STANDAARDTEAMS. Voor invallen in standaardteams 2e klasse en hoger

Transcriptie

1 Pagina's 1. Tabel klassegrenzen - speelgerechtigheid junioren en senioren Speelgerechtigheid junioren. 4. Speelgerechtigheid senioren. TABEL KLASSEGRENZEN - SPEELGERECHTIGDHEID JUNIOREN & SENIOREN (VELDHOCKEY) Versie: # Hoger invallen dan de eigen klassegrens mag altijd, lager niet! Voor en aantal categorieën gelden leeftijdseisen. # Er mag alleen worden ingevallen in een lager spelend team als dat team geen mogelijkheid heeft tot het regelen van invallers uit een voor hun lager of op een gelijk niveau spelend team. # In geval een klasse binnen een district niet bestaat, dan vervalt die klasse en is de eerstvolgende wel aanwezige klasse van toepassing. # Voor keepers gelden aanvullingen bepalingen, zie toelichting op de regels speelgerechtigdheid. # Voor jeugdteams die uitkomen in de landelijke A- en B en Super A- en B-competitie zijn aanvullende bepalingen van toepassing, zie toelichting op de regels speelgerechtigdheid. # Een speler met jeugdleeftijd die niet op de teamopgave standaardteams en/of op spelerslijst Hoofd-/Overgangsklasse vermeld staat én waarvan de teambepaling is vastgesteld op heren 1/dames 1, is voor het vervolg van de competitie alleen nog speelgerechtigd voor heren 1/dames 1, heren 2/dames 2 en jongens A1/meisjes A1. STANDAARDTEAMS Voor invallen in standaardteams 2e klasse en hoger Voor invallen vanuit standaardteams in lagere gelden specifieke bepalingen*! teams gelden specifieke bepalingen*! * Zie voor de uitwerking Bondsreglement uitgave 2016, artikel B.8 ev. JEUGD D11 JEUGD C JEUGD B JEUGD A JONG SENIOREN RESERVETEAMS VETERANEN VETERANEN VL & L Res. Hoofdklasse Res. Overgangsklasse = Hoofdklasse Landelijk & Super A/Topklasse = JS. 1e klasse = Res. 1e klasse = Overgangsklasse Landelijk & Super B/Topklasse = Sub-Topklasse = JS. 2e klasse = Res. 2e klasse = 1e klasse = Hoofdklasse en lager IDC/Topklasse = Sub-Topklasse = 1e klasse = JS. 3e klasse = Res. 3e klasse = 2e klasse Topklasse = Sub-Topklasse = 1e klasse = 2e klasse = JS. 4e klasse = Res. 4e klasse = 3e klasse Sup-Topklasse = 1e klasse = 2e klasse = 3e klasse JS. 5e klasse Res. 5e klasse = 4e klasse en lager 1e klasse = 2e klasse = 3e klasse = 4e klasse Res. 6e klasse 2e klasse = 3e klasse = 4e klasse = 5e klasse 3e klasse = 4e klasse = 5e klasse 4e klasse = 5e klasse 5e klasse mits juiste leeftijd mits juiste leeftijd Invallen mag, mits juiste klassegrens Invallen mag, mits juiste klassegrens Invallen mag, mits juiste klassegrens ### ZIE ONDERSTAANDE TOELICHTING ### ### ZIE ONDERSTAANDE TOELICHTING ### Invallen mag, mits juiste klassegrens mits juiste leeftijd mits juiste leeftijd mits juiste leeftijd Invallen mag, mits juiste klassegrens Invallen mag, mits juiste klassegrens Invallen mag altijd, ongeacht klasse ### Toelichting invallen: Binnen dezelfde klasse/categorie: lenen ongelimiteerd toegestaan. Er mag alleen worden ingevallen in een lager spelend team als dat team geen mogelijkheid heeft tot het regelen van invallers uit een voor hun lager of op een gelijk niveau spelend team. Invallen in een lager spelend team is alleen toestaan mits dit team maximaal 11 eigen spelers heeft. Maximaal 2 spelers uit 1 klasse hoger toegestaan. Specifiek voor jeugd: Indien wordt invallen in een lagere categorie, dan is leeftijd bepalend. Een speler uit de jongste jeugd mag altijd invallen bij 11-tallen (ongeacht speelniveau). Voorbeeld 1: een jeugdspeler uitkomend in de landelijke jeugdcompetitie, mag invallen in een reserveteam 1e klasse of hoger. Voorbeeld 2: een veteraan spelend in de Hoofdklasse, mag invallen in een reserveteam spelend overgangsklasse of hoger. Voorbeeld 3: een speler spelend in de res. 1e klasse, mag invallen in een jong seniorenteam spelend 1e klasse of hoger, mits juiste leeftijd.

