horecaconcentratiegebieden; - zones met functiemenging langs stedelijke toegangswegen en in lintbebouwingen; - (delen van) woongebieden met kleinschalige c.q. ambachtelijke bedrijvigheid. Daarnaast kan ook in (delen van) woongebieden waar enige vorm van bedrijvigheid aanwezig of gewenst is de SvB 'functiemenging' worden toegepast. Kenmerken van de activiteiten De activiteiten in dergelijke gebieden verschillen in het algemeen qua aard en schaal sterk van de activiteiten op een bedrijventerrein. Behalve in historisch gegroeide situaties gaat het in hoofdzaak om: - kleinschalige, meestal ambachtelijke bedrijvigheid; - bedrijven waarbij de productie en/of laad- en loswerkzaamheden noodzakelijkerwijs alleen in de dagperiode plaatsvindt; - activiteiten die hoofdzakelijk inpandig geschieden. De toegepaste Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging' De bovengenoemde criteria liggen mede ten grondslag aan de selectie van activiteiten die zijn opgenomen in de SvB 'functiemenging'. In de SvB 'functiemenging' zijn de aspecten geluid, geur, stof en gevaar en de index voor verkeersaantrekkende werking (zoals aangegeven onder het kopje 'Regeling toelaatbaarheid van bedrijfsactiviteiten met behulp van milieuzonering') in de categorisering opgenomen. Deze Staat is samengesteld volgens dezelfde methodiek als de betreffende VoorbeeldStaat uit de VNG-publicatie. Op twee punten is een andere werkwijze toegepast: - In dit plan wordt alleen de toelaatbaarheid van bedrijfsactiviteiten gekoppeld aan de Staat. In de SvB 'functiemenging' zijn daarom alleen de activiteiten opgenomen die passen binnen de definitie van bedrijf volgens de begripsbepalingen in de regels van dit bestemmingsplan 1). De toelaatbaarheid van andere functies wordt in dit plan indien nodig op een andere wijze in de regels en op de plankaart van dit bestemmingsplan geregeld (bijvoorbeeld horecabedrijven via een afzonderlijke Staat van Horeca-activiteiten). Toegevoegd zijn enkele regelmatig voorkomende bedrijfsactiviteiten die in de lijst van de VNG-publicatie niet specifiek zijn opgenomen, maar wel aan de genoemde criteria voldoen zoals een ambachtelijke glas-in-loodzetterij en caravanstalling. Voor aannemers, SBI-code 45, heeft een nadere specificatie van de activiteiten plaatsgevonden met bijbehorende categorie-indeling die is afgestemd op de verwachte milieueffecten 2) van deze activiteiten. - In de SvB 'functiemenging' is in de categorie-indeling een nader onderscheid gemaakt tussen categorie B1 en B2. Voor de toepassing in dit bestemmingsplan blijkt het onderscheid tussen categorie A en categorie B zoals beschreven in de VNG-publicatie te groot om de toelaatbaarheid van activiteiten voldoende af te kunnen stemmen op de kenmerken van de functiemengingsgebieden en het daarin te volgen beleid. Categorie-indeling Zoals in de VNG-publicatie is aangegeven kan, vanwege de bijzondere kenmerken van gebieden met enige vorm van functiemenging, niet worden gewerkt met een systematiek van richtafstanden en afstandsstappen: vanwege de zeer korte afstand tussen milieubelastende en milieugevoelige functies is een dergelijke systematiek niet geschikt voor functiemengingsgebieden. De SvB 'functiemenging' hanteert vier categorieën A, B1, B2 en C met specifieke criteria voor de toelaatbaarheid die onderstaand uiteen zijn gezet. 1) De VoorbeeldStaat 'functiemenging' van de VNG-publicatie omvat alle denkbare hinderlijke functies waaronder, naast bedrijven, ook horeca, kantoren en dienstverlening. 2) Inschatting van milieueffecten heeft plaatsgevonden op basis van dezelfde expertise die bij het opstellen van de nieuwe VNG-uitgave is gebruikt.

18 Categorie A Bedrijfsactiviteiten die direct naast of beneden woningen/andere gevoelige functies zijn toegestaan, desgewenst in daarvoor omschreven zones binnen rustige woongebieden. De activiteiten zijn zodanig weinig milieubelastend dat de eisen uit het Bouwbesluit toereikend zijn. Categorie B1 Bedrijfsactiviteiten die direct naast of beneden woningen/andere gevoelige functies in een daarvoor omschreven gebied met functiemenging zijn toegestaan. 1) De activiteiten zijn zodanig weinig milieubelastend dat de eisen uit het Bouwbesluit toereikend zijn. Categorie B2 Bedrijfsactiviteiten die in een gemengd gebied kunnen worden uitgeoefend, echter bouwkundig afgescheiden van woningen/andere gevoelige functies. Bouwkundig afgescheiden betekent dat de panden los van elkaar dienen te staan. Uitzondering hierop vormen binnenterreinen omringd door voornamelijk woningen: ook al zijn bedrijven bouwkundig afgescheiden van woningen, op deze locaties zijn hooguit categorie B1 bedrijven toegestaan. Categorie C Activiteiten genoemd onder categorie B2, waarbij vanwege relatief grote verkeersaantrekkende werking een directe ontsluiting op hoofdinfrastructuur gewenst is. 4. Flexibiliteit Beide Staten blijken in de praktijk een relatief grof hulpmiddel te zijn om hinder door bedrijfsactiviteiten in te schatten. De richtafstanden en inschalingen gaan uit van een gemiddeld bedrijf met een moderne bedrijfsvoering. Het komt in de praktijk voor dat een bepaald bedrijf als gevolg van een geringe omvang van hinderlijke deelactiviteiten, een milieuvriendelijke werkwijze of bijzondere voorzieningen minder hinder veroorzaakt dan in beide Staten is verondersteld. In de regels is daarom bepaald dat het bevoegd gezag bij een omgevingsvergunning kan afwijken van de Staten en een dergelijk bedrijf toch kan toestaan, indien dit bedrijf niet binnen de algemene toelaatbaarheid past. Bij de SvB 'bedrijventerrein' is deze mogelijkheid beperkt tot maximaal twee categorieën (dus bijvoorbeeld categorie 3.2 in plaats van 2 of categorie 4.2 in plaats van 3.2). Bij de SvB 'functiemenging' is deze mogelijkheid beperkt tot maximaal één categorie (dus bijvoorbeeld categorie B1 in plaats van A of categorie B2 in plaats van B1). Om deze omgevingsvergunning te kunnen verlenen moet worden aangetoond dat het bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) vergelijkbaar is met andere bedrijven uit de desbetreffende lagere categorie. Daarnaast is het mogelijk dat bepaalde bedrijven zich aandienen, waarvan de activiteiten in de SvB 'bedrijventerrein' of 'functiemenging' niet zijn genoemd, maar die qua aard en invloed overeenkomen met bedrijven die wel zijn toegestaan. Met het oog hierop is in de regels bepaald dat het bevoegd gezag vestiging van een dergelijk bedrijf via een omgevingsvergunning kan toestaan. Om deze omgevingsvergunning te kunnen verlenen moet op basis van milieutechnisch onderzoek worden aangetoond dat het bedrijf naar aard en invloed op de omgeving vergelijkbaar is met direct toegelaten bedrijven. 1) Dit betreffen bedrijven die in de 'VoorbeeldStaat van Bedrijfsactiviteiten voor bedrijventerreinen' uit de VNGuitgave voor alle milieuaspecten een richtafstand van maximaal 30 m hebben ten opzichte van een rustige woonwijk en voor het aspect gevaar zelfs een richtafstand van 10 m. Dergelijke bedrijven worden in de bestemmingsplanpraktijk, ook onder de oude VNG-uitgave Bedrijven en milieuzonering (2001), direct naast woningen in een gemengd gebied toegestaan.

19 In de SvB 'bedrijventerrein' is bij de indeling van sommige bedrijfsactiviteiten uitgegaan van een continue bedrijfsvoering, waarbij de hinderlijke activiteiten ook 's nachts plaatsvinden. Dit is in de SvB 'bedrijventerrein' aangegeven met een 'C' in de laatste kolom. Het kan echter voorkomen dat een specifiek bedrijf niet continu werkt. Dit gegeven kan eveneens aanleiding zijn om het bedrijf via de bovengenoemde afwijkingsbevoegdheid een categorie lager in te delen. Voor de concrete toetsing van een verzoek om afwijking middels een omgevingsvergunning wordt verwezen naar bijlage 5 van de VNG-publicatie Bedrijven en milieuzonering. SBI 93/SvB b+f oktober 2010

20 65 Bijlage 3 Toelichting op de Staat van Horeca-activiteiten Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg

