REGLEMENT RALLYRACING BELGIE 2011

Transcriptie

1 REGLEMENT RALLYRACING BELGIE 2011 Sportreglement RallyRacing 2011 Art. 1 Algemeen Art. 2 Organisatie Art. 3 Rangschikkingen en Kampioenschap Art. 4 Algemene voorschriften Art. 5 Omlopen Art. 6 Vlaggen en richtlijnen Art. 1 ALGEMEEN Onder een rallyracingwedsrijd wordt verstaan een snelheidswedstrijd welke wordt gehouden op een circuit met een gedeeltelijk verharde ondergrond. De minimum leeftijd om deel te nemen bedraagt: - in Kart-Cross Divisie 3 en 2 waar mag deelgenomen worden vanaf het jaar waarin men 14 wordt; - in al de andere klassen mag deelgenomen worden vanaf het jaar waarin men 18 wordt. Rijbewijs verplicht behalve in Kart-Cross Divisies 3 en 2. Minderjarige piloten dienen een toelating in te dienen ondertekend door de ouders en gewettigd door de gemeente waar het kind woont. Verplicht zowel voor jaar- als voor dagvergunning. Art. 2 ORGANISATIE Inschrijvingen Voor de sprinters, crosskarts en verlaagde kevers is inschrijven ter plaatse mogelijk. Indien nodig kan er een klasse bijgemaakt worden bij een teveel aan piloten. Iedereen kan zich inschrijven voor onze wedstrijden, zolang zijn wagen maar conform is volgens het technisch reglement. Wie al dan niet een VAS, ASAF, KNAF, RACB-vergunning heeft dat weten wij niet en dat interesseert ons niet. Wie aan onze wedstrijden deelneemt is volkomen vrij om ook aan wedstrijden van andere federaties deel nemen indien hij / zij dit wenst en indien hij / zij daar tot de wedstrijden wordt toegelaten. Voor de rallycrosswagens is voorinschrijven verplicht en wel voor het GANSE seizoen ineens. Indien men toch niet kan deelnemen dan is men VERPLICHT van dit te melden uiterlijk 7 dagen voor de wedstrijd waaraan men niet kan deelnemen, dit is kosteloos. Doet men dit niet dan kan men zijn plaats voor de volgende wedstrijden verliezen. Dit moet door het sturen van een mailtje naar robinvanhoovels@hotmail.com of door te bellen naar De eerste 8 piloten in klasses 4, 15 en 16 en de eerste 24 piloten voor de klasse (1-3) en de eerste 24 piloten voor de (8-10) die zich

2 inschrijven na publicatie van de inschrijvingsformulieren zullen zeker zijn van hun plaats. De anderen komen op een reservelijst terecht. Indien een piloot zich afmeldt ten laatste 7 dagen voor een wedstrijd zoals het reglement het voorschrijft dan zal de 1 ste gecontacteerde de 1 ste van de reservelijst zijn. Er worden 5 lijsten gemaakt indien de maximum aantallen zijn bereikt: 1 voor de dames, 1 voor de competitiewagens -1600cc, 1 voor de competitiewagens cc, 1 voor de klasse cc en 1 voor de klasse cc. De piloten van de reservelijst worden gecontacteerd per mail of gsm indien zij toch kunnen deelnemen aan een wedstrijd. Een vergunning op jaarbasis of op dagbasis is VERPLICHT. Trainingen Elke piloot die wil deelnemen aan een wedstrijd is verplicht zich in te schrijven tijdens de hiervoor voorziene tijd en om langs de technische controle te gaan met zijn voertuig. De wedstrijdleiding beslist over de sanctie ingeval van niet naleven van de timing voorzien voor inschrijving en technische controle. Na de technische controle wordt normaal minstens 1 oefenronde voorzien. Normaal gezien: 2 rondes training per piloot, al dan niet gechronometreerd. Er zijn 10 minuten voorzien voor laatkomers en herkansingen: deze zijn NOOIT gechronometreerd of de chronos tellen NIET mee. Startopstelling De startopstelling wordt als volgt bepaald: - ofwel volgens de tijden gerealiseerd tijdens de trainingen voor de eerste reeks, de tweede reeks is volgens behaalde punten in de eerste reeks en de derde reeks is volgens totaal behaalde punten in de vorige reeksen; - ofwel via lottrekking tijdens de inschrijvingen voor de eerste reeks, voor de tweede reeks wordt de volgorde dan volledig omgedraaid, dus de piloten van de eerste startrij gaan dan naar de laatste startrij, voor de derde is het volgens het totaal aan punten uit de voorgaande reeksen. De piloot die best gerangschikt is volgens de lottrekking of volgens de trainingstijden zal zijn plaats op de startlijn mogen kiezen. Finales: volgens aantal punten, bij gelijke stand volgens lottrekking aan de voorstart. Startgrid De indeling van de startgrid is afhankelijk van de beschikbare ruimte op de startplaats van de wedstrijd. Het is aangeraden een gespreide startgrid te voorzien (systeem 2-1, 2-1). De wedstrijd Aantal wedstrijdreeksen: Maximum 3 + (super)finales behalve bij wedstrijden over 2 dagen. REEKS 1 + 2: Sprinters: 6 rondes Verlaagde kevers: 6 rondes Karts: 6 rondes Rallycrosswagens: 5 rondes 2 pk s: 5 rondes

