Documenteren van de Samenleving

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Documenteren van de Samenleving"

Transcriptie

1 Schetsboek Documenteren van de Samenleving De rollen van een archivaris; denken en doen

2 Schetsboek Documenteren van de Samenleving De rollen van een archivaris; denken en doen

3

4 Woord vooraf Archiefateliers als leerstrategie Het archiefvak bevindt zich in de snelst veranderende omgeving die wij kennen: de omgeving van informatie en data. Er is geen maatschappelijk terrein dat niet door deze veranderingen beïnvloed wordt: economie, politiek, religie, gezondheidszorg, industrie, bestuur, wetenschap, conflict. Ik vind vooral twee aspecten daarvan fascinerend. Ten eerste de afstand tussen ons gedrag en de technologie. Het tempo waarin wij zelf veranderen haalt het niet bij het tempo waarin technologie en toepassingen zich ontwikkelen. Ten tweede de onvoorspelbaarheid. Big data guru s voorzien mogelijkheden die vaak overdreven klinken. Maar ondertussen struikelen nieuwe toepassingen over elkaar die we nooit verzonnen hadden, maar die wel verreikende gevolgen hebben. Verder dan we kunnen voorzien. Daarvoor worden denk ik terecht termen gebruikt als gamechanging en disruptive. Hoe moet een vakgebied als archiefwetenschap zich verhouden tot dit geweld? Door te leren, door snél te leren. Door af te leren dat we alles onder controle kunnen hebben. Door ons bewust te zijn van de expertise die wij te brengen hebben. Door af te leren dat alles af moet zijn voordat we het met de rest van de informatiewereld delen. Het is niet mogelijk op alles antwoorden te hebben, maar het blijft onverminderd belangrijk de goede vragen te stellen. Vanuit de archiefdiscipline zijn er elementen waar andere informatieprofessionals gemakkelijk overheen kijken. Dat blijkt telkens weer. Er worden slimme systemen bedacht voor de jeugdzorg, voor de Wabo, de rechtspraak, workflowmanagement en dienstverlening. Maar aan kwesties als openbaarheid, vernietiging, duurzame formats of toegankelijkheid wordt vaak weinig gedacht. Bij archivarissen zitten juist die aspecten in hun genen. Maar om ervoor te zorgen dat die kennis en waarden op de juiste plek en het juiste moment de nodige aandacht krijgen, moeten we soms anders omgaan met de beroepspraktijk zoals we die tot nu hoog hebben gehouden. De kwaliteit van sommige traditionele inventarissen zullen we niet meer halen, maar er ontstaan dan ook heel andere zoektechnologieën. De kwaliteit van waardering en selectie die wij nastreven zullen we vaak niet bereiken, maar informatieproducenten krijgen daar zelf dan ook een veel grotere rol in. Zo is ons vak in razendsnel tempo aan het veranderen. Wij staan middenin die informatie- en datasamenleving en dat vereist snel leren en snel aanpassen. Niet alleen de inhoud verandert, maar ook onze rol en de bijbehorende competenties.

5

6 De ateliers zijn daarin een stimulerende leervorm. Universitair en hoger beroepsonderwijs hebben het werkveld nodig om voeling te houden met de veranderende werkpraktijk. Andersom heeft het werkveld de academie nodig om te kunnen reflecteren en ruimte te nemen voor methodische ontwikkeling. Als werkvorm is het atelier een geslaagde onderneming van de Hogeschool van Amsterdam, Universiteit van Amsterdam, Reinwardt Academie en Universiteit van Leiden, het werkveld en Archief Professionals van alle leeftijden met diverse ervaring en achtergrond hebben zich gebogen over twee thema s: Actieve Openbaarheid en Documenteren van de Samenleving. In de ateliers is gebleken dat veel collega s gemotiveerd zijn vraagstukken over de grenzen van disciplines heen te delen en onderzoeken. Zoals altijd levert onderzoek niet louter oplossingsrichtingen maar ook vervolgvragen. Het is daarom nodig dat ons vakgebied zich sterk verbindt met informatieprofessionals van allerlei pluimage. Ik neem dagelijks waar dat archiefvormers en CIO s behoefte hebben aan de specifieke invalshoeken vanuit ons vak. Duurzame toegankelijkheid voor toekomstige generaties, voorkomen van digitaal geheugenverlies, behoud van zicht op belangrijke maatschappelijke ontwikkelingen die nu als digitaal zand door onze vingers glippen. We hebben nu het tij mee om onze expertise in te brengen. Maar als wij niet weten te reageren op die behoefte met praktisch toepasbare inzichten en instrumenten, dan wordt ons vak snel irrelevant. Daarom is voortgang van de ateliers belangrijk. Het is mijn overtuiging dat wij informatieproducenten de instrumenten moeten bieden die het hen gemakkelijk maken het archief van de toekomst te vormen. Ateliers leveren daaraan een kritische en productieve bijdrage. Marens Engelhard, Algemene Rijksarchivaris

7 Colofon Redactie: Els van den Bent, Liane van der Linden, Theo Thomassen de auteurs en redacteuren De redactie heeft geprobeerd alle rechthebbenden te achterhalen en de rechten te regelen. Als desondanks eigenaar, rechthebbende of copyright onjuist of onvolledig vermeld zijn, gelieve contact op te nemen met de Stichting Archiefpublicaties. Cartoons omslag: Lauren Romijn Vormgever: Marc Meeuwissen, Absoluut Designers Druk: Schrijen-Lippertz Met speciale dank aan Hans Berende, Eveline van der Hulst en Laura Millar voor hun bijzondere bijdrage aan dit schetsboek. Oplage: 500 ISBN Stichting Archiefpublicaties, s-gravenhage, 2015

8 Inhoud Woord vooraf Marens Engelhard 010 Schets Atelier DS Take off! Cartoon Lauren Romijn 011 Inleiding Els van den Bent 024 Schets Gezocht: een archivaris die verbindt Yente Christiaanse, Mariam Heijne, Marieke Houtekamer, Lauren Romijn 025 What is the Role of the Archivist in Documenting Society in a Society that is Increasingly Documenting Itself? Laura Millar 034 Schets Pitcrew Lauren Romijn 036 Documenteren van de wild frontier Charles Jeurgens 047 Sparren met spelbrekers. Deviantie als graadmeter voor een evenwichtige archiefcollectie Maaike Lulofs 058 Schets Do een digitale toolkit Yente Christiaanse 061 Het Bewaren Waard Mariam Heijne 069 Schets Do s and Don ts bij archiefprojecten Mariam Heijne 071 Bijlmer Meer, een erfgoedcollectie van de buurt Marieke Houtekamer 081 Schets Drie beheeropties Marieke Houtekamer 083 Casus Pauzelandschap Potterspoort: wat kan een archivaris met Twitter? Lauren Romijn 093 Schets Do een twittinar Lauren Romijn 095 Archiving the ephemeral? Exploring the primary functions of records at the Dutch National Opera and Ballet and in the case of five independent theatre artists Henrik Lillin 104 Een samenleving documenteren die zichzelf documenteert Theo Thomassen 121 Atelierdeelnemers 122 Over de archiefateliers

9

10 Inleiding Els van den Bent, met dank aan de verschillende verslagleggers in het atelier Cartoon Lauren Romijn Denken en delen in archiefateliers Eind januari 2015 eindigde een onderzoeksperiode van een half jaar in de archiefateliers, waarin studenten en docenten op experimentele basis samenwerkten met ervaren archivarissen en informatie- en erfgoedprofessionals en met experts uit aanpalende disciplines. Gezamenlijk zochten ze oplossingen voor actuele vraagstukken in het werkveld. Acht praktijkinstellingen in totaal droegen onderwerpen aan en namen actief deel aan het onderzoek. Er waren twee ateliers: het atelier Actieve Openbaarheid en het atelier Documenteren van de Samenleving. Door de wisselwerking tussen theorie en praktijk, onderzoekend leren, kennisontwikkeling en -deling en doelgerichte interdisciplinaire interne en externe contacten moesten na vijf maanden concrete en bruikbare resultaten worden opgeleverd. De archiefateliers waren een initiatief van het Platform archiefonderwijs en -onderzoek (Hogeschool van Amsterdam, Universiteit van Amsterdam en Reinwardt Academie), in samenwerking met de Universiteit van Leiden. Het innovatieprogramma Archief2020 en het Amsterdam Creative Industries Centre of Expertise gaven financiële ondersteuning. Beide ateliers kenden sprints van drie à vier weken. Na elke sprint was er een zogenaamde scrum, een bijeenkomst waarin de onderzoekers hun resultaten, maar ook problemen bij de uitvoering en planning voor de volgende sprint presenteerden. Tevens was er gelegenheid aan te geven waaraan behoefte was voor de volgende sprint. Voor het tweede deel van de scrums, dat geleidelijk aan de naam Open Atelier kreeg, werden steeds experts uitgenodigd voor een voordracht of deelname aan een panel, ter verdieping van een gemeenschappelijk onderzoeksaspect. Deze experts reflecteerden vanuit verschillende invalshoeken op de atelieronderzoeken en boden interessante perspectieven en een bredere, ook internationale context. De scrums stonden open voor geïnteresseerde professionals uit het archief-, erfgoed- en informatiedomein voor deelname aan discussies en feedback. Zo werd het atelieronderzoek gevoed door kennis en ervaring in theorie en praktijk. Het atelier Documenteren van de Samenleving Centraal in het archiefatelier Documenteren van de Samenleving stond de rol van de archivaris in de hedendaagse samenleving die in toenemende mate zichzelf documenteert. Dit onderwerp leeft volop in de archiefwereld en maakt ook deel uit van het innovatieprogramma Archief2020. Het thema biedt meerdere invalshoeken. In tegenstelling tot de huidige samenleving die zichzelf van hoog tot laag en 011

11 012 van jong tot oud massaal via sociale media documenteert, zien we dat wat aan particulier archief in analoge vorm in archiefinstellingen bewaard is gebleven de erfenis is van een bovenlaag van de samenleving (en met een beetje geluk ook van dissidente bewegingen) die in staat was tot zelfdocumentatie. En hoe je het ook wendt of keert, het is tot nu toe steeds de archivaris geweest die besloot welke particuliere archieven in de archiefdepots werden opgenomen. Dat gebeurde met de beste bedoelingen: voor toekomstige generaties moesten die bronnen worden veilig gesteld die het reilen en zeilen van de hele samenleving of een specifieke categorie daarbinnen weerspiegelden. Voor de sterk toenemende stroom van documenten in zowel het publieke als het private domein ontwikkelde de archivaris met vallen en opstaan instrumenten voor waardering en selectie. Maar door het gebruik van digitale technieken kregen documenten een vluchtig karakter en werd het veiligstellen van bronnen urgent. Afgezien van de vraag of selectie uit de veelheid aan bronnen alleen aan de archivaris overgelaten moet worden, staat de archivaris voor de vraag hoe selectie mogelijk is zonder dat er tijd is voor historische reflectie op de betekenis van actuele ontwikkelingen in de samenleving. Voor dat laatste zijn in overheidscontext de nodige instrumenten in ontwikkeling, maar zeker als het gaat om de rol van de archivaris in de wereld van digitale archiefvorming door particulieren, waarin sociale media de boventoon voeren, blijven de vragen nog onbeantwoord. Toen in 2010 het Jaarboek over de professie uitkwam, leek het erop dat er twee soorten archivarissen waren ontstaan: de een koos voor digitale archiefvorming op basis van het model van het records continuüm, de ander voor het beheer van analoge en gedigitaliseerde archieven vanuit een erfgoedbenadering. Dat gebeurde soms uit overtuiging, en soms omdat een keuze voor het een of juist het ander politiek-strategisch gezien opportuun was. Onder invloed van voortschrijdend inzicht en technologische ontwikkelingen heerst nu, vijf jaar later, het besef dat deze keus achterhaald is. Als de archivaris een rol wil blijven spelen in behoud van het archief van de samenleving, i.e. privaat én publiek archief in samenhang, zal hij zich altijd aan het begin van het archiefvormingsproces moeten manifesteren, openstaand voor verschillende invalshoeken en andere disciplines, ongeacht zijn persoonlijke voorkeur en werkomgeving. Dat lijkt vanzelfsprekend maar in de praktijk valt er nog een wereld te winnen. Omdat de projecten die de participerende praktijkinstellingen in het archiefatelier inbrachten vooral op het gebied van particuliere archiefvorming lagen, is met name daarmee geëxperimenteerd. Dat maakte het overigens niet altijd eenvoudig de rol van de archiefinstelling en die van de archivaris als zelfstandig beroepsbeoefenaar van elkaar gescheiden te houden. Voor studenten, docenten en participerende professionals uit het werkveld was het archiefatelier niet alleen qua onderwerp, maar bewust ook als vorm een kwestie van leren leren, van elkaar en van de wisselwerking tussen theorie en praktijk in verschillende disciplines. Het mag dan ook geen

12 verbazing wekken dat er, bij wijze van spreken, meer stof is opgeworpen dan er is neergedaald. Toch hebben we besloten onze gedachten, ervaringen en aanbevelingen die in dit atelier een rol hebben gespeeld in de vorm van dit schetsboek vast te leggen, in de hoop daarmee aanknopingspunten voor vervolgexperimenten te bieden en stof voor verder onderzoek. Open Ateliers De huidige netwerksamenleving vraagt om positiebepaling waarbij de archivaris zich zal moeten afvragen wat die veranderde samenleving betekent voor waardering en selectie, beheer(baarheid, centraal of decentraal), ontsluiting en strategieën als risicosturing. In verschillende atelierbijeenkom- sten zijn deze onderwerpen aangekaart. In het eerste Open Atelier stonden inhoud en samenhang centraal van de begrippen documenteren van de samenleving, archief en het recht op representatie versus het recht om te worden vergeten. Individuen, collectieven, erfgoedinstellingen en overheden leggen vanuit verschillende perspectieven informatie vast: ze documenteren en waarderen, constructief, herinterpreterend en selecterend. Archief verandert voortdurend van context en lading, vooral in het licht van de sociale media. Daar komt de invloed van marktpartijen nog bij als het gaat om vorming, controle, bezit en gebruik van archiefinformatie. Het recht om te worden vergeten Een deskundige inleiding van jurist Bart van der Sloot zorgde voor een beter begrip van de nieuwe Europese regelgeving op dit gebied en daardoor voor een gefundeerde verkenning van de gevolgen daarvan in een Open Atelier. De Data Protection Regulation waarborgt het recht van onderdanen van de EU-lidstaten om van informatieverschaffers te eisen dat zij verwijzingen naar persoonsgegevens verwijderen als deze onjuist, niet relevant of niet meer relevant zijn. Deze verordening wordt breed gesteund door het parlement en door organisaties die privacybescherming nastreven. Maar archiefinstellingen in heel Europa, de ICA en genealogische verenigingen wezen het af. Zij vreesden dat door de dataprotectiewet alle persoonsgegevens, wanneer die niet meer relevant zijn voor de context waarin ze zijn verzameld, uit de registraties zouden worden verwijderd. Dat zou veel historisch onderzoek onmogelijk maken. Omdat een uitzondering wordt gemaakt voor onder meer historisch onderzoek zal het zo n vaart niet lopen, maar de discussie in het atelier was alleszins interessant. Opmerkelijk was in de eerste plaats hoe moeilijk men zich kon neerleggen bij de functieverandering van archieven terwijl dat archieven juist wezenlijk kenmerkt. Opvallend was ook hoezeer men zich in het documenteren van de samen-leving gefrustreerd voelde door privacyregels terwijl bescherming van de persoonlijke levenssfeer in de 013

13 archiefwereld bepaald geen nieuw verschijnsel is. Daartussendoor kwam ook de paradox ter sprake tussen de behoefte aan bescherming van de persoonlijke levenssfeer enerzijds en het delen van hoogstpersoonlijke informatie via sociale media anderzijds. In de atelierdiscussie klonk het verschil in benadering tussen archiefinstellingen en de individuele beroepsbeoefenaar helder door. Waar aangescherpte privacyregels voor archiefinstellingen vooral zorgen voor een hoop extra werk blijft het voor de individuele archivaris vooral een zoektocht naar een ethische balans tussen álle betrokken belangen. Die zoektocht strekt verder dan het custodiale belang van archiefinstellingen en vraagt om aanscherping van de beroepscode, zo concludeerde een UvA-studente die hiernaar in atelierverband onderzoek deed. 014 Dwarsverbanden Op uitnodiging van het archiefatelier kwam Laura Millar als gastdocent over uit Canada, waar zij als vrij gevestigd archivaris in het archief- en informatiedomein werkzaam is. Zij verzorgde een masterclass en een lezing over de rol van de archivaris in de zichzelf documenterende samenleving en bezocht de vier werkplaatsen van het atelier: Archief Eemland met het programma Het Bewaren Waard, het Stadsarchief Amsterdam met de uitwerking van de Amsterdamse trendanalyse, Imagine IC met een project voor participatief verzamelen in Amsterdam-Zuidoost en Streekarchief Midden Holland, waar participatief verzamelen van burgerinitiatieven aan de hand van sociale media centraal stond. Met haar visie op vier rollen die de archivaris in haar ogen kan en zou moeten spelen, zorgde ze voor een sterk dwarsverband tussen de werkplaatsen. Die rollen, die elders in deze publicatie nog aan bod komen, kregen in de projecten bij de vier praktijkinstellingen concreet gestalte. Dat werkte hier en daar confronterend voor de bestaande praktijk en wierp vragen op als: hoe beïnvloedt het gebruik van digitale media de bestaande acquisitiepraktijk? Maken bewustmaking en ondersteuning bij particuliere archiefvorming acquisitie overbodig? Hoe ga je om met waardering en selectie, of maken particuliere archiefvormers dat zelf wel uit? Ook het symposium PIVOT na 23 jaar: Wie documenteert wie; en waarom? vormde een dwarsverband met het atelier. PIVOT is een afkorting voor Project Invoering Verkorting Overbrengings Termijn, dat de Rijksarchiefdienst in 1992 startte om te kunnen voldoen aan de eisen van de nieuwe Archiefwet. Hoofdingrediënten waren een algemene selectiedoelstelling én een nieuwe selectiemethodiek. Met het te bewaren materiaal moest op hoofdlijnen een reconstructie kunnen worden gemaakt van het handelen van de overheid ten opzichte van haar omgeving. Object van waardering en selectie waren niet de archieven zelf, maar de handelingen waardoor die archieven zijn gegenereerd. In 2007 werd in het rapport Gewaardeerd Verleden van het Nationaal Archief een

14 nieuwe waarderingsmethodiek en een nieuwe selectiedoelstelling vastgesteld. Nu moesten met het te bewaren materiaal (geselecteerd op basis van structuur-, risico- en trendanalyses) individuen, organisaties en maatschappelijke groeperingen hun geschiedenis kunnen ontdekken en het verleden van staat en samenleving kunnen reconstrueren. Zo werden behalve overheidsarchieven ook particuliere archieven onderwerp van selectie: niet alleen het overheidshandelen, maar de hele samenleving moest worden gedocumenteerd. In het symposium werd de PIVOT-aanpak vergeleken met die van Gewaardeerd Verleden en ging de discussie over vragen als: is een integrale waardering van overheids- en particulier archief wenselijk en mogelijk? Wordt in de nieuwe aanpak het historisch motief in de archiefselectie geherintroduceerd en hoe nieuw is eigenlijk de nieuwe aanpak? Communities in de erfgoedwereld Tijdens de open bijeenkomst van het archiefatelier stond het thema participatief verzamelen met communities centraal. Een panel van specialisten uit het brede erfgoedveld reageerde op de vier presentaties van de onderzoekers. Volgens Floortje Vantomme (Tapis Plein, het Vlaamse landelijk expertisecentrum voor cultureel erfgoed & participatie) werd er bij alle onderzoeken vooral gedacht vanuit de (archief)instelling en niet vanuit de community. Instellingen zouden zich moeten afvragen waarom en voor wie ze een project opzetten. Wat zijn die actuele gemeenschappen en wat zijn hun wensen ten opzichte van hun eigen erfgoed? Paul van de Laar (directeur Museum Rotterdam) sloot hierbij aan: je moet als instelling van betekenis zijn voor een community. Als publiek mag meebepalen wat in de collectie wordt opgenomen, vergt dat volgens hem in praktijk en beleid een paradigmawisseling voor musea en archieven. Erfgoedprofessionals, dus ook archivarissen, moeten onderzoeken wat hun referentiekader is. Ze zouden zich als een antropoloog door de samenleving moeten bewegen. Door aan het begin van de erfgoedketen te gaan staan, kan samen met gemeenschappen invulling worden gegeven aan verzamelprojecten. Dick Rijken (lector digitale media bij de Haagse Hogeschool) benadrukte dat een project moet beginnen met de vraag: wat is de betekenis van het project voor ons als erfgoed- en archiefinstellingen? En voor de ander, de participant? Vervolgens moet worden gekeken naar de manier waarop leden van een gemeenschap betekenis en kwaliteit aan erfgoed koppelen en hoe erfgoedprofessionals dit zelf doen. Pas daarna komt het instrumentarium in zicht: het bouwen van tools. In dit hele proces fungeren erfgoedprofessionals als docenten, die op informele manier samenwerken met projectdeelnemers. Aansluitend reflecteerde Irene Stengs (Meertens Instituut) op de term community. Zij liet ons nadenken over de vraag waarom we het Engelse community gebruiken en niet het Nederlandse gemeenschap. Heeft dit te maken met professionalisering? Het woord geeft al aan waar het om draait: 015

15 gemeenschappelijkheid. Deze gemeenschappelijkheid behelst ook direct het andere, dat wat niet gemeenschappelijk is. Het gaat om in- én uitsluiting. Hoe ga je daar als instelling, als gemeenschap, als individu mee om? Wat wij doen is nooit neutraal en is altijd ingebed in politieke en/of maatschappelijke machtsverhoudingen. De veronderstelling van homogeniteit van gemeenschappen kan een valkuil zijn als er gezocht wordt naar enige mate van representativiteit in collecties. Bovendien is je representatief voelen wat anders dan representatief zijn. Wie bepaalt dit en op grond waarvan? Kritische zelfreflectie is bij dit soort projecten van groot belang. In de paneldiscussie kwamen vragen naar boven als: Hoe ga je om met vraagstukken over representativiteit? En hoe beïnvloeden verwachtingen van participanten de archief- en erfgoedpraktijk? De gangbare veronderstelling: wat een archiefinstelling binnenhaalt, blijft voor altijd bewaard bracht die middag veel tongen in beweging. Musea hebben al veel ervaring met participatief verzamelen en zijn door hun objectgerichtheid vanzelfsprekend custodiaal ingesteld. Maar juist van die kant luidde het antwoord op voornoemde verwachting dat je duidelijk moet maken, dat het niet zeker is of iets bij een erfgoedinstelling voor altijd wordt bewaard omdat historische reflectie nu eenmaal leidt tot betekenisverandering. Maar de archivaris behandelt archieven als historische bron, bij de bestudering waarvan betekenisverandering in de loop der tijd een intrinsiek gegeven is; betekenisverandering kan in zijn ogen dus principieel geen reden voor ontzameling zijn! Meer praktisch gezien is het probleem dat er bij digitaal archief geen tijd is voor historische reflectie en je per definitie risico op verlies loopt, want digitale archiefvormers zullen lang niet altijd hun informatie (willen en kunnen) bewaren volgens de (duurzaamheids)eisen zoals ze in de archiefwereld gelden. Een Gordiaanse knoop, of biedt doorontwikkeling van concepten als Het Bewaren Waard bij wijze van vangnet misschien een gulden middenweg? 016 Participatief archief De projecten in de verschillende werkplaatsen boden aanknopingspunten te over voor verkenning van toepassing van begrippen als crowdsourcing, participatory archives en engagement in een andere open bijeenkomst van het archiefatelier, georganiseerd door de atelierstudenten. Verschillende voorbeelden uit de buitenlandse literatuur passeerden de revue. Daaruit kwam allereerst naar voren dat een participatief archief is gericht op bijdragen door anderen dan archiefprofessionals van kennis en bronnen die leiden tot een beter begrip van archiefmateriaal. Dat gebeurt bij voorkeur online, maar gaat verder dan de sociale betrokkenheid of social engagement zoals die op Facebook of Flickr is te zien. Bij dat laatste gaat het vooral om de mogelijkheid van individuele communicatie door aanvulling van toegangen op erfgoedobjecten met trefwoorden, commentaar en correcties.