21 66 Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg

22 Milieuzonering van horeca-activiteiten De problematiek van hinder door horecabedrijven onderscheidt zich als zodanig nauwelijks van de problematiek van hinder veroorzaakt door 'gewone' niet-agrarische bedrijven. Bij het opstellen van de in de regels opgenomen Staat van Horeca-activiteiten en het daarmee samenhangende toelatingsbeleid is daarom nauw aangesloten bij de Staat van Bedrijfsactiviteiten die al veel langer in bestemmingsplannen wordt toegepast. Ook voor horecabedrijven bieden de Wet milieubeheer en de APV onvoldoende mogelijkheden om alle relevante vormen van hinder te voorkomen. De milieuzonering van horecabedrijven in het bestemmingsplan richt zich in aanvulling op de beide genoemde instrumenten op de volgende vormen van hinder: - geluidshinder door afzonderlijke inrichtingen in een rustige omgeving; - (cumulatieve) geluidshinder buiten de inrichting(en) en verkeersaantrekkende werking/ parkeerdruk. Analoog aan de regeling voor 'gewone' bedrijven worden bij de uitwerking van een ruimtelijk beleid voor hinderlijke horeca-activiteiten drie stappen onderscheiden: - indelen van activiteiten in ruimtelijk relevante hindercategorieën; - onderscheiden van gebiedstypen met een verschillende hindergevoeligheid; - uitwerken van een beleid in hoofdlijnen: in welke gebieden zijn welke categorieën in het algemeen toelaatbaar. De onderstaande toelichting gaat nader in op de gehanteerde hindercategorieën en het algemene toelatingsbeleid voor deze categorieën. Opgemerkt wordt dat naast de criteria ter voorkoming van ongewenste horeca-activiteiten ook ruimtelijk-functionele overwegingen een rol kunnen spelen bij het ruimtelijk beleid voor horeca-activiteiten; daarop wordt op deze plaats niet ingegaan. Gehanteerde criteria Voor een indicatie van de mate van hinder veroorzaakt door horeca-activiteiten biedt de basiszoneringslijst uit de VNG-publicatie 'bedrijven en milieuzonering' een goed vertrekpunt. De daar gehanteerde, nogal grove benadering behoeft echter voor een in de praktijk bruikbare Staat van Horeca-activiteiten aanvulling en nadere motivering. In aanvulling op de gegevens uit de VNG-publicatie is gebruikgemaakt van de volgende ruimtelijk relevante criteria: - de voor verschillende soorten horeca-inrichtingen over het algemeen gebruikelijke openingstijden 1) ; deze zijn voor het optreden van hinder uiterst relevant; het Besluit horecabedrijven en de circulaire industrielawaai hanteren immers voor de dag-, avonden nachtperiode verschillende milieunormen; - de mate waarin een bedrijfstype naar verwachting bezoekers en in het bijzonder bezoekers per auto en/of brommers (scooters) aantrekt. Categorieën van horeca-activiteiten Mede op grond van bovengenoemde criteria worden in de Staat van Horeca-activiteiten de volgende drie categorieën onderscheiden (waarvan één categorie met drie subcategorieën): 1. 'lichte horeca': Bedrijven die in beginsel alleen overdag en 's avonds behoeven te zijn geopend (in hoofdzaak verstrekking van etenswaren en maaltijden) en daardoor slechts beperkte hinder voor omwonenden veroorzaken: restaurants, cafetaria's, ijssalons en dergelijke. Het gaat daarbij dus om bedrijven die uit een oogpunt van hinder vooral in woongebieden niet wenselijk zijn. In gemengde gebieden en weinig gevoelige gebieden dient mede in relatie tot de verkeersontsluiting een nadere afweging plaats te vinden. In deze categorie zijn de volgende subcategorieën onderscheiden: 1) Er wordt hier nadrukkelijk gesproken over openingstijden die normaal gesproken verbonden zijn aan het functioneren van een type horecabedrijf; de toelaatbare openingstijden van een individueel bedrijf worden niet via het bestemmingsplan bepaald maar middels de vergunning op grond van de APV.

23 1a. qua exploitatie aan detailhandelsfunctie verwante horeca die in de praktijk nauwelijks van de eigenlijke detailhandel kunnen worden onderscheiden zoals ijssalons, cafetaria's, snackbars en dergelijke; met name in centrumgebieden kan het in verband met ruimtelijk-functionele aspecten gewenst zijn deze groep als afzonderlijke categorie te beschouwen; 1b. overige lichte horeca: restaurants; 1c. bedrijven met een relatief grote verkeersaantrekkende werking: grotere restaurants, grotere hotels, McDrives e.d. 2. 'middelzware horeca': Bedrijven die normaal gesproken ook 's nachts geopend zijn en die daardoor aanzienlijke hinder voor omwonenden kunnen veroorzaken: cafés, bars, biljartcentra, zalenverhuur e.d. Deze bedrijven zijn over het algemeen alleen toelaatbaar in weinig gevoelige gebieden, zoals gebieden met primair een functie voor detailhandel en voorzieningen. 3. 'zware horeca': Bedrijven die voor een goed functioneren ook 's nachts moeten zijn geopend en die tevens een groot aantal bezoekers aantrekken en daardoor grote hinder voor de omgeving met zich mee kunnen brengen (verkeersaantrekkende werking, daarmee gepaard gaande hinder op straat en parkeeroverlast): dancings, discotheken en partycentra. Deze bedrijven zijn alleen toelaatbaar in specifiek voor dergelijke bedrijven aangewezen gebieden. Flexibiliteit De Staat van Horeca-activiteiten blijkt in de praktijk een relatief grof hulpmiddel te zijn om hinder door horeca-activiteiten in te schatten. De lijst van activiteiten is bovendien tijdgebonden. Het komt in de praktijk dan ook voor dat een bepaald horecabedrijf als gevolg van een geringe omvang van hinderlijke deelactiviteiten, een aangepaste werkwijze (bijvoorbeeld geen openstelling noodzakelijk in de nachturen) of bijzondere voorzieningen minder hinder veroorzaakt dan in de Staat van Horeca-activiteiten is verondersteld. In het betreffende artikel van de planregels is daarom bepaald dat burgemeester en wethouders een dergelijk bedrijf via een vrijstelling één categorie lager kunnen indelen. Dit betekent bijvoorbeeld van categorie 3 naar 2. Bij categorie 1, met een onderverdeling in subcategorieën, wordt daarbij bedoeld dat vrijstelling tot de laagste subcategorie mogelijk is (dus van categorie 2 naar maximaal 1a, maar bijvoorbeeld ook van 1c naar 1b). Om een vrijstelling te kunnen verlenen moet worden aangetoond dat het bedrijf naar aard en invloed op de omgeving vergelijkbaar is met andere bedrijven uit de desbetreffende lagere categorie. Deze beoordeling dient met name te worden getoetst aan het aspect geluidshinder. Daarnaast is het mogelijk dat bepaalde horeca-activiteiten zich aandienen, niet zijn genoemd in de Staat van Horeca-activiteiten. Wanneer deze bedrijven wat betreft milieubelasting gelijk kunnen worden gesteld met volgens de bestemmingsregeling toegestane horecabedrijven kan voor de vestiging van deze bedrijven eveneens een vrijstelling worden verleend.

24 67 Bijlage 4 Inventarisatie bedrijven en horeca Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg

25 68 Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg

26 Bedrijfsactiviteiten straat nr. naam en aard van het bedrijf S.B.I. code Categorie algemene toelaatbaarheid specifieke aanduiding opmerkingen/bijzonderheden/ eventuele klachten Gemengd gebied Achterweg 4 C. Goedgebuur (Landbouwmechanisatiebedrijf) Achterweg 30a Nieuwlaat (loodgietersbedrijf) Julianaweg 21 Julianaweg 78 Erkotech (Raffinage oliën en vetten) Van der Vliet Autobedrijf (Autoherstelinrichting) 2932, , B1 (sb-1) B1 B1 b.o. <1.000 m B1 (sb-2) 5010, 5050 Nieuweweg 41 H.J. van Putten (Loonbedrijf) 142 B1 B1 b.o. < m 2. Nieuweweg 21 Enduring International BV (Groothandel overig) B1 B C B1 (sb-4) Nieuweweg 27 A.J. Witvliet (Houtzagerij) B1 (sb-5) p.o. > 200 m 2 Nolleweg 1a Nelis Groenprojecten (opslag goederen) B1 (sb-6) Nolleweg 1b J. de Waal (opslag goederen) B1 (sb-6) Voorstraat 4 Voorstraat 37 V.d. Boogert, Installatie en konstruktiebedrijf Kalle Aannemersbedrijf (Aannemersbedrijf voor de bouw) B1 (sb-3) b.o.>1.000 m B1 (sb-3) b.o.>1.000 m 2

27 Bedrijventerrein Ruijgenhil Provincialeweg 3 Ruijgenhil 1 N. Mijnders Melissant B.V. (Transportbedrijf) Mol Agrocom B.V. (opslag landbouwprodukten) /4.1 b.o.>1.000 m , Ruijgenhil 2 Culi d Or B.V. (Banketfabriek) /3.2 (sb-7) Ruijgenhil 9 Ruijgenhil 9a J.L. Mijnders Transportbedrijf (Opslag) Van der Wal bedrijfshygiëne (groothandel dierbenodigdheden) , Ruijgenhil J.L. Mijnders Transportbedrijf

28 Horeca-activiteiten straat nr. naam en aard van het horeca Categorie SvH algemene toelaatbaarheid specifieke aanduiding opmerkingen/bijzonderheden/ eventuele klachten Julianaweg 5 Cafetaria De Heule 1a 1b Plein 9 Café De Gouden Leeuw 1b 1b

29 69 Bijlage 5 Wegverkeerslawaai Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg

30 70 Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg

31 Julianaweg Ontvanger : Waarneemhoogte [m] : 4.5 Rijlijn : Julianaweg Wegdekhoogte [m] : 0.00 Afstand horizontaal [m] : 5.00 Verhardingsbreedte [m] : 3.00 Afstand schuin [m] : 6.25 Bodemfactor [-] : 0.16 Afstand kruispunt [m] : 0.00 Objectfractie [-] : 0.50 Afstand obstakel [m] : 0.00 Zichthoek [grad] : 127 Wegdektype [-] : 49a - Elementenverharding in keperverband (30km/h) Q_etmaal : % Daguur : 6.54 % Avonduur : 3.76 % Nachtuur : 0.81 Emissiegegevens distributie per voertuigcategorie per periode in db(a) m Categorie Dag[%] Avond[%] Nacht[%] km/u C_wegdek E_dag E_avond E_nacht 1 Motorrijwielen Lichte Motorvoertuigen Middelzware Motorvoert Zware Motorvoertuigen Bromfietsen Totaal C_optrek Resultaten in db(a) C_reflectie : 0.75 LAeq, dag : C_zichthoek : 0.00 LAeq, avond : D_afstand : 7.96 LAeq, nacht : D_lucht : 0.05 Aftrek Art. 110g [db] : 5 D_bodem : 0.41 Lden, excl. Art.110g [db] : 56 D_meteo : 0.16 Lden, incl. Art.110g [db] : 51 Standaard rekenmethode 1 V /17/2010 4:00:41 PM, blz. 1

