Anke Kranendonk. Daar gaan we weer

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Anke Kranendonk. Daar gaan we weer"

Transcriptie

1 DAAR GAAN WE WEER

2

3 Anke Kranendonk Daar gaan we weer Lemniscaat Rotterdam

4 Omslagfoto: Getty Images 2009 Anke Kranendonk Nederlandse rechten Lemniscaat b.v. Rotterdam 2009 ISBN Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm, geluidsband of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Druk en bindwerk: Drukkerij Haasbeek b.v., Alphen aan den Rijn Dit boek is gedrukt op milieuvriendelijk, chloorvrij gebleekt en verouderingsbestendig papier en geproduceerd in de Benelux, waardoor onnodig en milieuverontreinigend transport is vermeden.

5 Zo krijg je nooit goed vuur. Mijn vader luistert niet. Hij zit op zijn hurken voor een zelfgefabriceerde vuurplaats. Met een kleine lucifer probeert hij de stukjes hout aan te steken die hij er zojuist op heeft gelegd. De wind waait de vlam steeds uit. Kansloos, zeg ik. Dat zie je toch. Ik ben met mijn ouders en broertje op een minicamping ergens in de Vogezen. We staan met twee stinktenten op een terras, in de uiterste uithoek. Voor een van de tenten zit mijn moeder op een laag stoeltje een boek te lezen, mijn vader is dus met dat vuurtje bezig en mijn broertje is de hort op, met andere kinderen mee. Kansloos, zeg ik nog een keer, als mijn vader hijgend en puffend naast het bakje met kleine stokjes en krantensnippers gaat zitten. Pfff, zegt mijn vader tegen mijn moeder. Ik heb het weer, dat brandende maagzuur. Loser, zeg ik. Er is geen moer te beleven hier, het enige leuke van de camping is het zwembad, en dat onze hond los mag lopen. Tot gisteren toen heeft hij alle vuilniszakken aangevreten op zoek 5

6 naar botten en werd het overal zo n zooitje dat hij voorlopig aan de lijn in de tent ligt. De tent stinkt niet omdat Sjim er ligt, maar omdat hij vijftig jaar oud is. Mijn moeder deed er als kleuter een dutje in als haar vader hem had opgezet op het strand. Nu is haar vader dood en vindt ze het enig! dat die tent nog te gebruiken is. De tent waar mijn broer en ik in slapen stinkt nog harder. De binnentent is volkomen uitgelubberd. Als je in je slaapzak ligt, hangt die binnentent dus over je wangen te kietelen. Mijn moeder vindt ook dat enig!. Die tent kocht ze samen met haar vader toen ze voor het eerst op vakantie ging. Die is dus vijfendertig jaar oud; hij is gebruikt totdat mijn zus Mischa werd geboren en heeft zestien jaar ergens op een klamme zolder gelegen. Nu mijn zus is thuisgebleven, zijn wij niet met onze immense gezinstent op stap, maar met die twee oude tenten. Twee verlepte oranje tenten. Ik schaam me dood. Hou op met je commentaar, zegt mijn vader, nog steeds zittend op de grond. Hoezo? vraag ik. Het is toch zo. Wat is zo? Dat je een loser bent, je kunt niet eens een vuurtje maken. Sean! Mijn moeder legt haar boek naast haar lage kampeerstoel op het gras en schuift haar bril omhoog. Het is geen gewone bril, maar een halve leesbril met paarse glazen tegen de zon. In één beweging heeft ze haar petje achter op haar hoofd gezet en de bril ervoor geschoven. Zo praat je niet over je vader. En doe je handen uit je zakken. 6

7 Waarom mag ik niet met mijn handen in mijn zakken? Plotseling kookt er iets vanbinnen. Waar bemoeien ze zich mee? Wat hebben zij te maken met handen die in mijn zakken zitten? Nou? vraag ik. Wat is er mis mee? Ik schop een verloren eikeltje weg. Precies tegen de leesbril van mijn moeder. Briesend staat ze op en stampt als een klein kind op de grond. Sean, ik word stapel van je. Hoepel op, ga wat doen, hou op met je commentaar! Sorry! wil ik zeggen. Maar het komt mijn mond niet uit. Niets komt er mijn mond meer uit. Ik sta voor mijn moeder en kijk haar aan. Op het ongelijke grasveld, met rechts van mij de twee hangtenten, achter mij het bos en het vuurplaatsje op de grond. Boven mij op de hoger gelegen terrassen staan een paar tenten, links de auto en daarachter een paar jongetjes die op de grond zitten. Voor mij, puffend in een stoel, mijn vader. Mijn moeder blijft staan en ik ook. Ik kijk naar haar. Ze draagt een bikini en is gebruind. In lagen. Doordat ze vaak ineengedoken in een klein stoeltje in de zon zit, rimpelt haar buik en blijven er randen blank. Mam, het is hier wit, zeg ik en wijs bij mezelf op de hoogte waar bij vrouwen borsten zitten. Maar dan dus wat lager. Ze kijkt naar beneden, pakt haar twee borsten vast, trekt ze omhoog en ziet de twee witte plekken eronder. Met de borsten nog in haar handen kijkt ze weer naar mij. Kras op, zegt ze met ingehouden woede. Ik trek mijn schouders op en loop weg. 7

8 Achter de auto zit mijn broertje met drie andere jongens. Ze zitten op hun knieën en slijpen een scherpe punt aan een lange stok. Mijn broer heeft het Opinel zakmes van mijn vader gepakt. Waarschijnlijk zonder het te vragen. Met woeste gebaren raspt hij stukken van de knoestige stok. Je snijdt zo in je been, zeg ik, nadat ik de boel een poosje heb bekeken. Rot op, Sjonnie, antwoordt mijn kleine broertje, zonder op of om te kijken. Doe even normaal, zeg ik. Rot op. Hoe zo, rot op? Straks heb je een jaap in je been en ga je krijsen. Kunnen we met zijn allen naar het ziekenhuis. Jij gillend in de auto, alles onder het bloed. Rot op! De drie anderen, nog jonger dan Bennie, kijken verschrikt omhoog. Stelletje losers, ze zitten gewoon mijn broertje na te apen. Zijn zich totaal niet bewust van de gevaren van zo n mes. Straks liggen er drie jongetjes dood te bloeden. Weet papa dat je dat mes hebt? vraag ik. Mijn broertje springt op, hij doet zijn arm omhoog en zwaait met het mes voor mijn neus. Waag het eens, zeg ik en ik voel me zo sterk worden dat ik in één keer alle bomen van deze camping uit de grond kan rukken en Bennie naar de hemel kan slaan. Ik grijp mijn broertjes arm en draai hem op zijn rug. Hij schreeuwt het uit van de pijn. Mijn moeder komt naar ons toe gelopen. Weg, sist ze en wijst in de richting van de tenten. 8

9 Ik probeer alleen maar te voorkomen dat Bennie zijn leven lang in een rolstoel moet doorbrengen met anderhalf beentje, zeg ik, terwijl ik hem blijf vasthouden. Dat is aardig van je, maar wij voeden onze zoon op. Dat hoef jij niet te doen. Weg, je tent in. Ik laat mijn broertje los, trek mijn schouders op en draai me om. Doe het dan eens een keer, mompel ik. Wat? vraagt mijn moeder. Dat kind opvoeden. Ja, zucht mijn moeder. Dat is al net zo n klus als jou opvoeden. Sorry hoor, zeg ik. Had dan niet geneukt. Nu weet ik dat ik heel snel moet zijn. Met een snoekduik beland ik in de hangtietentent en rits hem snel dicht. Maar wat moet ik hier doen? Ik sla met mijn hand tegen de binnentent. Hij vliegt omhoog en valt meteen naar beneden. Ik sla nog een keer, en nog een keer. Eigenlijk is het een grappig gezicht. Het gaat steeds harder: klap, klap klap. Als ik in het midden ga liggen, kan ik tegen allebei de tentdoeken slaan. Eerst tegelijkertijd, dan om de beurt. Het wordt een waar drumspektakel. Met wapperende doeken. Als ik er een lichtje op zou zetten, kan het een mooie theatervertoning worden, hier op deze saaie camping. Ik geloof dat ik op de achtergrond mijn moeder hoor roepen dat ik ermee moet ophouden. Als ik me goed concentreer op mijn drumsolo, hoor ik haar niet. Zeker niet als ik nog harder sla. Wow! De tent vliegt bijna de lucht in! Harder en nog harder! 9

10 Er hangt een hoofd boven me. Mijn moeder. Hou je ermee op! briest ze. Ben ik daar vijfendertig jaar zuinig geweest op die tent, zit jij hem in één keer naar de filistijnen te slaan. Van schrik hou ik op en kijk naar mijn moeder die op haar kop boven me hangt. Zo had ik haar nog nooit bekeken: haar ogen rollen zowat uit hun kassen, het vel hangt naar beneden en als ik nog meer achterover kijk, zie ik haar borsten als lege boterhamzakjes uit het bovenstukje hangen. Ik kan er niets aan doen. Ik begin onbedaarlijk te lachen. O mam! roep ik. Je hangt er zo grappig bij! Kijk eens naar jezelf! Op handen en knieën zit mijn moeder in de voortent, met haar hoofd door de opening. Ze kijkt naar zich zelf. Ik kom niet meer bij. Het lachen houdt niet op, ik kronkel door de tent. In tijden heb ik niet zo gelachen. Maar mijn moeder ziet de lol er niet van in. Zwijgend trekt ze haar hoofd terug en verdwijnt. Ik pak mijn ipod en stop de dopjes in mijn oren. Voor de vakantie heb ik er samen met mijn zus van alles op gezet, liedjes en leuke conferences van cabaretiers. Nu is Hans Teeuwen aan het zingen en ik zing mee: Blokfluitles, blokfluitles. Debbie amputeert haar eigen borsten met een mes. Roerbakei, roerbakei. Heroïnedealer op een kinderboerderij. De cabaretier zingt door, maar ik maak mijn eigen tekst: Hoerbakei, hoerbakei, heroïnedealer op een kinderboerderij. Waarbij ik hoer lekker hard en duidelijk uitspreek. Dan verzin ik er een ter plekke: Kankergezwel, kankergezwel. Ik heb het niet, maar mijn broertje heeft het wel. 10