3 REEKS 3: Sprinters: 7 rondes Verlaagde kevers: 7 rondes Karts: 7 rondes Rallycrosswagens: 5 rondes 2 pk s: 6 rondes FINALES: Karts: 8 rondes Rallycrosswagens: 6 rondes SUPER-FINALE: Sprinters - Verlaagde kevers - Karts: 8 rondes Rallycrosswagens: 6 rondes De wedstrijdleiding kan dit steeds aanpassen zoals bijvoorbeeld door veelvuldig oponthoud door water sproeien, door de weersomstandigheden en andere omstandigheden zoals interventie hulpdiensten, uitzonderlijk veel piloten, onvoorzien veel verloren tijd door wegslepen defecte voertuigen enzovoort. Indien parcours langer dan 1500 meter: aantal voorziene rondes - 1 of -2, dit zal bekend gemaakt worden tijdens de briefing. Indien in bepaalde klassen niet het maximum aantal piloten aan de start zijn dan kunnen zij samengevoegd worden. Dit wordt dan bekend gemaakt tijdens de briefing of via een afgeroepen mededeling. Finales FINALE Kart-Cross D1: max 18 piloten (2x 9 per groep) FINALE RallyCross Klasse B: max 9 piloten (3x 3 per groep) FINALE RallyCross Klasse A: max 9 piloten (3x 3 per groep) SUPER-FINALE Sprinters - Verlaagde kevers - Kart-Cross: Sprinters: 2 per groep (dus 4) Verlaagde kevers: 2 per groep (dus 4) Kart-Cross: D2+3: 2 en D1: 3 (dus 5) Totaal: 13 deelnemers SUPER-FINALE RallyCross: 2 per klasse (dus 8 piloten). Principe: 2 beste geklasseerden (of 3) of indien finale: de beste 2 of 3 van de finale, indien hier iemand niet van wil dan gaat de mogelijkheid naar de volgende geklasseerde(n) of de volgende in de finale. Startprocedure Volgens de voorziene timing zullen de piloten plaatsnemen op de préstartgrid. Start Eventuele verkenningsronde: Zodra de wedstrijdleider teken geeft met de groene vlag zullen de deelnemers