32 72 Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg

33 Bijlage 6. Onderzoek luchtkwaliteit B6.1. Toetsingskader Wet milieubeheer De Wet milieubeheer (Wm) bevat grenswaarden voor zwaveldioxide, stikstofdioxide en stikstofoxiden, fijn stof, lood, koolmonoxide en benzeen. Hierbij zijn in de ruimtelijke ordeningspraktijk langs wegen vooral de grenswaarden voor stikstofdioxide (jaargemiddelde 1) ) en fijn stof (jaar- en daggemiddelde) van belang. Op 1 augustus 2009 is het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) in werking getreden. Het NSL is goedgekeurd door de Europese Commissie waardoor Nederland uitstel heeft gekregen van de grenswaarden voor stikstofdioxide en fijn stof. De grenswaarden van de laatstgenoemde stoffen zijn in tabel 1 weergegeven. Andere stoffen uit de Wm hebben een beperkte invloed op de luchtkwaliteit bij wegen en worden daarom bij deze toetsing buiten beschouwing gelaten. De grenswaarden gelden voor de buitenlucht, met uitzondering van een werkplek in de zin van de Arbeidsomstandighedenwet. Tabel 1 Grenswaarden maatgevende stoffen Wm stof toetsing van Grenswaarde geldig stikstofdioxide (NO 2 ) jaargemiddelde concentratie 60 μg /m³ 2010 tot en met 2014 jaargemiddelde concentratie 40 μg /m³ vanaf 2015 fijn stof (PM 10 ) 1) jaargemiddelde concentratie 48 μg /m³ tot en met 10 juni 2011 jaargemiddelde concentratie 40 μg /m³ vanaf 11 juni uurgemiddelde concentratie 24-uurgemiddelde concentratie max. 35 keer p.j. meer dan 75 μg /m³ max. 35 keer p.j. meer dan 50 μg /m³ tot en met 10 juni 2011 vanaf 11 juni ) Bij de beoordeling hiervan blijven de aanwezige concentraties van zeezout buiten beschouwing (volgens de bij de Wm behorende Regeling beoordeling Luchtkwaliteit 2007). Op grond van artikel 5.16 van de Wm kunnen bestuursorganen bevoegdheden die gevolgen kunnen hebben voor de luchtkwaliteit (zoals de vaststelling van een bestemmingsplan) uitoefenen indien: de bevoegdheden/ontwikkelingen niet leiden tot een overschrijding van de grenswaarden (lid 1 onder a); 1 ) Uit de statistische relatie tussen de jaargemiddelde en uurgemiddelde concentratie stikstofdioxide blijkt dat de grenswaarde voor de uurgemiddelde concentratie van stikstofdioxide pas wordt overschreden bij een jaargemiddelde concentratie boven 82 µg/m³. Dergelijke concentraties zijn niet te verwachten in en om het plangebied en uit onderstaande berekeningen blijkt dat de concentraties aanzienlijk lager zijn.

34 de concentratie in de buitenlucht van de desbetreffende stof als gevolg van de uitoefening van die bevoegdheden per saldo verbetert of ten minste gelijk blijft (lid 1 onder b1); bij een beperkte toename van de concentratie van de desbetreffende stof, door een met de uitoefening van de betreffende bevoegdheid samenhangende maatregel of een door die uitoefening optredend effect, de luchtkwaliteit per saldo verbetert (lid 1 onder b2); de bevoegdheden/ontwikkelingen niet in betekenende mate bijdragen aan de concentratie in de buitenlucht (lid 1 onder c); het voorgenomen besluit is genoemd of past binnen het omschreven Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) of een vergelijkbaar programma dat gericht is op het bereiken van de grenswaarden (lid 1 onder d). Besluit Niet in Betekenende Mate (NIBM) In dit Besluit is exact bepaald in welke gevallen een project vanwege de gevolgen voor de luchtkwaliteit niet aan de grenswaarden hoeft te worden getoetst. Hierbij worden 2 situaties onderscheiden: - een project heeft een effect van minder dan 3% van de jaargemiddelde grenswaarde NO 2 en PM 10 (= 1,2 μg /m³); - een project valt in een categorie die is vrijgesteld aan toetsing aan de grenswaarden; deze categorie betreft onder andere woningbouw met niet meer dan woningen bij één ontsluitingsweg of woningen bij 2 ontsluitingswegen. Regeling beoordeling luchtkwaliteit 2007 Op grond van de Wm is bepaald dat concentraties van stoffen die zich van nature in de buitenlucht bevinden en die niet schadelijk zijn voor de volksgezondheid, bij de beoordeling van de grenswaarden voor fijn stof buiten beschouwing worden gelaten (bijdrage zeezout). Aangegeven is hoe groot de aftrek van het jaargemiddelde en 24- uurgemiddelde per gemeente bedraagt. Voor de gemeente Dirksland bedraagt deze aftrek respectievelijk 6 μg / m³ en 6 overschrijdingsdagen. De Regeling omvat eveneens regels voor het meten en berekenen van de gevolgen voor de luchtkwaliteit. Er wordt onderscheid gemaakt tussen een standaardrekenmethode voor binnenstedelijke eenvoudige situaties en voor overige situaties. Er mag van een andere methode gebruik worden gemaakt indien deze is goedgekeurd door het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. In de Regeling is tevens bepaald welke gegevens worden gebruikt bij het maken van de berekening en op welke wijze de berekeningsresultaten worden afgerond. B7.2. Uitgangspunten en resultaten onderzoek Uitgangspunten Het bestemmingsplan maakt de ontwikkeling van 1 woning en de uitbreiding van een vrachtwagenparkeerplaats mogelijk. In de paragraaf Mobiliteit is bepaald dat deze ontwikkelingen een verkeersaantrekkende werking van 560 mvt/etmaal hebben. Op basis van de NIBM-tool van het ministerie van infrastructuur en milieu blijkt dat een dergelijke verkeersaantrekkende werking mogelijk in betekenende mate bijdraagt aan de concentraties luchtverontreinigende stoffen. Om aan te tonen dat binnen het plangebied en in de omgeving daarvan geen overschrijdingen van de grenswaarden uit de Wm optreden, is dit onderzoek luchtkwaliteit uitgevoerd.

35 Onderzoeksmethode De luchtkwaliteit als gevolg van het verkeer op de ontsluitende wegen is berekend met behulp van het CAR II-programma 2). Het CAR II-programma geldt als het standaardrekenprogramma voor luchtkwaliteit in binnenstedelijke situaties met enige vorm van bebouwing. Het plangebied en zijn omgeving worden als zodanig aangeduid. Het CAR-programma is geschikt voor het verkrijgen van een algemeen beeld van de luchtkwaliteit en voor het opsporen van knelpunten. Invoergegevens De verkeersintensiteiten op de maatgevende ontsluitende wegen zijn weergegeven in tabel 1. De verkeersintensiteiten zijn gebaseerd op door de gemeente Dirksland aangeleverde gegevens. Bij de verkeersintensiteit in 2011 is geen rekening gehouden met de beoogde ontwikkeling. Bij de verkeersintensiteit in 2021 is dit wel het geval. Omdat de achtergrondconcentraties tussen 2011 en 2021 afnemen en de ontwikkeling waarschijnlijk voor 2021 is gerealiseerd, wordt in dit onderzoek ook de luchtkwaliteit in 2015 bepaald. Hierbij is ervan uitgegaan dat de beoogde ontwikkeling in 2015 reeds is gerealiseerd. Omdat er geen verkeerscijfers voor 2015 bekend zijn, is hierbij gebruik gemaakt van de verkeersintensiteiten uit De verkeersintensiteiten voor 2015 die in dit onderzoek zijn gebruik, zullen daarom hoger liggen dan de werkelijke verkeersintensiteiten in dat jaar. Indien met deze intensiteiten aan de grenswaarden uit de Wm voldaan wordt, kan daarom geconcludeerd worden dat ook bij de werkelijke intensiteiten in deze jaren aan de grenswaarden zal worden voldaan. Tabel 1 Verkeersintensiteiten (in mvt/etmaal)* straatnaam Ruijgenhil N In het CAR II-programma wordt daarnaast nog een aantal basisgegevens ingevoerd, zoals de Rijksdriehoekscoördinaten voor het wegvak, de voertuigverdeling op de relevante wegen, de gemiddelde snelheid op deze wegen en het wegprofiel (wel/niet veel bomen en/of gebouwen). Deze invoergegevens zijn weergegeven in tabel 2. Conform de Regeling beoordeling Luchtkwaliteit worden de concentraties NO 2 en PM 10 bepaald op maximaal 10 m van de wegrand. In het CAR II-programma wordt gerekend op een bepaalde afstand tot de wegas. In dit geval is voor alle wegen gerekend op een afstand van 10 meter uit de wegas. Tabel 2 Invoergegevens Straatnaam RD-coördinaten Voertuigverdeling X Y (licht/middel/ zwaar) Weg type Ruijgenhil /10/7 2 N /9/3 2 Snelheidstype Stadsverkeer met minder congestie Buitenweg algemeen Bomen factor Afstand (m) ) Calculation of Air pollution from Road traffic-programma II, versie 9.0, augustus 2010.