16 Slotsymposium, Universiteit van Leiden, 21 januari 2015, foto Erika Hokke Open Atelier, Archief Eemland, 11 december 2014, foto Eveline van der Hulst

17 Bij crowdsourcing en participatory archives gaat het om het gebruik van bepaalde technieken voor ondersteuning van participanten om als groep samen te werken aan een gemeenschappelijk groter doel. Het gaat daarbij om bijdragen die inzicht in het archiefmateriaal vergroten, en niet om individuele meningen, gevoelens of artistieke interpretaties. Dat kost meer moeite en tijd dan alleen het snel toevoegen van een trefwoord aan een foto of beoordeling van een boek met één tot vijf sterren, hoewel dat op zich wel kan bijdragen aan besef van het belang van archieven bij anderen. Een instelling die participatief wil werken zal onderscheid moeten maken tussen sociale betrokkenheid en participatie, maar een groep participanten hoeft geen vooraf bepaald, gelijkgestemd geheel te vormen. In een participatief archief gaat het om een optelsom van structuren, ordeningen, beschrijvingen en gezichtspunten, aangebracht door individuele gebruikers in een gemeenschappelijk archief, ongeacht hun beroep, opvatting of levensstijl. De desbetreffende archiefgemeenschap ontstaat alleen door het gezamenlijke doel van het project, vaak opgezet als burgerinitiatief. In de museumwereld worden verschillende gradaties in participatie aangebracht, zowel in de mate van activiteiten van de participanten als in de mate van controle van de instelling. Welke vorm van participatie het beste past is afhankelijk van het doel dat wordt beoogd. Op basis van de verschillende definities kwamen de projecten van de studenten weer in een ander licht te staan, waarbij aan de hand van hun stellingen de rol van de archivaris en zijn verhouding tot niet professionele community archivists verder kon worden verdiept. In de geest van de Amerikaanse archivaris Kate Theimer, bekend als initiator van de Archives 2.0 wiki en van haar blog ArchivesNext, was de conclusie dat participatief verzamelen het gebruikelijke denken in tegenstellingen van expert en amateur doorbreekt. Bovendien kan zelfs de lichtste en terloopse vorm van participatie al zorgen voor vertrouwdheid met en nieuwsgierigheid naar archieven. Dat is een kans die archiefinstellingen zouden moeten aangrijpen om meer mensen tot actieve participatie te verleiden en daardoor de waarde van het archiefmateriaal te vergroten. 018 Vragen voor vervolgonderzoek In het slotsymposium van het atelier zorgde een panel van deskundigen voor een aanvulling van Laura Millars vier rollen van de archivaris met vier invalshoeken die van belang zijn bij het documenteren van de samenleving. Hester Dibbits, lector erfgoedtheorie aan de Reinwardt Academie en bijzonder hoogleraar Historische Cultuur en Educatie aan de EUR, noemde allereerst het aspect afstand: archiefinstellingen hanteren van oudsher een in tijd en ruimte afstandelijk beleid tot de gemeenschap. Verschuift deze afstand bij participatief verzamelen? Krijgt het archief ander materiaal aangeboden als de afstand tot de gemeenschap kleiner wordt gemaakt? Vervolgens stelde zij

18 het aspect aandacht in relatie tot participatie aan de orde met de vraag of aandacht voor wat de communities met hun archieven willen belangrijker is dan het belang van archief- of erfgoedinstellingen bij particulier documenteren. Als derde aspect kwam het begrip kwaliteit aan de orde: er wordt veel gesproken over selectiecriteria, met name representativiteit in collectievorming. Maar hoe beoordelen we kwaliteit? En leidt participatief verzamelen tot grotere representativiteit? En tenslotte het aspect continuïteit, dat belangrijk is bij het documenteren van de samenleving, maar dat op de achtergrond dreigt te raken door teveel aandacht voor trends en kortstondige netwerken. En hoe zit het daarbij, afgezien van de rol van archivarissen, met de rol van archiefinstellingen, nu en in de toekomst? Op welk moment besluit het archief tot acquisitie van het materiaal? Hoe houdt het de vinger aan de pols van archiefvormers en hoe gaat het met hen om als de trend niet meer bestaat? Deze dwarsverbanden tussen de onderzoeksprojecten werden later in het symposium nog meerdere keren aangehaald. De discussie met de zaal ging ook over samenwerking met statistici bij prospectieve trendanalyses en over benadering van daarin geselecteerde actoren. Met daarbij als kanttekening dat dat laatste extra tijd en geld kost, terwijl voor openbare archiefinstellingen het beheren van particuliere archieven geen primaire taak is. Geaccepteerd integraal waarderingsbeleid zou daarvoor wellicht een oplossing kunnen bieden. Aangestipt werd ook het belang van de taal die archivarissen en archiefinstellingen spreken. Steken zij wel voldoende energie in de communicatie met actoren en in het creëren van bruikbare tools voor archiefvormers? Samenwerken met andere erfgoeddisciplines zou daarbij zeker meerwaarde hebben. Archivarissen zijn immers niet de enigen die zich bezig houden met het documenteren van de samenleving. Daarnaast zouden zij zich voor archiefvormers veel sterker kunnen positioneren als adviseurs en hun kennis en expertise, los van hun instelling, veel meer moeten delen met andere experts. Zo luidde tijdens het symposium een breed gedragen antwoord op de vraag naar de rol van een archivaris in het documenteren van de samenleving. Het slotsymposium eindigde met suggesties voor vervolgonderzoek, waarbij reflectie op de opgedane ervaringen en een scherp gedefinieerd begrippenapparaat hoog scoorden. Want wat wordt precies verstaan onder documenteren en wat onder het begrip community, en zijn die begrippen wel goed af te bakenen? Mensen organiseren zichzelf, maar documenteren ze zichzelf ook en wat is de betekenis van de sociale media daarin? En welke rol speelt de archivaris daarbij zonder zelf de communities te gaan documenteren? Om dat laatste te voorkomen werd geopperd research by design als methode uit te proberen. Doorontwikkeling van tools zou een ander punt kunnen zijn voor de agenda van een volgend atelier. De deelnemers onderstreepten verder nog het belang van continuïteit: hoe kunnen archiefinstellingen het documenteren van de (turbulente) samenleving, zeker vanuit een meer postcustodiale 019

19 benadering, in hun (acquisitie)beleid integreren? En hoe presenteert de archivaris zich in de samenleving, wat is zijn specifieke expertise en welke andere disciplines zijn nodig om in teamverband de samenleving te documenteren? Kortom: stof genoeg voor vervolgonderzoek! 020 Wat biedt dit schetsboek? Strategische keuzes en participatieve praktijken Dit schetsboek begint en eindigt met artikelen die reflecteren op verschillende strategieën die de archivaris kan volgen. Allereerst komt Laura Millar aan het woord omdat zij voor een belangrijk dwarsverband heeft gezorgd in het archiefatelier Documenteren van de Samenleving. Gekozen is voor de lezing die zij op 29 oktober 2014 onder auspiciën van de KVAN in Gouda hield met als titel: What is the Role of the Archivist in Documenting Society in a Society that is Increasingly Documenting Itself? Charles Jeurgens gaat vervolgens ook in op deze vraag, maar hij plaatst de begrippen die Laura Millar hanteert in een ander daglicht, met name de manier waarop de samenleving wordt gedocumenteerd. Daarna behandelt Maaike Lulofs de vragen waarvoor erfgoedprofessionals zich gesteld zien als zij gemarginaliseerden in de samenleving willen helpen bij de documentatie van verschijnselen en gebeurtenissen die door machtsmechanismen zijn of worden verdrongen. Theo Thomassen sluit het schetsboek bij wijze van uitleiding af met de onderwerpen en discussies uit zijn werkcolleges, die onderdeel vormden van de Open Ateliers. Het artikel geeft inzicht in de manier waarop theorie en praktijk in het atelier met elkaar zijn verbonden en in de rollen die archivarissen kunnen spelen. Het tussengedeelte van dit schetsboek richt zich op de atelierresultaten van de studenten. Om te beginnen belicht Mariam Heijne de mogelijkheden die zij ziet voor verbetering van Het Bewaren Waard, een project van Archief Eemland dat het midden houdt tussen social engagement en een participatory archive. Marieke Houtekamer geeft een advies op maat aan Imagine IC voor participatief identificeren, waarderen, ontsluiten en beheren van particuliere archieven van bewoners uit Amsterdam Zuidoost. Participatie was ook de kern van de aanbevelingen van Lauren Romijn aan het Streekarchief Midden-Holland. Zij gaat daarbij in op de waarde en betekenis van sociale media bij burgerinitiatieven, de eisen die informele informatiestromen aan de inrichting van archiefbeheer stellen en hoe archivarissen op deze ontwikkelingen kunnen anticiperen. Henrik Lillin, student aan de UvA, waagde zich aan een verkennend onderzoek naar immaterieel erfgoed met de vraag of en zo ja hoe podiumvoorstellingen kunnen worden gearchiveerd. Dit onderzoek is nog maar het begin van zijn masterthesis en wordt dus vervolgd. Tussen de artikelen door zijn door de studenten opgestelde Do s and Don ts, best practices en schetsen als impressies van het atelierwerk aan te treffen. De tips variëren van handreikingen voor het

20 archiveren van tweets tot voorbeelden van websites met hulpmiddelen voor particuliere archiefvormers. Een door de studenten opgesteld competentieprofiel voor de archivaris completeert het geheel. Voorlopig houdt het thema van het archiefatelier de gemoederen nog lang en interdisciplinair in beweging. Zolang de website archiefateliers.nl in de lucht blijft, biedt die een handig platform voor kennisuitwisseling en discussie over vervolgexperimenten. We hopen dat dit Schetsboek informeert en inspireert, om zelf verder te denken, doen en delen! 021

21 Leestips Cook, T., Evidence, Memory, Identity, and Community: Four Shifting Archival Paradigms, Archival Science 13 (2013), Millar, L., Counterpoint. Coming Up with Plan B: Considering the Future of Canadian Archives, Archivaria 77 (2014), Spindler, R. P., An Evaluation of Crowdsourcing and Participatory Archives Projects for Archival Description and Transcription. Tempe, Arizona Theimer, K., Participatory Archives: Something Old, Something New (versie 21 april 2013), Masterclass van Laura Millar, Streekarchief Midden-Holland, 30 oktober 2014, foto Lauren Romijn

22

23 Gezocht: Een archivaris die verbindt m/v Archieven vertellen ons over het verleden en verrijken zo ons leven. Daarmee zijn archieven schakels tussen verleden en heden. Maar ook voor de toekomst is het nodig dat er archieven zijn die vertellen over het leven van vandaag de dag. Daarom willen wij met een open en uitnodigende houding samen met de mensen van vandaag zorgen voor het archief van morgen. Ben jij de archivaris die verbindingen legt? Dit is wat we van je verwachten: Je draagt bij aan een goede informatiehuishouding voor de maatschappij van de toekomst. Je hebt inzicht in de manier waarop informatie de taakuitvoering van instellingen ondersteunt en kan optimaliseren. Je zoekt naar creatieve en innovatieve manieren om informatie te ontsluiten en te beheren. Je hebt een speurneus voor actuele en relevante gebeurtenissen/informatie/archieven in ons werkgebied en ziet wat onze archiefinstelling hiermee kan doen. Je weet het belang en de functie van onze archiefinstelling breed uit te dragen en veel mensen actief bij het werk te betrekken. Je bent in staat om ons kennisnetwerk verder uit te bouwen en het voor je eigen werkpraktijk in te zetten. Je volgt recente ontwikkelingen in het archiefveld en aanverwante vakgebieden en presenteert eigen bevindingen aan (archief)professionals. Dit profiel past bij jou: Je bent communicatief vaardig en goed in staat je boodschap aan anderen over te brengen. Complexe vraagstukken ga je graag aan in teams met collega s, andere experts in het informatie- en erfgoeddomein en pioniers in de samenleving. Je bent onafhankelijk en kunt zelfstandig besluiten nemen. Je gaat op een experimentele manier met verandering om. Je vindt het leerproces net zo belangrijk als de uitkomst. Je ziet jezelf als... Gedreven, flexibel, deskundig, creatief, leergierig, transparant, bij de tijd, netwerker, nieuwsgierig, betrouwbaar, betrokken. Past dit bij jou? Solliciteer dan per direct! Yente Christiaanse, Mariam Heijne, Marieke Houtekamer, Lauren Romijn

24 What is the Role of the Archivist in Documenting Society in a Society that is Increasingly Documenting Itself? Laura Millar Presentation to KVAN, Gouda, 29 October 2014 Family history I would like to start my remarks today with a small story, which begins with my visit to Amsterdam a year ago, when my husband and I enjoyed a lovely lunch with Theo, followed by a visit to the Amsterdams Historisch Museum. After our time in Amsterdam and then in Brussels for the Conference of the International Council on Archives, my husband andi travelled to Ieper and other First World War sites in Belgium and France. On our return home to Canada, I grew curious about my grandfather s time in that war. I knew that my father had served in the Second World War, and that his father had served in both the First and Second Wars. I had once seen digital copies of my grandfather s First World War attestation papers, after typing his name into a computer terminal at the Canadian War Museum in Ottawa and getting a hit that led me to his 1916 enlistment record. But I knew little more than that. Indeed, I know virtually nothing about my ancestors, near or far, which is a consequence of a highly fraught and complicated family history. So I decided to sign up with Ancestry.ca and see what I could learn from this rather mysterious genealogical tool. I had some reservations, as you can imagine; I knew I was descending the slippery slope from archivist to genealogist. But the need to know about my grandfather was pressing enough to draw me to the dark side. Imagine my surprise shock would be a better word to discover that not only had my grandfather, Thomas Annandale Millar, served in the First World War, but so had his three brothers I didn t even know he had three brothers as well as their father, my great-grandfather. My great grandmother, Minnie Constance Millar, born Minnie Constance Taylor in Marylebone, London, in 1865, was left alone in Edmonton, Alberta, Canada, for I don t know how many years, waiting for news of her husband and four sons her entire family who were at war so far away. And I learned that one of her sons, Frank Galt Millar, was killed on August 5th, 1916, aged 27, a month after his brother, my grandfather, joined up, and that Great Uncle Frank was buried at the Railway Dugouts Burial Ground, near Zillebeke, Belgium. I had no idea that he had died. I had no idea that he had lived. Archivists in digital age Ancestry.ca introduced me to my great uncle Frank, because this digital tool had aggregated records preserved and digitized by repositories such as Library and Archives Canada, and because it had created indexes and crosswalks and search tools that allow users like me not only to find out about the people we knew existed like my grandfather Thomas Annandale but also about the people we did not know existed like my great uncles Frank Galt, Hugh Stanley, and Reginald Morrison Millar, and my 025

25 026 great grandfather, Thomas Morrison Millar, as well as my great grandmother Minnie, who I think must have suffered so much. This genealogical experience or experiment, perhaps taught me a valuable lesson, not only about life, and about the importance of communicating family histories so that your children and grandchildren can connect with their past, but also, and more pertinent to today s discussion, a lesson about the role, the power, and, I hope, the rewards, of archivists in a digital age. I want to reflect on that lesson today, as I consider the question posed to me: what is the role of the archivist in documenting society in a society that is increasingly documenting itself? To answer that question, we must first consider the traditional role of archivists as custodians. As all archival studies students learn by heart, the essence of archival service is to acquire, preserve, and make available the documentary evidence of society s communications, actions, and transactions. That documentary evidence was, for centuries, a tangible entity: a physical item that had to be managed in a particular geographic location. The uniqueness of the item was intricately connected to its placement within an aggregation of materials, all of which were bound together by the integrity of their collective content, context, and structure. Archivists do not collect single items; we acquire accumulations of materials, ideally through some formal process of transfer from creating agency to storage room. Archival grocery stores To provide this physical service, traditional archivists brought these aggregations of archival materials into a repository, arranged and described them, perhaps copied some of the content, then invited researchers to access the holdings either in person or remotely. This process was not just custodial, it was linear: acquisition before preservation, preservation before description, description before access. I have in the past described these physical repositories as like archival grocery stores, where archivists managed and made available documentary goods, rather like butchers, grocers, or bakers managed and sold meat, vegetables, or bread. There is an important distinction, though, in the different goods held in these repositories. Institutional or agency archives are the products of a particular organization, often a bureaucracy: the records of monarchs, churches, governments, or businesses. They come into existence to help their creators remember facts and acts. Reports, memoranda, financial ledgers, registers registers of the dead, perhaps; registers of soldiers buried in cemeteries across Europe. Evidence of officialdom, of deliberation and decision-making, the documentary remains of actions and transactions. Another type of archival good is less bureaucratic, more personal. Diaries, letters, family photographs, memoirs these records are created deliberately, not as innocent by-products but as conscious creations. They help people remember, just as official records help bureaucrats remember, but that latter remembering is more personal, intended not to capture facts and acts but to memorialize experiences and memories. Photographs show families at Christmas or on summer holiday; letters tell husbands or wives or mothers about life on a particular day in a particular place; diaries capture events and emotions, to be recalled later, with pleasure, perhaps, or perhaps not. Regardless of whether archival materials are categorized as official or personal, the reality is that, for centuries, they could only really live in one place. Copies might be generated, but the originals were unique, irreplaceable, and singular. Possessing them was the only way to preserve them, viewing them in person the only way to access them.

