Randvoorwaarden zorgprogramma s

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Randvoorwaarden zorgprogramma s"

Transcriptie

1 Model handelingsprotocol & Randvoorwaarden zorgprogramma s Ontwikkeld in het kader van het landelijk project voorkomen en bestrijden huiselijk geweld en aangekondigd in Privé geweld- publieke zaak; een nota over de gezamenlijke aanpak van huiselijk geweld

2

3 Model- handelingsprotocol & Randvoorwaarden zorgprogramma s Ontwikkeld in het kader van het landelijk project voorkomen en bestrijden huiselijk geweld en aangekondigd in Privé geweld- publieke zaak; een nota over de gezamenlijke aanpak van huiselijk geweld

4

5 Woord vooraf Het model- handelingsprotocol en de randvoorwaarden zorgprogramma s huiselijk geweld werden in het kader van het landelijk project 'voorkomen en bestrijden huiselijk geweld' in opdracht van het Ministerie van Justitie ontwikkeld door drs. Paul Baeten. Hij is werkzaam bij het Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn (NIZW) op de afdeling Expertisecentrum Kindermishandeling. Concepten van de notities werden van inhoudelijk commentaar voorzien door leden van de werkgroep Regie en Informatie en de werkgroep Slachtoffer en Pleger van het landelijk project en door enkele externe deskundigen. Het model-handelingsprotocol en de randvoorwaarden zorgprogramma s zijn geschreven ter ondersteuning van gemeenten bij de uitvoering van hun regierol bij de aanpak van huiselijk geweld en voor beleidsmakers en beroepskrachten die betrokken zijn bij de aanpak van situaties van huiselijk geweld. Beide zijn bedoeld als basis en bieden een referentiekader voor de ontwikkeling van werkwijzen voor en samenwerking tussen instellingen en voorzieningen die betrokken zijn bij de aanpak van huiselijk geweld op lokaal en regionaal niveau. Beide onderdelen van deze brochure gaan uit van een nastrevenswaardige situatie. De in het modelhandelingsprotocol beschreven organisaties zijn niet allemaal in iedere gemeente of regio aanwezig. Deze brochure is dan ook bedoeld als leidraad. Dat betekent dat de toepassing ervan in de praktijk afhangt van de plaatselijke omstandigheden en beschikbare instellingen of voorzieningen. De brochure gaat bovendien uit van de actuele beleidsinzichten en regelgeving. Die inzichten en regels kunnen veranderen. Voorbeelden daarvan zijn de in het parlement aanhangige wijziging van de Wet op de jeugdhulpverlening in verband met de Advies- en meldpunten kindermishandeling en de in voorbereiding zijnde wijziging van de Kwaliteitswet zorginstellingen in verband met een meldplicht voor seksueel misbruik tussen patiënten onderling en misbruik van patiënten door hulpverleners. Tevens wordt door het Openbaar Ministerie een Aanwijzing voorbereid over de strafrechtelijke benadering van huiselijk geweld door politie en OM. De inhoud van de brochure dient derhalve niet als een statisch gegeven te worden beschouwd.

6

7 Inhoud Inleiding 7 De regierol van gemeenten 11 Model- handelingsprotocol Deel I Meldingstrajecten Aanmelding bij het Steunpunt Huiselijk Geweld 13 Melding bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling 14 Aanmelding bij de vrouwenopvang 14 Aanmelding bij de ambulante hulpverlening 15 Melding en aangifte bij de politie 16 Deel II Taken per organisatie Taken vrouwenopvang 17 Taken ambulante volwassenenzorg 18 Taken Jeugdzorg 19 Taken politie 19 Taken Openbaar Ministerie (OM) 20 Taken Bureau Slachtofferhulp 21 Taken Reclassering 21 Randvoorwaarden zorgprogramma s Deel I Algemene randvoorwaarden 1. Een systemische en intergenerationele benadering Multicultureel en vraaggericht Aandacht voor bijzondere groepen Interdisciplinair en intersectoraal Laagdrempelig en outreachend Specialisatie van beroepskrachten Casemanagement Programmacoördinatie 25 Deel II Basiselementen voor verschillende doelgroepen Basisprogramma huiselijk geweld tegen kinderen 27 Basisprogramma huiselijk geweld tegen volwassenen 29 Basisprogramma huiselijk geweld tegen ouderen 31

8 6

9 Inleiding Op veel plaatsen in ons land worden initiatieven genomen om de aanpak van huiselijk geweld te verbeteren. Aandachtspunten daarbij zijn de onderlinge samenwerking tussen betrokken instanties, de ontwikkeling van zorgprogramma's en hier en daar ook de oprichting van Steunpunten Huiselijk Geweld. De aard en omvang van de problematiek vereisen een substantiële inzet op alle niveaus van de samenleving. Ondersteuning en stimulering door de overheid Op landelijk niveau vormde het landelijk project 'voorkomen en bestrijden huiselijk geweld' een belangrijk initiatief. In dit project werkten diverse ministeries en landelijke organisaties samen. Zij ontwikkelden voorstellen en initiatieven gericht op de verbetering van de aanpak van huiselijk geweld en op de bestuurlijke verankering van de aandacht voor en de inzet op het thema huiselijk geweld. Deze bijlage biedt met de beschrijving van een model handelingsprotocol en de randvoorwaarden zorgprogramma s een handreiking voor regio's die de samenwerking en afstemming willen verbeteren tussen instellingen die op deelaspecten betrokken zij bij de aanpak van huiselijk geweld. Huiselijk geweld Onder 'huiselijk geweld' wordt binnen het project verstaan: 'geweld dat door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer is gepleegd'. Geweld betekent in dit verband: aantasting van de persoonlijke integriteit. Onderscheid wordt gemaakt tussen geestelijk en lichamelijk geweld (waaronder seksueel geweld). De huiselijke kring van het slachtoffer bestaat uit (ex)partners, gezinsleden, familieleden en huisvrienden. Het begrip 'huiselijke kring' betreft dus de relatie tussen de dader en het slachtoffer en niet de locatie (het eigen huis). Vooral bij seksueel geweldgebruik zijn vaak 'huisvrienden' de plegers. Zij genieten het vertrouwen van gezinsleden of hebben hen om één of andere reden zodanig in hun macht dat zij zich zonder risico's veel kunnen permitteren binnen het betrokken gezin. Het is daarom belangrijk dat ook zij onder de definitie vallen. Model- handelingsprotocol Samenhangende aanpak Het belangrijkste uitgangspunt bij de ontwikkeling van het model-handelingsprotocol is dat huiselijk geweld een samenhangende aanpak en waar mogelijk een systemische benadering vereist. Daarmee wordt in de eerste plaats bedoeld dat de interventies en de hulp zich dienen te richten op alle direct betrokkenen en dat zij in onderlinge samenhang en afstemming moeten worden uitgevoerd. De direct betrokkenen zijn in dit verband kinderen, mannen, vrouwen en ouderen die slachtoffer zijn van huiselijk geweld, de plegers en gezinsleden, familieleden en mantelzorgers die in een nauwe relatie tot het slachtoffer of de pleger staan. Slachtoffers van huiselijk geweld staan immers niet op zichzelf, zij maken deel uit van gezinssystemen en familieverbanden en in veel gevallen zetten zij hun relatie met de pleger voort, ook nadat het geweld naar buiten is gekomen. 7

10 In de tweede plaats betekent een samenhangende aanpak dat de interventies en hulp onderling op elkaar afgestemd dienen te zijn, zowel inhoudelijk op het niveau van methoden en doelen als voor wat betreft timing en planning. Een samenhangende aanpak stelt hoge eisen, zowel op het niveau van het beleid en management als op het niveau van de uitvoering. Voor beide niveaus geldt dat men de problematiek vanuit een breder perspectief zal moeten bezien dan alleen vanuit de eigen sector of beroepsgroep. Zo vereist het creëren van een volledig en op de problematiek toegesneden aanbod de samenwerking met en afstemming op het aanbod van anderen. En in de uitvoering zullen beroepskrachten zich voortdurend bewust moeten zijn van de mogelijkheden van anderen en van de consequenties van het eigen handelen voor dat van anderen. Een model Het model- handelingsprotocol is bedoeld als handreiking voor regio's die de samenwerking en afstemming willen verbeteren tussen instellingen die op deelaspecten betrokken zijn bij de aanpak van huiselijk geweld. Het model is in belangrijke mate gebaseerd op de 'Samenwerkingsovereenkomst 1e hulp bij huiselijk geweld tegen vrouwen 1 ' en het 'Protocol een Veilig Huis' 2 Het model handelingsprotocol is geschreven vanuit de veronderstelling dat op regionaal niveau een volledig arsenaal van interventies en hulp aanwezig is. Als vertrekpunt is gekozen de hypothetische situatie dat voldaan is aan de randvoorwaarden voor een zorgprogramma huiselijk geweld, zoals beschreven in deel I van de randvoorwaarden zorgprogramma s. In werkelijkheid zal dat zelden het geval zijn en zal nog veel ontwikkeld moeten worden. Bovendien kan op regionaal niveau het palet van betrokken instellingen er heel verschillend uitzien. Het model zal daarom moeten worden aangepast aan de feitelijke omstandigheden en ook aan de doelstellingen die binnen de eigen regio worden geformuleerd. Het model beschrijft met andere woorden in de eerste plaats een wenselijke situatie. Dat geldt uitdrukkelijk ook voor de taken die bij verschillende sectoren of instanties worden beschreven. In werkelijkheid zal moeten worden bezien of uitvoering van de genoemde taken door de betreffende sector of instelling haalbaar is. De vermelding in dit model biedt niet de garantie dat de betreffende sector of instelling in alle gevallen beschikt over de (financiële) mogelijkheden voor de uitvoering van genoemde taken. In deel I van het model- handelingsprotocol worden de belangrijkste (aan-)meldingstrajecten beschreven. Vervolgens komen in deel II taken aan de orde die door de betrokken sectoren en instanties kunnen worden uitgevoerd. In de praktijk kan het aan te bevelen zijn om van deze taakomschrijving af te wijken. Bijvoorbeeld omdat zoals op een aantal plaatsen al gebeurt een Steunpunt Huiselijk Geweld wordt opgericht dat de taak krijgt om te coördineren en de continuïteit te bewaken. Dat kan betekenen dat bepaalde taken van de bestaande instellingen worden overgedragen aan het Steunpunt. Randvoorwaarden zorgprogramma s Meerdere zorgprogramma's De term huiselijk geweld verwijst naar een verzameling van diverse vormen van geweld gepleegd door onderling verschillende groepen van plegers. Ook de slachtoffers van huiselijk geweld hebben onderling verschillende kenmerken en kampen met uiteenlopende gevolgen van het geweld. We hebben onder andere te maken met slachtoffers en plegers, met verschillende levens- en ontwikkelingsfasen als het gaat om kinderen, volwassenen en ouderen die slachtoffer kunnen zijn van huiselijk geweld en we hebben te maken met sekseverschillen. Ook binnen deze indelingen zijn weer bijzondere groepen te onderscheiden zoals verstandelijk gehandicapten en mensen met verslavingsproblemen. Gezien deze diversiteit ligt het niet voor de hand het noodzakelijke aanbod van hulp en ondersteuning in een alomvattend zorgprogramma te 1 Samenwerkingsovereenkomst 1e hulp bij thuisgeweld tegen vrouwen. Groningen: Thuisfront, Protocol een Veilig Huis. Utrecht: Arrondissementsparket Utrecht,