36 Berekeningsresultaten In tabel 3 zijn de resultaten van de berekeningen ten behoeve van de toetsing langs de ontsluitende wegen weergegeven voor 2011, 2015 en Hierbij is reeds rekening gehouden met de correctie van de zeezoutbijdrage voor fijn stof. Tabel 3 Berekeningsresultaten luchtkwaliteit wegvak 2011 stikstofdioxide (NO 2) jaargemiddelde (in μg /m³) fijn stof (PM 10) jaargemiddelde (in μg /m³) fijn stof (PM 10) 24-uurgemiddelde (aantal overschrijdingen p.j.) Ruijgenhil 18,4 16,6 5 N215 23,4 17, Ruijgenhil 17,5 15,8 4 N215 22,1 16, Ruijgenhil 14,7 14,6 2 N215 17,6 15,0 3 Uit de resultaten blijkt dat de realisatie van de beoogde ontwikkeling langs de wegen die het plangebied ontsluiten niet tot overschrijding van de grenswaarden uit de Wm leidt. In alle onderzochte situaties wordt ruimschoots voldaan aan de grenswaarden uit de Wm. In 2021 liggen de concentraties aanzienlijk lager dan in 2011 en Zonder verder onderzoek kan worden geconcludeerd dat ook in alle tussenliggende jaren geen sprake zal zijn van een overschrijding van grenswaarden. Aangezien direct langs de wegen (10 meter uit de as) wordt voldaan aan de grenswaarden voor stikstofdioxide, is dat ook ter plaatse van het plangebied en omliggende woningen het geval. De concentraties luchtverontreinigende stoffen worden immers lager naarmate een locatie verder van de wegas is gelegen.

37 73 Bijlage 7 Bodemonderzoek Ruijgenhil Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg

38 74 Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg

39

40

41

42

43

44

45

46

47

48

49

50

51

52

53

54

55

56

57

58

59

60

61

62

63

64

65

66

67

68

69

70

71

72

73

74

75

76

77

78

79

80

81

82

83

84

85

86

87

88

89

90

91

92

93

94

95

96

97

98

99

100

101

102

103

104

105

106

Toelichting op de aanpak van milieuzonering met behulp van de 'Staten van Bedrijfsactiviteiten'

Toelichting op de aanpak van milieuzonering met behulp van de 'Staten van Bedrijfsactiviteiten' Toelichting op de aanpak van milieuzonering met behulp van de 'Staten van Bedrijfsactiviteiten' 1. Algemeen Regeling toelaatbaarheid van bedrijfsactiviteiten met behulp van milieuzonering Om de toelaatbaarheid

Nadere informatie

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit bebouwing, verharding, opgaande beplanting en watergangen.

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit bebouwing, verharding, opgaande beplanting en watergangen. Ecologie In dit bureauonderzoek is de bestaande situatie vanuit ecologisch oogpunt beschreven en is vermeld welke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt. Vervolgens is aangegeven waaraan deze ontwikkelingen

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Bijlagen bij de toelichting. Toelichting op de Staat van Bedrijfsactiviteiten. Toelichting op de Staat van Horeca-activiteiten

Inhoudsopgave. Bijlagen bij de toelichting. Toelichting op de Staat van Bedrijfsactiviteiten. Toelichting op de Staat van Horeca-activiteiten Inhoudsopgave Bijlagen bij de toelichting Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Toelichting op de Staat van Bedrijfsactiviteiten Toelichting op de Staat van Horeca-activiteiten (Her)ontwikkelingslocaties De Purmer

Nadere informatie

Oplegnotitie Toelichting op de aanpak van milieuzonering met behulp van de 'standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten'

Oplegnotitie Toelichting op de aanpak van milieuzonering met behulp van de 'standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten' Oplegnotitie Toelichting op de aanpak van milieuzonering met behulp van de 'standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten' Op de volgende pagina s is een toelichting gegeven op de standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten.

Nadere informatie

IJsselstein, IJsselstein zuidoost

IJsselstein, IJsselstein zuidoost IJsselstein, IJsselstein zuidoost 2 IJsselstein, IJsselstein zuidoost 00002801288900 Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg IJsselstein, IJsselstein zuidoost 3 Toelichting Adviesbureau RBOI Rotterdam

Nadere informatie

Bijlage 1 Onderzoek ecologie

Bijlage 1 Onderzoek ecologie Bijlage 1 Onderzoek ecologie In dit bureauonderzoek is de bestaande situatie vanuit ecologisch oogpunt beschreven en is vermeld welke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt. Vervolgens is aangegeven waaraan

Nadere informatie

Bestemmingsplan. Trade Port Noord Herziening Klaver 4

Bestemmingsplan. Trade Port Noord Herziening Klaver 4 Bestemmingsplan Trade Port Noord Herziening Klaver 4 Bestemmingsplan Trade Port Noord Herziening Klaver 4 Projectnummer 408378 Revisie 03 Datum 25 april 2016 Auteur(s) Paul Kennes Liesbeth van Kempen

Nadere informatie

Onderzoek flora en fauna

Onderzoek flora en fauna Bijlage 3 Onderzoek flora en fauna Ecologie In dit onderzoek is de bestaande situatie vanuit ecologisch oogpunt beschreven en is vermeld welke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt. Vervolgens is aangegeven

Nadere informatie

Bijlage 1 Ecologisch onderzoek

Bijlage 1 Ecologisch onderzoek Page 1 of 5 Bijlage 1 Ecologisch onderzoek Plan: Hoofdwinkelcentrum Status: vastgesteld Plantype: bestemmingsplan IMRO-idn: NL.IMRO.0406.BPHWC2011-VG01 In dit bureauonderzoek is de bestaande situatie vanuit

Nadere informatie

Bijlage 1 Brief Rijksdienst voor de Monumentenzorg (verplaatsing wipwatermolen)

Bijlage 1 Brief Rijksdienst voor de Monumentenzorg (verplaatsing wipwatermolen) Bijlage 1 Brief Rijksdienst voor de Monumentenzorg (verplaatsing wipwatermolen) Bijlage 2 Toelichting op de Staat van Horeca-activiteiten Milieuzonering van horeca-activiteiten De problematiek van hinder

Nadere informatie

- er sprake is van een wettelijk geregeld belang (waaronder het belang van land- en bosbouw,

- er sprake is van een wettelijk geregeld belang (waaronder het belang van land- en bosbouw, Bureauonderzoek ecologie, wijzigingsplan IJsseldijk-West Ecologie Bij de voorbereiding van een ruimtelijk plan dient onderzocht te worden of de Flora- en faunawet, de Natuurbeschermingswet 1998 en het

Nadere informatie

Tabel 1 Grenswaarden maatgevende stoffen Wet luchtkwaliteit stof toetsing van grenswaarde geldig stikstofdioxide (NO 2 )

Tabel 1 Grenswaarden maatgevende stoffen Wet luchtkwaliteit stof toetsing van grenswaarde geldig stikstofdioxide (NO 2 ) Luchtkwaliteit 1.1. Toetsingskader Wet milieubeheer luchtkwaliteitseisen De Wet milieubeheer luchtkwaliteitseisen (ook wel Wet luchtkwaliteit genoemd, Wlk) bevat grenswaarden voor zwaveldioxide, stikstofdioxide

Nadere informatie

Bureauonderzoek Flora en fauna

Bureauonderzoek Flora en fauna Bureauonderzoek Flora en fauna Ecologie In dit bureauonderzoek is de bestaande situatie vanuit ecologisch oogpunt beschreven en is vermeld welke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt. Vervolgens is aangegeven

Nadere informatie

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit bebouwing, verharding, gazon, weiland, opgaande beplanting en oppervlaktewater.

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit bebouwing, verharding, gazon, weiland, opgaande beplanting en oppervlaktewater. In dit bureauonderzoek is de bestaande situatie vanuit ecologisch oogpunt beschreven en is vermeld welke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt. Vervolgens is aangegeven waaraan deze ontwikkelingen wat

Nadere informatie

Bureauonderzoek flora en fauna

Bureauonderzoek flora en fauna Bijlage 1 Bureauonderzoek flora en fauna 1 Ecologie In dit bureauonderzoek is de bestaande situatie vanuit ecologisch oogpunt beschreven en is vermeld welke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt. Vervolgens

Nadere informatie

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit de kom Bleiswijk met bebouwing, tuinen, groenstroken, laanbeplanting en watergangen.