26 Computer technology As we all know, computers changed the game. Computer technology has transformed the nature of communications and information. We all hear the stories of terabytes of data in cloud computing systems, of billions of text messages sent and received, and of the constant presence of smartphones in society. In 1948, the year my husband was born, the first stored-program computer, nicknamed Baby, was built in Manchester, England, and it filled an entire laboratory. Today, my husband and I own two desktops, two laptops, two ipads, and five cell phones, none of which is named Baby. If we, with a combined age exceeding 120, can be so dominated by technology, the world has changed, absolutely. Today, virtually all of society s records start life in digital form. But computers, the Internet, and social media networks are more than tools, and their impact is more than technological. They are drivers for social and organizational change. They have transformed how people conduct their business and personal lives, how they interact, and how they document their actions, transactions, and communications. Widespread access to digital and social media tools not just in developed countries but everywhere in the world is breaking down hierarchical models of governance, changing the essence of social interaction, and giving people a freedom as individuals and within organizations to create, change, destroy, share, and keep their ideas, their images, their records however and wherever they wish, whether those records are innocent byproducts or intentional creations. A complete rethink The products of these digital communications and interactions the documents we archivists so want to preserve for posterity are now directly in the hands of their creators. The custodial, mainstream recordkeeping institution which traditionally did not consider taking records into archival custody until years after they were created is an increasingly precarious model in this new documentary reality. In a digital age, waiting to take possession of old records whether official or personal is to fight a losing battle. To ensure digital records are available for use today and in the future, archivists need to undertake a complete rethink about the concept of archival custody, and make a radical move away from butchers, grocers, or bakers. So, we return again to our question. What is the role of the archivist in documenting this digital society? The suggestion is that more and more people individuals, organizations, governments are documenting themselves, and that, therefore, the dynamics have changed. I would argue, though, that groups within society have always documented themselves, if they have the capacity, the technology be it pen and paper and the need or desire to do so. Governments created reports and memoranda themselves, and they still do. Businesses created financial statements and press releases themselves, and they still do. Families took photographs themselves. And individuals wrote letters and diaries themselves. And they still do. Documentary products are neither physical nor static What is different, from a recordkeeping perspective, is not that groups and individuals within society do or do not document themselves.what is really different is, first, that so many members of society are documenting themselves, in such diverse ways and for so many reasons, and, second, that their documentary products are neither physical nor static. Which means, to add a third point of distinction, that archivists can no longer depend on a traditional linear process: acquisition before preservation, preservation before description, description before access. 027

27 028 Today, access generally happens first, before description. And description may not happen at all. How many of us have a dozen or more different digital photographs, downloaded at various times from our cameras onto our computers, several of which share the same auto-generated title DSC-011 or IMG-002? Further, in this digital world, preservation may not be a conscious act of setting aside but instead the result of digital multiplication and mass dissemination. Storage in and access through an archival repository may in fact never happen at all. Let me illustrate the reality. It is estimated that the number of cell phones in the world will read 7.3 billion this year. This means that there will be more cell phones in use than there are people on the planet. I cannot argue that statistic. My two-person household alone contributes five phones to the count. And we don t just use those cell phones to talk, do we? Individuals, in their work and home lives, are using the multiplicity of apps and tools on their cell phones and other mobile devices to create and share documents, from photographs to videos to blog posts to tweets. The average person spends more than 11 hours a week dealing with . Over 100 hours of video are uploaded to YouTube every minute. As of last week, Queen Elizabeth has a twitter handle. The world has come a long way from a computer named Baby. These digital products these documents, records, and archives are eternally changeable. That is their joy and their curse. As David Fricker, Director General of the National Archives of Australia and President of the International Council on Archives, has said, paper is patient; digital is not. I would say that paper is quiet, digital is noisy. Paper waits for you. Digital runs away and leaves you in the dust. So if people in society are documenting themselves, and if what they document is ever-changeable, the archivist can no longer wait for records to be created and used and then to become archives sometime later, so that they can be acquired and preserved. We let wine age in the cellar for ten years; we cannot do the same with digital records. What then is the role of the archivist? Evidence Well, I m still not ready for the question yet. Let us first consider not the role but the goal. What are archivists trying to do? What is our vision, our mission? I suggest that our goals is to protect documentary evidence not information, but evidence in order to support accountability, foster identity, and nurture individual and collective memory. Our goal is to ensure that records are preserved somewhere; that the records are authentic and reliable; and that enough of them the aggregations are preserved in order to provide society with a measure of truth: the truth that is captured in the who, what, where, when, and how. It is then up to society to interpret and reinterpret that evidence to decide their own truth about why. So, to achieve that goal in the digital age, when everyone is his or her own record maker and record keeper, what is the archivists role? Or, really, what are the archivists roles, for there can be many. In order to distinguish those roles, we need to start by looking at the records themselves in a new light. I believe that we need to define records not only by who created them, what they are about, or where they are stored but also, and perhaps more critically, by their measure of accountability and enduring value. Some records have high, enduring accountability and enduring value. To me, these are, for example, the records of governments, educational institutions, nuclear power plants, oil and gas producers, or regulatory agencies. These records were created by bureaucracies one can say they were OF bureaucracies but they are ABOUT the people, and they

28 document decisions that may significantly affect the lives, health, and welfare of those people. Society relies on those records to hold those agencies to account for their actions and decisions, on behalf of the people. The archivist responsible for these high-risk records may serve as custodian or controller, applying what I believe should be strong and enforceable regulatory requirements not just for keeping good records but for making good records, helping to hold the agency to account by ensuring that it meets its obligation for accountability and transparency. Other records present a lower risk, but they may still have enduring value. The records of service industries, community groups, and professional or social organizations come to mind. Again, these are the records OF corporate agencies, but they are ABOUT people. The risks that they reflect may be lower, and the enduring value of the evidence may be as much social and cultural as legal and regulatory. The role of the archivist would be to manage those records, on behalf of the creating agency, for both their evidential and informational value. If that agency ceased to exist, the materials should find their way into another repository one that commits to collecting and acquiring archives as evidence for posterity. A wild west Still other records creators, while undoubtedly important to society, are not high-risk entities. Individuals and families, artists and academics create records that speak volumes about their lives and times. Their records are OF them and they are ABOUT them. These records may live outside of traditional institutions, in a wild west of personal or community recordkeeping systems. Preserving these materials in collections-oriented repositories may be an option if the creators do not choose to manage those records themselves. But more and more, the role of the archivist in this scenario is not to wait for the materials to make their way to custodial care but to intervene, actively, in the process of records creation and management, in order to help the creator ensure that these very personal records are protected with their authenticity intact. You will notice, perhaps, that I am speaking more of records than archives, and of recordkeepers as well as archivists. I believe that the division constructed by our profession between records (by which we suggest current ) and archives (by which we imply historical ) simply does not work in a digital age. In truth, people think of records as new and archives as old. If archivists keep talking about archives and do not explain the link with records, people will assume the focus is on dusty, old, and archaic stuff, not on valuable documentary evidence of actions and transactions. People do value archives, as evidenced by the overwhelming surge of interest in genealogy, family history, and community heritage. But they do not clearly understand the link between current records and historical archives. They do not fully appreciate that in a digital age, the electronic records they are making today will be lost if they are not protected now. It is the loss of the personal, not the bureaucratic, that I fear the most. When I discovered the records of my great uncle Frank, who lies in a grave 300 kilometres from here, I found the records of bureaucracy. I found digital copies of his official attestation papers showing that he joined the Canadian Over-seas Expeditionary Force on January 6, I found copies of ledgers from the Imperial War Graves Commission showing where and when he was buried. And I found a digital image of the confirmation of inscription, showing that his mother Minnie requested that his headstone be inscribed with Blessed Are They Who Die in the Lord. 029

29 030 In my search, I found records ABOUT Frank, but I did not find any evidence OF Frank. I found the records that Canadian and imperial bureaucracies created to manage Frank the soldier, but what I have not found, yet, are the records that Frank and his family created as part of the life of Frank the man. I am sure he must have written letters home to his mother. Perhaps he took photographs with his comrades. Maybe he wrote to a sweetheart. I can see Frank s handwriting on the digital copy of the Army forms, and I can see his signature on the attestation page, but in the language of diplomatics, he may have been the writer, but he was not the author. I cannot see anything that reveals Frank the man. It is the tragedy of my family that I do not know if such personal records might have existed, let alone where to look for them today. I am truly grateful to Library and Archives Canada for performing its custodial duty to protect the bureaucratic evidence, unchanged, of Frank the soldier. But I am also deeply grateful to a billion dollar corporation Ancestry.com and to the people who work so diligently, many of them volunteers pursuing a calling to history, for making it possible for people like me to find records like these, to make the connections to our personal and community stories, because while Library and Archives Canada kept the records and digitized the records, Ancestry built the linkages from the known to the unknown, linkages that would not be possible without computer technologies. Lone Arrangers The success of Ancestry, the success of other digital access and preservation tools, will be built not on the work of solitary archivists in small, isolated repositories the Lone Arrangers, as we call them in North America but on the combined efforts of large, complex, and integrated teams of specialists in areas as diverse as information management, computer programming, auditing, security, privacy, and business administration. This team will be joined by the public what American National Archivist David Ferriero calls the citizen archivist who are perhaps the most important part of the group. In my vision of an archival future, this integrated team will come together to protect and make available the records of society, so that people like me can find evidence not only of what we know about my grandfather, perhaps, but also of what we do not already know such as about the life, and death, of my Great Uncle Frank. In the future, there may well be no analog records for Library and Archives Canada to digitize and Ancestry to index. In the digital world, archivists must work as part of this team, not as Lone Arrangers, to ensure that the born digital records of today are preserved made accessible in the future, so that my brother s grandchildren can find me, Great Aunt Laura, a century from now. And this is not a hypothetical utopia. I have a great niece already. She is two and a half, her name is Claire, she is adorable beyond belief, and she lives in Germany talk about the irony of that. Archivists must participate in the creation and preservation of digital records from the beginning as corporate recordkeepers, information managers, knowledge managers I don t care what they are called as long as they know what they are doing to preserve authentic and reliable evidence. When archivists can help from the start, as part of a diverse team of experts, we have a much better chance of achieving the future I envision. A large part of this work will not be to control archives in custody but to support the creation and management of records in the distributed, digital world of today, which means the

30 archival role will be increasingly advisory. Client-based records and archives consulting, similar to the work performed by lawyers and accountants, will, I believe and hope, become a mainstream career option. In this age where bits and bytes are replacing cellulose and ink, the best way to assist records creators to manage their increasingly chaotic sources of evidence, and help to ensure that at least some of those materials find life everlasting as archives, is to engage, actively and persistently, with our communities. We cannot wait for them to come to us. We must go to them. Reach out We must reach out to the public, who not only need to understand the value of records and archives but also, and more importantly, to participate actively in their care. Instead of trying to do the job for them, we need to make it easier for them to do the job themselves. Many, many more of us need to become facilitators and advisors, consultants and counsellors, instead of sitting in bureaucratic offices waiting and hoping for archives to come to us. But we need to do two other things. First, we need to raise awareness of the value of records and archives across society. We need to talk to school children, not just corporate bosses. Second, we need to participate actively in building tools that will make records creation and records preservation and description and access much easier for the average person. In this regard, I see a direct parallel with the recycling movement. Today, recycling is a given. Blue bins and compost buckets are universal. In North America, we have a catch phrase reduce, reuse, recycle that even little children know by heart. When people in my home town see a little triangle on our plastic water bottle, on our milk jug, or on our box of printer paper, we automatically think recycle. How on earth, no pun intended, did we get from a time when we thought nothing of tossing milk cartons into the garbage to a time, now, when we instinctively look for a recycling bin every time we need to dispose of something from a newspaper to a juice container? I believe this change happened because the visionaries of the recycling movement, did two things: one, they raised awareness of the importance of recycling, and two, they developed mechanisms to make the job easier. They convinced people that it s good to recycle, and they facilitated the task by inventing recycling boxes, compost buckets, and recycling depots. Today, when we see a little plastic triangle, it speaks volumes to us, as does the deposit on our drinks containers, and the line so common at the bottom of the s sent by my bank and my telephone company, that says before printing, think of the environment. I want to pursue the same strategy for the protection of digital records. We need to create a culture where people understand, implicitly, the importance of the recordkeeping equivalent of Reduce, Reuse, Recycle. The message I want to convey, the words I want children to repeat to their parents on the way home from school, are these: Remember, Respect, Record. What if, when you received an from your bank or your telephone company, at the bottom of the message was a line of text? But instead of saying before printing, think of the environment, it said before deleting, think of the future. How marvelous would that be? Facilitate We also need to create the tools to facilitate that preservation and access. Records and archives professionals have developed amazing tools for archival description, interpretation, and access. 031

31 032 But we have made those tools for ourselves as much as for anyone. They serve our custodial environments, not the creators of records. At the same time, a world of software developers are creating systems that manage documents and records, but too often those tools include few or no requirements for documentary authenticity or reliability. Archivists have to work with these industry partners to design user friendly, effective tools for records creation, preservation, dissemination, and use, tools that protect the integrity of records throughout their life. And then we have to share those tools, which means relinquishing control. We have to become facilitators more than custodians, so that we can help communities manage their own records. We can then step in with custodial care when communities cannot achieve success themselves, or when they wish to contribute to wider social networks. If we help to create strong tools, and we make people aware of the value of records for accountability, identity, and memory, I believe we can help society achieve my watchwords of Remember, Respect, Record. Society is documenting itself So finally, to answer the question I was brought here from Canada to consider. The archivists role in documenting society, in an age when society is documenting itself, involves four tasks. First, to keep in custody when circumstances allow, which will be less and less often. Second, to facilitate, guide, and advise when circumstances do not, which will be more and more often. Third, to build the tools that help societies document themselves, to the standards archivists expect in order to ensure records remain authentic and reliable. And finally, to raise awareness across society of the critical value of records as evidence, and the incredible benefits they bring to individuals, families, and communities. Only by making people aware of the great documentary wealth they hold literally in the palm of their hands, can we truly help today s communities achieve accountability, foster their own identity, and preserve their collective memory. If the end result of that awareness raising is that people protect their personal and family records themselves, instead of waiting for bureaucratic institutions like state or national archival repositories to do it for them, then I for one will let out a great cheer. As David Gauntlett, of the University of Westminster, and the keynote speaker at this afternoon s conference, has argued before and I suspect will argue again today, society is seeing a shift from what he calls a sit-back-and-be-told culture to a making-and-doing culture. Let us support that shift in the archival world by relinquishing our custodial predisposition. If we are successful, then perhaps people will recognize the value of their family stories and will treasure their family s documentary records, using the tools and technologies we help create. Then perhaps the families of the future will know more about their past, which is something that eluded me until I was able to discover Great Uncle Frank in a digital database. I am so grateful to discover those records ABOUT Great Uncle Frank, courtesy of an enormous team of archivists, computer technicians, historians, and volunteers at Library and Archives Canada and Ancestry.ca. Now, I shall continue the search for the records OF Uncle Frank, and perhaps someday I will find something that tells me what it was to be Frank the man as well as Frank the soldier. And when I leave Amsterdam at the end of this wonderful visit, my husband and I will drive to the Railway Dugouts Burial Ground near Zillebeke. We will walk past the more than 2400 headstones in that cemetery, until we get to Plot 6, Row B, Grave 40. There, I will meet Great Uncle Frank. I will use my cell phone to take a photograph of me by his headstone, and I will tweet that photograph to my small group of followers, both

32 family and friends. If you follow me you will see that image and join me in that experience. And, then perhaps, with the help of digital technologies, I will start to construct the documentary connections I imagine for my Great Niece Claire and her generation. Thank you. 033

33 Pitcrew Cartoon Lauren Romijn

34 035

35 036 Documenteren van de wild frontier Charles Jeurgens De vermogende Franse bankier Albert Kahn ( ) was zich als geen ander bewust hoe snel de samenleving waarin hij leefde, veranderde. Bang om definitief kwijt te raken wat zo lang gewoon was geweest, stelde hij een belangrijk deel van zijn leven en fortuin in dienst van het documenteren van de samenleving die in hoog tempo aan het verdwijnen was. Zijn doel was een iconografisch geheugen van de mensheid samen te stellen en hij stuurde daartoe fotografen en camerateams de hele wereld over. Tussen 1909 en 1931 documenteerde hij op die manier niet alleen de grote gebeurtenissen van zijn tijd zoals de ineenstorting van de Oostenrijks-Hongaarse monarchie en het Ottomaanse rijk of het verloop van de Eerste Wereldoorlog maar legde hij ook kleine gebeurtenissen vast als het leven in de Keltische dorpen in Ierland of aspecten van het dagelijks leven in India. Tot de economische crisis in de jaren dertig plotseling een einde maakte aan zijn fortuin, verzamelde Kahn ruim autochroom platen en meter film geschoten in niet minder dan vijftig landen. Zijn grote project kreeg bekendheid als the archives of the planet. Kahn was zeker niet de enige die probeerde de samenleving te documenteren. In Duitsland kreeg het project Menschen des 20. Jahrhundert van kunstenaarfotograaf August Sander ( ) als een poging de volledige maatschappelijke orde van de jaren twintig en dertig van de 20e eeuw in kaart te brengen grote bekendheid. En in het Engeland van de jaren dertig begonnen de antropoloog Tom Harrisson ( ), de dichter Charles Madge ( ) en de documentairemaker Humphrey Jennings ( ) onder de naam Mass Observation Project, een decennia durend programma om het alledaagse in Engeland vast te leggen. Stuk voor stuk sympathieke maar door hun alomvattende streven ook onmogelijke pogingen om de samenleving te documenteren. Hoe documenteren archivarissen de samenleving? In het atelier Documenteren van de Samenleving stond die vraag centraal. De Canadese archiefwetenschapper Laura Millar heeft een belangrijk en richtinggevend stempel gedrukt op dit atelier. In oktober 2014, toen het atelier net van start was gegaan, hield ze een lezing voor de KVAN waarin ze haar ideeën over de rol van de archivaris bij het documenteren van de samenleving uiteenzette, gaf ze workshops voor de deelnemers van het atelier en tijdens de afsluitende bijeenkomst in januari was ze aanwezig via een videopresentatie waarin ze de conclusies die ze eerder in haar lezing al had verwoord nog eens herhaalde. In de onderzoeksrapporten en presentaties van de atelieronderzoeken wordt regelmatig gerefereerd aan de zienswijze en conclusies van Millar. Haar visie op de rol van de archivaris lijkt het theoretische raamwerk te hebben gevormd voor de onderzoeken die binnen het atelier zijn uitgevoerd. Alleen al om die reden is het van belang om wat langer stil te staan bij de ideeën van Millar. Dat doe ik door eerst de zienswijze van Millar over de rol van de archivaris bij het documenteren van de samenleving nog eens samen te vatten om vervolgens op een aantal van haar uitgangspunten en haar aanbevelingen te reflecteren. De vier rollen van de archivaris Millar stelt dat de samenleving zich in toenemende mate zelf documenteert en ze vraagt zich af welke rol archivarissen daarbij nog hebben. De wereld van de archivaris is door de digitale revolutie sterk veranderd. De nieuwe technologie in de vorm van en social media heeft, in de woorden van Millar, de sociale interactie tussen mensen fundamenteel veranderd. De hiërar-

36 chische bestuursstructuren worden in rap tempo afgebroken aangezien mensen tegenwoordig rechtstreeks met anderen communiceren en zelf bepalen wat ze creëren, vernietigen, delen en bewaren. Iedereen is zijn of haar eigen archiefvormer en archiefbeheerder geworden. Het ligt dan ook voor de hand om de rol van de archivaris in de informatiemaatschappij door deze veranderingen eens tegen het licht te houden. In de samenleving die zich in toenemende mate zelf documenteert ziet Millar vier rollen voor de archivaris weggelegd. Geheel in de Angelsaksische traditie benadrukt ze dat archiefbescheiden (records) niet zomaar informatie zijn, maar dat ze de kwaliteit bezitten om bewijs te leveren, verantwoording af te leggen, identiteit te vormen en het individueel en collectief geheugen te ondersteunen. De traditionele rol van de archivaris als beheerder en controleur ziet ze eigenlijk vooral nog weggelegd voor de archieven met een hoog risico. Dit zijn bijvoorbeeld archieven die activiteiten documenteren die de levens, gezondheid en het welzijn van mensen beïnvloeden en om die reden van goede kwaliteit moeten zijn (waarbij de archivaris een rol heeft als adviseur voor goed records management) en altijd beschikbaar moeten zijn (waarvoor de archivaris in de rol van beheerder zorg draagt). De meeste archieven behoren echter niet tot de categorie met een hoog risico. Met betrekking tot archieven met minder risico ziet Millar de archivaris vooral als adviseur die organisaties helpt goed records management te voeren om op die manier de belangen van de archiefvormer veilig te stellen. Deze archieven kunnen wel degelijk van betekenis zijn om te behouden, maar ze hoeven niet noodzakelijkerwijze beheerd te worden door archiefinstellingen. Millar ziet de archivaris in een derde rol als medeontwikkelaar (samen met burgers en bedrijven) van praktische hulpmiddelen. Die moeten het voor de samenleving mogelijk maken zichzelf te documenteren op een manier die beantwoordt aan de archivistische standaarden. Die archivistische standaarden zorgen ervoor dat archiefbescheiden authentiek en betrouwbaar zijn en blijven. Tot slot, zo zegt Millar, zouden activiteiten van archivarissen erop gericht moeten zijn om het bewustzijn in de samenleving te vergroten met betrekking tot de voordelen en het nut die archieven bieden aan individuen, families en gemeenschappen. Een samenleving die zich in toenemende mate zelf documenteert? Het punt waar ik uitgebreid bij wil stilstaan is de veronderstelling dat de samenleving zich in toenemende mate zelf documenteert. Waar is die opvatting op gebaseerd? En, nog belangrijker, wat betekent een samenleving die zichzelf documenteert in deze context? Het is duidelijk dat Millar ervan uitgaat dat naarmate wij (als individu en in georganiseerd verband) meer gebruik maken van de digitale media, we steeds meer informatie vastleggen. Betekent dit dan ook vanzelf dat de samenleving zichzelf documenteert? Het is onmiskenbaar dat we steeds meer informatie genereren en die met steeds meer mensen delen. We maken daarvoor op grote schaal gebruik van internet, social media (wereldwijd maken in 2015 circa 2 miljard mensen gebruik van de sociale media) en andere platforms zoals bijvoorbeeld Youtube. Tot op het maniakale af leggen we allerlei gegevens over onszelf vast (selfies, tweets) en delen die met vrienden en onbekenden. Dit vastleggen en delen is een belangrijk kenmerk van de hedendaagse informatiecultuur geworden. Als Millar onder documenteren dit soort vastleggen en uitwisselen van gegevens verstaat, kan inderdaad worden gesteld dat de samenleving of althans de mensen en organisaties in die samenleving zich in toenemende mate documenteren. Millar is echter niet duidelijk over wat ze precies onder documenteren 037