2 Speelgerechtigdheid Veldhockey Regels junioren seizoen Bepalingen uit het Bondsreglement uitgave 2016, artikel B.8. Versie: 25 juli 2016 (definitief) Algemeen Invallen teneinde een team te bevoordelen en/of te versterken is onwenselijk en kan worden aangemerkt als onsportief gedrag conform de statuten van de KNHB. Deze regels zijn van toepassing op alle competities (11-tallen junioren) en speelniveaus en zijn dus van algemene aard. Voor gevallen waarin deze regels niet voorzien cq. geen passende oplossing bieden, kunnen verenigingsfunctionarissen zich wenden tot de betreffende competitieleider. De competitieleider kan in specifieke gevallen dispensatie geven. Teambepaling junioren a. Tijdens de eerste 5 wedstrijdronden van het seizoen wordt bepaald in welk team een speler zit, dit is het team waarvoor de speler speelgerechtigd is in het vervolg van de competitie. Aanvullend hierop geldt dat indien een speler, tijdens de eerste 5 wedstrijdronden drie keer voor één hetzelfde team is uitgekomen, dat team per direct zijn/haar team wordt. Voorbeeld speelvolgorde: I. C2-C1-C2-C1-C2 (na 5 rondes en/of wedstrijden; C2 eigen team) / II. C1-C2-C1-C2-C1 (na 5 rondes en/of wedstrijden; C1 eigen team) / III. C1-C1-C1 (na 3 rondes en/of wedstrijden; C1 eigen team, speler na 3 rondes/wedstrijden dus niet meer speelgerechtigd voor C2). b. Het team waarvoor een speler het meest is uitgekomen, geldt als zijn/haar team; c. Een speler met jeugdleeftijd die niet op de teamopgave standaardteams en/of op spelerslijst Hoofd-/Overgangsklasse vermeld staat én waarvan de teambepaling is vastgesteld op heren 1/dames 1, is voor het vervolg van de competitie alleen nog speelgerechtigd voor heren 1/dames 1, heren 2/dames 2 en jongens A1/meisjes A1. Voor jeugdteams die uitkomen in de landelijke A- en B en Super A- en B-competitie zijn aanvullende bepalingen van toepassing. d. Wanneer een speler evenveel uitkomt voor verschillende teams (bij bv. dubbel spelen), dan geldt het hoogste team als zijn/haar team. Het bepaalde in het eerste deel van lid d. is niet van toepassing op een speler met jeugdleeftijd die zowel in een jeugd- als een seniorenteam speelt (dus dubbel speelt). Deze jeugdspeler mag voor beide teams blijven uitkomen; e. Mocht een speler in een seizoen meer uitkomen voor een hoger team dan het oorspronkelijke team, dan wordt het hogere team zijn/haar team. Voorbeeld: eerst 5 wedstrijden gespeeld in C2 en de daaropvolgende 5 wedstrijden (of meer) gespeeld in C1, dan is na deze (min.) 10 gespeelde wedstrijden C1 zijn/haar team. De speelgerechtigdheid voor C2 vervalt dus vanaf dat moment. f. Bij de competitieleiding kan dispensatie worden gevraagd voor de bepaling van zijn/haar team. #1 Rangorde (leeftijds-)categorieën (BR. 2016, art. B.8.1) a. Senioren Standaardteams (heren 1 en dames 1) b. Senioren Reserveteams incl. Jong Seniorenteams c. Veteranen # d. Junioren A e. Junioren B f. Junioren C g. Junioren D (11-tallen) #2 Klassegrenzen ZIE TABEL KLASSEGRENZEN SPEELGERECHTIGDHEID VELDHOCKEY In geval een klasse binnen het district niet bestaat, dan vervalt die klasse en is de eerstvolgende wel aanwezige klasse van toepassing. # NB. Voor de junioren-, jong seniorenen veteranenteams zijn leeftijdsgrenzen bepalend, zie A.2. Invallen bij een op gelijk niveau of hoger spelend team Spelers uit een op gelijk niveau of lager spelend team mogen altijd invallen bij een op een gelijk niveau of hoger spelend team, ongeacht het aantal eigen spelers dat een team beschikbaar heeft. Onder een op gelijk niveau of lager spelend team