11 Ineens worden de doppen uit mijn oren getrokken. Ik draai me op mijn buik en kijk recht in het gezicht van mijn moeder. Wil je daarmee ophouden, zegt ze. Hou daar nu ogenblikkelijk mee op. Ben je helemaal gek geworden! Hoe kom je aan die gorigheid? Dat doe ik niet, zeg ik. Ik zing alleen maar mee met mijn muziek. Wist ik veel. Dat heeft Mischa erop gezet. Mijn moeders hele lijf trilt. Dat is goed te zien, met dat slappe vel van haar. Eigenlijk was het me nog nooit zo opgevallen, maar het vlees van mijn moeder is één grote drilpudding geworden. Kom, zegt ze. We gaan eropuit. Ah nee hè. Toch niet eropuit. Waarnaartoe? Ik ben al moe bij het idee. Kom de tent uit! roept mijn moeder, die alweer buiten staat en haar hoofd van links naar rechts beweegt, alsof ze alle campinggasten moet verzamelen. Allé, voortmaken! We gaan! Ik blijf liggen en kijk haar na. Ze duikt haar tent in, is even later weer terug en trekt ten overstaan van iedereen die het wil zien, haar lange broek en T-shirt aan. Kom! roept ze ondertussen. Kom Sean, kom Ben. We gaan! Ik weet inmiddels echt wel dat we gaan, maar ik wacht nog even. Pas als iedereen in de auto zit, kom ik. Zo langzamerhand ken ik ons gezin: het duurt minstens een halfuur voordat we vertrekken. Bennie, kom! Mijn broertje zit nog steeds die stok te raspen. Hij schijnt niet 11

12 van plan te zijn om in de auto te stappen. Mijn moeder roept nog een keer. Ondertussen heeft mijn vader zijn hardloopschoenen aangedaan en staat bij mijn moeder. Ik weet niet of het gaat lukken, zegt hij. Ik ben alweer moe. Waarom heb je dan je hardloopschoenen aan? vraag ik. Mijn vader draait zich naar me toe en kijkt me vernietigend aan, maar geeft geen antwoord. Ja, zeg ik. Je trekt voortdurend die renschoenen aan, maar je verzet geen stap. Moet jij zeggen, antwoordt mijn vader. Jij doet helemaal niets. Maar ik trek ook geen renschoenen aan. Hou je brutale snoet. Dat is niet brutaal, dat is een constatering. Stil! zegt mijn moeder door ons gesprek heen. Altijd maar het laatste woord willen hebben. Hou op allebei. Kom, we gaan. Ja, zeg ik. Dat weet ik. Kom dan uit die stinktent van je, trek goede schoenen aan en schiet op. Bennie! roept ze in één adem door. Komen. Nu! Dus jij vindt het ook een stinktent? vraag ik aan mijn moeder als we eenmaal op weg zijn naar iets. Wat bedoel je? vraagt mijn moeder zonder achterom te kijken. Dat zei je. Je zei: Kom die stinktent uit. Mijn moeder zucht. Dat is in overdrachtelijke zin bedoeld. O ja. Ik snap er geen moer van, maar laat maar zitten. Mijn 12

13 moeder is nogal flipperig de laatste tijd. Zonder dat ik snap waarom wordt ze af en toe razend op me. En alleen op mij. Nou ja, zegt mijn moeder. Het is ook een stinktent. Binnen twee dagen hebben jullie je deodorantflessen erin leeggespoten, jullie weigeren om schone sokken aan te trekken en volgens mij dragen jullie ook al dagen achtereen dezelfde onderbroek. Ons bin zunig, zegt mijn broertje. Ik kijk hem aan van opzij. Zo n klein vervelend jongetje, en dan ineens zo grappig. Mijn moeder kijkt om, ik zie een glimlach op haar gezicht. Mijn vader laat een boer. Zomaar, terwijl hij autorijdt. Zijn borstelige wenkbrauwen trillen ervan. Sorry, zegt hij. Ik heb weer maagzuur. Frank, dit is niet goed, antwoordt mijn moeder. Als we thuiskomen, moet je naar de dokter, misschien heeft hij er een pilletje voor. Of je gaat leren op je hoofd te staan, misschien stroomt het maagzuur dan weer terug. Lijkt me niet verstandig, meng ik me in het gesprek. Waarom niet? Met zo n buik, dan houd je nooit evenwicht. Alsof hij een steek in zijn zij krijgt, zo snel heeft mijn vader zich naar mij gedraaid. Vind jij jezelf leuk? sist hij. Ik krijg schoon genoeg van je opmerkingen. Wist je dat? Je lummelt de hele dag rond en kunt alleen maar op iedereen commentaar hebben. Kijk eens naar jezelf. Ja, dat doe ik al genoeg. 13

14 Zwijgend rijden we verder. Bij een klimparadijs, dat ze hebben aangelegd in een ruig gedeelte van de Vogezen, parkeert mijn vader de auto. Gaan we erin? vraagt mijn broertje, die beter als slingeraap in de rimboe geboren had kunnen worden dan als intelligent jongetje in de Randstad van Nederland. Mijn moeder knikt. Daar heb ik geen zin in, zeg ik. Persoonlijk ben ik niet zo aapachtig aangelegd. Dat hoeft ook niet, dan gaan wij een wandeling maken. Dat zegt mijn moeder. Wie, wij? vraag ik. Jij en ik. Gaat papa dan mee klimmen? Mijn vader knikt. Pas maar op, zeg ik. Voor je maagzuur. Nog net kan hij zich inhouden, anders had hij mij een klap verkocht. Het enige dat ik doe is hen helpen. Waarom wordt iedereen dan zo snel kwaad? In wat voor een wereld leef ik? Mijn moeder en ik lopen een eindje langs de weg, naar de ingang van het bos. Bij een bord blijven we staan en kiezen een route uit die ons om een meer leidt. Een uurtje, dat is te doen, zegt mijn moeder. Kom, we gaan. Alsof ik dat nog niet wist, maar ik reageer niet. Zonder iets te zeggen klimmen we van de ene steen naar de andere steen, steeds hoger en hoger. Het is warm. Steeds trager beklimmen we de grote grijze keien. Soms houdt mijn moeder haar pas in 14

15 en wacht totdat ik bij haar ben, dan weer ben ik haar voor. Het pad gaat naar links. We zijn nu zo hoog en het bos is zo ondoordringbaar, dat we alleen maar over een smal paadje kunnen gaan, met links aan de rand van het ravijn een touw om niet naar beneden te kletteren. We lopen verder, mijn moeder voorop. Tijd om op de omgeving te letten heb ik niet, ik ben veel te druk met het touw en het pad. Totdat mijn moeder stilstaat en ik naast haar ga staan. Beneden ons ligt een diep, rotsig ravijn en dan een helderblauw meer. Het duurt even voordat mijn hartslag rustig wordt. Terwijl ik daarop wacht, kijk ik naar het prachtige meer in de diepte. Het is alsof de kolossale schoonheid van het hele ravijn met het meer en alle bossen in een grote golf over me heen spoelt. Ik verdwijn erin en weet niet meer waar ik ben. Met twee handen houd ik het touw vast. Mooi hè, hoor ik mijn moeder zeggen. Ik knik. Dan blijft het stil. Geloof ik. Misschien zegt mijn moeder nog iets, maar ik hoor het niet. Ik ben in een grote donkere leegte en houd het touw vast. Zullen we verdergaan? vraagt ze na een tijdje. Ik knik weer. Mijn moeder wacht totdat ik haar voorga over het smalle pad, me vastklampend aan het touw. We zeggen niets, mijn moeder loopt achter me. Op het ritme van onze ademhaling vervolgen we onze weg. Het bos wordt lichter en we kunnen met zijn tweeën naast elkaar lopen. Zo af en toe passeert iemand ons, dan mompelen 15

16 we bonjour, de mensen mompelen een antwoord, dan is het weer stil en lopen we verder. Voel jij je soms kut? vraagt mijn moeder. Ja, sorry voor het woord. Ik kijk haar even aan. Kon ze zien dat ik in die zwarte golf zat? Hoezo? Dat dacht ik, misschien. Om hoe je doet. Hoe doe ik dan? Bij de camping. Je staat daar maar en kijkt naar ons. Mag dat niet? Jawel. Nou ja, zeg ik. Alsof jij altijd zo leuk doet. Mijn moeder is even stil. Zo was je vroeger niet, vervolgt ze. Nu lever je op alles commentaar. Ja, zeg ik. Ze zet haar hand op haar knie, om de beklimming wat makkelijker te maken. Ze hijgt als een gek. Bijna zijn we bij het hoogste punt gekomen. We lopen door, naar het plateau dat we boven ons zien liggen. Ik dek me vast in. Stel je voor dat ik daar straks sta en de natuur weer zo mooi vind dat ik ervan moet huilen. Niet zomaar huilen, maar diep, hartverscheurend diep. Dat kan niet. Dan ga ik stuk. Als we boven zijn, wist mijn moeder het zweet van haar voorhoofd. Ze zucht en kijkt naar beneden. Pfoe, zegt ze. Schitterend. Ze vraagt niet wat ik ervan vind, alsof ze al weet dat ik er on- 16