4 starten voor een verkenningsronde. Na deze verkenningsronde nemen de piloten hun plaats in op de startgrid. De piloot die zich niet tijdig op de pré-grid bevindt, zal de start geweigerd mogen worden. WACHTEN kan door de organisatie indien zij dit wil maar maximum 1 minuut nadat de andere voertuigen klaar staan op de startgrid. Tijdens de verkenningsronde is het strikt verboden van in te halen.. Een piloot die geïmmobiliseerd geraakt tijdens de verkenningsronde en niet meer opnieuw kan vertrekken, moet zijn voertuig verlaten en zal geëvacueerd worden. De piloot mag op het parkoers geen enkele interventie doen aan zijn voertuig of hij zal de start van de betreffende reeks geweigerd kunnen worden. De start wordt gegeven met een vlag: De wedstrijdleider steekt zijn arm omhoog. Nadien laat hij deze zakken en heft dan de Belgische driekleur omhoog, dat is het startsignaal. De start wordt gegeven met lichten: De wedstrijdleider ontsteekt de rode lichten. Na 2 tot 7 seconden worden de lichten gedoofd, waardoor het startsein wordt gegeven. Tot bij het startsein, moeten alle deelnemers volstrekt stilstaan. De piloot (piloten) die een valse start veroorzaakt zal zich achteraan de startgrid moeten opstellen. Bij een tweede valse start, veroorzaakt door dezelfde piloot (piloten), zal deze piloot (piloten) uitgesloten worden voor de betreffende wedstrijdreeks. ONDERBREKING VAN DE WEDSTRIJD Indien door de piloot die aan de leiding ligt minder dan twee volledige ronden zijn afgelegd zal de reeks als nietig worden beschouwd en zal de start worden overgedaan met dezelfde startopstelling en met hetzelfde oorspronkelijk aantal voorziene ronden. Indien door de piloot die aan de leiding ligt meer dan twee volledige ronden zijn afgelegd maar minder dan het totaal aantal rondes - 2 dan zal opnieuw gestart worden doch enkel voor het gedeelte dat nog diende te worden gereden op het moment van de onderbreking. De startopstelling gebeurt dan op basis van de posities in de ronde die de onderbreking voorafging. Indien de piloot in koppositie aan de 2 laatste rondes bezig is: de wedstrijdreeks wordt definitief gestopt. Het klassement van de betreffende reeks wordt opgemaakt aan de hand van de posities in de ronde die de onderbreking voorafging. De piloot (piloten) die de onderbreking heeft (hebben) veroorzaakt wordt (worden) niet geklasseerd voor de betreffende wedstrijdreeks. Prijsuitreiking De 3 best gerangschikten in het eindklassement zullen een prijs ontvangen. Indien er een finale is gereden zullen de 5 eersten van die finale een prijs ontvangen. Ook de 5 eersten van de gereden super-finales zullen een prijs ontvangen. De prijsuitreiking vindt normaal plaats om 19u30 tenzij het

5 wedstrijdprogramma is uitgelopen. De organisatie heeft het recht om prijzen van piloten die NIET persoonlijk aanwezig zijn op de prijsuitreiking bij te houden zonder dat deze nadien aan de piloot overhandigt worden of zonder deze te geven aan een collega piloot of aan een supporter die wel aanwezig is. Dit recht vervalt indien de prijsuitreiking na 20u30 begint. RALLYRACING VERLOOP WEDSTRIJDEN: Inschrijvingen Technische controle Chronos: 3 rondes per voertuig Briefing 1ste reeks: Wedstrijden in volgorde van klasses: Klasse 1: Rallycross klasse B (+1600 cc) groep A: maximum 8 piloten W1 Klasse 2: Rallycross klasse B (+1600 cc) groep B: maximum 8 piloten W2 Klasse 3: Rallycross klasse B (+1600 cc) groep C: maximum 8 piloten W3 Klasse 4: Rallycross klasse C Dames: maximum 8 piloten W4 Klasse 5: Kart-Cross D3+D2: maximum 16 piloten W5 Klasse 6: Kart-Cross D1 groep A: maximum 16 piloten W6 Klasse 7: Kart-Cross D1 groep B: maximum 16 piloten W7 Klasse 8: Rallycross klasse A (-1600 cc) groep A: maximum 8 piloten W8 Klasse 9: Rallycross klasse A (-1600 cc) groep B: maximum 8 piloten W9 Klasse 10: Rallycross klasse A (-1600 cc) groep C: maximum 8 piloten W10 Klasse 11: Verlaagde Kevers: maximum 10 piloten W11 Klasse 12: Sprinters A ( cc): maximum 10 piloten W12 Klasse 13: Sprinters B ( cc): maximum 10 piloten W13 Klasse 14: 2 pk s: niet op alle wedstrijden W14 Klasse 15: Rallycross klasse D competitewagens cc: maximum 8 piloten W15 Klasse 16: Rallycross klasse D competitiewagens cc: maximum 8 piloten W16 PAUZE 2de reeks: - zelfde volgorde als 1ste reeks W17 - W32 3de reeks: - zelfde volgorde als 1ste en 2de reeks W33 - W48 FINALES: Finale Kart-Cross D1: geplaatste piloten klasse 6 + 7: maximum 16 piloten W49 Finale RallyCross klasse B ( cc): geplaatste piloten klasse : maximum 8 piloten W50 Finale RallyCross klasse A ( cc): geplaatste piloten klasse 8 + 9