37 038 van de samenleving verstaat. De samenleving is immers een abstractie die bestaat uit de optelsom van individuen die op een functionele manier met elkaar interacteren. De samenleving documenteren betekent vanuit die invalshoek een gerichtheid op het vastleggen van de interactie die tussen individuen en tussen groepen bestaat. Je zou op het eerste oog kunnen denken dat de netwerkgerichte communicatie via bijvoorbeeld de social media helemaal in dat stramien past en dat de samenleving zich zelf dus inderdaad wel documenteert. Toch plaats ik daar vraagtekens bij. Het netwerk laat zolang de technische infrastructuur intact blijft misschien wel zien met wie informatie is gedeeld en met wie op welke wijze is gecommuniceerd, maar het zijn individuen die informatie plaatsen en delen. Het documenteren van de relaties blijft afhankelijk van de individuele keuzes die mensen maken. Ze kunnen informatie immers ook verwijderen en aanpassen en er zijn weinig regels en waarborgen die het voortbestaan van informatie garanderen, al moet tegelijkertijd worden gezegd dat het verwijderen van informatie die via internet met de wereld is gedeeld evenmin een sinecure is. Viktor Mayer-Schönberger heeft dit laatste op indringende wijze laten zien in zijn boek Delete. De moderne informatiesamenleving heeft door dit alles alle kenmerken van een wild frontier, een frontier die sinds de digitale revolutie zelfs terrein heeft gewonnen op de tot voor kort zo strak gemodelleerde Weberiaanse kantooromgeving. Immers, ook binnen die kantooromgeving is de individuele ambtenaar of medewerker steeds meer zijn eigen archiefvormer en archiefbeheerder geworden. Daarmee is echter niet gegarandeerd dat de meest basale functies die door informatieprofessionals werden bestierd ook zijn geborgd. De belangrijkste professionele zorg van informatiespecialisten als archivarissen en records managers was er immers op gericht te verzekeren dat gemaakte documenten beschikbaar blijven voor zolang dat nodig is. Met andere woorden: er is een groot verschil tussen documenteren in de vorm van vastleggen van gegevens en documenteren in de vorm van beschikbaar houden van gegevens. Een voorbeeld van recente datum kan dit verduidelijken. Nadat op 17 juli 2014 de vlucht MH17 van Amsterdam naar Kuala Lumpur boven de Oekraïne tot een vroegtijdig einde kwam waarbij 298 mensen om het leven kwamen, postte de Oekraïense pro-russische separatist Igor Girkin, die beter bekend staat onder de naam Strelkov, het bericht op VKontakte (de Russische variant van Facebook) dat ze zojuist een Antonov 26 hadden neergehaald met daarbij een link naar een video waarop beelden te zien waren van een neergehaald vliegtuig. Enige uren later, toen duidelijk werd dat het neergeschoten toestel geen Antonov was maar de Boeing777 van Malaysia Airlines verwijderde Strelkov zijn bericht op VKontakte. Twee weken eerder had Anatol Shmelev, collectiespecialist voor Rusland aan de Hoover Institution Library and Archives van de Stanford University voor het Internet Archive een lijst van Oekraïense en Russische websites en blogs gemaakt die de moeite waard waren om in het Internet Archive op te nemen. Daar zat ook de pagina bij die Strelkov op de social media site VKontakte bijhield. Shmelev schreef aan het Internet Archive dat Strelkov één van de hoofdrolspelers in het Oekraiense conflict was en dat om die reden zijn pagina deserves to be recorded twice a day (Lepore, 2015). Dankzij die actie is een screenshot van Strelkov s oorspronkelijke bericht in het Internet Archive terechtgekomen en vormt het daarmee het enige bewijs van Strelkov s bericht. Blogpost van Strelkov op het Internet Archive

38

39 040 Wat maakt dit voorbeeld nu duidelijk? Het plaatsen van berich- ten door Strelkov op de social media kan worden beschouwd als een vorm van documenteren die zich voltrekt in de wild frontier. Het is Strelkov zelf die berichten plaatst, verandert en verwijdert. Het individu dat zichzelf in het openbare domein documenteert doet dat vanuit allerlei particuliere motieven en belangen, die vanuit het perspectief van het documenteren van de samenleving, het grotere geheel, problematisch kunnen zijn. Het is in dit voorbeeld te danken aan het geïnstitutionaliseerde, op het documenteren van de samenleving gerichte initiatief van het Internet Archive, dat de zelf documenterende activiteiten van Strelkov in het publieke domein op een systematische wijze geregistreerd werden. Dat gebeurde niet automatisch, maar nadat iemand met kennis van het Oekraïense conflict de webpagina van Strelkov aanmerkte als het documenteren waard. Hiermee is een dimensie aan het documenteren van zichzelf toegevoegd die als een bewuste vorm van documenteren van de samenleving kan worden gezien. Het voorbeeld illustreert waarom ik liever niet spreek van een samenleving die zich in toenemende mate zelf documenteert. We kunnen zeggen dat mensen zichzelf in toenemende mate documenteren, maar voor het werkelijk documenteren van de samenleving blijft mijns inziens toch een actie van buitenaf nodig, al was het alleen maar om te voorkomen dat het documenteren van het eigen handelen steeds verder wordt opgeschoond ten behoeve van het particuliere kortetermijnbelang. De zichzelf documenterende mens In Pompeï zijn nog zo n verschillende graffiti terug te vinden. De mensen die hun boodschappen zo n 2000 jaar geleden in muren en vloeren kerfden hadden misschien wel gehoopt maar nooit kunnen bevroeden dat hun sporen zo veel eeuwen later nog steeds gelezen kunnen worden. Ze vormen een mooi bewijs van de onbedwingbare en universele behoefte van de mens om tekenen van zichzelf na te laten. Je zou het een primitieve, maar nooit verdwenen vorm van zichzelf documenteren kunnen noemen. Tweets zijn in zekere zin te beschouwen als de digitale variant van de in steen gekerfde graffiti en sinds de Library of Congress zich heeft ontfermd over het voortbestaan van alle tweets die iedere dag weer in de Verenigde Staten worden verstuurd (en dat zijn er gemiddeld zo n 400 miljoen per dag), is de kans groot dat deze beschikbaar blijven voor de toekomst. Door de actie van de Library of Congress vallen het individuele documenteren en het documenteren van de (facetten van) de samenleving voor een deel samen. Mensen documenteren zichzelf op vele manieren. Naar de wijze waarop individuen zich documenteren is het nodige onderzoek gedaan. Het blijkt dat mensen een toenemende behoefte hebben om dingen over zichzelf vast te leggen wanneer een versnelling van het leven plaatsvindt. Dat laatste lijkt zeker van toepassing op onze tijd met de enorme veranderingen die de digitale revolutie teweeg heeft gebracht. Maar ook eerder in de geschiedenis zijn pieken waar te nemen. Geïnspireerd door het werk van Reinhardt Koselleck en Maurice Halbwachs hebben de Rotterdamse historici Baggerman en Dekker onderzocht hoe mensen zichzelf in de loop van de tijd hebben gedocumenteerd. Ze stellen vast dat de 19e eeuw een exponentiële toename kende van egodocumenten maar ze rekenen af met het idee dat dit het gevolg was van een bovenmatige gerichtheid op het eigen gevoelsleven. Naast persoonlijke verslagen troffen ze dagboeken en andere egodocumenten aan die op een welhaast zakelijke manier waren ingericht, vooral een feitelijke inhoud kenden en allesbehalve een obsessieve preoccupatie met het emotionele zelf

40 tentoonspreidden. Volgens de Duitse historicus Koselleck zorgde de grote politieke, sociale, technische en economische ontwikkelingen uit de periode tot een breuk in het denken over heden en verleden en een groeiend geloof in de maakbaarheid van de wereld met alle onzekerheden van dien. De behoefte om steeds meer dingen uit het eigen leven vast te leggen niet noodzakelijkerwijze dingen die het gevoelsleven betreffen verklaart Koselleck als een poging om ervaringen te controleren, waarop niet op grond van eerdere ervaringen kan worden geanticipeerd (Baggerman & Dekker, 2004:18). Dit beeld van de 19e-eeuwse burger die meer en meer over zichzelf vastlegt, past in een ontwikkeling van groeiende informatieproductie waarvan de wortels in diezelfde negentiende eeuw liggen. In pogingen om alle kennis van de wereld te catalogiseren en in alomvattende systemen te vangen nemen pioniers als de Amerikaan Melvil Dewey ( ) en de Belgen Paul Otlet ( ) en Henri La Fontaine ( ) een vooraanstaande plaats in. Het meest tot de verbeelding sprekende project is wel de megalomane onderneming van Otlet en La Fontaine die zich inspanden om een reusachtige catalogus te maken van alles wat ooit was vastgelegd. Het was hun doel om alle documenten die ze verzamelden bij elkaar te brengen in het Brusselse Palais Mondial, later bekend geworden als het Mundaneum. Het enorme systeem dat toegang bood tot de verzamelde kennis bestond uit circa 15 miljoen systeemkaarten en wordt tegenwoordig graag beschouwd als het papieren internet. Dewey, Otlet en La Fontaine staan daarmee aan de wieg van de documentation movement, een beweging van bibliothecarissen en documentalisten die vanaf de jaren dertig van de 20e eeuw probeerde om betekenisvolle toegangen te bieden op de almaar groeiende hoeveelheid informatie die werd geproduceerd. Het belangrijkste boegbeeld van deze beweging was de Franse bibliothecaris en informatiewetenschapper avant la lettre Suzanne Briet ( ) die de veelzeggende bijnaam madame documentation kreeg. Zij beschouwde archivarissen, bibliothecarissen, museum conservatoren en documentalisten weliswaar allemaal als beoefenaars van verschillende disciplines, maar ze hadden in haar optiek een belangrijk ding gemeenschappelijk: ze wilden anderen van betekenisvolle informatie voorzien. Hoewel de personal computer nog moest worden uitgevonden, spreekt ze in haar bekend geworden manifest Qu est-ce que la documentation? uit 1951 van de mens als homo documentator die zich met nieuw ontwikkelde technieken voorziet van een nauwelijks te bevatten overvloed aan documenten in getypte en gedrukte vorm maar ook foto s, films en microfilm. In dat manifest zet ze op meesterlijke wijze uiteen wat ze onder documenteren verstaat. Dat doet ze door het verband tussen de werkelijkheid en het documenteren van de werkelijkheid uit te leggen. Zo stelt ze de vraag of een ster die aan het firmament schittert, een kiezel die met een krachtige stroom wordt meegevoerd, en een levend dier dat ergens in de woestijn leeft documenten zijn. Het antwoord is even eenvoudig als duidelijk: dat zijn geen documenten. Wel documenten zijn foto s van sterren, kiezels in een museum of dieren die gecatalogiseerd zijn en in een dierentuin worden getoond. Aan de hand van een voorbeeld laat ze zien dat er een hele stroom documenten gecreëerd wordt als er bijvoorbeeld een nieuwe dierensoort wordt ontdekt in Afrika. Het dier wordt mogelijk gevangen en in een Franse dierentuin geplaatst, er wordt een persbericht uitgegeven, media besteden er aandacht aan, wetenschappers doen er verslag van, er worden documentaires gemaakt en boeken geschreven en als het beest sterft wordt het opgezet en verhuist het naar een museum en wordt het opgenomen in een zoölogische encyclopedie. 041

41 042 Paul Otlet in het Mundaneum, foto Mundaneum

42 De essentie van documenteren die Briet in haar voorbeelden beschrijft is dat informatie die in documenten is vastgelegd wordt geselecteerd en zodanig wordt beschreven dat ze bewaard blijven en gebruikt kunnen worden. Documenteren is in essentie het brengen van documenten uit de wild frontier naar een beschermde, geïndexeerde omgeving met de intentie om de informatie te laten voortbestaan. De archivaris in het informatietijdperk Archivarissen hebben door de ongekende wijze waarop individuen zichzelf in onze tijd documenteren ook ongekende mogelijkheden om de samenleving te documenteren. De rollen die ik voor de archivaris weggelegd zie in het documenteren van de samenleving, hebben te maken met de professionele opgave om een representatieve afspiegeling van de documentaire voetafdruk die deze samenleving produceert aan volgende generaties door te geven. Hoewel ik kritisch ben ten opzichte van het zelfdocumenterend vermogen van de samenleving, kan ik wel in grote lijnen meegaan met de manier waarop Millar de rollen van de archivaris definieert. Haar kijk op de rol van de archivaris past in het grotere beeld van meer pluriformiteit van archiefvorming en archiefbeheer. De archivarissen die in de archiefinstellingen van het openbaar archiefwezen werkzaam zijn, hebben tot nu toe een dominante rol gespeeld in de ontwikkeling van het professionele handelen van de archivaris. De nadruk lag daarbij steeds op het in beheer nemen van overheidsarchieven aangevuld met vaak op passieve wijze verkregen archieven uit de private sector. Die traditioneel custodiale benadering en die eenzijdige gerichtheid op overheidsarchieven komt steeds meer onder druk te staan. Alle analyses wijzen erop dat de traditionele verdeling van de samenleving in een overheidsdomein en een particulier domein niet langer recht doet aan de ingewikkelde werkelijkheid die steeds meer de vorm van tijdelijke netwerken aanneemt. De archivaris die zich uitsluitend beperkt tot het documenteren van hetgeen in het overheidsdomein gebeurt, mist op die manier het meest kenmerkende van onze tijd. Digitalisering zorgt voor een geheel nieuwe dynamiek die onder andere tot uitdrukking komt in nieuwe vormen en nieuwe patronen van communicatie, nieuwe vormen van community building en geheel nieuwe vormen van cultuuruitingen en cultuurparticipatie. Dat betekent dat de cultuurhistorische voetafdruk van de samenleving verandert en archivarissen zullen zich alleen al om die reden moeten bezinnen op de vraag welke digitale voetafdruk zij van de hedendaagse samenleving willen behouden voor de toekomst. Een kenmerkend aspect van de hedendaagse digitale samenleving is het vernetwerkte karakter ervan of zoals Dennis Broeders en Corien Prins de i-samenleving karakteriseren als een conglomeraat van ongelijksoortige actoren die met elkaar in vernetwerkte verhoudingen staan en waartussen informatie rijkelijk vloeit en vermengt: burgers, overheden, NGO s, media, bedrijven, sociale media, cybercriminelen, et cetera (Prins en Broeders, 2011: 45). Het gevolg hiervan is dat de traditioneel-institutionele benadering in de collectievorming niet langer voldoet om de samenleving in zijn diversiteit te documenteren. Het willen doorgronden van de wild frontier en het willen begrijpen van de veelheid aan en veranderlijkheid van samenwerkingsrelaties is een belangrijke voorwaarde om als archivaris het verschil te kunnen maken in het hedendaagse documenteren van de samenleving. Het gaat er zeker niet om alles te bewaren, maar om bepaalde kwaliteiten te behouden. Wat Terry Cook 25 jaar geleden al vaststelde kan nog steeds als een belangrijke leidraad voor het werk van de archivaris gelden: Even if archivists could keep everything, they should not do so. The role of the archivist is to preserve the clearest image possible of 043

43 044 contemporary society and of its records creators by choosing the best records, not to add indiscriminately to the chaos of information explosion by keeping too much or by keeping that which distort or duplicates the image of the past (Cook, 1991: 33). Dat stelt hoge eisen aan het duiden van ontwikkelingen in de samenleving. Waar Cook, geheel in de voetsporen van Booms, de archivaris als de professional beschouwt die door middel van zorgvuldige selectie en acquisitie van archieven een zo scherp mogelijk beeld van de samenleving probeert te construeren, ziet Millar vooral een rol weggelegd voor de archivaris als adviseur en als iemand die anderen bewust maakt van het belang van archieven en pas in laatste instantie als hoeder en beheerder optreedt van een selecte groep archieven waarvan het voortbestaan van bijzondere maatschappelijke betekenis is. Die risicogeoriënteerde benadering in het ontwikkelen van documentatiestrategieën is een interessante vorm van het (ver) delen van verantwoordelijkheden in het documenteren van de samenleving en het beheren van de informatie die hieruit voortvloeit. Iedere documentatiestrategie leidt uiteindelijk tot de vraag wie verantwoordelijkheid neemt om de informatie te beheren. Zonder beheer van het gedocumenteerde kan het voortbestaan ervan immers niet worden geborgd. Documenteren van de samenleving en het beheren van de informatie die daaruit voortvloeit hoeven, zoals Millar terecht stelt, helemaal niet noodzakelijkerwijze door instellingen van het openbare archiefwezen te gebeuren. Het Internet Archive is een goed voorbeeld van een particulier initiatief, maar we kennen dergelijke initiatieven van oudsher. Het huidige Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis, Katholiek Documentatiecentrum en ATRIA zijn daarvan het bewijs. Een van de belangrijkste verdiensten van het archiefatelier Documenteren van de Samenleving is zonder twijfel de hernieuwde poging het thema op de agenda te krijgen. Binnen het atelier werd niet alleen kritisch gereflecteerd op de uitgangspunten van waardering, selectie en acquisitie van archieven; er werd ook gekeken naar wat er op dit gebied buiten Nederland gebeurt. Behalve Millar hebben tal van andere archiefwetenschappers als Terry Cook, Richard Cox, Helen Samuels en Barbara Craig zich in de afgelopen decennia intensief met vraagstukken van waardering en selectie beziggehouden en er wordt in de verschillende vaktijdschriften met regelmaat over gepubliceerd. Steeds weer durven deze wetenschappers de vraag te stellen of archivarissen wel succesvol zijn in het documenteren van de samenleving. De rollen die archivarissen aannemen vormen vanuit die invalshoek een belangrijk thema. Om die rollen te kunnen definiëren is visie nodig en visie komt tot stand door onderzoek, discussie en debat. Wat dit laatste betreft is in Nederland nog een wereld te winnen. Na de tumultueuze PIVOT-periode in de eerste helft van de jaren negentig is het debat over waardering, selectie en acquisitie van archieven binnen Nederland verstomd. De Raad voor Cultuur probeerde de discussie nog wel aan te zwengelen door zich in 2005 kritisch uit te laten over de eenzijdigheid van het Nederlandse archiefbeleid dat zich vrijwel uitsluitend richtte op overheidsarchieven. De door de algemene rijksarchivaris ingestelde commissie waardering en selectie bepleitte vervolgens weliswaar een bredere oriëntatie, maar een fundamenteel debat werd binnen de Nederlandse vakwereld niet gevoerd. Waardering, selectie en acquisitie verdienen intellectuele scherpte en voortdurend debat; dit heeft alles te maken met het verantwoorden van keuzes die archivarissen maken.