17 verschillig op zal reageren. We kijken en luisteren naar de vogels die met hun gefluit kleine gaatjes in de stilte prikken. Beneden bij het meer zie ik kleine wezentjes. Het zullen mensen zijn, die op de strandjes rond het meer wandelen, het water in gaan, of er liggen te zonnebaden. We lopen weer verder. Naar beneden. Soms ben je heel boos, of bang, verdrietig, of zo erg gelukkig dat het niet leuk meer is. Ik geef geen antwoord. We letten op onze voeten die niet moeten wegglijden over de stenen. De puberteit, vervolgt mijn moeder als het pad niet meer zo steil is. Ik heb het ook, maar dan heet het de overgang. De overgang, zeg ik. Eigenlijk ben ik nu wel klaar met het hele verhaal. Maar mijn moeder gaat nog door: Bij jou draaien de hormonen rechtsom en daar raakt alles van in de war. En als je dan weer ouder bent, en de hormonen eindelijk een beetje stil liggen, dan draaien ze weer terug en daar krijg je dan ook weer last van. Zeg maar. In eenvoudige zin. Ik sta stil, beneden op het pad langs het meer. Dus dat geflip van jou? vraag ik. Dat heet de overgang? Mijn moeder knikt en kijkt er een beetje beteuterd bij. Hoe lang duurt zo n overgang? Ik weet niet, zegt ze. Ik hoop niet lang. Nog een jaar of zo. Of twee. Ik schiet in de lach. Nou, dat gaat dan een leuk jaartje worden. 17

18 Kom op Sean, je moet wel wat doen. Mijn moeder zit tegenover me. De grote eettafel ligt vol met boeken. Schoolboeken. Vanochtend hebben we ze gehaald. In de grote lege school. We moesten op de tweede verdieping zijn, in lokaal 212. Toen ik één trap op liep, was ik al moe. Er waren meer kinderen in het lokaal. Blonde, donkere, met beugels, zelfs een met een buitenboordbeugel, lange, kleine, met sneakers aan, op slippers. Rare kinderen. Allemaal. En die komen bij mij in de klas. Beneden in de hal liepen oudere leerlingen die elkaar enthousiast begroetten. Zal mij dat ooit lukken? Kan ik ooit zomaar door gangen lopen en blij hallo roepen? Sean, vouw op zijn minst die randjes om. Je kunt toch wel íets? Voor me ligt kaftpapier. Mijn moeder rolt een rol open en legt er een boek in. Ze meet hoeveel papier het boek nodig heeft, zet een streepje, haalt het boek weg en vouwt het kaftpapier dubbel. Zo. Nu knip jij het af. Dat moet toch lukken. Ze schuift de rol naar mij toe. Nu moet ik knippen. Een schaar pakken. Hoe moet ik dat maandag doen? Het rooster 18

19 halen. Eerst in de aula. Honderden kinderen, want het is een grote school. Honderden kinderen die ik niet ken. Net als twee jaar terug. Toen kende ik ook niemand. We verhuisden en ik kwam in groep vijf terecht bij allemaal kinderen die elkaar vanaf de peuterklas kenden. Zeg mam, vraag ik. Die juf Joke van mijn eerste school, was dat soms een alcoholist? Mijn moeder stopt met vouwen en kijkt me aan. Wie? Juf Joke, weet je wel, de directrice van de Vloedgolf. Waarom denk je dat? Ze stonk. Daarom ben je nog geen alcoholist. Ze had rode wangen. Dan ben je ook nog geen alcoholist. Ik vond haar altijd net een kip. Een kip? Mijn moeder doet iets met het boek dat ze in haar handen heeft, schuift het weg en grist de rol, waar ik nog niets mee heb gedaan, bij me weg. Zo kwam ze altijd uit de school gerend. Alsof ze op de vlucht was voor de haan. Haar hoofd vooruit. En dan met rode wangen. Mijn moeder schiet in de lach, maar geeft me geen antwoord. Een alcoholist is toch iemand die veel alcohol drinkt, wijn of bier? Mijn moeder knikt. Hoe weet je dat? vraagt ze. Je was acht jaar toen je daar van school af ging. Ik dacht het toen niet, ik denk het nu, nu ik eraan terugdenk. Mijn moeder knikt. Zo jong, zegt ze. En dan al gelijk heb- 19

20 ben. Maar vooruit, schiet eens op met die boeken. Plak dit even vast. Ze schuift me het volgende boek toe. Hoe krijgt ze het zo snel gedaan? Draai, draai, knip, knip en het boek is gekaft. Nu moet ik de hoeken vastplakken. En toen ging ik op een nieuwe school. Bij een strenge juf. Ik moest verschrikkelijk hard werken. Elke dag spoorde ze me aan. Vooruit Sean, doorwerken. Vooruit Sean, volgende taakje. Tijd om na te denken had ik niet. Dan kwam juf Anneke, die met me ging lezen. Iedere week een test. Die juf Anneke, had die wel geleerd? vraag ik. Mijn moeder kijkt op. Al die boeken. Moet ik ze allemaal leren? Hoe weet ik welk boek ik moet meenemen? Hoe weet ik naar welk lokaal ik moet? Met al die kinderen door de gang. Hoezo? vraagt mijn moeder. Even moet ik nadenken wat ik ook alweer had gezegd. Juf Anneke. Ze was altijd zenuwachtig. Alsof ze niet goed wist of ze het goed deed. Terwijl ze zelf kinderen had! Mijn moeder schiet in de lach. Dat garandeert nog niet dat je weet hoe je met kinderen moet omgaan. Kom op vent, knip dat papier af. Ik vouw de rol open, maar meteen rolt hij weer in elkaar. Ik probeer het nog een keer, maar dat stomme ding schiet meteen terug. Ik moest de hele tijd testjes doen. Het was net alsof ze me leeg wilde schudden. Verdorie, weer draait die rol in elkaar. Ik kan het niet hoor. 20

21 Waarom moeten we eigenlijk die stomme boeken kaften, terwijl ik niet eens zin heb om eruit te leren? Wat dacht je dan? vraagt mijn moeder, die onverstoorbaar doorgaat. Alsof ze haar leven lang boeken kaft en ondertussen praat. Ik dacht, het leek net alsof ik dyslectisch móest zijn om de juf blij te maken. Alsof ze dan een streepje in een schrift kon zetten: zo, dit weten we dan. Weer een kind dyslectisch. Maar je bent het niet, zegt mijn moeder. Ze kijkt me aan. Ik zie een glimlach om haar mond. Je hebt het goed gezien, zegt ze. Die juf was erg onzeker. Dat vond ik ook. Ik zucht. Hoe oud was die juf? In de vijftig, antwoordt mijn moeder. Vijftig jaar. En nog steeds onzeker. Plak dan de etiketten erop, zegt mijn moeder, als ze ziet dat er geen moer van mijn kafthulp terechtkomt. Etiketten plakken. Waarom? Voor je naam en het vak. Anders moet je steeds het boek openslaan om te kijken welk boek het is. We hadden beter niet kunnen kaften, zeg ik. Dan had je het zo kunnen zien. Mijn moeder zucht. Doe het nou maar, zegt ze. Het gaat niet, al dat papier om de boeken. Het is net alsof er zeepsop in mijn hoofd zit. Er is een druppeltje Dreft in mijn hersenpan gekomen en dat vermengt zich nu met mijn hersenvocht. 21

22 Dit schiet niet op, zegt mijn moeder, nadat ik een tijd met een schaar in mijn hand heb gezeten. Ga de hond maar uitlaten. Ik sta in de hal met de hond en de riem in mijn hand en doe niets. Het hoofd blijft vol sop. Mijn vader komt de trap af gelopen, met een doos onder zijn arm. Als hij me in het halletje ziet staan, komt hij naar me toe. Gaat het niet? vraagt hij. Ik schud mijn hoofd. En het gaat vanzelf. Als een lappenpop sta ik te janken. Ik. Een jongen van dertien. 22

23 Het gaat wel weer. Ik ben met de hond buiten, op het pleintje, bij de vijver. Sjim heeft ergens gepoept, ik weet natuurlijk niet waar, anders moet ik het opruimen met zo n vies papieren zakje. Sjim snuffelt rond, terwijl ik op een bankje met mijn kop in de zon zit. Ik pak de opgevoerde aansteker uit mijn broekzak. Als je het metalen hulsje van een aansteker haalt, kun je het palletje waarmee je de hoogte van de vlam instelt, verder naar links of rechts schuiven. Ik heb het natuurlijk zo ver mogelijk naar rechts geschoven. Een vlam van een halve meter springt uit het kleine ding tevoorschijn. Kijk, er zijn dingen die je aan je moeder kunt vertellen, en er zijn dingen die je maar beter niet kunt vertellen. Na drie keer ontvlammen is de aansteker leeg. Dat is dan weer jammer. Als ik thuiskom, zit mijn zus achter de piano een eigen improvisatie van een funkyjazznummer te spelen. Het klinkt goed, maar wel hard. Mijn vader zit op de grond voor de televisie het snoer van de nintendo uit elkaar te halen. Ik kniel naast hem neer om te helpen. Leuk, zeg ik. 23

24 Ja, antwoordt mijn vader. Ik dacht: kom, laat ik die oude spelcomputer weer eens voor de dag halen. Nintendo, snuift mijn moeder, die nog met mijn boeken bezig is. Mijn man van vijftig zit nintendospelletjes te spelen. Ik kijk mijn vader even aan. Die geeft me een knipoog. Ik weet wat dat betekent: niets antwoorden, gewoon doorgaan met waar je mee bezig bent. Mijn zus gaat harder spelen. Het is drie uur in de middag, maar zij is net haar bed uit en haar krullen zitten als een grote dreadlock achter op haar hoofd geplakt. Dan zwaait de deur open en stapt mijn broertje naar binnen. Van top tot teen zwart van de modder. Mam! vraagt hij. Mag ik naar Ajax? We gaan met zijn allen. Vanavond. Het kost veertig euro. Ajax? Wat krijgen we nu weer? Ja! De hele straat gaat, dus ik moet mee. Alleen, ik kan niet met ze meerijden, dus wil jij rijden? Of papa, maar die zal wel moe zijn. Dus wil jij rijden? Mijn vader rukt het snoer, dat hij zojuist in de televisie had gedaan, er weer uit. Een dikke vloek ontsnapt zijn mond. Hou op! roept mijn moeder. Vloeken om een nintendo is wel het laatste dat je moet doen. Mam? Kan het? Jawel hè, dan ga ik het even zeggen. Ondertussen speelt mijn zus iets harder haar funky nummer. Dan staat mijn moeder op. Ze pakt een rol kaftpapier en slaat er zo hard mee op de tafel dat hij doormidden knakt. Zijn jullie gek hier met zijn allen? Mischa, hou op met spelen, Ben, zit niet zo te drammen! Frank, berg alsjeblieft die nintendo weer op! 24

