In april valt de nieuwsbrief van GroenRood bij iedereen in de brievenbus. Op p.4 van die nieuwsbrief staat dat wij konden verhinderen dat op de

Transcriptie

1 In april valt de nieuwsbrief van GroenRood bij iedereen in de brievenbus. Op p.4 van die nieuwsbrief staat dat wij konden verhinderen dat op de nieuwe zendmast aan het politiekantoor extra zenders voor Proximus, Base en Mobistar zouden geplaatst worden en we zo de straling konden beperken. Dat was het geval na de gemeenteraad van januari Toen deze nieuwsbrief al gedrukt was, heeft het stadsbestuur van Deinze echter het punt nog eens op de gemeenteraad gebracht op 27 maart Ondanks het pleidooi van GroenRood heeft de meerderheid die vele extra zenders nu toch goedgekeurd. GroenRood is bijzonder ontgoocheld dat de gemeenteraad haar eerdere beslissing omgebogen heeft en op die manier het voorzorgsprincipe helemaal overboord gooit. De gemeenteraad van Deinze heeft in 2007 op voorstel van GroenRood-raadslid Dirk Stroobandt unaniem beslist om op basis van het voorzorgsprincipe (zie verder) geen enkele aanvraag voor een GSM- en UMTS-mast goed te keuren in woonzones. Toen in januari 2014 de gemeenteraad moest stemmen over een voorstel van de meerderheid om een nieuwe zendmast voor de zenders van de veiligheidsdiensten (ASTRID), was het dus ook logisch dat de gemeenteraad met de beslissing van 2007 rekening moest houden. Het grote probleem was niet de zenders van ASTRID zelf (want die zenden maar aan een relatief laag vermogen uit) maar wel dat de stad in een vergunning de toelating gegeven had aan alle commerciële operatoren (Proximus, Base en Mobistar) om ook hun zenders voor UMTS en GSM op die zendmast erbij te hangen. Dat zou het totale aantal antennes op die mast op 36 brengen wat zeer veel straling zou betekenen. Op voorstel van GroenRood werd de onderverhuring van de zendmast van ASTRID aan die andere operatoren gelukkig weggestemd door de voltallige gemeenteraad. Wij waren er dus toen in geslaagd om de buurt te behoeden voor teveel GSM-straling. GroenRood was dan ook bijzonder verbaasd dat op de gemeenteraad van 27 maart 2014 het schepencollege deze beslissing alweer ongedaan wou maken. Wij hebben toen met wetenschappelijke argumenten aangetoond dat aan het voorzorgsprincipe niet voldaan was, maar de rest van de gemeenteraad heeft hier blijkbaar geen gehoor aan gegeven en de zenders werden toch toegelaten. Helaas was onze nieuwsbrief al gedrukt vandaar dat we in een extra folder de juiste toestand moesten weergeven. Hierna kan u meer in detail lezen waarom deze beslissing de mensen uit de buurt mogelijk bloot stelt aan te hoge straling en waarom dat dus later eventueel een probleem voor hun gezondheid zou kunnen betekenen.

2 GroenRood wil geen enkel risico nemen als het gaat om de gezondheid van de inwoners. Wij willen daarom dat het voorzorgsprincipe gehanteerd wordt zodat er later geen problemen kunnen zijn met de gezondheid van de mensen in de buurt als gevolg van effecten die nu nog niet gekend zijn. In het verleden heeft men het voorzorgsprincipe niet toegepast voor asbest, met alle gekende gevolgen. Laten we dezelfde fouten niet meer maken! Waarom is het voorzorgsprincipe zo belangrijk? Het is wetenschappelijk bewezen dat GSM-straling (die eigenlijk microgolfstraling is) opwarmingseffecten kan hebben in het menselijk lichaam. Daaroveer is iedere wetenschapper het eens. De huidige stralingsnormen in Vlaanderen zijn grosso modo dezelfde als de oude federale normen (20,6 V/m voor alle zenders van een mast samen) en die normen waren gebaseerd op dit gezondheidseffect van opwarming. Deze normen moeten er voor zorgen dat ons lichaam niet teveel opwarmt en geen blijvende schade kan ondervinden van de straling. We weten echter ondertussen dat er mogelijk ook elektromagnetische effecten kunnen zijn in het lichaam, alleen is de wetenschappelijke wereld daar nog over verdeeld. Heel wat studies hebben die bijkomende effecten van GSM-straling aangetoond maar die studies worden door de wetenschappers van de GSMoperatoren in twijfel getrokken. Het feit is dus dat er mogelijks gevaar is dat verder gaat dan de huidige normen voorschrijven. Voor dergelijke twijfelgevallen wordt internationaal steeds het voorzorgsprincipe vooropgesteld. Dat principe zegt dat als een techniek mogelijk schadelijke gevolgen zou kunnen hebben voor de mens, je dan uit voorzichtigheid die techniek best niet toepast of op zijn minst sterk beperkt. Het voorzorgsprincipe zegt dus in feite dat we veel strnegere normen zouden moeten toepassen om zeker te zijn dat er geen gevaar is voor de volksgezondheid. De Vlaamse normen zijn niet streng genoeg Op 23 mei 2001 al werd in het Vlaams parlement een resolutie unaniem goedgekeurd over de inplanting van GSM-masten. Daar stond o.a. in dat gsmmasten en andere zendantennes die worden ingeplant op minder dan 300 meter van scholen of ziekenhuizen een milieuvergunning klasse 2 nodig hebben. Hier wordt dus uitdrukkelijk rekening gehouden met mogelijke gezondheidseffecten van zendmasten. Op 7 januari 2009 keurde het Vlaams parlement nog een resolutie goed waarbij zij de Vlaamse regering vraagt de tot dan bestaande federale stralingsnorm van 20,6 V/m te verstrengen naar 3 V/m en een bijkomende streefwaarde van 0,6 V/m in te voeren. Eveneens opgenomen is de eis om een afstandsnorm in te voeren voor GSM-masten in de buurt van kwetsbare groepen, zoals scholen,