11 organiseren. Uitgangspunt bij zorgprogrammering is veelal dat er sprake moet zijn van een cliëntengroep met een gemeenschappelijke hulpvraag. Bij de ontwikkeling van het hulpaanbod zal het daarom noodzakelijk zijn om verschillende deelgroepen te onderscheiden om vervolgens per deelgroep te komen tot een specifiek en samenhangend hulpaanbod of zorgprogramma. Wel zal een aantal hulpvormen voor meerdere zorgprogramma's ingezet kunnen worden. Zorgprogrammering vereist in veel gevallen het herdefiniëren van het bestaande aanbod en het organiseren van samenhang tussen verschillende hulpvormen. In de jeugdzorg doet deze ontwikkeling zich voor in de vorm van het modulariseren van het hulpaanbod: de heldere afbakening en flexibele inzet van de verschillende hulpvormen. Daarnaast zal het voor de volledigheid van het hulpaanbod in veel regio's noodzakelijk zijn het bestaande aanbod uit te breiden, bij voorkeur met hulpvormen die reeds door anderen zijn ontwikkeld. Randvoorwaarden Om tegemoet te kunnen komen aan de behoeften van cliënten en om effectief te kunnen zijn zullen zorgprogramma's huiselijk geweld aan een aantal algemene randvoorwaarden of minimale kwaliteitseisen moeten voldoen. In deel I van de beschrijving van de randvoorwaarden zorgprogramma s worden deze algemene randvoorwaarden beschreven. Daarnaast zal in elke regio per deelgroep een minimum pakket aan hulp en ondersteuning aanwezig moeten zijn. In deel II worden op basis van een leeftijdsindeling en een onderscheid naar slachtoffer en pleger de verschillende elementen van het minimumpakket kort omschreven. In de praktijk zal op veel plaatsen het bestaande aanbod op lokaal of regionaal niveau (nog) niet voldoen aan de hier beschreven randvoorwaarden. Desondanks zal het zinvol zijn te starten met de bouw van zorgprogramma s. Door het bestaande aanbod te expliciteren en door zorg te dragen voor goede afstemming en samenhang kan de kwaliteit en effectiviteit van de hulp bij huiselijk geweld sterk worden verbeterd. De ideaaltypische situatie zoals beschreven in deze notitie wil in de eerste plaats een stimulans zijn voor uitbouw en ontwikkeling van hetgeen lokaal reeds voorhanden is. Reikwijdte Het model- handelingsprotocol en de randvoorwaarden zorgprogramma s zien op een samenhangende aanpak en het hulpaanbod aan: - kinderen, volwassen vrouwen, volwassen mannen en ouderen die slachtoffer zijn van huiselijk geweld; - plegers van huiselijk geweld; - anderen die direct betrokken zijn bij slachtoffers van huiselijk geweld, zoals hun kinderen, partners, of mantelzorgers. Alvorens wordt overgegaan tot de beschrijving van het model handelingsprotocol en de randvoorwaarden zorgprogramma s, zal de regierol van gemeenten bij de aanpak van huiselijk geweld aan de orde komen. Aan hen wordt primair de taak toegekend om de samenwerking op lokaal niveau te initiëren en vorm te geven. 3 3 Zie voor de regierol van gemeenten ook Privé geweld, een publieke zaak; een nota over de gezamelijke aanpak van huiselijk geweld, paragraaf 2.1 9

12 10

13 De Regierol van gemeenten Het model handelingsprotocol en de randvoorwaarden zorgprogramma s bieden als gezegd een handreiking om samenwerking en afstemming tussen partijen, die betrokken zijn bij de aanpak van huiselijk geweld en het hulpaanbod, te verbeteren. Verschillende partijen kunnen voor de noodzakelijke afstemming het initiatief nemen en projecten of reguliere activiteiten voor de aanpak van huiselijk geweld regisseren. In de praktijk is gebleken dat het organiseren en coördineren van de samenwerking echter veelal een lastige opgave is. Los van de goede initiatieven die reeds tot stand zijn gebracht, is door het kabinet in het kader van het landelijk project aangegeven, dat de decentrale overheid hier een bijzondere verantwoordelijkheid draagt. Binnen het integrale veiligheidsbeleid en het gezondheidsbeleid zijn het primair de gemeenten die de regierol in het organiseren van de samenwerkingsafspraken op zich dienen te nemen. 4 Indien bovenlokale samenwerking vereist is, kan ook een samenwerkingsverband van gemeenten de regierol op zich nemen of kan de provincie een steunfunctie vervullen. De bemoeienis van het lokale bestuur op het terrein van het integrale lokale veiligheidsbeleid stoelt niet op een algemene bepaling met verantwoordelijkheden en bevoegdheden in een wet. Er is sprake van een in de praktijk gegroeide taak. Regievoering moet in dit kader gezien worden als een samenwerkingsbegrip, waarbij geen sprake is van gezag, wettelijke ondergeschiktheid, zeggenschap, verantwoording of beleidsverantwoordelijkheid van de regisseur over de actoren. Hieronder volgt een schematisch overzicht van wat de regierol van gemeenten in zijn algemeenheid kan inhouden. Een algemene randvoorwaarde voor het goed invullen en daarmee succesvol zijn van de regiefunctie is dat er bestuurlijk en ambtelijk afspraken zijn gemaakt dat de gemeente de regierol gaat invullen en dat huiselijk geweld in de relevante beleidsplannen is benoemd. 5 De regierol kan de volgende elementen omvatten: 1. Informatie 2. Organisatie 3. Uitvoering 4. Evaluatie/ verantwoording 1. Informatie: - Gemeenten nemen het initiatief om actief op zoek te gaan naar gegevens omtrent omvang en aard van het gesignaleerde probleem; - zij kunnen daarbij beschikken over verschillende relevante bronnen, die (vaak) bij andere partijen in bezit zijn. - de gemeente schakelt informatie t.b.v. een zo compleet mogelijk beeld en; - stelt de verzamelde en verwerkte informatie beschikbaar aan ander partijen. Randvoorwaarden: informatie en bronnen van informatie moeten beschikbaar zijn voor de gemeente. Andere partijen die over delen van de benodigde informatie beschikken, moeten bereid zijn die informatie te 4 In het Integraal Veiligheidsprogramma 1999 is gesteld dat het lokale bestuur de spilfunctie bekleedt in het veiligheidsbeleid. Die spilfunctie vertaalt zich in een regisserende rol ten aanzien van het integrale lokale veiligheidsbeleid. 5 Zie paragraaf 1.3 en 2.1 van Privé geweld publieke zaak; een nota over de gezamelijke aanpak van huiselijk geweld. 11

14 delen en actief beschikbaar te stellen. Uiteindelijk moet de verzamelde informatie ten dienste staan van het te ontwikkelen beleid. 2. Organisatie Gemeenten: - benoemen betrokken partijen en brengen deze bij elkaar. (Overigens, tijdens het proces van de informatieverzameling worden al verschillende organisaties benoemd). - onderhouden het netwerk: de relevante organisaties moeten vervolgens bij elkaar worden gehouden. - zien toe op het maken van goede en controleerbare afspraken: De gemeente schept vanuit haar positie en verantwoordelijkheid een klimaat, waarin de partners elkaar ook aanspreken op hun toegezegde inbreng. Het vastleggen van afspraken in bijvoorbeeld convenanten, is een manier om invulling te geven aan het maken van goede en controleerbare afspraken. Randvoorwaarden: de gemeente moet zorgen voor een gezamenlijk sense of urgency. Daarnaast moet de gemeente extern gericht zijn (zich afhankelijk weten van anderen om doelen te realiseren), netwerkvaardig, zich partner voelen. Deze competenties gelden zonder uitzondering ook voor de andere partners in het netwerk. Partners moeten bereid zijn zich te 'voegen' naar de gemeentelijke regie. Voor elke partner, dus ook de gemeente, speelt de beleidsomgeving een belangrijke rol. Die beleidsomgeving behelst allereerst het eigen totale beleidsplan/ jaarplan; daarnaast de beleidsplannen van anderen waarvan men afhankelijk is of die de eigen beleidsvoornemens versterken. 3. Uitvoering: De regierol houdt in dat de gemeente zelf ook actor is. Daarnaast zorgt de gemeente er voor dat: - de betrokken partners doen wat ze hebben toegezegd - de te nemen maatregelen worden afgestemd - zij zicht houdt op de uitvoering in de keten. Dit betekent met name dat ieders verantwoordelijkheid voor een ieder duidelijk moet zijn beschreven. De afzonderlijke partners houden hun eigen verantwoordelijkheden. Randvoorwaarden: er moet voldoende capaciteit en budget zijn bij de partners om hun rol in de uitvoering te kunnen vervullen. De te nemen maatregelen moeten gebaseerd zijn op in de praktijk getoetste kennis. Een expertisecentrum kan voor die toetsing zorg dragen. 4. Evalueren/ verantwoorden De gemeente evalueert het beleid en legt verantwoording af aan de raad. Die evaluatie kan de basis zijn voor een vervolgbeleid. Randvoorwaarde: er moet getoetst kunnen worden op effectiviteit en efficiency 12

15 Model handelingsprotocol huiselijk geweld Deel 1 Meldingstrajecten Aanmelding bij het Steunpunt Huiselijk Geweld Niet alle gemeenten/ regio s kennen een eigen steunpunt huiselijk geweld. Het initiatief tot de inrichting van een dergelijk steunpunt kan door verschillende partijen worden genomen: de vrouwenopvang, de ambulante hulpverlening of de gemeenten. Ook de aanhaking bij een van de bestaande instellingen kan per gemeente verschillen. Daar waar aan slachtoffers de mogelijkheid wordt geboden om direct contact op te nemen met een steunpunt, kunnen ketenpartners mede aan de hand van de volgende punten met elkaar een werkwijze overeenkomen: 1. Het SHG brengt volwassenen en ouderen die slachtoffer zijn van geweld in contact met een specifiek hulpaanbod voor mishandelde volwassenen of voor mishandelde ouderen. 2. Het SHG draagt er zorg voor dat kinderen die slachtoffer zijn van mishandeling of die getuige zijn van geweld in contact komen met een specifiek op hun problematiek toegesneden hulpaanbod. 3. Het SHG draagt er zorg voor dat plegers van geweld in contact komen met een specifiek hulpaanbod voor plegers van geweld. 4. Het SHG onderzoekt of naast de gemelde volwassenen, ook anderen slachtoffer zijn van geweld in het gezin. 5. Gaan betrokkenen niet in op het aanbod dan kan het SHG het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling vragen de situaties van de kinderen te onderzoeken. 6. Het SHG maakt afspraken over samenwerking en afstemming met het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling. 7. Voorwaarde voor deelname aan het samenhangend hulpaanbod is dat betrokkenen schriftelijk instemmen met de werkwijze en met de wijze waarop informatie wordt uitgewisseld tussen instanties en beroepskrachten. 8. Het SMG wijst slachtoffers met nadruk op de mogelijkheid aangifte te doen van het geweld bij de politie, en informeert hen omtrent de wijze waarop dat moet en wat de mogelijke gevolgen zijn van aangifte. De noodzaak hierop te wijzen is vooral aanwezig wanneer het geweld ernstiger is, stelselmatiger wordt gepleegd en het Slachtoffer sterker in een afhankelijke positie verkeert ten opzichte van de pleger. 13