25 Ze legt de geknakte rol op de tafel, heft haar armen in de lucht en zucht. Ik sta op, loop naar haar toe en ga naast haar staan. Mam, fluister ik. Ben je soms even in de overgang? Mijn moeder laat haar armen zakken, kijkt me aan met donkere, fonkelende ogen. Nee, sist ze. Kras op. Ik loop de kamer uit, naar mijn kamer, waar mijn portemonnee ligt. Ik ga weer naar beneden en piep het huis uit. Te midden van dit gezin moet ik naar de middelbare school. Een reep chocola zal me goed doen. 25

26 De volgende ochtend word ik wakker. Meteen is het er: school. Hoe kan het dat ik op goeie dagen wakker word zonder aan iets te denken, terwijl mijn hersens meteen als een wilde tekeergaan als er iets verschrikkelijks aan de hand is? Het lijkt alsof ik met mijn hoofd in een bloemenpers lig: twee houten vierkantjes met op iedere hoek een schroef. Als je een bloemetje hebt gevonden, draai je de schroeven los, legt de bloem tussen de twee houtjes en draait de schroeven weer vast. Nadat het bloempje een jaar of wat vastgekneld heeft gelegen, haal je het verdord en geplet tevoorschijn en heb je iets moois in je handen! Zal dat met mij ook zo gaan? Het is bijna twaalf uur. De zon schijnt door een kier van het gordijn, een akelig vrolijke, scherpe lichtgloed knalt de kamer in. Nog een halve dag en een avond. Wat moet ik doen? En daarna is het zondag. En dan maandag. Maandag. Stop. Niet aan denken. Ik draai me om, sluit mijn ogen en klem mijn armen om het kussen waar ik mijn gezicht in duw. Zo lig ik. Een kwartier, een uur. Ontzettend aan niets te denken. 26

27 Maar ja, dat schiet niet op. Als ik mijn ogen opendoe, ben ik er weer. Ik graai over de plank die aan het hoofdeinde van mijn bed hangt en pak het boekje. Het ligt er al sinds ik drie ben, of twee, of een. Ik weet het niet. Mijn ouders lazen het me voor, dag in, dag uit. En nu lees ik het zelf. Niet dat ik zo n lezer ben. Maar dit boekje wel, omdat ik het ken. Paultje en het paarse krijtje. Ik kan het boekje dromen: Op een avond dacht Paultje: Weet je wat, ik ga een eindje wandelen in de maneschijn. Ik maak er mijn eigen verhaal van: Op een ochtend dacht Sjonnie: Weet je wat, ik ga een eindje rijden op mijn motor. Hij had nog geen motor, dus moest Sjonnie een motor hebben om op te rijden en hij moest ook iets om op zijn hoofd te zetten. Automatisch, zoals Paultje met zijn paarse krijtje vanuit een wirwar van lijnen een maan tekent, teken ik in mijn hoofd een motor, een streep als weg, en alles wat ik nodig heb. Sjonnie maakte een lange weg, want op een lange rechte weg kon je flink gas geven. En nu ging hij rijden. Zijn paarse krijtje nam hij mee. Hij reed en reed, zo af en toe maakte hij een wheelie, maar de weg was zó saai en daarom maakte hij een bocht en racete met zijn knie over de grond door de bocht heen. En de zon ging met hem mee. Na een poosje kwam Sjonnie bij een groot crossterrein, dat er nog niet was, maar dat er echt wel hoorde te zijn. Hij had geen zin om sloom over kleine bultjes te rijden, dus maakte hij meteen grote hoge bergen waar hij als een idioot overheen kon crossen. En jawel, het ging reuze goed. Ik word later motorcrosser, dacht Sjonnie. En hij gaf nog een dot gas. Wat een vette heuvels, maar er moesten nog wat plassen bij, 27

28 zodat het een grote modderpoel werd. Het was een érg grote modderpoel. Zelfs Sjonnie vond het een beetje eng, maar hij gaf gas. Zijn motor begon ervan te schudden. Plotseling begreep hij wat er gebeurde, maar toen was het te laat. Hij gleed onderuit. De deur gaat open en mijn moeder komt binnen. Ben je wakker? vraagt ze en komt op de rand van het bed zitten. Ik geef geen antwoord, ze kan zelf zien dat ik wakker ben. Zit je te lezen? vraagt ze, terwijl ze ziet dat ik lig te lezen. Ik zeg niets terug, ik moet me even uit de netelige positie in mijn verhaal verlossen: Sjonnie gleed onderuit. Hij stuurde bij en dacht heel snel na en even later reed hij alweer over de volgende heuvel heen. Sorry, zegt mijn moeder. Je had gelijk. Ik kijk op van mijn boek. Gisteren, zegt mijn moeder. Je had gelijk. Het zal wel. Ik was weer even in de overgang. Ik ging als een idioot tekeer. Ik knik. Je flipte om niets. Maar ja, zegt mijn moeder. Het is nogal wat: je zus die haast nooit meer thuiskomt, je vader die zo moe is dat hij alleen nog maar op de bank hangt, jij naar de middelbare school, je broertje die naar Ajax moet. Hij heeft zijn hele leven nog nooit over één voetbalclub gerept, en nu moest hij ineens naar Ajax. Mam, pas op, zeg ik. Mijn moeder stopt met praten en kijkt me aan. Je flipt bijna weer. 28

anke kranendonk Daar gaan we weer

anke kranendonk Daar gaan we weer daar gaan we weer anke kranendonk Daar gaan we weer Lemniscaat Rotterdam Omslagfoto: Getty Images Omslagontwerp: Marleen Verhulst 2009 Anke Kranendonk Nederlandse rechten Lemniscaat b.v. Rotterdam 2009

Nadere informatie

Inhoud. Een nacht 7. Voetstappen 27. Strijder in de schaduw 51

Inhoud. Een nacht 7. Voetstappen 27. Strijder in de schaduw 51 Inhoud Een nacht 7 Voetstappen 27 Strijder in de schaduw 51 5 Een nacht 6 Een plek om te slapen Ik ben gevlucht uit mijn land. Daardoor heb ik geen thuis meer. De wind neemt me mee. Soms hierheen, soms

Nadere informatie

Help, mijn papa en mama gaan scheiden!

Help, mijn papa en mama gaan scheiden! Help, mijn papa en mama gaan scheiden! Joep ligt in bed. Hij houdt zijn handen tegen zijn oren. Beneden hoort hij harde boze stemmen. Papa en mama hebben ruzie. Papa en mama hebben vaak ruzie. Ze denken

Nadere informatie

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school. Voorwoord Susan schrijft elke dag in haar dagboek. Dat dagboek is geen echt boek. En ook geen schrift. Susans dagboek zit in haar tablet, een tablet van school. In een map die Moeilijke Vragen heet. Susan

Nadere informatie

Stil blijft Lisa bij de deur staan. Ook de man staat stil. Ze kijken elkaar aan.

Stil blijft Lisa bij de deur staan. Ook de man staat stil. Ze kijken elkaar aan. Wild Op het laatste moment ziet Lisa de man pas. Ze hangt de was op in de tuin. En ineens komt hij achter de lakens vandaan. Lisa laat het mandje met was in het gras vallen. Ze gilt. De man ziet er slecht

Nadere informatie

HANDIG ALS EEN HOND DREIGT

HANDIG ALS EEN HOND DREIGT l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n HANDIG ALS EEN HOND DREIGT OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN HIER LEES JE HANDIGE INFORMATIE OVER HONDEN DIE DREIGEN. JE KUNT

Nadere informatie

1. Joris. Voor haar huis remt Roos. Ik ben er. De gordijnen beneden zijn weer dicht.

1. Joris. Voor haar huis remt Roos. Ik ben er. De gordijnen beneden zijn weer dicht. 1. Joris Hé Roos, fiets eens niet zo hard. Roos schrikt op en kijkt naast zich. Recht in het vrolijke gezicht van Joris. Joris zit in haar klas. Ben je voor mij op de vlucht?, vraagt hij. Wat een onzin.

Nadere informatie

Spekkoek. Op de terugweg praat zijn oma de hele tijd. Ze is blij omdat Igor maandag mag komen werken.

Spekkoek. Op de terugweg praat zijn oma de hele tijd. Ze is blij omdat Igor maandag mag komen werken. Spekkoek Oma heeft de post gehaald. Er is een brief van de Sociale Werkplaats. Snel scheurt ze hem open. Haar ogen gaan over de regels. Ze kan het niet geloven, maar het staat er echt. Igor mag naar de

Nadere informatie

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 MEMORY WOORDEN 1.1 TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 ik jij hij zij wij jullie zij de baby het kind ja nee de naam TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 2 MEMORY WOORDEN 1.2 TaalCompleet A1 Memory Woorden

Nadere informatie

Ze moet wel twee keer zo veel eten als Anne, en altijd weer die pillen vooraf.