wordt verstaan: a. Een team dat binnen dezelfde leeftijdscategorie in dezelfde klasse (zie #2 klassegrenzen) of in een lagere klasse speelt; Voorbeeld: Een speler van JB2 (2 e klasse) mag invallen bij JB3 (2 e klasse). Voorbeeld: Een speler van MB2 (3 e klasse) mag invallen bij MB1 (2 e klasse). b. Een team dat in een lagere leeftijdscategorie (zie #1 rangorde categorieën) maximaal 1 klasse hoger speelt; Voorbeeld: Een speler van JC1 (1 e klasse) mag invallen bij JB2 (2 e klasse). Indien er vanuit een lagere leeftijdscategorie wordt ingevallen bij een hogere leeftijdscategorie en het verschil groter is dan 1 leeftijdscategorie, dan geldt dat er per leeftijdscategorie een klasse bij komt. Voorbeeld: Een speler uit JC1 (1 e klasse) mag dus invallen bij JA1 (3 e klasse). c. Een team dat in een hogere leeftijdscategorie minimaal 1 klasse lager speelt dan het team waarin wordt ingevallen. Invallers dienen hierbij te voldoen aan de leeftijdsgrenzen binnen de leeftijdscategorie waarin ze invallen.

3 Voorbeeld: Een speler van MA3 (3 e klasse) mag invallen in MB3 (2 e klasse) mits speler de juiste leeftijd heeft. Lenen van spelers die te oud zijn voor de betreffende leeftijdscategorie is behoudens verstrekte dispensatie niet toegestaan. D.w.z. dat een speler met A-leeftijd (zonder dispensatie) niet mag invallen in een B-team. ZIE VERDER TABEL > KLASSEGRENZEN SPEELGERECHTIGDHEID VOOR ANDERE MOGELIJKHEDEN. Invallen bij lager spelend team: uitgangspunten Invallen in een lager spelend team mag alleen als aan de volgende regels wordt voldaan: a. Er mag alleen worden ingevallen in een lager spelend team als dat team geen mogelijkheid heeft tot het regelen van invallers uit een voor hun lager of op gelijk niveau spelend team; b. Invallen in een lager team mag als het lager spelende team 11 of minder aan de wedstrijd deelnemende (eigen)spelers over heeft; c. Het lager spelend team mag maximaal twee spelers lenen uit maximaal 1 klasse hoger dan normaal toegestaan (zie tabel Klassengrenzen speelgerechtigdheid veldhockey ); d. Dit klassenverschil geldt dus ook tussen leeftijdscategorieën (zie #1) zoals vermeld onder B.1.1 en B.8.1; e. Bij de competitieleiding kan dispensatie worden gevraagd voor het invallen bij lagere teams. NB. Voor de junioren-, jong senioren- en veteranenteams zijn leeftijdsgrenzen bepalend, zie A.2. Voorbeeld: Als een team 11 of minder eigen spelers heeft (en inlenen uit een gelijk of lager spelend team is niet mogelijk) dan mag een speler van JC1 (1e klasse) invallen bij JD1 (1e klasse) mits speler de juiste leeftijd heeft. Keepers Voor keepers geldt dat er in principe ingeleend wordt vanuit een op gelijk niveau of lager spelend team. Lukt dit niet, dan mag er geleend worden uit een hoger team: Voor teams uitkomend in de 1 e klasse en hoger mag geleend worden uit een team dat max. 1 klasse hoger speelt. Voor teams uitkomend in de 2 e klasse en lager mag geleend worden uit een team dat max. 2 klassen hoger speelt. Voor keepers is het aantal eigen spelers (zoals vermeld onder uitgangspunten invallen bij een lager spelend team) niet van toepassing! Landelijke A- en B en Super A- en B-competitie: aanvullende bepalingen Voor de landelijke A- en B en Super A- en B-competitie zijn de onderstaande aanvullende bepalingen van toepassing. Een speler dient tijdens de eerste 10 wedstrijden van landelijke A- en B en Super A- en B-competitie (voorcompetitie telt dus niet mee) tenminste 4 wedstrijden voor het team te zijn uitgekomen om speelgerechtigd te zijn voor het vervolg van de competitie, dus vanaf