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit de kom Bleiswijk met bebouwing, tuinen, groenstroken, laanbeplanting en watergangen. Bijlage 1 Bureauonderzoek flora en fauna Ecologie In dit bureauonderzoek is de bestaande situatie vanuit ecologisch oogpunt beschreven en is vermeld welke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt. Vervolgens

Nadere informatie

Onderzoek flora en fauna

Onderzoek flora en fauna Onderzoek flora en fauna 1. Conclusie Geconcludeerd wordt dat voor de beoogde functieveranderingen geen ontheffing in het kader van de Flora- en faunawet vereist is. Hierbij dient wel gewerkt te worden

Nadere informatie

Onderzoek Luchtkwaliteit

Onderzoek Luchtkwaliteit Onderzoek Luchtkwaliteit Deze bijlage bevat het luchtkwaliteitsonderzoek en is de verantwoording voor de toelichting (paragraaf 5.10). In de eerste paragraaf van deze bijlage zijn het geldende beleid en

Nadere informatie

Onderzoek Luchtkwaliteit

Onderzoek Luchtkwaliteit Bijlage Onderzoek Luchtkwaliteit Deze bijlage bevat het volledige luchtkwaliteitsonderzoek. In de eerste paragraaf van deze bijlage is het geldende beleid en de daarbij horende normering weergeven. De

Nadere informatie

Terneuzen. Quickscan Flora en fauna. Wulpenbek 16 te Hoek. <NL.IMRO.Invullen> concept. I. Dekker MSc. identificatiecode: datum: status:

Terneuzen. Quickscan Flora en fauna. Wulpenbek 16 te Hoek. <NL.IMRO.Invullen> concept. I. Dekker MSc. identificatiecode: datum: status: Terneuzen Quickscan Flora en fauna Wulpenbek 16 te Hoek identificatie planstatus identificatiecode: datum: status: 16-09-2016 concept projectnummer: auteur I. Dekker MSc. Inhoud van

Nadere informatie

BIJLAGE 1. Toelichting op lijst van bedrijfsactiviteiten

BIJLAGE 1. Toelichting op lijst van bedrijfsactiviteiten BIJLAGE 1 Toelichting op lijst van bedrijfsactiviteiten Toelichting bij de lijst van bedrijfsactiviteiten Algemeen De lijst van bedrijfsactiviteiten is gebaseerd op de richtafstandenlijsten voor milieubelastende

Nadere informatie

Analoog aan de regeling voor "gewone" bedrijven worden bij het ruimtelijk beleid voor hinderlijke horeca-activiteiten drie stappen onderscheiden:

Analoog aan de regeling voor gewone bedrijven worden bij het ruimtelijk beleid voor hinderlijke horeca-activiteiten drie stappen onderscheiden: Toelichting op de Staat van Horeca-activiteiten Milieuzonering van horeca-activiteiten De problematiek van hinder door horecabedrijven onderscheidt zich nauwelijks van de problematiek van hinder veroorzaakt

Nadere informatie

Onderzoek flora en fauna

Onderzoek flora en fauna Onderzoek flora en fauna 1. Ecologie In deze bijlage is de bestaande situatie vanuit ecologisch oogpunt beschreven en is vermeld welke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt. Vervolgens is aangegeven waaraan

Nadere informatie

Bedrijvenpark H2O. Oldebroek. Onderzoek luchtkwaliteit. ing. D.R. Boer. projectnummer: datum: status: concept

Bedrijvenpark H2O. Oldebroek. Onderzoek luchtkwaliteit. ing. D.R. Boer. projectnummer: datum: status: concept Bedrijvenpark H2O Oldebroek Onderzoek luchtkwaliteit identificatie status projectnummer: datum: status: 400421.145202 02-05-2016 concept Opdrachtleider MSc E. Stellingwerf auteur: ing. D.R. Boer Inhoud

Nadere informatie

memo Akoestisch onderzoek Het Elfrink 8, Diepenheim Datum: 25 november 2016

memo Akoestisch onderzoek Het Elfrink 8, Diepenheim Datum: 25 november 2016 memo Postbus 150. 3000 AD Rotterdam Tel: 010-201 85 55 E-mail: info@rho.nl Onderwerp: Akoestisch onderzoek Het Elfrink 8, Diepenheim Datum: 25 november 2016 Referte: Roel Meijs Toetsingskader Normstelling

Nadere informatie

Bijlage 1 Akoestisch onderzoek

Bijlage 1 Akoestisch onderzoek Bijlage 1 Akoestisch onderzoek 1 Adviesbureau RBOI 21522.14148.03 Rotterdam / Middelburg locatie Elkshove 21522.1414800 Ontvanger : woning Waarneemhoogte [m] : 1,5 Rijlijn : Koninginneweg Wegdekhoogte

Nadere informatie

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit grasland, braakliggend terrein en enkele bomen en struiken.

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit grasland, braakliggend terrein en enkele bomen en struiken. In dit bureauonderzoek is de bestaande situatie vanuit ecologisch oogpunt beschreven en is vermeld welke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt. Vervolgens is aangegeven waaraan deze ontwikkelingen wat

Nadere informatie

Onderzoek akoestiek en luchtkwaliteit Bakershoeve

Onderzoek akoestiek en luchtkwaliteit Bakershoeve Onderzoek akoestiek en luchtkwaliteit Bakershoeve Gemeente Apeldoorn Postbus 9033 7300 ES Apeldoorn Contactpersoon: De heer J. Vermeij tel: 055-5801800 fax: 055-5801740 Apeldoorn, 27 oktober 2011 Uitvoerder:

Nadere informatie

Bijlage 1 Bureauonderzoek flora en fauna

Bijlage 1 Bureauonderzoek flora en fauna Bijlage 1 Bureauonderzoek flora en fauna Ecologie In dit bureauonderzoek is de bestaande situatie vanuit ecologisch oogpunt beschreven en is vermeld welke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt. Vervolgens

Nadere informatie

Toelichting algemene aanpak milieuzonering met behulp van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging'

Toelichting algemene aanpak milieuzonering met behulp van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging' Bijlage 1 Toelichting algemene aanpak milieuzonering met behulp van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging' 1 B1.1. Regeling toelaatbaarheid van bedrijfsactiviteiten met behulp van milieuzonering

Nadere informatie

A COMPANY OF. Bijlage 1 Toelichting op de staat van Bedrijfsactiviteiten

A COMPANY OF. Bijlage 1 Toelichting op de staat van Bedrijfsactiviteiten A COMPANY OF Bijlage 1 Toelichting op de staat van Bedrijfsactiviteiten Bestemmingsplan Thamerdal/Burg. Kootpark e.o. 9S8719/R0008/902291/Rott Vastgesteld 7 juli 2011 In dit bestemmingsplan is voor de

Nadere informatie

Adviesbureau RBOI 21522.14148.01 Rotterdam / Middelburg

Adviesbureau RBOI 21522.14148.01 Rotterdam / Middelburg Bijlage 1 Akoestisch onderzoek 1 Adviesbureau RBOI 21522.14148.01 Locatie Prins Hendriklaan 21522.1414801 Ontvanger : De Laars Waarneemhoogte [m] : 4,5 Rijlijn : Pr. Hendriklaan Wegdekhoogte [m] : 0,00

Nadere informatie

NOTITIE ECOLOGISCHE QUICKSAN

NOTITIE ECOLOGISCHE QUICKSAN NOTITIE ECOLOGISCHE QUICKSAN Notitie Ecologische quicksan Code 149929.02 / 17 03 15 VAN DER PEET BLOEMBOLLENBEDRIJF V.O.F. 149929.02 / 17 03 15 NOTITIE ECOLOGISCHE QUICKSAN TOELICHTING INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

memo Onderwerp: Akoestisch onderzoek Oldebroek West fase 4 Datum: 24 november 2014 Wegverkeerslawaai

memo Onderwerp: Akoestisch onderzoek Oldebroek West fase 4 Datum: 24 november 2014 Wegverkeerslawaai memo Postbus 150, 3000 AD Rotterdam Telefoon: 010 2018555 Fax: 010 4121039 E mail: info@rho.nl Onderwerp: Akoestisch onderzoek Oldebroek West fase 4 Datum: 24 november 2014 Referte: ing. Hanno Hommel Wegverkeerslawaai

Nadere informatie

Bijlage Toelichting algemene aanpak milieuzonering met behulp van de Staat van Bedrijfsactiviteiten

Bijlage Toelichting algemene aanpak milieuzonering met behulp van de Staat van Bedrijfsactiviteiten Bijlage Toelichting algemene aanpak milieuzonering met behulp van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 1 In dit bestemmingsplan is voor de toelaatbaarheid van bedrijfsactiviteiten een milieuzonering toegepast,

Nadere informatie

memo Akoestisch onderzoek De Grassen, Vlijmen Datum: 27 oktober 2015

memo Akoestisch onderzoek De Grassen, Vlijmen Datum: 27 oktober 2015 memo Postbus 150, 3000 AD Rotterdam Telefoon: 010 2018555 Fax: 010 4121039 E mail: info@rho.nl Onderwerp: Akoestisch onderzoek De Grassen, Vlijmen Datum: 27 oktober 2015 Referte: Marjoke Seidel Het bestemmingsplan

Nadere informatie

N204 - reconstructie ter hoogte van Linschoten. Luchtkwaliteitsonderzoek

N204 - reconstructie ter hoogte van Linschoten. Luchtkwaliteitsonderzoek N204 - reconstructie ter hoogte van Linschoten Luchtkwaliteitsonderzoek N204 - reconstructie ter hoogte van Linschoten Luchtkwaliteitsonderzoek Rapportnummer: 20155031.R04.V01 Document: 14067 Status: definitief

Nadere informatie

ONDERZOEK MILIEUZONERING

ONDERZOEK MILIEUZONERING ONDERZOEK MILIEUZONERING Zeelberg 41A te Valkenswaard Opdrachtgever: Contactpersoon: Milon bv de heer W. van der Velden Documentnummer: 20150242/C01/RK Datum: 25 februari 2015 Opdrachtnemer: Auteur: Projectleider:

Nadere informatie

Gemeente Middelburg. Ramsburg Oost. Flora- en faunatoets ir. J.J. van den Berg. auteur(s):

Gemeente Middelburg. Ramsburg Oost. Flora- en faunatoets ir. J.J. van den Berg. auteur(s): Gemeente Middelburg Ramsburg Oost Flora- en faunatoets identificatie planstatus projectnummer: datum: 0687.008704.00 21-06-2011 opdrachtleider: opdrachtgever: ir. J.J. van den Berg Gemeente Middelburg

Nadere informatie

Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg

Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Verantwoording Titel : Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Subtitel : Projectnummer : Referentienummer : Revisie : C1 Datum : 30-10-2012 Auteur(s) :

Nadere informatie

Ontvanger : dorp 7 Waarneemhoogte [m] : 4.5

Ontvanger : dorp 7 Waarneemhoogte [m] : 4.5 Ontvanger : dorp 7 Waarneemhoogte [m] : 4.5 Rijlijn : A12 Wegdekhoogte [m] : 0.00 Afstand horizontaal [m] : 442.00 Verhardingsbreedte [m] : 20.00 Afstand schuin [m] : 442.02 Bodemfactor [-] : 0.91 Afstand