Ze moet wel twee keer zo veel eten als Anne, en altijd weer die pillen vooraf. 1. Susan Susan ligt op een bed in haar tuinhuisje. De twee deuren van het huisje staan wijd open, zodat er frisse lucht naar binnen komt. Vanuit haar bed kan Susan precies tussen de struiken door de achterdeur

Nadere informatie

Charles den Tex VERDWIJNING

Charles den Tex VERDWIJNING Charles den Tex VERDWIJNING 3 Klikketik-tik-tik Het is halftwaalf s ochtends. Marja vouwt een hemd. En kijkt om zich heen. Even staat ze op haar tenen. Zo kan ze over de kledingrekken kijken. Die rekken

Nadere informatie

Ze neemt nog een slok van haar rum-cola. Even lijkt het alsof de slok weer omhoogkomt.

Ze neemt nog een slok van haar rum-cola. Even lijkt het alsof de slok weer omhoogkomt. Manon De muziek dreunt in haar hoofd, haar maag, haar buik. Manon neemt nog een slok uit het glas dat voor haar staat. Wat was het ook alweer? O ja, rum-cola natuurlijk. Een bacootje noemen de jongens

Nadere informatie

Miauw! Miauw!

Miauw!  Miauw! Onderbouw Thema: jaloezie Miauw! Een verhaal over een meisje dat jaloers is op haar babyzusje. Sinds Dian een zusje heeft moet ze de aandacht van moeder delen. Dat vindt Dian soms heel moeilijk. Miauw!

Nadere informatie

Lekker ding. Maar Anita kijkt boos. Hersendoden zijn het!, zegt ze. Die Jeroen is de ergste. Ik kijk weer om en zie hem meteen zitten.

Lekker ding. Maar Anita kijkt boos. Hersendoden zijn het!, zegt ze. Die Jeroen is de ergste. Ik kijk weer om en zie hem meteen zitten. Lekker ding Pas op!, roept Anita. Achter je zitten de hersendoden! Ik kijk achterom. Achter ons zitten twee jongens en drie meisjes hun boterhammen te eten. Ze zijn gevaarlijk, zegt Anita. Ze schudt haar

Nadere informatie

Pasen met peuters en kleuters. Jojo is weg

Pasen met peuters en kleuters. Jojo is weg Pasen met peuters en kleuters Beertje Jojo is weg Thema Maria is verdrietig, haar beste Vriend is er niet meer. Wat is Maria blij als ze Jezus weer ziet. Hij is opgestaan uit de dood! Wat heb je nodig?

Nadere informatie

We hebben verleden week nog gewinkeld. Toen wisten we het nog niet. De kinderbijslag was binnen en ik mocht voor honderd euro kleren uitkiezen.

We hebben verleden week nog gewinkeld. Toen wisten we het nog niet. De kinderbijslag was binnen en ik mocht voor honderd euro kleren uitkiezen. Woensdag Ik denk dat ik gek word! Dat moet wel, want ik heb net gehoord dat mijn moeder kanker heeft. Niet zomaar een kankertje dat met een chemo of bestraling overgaat. Nee. Het zit door haar hele lijf.

Nadere informatie

Burny Bos. Knofje. Alle verhalen. Met illustraties van Harmen van Straaten. Leopold / Amsterdam

Burny Bos. Knofje. Alle verhalen. Met illustraties van Harmen van Straaten. Leopold / Amsterdam Burny Bos Knofje Alle verhalen Met illustraties van Harmen van Straaten Leopold / Amsterdam Knofje_bundel_pr2 06-05-09 15:45 Pagina 4 Een geheime hut Kijk. Daar loopt Knofje. Dat meisje met dat staartje.

Nadere informatie

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen. Wat is PDD-nos? 4 PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen. Eigenlijk vind ik stoornis een heel naar woord. Want zo lijkt het net of er iets niet goed aan me

Nadere informatie

MARIAN HOEFNAGEL. De nieuwe buurt. Uitgeverij Eenvoudig Communiceren

MARIAN HOEFNAGEL. De nieuwe buurt. Uitgeverij Eenvoudig Communiceren MARIAN HOEFNAGEL De nieuwe buurt Uitgeverij Eenvoudig Communiceren 1 4 Een nieuw huis Dit is nu ons nieuwe huis. De auto stopt en Kika s vader wijst trots naar het huis rechts. Kika kijkt. Het is een rijtjeshuis

Nadere informatie

Rianne haalt haar hand door Jochems haar terwijl ze naar de kamer loopt. Kijk eens wie we daar hebben? roept ze als ze uit het raam kijkt.

Rianne haalt haar hand door Jochems haar terwijl ze naar de kamer loopt. Kijk eens wie we daar hebben? roept ze als ze uit het raam kijkt. Hoofdstuk 1 Zullen we deze ballonnen nog aan de lamp hangen? Vragend kijkt Rianne Jochem aan. Is goed, mompelt haar stiefbroertje zacht. Hé, wat is er? vraagt Rianne verbaasd. Vind je de slingers niet

Nadere informatie

R O S A D E D I E F. Arco Struik. Rosa de dief Arco Struik 1 www.gratiskinderboek.nl

R O S A D E D I E F. Arco Struik. Rosa de dief Arco Struik 1 www.gratiskinderboek.nl R O S A D E D I E F Arco Struik Rosa de dief Arco Struik 1 www.gratiskinderboek.nl In de winkel 3 Bart 5 Een lieve dief 7 De telefoon 9 Bij de dokter 11 De blinde vrouw 13 Een baantje 15 Bijna betrapt

Nadere informatie

Tuin van Heden.nu 1 Mag ik zijn wie ik ben? Van In 5

Tuin van Heden.nu 1 Mag ik zijn wie ik ben? Van In 5 Tuin van Heden.nu 1 Mag ik zijn wie ik ben? Van In 5 5 Tuin van Heden.nu 1 Mag ik zijn wie ik ben? Van In 6 Zacheüs (1) Het is erg druk in de stad vandaag. Iedereen loopt op straat. Zacheüs wurmt zich

Nadere informatie

ze terug in de la. Dan haalt ze de pannen van het fornuis en zet ze op de onderzetters. Thomas vouwt zijn handen en doet zijn ogen dicht.

ze terug in de la. Dan haalt ze de pannen van het fornuis en zet ze op de onderzetters. Thomas vouwt zijn handen en doet zijn ogen dicht. 1. Te laat thuis Wanneer gaan we eten, mam? Thomas loopt de keuken in en tilt de deksel van een pan. Mmm! Macaroni! Daar heb ik wel zin in. Mama pakt de deksel uit Thomas hand en doet hem weer op de pan.

Nadere informatie

Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram,

Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram, Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram, mijn kleine broer Dat is niet van mij mama Dan zegt ze

Nadere informatie

Tik-tak Tik-tak tik-tak. Ik tik de tijd op mijn gemak. Ik haast me niet zoals je ziet. Tik-tak tik-tak, ik denk dat ik een slaapje pak.

Tik-tak Tik-tak tik-tak. Ik tik de tijd op mijn gemak. Ik haast me niet zoals je ziet. Tik-tak tik-tak, ik denk dat ik een slaapje pak. Tik-tak - Lees het gedicht tik-tak voor. Doe dit in het strakke ritme van een langzaam tikkende klok: Tik - tak - tik - tak Ik tik - de tijd - op mijn - gemak. Enzovoort. - Laat de kinderen vrij op het

Nadere informatie

Vlucht AVI AVI. Ineke Kraijo Veerle Hildebrandt. Kraijo - Hildebrandt Vlucht De Vier Windstreken. De Vier Windstreken AVI

Vlucht AVI AVI. Ineke Kraijo Veerle Hildebrandt. Kraijo - Hildebrandt Vlucht De Vier Windstreken. De Vier Windstreken AVI AVI E4* Alcoholisme, ruzie, bang zijn Midden in de nacht rinkelt de telefoon. Anna weet wat dat betekent. Ze moet vluchten, alweer. Ze rent de donkere nacht in. De volgende dag valt Anna in de klas in

Nadere informatie

Niet eerlijk. Kyara Blaak

Niet eerlijk. Kyara Blaak Kyara Blaak Niet eerlijk Kyara Blaak Kyara Blaak 248media uitgeverij, Steenwijk Grafische realisatie: MDS Grafische Vormgeving Illustraties binnenwerk: Kyara Blaak Alle rechten voorbehouden. Niets uit

Nadere informatie

Een meneer heeft veel ballonnen. Hij roept: Kinderen, kom erbij! Mijn ballonnen die zijn gratis. Wie wil een ballon van mij?

Een meneer heeft veel ballonnen. Hij roept: Kinderen, kom erbij! Mijn ballonnen die zijn gratis. Wie wil een ballon van mij? Een meneer heeft veel ballonnen. Hij roept: Kinderen, kom erbij! Mijn ballonnen die zijn gratis. Wie wil een ballon van mij? Wat een mooie luchtballonnen! Geel, oranje, groen en blauw. Kies maar uit Daan,

Nadere informatie

Oud wit Prins de Vos. Ik wil je.