44 Leestips Baggerman A. en R. Dekker, De gevaarlijkste van alle bronnen. Egodocumenten: nieuwe wegen en perspectieven in: A. Baggerman en R. Dekker, ed., Egodocumenten: nieuwe wegen en benaderingen. Amsterdam. 2004, Cook, Terry, Many are called, but few are chosen, Appraisal guidelines for sampling and selecting case files, Archivaria 32 (summer 1991), Cox, R.J., Appraisal and the future of archives in the digital era in: Jennie Hill (ed), The future of archives and recordkeeping. A reader. London. 2011, Lee, C.A., I, Digital. Personal Collections in the Digital Era. Chicago Lepore, J., The COBWEB. Can the internet be archived, The New Yorker, 26 januari 2015: (geraadpleegd 25 maart 2015). Prins, C. en D. Broeders, De i-samenleving de maat nemen. Over de consequenties van het WRR-rapport voor de informatiesamenleving in: P. Waters, N. Westpalm van Hoorn en P. Wisse, ed., Interoperabel Nederland. Den Haag. 2011,

45 Representatief is een moeilijk begrip, cartoon Lae Schäfer

46 Sparren met spelbrekers Deviantie als graadmeter voor een evenwichtige archiefcollectie Maaike Lulofs In het kader van het atelier Documenteren van de Samenleving heb ik me georiënteerd op de bemoeienissen van openbare archiefdiensten met particuliere archiefvormers en met andere particuliere actoren. In het bijzonder richt ik me op een groep actoren die ik als devianten wil benoemen. In onderstaande bijdrage licht ik mijn gezichtspunt toe. Ik begin met een korte begripsafbakening en plaats het onderwerp tegen de achtergrond van nationale en internationale ontwikkelingen. Ten slotte verbind ik aan mijn bevindingen enkele suggesties voor onderzoek. Documenteren van de samenleving In het atelier stond de volgende vraag centraal: Wat is de rol van de archivaris in een samenleving die zichzelf documenteert? Deze formulering werd gekozen om recht te doen aan de uiteenlopende wensen, vragen en achtergronden van de verschillende atelierdeelnemers. Een brede vraagstelling kan vruchtbaar zijn in een omgeving waar een vrije gedachtewisseling plaatsvindt. Om elkaar goed te begrijpen, is het vervolgens belangrijk om duidelijk te maken wat men onder de gehanteerde begrippen verstaat. Ik beperk me hierna tot een afbakening van de begrippen die voor mijn oriëntatie relevant zijn: actor, documenteren, samenleving, representatief en deviantie. Voor url s van de webpagina s die deze begrippen omschrijven en definiëren verwijs ik naar het einde van dit artikel. In mijn inleiding gebruik ik de term actor. In de archivistische gedachtewisseling komt dit begrip in een aantal betekenissen voor. Eén daarvan suggereert betrokkenheid bij archiefvorming. Ik gebruik het echter in een ruimere betekenis: iets of iemand die handelt. In relatie tot documenteren van de samenleving gaat het dus om personen, groepen of instellingen die handelen in de samenleving. Definities van het begrip documenteren stellen die activiteit gelijk aan onderbouwen, staven, met bewijsstukken staven, vastleggen van gegevens en verzamelen en vastleggen van informatie. De term samenleving verschilt van het aanpalende begrip maatschappij. Het eerste legt de nadruk op de mensen die er deel vanuit maken, terwijl bij het laatste meer ruimte is voor instituties, staat en staatsinstellingen. Meer dan de term gemeenschap suggereertsamenleving, volgens mij, een fysiek aspect of geografische afbakening. Het Projectplan Atelier Documenteren van de Samenleving sluit, in navolging van Archief 2020 en anderen, aan bij het rapport Gewaardeerd Verleden van de Commissie Jeurgens uit Als antwoord op een breed gevoerde discussie binnen de archiefsector beschrijft dit rapport een methodiek die beoogt recht te doen aan archieven als bronnen voor historisch onderzoek. De commissie richt zich daarbij uitdrukkelijk ook op acquisitie en veiligstelling van particuliere archieven. De aldaar gekozen formulering documenteren van de samenleving is nadien min of meer in zwang gekomen. Het is dus van belang om na te gaan wat de commissie hieronder verstaat. Hoofdstuk 4 van het rapport behandelt de vraag in hoeverre archivarissen de samenleving zouden moeten documenteren. In het bijzonder de formulering van de aangepaste selectiedoelstelling lijkt hier ter zake: De waardering, selectie en acquisitie van archieven moet volgens de commissie als doel hebben het bijeenbrengen en veiligstellen van bronnen die het voor individuen, organisaties en maatschappelijke groeperingen mogelijk maken hun geschiedenis te ontdekken en het verleden van staat en 047

47 048 samenleving (en hun interactie) te reconstrueren (Gewaardeerd Verleden: 37-38). Het gaat er dus om een zo breed mogelijk omschreven publiek de mogelijkheid te bieden om a) de eigen geschiedenis te ontdekken en b) verleden van staat en samenleving en hun interactie te reconstrueren. Dit is een doelstelling die ik vanuit de positie van de openbare archiefdiensten kan onderschrijven. Als overheidsinstellingen hebben zij de zorg voor behoud en toegankelijkheid van authentieke en betrouwbare bronnen over het handelen van de overheid in relatie tot de samenleving. Uit de archivistische literatuur, maar ook uit contacten met archivarissen en andere erfgoedbeheerders, blijkt echter dat de praktijk (in en buiten openbare archiefinstellingen) verder gaat dan het bijeenbrengen en veiligstellen van bronnen. Een evenwichtige archiefcollectie Wanneer het gaat over waardering, selectie, acquisitie en verzamelen valt dikwijls de term representatief. In algemene zin staat dat begrip min of meer gelijk aan vertegenwoordigend (bijvoorbeeld een groep mensen). Een representatieve steekproef van een populatie beoogt relevant te zijn om conclusies uit te kunnen trekken (voor datgene wat men onderzoekt). In ver- band met documenteren van de samenleving is het een moeilijk begrip, want het suggereert de mogelijkheid de contemporaine samenleving in historisch perspectief te door-gronden. De com- missie Jeurgens stelt representatief gelijk aan dat wat gewoon is voor de samenleving en voegt belangrijk, bijzonder en uniek als criteria toe om aan de veelvormigheid van de samenleving recht te doen. BRAIN en KVAN noemen in hun gezamenlijk visierapport archieven maatschappelijk kapitaal (Archiveren is vooruitzien, 2009: 6). Een van hun doelstellingen is: het zorgen voor een evenwichtige Archiefcollectie Nederland die de samenleving in al haar facetten documenteert. De zorg voor een evenwichtige archiefcollectie die de samenleving in al haar facetten vertegenwoordigt; een lastige opgave die ook internationaal de gemoederen bezig houdt. In de Verenigde Staten leidde dit midden jaren tachtig van de vorige eeuw tot de ontwikkeling van de zogenaamde documentation strategy (Snowdon Johnson, 2008). In deze proactieve waarderingsstrategie wordt een afgebakend geografisch gebied, een specifiek thema, proces of maatschappelijk relevant geachte gebeurtenis systematisch in kaart gebracht. Records managers, archivarissen en gebruikers analyseren gezamenlijk zowel het onderwerp zelf als de wijze waarop het in documenten is vastgelegd. Deze analyse vormt de basis voor selectie van documenten voor blijvende bewaring die, indien nodig, gecomplementeerd worden door vervaardiging van nieuwe documenten. Mede door de complexiteit en tijdrovendheid is het succes van deze methode twijfelachtig. Wel heeft ze haar invloed op de waarderingspraktijk doen gelden en bijgedragen aan de internationaal gevoerde discussies binnen de beroepsgroep. De opkomst van deze strategie was ingebed in een ontwikkeling waarbij de aandacht voor minderheden in de samenleving toenam. Een belangrijke impuls was het groeiend besef van de onevenwichtigheid van collecties in archiefbewaarplaatsen. In Canada groeide dit inzicht eerder al, vanaf de jaren 60. Walter Neutel beschrijft hoe de Canadese National Archives sinds 1972 een speciaal programma voor de acquisitie van archieven van etnische minderheden ontwikkelde in zijn artikel uit 1978 ( Geschichte Wie Es Eigentlich Gewesen or Necessity of Having Ethnic Archives Programmes, Archivaria 7). De door de commissie Jeurgens voorgestelde waarderingsstrategie beschouwt particuliere actoren als leveranciers bij het documenteren van de samenleving. Particuliere archieven vormen in deze strategie een aanvulling op de voor blijvende bewaring geselecteerde overheidsarchieven. Vanuit deze

48 achtergrond maakt de commissie onderscheid tussen archiefvormende en niet-archiefvormende actoren. De laatste categorie sluit ze uit als object voor waarderings- en selectiebeleid. Hierin verschilt de commissie van de pleitbezorgers van de documentation strategy en van anderen die zich concentreren op de vertegenwoordiging van minderheidsgroepen binnen de te documenteren samenleving. Een van de toegepaste methodes om een afspiegeling van minderheidsgroepen in de collectie te bevorderen, is de vervaardiging van documenten. Dit gebeurt, bijvoorbeeld, door migranten te interviewen die zelf geen of weinig archief hebben gevormd. Ook in Nederland heeft deze actieve vorm van documentatie zijn intrede binnen archiefinstellingen gedaan in de vorm van oral-history projecten. Dergelijke projecten krijgen methodologische kritiek te verduren met vragen over de borging van authenticiteit en betrouwbaarheid. Principiëler nog is de vraag of archivarissen van openbare archiefdiensten een dergelijke actieve rol moeten spelen. De verruiming van de aandacht tot niet-archiefvormende actoren gaat een stap verder dan de door de commissie Jeurgens voorgestelde aanpak, maar sluit wel direct aan bij het eerste deel van haar doelstelling: de gelegenheid bieden om de eigen geschiedenis te ontdekken. Terry Cook en het vierde paradigma: community archives Openbare archiefdiensten herijken de laatste jaren hun taak ten aanzien van particuliere actoren. Tegelijk vindt er een herijking plaats van de maatschappelijke en professionele rol van archivarissen. Het is misschien niet overdreven om, in navolging van Terry Cook, over een professionele identiteitscrisis te spreken. In zijn artikel uit 2013 ( Evidence, memory, identity and community: four shifting archival paradigms, Archival science, 13) plaatst Cook deze identiteitscrisis in een reeks door hem benoemde paradigmawisselingen. Deze opeenvolgende paradigma s zouden gekenmerkt worden door een focus op achtereenvolgens bewijs en verantwoording, geheugen, identiteit en gemeenschap. De auteur relativeert het gebruik van de term paradigma, evenals de strikte opeenvolging. Hij benoemt ze ook als frameworks of als mindsets. Denkraam is waarschijnlijk de beste vertaling. Dit woord geeft namelijk goed aan dat het hier niet alleen over visie gaat, maar ook over de beperking van het gezichtsveld. Het vierde paradigma is, zo meent Cook, in opkomst. De bijbehorende rol van de archivaris is die van activist en mentor die het proces ondersteunt van participatief archiveren en van een gemeenschappelijke bewijs- en geheugenvorming. Ook uit andere publicaties wordt duidelijk dat archivarissen (en andere erfgoedbeheerders) het accent nu vaak op communities leggen, zowel in de theorievorming als in de uitvoering. Communities, zowel in de betekenis van het Nederlandse woord gemeenschap als in de zin van digitale netwerken, worden vaak beschouwd als vehikel voor identiteitsvorming. In een globaliserende en snel veranderende samenleving, waar traditionele gemeenschappen veelal wegvallen of minder stabiel zijn, zoeken mensen naar nieuwe vormen van samenhang. Eerder al deed een vergelijkbaar concept zijn intrede. Eric Ketelaar gebruikt in navolging van Jeanette Bastian het begrip communities of records. Dit is volgens hem een belangrijk concept, onder andere omdat hiermee de betrokkenheid van archieven en archivarissen bij de vorming van herinneringen en identiteit onderzocht kan worden. In zijn artikel uit 2005 ( Sharing: collected memories in communities of records, Archives and Manuscripts 33) pleit Ketelaar voor het gebruik van de term collectieve geheugens (meervoud) in plaats van de meestal gebruikte enkelvoudsvorm. Ik denk dat dit een zinvol onderscheid is, zeker met het oog op het documenteren van de 049

49 050 samenleving. De huidige focus op community archives verwijst expliciet naar de rol die archieven (kunnen) spelen bij de vorming en documentatie van collectieve geheugens van afzonderlijke groepen in de samenleving, in relatie tot identiteitsvorming. Een bundel onder redactie van Jeanette Bastian en Ben Alexander behandelt uiteenlopende aspecten van dit onderwerp. De bijdragen gaan over zowel online als offline communities in verschillende delen van de wereld. Onder andere stelt men vragen bij de onpartijdigheid van archiefdiensten en wordt er aandacht gevraagd voor de archieven van minderheidsgroepen. In zijn bijdrage aan die bundel ( Conclusion. The archivist and community ) geeft Richard Cox een overzicht van de redenen die het concept communities belangrijk maken voor archivarissen. Hij waarschuwt echter ook voor mogelijke complicaties bij bemoeienissen met communities en hierbij stelt hij: Archives are not [...] just devices to create community, add self-respect or pride, and improve identity of particular societal groups. In fact, if we are doing our job well, we often will hold archival materials challenging the identity or role or even value of other groups. We want the records of both the Association of the Advancement of Colored People and the Ku Klux Klan (Cox, 2009:257). Archiefdiensten en community archives De aandacht voor communities gaat vergezeld van een pleidooi voor een proactieve houding ten aanzien van ondervertegenwoordigde groeperingen in archieven die tot herziening moet leiden van beleid, onder andere ten aanzien van acquisitie. Verschillende auteurs pleiten ervoor tegenwicht te bieden aan marginalisering en uitsluiting. Ook wijst men erop dat overheidsarchieven een eenzijdig beeld van deze bevolkingsgroepen kunnen geven. Als voorbeeld noem ik Ellen Røsjo die in haar artikel ( Majority and minority perspectives in archives selection and preservation, Comma, ) een onderzoek behandelt dat de onvolledigheid en eenzijdigheid van documentatie betreffende immigrantenorganisaties in Noorse openbare archieven beschrijft. Waardevolle aanvullende documentatie vanuit het perspectief van de immigranten zelf is elders te vinden, in archieven van betrokken organisaties en van individuele immigranten. Tegelijkertijd proberen archivarissen wantrouwen te overbruggen van minderheidsgroeperingen ten aanzien van openbare archiefdiensten en de manier waarop die instellingen minderheden representeren. Gebrek aan vertrouwen in vertegenwoordigers van de overheid is vaak diepgeworteld en kan zo sterk zijn dat het zelfs een belangrijke drijfveer kan vormen voor de oprichting van community archives, zoals blijkt uit de publicatie van Diana Wakimoto, Christine Bruce en Helen Partridge uit 2013 ( Archivist as activist: lessons from three queer community archives in California, Archival Science, 13/4). Andrew Flinn, Mary Stevens en Elizabeth Shepherd doen verslag van een experiment in Groot-Brittannië waarbij openbare archiefdiensten met een flexibele houding er in slaagden om minderheidsgroepen voor zich te winnen. Zij deden dit in een project waarbij de overheidsinstellingen samenwerkten met drie particuliere organisaties: een archiefbewaarplaats voor Afrikaanse, Aziatische en Caribische dramatische kunsten, een organisatie die ervaringen van zwarte LGBT (lesbian, gay, bisexual, transgender) groepen in het Verenigd Koninkrijk documenteert en de Migrant and Refugee Communities Forum. Deze en andere voorbeelden wijzen op een zeker succes bij de verbreding van het perspectief van openbare archiefdiensten. Dit leidt tot een verrijking van hun collecties en tot een verruiming van de gedocumenteerde samenleving. De samenwerking van archiefdiensten met (achtergestelde) particuliere actoren is echter niet zonder risico. Uit de

50 literatuur blijkt een voorkeur voor specifieke minderheidsgroepen: etnische minderheden, migranten en de zogenoemde LGBT-groepen. Bij dit verschijnsel zijn, naar mijn oordeel, wel wat vragen te stellen. Misschien zijn de geselecteerde gemeenschappen relatief goed georganiseerd of gewend om voor hun rechten op te komen? Of mogelijk staan zij om andere redenen in het gezichtsveld, bijvoorbeeld omdat zij sympathie of compassie opwekken in hun achterstelling? Welke andere ondervertegenwoordigde (groepen) actoren zijn er? Als samenwerking met maatschappelijke groepen de aangewezen route is om de samenleving in vele facetten te documenteren, is het essentieel dat de selectie van deze groepen veelzijdig is. De methode die men gebruikt bij die samenwerking moet dan ook uitvoerbaar zijn ten opzichte van maatschappelijke actoren die geen sympathie of zelfs weerzin opwekken. De hamvraag (Cox indachtig) is dan: wie wil samenwerken met de Ku Klux Klan? Deviantie als graadmeter Het is uitgesloten dat archiefdiensten de samenleving volledig kunnen documenteren of dat zij volledig onpartijdig te werk kunnen gaan, daar zal iedereen het over eens zijn. Tegelijkertijd klinkt steeds vaker de roep om een evenwichtige en veelzijdige archiefcollectie als afspiegeling van de samenleving. Het is dus zaak om te analyseren hoe veelzijdig die archiefcollectie kan zijn. De grootste belemmering voor de opbouw van die evenwichtige collectie is volgens mij onze kortetermijnblik (ons door tijd begrensde denkraam). Agnes Jonker heeft een waarderingsmodel geïntroduceerd dat een op een langetermijnperspectief geënte benadering bepleit. Haar model beoogt essentiële onderwerpen van de contemporaine samenleving te signaleren vanuit een historisch sociologisch gezichtspunt. In de erkenning dat de perceptie van wat belangrijk is in de samenleving voortdurend verandert, stelt Jonker voor de afstand of de spanningsrelatie tussen wij en zij te hanteren als sensitizing concept. Dit is een sociologisch concept om op zoek te gaan naar nog niet herkende verschijnselen; een soort denkbeeldige voelsprieten. Zij licht dit toe met een aantal historische voorbeelden waaruit blijkt dat wijziging van het oordeel over wat belangrijk is, steeds samenhangt met deze spanningsrelatie (bijvoorbeeld: veranderingen in de maatschappelijke verhouding tussen mannen en vrouwen, acceptatie van religieuze minderheden, spanningen tussen generaties na de Tweede Wereldoorlog). Deze benadering kan helpen om distantie in te bouwen in onze historisch beperkte gezichtsveld bij de waardering van de contemporaine samenleving. Ik denk dat er meer manieren zijn om onze beperkte, tijdgebonden visie op de proef te stellen. In dit verband wil ik het begrip deviantie als graadmeter introduceren. Deviantie is een veelzijdig en gecompliceerd begrip. De meest neutrale betekenis is afwijkend. In de sociologie, psychiatrie en criminologie wordt de term geassocieerd met negatief afwijkend en met norm doorbrekend of dissident gedrag. Deviantie is een van de meest bestudeerde onderwerpen binnen de sociologie. David Downes en Paul Rock geven een overzicht van de verschillende stromingen die zich hiermee bezig hielden in hun studiegids (Understanding Deviance. A Guide to the Sociology of Crime and Rule- Breaking, New York 2011). Historisch gezien is deviantie een instabiel begrip. Gedrag of verschijningsvormen die in een zekere tijd als negatief afwijkend worden beschouwd, kunnen eerder of later binnen de norm vallen en andersom. Dit geldt bijvoorbeeld voor uiteenlopende verschijnselen als homoseksualiteit, ongehuwd moederschap en topless zonnebaden op het strand. Die diversiteit bestaat ook tussen subculturen binnen een grotere gemeenschap. Een invloedrijke stroming binnen de sociologie die zich bezig hield 051

51 Participerende observatie, cartoon Lae Schäfer

52 met het verschijnsel deviantie, is het symbolic interactionism. Sociologen van die stroming onderzochten onder andere de interactie tussen individu en samenleving bij de vorming van de individuele identiteit (zelfbeeld). Met de labeling theory, ontwikkeld door Howard Becker en anderen, vraagt men aandacht voor de invloed die negatieve etikettering van specifieke groepen kan hebben op de vorming of bevestiging van deviant gedrag, op de rol die dit speelt bij sociale uitsluiting en op de rol van machtsuitoefening en dominantie. De analyse van deze sociologen steunt op de etnografische methode (ook als participerende observatie omschreven), een methode die zeker zijn valkuilen kent. Loic Wacquant benoemt deze valkuilen in haar kritiek op drie etnografische studies. Onder andere ligt het risico van een te grote verwevenheid van de onderzoeker met zijn object van onderzoek hier op de loer. Onder het motto de beleveniswereld van de geobserveerde (groep) te willen documenteren kan de relatie tussen beiden zelfs zo symbiotisch worden dat eerstgenoemde nog slechts het gezichtspunt van de geobserveerde(n) kan napraten. Zonder me een eindoordeel aan te matigen over de methodologische merites van deze benadering, wil ik dit risico bij samenwerking van archiefdiensten met gemeenschappen (of: belangengroepen) aanstippen. Stevens, Flinn en Shepherd hebben bij hun experimenten uitdrukkelijk voor de etnografische methode gekozen. In het algemeen dienen archiefdiensten zich rekenschap te geven van deze dreigende valkuil het probleem van going native als zij een samenwerking met particuliere actoren aangaan die verder gaat dan passief of zelfs actief verzamelen. In dat licht pleit ik voor onderzoek naar de mogelijke relatie tussen archiefdiensten en actoren die buiten bepaalde maatschappelijke normen vallen. Een focus op deviantie zou als vinger aan de pols kunnen functioneren. Het gaat hier zowel om de selectie van actoren als voor de wijze waarop men met hen kan of wil samenwerken. Voor deviantie wil ik aansluiten bij de volgende omschrijving: Gedrag dat niet conform is aan een bepaalde norm of geheel van normen, die door een significant aantal individuen van een gemeenschap of maatschappij wordt geaccepteerd. Dit is een andere invalshoek dan de beschouwing van minderheden als groep of cultuur binnen een samenleving in termen van dominantie en achterstelling. Archiefdiensten en sociale devianten Voor mijn bijdrage aan het atelier heb ik onder andere vertegen- woordigers van een aantal organisaties gevraagd naar de bemoeienissen van hun instelling met particuliere actoren in het algemeen en met deviante actoren in het bijzonder. Het ging om kenners van de collectie en van het acquisitiebeleid van de vier aan het atelier deelnemende instellingen: Stadsarchief Amsterdam (SAA), Archief Eemland, Streekarchief Midden- Holland (SAMH) en Imagine IC. Deze laatste organisatie is geen archiefdienst, maar een erfgoedinstelling die zich bezig houdt met documenteren van de samenleving van Amsterdam Zuidoost. Hieraan heb ik toegevoegd het Nationaal Archief als toonaangevende openbare archiefdienst en het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG) als tweede categoriale instelling. Mijn belangrijkste bevinding is dat de vier overheidsinstellingen alle aangeven dat deviante actoren zijn ondervertegen- woordigd bij acquisitie en bij andere bemoeienissen met particuliere actoren. Het IISG en Imagine IC stellen daarentegen dat hun collectie en de selectie van actoren waarmee men bemoeienissen heeft, een evenwichtige opbouw kent. Een mogelijke verklaring ligt in het feit dat deze laatste instellingen meer dan de overheidsinstellingen afhankelijk zijn van actieve acquisitie. Het IISG is vanuit zijn missie specifiek gericht op 053