ronde 11 e.v. inclusief de play-offs/lk. Met het team wordt bedoeld: het team waarin de speler na 10 wedstrijden uit wil/gaat komen. De regels m.b.t. teambepaling junioren zijn voor de landelijke A- en B en Super A- en B-competitie niet van toepassing. Deze aanvullende bepaling geldt ook voor een speler die doorgaans uitkomt in een hogere categorie (bijv. dames 1, maar nog wel de A-leeftijd heeft). Deze aanvullende bepaling geldt niet voor spelers uit een lagere leeftijdscategorie (dus een speler van C1 mag altijd invallen bij B1) of een lager team binnen dezelfde leeftijdscategorie. Maatregelen speelgerechtigdheid o.b.v. BR art. B.8.3 t/m B.8.5 Indien in een bondswedstrijd niet wordt voldaan aan deze regels speelgerechtigdheid zoals bepaald in B.8.3 tot en met B.8.5, zal de speler worden aangemerkt als niet-speelgerechtigde cq. uitgesloten speler en is het bepaalde in A.4.3 en B.8.11 van toepassing. Zie voor de volledige tekst, Bondsreglement uitgave 2016.

4 Speelgerechtigdheid Veldhockey Regels senioren seizoen Bepalingen uit het Bondsreglement uitgave 2016, artikel B.8. Versie: 25 juli 2016 (definitief) Algemeen Invallen teneinde een team te bevoordelen en/of te versterken is onwenselijk en kan worden aangemerkt als onsportief gedrag conform de statuten van de KNHB. Deze regels zijn van toepassing op alle competities (senioren) en speelniveaus en zijn dus van algemene aard. Voor gevallen waarin deze regels niet voorzien cq. geen passende oplossing bieden, kunnen verenigingsfunctionarissen zich wenden tot de betreffende competitieleider. De competitieleider kan in specifieke gevallen dispensatie geven. Teambepaling senioren a. Tijdens de eerste 5 wedstrijdronden van het seizoen wordt bepaald in welk team een speler zit, dit is het team waarvoor de speler speelgerechtigd is in het vervolg van de competitie. Aanvullend hierop geldt dat indien een speler, tijdens de eerste 5 wedstrijdronden drie keer voor één hetzelfde team is uitgekomen, dat team per direct zijn/haar team wordt. Voorbeeld speelvolgorde: I. H3-H2-H3-H2-H3 (na 5 rondes en/of wedstrijden; H3 eigen team) / II. H2-H3-H2-H3- H2 (na 5 rondes en/of wedstrijden; H2 eigen team) / III. H2-H2-H2 (na 3 rondes en/of wedstrijden; H2 eigen team, speler na 3 rondes/wedstrijden dus niet meer speelgerechtigd voor H3). b. Het team waarvoor een speler het meest is uitgekomen, geldt als zijn/haar team; c. Een speler met jeugdleeftijd die niet op de teamopgave standaardteams en/of op spelerslijst Hoofd-/ Overgangsklasse vermeld staat én waarvan de teambepaling is vastgesteld op heren 1/dames 1, is voor het vervolg van de competitie alleen nog speelgerechtigd voor heren 1/dames 1, heren 2/dames 2 en jongens A1/meisjes A1. Voor jeugdteams die uitkomen in de landelijke A- en B en Super A- en B-competitie zijn aanvullende bepalingen van toepassing. d. Wanneer een speler evenveel uitkomt voor verschillende teams (bij bv. dubbel spelen), dan geldt het hoogste team als zijn/haar team. Het bepaalde in het eerste deel van lid d. is niet van toepassing op een speler met jeugdleeftijd die zowel in een jeugd- als een seniorenteam speelt (dus dubbel speelt). Deze jeugdspeler mag voor beide teams blijven uitkomen; e. Mocht een speler in een seizoen meer uitkomen voor een hoger team dan het oorspronkelijke team, dan wordt het hogere team zijn/haar team. Voorbeeld: eerst 5 wedstrijden gespeeld in H3 en de daaropvolgende 5 wedstrijden (of meer) gespeeld in H2, dan is na deze (min.) 10 gespeelde wedstrijden H2 zijn/haar team. De speelgerechtigdheid voor H3 vervalt