16 Melding bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling 1. Het AMK brengt kinderen die slachtoffer zijn van geweld in contact met een specifiek hulpaanbod voor mishandelde kinderen en/ of voor kinderen die getuige zijn geweest van geweld. 2. Het AMK onderzoekt of naast de gemelde kinderen, ook anderen slachtoffer zijn van geweld in het gezin. 3. Het AMK brengt volwassen slachtoffers in contact met een specifiek hulpaanbod voor mishandelde volwassenen. 4. Het AMK brengt plegers van geweld in contact met een specifiek hulpaanbod voor plegers van geweld. 5. Het AMK vraagt de Raad voor de Kinderbescherming een onderzoek in te stellen wanneer de situatie van het kind ernstig zorgen baart en betrokkenen niet ingaan op het hulpaanbod. 6. Het AMK maakt afspraken over samenwerking en afstemming met het Steunpunt Huiselijk Geweld. 7. Voorwaarde voor deelname aan het samenhangend hulpaanbod is dat betrokkenen schriftelijk instemmen met de werkwijze en met de wijze waarop informatie wordt uitgewisseld tussen instanties en beroepskrachten. 8. Het AMK wijst slachtoffers met nadruk op de mogelijkheid aangifte te doen van het geweld bij de politie, en informeert hen omtrent de wijze waarop dat moet en wat de mogelijke gevolgen zijn van aangifte. De noodzaak hierop te wijzen is vooral aanwezig wanneer het geweld ernstiger is, stelselmatiger wordt gepleegd en het slachtoffer sterker in een afhankelijke positie verkeert ten opzichte van de pleger. Aanmelding bij de vrouwenopvang 1. De vrouwenopvang doet of draagt zorg voor een samenhangend aanbod aan vrouwen die zich aanmelden, gericht op het stoppen van het geweld. De vrouwenopvang biedt naast residentiële opvang vormen van (ambulante) hulp en/ of draagt door inschakeling van anderen zorg voor een aanbod dat bestaat uit: a. Een specifiek hulpaanbod voor mishandelde vrouwen. b. Een specifiek hulpaanbod voor kinderen die getuige zijn geweest van geweld. c. Een specifiek hulpaanbod voor plegers van geweld. 2. De vrouwenopvang biedt of draagt er zorg voor dat aan de opgenomen kinderen een programma voor diagnostiek en hulpverlening wordt aangeboden. 3. De vrouwenopvang brengt met instemming van de opgenomen vrouw, haar mishandelende partner in contact met een aanbod aan plegers voor hulpverlening op vrijwillige basis. 4. In het geval dat de vrouw terugkeert naar haar partner, zonder dat het hulpaanbod aan haarzelf, haar kinderen en haar partner leidt tot het stoppen van het geweld, neemt de vrouwenopvang onmiddellijk contact op met: 14

17 a. het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling voor advies over verdere stappen gericht op de veiligheid en het welzijn van de kinderen; b. de Raad voor de Kinderbescherming in het geval dat sprake is van een acute levensbedreigende situatie voor de betrokken kinderen; c. de politie, die betrokkenen alsnog probeert te motiveren tot het aanvaarden van hulp en die tevens de mogelijkheid van ambtshalve vervolging onderzoekt. 5. Voorwaarde voor deelname aan het integrale hulpaanbod is dat betrokkenen schriftelijk instemmen met de werkwijze en met de wijze waarop informatie wordt uitgewisseld tussen instanties en beroepskrachten. 6. De vrouwenopvang wijst de opgenomen vrouw met nadruk op de mogelijkheid aangifte te doen van het geweld bij de politie, en informeert haar omtrent de wijze waarop dat moet en wat de mogelijke gevolgen zijn van aangifte. De noodzaak hierop te wijzen is vooral aanwezig wanneer het geweld ernstiger is, stelselmatiger wordt gepleegd en het slachtoffer sterker in een afhankelijke positie verkeert ten opzichte van de pleger. Aanmelding bij de ambulante hulpverlening 1. Geconfronteerd met situaties van huiselijk geweld tegen kinderen, mannen, vrouwen en ouderen doet de ambulante hulpverlening een samenhangend aanbod gericht op het stoppen van het geweld: a. Een specifiek hulpaanbod voor mishandelde volwassenen en ouderen. b. Een specifiek hulpaanbod voor mishandelde kinderen en voor kinderen die getuige zijn geweest van geweld. c. Een specifiek hulpaanbod voor plegers van geweld. 2. Gaan betrokkenen niet in op het aanbod of komen zij niet opdagen, dan wordt actief contact gezocht om hen alsnog tot het aanvaarden van hulp te motiveren. 3. In het geval dat het hulpaanbod aan het slachtoffer, de pleger en de kinderen niet leidt tot het stoppen van het geweld dan neemt de ambulante hulpverlening contact op met: a. het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling voor advies over verdere stappen gericht op de veiligheid en het welzijn van de kinderen; b. de Raad voor de Kinderbescherming in het geval dat sprake is van een acute levensbedreigende situatie voor de betrokken kinderen; c. de politie in het geval dat sprake is van strafrechtelijke vervolging van de pleger of van voorwaardelijk sepot. De politie probeert betrokkenen alsnog te motiveren tot het aanvaarden van hulp en onderzoekt tevens de mogelijkheid van ambtshalve vervolging. 4. Voorwaarde voor deelname aan het samenhangend hulpaanbod is dat betrokkenen schriftelijk instemmen met de werkwijze en met de wijze waarop informatie wordt uitgewisseld tussen instanties en beroepskrachten. 5. De ambulante hulpverlening wijst slachtoffers met nadruk op de mogelijkheid aangifte te doen van het geweld bij de politie, en informeert hen omtrent de wijze waarop dat moet en wat de mogelijke gevolgen zijn van aangifte. De noodzaak hierop te wijzen is vooral aanwezig wanneer het geweld ernstiger is, stelselmatiger wordt gepleegd en het slachtoffer sterker in een afhankelijke positie verkeert ten opzichte van de pleger. 15

18 Melding en aangifte bij de politie 1. Bij een melding van acuut huiselijk geweld gaat direct een politiefunctionaris ter plaatse. 2. Bij een melding van niet-acuut huiselijk geweld gaat een politiefunctionaris binnen 7 dagen een gesprek aan met betrokkenen. 3. Wanneer het slachtoffer aangifte wil doen en wanneer de politiefunctionaris inschat dat het om een bewijsbaar misdrijf gaat dan onderneemt hij een aantal vervolgstappen. De noodzaak onderstaande vervolgstappen te ondernemen is vooral aanwezig wanneer het geweld ernstiger is, stelselmatiger wordt gepleegd en het slachtoffer sterker in een afhankelijke positie verkeert ten opzichte van de pleger. Het is mogelijk dat op basis van lokale afspraken de verantwoordelijkheid voor een aantal van deze vervolgstappen wordt overgenomen door anderen. Bijvoorbeeld door een Steunpunt Huiselijk Geweld, een casemanager of één van de betrokken instellingen. a. Ten aanzien van de pleger: I. Aanhouden van de pleger II. Opmaken van proces verbaal III. Verzenden proces verbaal naar OM IV. Aanmelden bij de reclassering b. Ten aanzien van volwassenen en ouderen die slachtoffer zijn: I. Berichtgeven aan Bureau Slachtofferhulp II. Contact leggen tussen slachtoffer en ambulant aanbod volwassenenzorg of ouderenzorg c. Ten aanzien van kinderen als slachtoffer en/ of getuige: I. Overleg met en zonodig melding bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling II. Contact leggen tussen kind en jeugdzorg 4. Als de politiefunctionaris geconfronteerd wordt met een melding van huiselijk geweld en er ook sprake is van letsel, maar er zijn onvoldoende aanwijzingen dat er inderdaad huiselijk geweld heeft plaatsgevonden of wie de pleger zou zijn, dan onderneemt hij de volgende stappen: a. Ten aanzien van de pleger of in zijn algemeenheid: I. Wijzen op de strafbaarheid van huiselijk geweld in het algemeen II. Wijzen op de mogelijkheden tot het verkrijgen van hulpverlening b. Ten aanzien van volwassenen en ouderen die slachtoffer zijn: I. Inschatten van acute dreiging II. Zonodig in contact brengen met residentiële opvang III. Motiveren voor het aanvaarden van hulpverlening IV. Verwijzen naar aanbod ambulante aanbod volwassenenzorg of ouderenzorg c. Ten aanzien van kinderen als slachtoffer en/ of getuige: I. Motiveren van ouders voor het aanvaarden van hulpverlening gericht op het kind II. Overleg met en zonodig melding bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling III. Verwijzen van kind en ouder(s) naar jeugdzorg 16

19 Model handelingsprotocol huiselijk geweld Deel 2 Taken per organisatie Taken vrouwenopvang De ketenpartners maken aansluitend op de behoeften van cliënten onderlinge afspraken over 24-uur bereikbaarheid en beschikbaarheid van delen van het hulpaanbod. Taken, naast die uit het meldingstraject, van de vrouwenopvang inzake huiselijk geweld: 1. De vrouwenopvang brengt de cliënt die een beroep doet op de vrouwenopvang in contact met een hulpaanbod gericht op haar veiligheid en op het hervinden van de regie over haar eigen leven. 2. De vrouwenopvang biedt of draagt er zorg voor dat aan de opgenomen kinderen een programma voor diagnostiek en hulpverlening wordt aangeboden. 3. De vrouwenopvang vraagt de opgenomen vrouw toestemming om haar mishandelende partner in contact te brengen met een aanbod aan plegers voor hulpverlening op vrijwillige basis. 4. De vrouwenopvang meldt - in het geval van eerdere bemoeienis van de politie - aan de politiefunctionaris het moment waarop de opgenomen vrouw terugkeert naar huis. 5. De vrouwenopvang vraagt betrokkenen die hulp aanvaarden bij het stoppen van geweld een formulier te tekenen waarin de procedure van werken en informatie-uitwisseling staan beschreven. 6. In het geval dat de vrouw terugkeert naar haar partner zonder dat het hulpaanbod aan haarzelf, haar kinderen en haar partner naar tevredenheid van alle betrokkenen is doorlopen, neemt de vrouwenopvang onmiddellijk contact op met: a. het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling voor advies over verdere stappen gericht op de veiligheid en het welzijn van de kinderen; b. de Raad voor de Kinderbescherming in het geval dat sprake is van een acute levensbedreigende situatie voor de betrokken kinderen; c. de politie. Is de vrouw woonachtig binnen de regio waar de opvang wordt geboden dan bezoekt een politiefunctionaris het gezin of hij ontbiedt de pleger op het bureau. De politiefunctionaris probeert de individuele gezinsleden alsnog met het voor plegers, slachtoffers en kinderen beschikbare hulpaanbod in contact te brengen en/ of hij zet alsnog het justitiële traject in. 7. De vrouwenopvang zet zich in om een samenhangende aanpak van huiselijk geweld tot stand te brengen. Deze aanpak richt zich op slachtoffers, plegers en hun kinderen. De vrouwenopvang werkt daarvoor samen en is mede verantwoordelijk voor afstemming met andere hulpverleners, politie en justitie. 17