53 054 sociale ongelijkheid. Het acquisitiebeleid van die instelling leidde bijvoorbeeld tot opname van de archieven van uiteenlopende actoren als Hans Janmaat, Jihadisten, Moslimbroederschap, de Kraakbeweging, Edward Bongersma (als voorvechter van legalisering van pedoseksualiteit) en P.B. Ph.M. Bogaers (advocaat voor illegalen). Bij formele en informele contacten binnen het atelier is mij gebleken dat archiefdiensten bij passieve acquisitie niet lijken te discrimineren ten aanzien van deviante actoren. Vaak zegt men echter terug te schrikken voor actieve acquisitie of andere actieve bemoeienissen met (sommige van) deze actoren. Anderen gaven aan dat het juist noodzakelijk is om hiervoor een actief beleid te ontwikkelen, vooral omdat veel van deze actoren zelf niet snel hun weg naar de archiefdiensten zullen vinden. Het voorbeeld van het IISG lijkt erop te wijzen dat een dergelijk beleid zijn vruchten kan afwerpen, maar gebrek aan tijd en middelen worden vaak als belemmering aangevoerd. De opbouw van een evenwichtige archiefcollectie was al moeilijk in de papieren wereld maar in de digitale situatie wordt het pas echt gecompliceerd. De vluchtigheid van de digitale media geven aanleiding tot samenwerking tussen archiefdiensten en particuliere actoren bij de vorming, de selectie en het toegankelijk maken van mogelijk relevante documenten. Daniel Caron en Andreas Kellerhals spreken in dit verband over produsers in hun artikel uit 2013 ( Archiving for self-ascertainment, identity building and permanent selfquestioning: archives between scepticism and certitude, Archival Science, 13/2-3). Successen worden al geboekt, bijvoorbeeld bij het participatief ontsluiten. Maar mogelijke complicaties lijken ook toe te nemen. Ik vraag me af: hoe krijgt bijvoorbeeld de digitale documentatie van deviante actoren vorm? Gaan archiefdiensten samenwerken met criminele netwerken? Moeten archivarissen straks het dark web afstruinen en illegaal documenten downloaden om de samenleving te documenteren? Of laten we dit facet van de samenleving aan justitie en politie over? Aanbevelingen voor onderzoek Misschien moeten we concluderen dat de samenleving in alle facetten documenteren een te grote ambitie is. De samenleving wordt gedocumenteerd vanuit verschillende, subjectieve invalshoeken. Archiefdiensten willen en kunnen daar een rol in spelen, maar die rol kent zijn beperkingen. Het documenteren van de samenleving kent per definitie witte vlekken. Een inschatting van die witte vlekken kan nuttig zijn. Ze kan bijdragen aan de ontwikkeling van actief beleid en tegelijkertijd de grenzen aangeven aan wat we kunnen bereiken. Een onderzoek naar de vertegenwoordiging van deviante actoren zou volgens mij deel kunnen uitmaken van een breder onderzoek naar de witte vlekken in de archiefcollecties als onderdeel van de gedocumenteerde samenleving. Een intensieve en kwantitatieve benadering om de evenwichtigheid van archiefcollecties te analyseren werd ontwikkeld door samenwerkende archivarissen in Arizona. Deze groep formuleerde een aantal onderwerpen en maatschappelijke actoren (communities) en ontwikkelde een methode om de aanwezigheid van archiefmateriaal betreffende die onderwerpen en afkomstig van die communities te meten. Een publicatie over dit project uit 2014, van Libby Coyner en Jonathan Pringle ( Metrics and Matrices: Surveying the Past to Create a Better Future, The American Archivist, Vol. 77, No. 2) claimt enig succes, maar de auteurs geven ook aan dat het onderzoek complex en tijdrovend is en dat de uitkomsten nog onvolledig zijn. Ik zou eerder willen pleiten voor een kritische

54 kwalitatieve benadering. Die zou de vorm kunnen aannemen van een bevraging van medewerkers van archiefdiensten, van particuliere actoren en van (potentiële) gebruikers van hun collecties. De respondenten kunnen zelf een spontante inschatting geven van de witte vlekken binnen de instellingen. Daarnaast kan navraag gedaan worden naar actoren waarvan ondervertegenwoordiging wordt vermoed, door middel van een nadere specificatie. Een van die specificaties zou de door mij aangehaalde definitie van deviantie kunnen zijn. Het gaat hier niet om een absolute indeling, maar om invalshoeken. De voor het Nationaal Archief en de VNG ontwikkelde trendanalyses gaan uit van een indeling van de samenleving in (min of meer stabiele) sectoren. Binnen deze sectoren worden naast trends ook hotspots beschreven. Dit zijn als zodanig benoemde maatschappelijke relevante gebeurtenissen. Deze hotspots bieden ruimte om naar actoren te zoeken met tegengesteld perspectief, dus ook naar devianten. Een analyse van op basis van deze hotspots geselecteerde actoren kan deel uitmaken van een toekomstige evaluatie van de toepassing van de trendanalyses. Het lijkt er op dat samenwerking tussen openbare archiefdiensten en andere instellingen en particulieren onontbeerlijk is voor een veelzijdige documentatie van de samenleving. Juist daarom is het belangrijk om de beoogde rol van de participanten in dit proces te formuleren. Daarbij mogen we niet vergeten dat openbare archiefdiensten een specifieke taak hebben die niet alleen tot doel heeft om individuele of groepen actoren in de samenleving te ondersteunen bij de zoektocht naar hun geschiedenis. Ze zijn ook verantwoordelijk voor behoud en toegankelijkheid van authentieke en betrouwbare bronnen over het handelen van de overheid in relatie tot de samenleving. Dit is een andere achtergrond dan die van bijvoorbeeld een instelling als Imagine IC, die de samenleving van Amsterdam Zuidoost documenteert vanuit het perspectief van jonge bewoners van dat stadsdeel. Daniel Caron en Andreas Kellerhals opperen de mogelijke oprichting van een digitaal netwerk van bibliotheken, archiefdiensten, musea en andere nader te benoemen actoren die archieven beheren. Dit netwerk zou als vangnet kunnen functioneren voor de selectie van archiefwaardige digitale documenten. Een ander uitgangspunt kent het Britse The Network, een netwerk van bibliotheken, archieven, musea en galeries die sociale uitsluiting binnen deze instellingen wil bestrijden (zie: geraadpleegd 19 februari 2015). Ik wil pleiten voor een onderzoek naar de mogelijkheden van een dergelijk netwerk om daarmee particuliere actoren in beeld te brengen. Een heldere afbakening van de specifieke rol van openbare archiefdiensten binnen zo n netwerk acht ik een essentieel onderdeel van dat onderzoek. De vluchtigheid van de digitale samenleving dwingt beslissingen over de selectie van documenten voor blijvende bewaring in een steeds vroeger stadium af. Om die reden worden nu prospectieve trendanalyses als waarderingsinstrument ontwikkeld en experimenteel ingezet. Zo n trendanalyse kijkt vooruit, naar de toekomst. Het probleem is zonneklaar: we kennen de toekomst niet. We kunnen een glazen bol aanschaffen of ons tot trendwatchers en futurologen wenden, maar het blijft speculatie. Voor een concreet toekomstbeeld moeten we het rijk der fictie betreden. Een van de hoofdpersonen van David Mitchell s Cloud Atlas is Sonmi~451. In een grimmige toekomstige samenleving maakt zij als fabricant deel uit van een uitgebuite onderklasse. Zij ontwikkelt echter gevoelens die deze bevolkingsgroep niet geacht wordt te bezitten en gaat zich overeenkomstig gedragen. 055

55 Deviantie als graadmeter, cartoon Lae Schäfer

56 Voor haar deviante gedrag wordt zij uiteindelijk ter dood veroordeeld. Een archivaris achtste klasse stelt zijn carrière in de waagschaal en documenteert haar verhaal. In de toekomst van deze toekomst blijkt een primitieve stam Lady Sonmi als godheid te aanbidden. De archivaris heeft geschiedenis geschreven! Leestips Bastian, J. A. & B. Alexander, Community archives, the shaping of memory. Bodmin Cornwall Jonker, A.E.M., No Privileged Past - Acquisition Revisited, Journal of the Society of Archivists 30:1 (April 2009), Snowdon Johnson, E., Our Archives, Our Selves: Documentation Strategy and de Re-Appraisal of Professional Identity, The American Archivist 71 (Spring/Summer 2008), Stevens, M., A. Flinn & E. Shepherd, New frameworks for community engagement in the archive sector: from handing over to handing on, International Journal of Heritage Studies 16, nos. 1-2 (2010), Wacquant, L., Scrutinizing the Street: Poverty, Morality, and the Pitfalls of Urban Ethnography, American Journal of Sociology 107,no. 6 (2002), Geciteerde definities en begripsomschrijvingen: Actor: (geraadpleegd 27 februari 2015). Overige begrippen: (geraadpleegd 27 februari 2015). 057

57 Do een digitale toolkit Yente Christiaanse Archiefinstellingen kunnen particulieren helpen hun digitale archief duurzaam te beheren met het aanbieden van een digitale toolkit. Zo blijft het materiaal behouden en mocht het worden overgedragen, dan is het al in een goede en geordende staat en dat scheelt de archiefinstelling veel werk. In opdracht van het Stadsarchief Amsterdam heb ik tijdens mijn stage op basis van een verkenning van al bestaande handreikingen een conceptwebpagina gemaakt en die ook aan Archief2020 beschikbaar gesteld, als input voor hun nieuw te ontwikkelen toolkit. Met natuurlijk het advies om vooral gezamenlijk een digitale gereedschapskist te ontwikkelen. De Toolkit Digitaal Archiefbeheer heeft een eenvoudige mappenstructuur die kan worden aangevuld of aangepast. Het ontwerp is afgeleid van verschillende goede praktijkvoorbeelden, gevonden op internet. Ik noem er hier vier: 058 Bewaar als.. Vuistregels digitaal archiveren (versie ) Bewaar als is gemaakt door Karin van der Heiden voor Premsela, Nederlands Instituut voor Design en Mode en bestemd voor onervaren particulieren die hun eigen archiefmateriaal duurzaam willen beheren. De site geeft onder de kop Doen uitleg over bestandsformaten, bestandsnamen, onderhoud, ordenen en selecteren. Extra informatie over hard- en software, hoeveelheid en opslag is te vinden onder de kop Weten. Van der Heiden heeft ook een folder ontwikkeld, waarin de belangrijkste aspecten van digitaal beheer worden besproken. Library of Congress, Personal Archiving (versie ) De Library of Congress besteedt als een van de eerste aandacht aan de archivering van websites. Daarnaast geeft de webpagina ook informatie over archivering van foto s, audio, video, mail, digitale bestanden en websites. Het belang van archiveren wordt uitgelegd in PDF-bestanden en in filmpjes; je kan meedoen aan een quiz en leren hoe je je eigen Digital Archiving event host. Archiefbank Vlaanderen, Helemaal digitaal (versie ) Archiefbank Vlaanderen is een online databank van particuliere archieven, gericht op het integraal in kaart brengen van digitaal erfgoed, bescherming en valorisatie van de archieven. De pagina Helemaal Digitaal behandelt drie onderwerpen. Het eerste heet Digitale archiefstukken en gaat in op wat een digitaal document is, welke problemen eraan kleven. Er worden tips gegeven over de opslag en ordening. Het tweede onderwerp heet Digitalisering en beschrijft voorbeeldprojecten. Verder wordt ingegaan op de vraag waarom een archiefstuk wordt gedigitaliseerd en waar je bij digitalisering aan moet denken. Het laatste onderwerp, Digitale ontsluiting, legt uit hoe je een digitale inventaris kan aanmaken. Handig is ook dat wie nog vragen heeft met één van de vier consulenten contact kan opnemen. KADOC, Het beschrijven van jouw erfgoed: sjablonen en voorbeelden (versie ) De site beschrijft aan de hand van voorbeelden en sjablonen hoe je je eigen erfgoed kunt beschrijven. De informatie maakt onderscheid tussen het beschrijven van een archief, een documentaire collectie, mondelinge bronnen en een bibliotheek. Met de sjablonen kunnen data op een handige manier aan documenten worden verbonden.

58

59

60 Het Bewaren Waard Mariam Heijne In dit artikel presenteer ik de resultaten van mijn onderzoek naar de website en virtuele community Het Bewaren Waard (HBW) van Archief Eemland (AE). Het onderzoek richtte zich op twee overkoepelende vragen en daarvan afgeleide deelvragen. De eerste hoofdvraag is: op welke wijze verhoudt HBW zich tot reguliere acquisitie van AE en hoe zou AE de methoden en principes achter HBW kunnen inzetten bij acquisitie? Als tweede is bestudeerd hoe AE de deelname aan HBW kan bevorderen. In antwoord op deze vragen heb ik een aantal adviezen, do s and don ts en scenario s opgesteld. Schoenendozen vol geschiedenis Archief Eemland begon in 2012 met de voorbereidingen van een verhuizing naar gezamenlijke nieuwbouw met Kunsthal KAdE, Scholen in de Kunst en de Bibliotheek Eemland. Voor het archief was de verhuizing een goede aanleiding om een nieuwe weg in te slaan en zich als een vernieuwende, interactieve en participatieve archiefdienst te presenteren. Het archief wil midden in de Amersfoortse en Eemlandse samenleving staan en stelt het publiek meer dan ooit centraal. Zo werd er een publieksarchivaris aangesteld die bezoekers persoonlijk advies geeft en er kwamen publieksvrijwilligers. AE streeft kort gezegd naar meer bekendheid en naar meer service. Een van de aandachtspunten hierbij is dat het archief niet langer mensen teleur wil stellen die schoenendozen vol bronmateriaal aanbieden. Hun enthousiasme voor geschiedenis is op zich al Presentatie van het Bewaren Waard, foto s Archief Eemland Linksboven: publieksvrijwilliger helpt met het scannen en uploaden van eigen schoenendozen, foto Saskia Berdenis van Berlekom waardevol en misschien hun schoenendozen ook, het archief had er alleen eerder geen ruimte voor, niet fysiek en niet beleidsmatig. Maar passend bij de nieuwe koers lanceerde AE tijdens de officiële opening van het Eemhuis het digitale programma HBW. Op deze website kan iedereen zijn of haar archief van persoonlijke herinneringen delen en zich ook de rol van archivaris aanmeten. HBW is een concept van Picturae en Zicht Online in samenwerking met AE, gemaakt voor archieven in Nederland en met AE als eerste deelnemende erfgoedinstelling. De achterliggende gedachte van HWB is dat behalve archiefinstellingen ook inwoners zelf geschiedenis bewaren. Daarom heeft de website als doel versterking van de relatie tussen het archief en particulieren én tussen particulieren onderling. In deze opzet betekent HBW voor het archief een rolverschuiving van acquireren naar faciliteren. HBW nodigt mensen uit hun schoenendoos vol met foto s, brieven, diploma s en krantenknipsels waar niets mee wordt gedaan te uploaden, online te zetten en met anderen te delen. AE stelt de benodigde scanners beschikbaar en biedt de hulp aan van publieksvrijwilligers. Als de documenten en foto s uit de schoenendoos eenmaal zijn geüpload, kunnen de deelnemers aan de bestanden beschrijvingen en trefwoorden toevoegen. Verder is het mogelijk om eigen beeldmateriaal, bijvoorbeeld een foto van het ouderlijk huis, te koppelen aan gerelateerd beeldmateriaal uit de archiefcollectie, zoals een historische kaart van de buurt. En net als bij sociale media kunnen de deelnemers andermans schoenendozen volgen; ze kunnen op elkaars digitale collectie een reactie plaatsen en per , afgeschermd, contact met elkaar opnemen. Een extra element van het, verder digitale, programma is de fysieke schoenendoos op naam. Dit is een archiefdoos 061

61 062 in het depot van AE met de fysieke exemplaren van de gedigitaliseerde foto s en documenten die op HBW staan. Deze extra faciliteit gaat uit van het idee dat mensen het fijn vinden hun collectie veilig op te slaan én toegankelijk te maken. Maar waarom zou iemand de stukken opvragen als ze zijn gedigitaliseerd? Omdat bijvoorbeeld een dagboek niet integraal is gescand en alleen met een paar bladzijden op de website staat, onder vermelding van de fysieke verblijfplaats. Welke schoenendozen precies in het archief terecht komen, bepaalt de archivaris. Voor een fysieke schoenendoos op naam zijn, net als voor de acquisitie van particuliere archieven, specifieke criteria opgesteld. De collectie moet in ieder geval politiek, economisch, cultureel, sociaal, maatschappelijk of topografisch relevant zijn voor één of meer van de bij AE aangesloten gemeenten. Als dat het geval is, wordt de fysieke schoenendoos als bruikleen opgenomen in de archiefbewaarplaats, waar hij door alle bezoekers kan worden ingezien. Over de hier genoemde mogelijkheden van HBW is het publiek overwegend positief en toch heeft het zich in het eerste jaar niet ontwikkeld zoals AE verwachtte en wenste. Daarom wilde het archief onderzoek laten doen naar participatie, motivatie en acquisitie met als concrete vragen: waarin verschilt wat de deelnemers van HBW bewaren van wat Archief Eenland bewaart? Hoe verhoudt HBW zich tot de reguliere acquisitie en hoe kan het breder voor acquisitie worden ingezet? En tot slot, wat is de motivatie van de huidige deelnemers aan HBW en hoe kan AE de deelname bevorderen? Om deze vragen te kunnen beantwoorden, heb ik publieks- en literatuuronderzoek gedaan en verschillende experts geïnterviewd. Onder de bezoekers van het Eemhuis heb ik een enquête uitgezet die door 37 mensen is ingevuld. Op de evenementen Beleef3.nu in Amersfoort en de 50PlusBeurs in Utrecht heb ik 78 potentiële gebruikers ondervraagd en diepte-interviews gehouden met twee van de meest actieve gebruikers van HBW. Verder heb ik de acquisitiemethodes van AE bestudeerd en de fysieke schoenendozen van HBW geanalyseerd. Daar heb ik een aantal conclusies uit getrokken. Foto s uit de schoenendoos Als eerste heb ik onderzocht of HBW aanleiding geeft tot nieuwe inzichten over acquisitie. Wat hebben de deelnemers bewaard en sluit dat aan bij wat AE als archiefinstelling bewaart? Om deze vraag te beantwoorden heb ik een vergelijking gemaakt van de inhoud van de fysieke en digitale schoenendozen. Beide zijn gevuld met familiefoto s, evenementenfoto s en met groepsfoto s van scholen en verenigingen, met persoonsbewijzen, krantenknipsels, brieven, prenten, posters, diploma s, huishoudboekjes, documenten die met werk en pensioen te maken hebben en ansichtkaarten. Een eerste verschil is dat op de website, anders dan in het archief, ook documenten en foto s te vinden zijn die niets met Amersfoort en omstreken te maken hebben. Ten tweede staan er op de website meer kleurenfoto s dan er in de fysieke schoenendozen zijn opgeborgen. Maar het grote verschil tussen wat AE en de deelnemers van HBW verzamelen en bewaren zit in de samenhang van de stukken. De documenten en foto s in HBW missen de procesgebondenheid die een archief juist tot een archief maken. Archiefstukken zijn gegenereerd door de werkprocessen van de archiefvormer die de archival bond bepalen, de relatie tussen de archiefstukken onderling. Daardoor kan aan de hand van bijvoorbeeld een bedrijfsarchief het functioneren van het bedrijf worden gereconstrueerd. Als die band niet meer zichtbaar is kan geen reconstructie worden gemaakt van de familie- en/of persoonlijke geschiedenis. Dat is bij familie- of persoonsarchieven al gauw het geval, ook al omdat de meeste mensen niet door de jaren heen actief en welbewust archief vormen. In de praktijk raken de

62 schoenendozen voornamelijk gevuld met fotoalbums en veel minder met andere typen documenten. De foto s in de schoenendozen lijken juist weer wel op de fotoverzameling van AE. Ze missen eveneens samenhang en kunnen beter als een collectie dan als archief worden gezien. Misschien zouden ze wel geschikt zijn voor opname in de collectie van AE. Maar die omvat al foto s en AE hanteert daarom strenge acquisitiecriteria: het beeld moet echt een aanvulling zijn op de huidige collectie of een onderwerp betreffen waar AE heel weinig materiaal van heeft. Overigens past AE met HBW alleen een vorm van passieve acquisitie toe: AE legt het initiatief bij de gebruikers en vindt van wat zij inbrengen vooral de foto s van belang. Met de losse documenten kan het archief niet veel en dagboeken en briefwisselingen, waarvoor wel belangstelling is, zitten er vaak niet bij. Die zijn voor veel mensen waarschijnlijk te persoonlijk. Het archief heeft wel sinds kort besloten om een acquisitieplan op te stellen voor het actief verzamelen van foto s via HBW. Een bijkomend voordeel is dat de kans dat HBW-foto s worden opgenomen in de beeldbank van AE ook positief kan uitwerken op de deelnamecijfers van HBW. Wie doet er mee Voor de vraag hoe de deelname aan het HBW kan worden bevorderd, heb ik eerst gekeken waarom mensen überhaupt meedoen. Kloppen de intenties van HBW met de verwachtingen van de gebruikers? Het eerste wat opvalt is dat veel gebruikers 65+ zijn en dat de jongere generatie de spullen van hun ouders in HBW plaatst en niet de schoenendoos van henzelf. Verder wijst publieksonderzoek uit dat mensen vooral aan HBW meedoen om andere mensen met hun materiaal en informatie van dienst te zijn, om nuttig te zijn. Gebruikers zien HBW vooral als een archiefdatabase en niet als een community. Ze zijn zich vaak helemaal niet bewust van de sociale functies van de website. Wat blijkt is ook dat het digitaliseren en delen van oude foto s en documenten voor veel mensen simpelweg geen prioriteit heeft. Degenen die wel enthousiast met HBW werken, lijken dat vooral te doen omdat ze er plezier in hebben om hun collectie te delen. Het is aan het AE om degenen die die intrinsieke motivatie niet hebben extrinsiek te motiveren. Publieksobservatie laat bovendien zien dat het openbare gebruik van internet, computers en de website van HBW voor veel oudere gebruikers een drempel vormt. Zij zijn, anders dan jongeren, niet gewend om hun foto s te delen op internet. Ze zijn bovendien banger dat hun foto s ongevraagd worden gebruikt voor bijvoorbeeld commerciële doeleinden, of dat de andere personen op hun foto s misschien niet op de website willen staan. Veel mensen zijn zó gesteld op hun privacy, dat het voor hen niet uitmaakt of iemand die als kind op een foto staat als volwassene nog herkenbaar is. Het meest opvallende uit het publieksonderzoek is dat veel mensen HBW een goed initiatief vinden, maar het duwtje missen om daadwerkelijk mee te doen. Ze hebben bijvoorbeeld van hun foto s (en documenten), al dan niet met de hulp van een foto- en albumbedrijf, zelf al een fysiek album gemaakt. Zij nemen dan vaak niet meer de tijd en moeite om er digitaal nog iets mee te doen, zelfs niet met één foto. Want dat was de verwachting van de makers van HBW, dat veel mensen een account zouden aanmaken, er één foto p zouden plaatsen en het daar bij zouden laten. De praktijk is anders, die laat twee soorten deelnemers zien: gebruikers die serieus aan de slag gaan met HBW en een zeer gevulde schoenendoos hebben én gebruikers die alleen een account aanmaken zonder die te vullen. Nu gaat de service van HBW verder dan alleen documenten en foto s op de website plaatsen. Wie wil kan reacties achterlaten op andermans herinneringen en schoenendozen. Helaas lijkt niemand van 063