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek Jan Glijnisweg 91a (nieuwe woning tussen de nummers 91 en 93) BK BSP Gemeente Heerhugowaard

Akoestisch onderzoek Jan Glijnisweg 91a (nieuwe woning tussen de nummers 91 en 93) BK BSP Gemeente Heerhugowaard Akoestisch onderzoek Jan Glijnisweg 91a (nieuwe woning tussen de nummers 91 en 93) BK2011-056-825BSP Gemeente Heerhugowaard Sector Stadsontwikkeling, afdeling Omgevingsvergunning Steller: B. Klijn Parelhof

Nadere informatie

Reconstructie N226 ter hoogte van de Hertekop. Luchtkwaliteitsonderzoek

Reconstructie N226 ter hoogte van de Hertekop. Luchtkwaliteitsonderzoek Reconstructie N226 ter hoogte van de Hertekop Luchtkwaliteitsonderzoek Reconstructie N226 ter hoogte van de Hertekop Luchtkwaliteitsonderzoek Rapportnummer: 20165415.R02.V01 Document: 14209 Status: definitief

Nadere informatie

Ontvanger : woning 1,5 m Waarneemhoogte [m] : 1,5

Ontvanger : woning 1,5 m Waarneemhoogte [m] : 1,5 Ontvanger : woning 1,5 m Waarneemhoogte [m] : 1,5 Rijlijn : Koninginneweg/Berger Wegdekhoogte [m] : 0,00 Afstand horizontaal [m] : 20,00 Verhardingsbreedte [m] : 5,00 Afstand schuin [m] : 20,01 Bodemfactor

Nadere informatie

Ontvanger : <Nieuwe Ontvanger> Waarneemhoogte [m] : 1,5

Ontvanger : <Nieuwe Ontvanger> Waarneemhoogte [m] : 1,5 Ontvanger : Waarneemhoogte [m] : 1,5 Rijlijn : Molenlaan Wegdekhoogte [m] : 0,00 Afstand horizontaal [m] : 9,29 Verhardingsbreedte [m] : 9,29 Afstand schuin [m] : 9,32 Bodemfactor [-]

Nadere informatie

datum 10 augustus 2018 project Bestemmingsplan Herveld, Tuyn van Limes vestiging Arnhem betreft Onderzoek bedrijven en milieuzonering uw kenmerk -

datum 10 augustus 2018 project Bestemmingsplan Herveld, Tuyn van Limes vestiging Arnhem betreft Onderzoek bedrijven en milieuzonering uw kenmerk - datum 10 augustus 2018 project Bestemmingsplan Herveld, Tuyn van Limes vestiging Arnhem betreft Onderzoek bedrijven en milieuzonering uw kenmerk - versie 001 ons kenmerk M.2016.0750.01.N001 auteur 2e lezer/secr.

Nadere informatie

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons)

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons) Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk 14-16 (KuiperCompagnons) NATUUR Kader De Flora- en faunawet (hierna: Ffw) beschermt alle in het wild levende zoogdieren, vogels, reptielen en amfibieën. Van deze soortgroepen

Nadere informatie

Ontvanger : 1,5 m woning 1 Waarneemhoogte [m] : 1,5

Ontvanger : 1,5 m woning 1 Waarneemhoogte [m] : 1,5 Ontvanger : 1,5 m woning 1 Waarneemhoogte [m] : 1,5 Rijlijn : Molenweg Wegdekhoogte [m] : 0,00 Afstand horizontaal [m] : 29,00 Verhardingsbreedte [m] : 3,00 Afstand schuin [m] : 29,01 Bodemfactor [-] :

Nadere informatie

memo Akoestisch onderzoek Torenlaan 5a Voorhout Datum: 1 juli 2015

memo Akoestisch onderzoek Torenlaan 5a Voorhout Datum: 1 juli 2015 memo Postbus 150, 3000 AD Rotterdam Telefoon: 010 2018555 Fax: 010 4121039 E mail: info@rho.nl Onderwerp: Akoestisch onderzoek Voorhout Datum: 1 juli 2015 Referte: Marjoke Seidel In het kader van de ruimte

Nadere informatie

Quick scan natuurtoets KuiperCompagnons d.d. 30 november Soortenbescherming

Quick scan natuurtoets KuiperCompagnons d.d. 30 november Soortenbescherming Quick scan natuurtoets KuiperCompagnons d.d. 30 november 2009 Soortenbescherming De Flora- en faunawet (hierna: Ffw) beschermt alle in het wild levende zoogdieren, vogels, reptielen en amfibieën. Van deze

Nadere informatie

Luchtkwaliteitonderzoek Lelystad bestemmingsplan De Velden

Luchtkwaliteitonderzoek Lelystad bestemmingsplan De Velden Notitie Contactpersoon Maaike Teunissen Datum 13 oktober 2008 Kenmerk N011-4522917MTU-evp-V01-NL Luchtkwaliteitonderzoek Lelystad bestemmingsplan De Velden 1 Achtergrond en opzet onderzoek In opdracht

Nadere informatie

Compositie 5 Stedenbouw T.a.v. de heer T. de Kousemaeker Boschstraat 35-37 4811 GB Breda. Boxmeer, 13 juni 2014

Compositie 5 Stedenbouw T.a.v. de heer T. de Kousemaeker Boschstraat 35-37 4811 GB Breda. Boxmeer, 13 juni 2014 Compositie 5 Stedenbouw T.a.v. de heer T. de Kousemaeker Boschstraat 35-37 4811 GB Breda Boxmeer, 13 juni 2014 Betreft: Locatie: Project: Notitie bedrijven en milieuzonering Kerkdijk 1a Hooge Zwaluwe 14021190

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek Nieuw te bouwen woning aan de Beukenlaan naast nummer 6 BK BSP-V1.1 Gemeente Heerhugowaard

Akoestisch onderzoek Nieuw te bouwen woning aan de Beukenlaan naast nummer 6 BK BSP-V1.1 Gemeente Heerhugowaard Akoestisch onderzoek Nieuw te bouwen woning aan de Beukenlaan naast nummer 6 BK2011-055-824BSP-V1.1 Gemeente Heerhugowaard Sector Stadsontwikkeling, afdeling Omgevingsvergunning Steller: B. Klijn Parelhof

Nadere informatie

Bedrijven en milieuzonering Horeca paviljoen, Mercuriusplein Berlicum

Bedrijven en milieuzonering Horeca paviljoen, Mercuriusplein Berlicum Bedrijven en milieuzonering Horeca paviljoen, Mercuriusplein Berlicum Rapportnummer: P16.570.01-02 Opdrachtgever: Contactpersoon: Aeres Milieu De heer T. Thijssen Onderzoek: Rapportnummer: Bedrijven en

Nadere informatie

Deze wet beschermt van ongeveer 500 van de dier- en plantensoorten die in Nederland

Deze wet beschermt van ongeveer 500 van de dier- en plantensoorten die in Nederland Bijlage 3. Ecologie B3.1. Beleidskader Aanleiding en doel De beoogde ontwikkeling betreft de bouw van 31 woningen op een deels braakliggende kavel en delen van zeer diepe achtertuinen (zie ook paragraaf

Nadere informatie

Ontvanger : woning 1,5 m Waarneemhoogte [m] : 1,5 Omschrijving : noordelijk deel

Ontvanger : woning 1,5 m Waarneemhoogte [m] : 1,5 Omschrijving : noordelijk deel Ontvanger : woning 1,5 m Waarneemhoogte [m] : 1,5 Omschrijving : noordelijk deel Rijlijn : N57 70 Wegdekhoogte [m] : 2,00 Afstand horizontaal [m] : 136,00 Verhardingsbreedte [m] : 3,50 Afstand schuin [m]

Nadere informatie

memo Quick scan bedrijven en milieuzonering Fort Everdingen

memo Quick scan bedrijven en milieuzonering Fort Everdingen memo aan: van: Gemeente Vianen/Culemborg SAB, Paul Kerckhoffs datum: 14 december 2015 betreft: Quick scan bedrijven en milieuzonering Fort Everdingen Project: 150346 INLEIDING In het buitengebied, op de

Nadere informatie

Actualisatie Toets luchtkwaliteit bestemmingsplan Spijkvoorder Enk

Actualisatie Toets luchtkwaliteit bestemmingsplan Spijkvoorder Enk Gemeente Deventer Actualisatie Toets luchtkwaliteit bestemmingsplan Spijkvoorder Enk Datum 31 augustus 2009 DVT352/Cps/1543 Kenmerk Eerste versie 1 Inleiding De gemeente Deventer is bezig met de planvorming

Nadere informatie

MILIEUZONERING NOTA MILIEUZONERING RHEDEN 2015

MILIEUZONERING NOTA MILIEUZONERING RHEDEN 2015 NOTA MILIEUZONERING RHEDEN 2015 MILIEUZONERING Vastgesteld: 28 mei 2015 Inhoudsopgave 1 Inleiding 1 1.1 Verankering milieuzonering in bestemmingsplan 1 1.2 Leeswijzer 1 2 Milieuzonering in de gemeente

Nadere informatie

Nieuwe bedrijfslocaties

Nieuwe bedrijfslocaties E c o l o g i s c h e i n v e n t a r i s a t i e Om de uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan Midwolda-Nieuwlandseweg Arts/Rulo te toetsen, is een ecologische inventarisatie uitgevoerd. Tevens is gekeken