20 Taken ambulante volwassenenzorg Taken, naast die uit het meldingstraject, van de ambulante zorg voor volwassenen en ouderen inzake huiselijk geweld: 1. De ambulante zorg is in gevallen van acuut geweld direct beschikbaar voor eerste hulp bij huiselijk geweld. 2. De ambulante zorg voert in gevallen van niet-acuut geweld binnen 10 dagen een eerste gesprek met betrokkenen die zichzelf aanmelden voor hulp dan wel door anderen worden verwezen. 3. De ambulante zorg biedt het slachtoffer een ondersteunend traject op maat aan en stelt zonodig een vlucht- en veiligheidsplan met hem of haar op. 4. De ambulante zorg zoekt actief contact met het slachtoffer om hem of haar alsnog tot het aanvaarden van hulp te motiveren in het geval hij of zij niet direct in gaat op het aanbod of niet komt opdagen. 5. De ambulante zorg brengt kinderen die slachtoffer zijn of die getuige zijn geweest van het geweld via het Bureau Jeugdzorg in contact met het hulpaanbod in de jeugdzorg. 6. De ambulante zorg doet de pleger een aanbod dat direct gericht is op het stoppen van geweld. De ambulante zorg beschikt daartoe over een vorm van dadertherapie die zowel in een vrijwillig als in een gedwongen kader wordt aangeboden. 7. De ambulante zorg vraagt betrokkenen die hulp aanvaarden bij het stoppen van geweld, een formulier te tekenen waarin de procedure van werken en informatie-uitwisseling staan beschreven. 8. In het geval dat hulp wordt geboden in het kader van strafrechtelijke vervolging van de pleger of van voorwaardelijk sepot rapporteert de ambulante volwassenenzorg aan politie en reclassering over de voortgang van de hulpverlening, met name over afronding, verzuim, terugval of weigering van de hulpverlening 9. In het geval dat het hulpaanbod aan het slachtoffer, de pleger en de kinderen niet leidt tot het stoppen van het geweld, neemt de ambulante hulpverlening contact op met: a. het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling voor advies over verdere stappen gericht op de veiligheid en het welzijn van de kinderen b. de Raad voor de Kinderbescherming in het geval dat sprake is van een acute levensbedreigende situatie voor de betrokken kinderen; c. de politie in het geval dat eerdere politiebemoeienis heeft plaatsgevonden. De politie probeert betrokkenen alsnog te motiveren tot het aanvaarden van hulp en onderzoekt tevens de mogelijkheid van ambtshalve vervolging. 10. De ambulante zorg zet zich in om een samenhangende aanpak van huiselijk geweld tot stand te brengen. Deze aanpak richt zich op slachtoffers, plegers en hun kinderen. De ambulante zorg werkt daarvoor samen en is mede verantwoordelijk voor afstemming met andere hulpverleners, politie en justitie. 18

21 Taken Jeugdzorg Taken van de jeugdzorg inzake huiselijk geweld: 1. De jeugdzorg is in gevallen van acuut geweld tegen kinderen en tegen volwassenen in hun rol van ouder direct beschikbaar voor eerste hulp bij huiselijk geweld. 2. De jeugdzorg voert in gevallen van niet-acuut geweld binnen 10 dagen een eerste gesprek met betrokkenen die zichzelf aanmelden voor hulp dan wel door anderen worden verwezen. 3. De jeugdzorg biedt het slachtoffer een kort ondersteunend traject op maat aan. 4. De jeugdzorg zoekt actief contact met het slachtoffer om hem of haar alsnog tot het aanvaarden van hulp te motiveren in het geval hij of zij niet direct in gaat op het aanbod of niet komt opdagen. 5. De jeugdzorg brengt plegers van geweld in contact met het hulpaanbod in de volwassenenzorg. 6. De jeugdzorg vraagt betrokkenen die hulp aanvaarden bij het stoppen van geweld, een formulier te tekenen waarin de procedure van werken en informatie-uitwisseling staan beschreven. 7. De jeugdzorg wijst betrokkenen zonodig op de mogelijkheid aangifte te doen van het geweld bij de politie, en informeert haar omtrent de wijze waarop dat moet en wat de mogelijke gevolgen zijn van aangifte. De noodzaak hierop te wijzen is vooral aanwezig wanneer het geweld ernstiger is, stelselmatiger wordt gepleegd en het slachtoffer sterker in een afhankelijke positie verkeert ten opzichte van de pleger. 8. In het geval dat het hulpaanbod aan het slachtoffer en/ of de ouder(s), niet leidt tot het stoppen van het geweld dan neemt de jeugdzorg contact op met: a. het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling voor advies over verdere stappen gericht op de veiligheid en het welzijn van de kinderen; b. de Raad voor de Kinderbescherming in het geval dat sprake is van een acute levensbedreigende situatie voor de betrokken kinderen; c. de politie in het geval dat eerdere politiebemoeienis heeft plaatsgevonden. De politie probeert betrokkenen alsnog te motiveren tot het aanvaarden van hulp en onderzoekt tevens de mogelijkheid van ambtshalve vervolging. 9. De jeugdzorg zet zich in om een samenhangende aanpak van huiselijk geweld tot stand te brengen. Deze aanpak richt zich op zowel kinderen en jongeren die slachtoffer zijn, hun ouders, broers en zussen als op plegers. De jeugdzorg werkt daarvoor samen en is mede verantwoordelijk voor afstemming met andere hulpverleners, politie en justitie. Waar nodig wordt met het onderwijs afgestemd. Taken Politie Taken, naast die uit het meldingstraject, van de politie inzake huiselijk geweld: 1. De politie motiveert in alle gevallen het slachtoffer en de pleger tot het aanvaarden van hulpverlening: het gaat immers om een oplossing van het probleem. 19

22 2. De politie informeert betrokkenen over de strafbaarheid van huiselijk geweld en over de schade die kinderen die getuige zijn van het geweld kunnen ondervinden. 3. De politie informeert het slachtoffer over het doen van aangifte en het feit dat -ook wanneer het slachtoffer geen aangifte doet - er (zeker bij herhaling) ambtshalve vervolgd kan worden. 4. De politie vraagt betrokkenen die hulp aanvaarden bij het stoppen van geweld, een formulier te tekenen waarin de procedure van werken en informatie-uitwisseling staan beschreven. De politie verwijst betrokkenen vervolgens voor een intakegesprek naar de hulpverlening. 5. De politie bezoekt de pleger opnieuw of ontbiedt hem op het bureau wanneer blijkt dat de pleger geen of onvoldoende gebruik maakt van het hulpaanbod. 6. De politie maakt in geval van terugval of herhaling van geweld proces verbaal op waardoor ambtshalve vervolging in principe mogelijk wordt. 7. De politie houdt bij schorsing van de voorlopige hechtenis en bij bijzondere voorwaarden toezicht op de naleving van de gestelde schorsingsvoorwaarden. 8. De politie licht bij overtreding van de schorsingsvoorwaarden onverwijld de piketofficier van justitie in. 9. De politie zet zich in om een samenhangende aanpak van huiselijk geweld tot stand te brengen. Deze aanpak richt zich op slachtoffers, plegers en hun kinderen. De politie werkt daarvoor samen en is mede verantwoordelijk voor afstemming met hulpverlening en justitie. Taken Openbaar Ministerie (OM) Taken van de Openbaar Ministerie inzake huiselijk geweld: 1. Het OM zal, binnen het daarvoor bestemde wettelijk kader zoals met betrekking tot het contactverbod, maatregelen nemen ter bescherming van het slachtoffer in situaties waarin geweld is gepleegd en de mogelijkheid van voortgaand geweld actueel is. 2. Het OM houdt in zijn beleid en uitvoering rekening met de bijzondere kenmerken van het huiselijk geweld, voortkomend uit de omstandigheid: a) dat veelal het slachtoffer en de dader ook na de geweldpleging een relatie blijven houden en vaak zelfs bij elkaar wonen b) dat het slachtoffer in meerdere of mindere mate afhankelijk is van de dader. 3. Het OM streeft er naar zorgvuldig én tijdig een reactie te geven op het huiselijk geweld. In het bijzonder wordt daarbij gekeken naar de noodzaak (bij forse herhalingskans) en mogelijkheid (geschiktheid, bereidheid tot medewerking, aanwezigheid voorzieningen) tot gedragsverandering van de dader. 4. In specifieke situaties zal het OM ook zonder dat het slachtoffer dat wenst, tot vervolging overgaan. In het bijzonder geldt dit wanneer zulks functioneel is gegeven de ernst en de stelselmatigheid van het geweld, alsmede de evident aanwezige afhankelijkheidspositie van het slachtoffer. 5. Het Openbaar Ministerie zet zich in om een integrale aanpak van huiselijk geweld tot stand te brengen. 20

23 Deze aanpak richt zich op zowel slachtoffers, plegers en hun kinderen en wordt neergelegd in een Aanwijzing. 6 In het kader van zijn aanpak, heeft het OM uiteraard verbinding met de politie, maar ook met instanties die het OM kunnen adviseren over slachtoffer en dader opdat de juiste beslissingen kunnen worden genomen, en met instanties die een rol hebben te spelen bij de tenuitvoerlegging van straffen en maatregelen (w.o. programma s voor daderbehandeling). Taken Bureau Slachtofferhulp Taken van het Bureau Slachtofferhulp inzake huiselijk geweld: 1. Het Bureau Slachtofferhulp begeleidt slachtoffers bij aangifte. 2. Het Bureau Slachtofferhulp begeleidt slachtoffers bij civielrechtelijke en strafrechterlijke procedures. 3. Het Bureau Slachtofferhulp verwijst slachtoffers door naar de specialistische hulpverlening in de tweede lijn. 4. Het Bureau Slachtofferhulp vervult een eerstelijns rol in de aanpak van huiselijk geweld. Dat houdt in: signaleren, informeren, psycho- educatie en begeleiding. De aanpak richt zich op slachtoffers en hun kinderen. Het Bureau Slachtofferhulp werkt daarvoor samen met andere hulpverleners, politie en justitie 5. Het Bureau Slachtofferhulp is mede verantwoordelijk voor afstemming tussen de hulpvormen die aan de verschillende betrokkenen worden geboden en voor afstemming met politie en justitie. Taken Reclassering Taken van de reclassering inzake huiselijk geweld: 1. De reclassering zet zich in om een integrale aanpak van huiselijk geweld tot stand te brengen. Deze aanpak richt zich op zowel slachtoffers, plegers en hun kinderen. De reclassering werkt daarvoor samen met andere hulpverleners, politie en justitie. 2. De reclassering is mede verantwoordelijk voor afstemming tussen de hulpvormen die aan de verschillende betrokkenen worden geboden en voor afstemming met politie en justitie. 3. De politie laat betrokkenen die bereid zijn hulp te aanvaarden bij het stoppen van geweld, een formulier tekenen waarin de procedure van werken en informatie-uitwisseling staan beschreven. 4. Indien een cliënt wordt voorgeleid aan de rechter-commissaris, vergewist de reclassering zich ervan of de bewaring wordt toe- of afgewezen, dan wel geschorst (met eventueel bijzondere voorwaarden). De reclassering brengt het slachtoffer daarvan direct op de hoogte. 5. Bij schorsing van de voorlopige hechtenis en bij bijzondere voorwaarden houden reclassering en politie toezicht op de naleving van de gestelde schorsingsvoorwaarden. Bij overtreding van de schorsingsvoorwaarden wordt onverwijld de piketofficier van justitie ingelicht. 6 Zie paragraaf Privé geweld, een publieke zaak; een nota over de gezamelijke aanpak van huiselijk geweld. 21