Oud wit Prins de Vos. Ik wil je. Oud wit Prins de Vos Ik wil je. Het is het eerste berichtje dat ik vandaag van hem ontvang. De uren waarin het stil blijf zijn ondragelijk. Pas als ik de trilling in mijn broekzak voel begint mijn hart

Nadere informatie

En? zegt mijn moeder, die haar nieuwe zomerjurkje laat zien: Wat vind je ervan? Mooi. Ik zeg niets meer dan dat, want ik weet dat ik er geen verstand

En? zegt mijn moeder, die haar nieuwe zomerjurkje laat zien: Wat vind je ervan? Mooi. Ik zeg niets meer dan dat, want ik weet dat ik er geen verstand En? zegt mijn moeder, die haar nieuwe zomerjurkje laat zien: Wat vind je ervan? Mooi. Ik zeg niets meer dan dat, want ik weet dat ik er geen verstand van heb. De vorige keer zei ik dat de nieuwe broek

Nadere informatie

Marlies Verhelst. Geraakt

Marlies Verhelst. Geraakt Marlies Verhelst Geraakt 4 Het bankje Langzaam fietst Aron naar de waterplas. Hij heeft zin in zijn date met Maira. Het is hun eerste afspraakje. Hij zet zijn fiets tegen de prullenbak naast een van de

Nadere informatie

veeg de tranen van me weg. Ik kijk nog eens rond en er valt een hoop spanning van me af. Er komt zelfs een kleine glimlach op me gezicht terug.

veeg de tranen van me weg. Ik kijk nog eens rond en er valt een hoop spanning van me af. Er komt zelfs een kleine glimlach op me gezicht terug. Het DOC Ik kruip in één van de buikpijn terwijl ik in bed lig. Mijn gedachten gaan uit naar de volgende dag. Ik weet wat er die dag staat te gebeuren, maar nog niet hoe dit zal uitpakken. Als ik hieraan

Nadere informatie

0-3 maanden zwanger. Zwanger. Deel 1

0-3 maanden zwanger. Zwanger. Deel 1 Zwanger Ik was voor het eerst zwanger. Ik voelde het meteen. Het kon gewoon niet anders. Het waren nog maar een paar cellen in mijn buik. Toch voelde ik het. Deel 1 0-3 maanden zwanger Veel te vroeg kocht

Nadere informatie

De ADHD van André Als het te druk is in je hoofd

De ADHD van André Als het te druk is in je hoofd Mag ik meedoen, mag ik meedoen? vraagt hij aan de voetballende jongens. Hij wil het zo graag! Nee, zegt Hakim, en ook Daniël schudt zijn hoofd. Laat ons met rust, zegt hij. Met jou erbij gaat het altijd

Nadere informatie

De epilepsie van Annemarie Als je hersens soms op hol slaan

De epilepsie van Annemarie Als je hersens soms op hol slaan Annemarie begreep er niks van. Had ze zo raar op de grond liggen doen? Wat stom. Zelf wist ze alleen nog maar dat haar buik naar aanvoelde en dat ze heel bang werd. Van de rest wist ze niets. Annemaries

Nadere informatie

Keetje zucht. Wat duurt het lang! Maar wacht... Daar komt een auto de straat in rijden. Hij stopt achter de verhuiswagen en er stappen twee mensen

Keetje zucht. Wat duurt het lang! Maar wacht... Daar komt een auto de straat in rijden. Hij stopt achter de verhuiswagen en er stappen twee mensen De verhuiswagen Mama! Keetje staat voor het raam. Ze wijst naar buiten. Er staat een grote auto voor het huis! Mama komt naast Keetje staan. Dat is een verhuiswagen. We krijgen vandaag nieuwe onderburen.

Nadere informatie

De boekenbeer Module dans groep 1-2

De boekenbeer Module dans groep 1-2 De boekenbeer Module dans groep 1-2 Teksten: Stella van Lieshout Illustraties: Tjarko van der Pol In samenwerking met Centrum voor de Kunsten Beverwijk en ABC Cultuur Contact: DeboraVollebregt@centrumvoordekunstenbeverwijk.nl

Nadere informatie

Weer naar school. De directeur stapt het toneel op. Goedemorgen allemaal, zegt hij. * In België heet een mentor klastitularis.

Weer naar school. De directeur stapt het toneel op. Goedemorgen allemaal, zegt hij. * In België heet een mentor klastitularis. Weer naar school Kim en Pieter lopen het schoolplein op. Het is de eerste schooldag na de zomervakantie. Ik ben benieuwd wie onze mentor * is, zegt Pieter. Kim knikt. Ik hoop een man, zegt ze. Pieter kijkt

Nadere informatie

met tekeningen van ivan & ilia

met tekeningen van ivan & ilia met tekeningen van ivan & ilia Uitgeverij Ploegsma Amsterdam Dit vriendenboekje is van: Lieke... Eva rood en roze konijn word ik juf mijn zelfdat er geen gemaakte armbandjes arme mensen meer zijn Ik speel

Nadere informatie

Die nacht draait Cees zich naar me toe. In het donker voel ik heel zachtjes zijn lippen op mijn wang.

Die nacht draait Cees zich naar me toe. In het donker voel ik heel zachtjes zijn lippen op mijn wang. Vanavond ga ik mijn man vertellen dat ik bij hem wegga. Na het eten vertel ik het hem. Ik heb veel tijd besteed aan het maken van deze laatste maaltijd. Met vlaflip toe. Ik hoop dat de klap niet te hard

Nadere informatie

Inhoud. Woord vooraf 7. Het allereerste begin 9. Oervaders 19. Israël als moeder 57. Wijsheid voor ouders en kinderen 83. Koninklijke vaders 113

Inhoud. Woord vooraf 7. Het allereerste begin 9. Oervaders 19. Israël als moeder 57. Wijsheid voor ouders en kinderen 83. Koninklijke vaders 113 Inhoud Woord vooraf 7 Het allereerste begin 9 Oervaders 19 Israël als moeder 57 Wijsheid voor ouders en kinderen 83 Koninklijke vaders 113 Profetische opvoedkunde 145 Kinderen in zijn koninkrijk 177 Leerling

Nadere informatie

Lotte is er erg blij mee. Ik wilde altijd al een huisdier voor mezelf, zegt ze tegen opa. En nu heb ik er opeens een heleboel.

Lotte is er erg blij mee. Ik wilde altijd al een huisdier voor mezelf, zegt ze tegen opa. En nu heb ik er opeens een heleboel. Lotte heeft Luizen Buiten is het koud. Er vallen dikke druppels uit de bomen en de wind blaast hard door de straat. Lotte loopt hand in hand met opa Generaal over het schoolplein. Ze moest eerder van school

Nadere informatie

1 Kussen over mijn hoofd

1 Kussen over mijn hoofd 1 Kussen over mijn hoofd De woonkamerdeur valt met een klap achter mij dicht. Ik ren de trap op, sla hier en daar een tree over. Niet vallen, denk ik nog, of misschien wel vallen. Mijn been breken en dan

Nadere informatie

E E N B A R M H A R T I G E S A M A R I T A A N

E E N B A R M H A R T I G E S A M A R I T A A N E E N B A R M H A R T I G E S A M A R I T A A N Personen Pa Ma Kind 1 Kind 2 Dominee Vrouw van de Dominee Zondagsschooljuf Man van de zondagsschooljuf Buurman Smit Buurvrouw Smit Het Ding (speelt wel mee,

Nadere informatie

Spreekbeurt Dag. Oglaya Doua

Spreekbeurt Dag. Oglaya Doua Spreekbeurt Dag Oglaya Doua Ik werd wakker voordat m n wekker afging. Het was de dag van mijn spreekbeurt. Met m n ogen wijd open lag ik in bed, mezelf afvragend waarom ik in hemelsnaam bananen als onderwerp

Nadere informatie

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij.

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij. Lied: Ik ben ik (bij thema 1: ik ben mezelf) (nr. 1 en 2 op de CD) : Weet ik wie ik ben? Ja, ik weet wie ik ben. Weet ik wie ik ben? Ja, ik weet wie ik ben. Ik heb een mooie naam, van achter en vooraan.

Nadere informatie

Micha kijkt Ruben aan. Hij trekt een gek gezicht. Micha houdt niet van puzzelen, want de puzzels die oma maakt, zijn altijd heel erg moeilijk.

Micha kijkt Ruben aan. Hij trekt een gek gezicht. Micha houdt niet van puzzelen, want de puzzels die oma maakt, zijn altijd heel erg moeilijk. 1. Puzzelen Wie er het eerst is! Micha staat bij het schoolhek. Hij krijgt een harde klap op zijn schouder van Ruben, zijn grote broer. Oké. Micha is wel in voor een wedstrijdje. Hij begint meteen te rennen,

Nadere informatie

De MS van Tess Als elke dag onzeker is

De MS van Tess Als elke dag onzeker is Morgen gaan we naar de huisarts, zegt haar moeder s middags. Ik weet niet wat er met je is. Je bent zo moe de laatste tijd. En nu heb je ook nog last van je oog. De juf zegt dat ik misschien een bril moet,

Nadere informatie

Inleiding. Veel plezier!

Inleiding. Veel plezier! Inleiding In dit boek lees je over Danny. Danny is een jongen van 14 jaar. Er zijn veel dingen die Danny verkeerd doet. Hij rent door de school. Hij scheldt zomaar een klasgenoot uit. Of hij spuugt op

Nadere informatie

Hey Russel! EEN BIJZONDERE VRIENDSCHAP. marian hoefnagel

Hey Russel! EEN BIJZONDERE VRIENDSCHAP. marian hoefnagel REALITY REEKS Hey Russel! EEN BIJZONDERE VRIENDSCHAP marian hoefnagel Een gekke naam Rudsel?? Jims mond valt open van verbazing. Is dat een naam? Hij kijkt met grote ogen naar de jongen die naast hem zit.

Nadere informatie

Vraag aan de zee. Vraag aan de tijd. wk 3. wk 2

Vraag aan de zee. Vraag aan de tijd. wk 3. wk 2 Bladzijde negen, Bladzijde tien, Krijg ik het wel ooit te zien? Ander hoofdstuk, Nieuw begin.. Maar niets, Weer dicht, Het heeft geen zin. Dan probeer ik achterin dat dikke boek. Dat ik daar niet vaker

Nadere informatie

Het is woensdagmiddag. Hij heeft alle tijd. Wat zal hij

Het is woensdagmiddag. Hij heeft alle tijd. Wat zal hij DUBBEL Eerst merkt TimTom niets bijzonders. Hij zit gewoon op zijn plaats in de klas. Iedereen weet nu dat hij Daan heet. Juf noemt hem niet Daan. Ze zegt ook niet TimTom. Ze is aardig tegen hem. Dat wel.

Nadere informatie

Tornado. Maartje gaat voor het eerst logeren. s Nachts belandt ze met haar vriendinnetje Eva in een tornado en beleven ze een heel spannend avontuur.