6 +10: maximum 8 piloten W51 SUPER-FINALES: Super-finale sprinters - verlaagde kevers - kart-cross: maximum 12 piloten W52 Super-Finale RallyCross: maximum 8 piloten W53 PRIJSUITREIKING Art. 3 RANGSCHIKKINGEN EN KAMPIOENSCHAP Punten De piloten zullen in elke wedstrijdreeks waarin zij aangekomen zijn punten toegekend krijgen volgens onderstaande tabel. 1e :50 5e : 31 9e : 17 13e : 8 17e : 3 2e :45 6 e : 27 10e : e : 6 18 e : 2 3 e : 40 7e : 23 11e :12 15e : 5 4e : 35 8 e : 20 12e : 10 16e : 4 In de klassen waar een FINALE wordt gereden zal enkel de uitslag van deze finale gebruikt worden voor de prijsuitreiking. Voor het kampioenschap RallyRacing zal ook enkel de uitslag van de finale tellen en niet deze van de 2 of 3 reeksen voordien. Dit is enkel in de klassen waar een finale gereden wordt, in de andere klassen telt het totaal van de 3 reeksen. In de finale worden wel andere punten gegeven: 1 e : 30 2 e : 28 3 e : 26 4 e : 24 5 e : 22 6 e : 20 7 e : 18 8 e : 16 9 e : e : e : e : 9 13 e : 8 14 e : 7 15 e : 6 16 e : 5 17 e :4 18 e : 3 Enkel de voertuigen die op eigen kracht onder de wit-zwart geblokte vlag de aankomstlijn hebben overschreden, zullen in aanmerking komen voor de punten of ze nu 1 of alle rondes hebben gereden. Duwen van een voertuig met bedoeling om de aankomstlijn te overschrijden is verboden. De aankomst ligt op de daartoe aangeduide plaats en wordt gegeven door het zwaaien van de wit-zwart geblokte vlag.

7 De voertuigen die met een onleesbaar startnummer rijden worden niet gerangschikt behalve indien er gewerkt wordt met transponders, dan kan dit mogelijk wel. Indien er een finale gereden wordt want dan zal alleen deze dienen voor de uitreiking van de prijzen en het kampioenschap. In geval van ex aequo is het beste resultaat in de laatste wedstrijdreeks doorslaggevend bij klassen die geen finale rijden. Verduidelijking voor RallyCrosswagens: De piloten van de categorieën waarvan er meerdere klassen zijn bv rallycross worden aan het begin van elke wedstrijd verdeeld in één van de groepen. Deze indeling zal gebeuren volgens de gerealiseerde tijden volgens volgend systeem: Als er 3 groepen zijn met dezelfde motorinhoud bv cc: Snelste chrono: groep 1 2de chrono: groep 2 3de chrono: groep 3 4de chrono: groep 1 5de chrono: groep 2 6de chrono: groep 3 enzoverder Chrono = de gerealiseerde tijd tijdens de tijdritten aan het begin van de wedstrijd. Bijvoorbeeld in de rallycross : Klasse 11: cc groep 1 Klasse 12: cc groep 2 Klasse 13: cc groep 3. Na indeling in een groep zal men in deze groep ingedeeld blijven tijdens de 3 kwalificatiereeksen voor de finale. In deze 3 reeksen krijgt men punten volgens plaats van aankomst en dus NIET volgens de gerealiseerde tijden. De kunst is dus niet alleen van snel te rijden maar ook van te kunnen inhalen en zich niet door anderen te laten inhalen. De 3 piloten per groep die het meeste aantal punten hebben gaan door naar de finale. De volgende wedstrijd wordt men weer in groepen ingedeeld volgens hetzelfde principe, dus de tijden gerealiseerd tijdens de chrono s. Dit is een andere wedstrijdformule als tijdens de opendeurdagen te Arendonk en Maasmechelen maar deze wedstrijdformule lijkt ons interessanter zowel voor piloten als toeschouwers. Het lijkt ons ook een welgekome afwisseling en we gaan dit in 2011 proberen. (officieus) Belgisch Kampioenschap RallyRacing 2011 Ongeacht het aantal georganiseerde wedstrijden. Alle wedstrijden die hebben plaatsgevonden komen in aanmerking voor het kampioenschap en tellen mee. Bij gelijke stand telt het resultaat van de laatste wedstrijd om te bepalen wie het best geklasseerd wordt.