Nadere informatie

Onderzoek bedrijven en milieuzonering Spoorallee in Zevenaar

Onderzoek bedrijven en milieuzonering Spoorallee in Zevenaar Notitie Contactpersoon Maaike Teunissen Datum 25 april 2014 Kenmerk N003-1222424MTU-evp-V01-NL Onderzoek bedrijven en milieuzonering Spoorallee in Zevenaar 1 Aanleiding onderzoek Gemeente Zevenaar heeft

Nadere informatie

Ontvanger : BG Waarneemhoogte [m] : 1,5

Ontvanger : BG Waarneemhoogte [m] : 1,5 Ontvanger : BG Waarneemhoogte [m] : 1,5 Rijlijn : Meerweg Wegdekhoogte [m] : 0,00 Afstand horizontaal [m] : 7,90 Verhardingsbreedte [m] : 3,00 Afstand schuin [m] : 7,94 Bodemfactor [-] : 0,38 Afstand kruispunt

Nadere informatie

Oude Tempel Soesterberg Milieukundige onderzoeken luchtkwaliteit en bedrijven en milieuzonering

Oude Tempel Soesterberg Milieukundige onderzoeken luchtkwaliteit en bedrijven en milieuzonering Notitie Project: Oude Tempel Soesterberg Onderwerp: Milieukundige onderzoeken luchtkwaliteit en bedrijven en milieuzonering Referentie: 16M8024 Datum: 18 juli 2016 Auteur: Mevrouw ing. N.J.W. Pirovano

Nadere informatie

Buro Maerlant. Veldhoven Zandoerleseweg. Notitie Flora- en faunawet. L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g

Buro Maerlant. Veldhoven Zandoerleseweg. Notitie Flora- en faunawet. L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g Buro Maerlant L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g BM-NOTITIE 2012 Notitie Flora- en faunawet J. van Suijlekom, 29 februari 2012 Inhoud Blz 1 Inleiding 3 1.1 Algemeen

Nadere informatie

Onderzoek luchtkwaliteit bedrijventerrein Kieveen

Onderzoek luchtkwaliteit bedrijventerrein Kieveen Onderzoek luchtkwaliteit bedrijventerrein Kieveen Gemeente Apeldoorn Postbus 9033 7300 ES Apeldoorn Contactpersoon: De heer M. Tulk tel: 14055 Apeldoorn, Uitvoerder: H. Veldman 20 oktober 2010 Inhoudsopgave:

Nadere informatie

Woningstichting Laarbeek Gemeente Laarbeek. Akoestisch onderzoek t.b.v. Project Rembrandtplein fase II te Beek en Donk. Datum: 8 december 2008

Woningstichting Laarbeek Gemeente Laarbeek. Akoestisch onderzoek t.b.v. Project Rembrandtplein fase II te Beek en Donk. Datum: 8 december 2008 Woningstichting Laarbeek Gemeente Laarbeek Akoestisch onderzoek t.b.v. Project Rembrandtplein fase II te Beek en Donk Rapportnummer: 211x02456.045372_1 Datum: 8 december 2008 Contactpersoon opdrachtgever:

Nadere informatie

Beoordeling luchtkwaliteit Wilhelminalaan e.o.

Beoordeling luchtkwaliteit Wilhelminalaan e.o. www.utrecht.nl Milieu en Mobiliteit Expertise Milieu 030-286 00 00 Beoordeling luchtkwaliteit Wilhelminalaan e.o. Resultaten van een nul-onderzoek rapport van de afdeling Expertise Milieu 11 februari 2016

Nadere informatie

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 21 april 2011 20110073-02 211x04850 J. van Rooij

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 21 april 2011 20110073-02 211x04850 J. van Rooij Notitie 20110073-02 Bouwplan Ringbaan West 15 te Weert Inventarisatie luchtkwaliteitsaspecten Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 21 april 2011 20110073-02 211x04850 J. van Rooij 1 Inleiding

Nadere informatie

Bijlage 3 Advies Steunpunt Externe Veiligheid

Bijlage 3 Advies Steunpunt Externe Veiligheid Ter Apelervenen bestemmingsplan Ter Apelervenen Bijlage 3 Advies Steunpunt Externe Veiligheid bestemmingsplan "Ter Apelervenen" (vastgesteld) 157 STEUNPUNT EXTERNE VEILIGHEID GRONINGEN uitbreiding AZC

Nadere informatie

: QuickScan Flora & Fauna Meijelseweg 60a te Beringe, gemeente Peel en Maas

: QuickScan Flora & Fauna Meijelseweg 60a te Beringe, gemeente Peel en Maas Advies : QuickScan Flora & Fauna Meijelseweg 60a te Beringe, gemeente Peel en Maas Datum : 14 januari 2014 Opdrachtgever : De heer L.P.G. Oudenhoven Projectnummer : 211x05418 Opgesteld door : Ineke Kroes

Nadere informatie

Onderzoek bedrijven-milieuzonering Sand-Ambachtstraat te s-gravenzande. Opdrachtgever: Boele & van Eesteren te Rijswijk

Onderzoek bedrijven-milieuzonering Sand-Ambachtstraat te s-gravenzande. Opdrachtgever: Boele & van Eesteren te Rijswijk Onderzoek bedrijven-milieuzonering Sand-Ambachtstraat te s-gravenzande Opdrachtgever: Boele & van Eesteren te Rijswijk Onderzoek bedrijven-milieuzonering Sand-Ambachtstraat te s-gravenzande Opdrachtgever

Nadere informatie

Flora- en faunascan voor de bouw van een woning aan de Bolenbergweg te Belfeld

Flora- en faunascan voor de bouw van een woning aan de Bolenbergweg te Belfeld Tegelseweg 3 5951 GK Belfeld Tel: 077-4642999 www.faunaconsult.nl info@faunaconsult.nl Faunaconsult KvK Venlo 09116138 De heer J. Bruekers Bolenbergweg 18 5951 AZ Belfeld Flora- en faunascan voor de bouw

Nadere informatie

Bijlage 1 Natuurtoets

Bijlage 1 Natuurtoets Bijlage 1 Natuurtoets B1.1. Aanleiding en doel Aanleiding Door de aanleg van de N57 ten oosten van Middelburg dient ook de aansluiting in de stad aangepast te worden. Dit betreft een herinrichting van

Nadere informatie

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 28 oktober 2013 20121818-03 M. Blankvoort

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 28 oktober 2013 20121818-03 M. Blankvoort Wilhelm Röntgenstraat 4 8013 NE Zwolle Postbus 1590 8001 BN Zwolle Notitie 20121818-03 Hotel Van der Valk te Voorschoten Ruimtelijke scan voorgenomen ontwikkelingen T +31 (0)38 422 14 11 F +31 (0)38 422

Nadere informatie

Verkennend natuuronderzoek locatie Smitterijhof te Haaksbergen

Verkennend natuuronderzoek locatie Smitterijhof te Haaksbergen Verkennend natuuronderzoek locatie Smitterijhof te Haaksbergen Onderzoek naar het voorkomen van beschermde soorten in het kader van de Flora- en faunawet Datum: 03-12-2012 Auteur: A. Tuitert Opdrachtgever:

Nadere informatie

Notitie. Aan : Roel Volman (SO, team bestemmingsplannen) Van : Paul Bruijkers (SO, Ingenieursbureau) Datum :

Notitie. Aan : Roel Volman (SO, team bestemmingsplannen) Van : Paul Bruijkers (SO, Ingenieursbureau) Datum : Notitie Stadsontwikkeling Aan : Roel Volman (SO, team bestemmingsplannen) Van : Paul Bruijkers (SO, Ingenieursbureau) Datum : 12-7- 2016 Bezoekadres: De Rotterdam Wilhelminakade 179, Rotterdam Postadres:

Nadere informatie

Onderzoek luchtkwaliteit bestemmingsplan De Maten winkelcentrum Eglantier

Onderzoek luchtkwaliteit bestemmingsplan De Maten winkelcentrum Eglantier Onderzoek luchtkwaliteit bestemmingsplan De Maten winkelcentrum Eglantier Gemeente Postbus 9033 7300 ES Contactpersoon: Dhr. G. den Besten Tel: 055 5802416 Uitvoerder: H. Veldman Inhoudsopgave 1 Inleiding...1

Nadere informatie

Luchtkwaliteit t.g.v. wegverkeer. parkeren Spoorzone

Luchtkwaliteit t.g.v. wegverkeer. parkeren Spoorzone Luchtkwaliteit t.g.v. wegverkeer parkeren Spoorzone te Winterswijk Versie 2 december 2008 opdrachtnummer 08-159lucht datum 2 december 2008 opdrachtgever Gemeente Winterswijk Postbus 101 7100 AC Winterswijk

Nadere informatie

1. Inleiding. 2. Situatie

1. Inleiding. 2. Situatie Esprit bv, 4 e studentenhuis Parc Spelderholt, Beekbergen NOTITIE Nr. : V.2009.1135.00.N001 Versie : 002 DEFINITIEF Project : Esprit bv, 4e studentenhuis Parc Spelderholt, Beekbergen Betreft : Akoestisch

Nadere informatie

Briefrapport AANLEIDING EN METHODE. De heer J. Arends. datum: 20 april quick scan flora en fauna

Briefrapport AANLEIDING EN METHODE. De heer J. Arends. datum: 20 april quick scan flora en fauna Briefrapport aan: van: ons kenmerk: De heer J. Arends SAB RIJS/110571 datum: 20 april 2012 betreft: quick scan flora en fauna AANLEIDING EN METHODE In Opheusden (gemeente Neder-Betuwe, provincie Gelderland)

Nadere informatie

Milieukundig onderzoek RWS-kavel Forepark

Milieukundig onderzoek RWS-kavel Forepark Milieukundig onderzoek RWS-kavel Forepark Milieukundig onderzoek RWS-kavel Forepark Onderzoek naar de invloed op de luchtkwaliteit Status versie Definitief datum 9 december 2015 projectnummer 95017858

Nadere informatie

Memo. Quick scan bedrijven en milieuzonering bedrijfswoning, Rietveld 33A Woerden, projectnummer:

Memo. Quick scan bedrijven en milieuzonering bedrijfswoning, Rietveld 33A Woerden, projectnummer: Memo aan: van: Dunamis Holding BV Paul Kerckhoffs, SAB datum: 18 april 2016 betreft: Quick scan bedrijven en milieuzonering bedrijfswoning, Rietveld 33A Woerden, projectnummer: 160180 INLEIDING Op de locatie

Nadere informatie

Quickscan flora en fauna. Deltaweg te Helmond

Quickscan flora en fauna. Deltaweg te Helmond Quickscan flora en fauna Deltaweg te Helmond A.P. Kerssemakers Voor de afdeling: SB/ROV. Gemeente Helmond. December 2012 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 2.Wettelijk kader 2 3. Plangebied 4 4. Onderzoek 7

Nadere informatie

Quickscan Bedrijven. n en milieuzonering Binnenweg 31 te Tw. wello Project

Quickscan Bedrijven. n en milieuzonering Binnenweg 31 te Tw. wello Project Quickscan Bedrijven n en milieuzonering Binnenweg 31 te Tw wello Project projectnummer project Binnenweg 31 te Twello opdrachtgever Te Kiefte Architecten versie concept datum 5 december 2011 auteur ing.