Tornado. Maartje gaat voor het eerst logeren. s Nachts belandt ze met haar vriendinnetje Eva in een tornado en beleven ze een heel spannend avontuur. Tornado Maartje gaat voor het eerst logeren. s Nachts belandt ze met haar vriendinnetje Eva in een tornado en beleven ze een heel spannend avontuur. Geschreven in januari 2012 (Geïllustreerd t.b.v. het

Nadere informatie

NAAM. Uil kijkt in een boek. Het is een boek over dieren. Er staan plaatjes in. Van elk dier één. Uil ziet een leeuw. En een pauw. En een bever.

NAAM. Uil kijkt in een boek. Het is een boek over dieren. Er staan plaatjes in. Van elk dier één. Uil ziet een leeuw. En een pauw. En een bever. Vos en Waar is Haas het ijs? NAAM Uil kijkt in een boek. Het is een boek over dieren. Er staan plaatjes in. Van elk dier één. Uil ziet een leeuw. En een pauw. En een bever. Wat een raar beest! lacht Uil.

Nadere informatie

Drink maar, schat. Ze gaat tegenover me zitten, een frons in haar voorhoofd. Liefje, zeg eens iets. Waar is Sander? Die slaapt nog, ik ben daarnet

Drink maar, schat. Ze gaat tegenover me zitten, een frons in haar voorhoofd. Liefje, zeg eens iets. Waar is Sander? Die slaapt nog, ik ben daarnet 3. Klaartje is weg! Ik schrik wakker van mama s schrille stem op de gang. Gestommel op de trap. Papa. Verward kijk ik om me heen. Wat doe ik hier? Slaperig wiebel ik de gang op. Mama schrikt wanneer ik

Nadere informatie

Jan Klaassen en Katrijn in Afrika door Nellie de Kok. Samenvatting

Jan Klaassen en Katrijn in Afrika door Nellie de Kok. Samenvatting Jan Klaassen en Katrijn in Afrika door Nellie de Kok Samenvatting Jan heeft een prijs gewonnen. Het is een voetreis door het oerwoud van Afrika. Ze komen allerlei dieren tegen. De dieren lopen gewoon met

Nadere informatie

Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet.

Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet. Bezoek op kantoor Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet. Ton en Toya hebben wat problemen thuis.

Nadere informatie

De twee zaken waarover je in dit boek kunt lezen, zijn de meest vreemde zaken die Sherlock Holmes ooit heeft opgelost.

De twee zaken waarover je in dit boek kunt lezen, zijn de meest vreemde zaken die Sherlock Holmes ooit heeft opgelost. Sherlock Holmes was een beroemde Engelse privédetective. Hij heeft niet echt bestaan. Maar de schrijver Arthur Conan Doyle kon zo goed schrijven, dat veel mensen dachten dat hij wél echt bestond. Sherlock

Nadere informatie

SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN

SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN Dit thema is opgesplitst in drie delen; gevoelens, ruilen en familie. De kinderen gaan eerst aan de slag met gevoelens. Ze leren omgaan met de gevoelens van anderen. Daarna

Nadere informatie

Wie heeft die rare knopen erin gelegd? vraagt hij. Ik, geeft Bibi eerlijk toe. Vorige week waaide het nogal hard. Dus toen heb ik de rubberboot en

Wie heeft die rare knopen erin gelegd? vraagt hij. Ik, geeft Bibi eerlijk toe. Vorige week waaide het nogal hard. Dus toen heb ik de rubberboot en Het plan van Bart Dobber, niet doen! Bibi staat op het dek van het schip en kijkt naar haar hond die een kat achterna zit op de kade. Haar broer Bart ligt op de loopplank en peutert aan het touw van de

Nadere informatie

Paul van Loon. Allemaal Onzin. Tekeningen Hugo van Look. Leopold / Amsterdam

Paul van Loon. Allemaal Onzin. Tekeningen Hugo van Look. Leopold / Amsterdam Paul van Loon Allemaal Onzin Tekeningen Hugo van Look Leopold / Amsterdam Onzin Vladimir kan niet slapen. Hij ligt in bed en staart naar het raam. De maan schijnt door de gordijnen. Plotseling ritselt

Nadere informatie

We spelen in het huis van mijn mama deze keer,

We spelen in het huis van mijn mama deze keer, Jip en Janneke. Ik ben Jip. Ik ben Janneke en we wonen naast elkaar. Hij heet Jip, zij heet Janneke. en we spelen soms bij hem en soms bij haar. We spelen in het huis van mijn mama deze keer, we kunnen

Nadere informatie

Rijmdagboek, ik had dit niet verwacht!

Rijmdagboek, ik had dit niet verwacht! Rijmdagboek, ik had dit niet verwacht! Eerste druk, 2014 2014 Sunanda Santoshika Ganpat isbn: 9789048431991 nur: 321 Uitgever: Free Musketeers, Zoetermeer www.freemusketeers.nl Hoewel aan de totstandkoming

Nadere informatie

Dat kreeg ik van mijn opa. Ik werd toen negen jaar. Hij gaf het op mijn verjaardag. Ik lees in een sprookjesboek.

Dat kreeg ik van mijn opa. Ik werd toen negen jaar. Hij gaf het op mijn verjaardag. Ik lees in een sprookjesboek. Naam: 1 Zoek de eerste zin. at kreeg ik van mijn opa. Ik werd toen negen jaar. Hij gaf het op mijn verjaardag. Ik lees in een sprookjesboek. 2 Zoek de eerste zin. E Nou, mijn broertje kan er wat van. En

Nadere informatie

Het kasteel van Dracula

Het kasteel van Dracula Uit het dagboek van Jonathan Harker: Het kasteel van Dracula 4 mei Eindelijk kom ik bij het kasteel van Dracula aan. Het kasteel ligt in de bergen. Er zijn geen andere huizen in de buurt. Ik ben moe. Het

Nadere informatie

Bert schrikt Johan Bordewijk

Bert schrikt Johan Bordewijk Bert schrikt Johan Bordewijk gepubliceerd in: literair tijdschrift Schoon Schip 20e jaargang, nummer 1/2013 Met de hand, niet met de schoffel, roept Wiebe, anders beschadig je de wortels. O ja, da s waar

Nadere informatie

De Bloem (van plastic) is een meid van nu! Tikkeltje brutaal!

De Bloem (van plastic) is een meid van nu! Tikkeltje brutaal! De Bloem (van plastic) is een meid van nu! Tikkeltje brutaal! Hé hoi, hallo! Ik zal me even voorstellen. Ik ben Bloem. Bloem van Plastic. Maar je mag gewoon Bloem zeggen. Wow! Wat goed dat jullie even

Nadere informatie

Verhaal: Jozef en Maria

Verhaal: Jozef en Maria Verhaal: Jozef en Maria Er was eens een vrouw, Maria. Maria was een heel gewone jonge vrouw, net zo gewoon als jij en ik. Toch had God haar uitgekozen om iets heel belangrijks te doen. Iets wat de hele

Nadere informatie

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop. Woordenlijst bij hoofdstuk 4 de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop. alleen zonder andere mensen Hij is niet getrouwd. Hij woont helemaal a, zonder familie.

Nadere informatie

Jan Klaassen en Katrijn in Afrika (groot optreden door kinderen) door Nellie de Kok

Jan Klaassen en Katrijn in Afrika (groot optreden door kinderen) door Nellie de Kok Jan Klaassen en Katrijn in Afrika (groot optreden door kinderen) door Nellie de Kok Samenvatting Jan heeft een prijs gewonnen. Het is een voetreis door het oerwoud van Afrika. Ze komen allerlei dieren

Nadere informatie

Koningspaard Polle en de magische kamers van paleis Kasagrande

Koningspaard Polle en de magische kamers van paleis Kasagrande Koningspaard Polle en de magische kamers van paleis Kasagrande Eerste druk 2015 R.R. Koning Foto/Afbeelding cover: Antoinette Martens Illustaties door: Antoinette Martens ISBN: 978-94-022-2192-3 Productie

Nadere informatie

Geelzucht. Toen pakte een vrouw mijn arm. Ze nam me mee naar de binnenplaats van het huis. Naast de deur van de binnenplaats was een kraan.

Geelzucht. Toen pakte een vrouw mijn arm. Ze nam me mee naar de binnenplaats van het huis. Naast de deur van de binnenplaats was een kraan. Geelzucht Toen ik 15 was, kreeg ik geelzucht. De ziekte begon in de herfst en duurde tot het voorjaar. Ik voelde me eerst steeds ellendiger worden. Maar in januari ging het beter. Mijn moeder zette een

Nadere informatie

Veertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel

Veertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel Veertien leesteksten Leesvaardigheid A1 Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek Ad Appel Uitgave: Appel, Aerdenhout 2011-2016 Verkoopprijs: 1,95 Ad Appel Te bestellen via www.adappelshop.nl

Nadere informatie

KLEINE DEUGNIET Door Marcel van Rijn

KLEINE DEUGNIET Door Marcel van Rijn KLEINE DEUGNIET Door Marcel van Rijn Vet: bewegingen en activiteiten Gewoon: verteller Schuin: gesproken text De kerkklokken luiden. Mensen komen vanuit de kerk naar buiten. Als laatste is daar de pastoor.

Nadere informatie

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over,

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over, 3F Wat is vriendschap? 1 Iedereen heeft vrienden, iedereen vindt het hebben van vrienden van groot belang. Maar als we proberen uit te leggen wat vriendschap precies is staan we al snel met de mond vol

Nadere informatie

3 Bijna ruzie. Maar die Marokkanen en Turken horen hier niet. Ze moeten het land uit, vindt Jacco.

3 Bijna ruzie. Maar die Marokkanen en Turken horen hier niet. Ze moeten het land uit, vindt Jacco. 1 Het portiek Jacco ruikt het al. Zonder dat hij de voordeur opendoet, ruikt hij al dat er tegen de deur is gepist. Dat gebeurt nou altijd. Zijn buurjongen Junior staat elke avond in het portiek te plassen.