63 064 deze bedoelingen en functies op de hoogte te zijn. Er is vrijwel geen sociale activiteit op de website. Verder is er, waarschijnlijk om dezelfde reden, nog geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om eigen beeldmateriaal aan archiefmateriaal te koppelen, zoals een jubileumfoto van een voetbalclub aan een historische foto van het clubgebouw. En juist aan deze sociale functies hecht AE veel waarde. Het bewaren van persoonlijke schoenendozen is voor het archief geen doel op zich. Het HBW is voor het archief een middel om een (nieuw) publiek aan zich te binden, de actuele betekenis van zijn collectie te vergroten en zijn maatschappelijke positie te versterken. Vier verbeterpunten Nu we weten wie er gebruik maakt van HBW en hoe, is de volgende vraag wat mensen weerhoudt van deelname. Uit het onderzoek komen vier verbeterpunten: HBW heeft een onduidelijke boodschap, schept verkeerde verwachtingen, is gebruiksonvriendelijk en mist een doel of een beloning. Het eerste punt van verbetering is de slogan van HBW: Zet je schoenendoos online. Veel gebruikers van 40+ die behoren tot de initiële doelgroep denken bij schoenendozen met spullen aan hun zolder en hun grootouders in plaats van aan hun eigen schoenendoos, zoals de bedoeling is. Iets anders is, dat de oudere gebruikers een website niet als een platform zien waar je van gedachten wisselt, op elkaars collectie kunt reageren, waar je elkaars schoenendoos volgt en elkaar berichten stuurt. De meeste deelnemers denken dat ze na het uploaden van hun collectie klaar zijn. Voor hen is HBW geen plek om herinneringen te delen, maar om materiaal en informatie te delen. Zij zien HBW als een historische website of een database voor de archiefinstel-ling en dat brengt hen aan het twijfelen of hun collectie wel historisch of interessant genoeg is. Het tweede knelpunt is, dat de reclame die voor HBW wordt gemaakt als misleidend kan worden gezien. In de huidige vorm wordt een account, wanneer die zes maanden lang niet is gebruikt, automatisch verwijderd. Collecties worden dus allesbehalve gegarandeerd bewaard, terwijl de reclame Veilige bewaring voor de toekomst dat wel suggereert. Het derde knelpunt is dat de website volgens de oudere gebruikers voor verbetering vatbaar is. Veel van de technieken en icoontjes die logisch en begrijpelijk zijn voor jongeren, vormen een hoge drempel voor actieve deelname van senioren. Uit alle twijfel en verwarring blijkt dat aanwijzingen en uitleg op de website zeer gewenst zijn. En tot slot: HBW voorziet blijkbaar niet in een behoefte. De verwachting was weliswaar dat veel mensen behoefte hebben aan een goede plek voor hun collectie en dat zij er plezier aan ontlenen om hun collectie en herinneringen met anderen te delen. Maar in de praktijk blijkt die behoefte niet zo sterk te zijn, omdat er al veel manieren en veel verschillende vormen zijn om persoonlijke collecties en herinneringen met elkaar te delen. Het HBW biedt verder geen doel of product waar gezamenlijk aan kan worden gewerkt en er is evenmin een beloning te behalen. Zoals HBW nu functioneert, is er voor mensen weinig reden om er veel tijd in te steken. Al met al is het concept van HBW simpelweg niet sterk. Het laat zich niet in het kort uitleggen en het roept vragen op. Een sterk en gebruikersvriendelijk concept is dus een voorwaarde voor actieve deelname, of het nu een commercieel product betreft of een archiefgerelateerd project. Een sterk concept Op de vraag hoe het archief de deelname aan HBW kan bevorderen, is het antwoord: scherp het concept aan zonder de oorspronkelijke uitgangspunten uit het oog te verliezen.

64 Illustratie Mariam Heijne

Documenteren van de Samenleving

Documenteren van de Samenleving Schetsboek Documenteren van de Samenleving De rollen van een archivaris; denken en doen Schetsboek Documenteren van de Samenleving De rollen van een archivaris; denken en doen Woord vooraf Archiefateliers

Nadere informatie

Puzzle. Fais ft. Afrojack Niveau 3a Song 6 Lesson A Worksheet. a Lees de omschrijvingen. Zet de Engelse woorden in de puzzel.

Puzzle. Fais ft. Afrojack Niveau 3a Song 6 Lesson A Worksheet. a Lees de omschrijvingen. Zet de Engelse woorden in de puzzel. Puzzle a Lees de omschrijvingen. Zet de Engelse woorden in de puzzel. een beloning voor de winnaar iemand die piano speelt een uitvoering 4 wat je wil gaan doen; voornemens 5 niet dezelfde 6 deze heb je

Nadere informatie

Read this story in English. My personal story

Read this story in English. My personal story My personal story Netherlands 32 Female Primary Topic: SOCIETAL CONTEXT Topics: CHILDHOOD / FAMILY LIFE / RELATIONSHIPS IDENTITY Year: 1990 2010 marriage/co-habitation name/naming court/justice/legal rights

Nadere informatie

B1 Woordkennis: Spelling

B1 Woordkennis: Spelling B1 Woordkennis: Spelling Bestuderen Inleiding Op B1 niveau gaan we wat meer aandacht schenken aan spelling. Je mag niet meer zoveel fouten maken als op A1 en A2 niveau. We bespreken een aantal belangrijke

Nadere informatie

It s all about the money Group work

It s all about the money Group work It s all about the money Group work Tijdsduur: 45 minuten Kernwoorden: money (geld) coin (munt), banknote (bankbiljet), currency (munteenheid) Herhalings-/uitbreidingswoorden: debate (debat), proposal

Nadere informatie

(1) De hoofdfunctie van ons gezelschap is het aanbieden van onderwijs. (2) Ons gezelschap is er om kunsteducatie te verbeteren

(1) De hoofdfunctie van ons gezelschap is het aanbieden van onderwijs. (2) Ons gezelschap is er om kunsteducatie te verbeteren (1) De hoofdfunctie van ons gezelschap is het aanbieden van onderwijs (2) Ons gezelschap is er om kunsteducatie te verbeteren (3) Ons gezelschap helpt gemeenschappen te vormen en te binden (4) De producties

Nadere informatie

THE LANGUAGE SURVIVAL GUIDE

THE LANGUAGE SURVIVAL GUIDE DUTCH THE LANGUAGE SURVIVAL GUIDE 4 0 0 W O R D S T O G E T S T A R T E D I N A N Y L A N G U A G E BY THE FOREIGN LANGUAGE COLLECTIVE Verbs Werkwoorden To be zijn I ik ben You jij bent He/She/It hij/zij/het

Nadere informatie

voltooid tegenwoordige tijd

voltooid tegenwoordige tijd SirPalsrok @meestergijs It has taken me a while to make this grammar explanation. My life has been quite busy and for that reason I had little time. My week was full of highs and lows. This past weekend

Nadere informatie

Chapter 4 Understanding Families. In this chapter, you will learn

Chapter 4 Understanding Families. In this chapter, you will learn Chapter 4 Understanding Families In this chapter, you will learn Topic 4-1 What Is a Family? In this topic, you will learn about the factors that make the family such an important unit, as well as Roles

Nadere informatie

SAMPLE 11 = + 11 = + + Exploring Combinations of Ten + + = = + + = + = = + = = 11. Step Up. Step Ahead

SAMPLE 11 = + 11 = + + Exploring Combinations of Ten + + = = + + = + = = + = = 11. Step Up. Step Ahead 7.1 Exploring Combinations of Ten Look at these cubes. 2. Color some of the cubes to make three parts. Then write a matching sentence. 10 What addition sentence matches the picture? How else could you

Nadere informatie

Documentbeheer bij Studieverenigingen Document management at student associations. Library, ICT Services & Archive (LISA) Archive dept.

Documentbeheer bij Studieverenigingen Document management at student associations. Library, ICT Services & Archive (LISA) Archive dept. Documentbeheer bij Studieverenigingen Document management at student associations Library, ICT Services & Archive (LISA) Archive dept. 1 Het archief/the Archive Wat voor beeld hebben jullie bij een archief?

Nadere informatie

RECEPTEERKUNDE: PRODUCTZORG EN BEREIDING VAN GENEESMIDDELEN (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM

RECEPTEERKUNDE: PRODUCTZORG EN BEREIDING VAN GENEESMIDDELEN (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM Read Online and Download Ebook RECEPTEERKUNDE: PRODUCTZORG EN BEREIDING VAN GENEESMIDDELEN (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM DOWNLOAD EBOOK : RECEPTEERKUNDE: PRODUCTZORG EN BEREIDING VAN STAFLEU

Nadere informatie

MyDHL+ Van Non-Corporate naar Corporate

MyDHL+ Van Non-Corporate naar Corporate MyDHL+ Van Non-Corporate naar Corporate Van Non-Corporate naar Corporate In MyDHL+ is het mogelijk om meerdere gebruikers aan uw set-up toe te voegen. Wanneer er bijvoorbeeld meerdere collega s van dezelfde

Nadere informatie

De grondbeginselen der Nederlandsche spelling / Regeling der spelling voor het woordenboek der Nederlandsche taal (Dutch Edition)

De grondbeginselen der Nederlandsche spelling / Regeling der spelling voor het woordenboek der Nederlandsche taal (Dutch Edition) De grondbeginselen der Nederlandsche spelling / Regeling der spelling voor het woordenboek der Nederlandsche taal (Dutch Edition) L. A. te Winkel Click here if your download doesn"t start automatically

Nadere informatie

Add the standing fingers to get the tens and multiply the closed fingers to get the units.

Add the standing fingers to get the tens and multiply the closed fingers to get the units. Digit work Here's a useful system of finger reckoning from the Middle Ages. To multiply $6 \times 9$, hold up one finger to represent the difference between the five fingers on that hand and the first

Nadere informatie

Comics FILE 4 COMICS BK 2

Comics FILE 4 COMICS BK 2 Comics FILE 4 COMICS BK 2 The funny characters in comic books or animation films can put smiles on people s faces all over the world. Wouldn t it be great to create your own funny character that will give

Nadere informatie

ANGSTSTOORNISSEN EN HYPOCHONDRIE: DIAGNOSTIEK EN BEHANDELING (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM

ANGSTSTOORNISSEN EN HYPOCHONDRIE: DIAGNOSTIEK EN BEHANDELING (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM Read Online and Download Ebook ANGSTSTOORNISSEN EN HYPOCHONDRIE: DIAGNOSTIEK EN BEHANDELING (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM DOWNLOAD EBOOK : ANGSTSTOORNISSEN EN HYPOCHONDRIE: DIAGNOSTIEK STAFLEU

Nadere informatie

Understanding and being understood begins with speaking Dutch

Understanding and being understood begins with speaking Dutch Understanding and being understood begins with speaking Dutch Begrijpen en begrepen worden begint met het spreken van de Nederlandse taal The Dutch language links us all Wat leest u in deze folder? 1.

Nadere informatie

150 ECG-problemen (Dutch Edition)

150 ECG-problemen (Dutch Edition) 150 ECG-problemen (Dutch Edition) John R. Hampton, Piet Machielse Click here if your download doesn"t start automatically 150 ECG-problemen (Dutch Edition) John R. Hampton, Piet Machielse 150 ECG-problemen

Nadere informatie

Teksten van de liederen die gospelkoor Inspiration tijdens deze Openluchtdienst zingt.

Teksten van de liederen die gospelkoor Inspiration tijdens deze Openluchtdienst zingt. Don t you worry There s an eternity behind us And many days are yet to come, This world will turn around without us Yes all the work will still be done. Look at ever thing God has made See the birds above

Nadere informatie

Archief Voor Kerkelijke Geschiedenis, Inzonderheid Van Nederland, Volume 8... (Romanian Edition)

Archief Voor Kerkelijke Geschiedenis, Inzonderheid Van Nederland, Volume 8... (Romanian Edition) Archief Voor Kerkelijke Geschiedenis, Inzonderheid Van Nederland, Volume 8... (Romanian Edition) Click here if your download doesn"t start automatically Archief Voor Kerkelijke Geschiedenis, Inzonderheid

Nadere informatie

Vergaderen in het Engels

Vergaderen in het Engels Vergaderen in het Engels In dit artikel beschrijven we verschillende situaties die zich kunnen voordoen tijdens een business meeting. Na het doorlopen van deze zinnen zal je genoeg kennis hebben om je

Nadere informatie

S e v e n P h o t o s f o r O A S E. K r i j n d e K o n i n g

S e v e n P h o t o s f o r O A S E. K r i j n d e K o n i n g S e v e n P h o t o s f o r O A S E K r i j n d e K o n i n g Even with the most fundamental of truths, we can have big questions. And especially truths that at first sight are concrete, tangible and proven

Nadere informatie

Main language Dit is de basiswoordenschat. Deze woorden moeten de leerlingen zowel passief als actief kennen.

Main language Dit is de basiswoordenschat. Deze woorden moeten de leerlingen zowel passief als actief kennen. Lesbrief Les 2.1: My family Main language Dit is de basiswoordenschat. Deze woorden moeten de leerlingen zowel passief als actief kennen. Nouns: brother, sister, cousin, mother, father, aunt, uncle, grandmother,

Nadere informatie

Vertaling Engels Gedicht / songteksten

Vertaling Engels Gedicht / songteksten Vertaling Engels Gedicht / songteksten Vertaling door een scholier 1460 woorden 23 januari 2002 5,4 399 keer beoordeeld Vak Engels Songtekst 1 Another day in paradise Artiest: Brandy & Ray J She calls

Nadere informatie

Value based healthcare door een quality improvement bril

Value based healthcare door een quality improvement bril Rotterdam, 7 december 2017 Value based healthcare door een quality improvement bril Ralph So, intensivist en medisch manager Kwaliteit, Veiligheid & Innovatie 16.35-17.00 uur Everybody in healthcare really

Nadere informatie

General info on using shopping carts with Ingenico epayments

General info on using shopping carts with Ingenico epayments Inhoudsopgave 1. Disclaimer 2. What is a PSPID? 3. What is an API user? How is it different from other users? 4. What is an operation code? And should I choose "Authorisation" or "Sale"? 5. What is an

Nadere informatie

Engels op Niveau A2 Workshops Woordkennis 1

Engels op Niveau A2 Workshops Woordkennis 1 A2 Workshops Woordkennis 1 A2 Workshops Woordkennis 1 A2 Woordkennis 1 Bestuderen Hoe leer je 2000 woorden? Als je een nieuwe taal wilt spreken en schrijven, heb je vooral veel nieuwe woorden nodig. Je

Nadere informatie

Participatief werken: kansen en bedreigingen voor de professional

Participatief werken: kansen en bedreigingen voor de professional Participatief werken: kansen en bedreigingen voor de professional Theo Thomassen 1 participatief werken: bedreigingen vermindert de controle van de archivaris en ondermijnt diens rol als expert en professional

Nadere informatie

!!!! Wild!Peacock!Omslagdoek!! Vertaling!door!Eerlijke!Wol.!! Het!garen!voor!dit!patroon!is!te!verkrijgen!op! Benodigdheden:!!

!!!! Wild!Peacock!Omslagdoek!! Vertaling!door!Eerlijke!Wol.!! Het!garen!voor!dit!patroon!is!te!verkrijgen!op!  Benodigdheden:!! WildPeacockOmslagdoek VertalingdoorEerlijkeWol. Hetgarenvoorditpatroonisteverkrijgenopwww.eerlijkewol.nl Benodigdheden: 4strengenWildPeacockRecycledSilkYarn rondbreinaaldnr8(jekuntnatuurlijkookgewonebreinaaldengebruiken,maar

Nadere informatie

THE ART OF INTEGRATION Rens Verweij, VICE Sophie Schade, Kantar Millward Brown

THE ART OF INTEGRATION Rens Verweij, VICE Sophie Schade, Kantar Millward Brown THE ART OF INTEGRATION Rens Verweij, VICE Sophie Schade, Kantar Millward Brown BEOORDEEL DEZE LEZING VIA DE MIE2018 APP! Geef direct na deze lezing jouw beoordeling. Zoek de lezing op via Programma en

Nadere informatie

Jaarthema Samen bloeien. Flourish together

Jaarthema Samen bloeien. Flourish together Jaarthema 2017-2018 Jesaja 35:1 Samen bloeien Flourish together In Christus Jezus zijn! Psalm 119: 105 Uw woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad. Your word is a lamp to my feet and a

Nadere informatie

20 twenty. test. This is a list of things that you can find in a house. Circle the things that you can find in the tree house in the text.

20 twenty. test. This is a list of things that you can find in a house. Circle the things that you can find in the tree house in the text. 9006625806_boek.indd 1 31/08/16 15:26 1 6 test This is a list of things that you can find in a house. Circle the things that you can find in the tree house in the text. living room kitchen bedroom toilet

Nadere informatie

Stars FILE 7 STARS BK 2

Stars FILE 7 STARS BK 2 Stars FILE 7 STARS BK 2 Of course you have seen X-Factor, The Voice or Got Talent on TV or via the Internet. What is your favourite act? Do you like the dancing performances or would you rather listen

Nadere informatie

2019 SUNEXCHANGE USER GUIDE LAST UPDATED

2019 SUNEXCHANGE USER GUIDE LAST UPDATED 2019 SUNEXCHANGE USER GUIDE LAST UPDATED 0 - -19 1 WELCOME TO SUNEX DISTRIBUTOR PORTAL This user manual will cover all the screens and functions of our site. MAIN SCREEN: Welcome message. 2 LOGIN SCREEN:

Nadere informatie

NUCHTER, EEN HELDERE KIJK EN NO-NONSENSE

NUCHTER, EEN HELDERE KIJK EN NO-NONSENSE NUCHTER, EEN HELDERE KIJK EN NO-NONSENSE NATUURLIJK SAMEN NATURALLY DUTCH. Koolhaas Natuurlijk is a typically Dutch company: Sober, with a clear vision and no-nonsense. That s what our customers may expect

Nadere informatie

Preschool Kindergarten

Preschool Kindergarten Preschool Kindergarten Objectives Students will recognize the values of numerals 1 to 10. Students will use objects to solve addition problems with sums from 1 to 10. Materials Needed Large number cards

Nadere informatie

(Big) Data in het sociaal domein

(Big) Data in het sociaal domein (Big) Data in het sociaal domein Congres Sociaal: sturen op gemeentelijke ambities 03-11-2016 Even voorstellen Laudy Konings Lkonings@deloitte.nl 06 1100 3917 Romain Dohmen rdohmen@deloitte.nl 06 2078

Nadere informatie

Davide's Crown Caps Forum

Davide's Crown Caps Forum pagina 1 van 6 Davide's Crown Caps Forum A Forum for Crown Cap Collectors Zoeken Uitgebreid zoeken Zoeken Forumindex Crown Caps Unknown Caps Lettergrootte veranderen vriend Afdrukweergave Gebruikerspaneel

Nadere informatie

Impact en disseminatie. Saskia Verhagen Franka vd Wijdeven

Impact en disseminatie. Saskia Verhagen Franka vd Wijdeven Impact en disseminatie Saskia Verhagen Franka vd Wijdeven Wie is wie? Voorstel rondje Wat hoop je te leren? Heb je iets te delen? Wat zegt de Programma Gids? WHAT DO IMPACT AND SUSTAINABILITY MEAN? Impact

Nadere informatie

1. In welk deel van de wereld ligt Nederland? 2. Wat betekent Nederland?

1. In welk deel van de wereld ligt Nederland? 2. Wat betekent Nederland? First part of the Inburgering examination - the KNS-test Of course, the questions in this exam you will hear in Dutch and you have to answer in Dutch. Solutions and English version on last page 1. In welk

Nadere informatie

Disclosure belofte. Ik stel het belang van de patiënt voorop en eerbiedig zijn opvattingen. Doel van de patient staat centraal

Disclosure belofte. Ik stel het belang van de patiënt voorop en eerbiedig zijn opvattingen. Doel van de patient staat centraal Disclosure: belofte Ik stel het belang van de patiënt voorop en eerbiedig zijn opvattingen Ik zal aan de patiënt geen schade doen Ik luister en zal hem goed inlichten Disclosure: belofte Ik stel het belang

Nadere informatie

Joe Speedboot Tommy Wieringa

Joe Speedboot Tommy Wieringa Joe Speedboot Tommy Wieringa Thank you very much for downloading. As you may know, people have search numerous times for their chosen books like this, but end up in harmful downloads. Rather than enjoying

Nadere informatie

Group work to study a new subject.