24 6. Na ontvangst van de vroeghulpmelding van de politie en/ of aanvraag voorlichtingsrapport van de Officier van Justitie, met het verzoek een intake voor dadertherapie te verzorgen, wordt de zaak zo spoedig mogelijk na binnenkomst toebedeeld aan een reclasseringswerker. 7. Binnen een week na ontvangst van de melding of aanvraag wordt met de cliënt een intakegesprek gehouden om inzicht te krijgen in de motivatie van de cliënt en te onderzoeken of de cliënt voldoet aan toelatingscriteria voor daderbehandeling. 8. Als de cliënt gemotiveerd is en voldoet aan toelatingscriteria, wordt direct contact opgenomen met de instelling die dadertherapie verzorgt die de cliënt binnen een week voor een intakegesprek oproept. 9. Als de cliënt zich in voorlopige hechtenis bevindt, neemt de reclassering contact op met de behandelend Officier van Justitie, die aangeeft of het Openbaar Ministerie zal meewerken aan een schorsing van de voorlopige hechtenis met de bijzondere voorwaarde van daderbehandeling. Zo ja: - dient de reclassering een verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis in voor de duur van een dag ten behoeve van het intakegesprek voor daderbehandeling en/ of na ontvangst van het resultaat van de intake voor daderbehandeling dient de reclassering een verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis in, met de bijzondere voorwaarde dat - cliënt zich zal gedragen naar de aanwijzingen van de reclassering en de daderbehandeling zal volgen. Daarbij worden datum en tijdstip van het begin van de behandeling dan wel het intakegesprek vermeld. 10. Binnen een maand na aanmelding ontvangt de reclassering een rapport van de instelling die de dader behandeling verzorgt over de (duur van de) noodzakelijke behandeling van de cliënt. 11. Binnen twee maanden na ontvangst van de aanvraag van het reclasseringsrapport, zendt de reclassering een (kort) voorlichtingsrapport met daarin de actuele stand van zaken, de noodzakelijke behandeling, de beschrijving van het behandelprogramma en een afdoeningadvies aan Justitie. Daarbij wordt ingegaan op de te stellen bijzondere voorwaarde(n), zoals verplicht reclasseringscontact en het volgen van (een bepaald aantal modules) behandeling. 12. Nadat de voorlopige hechtenis is geschorst, dan wel nadat vonnis is gewezen, c.q. de zaak voorwaardelijk is geseponeerd, houdt - voor zover van toepassing - de reclassering toezicht op de naleving van gestelde bijzondere voorwaarde(n). 13. Bij overtreding van de gestelde bijzondere voorwaarde(n), dan wel na afloop van de gestelde termijn van toezicht - of zoveel eerder als de reclassering verantwoord acht - zendt de reclassering bericht aan de Officier van Justitie over het verloop van de naleving van de bijzonder voorwaarde(n). 22

25 randvoorwaarden zorgprogramma s huiselijk geweld Deel 1 Algemene randvoorwaarden Voorwaarde 1 Een systemische en intergenerationele benadering Bij huiselijk geweld gaat het om geweld in veelal duurzame relaties, mensen die zich vaak ondanks het geweld nauw met elkaar verbonden weten. Slachtoffers die veelal in een relatie van afhankelijkheid of onvrijheid staan tot de pleger, willen dat het geweld stopt maar in veel gevallen willen zij niet de relatie of het contact verbreken. Dat geldt niet alleen voor gezins- en familierelaties zoals tussen ouders en kinderen, dat geldt ook voor intieme relaties tussen volwassenen. Slachtoffers en plegers gaan in veel gevallen ook nadat de buitenwereld zich met het geweld heeft bemoeid - op een of andere manier met elkaar verder. Zeker wanneer het gaat om geweld tussen partners met kinderen: zij blijven via de kinderen als ouders met elkaar verbonden. Naarmate het mogelijk wordt om met een toegankelijk, laagdrempelig aanbod in een vroeger stadium hulp te bieden, zal het in veel gevallen effectief zijn de verbondenheid tussen pleger en slachtoffer als belangrijk gegeven te beschouwen. Dat betekent dat naast het afleren van het gewelddadig gedrag door de pleger en het herstel van schade voor het slachtoffer er desgewenst ook aandacht zal moeten zijn voor verbetering of herstel van relaties. Wanneer slachtoffers, plegers en andere direct betrokken gezins- en familieleden daar behoefte aan hebben, dan zal de hulpverlening hen moeten ondersteunen bij het met elkaar betekenis geven aan het geweld en aan het ontwikkelen van andere omgangs- en communicatiepatronen. In dat proces speelt de individuele geschiedenis van betrokkenen een rol. Als er sprake is van intergenerationele overdracht dan kan behandeling gericht op het verwerken van en het opnieuw betekenis geven aan vroegere ervaringen bijdragen aan het doorbreken van patronen van het gebruik en het verdragen van geweld. Het inzicht van betrokkenen in de eigen problematiek kan worden vergroot wanneer in individuele of gezamenlijke gesprekken met hen vanuit een systemische benadering de functie van het geweld wordt onderzocht en gekeken wordt ook vanuit een intergenerationeel perspectief - naar ieders rol bij het in stand houden, vermijden of doorbreken van het geweld. Ongeacht de vraag of na het geweld de onderlinge relaties tussen slachtoffer en pleger op enigerlei wijze worden voortgezet of verbroken, in alle gevallen zal de hulpverlening gericht moeten zijn op een zodanige verwerking van geweldservaringen dat herhaling van geweld in huidige en toekomstige relaties én toekomstige generaties wordt voorkomen. Voorwaarde 2 Multicultureel en vraaggericht Aansluiting bij de vragen en behoeften van cliënten is een belangrijke voorwaarde om succesvol hulp te kunnen bieden. Die aansluiting zal op meerdere niveaus en vanuit verschillende perspectieven moeten worden gezocht. In de eerste plaats is het van belang dat de hulp geboden wordt vanuit kennis van de eigen taal en culturele achtergrond van de cliënt. Daarnaast zal in het directe contact met cliënten aansluiting gezocht moeten worden bij hun individuele hulpvraag. Niet het programma of het protocol maar de vraag van de cliënt dient sturing te geven aan de inhoud en richting van de hulp. Uitdrukkelijk zal rekening moeten worden gehouden met de tijd die veel slachtoffers nodig hebben om zich er van bewust te worden dat het misschien ook anders kan, dat zij andere keuzes kunnen maken. Hulp op maat is noodzakelijk. Voor 23

26 het ontwikkelen van een vraaggericht aanbod is daarnaast op regionaal niveau inzicht nodig in de aard en omvang van de vraag van cliënten. Voorwaarde 3 Aandacht voor bijzondere groepen In deze notitie wordt op basis van leeftijd en de positie ten opzichte van het geweld, een aantal doelgroepen onderscheiden. Binnen de programma's die voor verschillende doelgroepen worden ontwikkeld zal aandacht moeten worden besteed aan bijzondere groepen als verstandelijk gehandicapten en mensen met psychiatrische- en verslavingsproblematiek. In de praktijk kan dit betekenen dat de betreffende sector tenminste een aantal modules ontwikkelt en aanbiedt of dat bijzondere deskundigheid wordt ingezet om modules zodanig aan te passen dat ze aansluiten bij de specifieke behoeften van een bijzondere groep. Voorwaarde 4 Interdisciplinair en intersectoraal Zorgprogramma's huiselijk geweld omvatten tenminste een aanbod voor zowel plegers als slachtoffers, vaak gaat het ook om verschillende leeftijdsgroepen. De gevolgen voor het slachtoffer kunnen zeer divers zijn, zoals lichamelijk letsel, verlies van zelfvertrouwen of huisvestingsproblemen. Ook voor plegers geldt dat meerdere problemen kunnen bijdragen aan het ontstaan van geweld. De uiteenlopende problemen vereisen de inzet van verschillende disciplines die werkzaam zijn in verschillende sectoren: artsen, maatschappelijk werkers, therapeuten, psychiaters, groepsleiders en anderen. Voorwaarde 5 Laagdrempelig en outreachend In veel gevallen komt het geweld pas na lange tijd naar buiten. Voor zowel plegers als slachtoffers geldt dat zij ieder hun eigen barrières te overwinnen hebben voordat zij met hun ervaringen naar buiten treden. Gevoelens van schuld en schaamte, van afhankelijkheid en loyaliteit dragen er in veel gevallen aan bij dat het geweld jarenlang kan doorgaan. De schade neemt daardoor voor alle betrokkenen in ernst toe en er resteren minder mogelijkheden om op zichzelf belangrijke onderlinge relaties tussen slachtoffers en plegers te verbeteren. De eerdergenoemde gevoelens leiden namelijk tot een voortdurende twijfel over de vraag welke keuze de juiste is en daarmee tot een ambivalente houding ten opzichte van de hulpverlening. Het ene moment is de lijdensdruk zo groot dat hulp van buiten met twee handen wordt aangegrepen, het volgende moment is er een mengeling van hoop op verbetering, angst voor de gevolgen en onzekerheid over de toekomst die doen kiezen voor behoud van het bekende en het zich afsluiten van hulp van buiten. Het is daarom van groot belang dat de hulp laagdrempelig wordt aangeboden. Dat wil zeggen: makkelijk bereikbaar, dicht bij huis en zonder dat er hoge eisen worden gesteld aan motivatie of hulpvraag. Tevens is daarvoor nodig dat op lokaal niveau tussen ketenpartners afspraken worden gemaakt over 24- uurs bereikbaarheid en beschikbaarheid van het hulpaanbod. Als minimale voorwaarde geldt dat de functie informatie en advies 24 uur bereikbaar is en dat crisisopvang 24 uur bereikbaar en beschikbaar is. Hulp aan slachtoffers zal aan moeten sluiten bij hun ambivalenties. Dat betekent onder andere dat bij het begin van het contact er geen eisen moeten worden gesteld rond het betrekken van de pleger in de hulpverlening, het doen van aangifte of het verbreken van de relatie met de pleger. Tegelijkertijd moet er, vanuit de wetenschap dat het voor slachtoffers moeilijk is om hulp van buiten te accepteren, outreachend worden gewerkt. De hulp moet zodanig zijn georganiseerd dat wanneer de cliënt niet verschijnt op afspraken of vroegtijdig afhaakt, de hulpverlener stappen onderneemt om het contact met de cliënt te herstellen. Niet alleen voor slachtoffers maar ook voor plegers moet uitdrukkelijk de mogelijkheid worden gecreëerd 24

