SPECIFIEK REGLEMENT VOOR TREKPAARDEN 2013

Transcriptie

1 1 SPECIFIEK REGLEMENT VOOR TREKPAARDEN 2013

2 2 SPECIFIEK REGLEMENT VOOR TREKPAARDEN 2013 De trekpaarden mogen aansluiten in CAN 1, CAN 3 en CAN 4 wedstrijden voor trekpaarden, maar moeten aan de voorwaarden voldoen van hun categorie. Ze rijden de dressuurproef, de marathon en de vaardigheid specifiek voor hun categorie trekpaarden. Dressuurproeven: CAN-1 trekpaarden FEI test n 8 A-/ 8-B / 9 CAN-3 trekpaarden FEI test n 6 A CAN-4 trekpaarden CAN 4 proef Zelfs indien een wedstrijd geen aparte categorie trekpaarden organiseert mogen dezen altijd deelnemen aan CAN 1 wedstrijden in de categorie sportpaarden. Ze moeten dan voldoen aan de normale vereisten zoals de andere paarden. De snelheden voor de marathon en de vaardigheidsproef zijn deze van de sportpaarden. Ze worden dan geklasseerd met de andere sportpaarden. Art. 900 Algemeen Licentie en immatriculatie volgens nationale structuur wedstrijden 2013 Art. 903 Trekpaarden Als trekpaard worden beschouwd: o of deze erkend door een officiëel studbook o of zij die beantwoorden aan een verhouding gewicht/lengte, zoals voorzien in de tabel hieronder. Art.904 Organisatie Belgisch Kampioenschap Het Belgisch Kampioenschap KBRSF staat open voor deelname voor alle menners van Belgische nationaliteit die, in de 12 maanden die het Kampioenschap voorafgaan, deelgenomen hebben aan ten minste 2 CAN 1 of CAN 3 trekpaarden, zonder opgave of uitsluiting met een maximum van 70 strafpunten in de dressuurproef.

3 3 Beker van België 1. Voor toekenning van de Beker van België wordt op het einde van elk jaar een klassement opgemaakt voor elke categorie. De toekenning van de Beker van België zal enkel gebeuren voor de CAN 4 trekpaarden voor de categorieën waarin minstens 2 deelnemers hebben deelgenomen aan minstens 3 in aanmerking komende wedstrijden en voor wie dus punten kunnen worden toegekend. 2. De mencommissie KBRSF zal bij het begin van elk jaar het aantal CAN 4 wedstrijden bepalen, dat in aanmerking komt voor de berekening van de Beker van België. Dit aantal is tevens het minimum aantal wedstrijden waaraan een menner moet deelnemen om in aanmerking te komen voor een klassement. Alleen de hoogste kredietpunten-scores ten belope van het aangeduide aantal komen in aanmerking. 3. Voor het klassement van de Beker van België komt het algemeen klassement van de CAN4 trekpaarden. De winstpunten worden toegekend op de volgende manier: Vanaf de 6 e plaats en verder bekomen de deelnemers 2 punten, behalve degene die uitgesloten werden of opgaven Deelnemers op de vijfde plaats krijgen 4 punten, de vierde 6 punten, en zo verder tot de eerste die 12 punten krijgt. Indien er minder dan 6 geklasseerd zijn, krijgt de laatste 2 punt, de voorlaatste 4 enz.. 4. Voor een CAN 4 trekpaarden wedstrijd met 2 proeven worden de toegekende punten voor de Beker, gedeeld door 2. Art. 918 Rijtuigen 1. De opgelegde spoorbreedte (zie FEI) is verplicht in CAN 3 trekpaarden in de vaardigheid. Om de opgelegde spoorbreedte te bekomen is verbreding van de achteras toegelaten. Hoepels zijn hiervoor toegelaten in CAN 3- trekpaarden voor zover hun diameter niet meer dan 10 cm verschilt van die van het wiel (5 cm van de grond). Bij verlies van 1 of meer spoorverbreders, of bij gebruik van niet reglementaire spoorverbreders wordt de deelnemer geëlimineerd. De spoorbreedte voor tandem paard: 1.48 m is toegelaten (FEI minimum= 1.38m)en moet voor de aanvang van proef C aan de jury gemeld worden. In CAN 4 is geen opgelegde spoorbreedte. 2. Bij gebruik van een marathonrijtuig in dressuur of vaardigheid in CAN3 of CAN4 zijn rijtuiglampen en achterlichten niet verplicht. In elke CAN is het Belgisch verkeersreglement van toepassing in verband met verlichting en reflectoren. 3. In CAN 3-4 trekpaarden zijn luchtbanden toegelaten.

4 4 Art en Marathonparcours In CAN 1 trekpaarden zijn de max lengtes van de 3 secties en de max snelheden in de secties gelijk aan de CAN1 voor sportpaarden. In CAN 3 CAN 4 trekpaarden de 2 secties D en E verplicht Lengtes en snelheden in de secties voor CAN 3 en 4 trekpaarden: o max lengte D sectie = 1000m o max lengte E sectie = 9000m o max snelheid D sectie = 6 km/h o max snelheid E sectie = 13 km/h In CAN 1 trekpaarden max 6 hindernissen en max 6 poorten/hindernis In CAN 3 trekpaarden max 5 hindernissen en max 5 poorten/hindernis In CAN 4 max 4 hindernissen en max 5 poorten /hindernis Art Vaardigheid In CAN 3 trekpaarden bedraagt de max snelheid 230m per minuut In CAN 4 trekpaarden bedraagt de max snelheid 210m per minuut In CAN 4 wordt de breedte tussen de kegels bepaald door de voorzitter van de jury Art Samengestelde hindernissen (bijvoegsels 7 en 8) De minimum maten voor de samengestelde hindernissen zijn deze van de paarden.

5 5 Verhoudingstabel: stokmaat/ gewicht Stokmaat in cm min. gewicht in kg Stokmaat in cm min.gewicht in kg