dus vanaf dat moment. f. Bij de competitieleiding kan dispensatie worden gevraagd voor de bepaling van zijn/haar team. #1 Rangorde (leeftijds-)categorieën (BR. 2016, art. B.8.1) a. Senioren Standaardteams (heren 1 en dames 1) b. Senioren Reserveteams incl. Jong Seniorenteams c. Veteranen # d. Junioren A e. Junioren B f. Junioren C g. Junioren D (11-tallen) #2 Klassegrenzen ZIE TABEL KLASSEGRENZEN SPEELGERECHTIGDHEID VELDHOCKEY In geval een klasse binnen het district niet bestaat, dan vervalt die klasse en is de eerstvolgende wel aanwezige klasse van toepassing. # NB. Voor de junioren-, jong seniorenen veteranenteams zijn leeftijdsgrenzen bepalend, zie A.2. Invallen bij een op gelijk niveau of hoger spelend team Spelers uit een op gelijk niveau of lager spelend team mogen altijd invallen bij een op een gelijk niveau of hoger spelend team, ongeacht het aantal eigen spelers dat een team beschikbaar heeft. Onder een op gelijk niveau of lager spelend team wordt verstaan: Een team dat binnen dezelfde (leeftijds-)categorie in dezelfde klasse of in een lagere klasse speelt; Voorbeeld: Een speler van H3 (2 e klasse) mag invallen bij H4 (2 e klasse). Voorbeeld: Een speler van D5 (3 e klasse) mag invallen bij D2 (2 e klasse). ZIE VERDER TABEL > KLASSEGRENZEN SPEELGERECHTIGDHEID VOOR ANDERE MOGELIJKHEDEN. Lenen van spelers die te oud/te jong zijn voor de betreffende (leeftijds-)categorie is behoudens verstrekte dispensatie niet toegestaan. D.w.z. dat een speler uit een senioren reserveteam (28 jaar) (zonder dispensatie) niet mag invallen in een Jong Senioren-team. Hetzelfde geldt voor spelers die te jong zijn, bijvoorbeeld een speler uit de senioren reserve (27 jaar) mag (zonder dispensatie) niet invallen in een heren veteranenteam.

5 Invallen bij lager spelend team: uitgangspunten Invallen in een lager spelend team mag alleen als aan de volgende regels wordt voldaan: a. Er mag alleen worden ingevallen in een lager spelend team als dat team geen mogelijkheid heeft tot het regelen van invallers uit een voor hun lager of op gelijk niveau spelend team; b. Invallen in een lager team mag als het lager spelende team 11 of minder aan de wedstrijd deelnemende (eigen)spelers over heeft; c. Het lager spelend team mag maximaal twee spelers lenen uit maximaal 1 klasse hoger dan normaal toegestaan (zie tabel Klassengrenzen speelgerechtigdheid ); d. Bij de competitieleiding kan dispensatie worden gevraagd voor het invallen bij lagere teams. NB. Voor de junioren-, jong senioren- en veteranenteams zijn leeftijdsgrenzen bepalend, zie A.2. Specifiek m.b.t. seniorenteams die lenen uit juniorenteams a. Jeugdspelers die invallen bij senioren reserveteams, die normaliter uitkomen - in de Landelijke- cq. Super A- en/of Super B-competitie mogen alleen invallen in seniorenteams die uitkomen in de reserve hoofdklasse tot en met de reserve 1 e klasse/jong senioren 1 e klasse; - in de Top- en Sub-topklasse mogen alleen invallen in seniorenteams die uitkomen in de reserve hoofdklasse tot en met de reserve 2 e klasse/ jong senioren 2 e klasse; - in de 1 e klasse mogen alleen invallen in seniorenteams die uitkomen in de reserve hoofdklasse tot en met de reserve 3 e klasse/ jong senioren 3 e klasse; - in de 2 e klasse en lager mogen invallen in alle seniorenteams/jong seniorenteams. b. Jeugdspelers mogen altijd invallen bij standaardteams. Specifiek m.b.t. veteranenteams die lenen uit senioren reserveteams Spelers uit senioren reserveteams, die normaliter uitkomen - in de reserve hoofdklasse mogen niet invallen in veteranenteams; - in