Aanpak huiselijk geweld centrumgemeentegebied Amersfoort

Aanpak huiselijk geweld centrumgemeentegebied Amersfoort Aanpak huiselijk geweld centrumgemeentegebied Amersfoort De bestrijding van huiselijk geweld is een van de taken van gemeenten op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO, nu nog prestatieveld

Nadere informatie

Convenant Integrale Aanpak Huiselijk Geweld Den Haag

Convenant Integrale Aanpak Huiselijk Geweld Den Haag Convenant Integrale Aanpak Huiselijk Geweld Den Haag Ondergetekenden - (naam + functie), namens Gemeente Den Haag -, namens Regiopolitie Haaglanden, -, namens Algemeen Maatschappelijk Werk Den Haag, bestaande

Nadere informatie

Convenant ten behoeve van de werkafspraken Huiselijk Geweld Midden en West Brabant

Convenant ten behoeve van de werkafspraken Huiselijk Geweld Midden en West Brabant Convenant ten behoeve van de werkafspraken Huiselijk Geweld Midden en West Brabant Partijen: Politie Midden en West Brabant vertegenwoordigd door mevrouw W. Nijssen Instituut Maatschappelijk Werk Tilburg

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling, naar voorbeeld van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling, naar voorbeeld van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling, naar voorbeeld van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Het bevoegd gezag van Van Vooren Coaching & Training Overwegende

Nadere informatie

stelt de volgende Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling, uitgewerkt in een stappenplan en geldend voor alle agogische medewerkers, vast:

stelt de volgende Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling, uitgewerkt in een stappenplan en geldend voor alle agogische medewerkers, vast: Het bevoegd gezag van Stichting Welzijnswerk Hoogeveen, overwegende, - dat Stichting Welzijnswerk Hoogeveen verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit van de dienstverlening aan zijn cliënten en dat

Nadere informatie

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Informatie vooraf Als huisarts, leerkracht, verpleegkundige, kinderopvang begeleider, hulpverlener, zelfstandige beroepsbeoefenaar, kun je te maken krijgen

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van Huiselijk Geweld en Kindermishandeling SWOM

Meldcode bij signalen van Huiselijk Geweld en Kindermishandeling SWOM Meldcode bij signalen van Huiselijk Geweld en Kindermishandeling SWOM Inhoud Inleiding...2 Stappenplan bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling, toe te passen door de medewerkers van SWOM....4

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Geleding Besproken Besluitvorming Directeuren en GMR Jan-mrt 2011 April 2011 Directeuren en GMR Evaluatie mei 2012 Directeuren Evaluatie en update MO 5-3-2013 DB 26 maart 2013 Directeuren Evaluatie DB

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Opgesteld door Rhea Mommers en Marrig van de Velde, 10 maart 2016 Het bevoegd gezag van: Educonsult Zeeland Overwegende dat Educonsult Zeeland

Nadere informatie

Convenant Huiselijk Geweld Integrale Aanpak Geweld in Huis Zuid-Holland Noord Leiden, 25 november 2004. Inleiding

Convenant Huiselijk Geweld Integrale Aanpak Geweld in Huis Zuid-Holland Noord Leiden, 25 november 2004. Inleiding Convenant Huiselijk Geweld Integrale Aanpak Geweld in Huis Zuid-Holland Noord Leiden, 25 november 2004 Versie 24 november 2005 Convenant Huiselijk Geweld Integrale Aanpak Geweld in Huis Zuid-Holland Noord

Nadere informatie

Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling

Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling Zorg en Welzijn Nederland B.V. staat garant voor integer en respectvol handelen. Dit geld voor cliënten als mede ook voor onze begeleiders. Derhalve worden

Nadere informatie

Protocol Huiselijk geweld en Kindermishandeling

Protocol Huiselijk geweld en Kindermishandeling Protocol Huiselijk geweld en Kindermishandeling Onderstaand protocol is opgesteld in verband met de wet meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling die met ingang van 1 juli 2013 van kracht is geworden.

Nadere informatie

Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Hoogeveen meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Hoogeveen meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Hoogeveen meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling voorlopig vastgesteld door directeur-bestuurder 9 februari 2012 instemming PGMR 8 maart 2012 definitief

Nadere informatie

MELDCODE HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING

MELDCODE HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING MELDCODE HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING Het bevoegd gezag van Logopedie en Stottertherapie praktijk Elst-Nijmegen Overwegende dat A van Eupen als praktijkhoudster verantwoordelijk is voor een goede

Nadere informatie

Rotterdamse Meldcode. huiselijk geweld en kindermishandeling

Rotterdamse Meldcode. huiselijk geweld en kindermishandeling Rotterdamse Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling 2 Waarom een meldcode? De Rotterdamse Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling is een stappenplan voor professionals en instellingen bij

Nadere informatie

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling SNRC

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling SNRC Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling SNRC Het bevoegd gezag van de Stichting het Nationaal Register van Chiropractoren (SNRC) Overwegende dat Register Chiropractoren verantwoordelijk zijn voor

Nadere informatie

Directe Hulp bij Huiselijk. U staat er niet alleen voor!

Directe Hulp bij Huiselijk. U staat er niet alleen voor! Directe Hulp bij Huiselijk Geweld U staat er niet alleen voor! U krijgt hulp Wat nu? U bent in contact geweest met de politie of u heeft zelf om hulp gevraagd. Daarom krijgt u nu Directe Hulp bij Huiselijk

Nadere informatie

SAMENWERKINGSPROTOCOL RELATIONEEL GEWELD Politieregio IJsselland

SAMENWERKINGSPROTOCOL RELATIONEEL GEWELD Politieregio IJsselland SAMENWERKINGSPROTOCOL RELATIONEEL GEWELD Politieregio IJsselland Regiopolitie IJsselland Openbaar Ministerie Reclassering Nederland Februari 2003 1 Voorwoord Uit de kabinetsnota Privé geweld publieke zaak

Nadere informatie

Meldprotocol kindermishandeling en huiselijk geweld

Meldprotocol kindermishandeling en huiselijk geweld Meldprotocol kindermishandeling en huiselijk geweld 1 Sinds 1 januari 2013 zijn professionals verplicht de meldcode te gebruiken bij vermoedens van geweld in huiselijke kring. Per 1 juli 2015 werden de

Nadere informatie

SOVOR. Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

SOVOR. Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling SOVOR Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Maart 2014 1 Inleiding Het bevoegd gezag van de Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Roosendaal (SOVOR) overwegende dat a. SOVOR verantwoordelijk

Nadere informatie

MELDCODE HUISELIJK GEWELD

MELDCODE HUISELIJK GEWELD MELDCODE HUISELIJK GEWELD status Definitief 11 februari 2014 pagina 1 van 7 Het bevoegd gezag van SPO de Liemers; overwegende dat SPO De Liemers verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit van de dienstverlening

Nadere informatie

Meldcode Cibap vakschool & ontwerpfabriek

Meldcode Cibap vakschool & ontwerpfabriek Cibap vakschool & ontwerpfabriek dt-18-278 Stappenplan verbeterde meldcode 1 Voorwoord Voor u ligt de meldcode van Cibap vakschool voor verbeelding. Aanleiding is dat uit onderzoek is gebleken dat veel

Nadere informatie

Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling

Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling Doel Alertheid bij alle medewerkers van de HOED op signalen van kindermishandeling en (huiselijk) geweld. Tevens mogelijkheid tot effectief reageren op deze

Nadere informatie

secundaire preventie kindermishandeling

secundaire preventie kindermishandeling Bijlage 2 Meldcodes van VWS/NIZW 1 en KNMG De samenvattingen van de meldcode kindermishandeling van VWS/NIZW en van de KNMG zijn beide in deze bijlage afgedrukt. In beide meldcodes worden de stappen van

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en Het bevoegd gezag van het OPDC Utrecht Overwegende dat het OPDC Utrechts verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit van de dienstverlening aan zijn leerlingen

Nadere informatie

Meldcode kindermishandeling en huiselijke geweld

Meldcode kindermishandeling en huiselijke geweld Meldcode kindermishandeling en huiselijke geweld Doelstelling In deze meldcode wordt de werkwijze/ het stappenplan beschreven als professionals vermoedens hebben van mishandeling. De meldcode is een hulpmiddel

Nadere informatie

Meldprotocol 1 kindermishandeling en huiselijk geweld

Meldprotocol 1 kindermishandeling en huiselijk geweld Meldprotocol 1 kindermishandeling en huiselijk geweld Inleiding Tot op heden geldt voor mediators evenmin als voor andere beroepsgroepen een wettelijke verplichting om kindermishandeling of huiselijk geweld

Nadere informatie

MELDCODE BIJ SIGNALEN VAN HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING

MELDCODE BIJ SIGNALEN VAN HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING MELDCODE BIJ SIGNALEN VAN HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING Het bevoegd gezag van Stichting Tangent Overwegende dat Stichting Tangent verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit van de dienstverlening

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Het bevoegd gezag van de Adriaan Roland Holstschool Overwegende dat de Adriaan Roland Holstschool verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit

Nadere informatie

Meldcode huiselijk geweld. en kindermishandeling

Meldcode huiselijk geweld. en kindermishandeling Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Rotterdam-Rijnmond en kindermishandeling 2 Waarom een meldcode De Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Rotterdam- Rijnmond is een stappenplan

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en Het bevoegd gezag van at.groep Zorg (BV) Overwegende dat at.groep Zorg verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit van de dienstverlening aan zijn cliënten

Nadere informatie

Kinderen, ouderen en het huisverbod

Kinderen, ouderen en het huisverbod Een korte introductie Bureau voor beleidsonderzoek, advies en detachering Kinderen, ouderen en het huisverbod Alle relevante beleidsthema s, van arbeid, onderwijs en zorg tot criminaliteit & veiligheid

Nadere informatie

Q&A De veranderde werkwijze Veilig Thuis

Q&A De veranderde werkwijze Veilig Thuis Q&A De veranderde werkwijze Veilig Thuis Informatie voor professionals die werken volgens de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling 1. In welke stap van de meldcode neem ik contact op met Veilig

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Formulier 210.26: Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Het bevoegd gezag van Thuiszorg La Vie Overwegende dat Thuiszorg La Vie verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit van

Nadere informatie

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Gemeente Weert

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Gemeente Weert Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Gemeente Weert Het college van Burgemeesters en Wethouders van Weert overwegende: dat de gemeente Weert verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit van

Nadere informatie

Praktijk voor Logopedie Anna Paulowna eo

Praktijk voor Logopedie Anna Paulowna eo Een zorgverlener kan in zijn of haar praktijk te maken krijgen met slachtoffers van huiselijk geweld of kindermishandeling. Dat brengt altijd schrik en zorg met zich mee. Daarom is de meldcode huiselijk