Group work to study a new subject. CONTEXT SUBJECT AGE LEVEL AND COUNTRY FEATURE OF GROUP STUDENTS NUMBER MATERIALS AND TOOLS KIND OF GAME DURATION Order of operations 12 13 years 1 ste year of secundary school (technical class) Belgium

Nadere informatie

Global TV Canada s Pulse 2011

Global TV Canada s Pulse 2011 Global TV Canada s Pulse 2011 Winnipeg Nobody s Unpredictable Methodology These are the findings of an Ipsos Reid poll conducted between August 26 to September 1, 2011 on behalf of Global Television. For

Nadere informatie

Ik kom er soms tijdens de les achter dat ik mijn schoolspullen niet bij mij heb of niet compleet

Ik kom er soms tijdens de les achter dat ik mijn schoolspullen niet bij mij heb of niet compleet 1 2 3 4 MATERIAL PREPARING LESSON ATTITUDE TOWARD WORK Ik kom er vaak tijdens de les achter dat ik mijn schoolspullen niet bij mij heb Ik kom er soms tijdens de les achter dat ik mijn schoolspullen niet

Nadere informatie

Ius Commune Training Programme Amsterdam Masterclass 15 June 2018

Ius Commune Training Programme Amsterdam Masterclass 15 June 2018 www.iuscommune.eu Dear Ius Commune PhD researchers, You are kindly invited to participate in the Ius Commune Amsterdam Masterclass for PhD researchers, which will take place on Friday, 15 June 2018. This

Nadere informatie

NETWORK CHARTER. #ResourceEfficiency

NETWORK CHARTER. #ResourceEfficiency NETWORK CHARTER 1 WHAT IS THE EREK NETWORK? EREK stands for the European Resource Efficiency Knowledge Centre, a vibrant platform to enable and reinforce businesses and especially small and medium sized

Nadere informatie

Surveys: drowning in data?

Surveys: drowning in data? Surveys: drowning in data? De toekomst van surveyonderzoek Roeland Beerten Hoofdstatisticus Vlaamse overheid Inhoud Context Surveys in een wereld vol met data De toekomst? People in this country have

Nadere informatie

Uw mening telt! Onderwerp: aankondiging vragenlijst wel of niet afsluiten groene hoven. Beste bewoner(s),

Uw mening telt! Onderwerp: aankondiging vragenlijst wel of niet afsluiten groene hoven. Beste bewoner(s), Uw mening telt! Is het afsluiten van de groene hoven een goed idee? Wij horen het graag van u. Vanaf maandag 11 juni komen enquêteurs bij u langs om u daarover een aantal vragen te stellen. Onderwerp:

Nadere informatie

Borstkanker: Stichting tegen Kanker (Dutch Edition)

Borstkanker: Stichting tegen Kanker (Dutch Edition) Borstkanker: Stichting tegen Kanker (Dutch Edition) Stichting tegen Kanker Click here if your download doesn"t start automatically Borstkanker: Stichting tegen Kanker (Dutch Edition) Stichting tegen Kanker

Nadere informatie

Ius Commune Training Programme 2015-2016 Amsterdam Masterclass 16 June 2016

Ius Commune Training Programme 2015-2016 Amsterdam Masterclass 16 June 2016 www.iuscommune.eu Dear Ius Commune PhD researchers, You are kindly invited to attend the Ius Commune Amsterdam Masterclass for PhD researchers, which will take place on Thursday 16 June 2016. During this

Nadere informatie

Online Resource 1. Title: Implementing the flipped classroom: An exploration of study behaviour and student performance

Online Resource 1. Title: Implementing the flipped classroom: An exploration of study behaviour and student performance Online Resource 1 Title: Implementing the flipped classroom: An exploration of study behaviour and student performance Journal: Higher Education Authors: Anja J. Boevé, Rob R. Meijer, Roel J. Bosker, Jorien

Nadere informatie

This appendix lists all the messages that the DRS may send to a registrant's administrative contact.

This appendix lists all the messages that the DRS may send to a registrant's administrative contact. This appendix lists all the messages that the DRS may send to a registrant's administrative contact. Subject: 1010 De houdernaam voor #domeinnaam# is veranderd / Registrant of #domeinnaam# has been changed

Nadere informatie

Luister alsjeblieft naar een opname als je de vragen beantwoordt of speel de stukken zelf!

Luister alsjeblieft naar een opname als je de vragen beantwoordt of speel de stukken zelf! Martijn Hooning COLLEGE ANALYSE OPDRACHT 1 9 september 2009 Hierbij een paar vragen over twee stukken die we deze week en vorige week hebben besproken: Mondnacht van Schumann, en het eerste deel van het

Nadere informatie

Archiefwetenschap, Erfgoed En Politisering (Vor Geesteswetenschappen) (Dutch Edition) By Theo Thomassen

Archiefwetenschap, Erfgoed En Politisering (Vor Geesteswetenschappen) (Dutch Edition) By Theo Thomassen Archiefwetenschap, Erfgoed En Politisering (Vor Geesteswetenschappen) (Dutch Edition) By Theo Thomassen Theo Thomassen Universiteit van Amsterdam - - Theo Thomassen, Universiteit van Amsterdam, Media Studies

Nadere informatie

Buy Me FILE 5 BUY ME BK 2

Buy Me FILE 5 BUY ME BK 2 Buy Me FILE BUY ME BK Can you resist all those incredible products that all seem to be screaming: Buy Me! Every day we see them on TV during the commercial break: the best products in the world. How would

Nadere informatie

Communication about Animal Welfare in Danish Agricultural Education

Communication about Animal Welfare in Danish Agricultural Education Communication about Animal Welfare in Danish Agricultural Education Inger Anneberg, anthropologist, post doc, Aarhus University, Department of Animal Science Jesper Lassen, sociologist, professor, University

Nadere informatie

possessive determiners

possessive determiners personal pronouns possessive determiners SirPalsrok @meestergijs Ik = I (altijd met een hoofdletter schrijven) I am William. I have no brothers or sisters. I play tennis and love to play videogames. I

Nadere informatie

SharePoint intranet bij Barco Beter (samen)werken en communiceren

SharePoint intranet bij Barco Beter (samen)werken en communiceren SharePoint intranet bij Barco Beter (samen)werken en communiceren Els De Paepe Hans Vandenberghe 1 OVER BARCO 90+ 3,250 +1 billion Presence in more than 90 countries Employees Sales for 4 consecutive years

Nadere informatie

Evaluatieverslag / Evaluation Report Human Library Bergen

Evaluatieverslag / Evaluation Report Human Library Bergen Evaluatieverslag / Evaluation Report Human Library Bergen 16-06-2018 Enorm leuk om op deze manier ervaring met een bijzonder mens op te doen en de begeleiding is ook enorm goed. Ik heb een heel nieuw inzicht

Nadere informatie

1. will + hele werkwoord (Future Simple) 2. shall + hele werkwoord 3. to be (am/is/are) going to + hele werkwoord

1. will + hele werkwoord (Future Simple) 2. shall + hele werkwoord 3. to be (am/is/are) going to + hele werkwoord FUTURE TENSE ( TOEKOMENDE TIJD ) Hoe? 1. will + hele werkwoord (Future Simple) 2. shall + hele werkwoord 3. to be (am/is/are) going to + hele werkwoord Wanneer? Ad 1. Als iets in de toekomst zal gebeuren

Nadere informatie

Het Asterix project: methodologie van onderzoek bij zeldzame ziekten. Charlotte Gaasterland, Hanneke van der Lee PGO support meeting, 20 maart 2017

Het Asterix project: methodologie van onderzoek bij zeldzame ziekten. Charlotte Gaasterland, Hanneke van der Lee PGO support meeting, 20 maart 2017 Het Asterix project: methodologie van onderzoek bij zeldzame ziekten Charlotte Gaasterland, Hanneke van der Lee PGO support meeting, 20 maart 2017 Er is veel vraag naar nieuwe medicijnen voor zeldzame

Nadere informatie

Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze. in Relatie tot Depressie

Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze. in Relatie tot Depressie 1 Keuzetwijfels in de Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze in Relatie tot Depressie Open Universiteit Nederland Masterscriptie (S58337) Naam: Ilse Meijer Datum: juli 2011

Nadere informatie

L.Net s88sd16-n aansluitingen en programmering.

L.Net s88sd16-n aansluitingen en programmering. De L.Net s88sd16-n wordt via één van de L.Net aansluitingen aangesloten op de LocoNet aansluiting van de centrale, bij een Intellibox of Twin-Center is dat de LocoNet-T aansluiting. L.Net s88sd16-n aansluitingen

Nadere informatie

Academisch schrijven Inleiding

Academisch schrijven Inleiding - In this essay/paper/thesis I shall examine/investigate/evaluate/analyze Algemene inleiding van het werkstuk In this essay/paper/thesis I shall examine/investigate/evaluate/analyze To answer this question,

Nadere informatie

2010 Integrated reporting

2010 Integrated reporting 2010 Integrated reporting Source: Discussion Paper, IIRC, September 2011 1 20/80 2 Source: The International framework, IIRC, December 2013 3 Integrated reporting in eight questions Organizational

Nadere informatie

Interaction Design for the Semantic Web

Interaction Design for the Semantic Web Interaction Design for the Semantic Web Lynda Hardman http://www.cwi.nl/~lynda/courses/usi08/ CWI, Semantic Media Interfaces Presentation of Google results: text 2 1 Presentation of Google results: image

Nadere informatie

Innovaties in de chronische ziekenzorg 3e voorbeeld van zorginnovatie. Dr. J.J.W. (Hanneke) Molema, Prof. Dr. H.J.M.

Innovaties in de chronische ziekenzorg 3e voorbeeld van zorginnovatie. Dr. J.J.W. (Hanneke) Molema, Prof. Dr. H.J.M. Innovaties in de chronische ziekenzorg 3e voorbeeld van zorginnovatie Dr. J.J.W. (Hanneke) Molema, Prof. Dr. H.J.M. (Bert) Vrijhoef Take home messages: Voor toekomstbestendige chronische zorg zijn innovaties

Nadere informatie

Next Generation Poultry Health Redt Innovatie de Vleeskuikenhouder?

Next Generation Poultry Health Redt Innovatie de Vleeskuikenhouder? Next Generation Poultry Health Redt Innovatie de Vleeskuikenhouder? Paul Louis Iske Professor Open Innovation & Business Venturing, Maastricht University De wereld wordt steeds complexer Dit vraagt om

Nadere informatie

Duurzaam projectmanagement - De nieuwe realiteit van de projectmanager (Dutch Edition)

Duurzaam projectmanagement - De nieuwe realiteit van de projectmanager (Dutch Edition) Duurzaam projectmanagement - De nieuwe realiteit van de projectmanager (Dutch Edition) Ron Schipper Click here if your download doesn"t start automatically Duurzaam projectmanagement - De nieuwe realiteit

Nadere informatie

The first line of the input contains an integer $t \in \mathbb{n}$. This is followed by $t$ lines of text. This text consists of:

The first line of the input contains an integer $t \in \mathbb{n}$. This is followed by $t$ lines of text. This text consists of: Document properties Most word processors show some properties of the text in a document, such as the number of words or the number of letters in that document. Write a program that can determine some of

Nadere informatie

ETS 4.1 Beveiliging & ETS app concept

ETS 4.1 Beveiliging & ETS app concept ETS 4.1 Beveiliging & ETS app concept 7 juni 2012 KNX Professionals bijeenkomst Nieuwegein Annemieke van Dorland KNX trainingscentrum ABB Ede (in collaboration with KNX Association) 12/06/12 Folie 1 ETS

Nadere informatie

Love & Like FILE 2 LOVE & LIKE BK 2

Love & Like FILE 2 LOVE & LIKE BK 2 Love & Like I Like You Come a little closer Honey, come a little closer, let me whisper in your ear. Let me tell it to you quietly, So that no one else will hear. 1 File 2 - Love & Like BK2.indd 1 22-7-2014

Nadere informatie

een kopie van je paspoort, een kopie van je diploma voortgezet onderwijs (hoogst genoten opleiding), twee pasfoto s, naam op de achterkant

een kopie van je paspoort, een kopie van je diploma voortgezet onderwijs (hoogst genoten opleiding), twee pasfoto s, naam op de achterkant Vragenlijst in te vullen en op te sturen voor de meeloopochtend, KABK afdeling fotografie Questionnaire to be filled in and send in before the introduction morning, KABK department of Photography Stuur

Nadere informatie

irregular verbs onregelmatige werkwoorden

irregular verbs onregelmatige werkwoorden SirPalsrok @meestergijs Wanneer je een zin maakt, zul je iets moeten doen met een werkwoord. Je kan tenslotte niet het hele werkwoord gebruiken bij elk onderwerp. Bijvoorbeeld: spelen Wij spelen volleybal.

Nadere informatie

Ius Commune Training Programme Amsterdam Masterclass 22 June 2017

Ius Commune Training Programme Amsterdam Masterclass 22 June 2017 www.iuscommune.eu INVITATION Ius Commune Masterclass 22 June 2017 Amsterdam Dear Ius Commune PhD researchers, You are kindly invited to participate in the Ius Commune Amsterdam Masterclass for PhD researchers,

Nadere informatie

Evaluatieverslag / Evaluation Report Human Library Castricum

Evaluatieverslag / Evaluation Report Human Library Castricum Evaluatieverslag / Evaluation Report Human Library Castricum 16-06-2018 Eyeopener in een wereld waarin je niet bekend bent. Bijzonder om in zo'n korte tijd zo intensief met iemand te spreken. Het was fantastisch

Nadere informatie

You probably know animals can have best friends too. But what do you think about these special friendships?

You probably know animals can have best friends too. But what do you think about these special friendships? 1 Animal friends read Lees de tekst. Waar gaat deze tekst over? Animal friends You probably know animals can have best friends too. But what do you think about these special friendships? Look at this mouse

Nadere informatie

Het beheren van mijn Tungsten Network Portal account NL 1 Manage my Tungsten Network Portal account EN 14

Het beheren van mijn Tungsten Network Portal account NL 1 Manage my Tungsten Network Portal account EN 14 QUICK GUIDE C Het beheren van mijn Tungsten Network Portal account NL 1 Manage my Tungsten Network Portal account EN 14 Version 0.9 (June 2014) Per May 2014 OB10 has changed its name to Tungsten Network

Nadere informatie

Win a meet and greet with Adam Young from the band Owl City!

Win a meet and greet with Adam Young from the band Owl City! 1 Meet and greet read Lees de tekst. Wat is de prijs die je kunt winnen? early too late on time vroeg te laat op tijd Win a meet and greet with Adam Young from the band Owl City! Do you have a special

Nadere informatie

Vergelijken in het Engels

Vergelijken in het Engels Vergelijken in het Engels Om te vergelijken in het Engels, moet je de verschillende trappen van vergelijking kennen. Er bestaat een stellende trap (de basis: bijvoeglijk naamwoord), een vergrotende trap

Nadere informatie

Ontpopping. ORGACOM Thuis in het Museum

Ontpopping. ORGACOM Thuis in het Museum Ontpopping Veel deelnemende bezoekers zijn dit jaar nog maar één keer in het Van Abbemuseum geweest. De vragenlijst van deze mensen hangt Orgacom in een honingraatpatroon. Bezoekers die vaker komen worden

Nadere informatie

Grammatica uitleg voor de toets van Hoofdstuk 1

Grammatica uitleg voor de toets van Hoofdstuk 1 Grammatica uitleg voor de toets van Hoofdstuk 1 Vraagzinnen: Je kunt in het Engels vraagzinnen maken door vaak het werkwoord vooraan de zin te zetten. Bijv. She is nice. Bijv. I am late. Bijv. They are

Nadere informatie

Writing 1 WRITING 1 PART A KGT 3

Writing 1 WRITING 1 PART A KGT 3 Writing 1 Isn t it incredible? After only two years of learning English you can write your own English WhatsApp messages, tweets and emails. You can also post some lines on an international website. Don

Nadere informatie

Wij beloven je te motiveren en verbinden met andere studenten op de fiets, om zo leuk en veilig te fietsen. Benoit Dubois

Wij beloven je te motiveren en verbinden met andere studenten op de fiets, om zo leuk en veilig te fietsen. Benoit Dubois Wij beloven je te motiveren en verbinden met andere studenten op de fiets, om zo leuk en veilig te fietsen. Benoit Dubois Wat mij gelijk opviel is dat iedereen hier fietst. Ik vind het jammer dat iedereen

Nadere informatie

APPROACHING THE FAMILY

APPROACHING THE FAMILY 1 Journalists Workshop Organ Donation and Transplantation APPROACHING THE FAMILY COLENBIE LUC TRANSPLANTATION COORDINATION 9 October 2012 2 Everybody arriving hospital Start the fight for saving life Family

Nadere informatie

Appendix A: The factor analysis for the immersion questionnaire

Appendix A: The factor analysis for the immersion questionnaire 1 Appendix A: The factor analysis for the immersion questionnaire 2 3 Summary of exploratory factor analysis for the immersion questionnaire. Ik voelde mij zoals de hoofdpersoon zich voelde. 0.85 0.23-0.03-0.05-0.13

Nadere informatie

Building the next economy met Blockchain en real estate. Lelystad Airport, 2 november 2017 BT Event

Building the next economy met Blockchain en real estate. Lelystad Airport, 2 november 2017 BT Event Building the next economy met Blockchain en real estate Lelystad Airport, 2 november 2017 Blockchain en real estate Programma Wat is blockchain en waarvoor wordt het gebruikt? BlockchaininRealEstate Blockchain

Nadere informatie

VerlichtDeWereld. KERSTACTIE november 25 december 2017

VerlichtDeWereld. KERSTACTIE november 25 december 2017 De KERSTACTIE 2017 24 november 25 december 2017 THEMA Als we het voorbeeld van de Heiland volgen en leven zoals Hij leefde en zoals Hij ons leerde, zal dat licht in ons branden en de weg voor anderen verlichten.

Nadere informatie

3 I always love to do the shopping. A Yes I do! B No! I hate supermarkets. C Sometimes. When my mother lets me buy chocolate.

3 I always love to do the shopping. A Yes I do! B No! I hate supermarkets. C Sometimes. When my mother lets me buy chocolate. 1 Test yourself read a Lees de vragen van de test. Waar gaat deze test over? Flash info 1 In the morning I always make my bed. A Yes. B No. C Sometimes, when I feel like it. 2 When I see an old lady with

Nadere informatie

Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten.

Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten. Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten. The Effect of Difference in Peer and Parent Social Influences on Adolescent Alcohol Use. Nadine

Nadere informatie

Geert Mul (Nederlandse tekst onderaan de pagina)

Geert Mul (Nederlandse tekst onderaan de pagina) NATUREALLY Commissioned work for the hospital of Enschede (MST) 2016 Transparent print and coloured backlight. 450 x 800 cm, Geert Mul 2016 (Nederlandse tekst onderaan de pagina) The work of art called

Nadere informatie

My Inspiration I got my inspiration from a lamp that I already had made 2 years ago. The lamp is the you can see on the right.

My Inspiration I got my inspiration from a lamp that I already had made 2 years ago. The lamp is the you can see on the right. Mijn Inspiratie Ik kreeg het idee om een variant te maken van een lamp die ik al eerder had gemaakt. Bij de lamp die in de onderstaande foto s is afgebeeld kun je het licht dimmen door de lamellen open

Nadere informatie

BISL EEN FRAMEWORK VOOR BUSINESS INFORMATIEMANAGEMENT (DUTCH LANGUAGE) (GERMAN EDITION) (DUTCH EDITION) BY REMKO VAN DER POLS, RALPH DONA

BISL EEN FRAMEWORK VOOR BUSINESS INFORMATIEMANAGEMENT (DUTCH LANGUAGE) (GERMAN EDITION) (DUTCH EDITION) BY REMKO VAN DER POLS, RALPH DONA Read Online and Download Ebook BISL EEN FRAMEWORK VOOR BUSINESS INFORMATIEMANAGEMENT (DUTCH LANGUAGE) (GERMAN EDITION) (DUTCH EDITION) BY REMKO VAN DER POLS, RALPH DONA DOWNLOAD EBOOK : BISL EEN FRAMEWORK

Nadere informatie

Free time! Better skills. Free time with Brenda and Brian. Worksheet

Free time! Better skills. Free time with Brenda and Brian. Worksheet 1 Free time! read a Stel je hebt een dag vrij van school. Schrijf op wat je dan gaat doen. b Lees de tekst en schrijf op welke dingen Brian en Brenda voorstellen om te doen op een vrije dag. Free time

Nadere informatie

Firewall van de Speedtouch 789wl volledig uitschakelen?

Firewall van de Speedtouch 789wl volledig uitschakelen? Firewall van de Speedtouch 789wl volledig uitschakelen? De firewall van de Speedtouch 789 (wl) kan niet volledig uitgeschakeld worden via de Web interface: De firewall blijft namelijk op stateful staan

Nadere informatie

CREATING VALUE THROUGH AN INNOVATIVE HRM DESIGN CONFERENCE 20 NOVEMBER 2012 DE ORGANISATIE VAN DE HRM AFDELING IN WOELIGE TIJDEN

CREATING VALUE THROUGH AN INNOVATIVE HRM DESIGN CONFERENCE 20 NOVEMBER 2012 DE ORGANISATIE VAN DE HRM AFDELING IN WOELIGE TIJDEN CREATING VALUE THROUGH AN INNOVATIVE HRM DESIGN CONFERENCE 20 NOVEMBER 2012 DE ORGANISATIE VAN DE HRM AFDELING IN WOELIGE TIJDEN Mieke Audenaert 2010-2011 1 HISTORY The HRM department or manager was born

Nadere informatie

HANDBOEK HARTFALEN (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM

HANDBOEK HARTFALEN (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM HANDBOEK HARTFALEN (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM READ ONLINE AND DOWNLOAD EBOOK : HANDBOEK HARTFALEN (DUTCH EDITION) FROM BOHN Click button to download this ebook READ ONLINE AND DOWNLOAD

Nadere informatie