de reserve overgangsklasse mogen alleen invallen in veteranenteams die uitkomen in de hoofdklasse; - in de reserve 1 e klasse mogen alleen invallen in veteranenteams die uitkomen tot en met de overgangsklasse; - in de reserve 2 e klasse mogen alleen invallen in veteranenteams die uitkomen tot en met de 1 e klasse; - in de reserve 3 e klasse mogen alleen invallen in veteranenteams die uitkomen tot en met de 2 e klasse; - in de reserve 4 e klasse mogen alleen invallen in veteranenteams die uitkomen tot en met de 3 e klasse; - in de reserve 5 e klasse mogen alleen invallen in veteranenteams die uitkomen tot en met de 4 e klasse en lager. Let op: voor het uitkomen in veteranenteams zijn leeftijdsgrenzen bepalend, zie A.2.5. Specifiek m.b.t. senioren reserveteams die lenen uit veteranenteams Spelers uit veteranenteams, die normaliter uitkomen - in de veteranen hoofdklasse mogen alleen invallen in reserveteams die uitkomen tot en met de overgangsklasse; - in de veteranen overgangsklasse mogen alleen invallen in reserveteams die uitkomen tot en met de 1 e klasse; - in de veteranen 1 e klasse mogen alleen invallen in reserveteams die uitkomen tot en met de 2 e klasse; - in de veteranen 2 e klasse mogen alleen invallen in reserveteams die uitkomen tot en met de 3 e klasse; - in de veteranen 3 e klasse mogen alleen invallen in reserveteams die uitkomen tot en met de 4 e klasse; - in de veteranen 4 e klasse en lager mogen alleen invallen in reserveteams die uitkomen tot en met de 5 e klasse en lager. Keepers Voor keepers geldt dat er in principe ingeleend wordt vanuit een op gelijk niveau of lager spelend team. Lukt dit niet, dan mag er geleend worden uit een hoger team: Voor teams uitkomend in de 1 e klasse en hoger mag geleend worden uit een team dat max. 1 klasse hoger speelt. Voor teams uitkomend in de 2 e klasse en lager mag geleend worden uit een team dat max. 2 klassen hoger speelt. Voor keepers is het aantal eigen spelers (zoals vermeld onder uitgangspunten invallen bij een lager spelend team) niet van toepassing! Standaardteams (heren 1 en dames 1) a. Voor standaardteams geldt de teamopgave als uitgangspunt voor de speelgerechtigdheid (in geval van teams uitkomend in de Hoofd-/Overgangsklasse is dit de spelerslijst conform BR art. B.8.7 en/of B.8.9); b. Bij de standaardteams niet uitkomend in de Hoofd- en Overgangsklasse geldt, dat spelers opgegeven bij de nummers 1 tot en met 9 daadwerkelijk in dat team moeten uitkomen. Zij mogen niet in een lager team uitkomen. Spelers opgegeven bij de nummers 10 tot en met 18 mogen uitkomen in het team dat in de nummering gehanteerd door de vereniging direct na hen komt. Voor spelers op een positie vanaf nummer 19 en hoger (19, 20, enz.) geldt dat de regels speelgerechtigdheid zoals opgenomen in artikel B.8.5 van toepassing zijn, ditzelfde geldt voor spelers vermeld op de spelerslijst conform B.8.7/B.8.9 op positie 19/20 (Hoofdklasse) en de posities 19 tot en met 22 (Overgangsklasse). Zie voor de volledige regeling m.b.t. de teamopgave en de spelerslijsten Hoofd-/Overgangsklasse BR art. B.8. Voor standaardteams 1 e en 2 e klasse geldt een uitzondering speelgerechtigdheid, zie BR art. B Maatregelen speelgerechtigdheid o.b.v. BR art. B.8.3 t/m B.8. Indien in een bondswedstrijd niet wordt voldaan aan deze regels speelgerechtigdheid zoals bepaald in B.8.3 tot en met B.8.5, zal de speler worden aangemerkt als niet-speelgerechtigde cq. uitgesloten speler en is het bepaalde in A.4.3 en B.8.11 van toepassing. Zie voor de volledige tekst, Bondsreglement uitgave 2016.