Nadere informatie

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Datum vaststelling : 12-11-2007 Eigenaar : Beleidsmedewerker Vastgesteld door : MT Datum aanpassingen aan : 20-01-2015 Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Doel meldcode Begeleiders een stappenplan

Nadere informatie

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling, Atlas College, versie maart 2014

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling, Atlas College, versie maart 2014 Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling, Atlas College, versie maart 2014 Het College van Bestuur van het Atlas College Overwegende - dat het Atlas College verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit

Nadere informatie

MELDCODE BIJ SIGNALEN VAN HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING

MELDCODE BIJ SIGNALEN VAN HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING MELDCODE BIJ SIGNALEN VAN HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING Het bevoegd gezag van De Stichting Voortgezet Onderwijs Parkstad Limburg (SVO PL) en het Beroepscollege Parkstad Limburg (BcPL) Overwegende

Nadere informatie

Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling Gastvrij. Het Stappenplan

Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling Gastvrij. Het Stappenplan Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling Gastvrij. Het Stappenplan Dit document bevat samenvattende informatie over de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. De volledige Meldcode huiselijk

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Het bevoegd gezag van Virenze 1 Overwegende dat de Virenze verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit van de dienstverlening aan zijn

Nadere informatie

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling HZ. Gelet op het Besluit verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling;

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling HZ. Gelet op het Besluit verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling; Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling HZ Het college van bestuur van de Stichting HZ University of Applied Sciences; Gelet op het Besluit verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling;

Nadere informatie

dat MENS De Bilt in deze code ook vastlegt op welke wijze zij de beroepskrachten en vrijwilligers bij deze stappen ondersteunt;

dat MENS De Bilt in deze code ook vastlegt op welke wijze zij de beroepskrachten en vrijwilligers bij deze stappen ondersteunt; Inleiding Een Meldcode voor huiselijk geweld en kindermishandeling helpt professionals goed te reageren bij signalen van dit soort geweld. Sinds 1 juli 2013 zijn beroepskrachten verplicht zo'n Meldcode

Nadere informatie

Notitie. Onderwerp. Van: Diana Piek Aan: College van B&W Datum: 29-1-2014 Doorkiesnummer: (0411) 65 5590

Notitie. Onderwerp. Van: Diana Piek Aan: College van B&W Datum: 29-1-2014 Doorkiesnummer: (0411) 65 5590 Van: Diana Piek Aan: College van B&W Datum: 29-1-2014 Doorkiesnummer: (0411) 65 5590 Onderwerp Bijlage 1: Model- Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling gemeente Boxtel Het College van Burgemeester

Nadere informatie

MFAM meldprotocol. Inleiding

MFAM meldprotocol. Inleiding MFAM meldprotocol www.mfam.nu Inleiding Tot op heden geldt voor mediators evenmin als voor andere beroepsgroepen een wettelijke verplichting om kindermishandeling of huiselijk geweld te melden. Ook vallen

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Reusel, 16 oktober 2018 Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Het bevoegd gezag van basisschool de Leilinde overwegende dat basisschool de Leilinde verantwoordelijk is voor een

Nadere informatie

Basisschool de Bukehof, Oudenbosch

Basisschool de Bukehof, Oudenbosch Basisschool de Bukehof, Oudenbosch 2015-2016 0 Het bevoegd gezag van basisschool de Bukehof Overwegende dat de school verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit van de dienstverlening aan haar leerlingen

Nadere informatie

Notitie Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Notitie Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Diensteenheid Marketing, Communicatie en Studentenzaken Breda, 's-hertogenbosch, Tilburg NOTITIE datum 30-9-2015 contactpersoon Martin de Leau onderwerp Meldcode implementatie telefoon (076) 525 05 30

Nadere informatie

Hulp bij huiselijk geweld

Hulp bij huiselijk geweld Hulp bij huiselijk geweld Beter voor elkaar 2 Huiselijk geweld Wat is huiselijk geweld? Bij huiselijk geweld denk je al gauw aan een man die zijn vrouw of zijn kinderen slaat. Maar er zijn veel meer soorten

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Directoraat-Generaal Preventie, Jeugd en Sancties Schedeldoekshaven

Nadere informatie

Meldcode huiselijk geweld en (kinder-)mishandeling Groenhorst. Aantal bijlagen: 2 Vastgesteld: 19-09-2013

Meldcode huiselijk geweld en (kinder-)mishandeling Groenhorst. Aantal bijlagen: 2 Vastgesteld: 19-09-2013 Meldcode huiselijk geweld en (kinder-)mishandeling Groenhorst Aantal bijlagen: 2 Vastgesteld: 19-09-2013 1 Inhoud 1 TOEPASSINGSGEBIED... 3 2 DEFINITIES... 3 3 ACHTERGROND... 4 4 UITVOERING... 4 5 VERANTWOORDELIJKHEDEN...

Nadere informatie

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Meldcode huiselijk Datum: 14 april 2011 Status: Definitief Versie: 1.0 Meldcode huiselijk Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Meldcode... 4 2. Stappenplan bij signalen van huiselijk... 6 Stap 1: In kaart

Nadere informatie

MELDCODE BIJ SIGNALEN VAN HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING

MELDCODE BIJ SIGNALEN VAN HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING MELDCODE BIJ SIGNALEN VAN HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING Het bevoegd gezag van Pro-8 en SKOB overwegende: dat Pro-8/SKOB verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit van de dienstverlening aan

Nadere informatie

openbare Cees Wilkeshuisschool

openbare Cees Wilkeshuisschool openbare Cees Wilkeshuisschool Deventer 2013 Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Een meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling is een stappenplan dat gebruikt kan worden als er vermoedens

Nadere informatie

-dat de Pionier in deze code ook vastlegt op welke wijze zij de beroepskrachten bij deze stappen ondersteunt;

-dat de Pionier in deze code ook vastlegt op welke wijze zij de beroepskrachten bij deze stappen ondersteunt; Protocol meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling kindermishandeling aan het Steunpunt Huiselijk Geweld. De directie van de Pionier Locatie: OBS de Duinroos Floraronde 293, te Velserbroek + OBS

Nadere informatie

MELDCODE BIJ SIGNALEN VAN HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING

MELDCODE BIJ SIGNALEN VAN HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING MELDCODE BIJ SIGNALEN VAN HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING Stappenplan voor het handelen bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Het bevoegd gezag van cbs Eben Haezer te Menaam, Overwegende

Nadere informatie

Jaarverslag Professionaliseren en versterken van de ketens

Jaarverslag Professionaliseren en versterken van de ketens Jaarverslag 2012 Professionaliseren en versterken van de ketens Inleiding H et Veiligheidshuis is dé plek waar veiligheid, zorg en bestuur samen komen rond complexe problematiek. Het is een netwerksamenwerking

Nadere informatie

Protocol meldingen kindermishandeling door Bureaus Jeugdzorg bij de Politie en Openbaar Ministerie

Protocol meldingen kindermishandeling door Bureaus Jeugdzorg bij de Politie en Openbaar Ministerie Protocol meldingen kindermishandeling door Bureaus Jeugdzorg bij de Politie en Openbaar Ministerie Inleiding; Tenminste 100.000 kinderen zijn jaarlijks het slachtoffer van kindermishandeling ( zoals verwaarlozing,

Nadere informatie

Notitie : Stop huiselijk geweld in Amsterdam

Notitie : Stop huiselijk geweld in Amsterdam Notitie : Stop huiselijk geweld in Amsterdam Inleiding In 2001 hebben het College van B&W, de cie AZ en Zorg ingestemd met de notitie Aanpak van Huiselijk Geweld in Amsterdam en besloten een Coördinatiegroep

Nadere informatie

Meldcode Huiselijk geweld en ouderenmishandeling

Meldcode Huiselijk geweld en ouderenmishandeling Het bevoegd gezag van TZM legt de volgende afspraken vast rondom signalering en eventuele rapportage bij huiselijk geweld en ouderenmishandeling: Overwegende - Dat TZM verantwoordelijk is voor een goede

Nadere informatie

Rode draad voor kindveiligheid in Amsterdam

Rode draad voor kindveiligheid in Amsterdam Rode draad voor kindveiligheid in Amsterdam Vijfhoek & Ronde Tafel, versie 31 juli 2017 1 Introductie De Vijfhoek Kindveiligheid (Ouder- en Kind Teams, Samen DOEN, Veilig Thuis, de William Schrikker groep,

Nadere informatie

SIGNS OF SAFETY EN DE MELDCODE KINDERMISHANDELING EN HUISELIJK GEWELD

SIGNS OF SAFETY EN DE MELDCODE KINDERMISHANDELING EN HUISELIJK GEWELD pagina 1 pagina 2 SIGNS OF SAFETY EN DE MELDCODE KINDERMISHANDELING EN HUISELIJK GEWELD pagina 3 Problematiek pagina 4 Omvang van de problematiek 45% van de Nederlandse bevolking ooit/vaker slachtoffer

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en Het bevoegd gezag van Het hart van Delfland Overwegende - Dat Het hart van Delfland verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit van de dienstverlening aan

Nadere informatie

Handelingsprotocol gezag, contact/omgang en hulp na partnerdoding waarbij minderjarige kinderen zijn betrokken

Handelingsprotocol gezag, contact/omgang en hulp na partnerdoding waarbij minderjarige kinderen zijn betrokken Handelingsprotocol gezag, contact/omgang en hulp na partnerdoding waarbij minderjarige kinderen zijn betrokken Uitgangspunt Bij alle maatregelen betreffende kinderen, ongeacht of deze worden genomen door

Nadere informatie

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling 0900 1 26 26 26 5 cent per minuut

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling 0900 1 26 26 26 5 cent per minuut Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Informatie voor professionals 0900 1 26 26 26 5 cent per minuut Signaleren en samen aanpakken Wat is huiselijk geweld en wat is kindermishandeling? Verplicht

Nadere informatie

Het College van Bestuur van Hogeschool ipabo,

Het College van Bestuur van Hogeschool ipabo, Het College van Bestuur van Hogeschool ipabo, Gelet op het Besluit verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling; Gelet op het bepaalde in art. 1.21 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk

Nadere informatie

Aanpak kindermishandeling en huiselijk geweld

Aanpak kindermishandeling en huiselijk geweld Op de Aanpak kindermishandeling en huiselijk geweld in de huisartsenzorg De aanpak van kindermishandeling en huiselijk geweld is een complex thema. Omdat het gaat om een kwetsbare groep patiënten en ingewikkelde

Nadere informatie

Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling Plan van aandacht

Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling Plan van aandacht Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling Plan van aandacht Het houdt niet op, tot dat je iets doet. Inleiding Om het aantal slachtoffers van Huiselijk geweld en Kindermishandeling te verminderen,

Nadere informatie

MELDCODE HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING

MELDCODE HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING MELDCODE HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING Achtergrond: Op grond van een nieuw artikel 3a WVO (Wet Voortgezet Onderwijs) is ook de onderwijssector (naast gezondheidszorg, maatschappelijke ondersteuning,