3 kinderdagverblijven, ziekenhuizen, rust- en verzorgingstehuizen. Uiteindelijk voerde de Vlaamse regering de norm van 3 V/m enkel per zender in, maar op een mast mocht de totale straling nog altijd tot 20,6 V/m blijven. De huidige normen van de Vlaamse regering zijn dus niet strenger geworden en gaan zelfs in tegen de resoluties van het eigen Vlaamse Parlement. Ook de hoge gezondheidsraad heeft op 4 februari 2009 een advies uitgebracht om de norm op 3 V/m te brengen. Hieruit blijkt dus duidelijk dat volgens het voorzorgsprincipe we maximaal een norm van 3 V/m mogen toelaten en ook geen mast mogen plaatsen in een straal van 300 m rond kwetsbare groepen, zoals een kinderopvang. De straling ter hoogte van kinderopvang de Brieltuin en in de buurt Uit het dossier dat in de gemeenteraad werd besproken blijkt dat de straling van één zender van Proximus nu al pas aan de norm van 3 V/m voldoet vanaf 127 m van de mast. Op de dubbele afstand van 250 m (plaats van de Brieltuin zie figuur) is de straling 4 keer kleiner maar als we weten dat er drie operatoren zijn (Proximus, Mobistar en Base) en dat ze allemaal minstens twee zenders in elke richting laten stralen (één voor GSM en één voor UMTS) dan zal de totale straling minstens 6 keer zo hoog zijn. Als de straling van één zender ter hoogte van de Brieltuin dus net een vierde van de norm van 3 V/m bedraagt, dan is de straling van 6 van die zenders dus

4 zeker 1,5 keer boven de norm van 3 V/m ter hoogte van de Brieltuin. Ook de totale straling bij de politie, brandweer en enkele huizen in de Mouterijdreef en op de Markt zal boven die grens uitkomen. Deze straling voldoet dus zeker niet aan het voorzorgsprincipe en aan de strengere normen die het Vlaams parlement voorstelde. Waarom is de straling het grootst op 100 tot 200 meter van de mast? GSM en UMTS-straling wordt door de antennes heel sterk uitgezonden in een bepaalde richting. Men spreekt dan van een openingshoek. Binnen die hoek zijn de stralen het sterkst. Op de rand van de openingshoek is de straling maar de helft meer van in het midden van de hoek. Horizontaal worden de stralen breed uitgezonden met een openingshoek van 120 graden (zie figuur hierboven). Om dus in alle richtingen van de mast GSM-ontvangst te hebben (360 graden) moeten er minstens drie zenders geplaatst worden (dat kan je duidelijk zien op alle GSM-masten). In de verticale richting is de openingshoek echter zeer klein (zie figuur hieronder) omdat de stralen vooral ver moeten gaan en niet in de lucht of in de grond. Als de zender dus hoog boven de grond staat, komen de sterkste stralen pas veel verder van de mast aan de grond. De stralen die recht naar beneden gaan zijn veel minder sterk (al een factor 2 kleiner op de rand van de openingshoek). Dat is ook de reden waarom de Brieltuin en de mensen van de Mouterijdreef en de Markt meer straling kunnen krijgen dan de mensen die bij de politie en de brandweer werken, ook al staan de gebouwen van politie en brandweer vlakbij. De sterkste straling gaat er immers boven hun hoofden voorbij.

5 Is het dan zo n groot verschil als de zenders vanop het gebouw van Dossche verhuizen naar de nieuwe zendmast naast de politie? Ja! De straling verzwakt sterk met de afstand. Als de afstand verdubbelt, daalt de stralingssterkte 4 keer zo snel. Het gebouw van Dossche staat meer dan dubbel zo ver van de Brieltuin als de nieuwe zendmast. De straling van de nieuwe zendmast is dus minstens 4 keer zo sterk als de vroegere straling vanop het gebouw Dossche. Bovendien worden er ook veel meer zenders geplaatst op de nieuwe zendmast dan

6 er op het gebouw van Dossche stonden. Voor meer informatie en vragen over de GSM- en UMTS-straling kan u terecht bij Dirk Stroobandt door een bericht te sturen naar Dirk.Stroobandt@deinze.be of Dirk.Stroobandt@UGent.be.