Nederrij Herentals t Weg met pijn... Want pijn is niet fijn!!! Informatieboekje voor kinderen en hun ouders

Transcriptie

1 Nederrij Herentals t Weg met pijn... Want pijn is niet fijn!!! Informatieboekje voor kinderen en hun ouders

2

3 Dag Bert, welkom op de kinderafdeling Ik zal je iets vertellen over pijn. Als je ziek bent, kan je pijn hebben. En pijn is natuurlijk helemaal niet fijn. Pijn is iets heel vervelends. Ik ga je uitleggen, Bert, welke soorten pijn er zijn, wat je kunt voelen en wat we er tegen kunnen doen.

4 Nu, wat is pijn? Wel Bert... Pijn is geen fijn gevoel. Maar toch kan pijn wel nuttig zijn. Het is een soort van waarschuwing van je lichaam, zodat je weet dat je een wondje hebt of dat je ziek bent. Maar pijn is niet altijd alleen een waarschuwing. Als je vaak en zeer lang pijn hebt, kun je soms niet meer de dingen doen die je anders wel doet. Je hebt minder zin om te eten, je wilt niet slapen, bent lastig, je moet er zelfs van wenen en je kunt niet spelen met je vriendjes. Daarom is het zeer belangrijk dat we de pijn goed bestrijden.

5 Waar komt pijn vandaan? Wel, er is kleine pijn en er is grote pijn. Bert, jij weet wat pijn is. Je kunt pijn hebben door een ongelukje, bij het spelen of tijdens het sporten. Meestal zijn dit schaafwonden. Deze pijn is erg vervelend, maar duurt meestal niet lang en is niet zo erg. Maar als je bijvoorbeeld je arm breekt, doet dat veel meer pijn.

6 Onzichtbare pijn Zo heb je ook onzichtbare pijn, Bert. Soms heb je pijn door spanning en onrust. Als je zenuwachtig bent, bijvoorbeeld als je iets moet doen waar je bang van bent, kan het gebeuren dat je dat ook in je lichaam voelt. Je kunt ook pijn voelen doordat je wordt gepest op school of ruzie hebt. Als je angstig bent, kun je last hebben van buikpijn of hoofdpijn. Misschien moet je zelfs overgeven. Dan kan de dokter de oorzaak van de pijn niet in je lichaam vinden. Maar toch voel je die pijn.

7 Kortdurende pijn is pijn die je kan voelen door iets scherps, bijvoorbeeld door het prikken met een naald of bij een onderzoek.

8 Zeg Bert, als je bang bent voor het prikje of onderzoek kunnen deze tips je misschien een beetje helpen: Denk aan iets prettig Je voelt de pijn minder als je aan iets denkt dat je blij maakt terwijl je de prik krijgt. Je kunt bijvoorbeeld naar leuke muziek luisteren, of naar een film kijken of babbelen met je mama of papa. Verpleegster, als ik weet wat er precies gaat gebeuren, ben ik minder bang en is de spanning wat weg. Daarom mag ik altijd alles aan je vragen. Jij probeert dan precies te vertellen wat er gaat gebeuren zodat ik mij wat meer op mijn gemak voel.

9 Meedoen Sommige kindjes vinden het leuk om zelf mee te doen bij een prik of een onderzoek. Je kunt bijvoorbeeld afspreken dat jij aftelt of dat jij bij een vingerprik mag kiezen in welke vinger je de prik krijgt. Bert, vaak voel je je beter als je niet alleen bent. Neem dus gerust je mama of papa mee als je een prikje of onderzoek krijgt.

10 Er is ook een toverzalf die met een pleister op je hand wordt gekleefd, zodat je bijna niets meer voelt als je wordt geprikt. De zalf gaat ongeveer een half uurtje voor de prik op je hand, anders werkt de zalf niet goed. Een prikje is soms nodig om een medicament via een slangetje in je lichaam te laten lopen.

11 Pijn na de operatie En, Bert, bij een operatie zal de slaapdokter (anesthesist) je medicatie geven tegen de pijn. Meestal gaat dit via een pilletje in je poep of via een slangetje in je arm, omdat je vlak na de operatie nog misselijk kan worden van een drankje of pilletje. Langdurige pijn Langdurige pijn is pijn die je altijd voelt. Vaak geeft dit soort pijn een zeurend, drukkend of kloppend gevoel zoals buikpijn of hoofdpijn. Als je pijn hebt die langer duurt, kan je het beste naar de dokter gaan. Pijn kan een waarschuwing van je lichaam zijn om je te vertellen dat er iets aan de hand is.

12 In het ziekenhuis proberen wij er achter te komen hoeveel pijn jij hebt, en daarbij kan jij ons heel goed helpen, Bert. Zo kan je gezichtjes kijken. Ik laat dan plaatjes van gezichtjes zien. De gezichtjes kijken allemaal anders: het eerste gezichtje kijkt heel vrolijk en het laatste gezichtje heel verdrietig. Ik vraag aan jou om het gezichtje aan te wijzen hoe jij je voelt.

13 En je kunt een cijfer geven. Ik vraag of je met behulp van een meetlatje een cijfer kunt geven tussen 0 tot 10 over hoe je je voelt. Aan de ene kant van het meetlatje staat een 0 (0 betekent geen pijn) en aan de andere kant staat een 10 (10 betekent heel veel pijn). Soms is het heel moeilijk om te zeggen dat je pijn hebt. Het kan zijn dat je niks wilt laten merken omdat je sterk wilt zijn, maar het is juist sterk als je het goed aan de verpleegkundige vertelt.

14

15 Hopelijk begrijp je nu meer wat pijn is en vertellen je altijd hoeveel pijn je voelen aan mij. De pijn zal niet altijd weg zijn maar deze tips kunnen misschien wel helpen zodat je je sneller beter voelt. Als je nog vragen hebt, dan kun je deze altijd stellen aan mij of de dokter.

16 Voor meer informatie Arts: Hoofdverpleegkundige: Pijnverpleegkundige: t daaaaaaaaag! Met speciale dank aan Tinne Peeters voor de illustraties