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Het bevoegd gezag van Avila coaching Overwegende dat Avila coaching verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit van de dienstverlening

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling. CSG Het Streek

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling. CSG Het Streek Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling CSG Het Streek Vastgesteld op 30 oktober 2013 1 Het bevoegd gezag van CSG Het Streek te Ede, overwegende dat CSG Het Streek verantwoordelijk

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Het bevoegd gezag van Met het Hart, overwegende dat Met het Hart verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit van de dienstverlening aan

Nadere informatie

Onderwerp: Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling

Onderwerp: Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Onderwerp: Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Het bevoegd gezag van De, overwegende dat verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit van onderwijsdienstverlening aan zijn leerlingen en dat

Nadere informatie

MELDCODE HUISELIJK GEWELD ZORGT IN ZORG BV

MELDCODE HUISELIJK GEWELD ZORGT IN ZORG BV MELDCODE HUISELIJK GEWELD ZORGT IN ZORG BV Het bevoegd gezag van Zorgt in Zorg B.V. legt de volgende afspraken vast rondom signalering en eventuele rapportage bij huiselijk geweld en ouderenmishandeling:

Nadere informatie

JEUGDHULPVERLENING. JEUGDBESCHERMING. GEESTELIJKE GE-

JEUGDHULPVERLENING. JEUGDBESCHERMING. GEESTELIJKE GE- 4. JEUGDHULPVERLENING. JEUGDBESCHERMING. GEESTELIJKE GE- ZONDHEmSZORG. Soms rijst bij hulpverleners binnen de sector van de jeugdhulpverlening een vermoeden dat een kind slachtoffer is (geweest) van ritueel

Nadere informatie

Protocol VeiligHuis INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING

Protocol VeiligHuis INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING Protocol VeiligHuis INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 1 1.1 Voorgeschiedenis protocol VeiligHuis 1 1.2 Probleemstelling 2 1.3 Aanwijzing Huiselijk Geweld 2 1.4 Doelstelling 2 1.5 Reikwijdte protocol 3 2. Procedure

Nadere informatie

Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling. Stichting Werkplaats Kindergemeenschap. Voortgezet Onderwijs

Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling. Stichting Werkplaats Kindergemeenschap. Voortgezet Onderwijs Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Stichting Werkplaats Kindergemeenschap Voortgezet Onderwijs Stichting Werkplaats Kindergemeenschap 2013 Inleiding Het opstellen van deze meldcode vloeit

Nadere informatie

DIRECT, DICHTBIJ EN DOELTREFFEND

DIRECT, DICHTBIJ EN DOELTREFFEND DIRECT, DICHTBIJ EN DOELTREFFEND Een no-nonsense benadering vormgegeven door gedreven en erkende professionals DIRECT, DICHTBIJ EN DOELTREFFEND Hoofdlocatie: Oostwaarts 5 E,2711 BA Zoetermeer Telefoonnummer:

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling 2014000336 Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Het College van Bestuur van Saxion Hogeschool Overwegende: dat het College van Bestuur verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit

Nadere informatie

Het bevoegd gezag van de stichting Onderwijsgroep Amersfoort Overwegende

Het bevoegd gezag van de stichting Onderwijsgroep Amersfoort Overwegende MELDCODE STICHTING ONDERWIJ SGROEP AMERS FOORT HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING De Onderwijsgroep hanteert de basis meldcode die daar waar nodig en mogelijk is toegeschreven op (de scholen van) de

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Het bevoegd gezag van Avila coaching Overwegende dat Avila coaching verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit van de dienstverlening

Nadere informatie

M e l d c o d e h u i s e l i j k g e w e l d e n k i n d e r m i s h a n d e l i n g

M e l d c o d e h u i s e l i j k g e w e l d e n k i n d e r m i s h a n d e l i n g M e l d c o d e h u i s e l i j k g e w e l d e n k i n d e r m i s h a n d e l i n g een stappenplan voor vrijgevestigde GZ-Haptotherapeuten bij (de overweging tot) melding van (vermoedens van) huiselijk

Nadere informatie

Meldcode huiselijk geweld & kindermishandeling Kindcheck

Meldcode huiselijk geweld & kindermishandeling Kindcheck Meldcode huiselijk geweld & kindermishandeling Kindcheck Datum mei 2019 Team Processen Auteur Kees de Groot 1 1. Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling 1.1 Wat verstaan we onder huiselijk geweld

Nadere informatie

Meldcode kindermishandeling voor beroepskrachten

Meldcode kindermishandeling voor beroepskrachten Meldcode kindermishandeling voor beroepskrachten Basiselementen voor door instellingen en beroepsgroepen vast te stellen richtlijnen voor het handelen in situaties en bij vermoedens van kindermishandeling.

Nadere informatie

Versie 1.0 19 april 2005. Cliëntroute Bureau Jeugdzorg Onderzoek Advies- en Meldpunt Kinderbescherming

Versie 1.0 19 april 2005. Cliëntroute Bureau Jeugdzorg Onderzoek Advies- en Meldpunt Kinderbescherming Versie 1.0 19 april 2005 Cliëntroute Bureau Jeugdzorg Onderzoek Advies- en Meldpunt Kinderbescherming Inleiding Vanaf 1 januari 2005 zijn de Advies- en Meldpunten Kindermishandeling (AMK) een onderdeel

Nadere informatie

MELDCODE KINDERMISHANDELING EN HUISELIJK GEWELD

MELDCODE KINDERMISHANDELING EN HUISELIJK GEWELD MELDCODE KINDERMISHANDELING EN HUISELIJK GEWELD OPENBAAR APOTHEKERS De Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld is een uitgave door de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie

Nadere informatie

SAMENWERKINGSPROTOCOL

SAMENWERKINGSPROTOCOL SAMENWERKINGSPROTOCOL Hulpverlening bij huiselijk geweld regio West-Veluwe/Vallei gemeenten Barneveld - Ede - Nijkerk - Scherpenzeel - Wageningen EDE, januari 2006 1 INLEIDING Het kabinet heeft de aanpak

Nadere informatie

Protocol machtsmisbruik / meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

Protocol machtsmisbruik / meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling geweld en kindermishandeling Doelgroep: Directies, leerkrachten en interne contactpersonen in primair onderwijs In deze protocollen beperken we ons tot een korte beschrijving van de taken die de interne

Nadere informatie

Plan van Aandacht Aandachtsfunctionaris SWV RiBA Ridderkerk, 20 december 2018

Plan van Aandacht Aandachtsfunctionaris SWV RiBA Ridderkerk, 20 december 2018 Plan van Aandacht Aandachtsfunctionaris SWV RiBA Ridderkerk, 20 december 2018 Deel I: de aandachtsfunctionaris in de organisatie Huiselijk geweld en kindermishandeling De mate waarin huiselijk geweld en

Nadere informatie

Wat te doen bij kindermishandeling en/of huiselijk geweld

Wat te doen bij kindermishandeling en/of huiselijk geweld Wat te doen bij kindermishandeling en/of huiselijk geweld Als er binnen Stad & Esch een vermoeden bestaat van kindermishandeling en/of huiselijk geweld, dan zal Stad & Esch handelen in de volgende stappen:

Nadere informatie

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling HZ. Gelet op het Besluit verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling;

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling HZ. Gelet op het Besluit verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling; Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling HZ Het college van bestuur van de Stichting HZ University of Applied Sciences; Gelet op het Besluit verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling;

Nadere informatie

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en Kindermishandeling

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en Kindermishandeling Egelantierstraat 117, 1214 EC Hilversum, tel. 035-6218791, www.mallemolen.nl Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en Kindermishandeling September 2013 Peuterspeelzaal de Mallemolen 1 Het bevoegd

Nadere informatie

Samenwerkend Toezicht Jeugd/ Samenwerkend Toezicht Sociaal Domein Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport

Samenwerkend Toezicht Jeugd/ Samenwerkend Toezicht Sociaal Domein Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport Samenwerkend Toezicht Jeugd/ Samenwerkend Toezicht Sociaal Domein Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport Info toezichtonderzoek Na de vrouwenopvang door Samenwerkend Toezicht Jeugd / Toezicht

Nadere informatie

Aanpak: Voorwaardelijke Interventie Gezinnen. Beschrijving

Aanpak: Voorwaardelijke Interventie Gezinnen. Beschrijving Aanpak: Voorwaardelijke Interventie Gezinnen De gemeente heeft de vragenlijst betreffende deze aanpak ingevuld en relevante documentatie toegestuurd. Een beperktere vragenlijst over deze aanpak is ingevuld

Nadere informatie

Samenwerkingsafspraken Veilig Thuis gemeenten Regio Rijk van Nijmegen

Samenwerkingsafspraken Veilig Thuis gemeenten Regio Rijk van Nijmegen Bijlage 1: Concept Bestuurlijke Opdracht Samenwerkingsafspraken Veilig Thuis gemeenten Regio Rijk van Nijmegen Opdrachtgever: Portefeuillehouders Zorg en Welzijn Regio Rijk van Nijmegen Opdrachtnemers:

Nadere informatie

[MELDCODE HG/KM MINTERS] december 2016

[MELDCODE HG/KM MINTERS] december 2016 2016 december 2016 [MELDCODE HG/KM MINTERS] [Voor een zorgvuldige afhandeling van (signalen van) vermoedens van Huiselijk geweld en Kindermishandeling heeft Minters een interne Meldcode opgesteld ] 1.

Nadere informatie

Literatuur 145. Het Nederlands Jeugdinstituut: kennis over jeugd en opvoeding 173

Literatuur 145. Het Nederlands Jeugdinstituut: kennis over jeugd en opvoeding 173 Inhoud Inleiding 7 Deel 1: Theorie 1. Kindermishandeling in het kort 13 1.1 Inleiding 13 1.2 Aard en omvang 13 1.3 Het ontstaan van mishandeling en verwaarlozing 18 1.4 Gevolgen van kindermishandeling

Nadere informatie

MELDCODE HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING

MELDCODE HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING MELDCODE HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING Het bevoegd gezag van Stichting Catent, Overwegende - dat Catent verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit van de dienstverlening aan leerlingen/hun ouders/verzorgers

Nadere informatie

Toetsingskader Stap 2 voor toezicht naar Veilig Thuis

Toetsingskader Stap 2 voor toezicht naar Veilig Thuis Toetsingskader Stap 2 voor toezicht naar Veilig Thuis Utrecht, juli 2016 Motto Naar zichtbare kwaliteit in de jeugdhulp! Missie De Inspectie Jeugdzorg, de Inspectie voor de Gezondheidszorg en de Inspectie

Nadere informatie

af. Met dit protocol, in haar handelen en in haar beleid wil Klik Kinderopvang

af. Met dit protocol, in haar handelen en in haar beleid wil Klik Kinderopvang Grensoverschrijdend gedrag Klik Kinderopvang wijst alle vormen van grensoverschrijdend gedrag af. Met dit protocol, in haar handelen en in haar beleid wil Klik Kinderopvang grensoverschrijdend gedrag voorkomen

Nadere informatie