Nadere informatie

Hoe gaat het in groep 1/2 b

Hoe gaat het in groep 1/2 b Hoe gaat het in groep 1/2 b Binnenkomst: - Als je op school komt hang je je jas op je eigen haakje onder je tent. Je tas zet je op de plank. - In de klas geef je de juf een hand en je pakt een spelletje

Nadere informatie

Marloes. een handdoek. 2.1 Met Ron naar school. naam: Kijk en vul in: groep: 1 De rat van Ron is nog wild. tam. Wie - wat waar

Marloes. een handdoek. 2.1 Met Ron naar school. naam: Kijk en vul in: groep: 1 De rat van Ron is nog wild. tam. Wie - wat waar 2.1 Met Ron naar school naam: Kijk en vul in: Wie - wat waar Op de schouder van Ron zit zijn rat. De rat heet Marloes. In zijn hand draagt Ron haar jong. Het jong heet Snuf. Op de grond staat de kooi van

Nadere informatie

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S 2 Ik en autisme In het vorige hoofdstuk is verteld over sterke kanten die mensen met autisme vaak hebben. In dit hoofdstuk vertellen we over autisme in het algemeen. We beginnen met een stelling. In de

Nadere informatie

Als je ergens heel erg bang voor bent, dan heb je angst. Je hebt bijvoorbeeld angst voor de tandarts.

Als je ergens heel erg bang voor bent, dan heb je angst. Je hebt bijvoorbeeld angst voor de tandarts. Thema 5 Les 1: De angst: Als je ergens heel erg bang voor bent, dan heb je angst. Je hebt bijvoorbeeld angst voor de tandarts. De schrik: Als iemand ineens achter je staat, dan schrik je. Je bent dan ineens

Nadere informatie

Voor Indigo en Nhimo Papahoorjeme_bw.indd :02

Voor Indigo en Nhimo Papahoorjeme_bw.indd :02 Papahoorjeme_bw.indd 2 05-05-11 15:02 Papahoorjeme_bw.indd 3 05-05-11 15:02 Voor Indigo en Nhimo Tamara Bos Papa, hoor je me? met tekeningen van Annemarie van Haeringen Leopold / Amsterdam De liefste

Nadere informatie

Geheim transport. Helene Bakker. Daar kun je. 2 op rekenen! BOEKEN BOEIEN

Geheim transport. Helene Bakker. Daar kun je. 2 op rekenen! BOEKEN BOEIEN Geheim transport Helene Bakker Daar kun je BOEKEN BOEIEN 2 op rekenen! Een dure zwembroek Hoe vind je deze, Abel? De moeder van Abel trekt een geruite zwembroek uit een stapel zwembroeken. Nee, geen ruitjes.

Nadere informatie

De allerliefste oppas

De allerliefste oppas De allerliefste oppas Met de ene oppas ga ik buiten spelen door de andere wordt altijd thee gezet bij de derde zal ik mij echt nooit vervelen en van de vierde mag ik lekker laat naar bed Met de ene oppas

Nadere informatie

Prent 1 : Klaslokaal. De kinderen zingen rond de kerstboom.

Prent 1 : Klaslokaal. De kinderen zingen rond de kerstboom. Een verrassing voor Tim 1 2 Prent 1 : Klaslokaal De kinderen zingen rond de kerstboom. Eén stem klinkt er als een zilveren klokje boven uit. Waarom huil je? vraagt Lize aan de juf. Ik huil niet, lacht

Nadere informatie

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen, jongens en meisjes,

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen, jongens en meisjes, Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen, jongens en meisjes, Hé Joyce, ga je mee? Emma rent achter Joyce aan als ze van het schoolplein lopen. Joyce, wij gaan vanmiddag op bezoek bij mijn oom,

Nadere informatie

Mijn loverboy Verloren onschuld

Mijn loverboy Verloren onschuld Mijn loverboy Verloren onschuld in makkelijke taal simone schoemaker 8 Het verhaal van Lisa De dag begint goed. Ik word wakker met een blij gevoel. Yes, ik ben jarig! Ik ben zestien! Mijn moeder feliciteert

Nadere informatie

Het is druk op het schoolplein. Overal zie je kinderen die aan het knikkeren zijn. Joost heeft een grote zware knikkerzak. Hij roept: 'Ik heb de

Het is druk op het schoolplein. Overal zie je kinderen die aan het knikkeren zijn. Joost heeft een grote zware knikkerzak. Hij roept: 'Ik heb de De regenboogbonk Oma is op bezoek. 'Kijk eens Floor,' zegt ze. 'Ik heb een cadeautje voor je.' Ze geeft Floor een klein rond pakje. Floor doet snel het papiertje eraf. 'Wow,' zegt ze, 'wat mooi!' In haar

Nadere informatie

De Man van de Toekomst Module Theater Groep 7-8

De Man van de Toekomst Module Theater Groep 7-8 De Man van de Toekomst Module Theater Groep 7-8 Teksten: Stella van Lieshout Illustraties: Tjarko van der Pol ABC Cultuur is een initiatief van het Centrum voor de Kunsten Beverwijk www.abccultuur.nl De

Nadere informatie

WIJ GAAN HELE GOEDE VRIENDEN WORDEN

WIJ GAAN HELE GOEDE VRIENDEN WORDEN WIJ GAAN HELE GOEDE VRIENDEN WORDEN Mathijs Meinema Wij gaan hele goede vrienden worden Lemniscaat 2012 Mathijs Meinema Omslag: [naam beeldmaker] Nederlandse rechten Lemniscaat b.v., Vijverlaan 48, 3062

Nadere informatie

Blauwe Maandag. Blauwe Maandag

Blauwe Maandag. Blauwe Maandag REALITY REEKS REALITY REEKS Blauwe Maandag De leraar Engels pakt voor iedereen een biertje. Proost, zegt hij, terwijl hij zijn flesje omhooghoudt. Op jullie succes, jongens. Ze nemen allemaal een slok.

Nadere informatie

Schoolreis met zwaailicht

Schoolreis met zwaailicht Vivian den Hollander Schoolreis met zwaailicht met tekeningen van Gertie Jaquet Uitgeverij Ploegsma Amsterdam 1 Op schoolreis! Schiet nou op, mam! roept Guusje. Ze huppelt de straat uit. Vandaag gaat ze

Nadere informatie

Deel 1. De eerste oorlogsdagen

Deel 1. De eerste oorlogsdagen Deel 1 De eerste oorlogsdagen Vrijdag 10 mei 1940, heel vroeg in de ochtend Luchtaanval Chris wordt wakker van harde dreunen en zwaar gebrom. Vliegtuigen, weet hij meteen. Zware vliegtuigen, bommenwerpers!

Nadere informatie

Ik geloof dat er in mijn achterband

Ik geloof dat er in mijn achterband Ik geloof dat er in mijn achterband Sinterklaastoneelstukje geschreven door Ron Jansen In een slaperig plattelandsdorpje komen op een zekere dag, vlak voor Sinterklaas, twee pieten aangelopen, met de fiets

Nadere informatie

Jezus geeft zijn leven voor de mensen

Jezus geeft zijn leven voor de mensen Eerste Communieproject 38 Jezus geeft zijn leven voor de mensen Niet iedereen gelooft in Jezus In les 5 hebben we gezien dat Jezus vertelt over de Vader. God houdt van de mensen. Hij vergeeft je zonden.

Nadere informatie

De brug van Adri. Rollen: Verteller Martje Adri Wim

De brug van Adri. Rollen: Verteller Martje Adri Wim De brug van Adri Rollen: Verteller Martje Adri Wim Daar loopt een meisje. Ze heet Martje. Ze kijkt boos en loopt langzaam. Ze weet niet waarheen. Martje kent Wim. Hij woont in dezelfde straat, maar Wim

Nadere informatie

Pannenkoeken met stroop

Pannenkoeken met stroop Pannenkoeken met stroop Al een maand lang zegt Yvonne alleen maar nee. Heb je je best gedaan op school? Nee. Was het leuk? Nee. Heb je nog met iemand gespeeld? Nee. Heb je lekker gegeten? Nee. Heb je goed

Nadere informatie

Bibliotheek Mysterie

Bibliotheek Mysterie Bibliotheek Mysterie Eerste druk, 2014 2014 Nicole van Oudheusden isbn: 9789048432257 nur: 284 Uitgever: Free Musketeers, Zoetermeer www.freemusketeers.nl Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave

Nadere informatie

Lieke is verliefd Lees ook de andere boeken over Lieke: Lieke in de hoofdrol Lieke redt de dieren met tekeningen van ivan & ilia Uitgeverij Ploegsma Amsterdam Kijk ook op: www.ploegsma.nl www.wijzijnvriendinnen.nl

Nadere informatie

Als ik vrijdagmiddag uit school kom, staat mijn moeder in de keuken. Ze heeft twee grote bood schappentassen vol lekkers gekocht voor het weekend en

Als ik vrijdagmiddag uit school kom, staat mijn moeder in de keuken. Ze heeft twee grote bood schappentassen vol lekkers gekocht voor het weekend en Als ik vrijdagmiddag uit school kom, staat mijn moeder in de keuken. Ze heeft twee grote bood schappentassen vol lekkers gekocht voor het weekend en zet alles op het aanrecht. Floor, zou jij nog even voor

Nadere informatie

Jos en zijn nieuwe vrienden

Jos en zijn nieuwe vrienden Jos en zijn nieuwe vrienden 1 Inleiding Dit boek is meer dan alleen verhaal. Het biedt de mogelijkheid om met kinderen in gesprek te gaan over sociale vaardigheden, terwijl zij zelf lekker aan het tekenen

Nadere informatie