Nadere informatie

Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt

Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt CONCEPT Omgevingsdienst Regio Utrecht juli 2012 kenmerk/ opgesteld door beoordeeld door Ronald Jansen Dagmar Storm INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding...

Nadere informatie

Ontvanger : BG Waarneemhoogte [m] : 1.5

Ontvanger : BG Waarneemhoogte [m] : 1.5 Ontvanger : BG Waarneemhoogte [m] : 1.5 Rijlijn : Koningin Emmaweg Wegdekhoogte [m] : 0.00 Afstand horizontaal [m] : 23.80 Verhardingsbreedte [m] : 3.00 Afstand schuin [m] : 23.82 Bodemfactor [-] : 0.76

Nadere informatie

Werkzaamheden gemaal Emilia en gemaal Westland Quickscan flora- en faunawet

Werkzaamheden gemaal Emilia en gemaal Westland Quickscan flora- en faunawet BEM1605644 gemeente Steenbergen Behoort bij beschikking d.d. nr.(s) 28-11-2016 ZK16004958 Beleidsmedewerker Publiekszaken / vergunningen Werkzaamheden gemaal Emilia en gemaal Westland Quickscan flora-

Nadere informatie

Akoestisch Onderzoek Wegverkeerslawaai Westelijke Doorsnee NZ tussen 41 en 44 Te Emmer Compascuum

Akoestisch Onderzoek Wegverkeerslawaai Westelijke Doorsnee NZ tussen 41 en 44 Te Emmer Compascuum Akoestisch Onderzoek Wegverkeerslawaai Westelijke Doorsnee NZ tussen 41 en 44 Te Emmer Compascuum Akoestisch Onderzoek Wegverkeerslawaai Westelijke Doorsnee NZ tussen 41 en 44 Te Emmer Compascuum Projectnummer

Nadere informatie

IJsselstein. Achtersloot 73b. ruimtelijke onderbouwing september 2011 concept 27 oktober 2011 ontwerp. ir. R.J.M.M.

IJsselstein. Achtersloot 73b. ruimtelijke onderbouwing september 2011 concept 27 oktober 2011 ontwerp. ir. R.J.M.M. IJsselstein Achtersloot 73b ruimtelijke onderbouwing identificatie planstatus projectnummer: datum: status: 110509.16498.00 29 september 2011 concept 27 oktober 2011 ontwerp projectleider: 29 november

Nadere informatie

QUICK SCAN FLORA EN FAUNA. Heilleweg 21 te Sluis

QUICK SCAN FLORA EN FAUNA. Heilleweg 21 te Sluis QUICK SCAN FLORA EN FAUNA Heilleweg 21 te Sluis 1 QUICK SCAN FLORA EN FAUNA Heilleweg 21 te Sluis Opdrachtgever: A.C. Dingemans Heilleweg 21 4524 KL Sluis Opgesteld door: ZLTO Advies Cereshof 4 4463 XH

Nadere informatie

Notitie. : Stichting Ouderenhuisvesting Rotterdam : P.R. Beaujean Datum : 12 oktober 2007 : M. Zieltjens Onze referentie : 9S6248.01/N0003/902610/Nijm

Notitie. : Stichting Ouderenhuisvesting Rotterdam : P.R. Beaujean Datum : 12 oktober 2007 : M. Zieltjens Onze referentie : 9S6248.01/N0003/902610/Nijm Notitie Aan : Stichting Ouderenhuisvesting Rotterdam Van : P.R. Beaujean Datum : 12 oktober 2007 Kopie : M. Zieltjens Onze referentie : 9S6248.01/N0003/902610/Nijm Betreft : Luchtkwaliteitsonderzoek Tiendhove

Nadere informatie

memo Akoestisch onderzoek bedrijfswoning Aelbrechtsweg Datum: 9 januari 2016

memo Akoestisch onderzoek bedrijfswoning Aelbrechtsweg Datum: 9 januari 2016 memo Postbus 150. 3000 AD Rotterdam Tel: 010-201 85 55 E-mail: info@rho.nl Onderwerp: Akoestisch onderzoek bedrijfswoning Aelbrechtsweg Datum: 9 januari 2016 Referte: Roel Meijs Toetsingskader Normstelling

Nadere informatie

Notitie Flora- en faunaonderzoek Enter

Notitie Flora- en faunaonderzoek Enter Notitie Flora- en faunaonderzoek Enter Ff-onderzoek Wierdenseweg, Enter Datum: 19-9-2013 Opgesteld door: Vincent de Lenne Projectnummer: 6444 Aanleiding en doel Binnen het plangebied (zie bijlage 1) wordt

Nadere informatie

Project : Basisschool De Twister te Horst (211x09475) Opdrachtgever : BRO. Projectnr : M Kenmerk : M Datum : 10 oktober 2017

Project : Basisschool De Twister te Horst (211x09475) Opdrachtgever : BRO. Projectnr : M Kenmerk : M Datum : 10 oktober 2017 Project : Basisschool De Twister te Horst (211x09475) Opdrachtgever : BRO Projectnr : M17 420 Kenmerk : M17 420.801 Datum : 10 oktober 2017 Onderwerp : Quick scan bedrijven en milieuzonering 1. Inleiding

Nadere informatie

Aanleg parallelweg N248

Aanleg parallelweg N248 Aanleg parallelweg N248 Onderzoek luchtkwaliteit Definitief Provincie Noord-Holland Grontmij Nederland B.V. De Bilt, 14 juli 2014 Verantwoording Titel : Aanleg parallelweg N248 Subtitel : Onderzoek luchtkwaliteit

Nadere informatie

Luchtkwaliteitsonderzoek. ten behoeve van de ruimtelijke onderbouwing. bij de bestemmingsplannen bedrijventerrein

Luchtkwaliteitsonderzoek. ten behoeve van de ruimtelijke onderbouwing. bij de bestemmingsplannen bedrijventerrein Herman Heijermanslaan 81, 1948 DK Beverwijk Mobiele telefoon: 06-250 317 39 Email: info@aspgeluid.nl Gironummer: 4600817 K.v.K Alkmaar nr.: 37085677 Luchtkwaliteitsonderzoek ten behoeve van de ruimtelijke

Nadere informatie

Briefrapport. Globale ligging plangebied. AANLEIDING EN METHODE. De heer E.J. Overbeek. datum: 16 september 2011. quick scan flora en fauna

Briefrapport. Globale ligging plangebied. AANLEIDING EN METHODE. De heer E.J. Overbeek. datum: 16 september 2011. quick scan flora en fauna Briefrapport aan: van: ons kenmerk.: De heer E.J. Overbeek SAB RIJS/110253 datum: 16 september 2011 betreft: quick scan flora en fauna AANLEIDING EN METHODE In Diepenheim (gemeente Hof van Twente, provincie

Nadere informatie

Quickscan samenvatting Flora- en faunawet Van Zuylenlaan 9, Hoevelaken

Quickscan samenvatting Flora- en faunawet Van Zuylenlaan 9, Hoevelaken Dhr. J.P.L.M.G. Gelauff Van Zuylenlaan 9 3871 BG Hoevelaken Contactpersoon Kenmerk Status Datum Dhr. A. de Gelder 15-314 definitief 31 augustus 2015 Betreft Quickscan samenvatting Flora- en faunawet Van

Nadere informatie

Ruimtelijke ontwikkelingen en de Flora- en faunawet

Ruimtelijke ontwikkelingen en de Flora- en faunawet Ruimtelijke ontwikkelingen en de Flora- en faunawet Inleiding Praktisch overal in Nederland komen beschermde soorten flora en fauna voor. Bekende voorbeelden zijn de aanwezigheid van rugstreeppadden op

Nadere informatie

Partiële herziening zone industrielawaai Molendijk-Industrieweg. ontwerpbestemmingsplan. rboi. 25 jaar adviseurs ruimtelijke ordening

Partiële herziening zone industrielawaai Molendijk-Industrieweg. ontwerpbestemmingsplan. rboi. 25 jaar adviseurs ruimtelijke ordening Sliedrecht Partiële herziening zone industrielawaai Molendijk-Industrieweg ontwerpbestemmingsplan rboi 25 jaar adviseurs ruimtelijke ordening an Sliedrecht Partiële herziening zone industrielawaai Molendijk-Industrieweg

Nadere informatie