8 Art. 4 ALGEMENE VOORSCHRIFTEN Alvorens zij tot de trainingen worden toegelaten, en dus de wedstrijd, moeten de piloten de administratieve controle hebben ondergaan en moet hun voertuig goedgekeurd zijn bij de technische contrôle. De piloot en zijn voertuig moeten op elk moment van de wedstrijd inclusief de trainingen voldoen aan alle technische en veiligheidsbepalingen. Geen enkele test mag worden uitgevoerd buiten de officiële trainingen die door de inrichter zijn voorzien tenzij op uitdrukkelijke toelating van de wedstrijdleiding. Zowel tijdens de trainingen als tijdens de wedstrijdreeksen is het ten strengste verboden opzettelijk een aanrijding of contact met een andere rijder, hoe licht dan ook, te veroorzaken. De piloten die onderlinge contacten tussen hun voertuigen niet kunnen vermijden zullen door de wedstrijdleider kunnen bestraft worden. Het respecteren van de signalen: De kennis en het respecteren van alle signalen (vlaggen, borden, lichten) zal geëist worden van alle piloten. Strenge sancties zullen getroffen worden ten aanzien van piloten die huidig artikel negeren. Geen enkele herstelling of interventie aan een voertuig is toegestaan: - op de startgrid (dus wel nog aan de voorstart waar men wacht om opgesteld te worden maar eens opgesteld NIET meer) - op de omloop, gedurende het wedstrijdverloop. In geval van een panne op de omloop dient de piloot zijn voertuig zo ver mogelijk van de rand van de piste te parkeren indien mogelijk. Hij moet het defecte voertuig onmiddellijk verlaten behalve indien de piloot zelf oordeelt dat dit TE gevaarlijk is en desgevallend op aanwijzing van de baancommissarissen zich onmiddellijk naar een veilige plaats begeven. Het is ten strengste verboden op de omloop in tegengestelde richting te rijden. Om gerangschikt te worden moet een voertuig de aankomstlijn overschrijden conform art. 3. Er dient geen minimum aantal rondes afgelegd te worden. Na het overschrijden van de aankomstlijn is de piloot verplicht te vertragen en vanaf dan is inhalen strikt verboden. Elke hulp van buitenaf van een supporter, begeleider of toeschouwer voor aankomst van alle piloten in de betreffende wedstrijdreeks zal onmiddellijk de uitsluiting voor de betreffende wedstrijdreeks voor gevolg hebben. Deze piloot dient dan ook zo snel mogelijk de wedstrijd en dus het circuit te verlaten en krijgt geen punten voor die wedstrijdreeks. Hulp door officielen zoals wedstrijdleiding en baancommissarissen is wel toegelaten. Dit omdat daardoor in bepaalde gevallen de piloot verder kan rijden en geen hinder meer vormt voor de andere piloten in de wedstrijdreeks. Dit alles hangt af van de goodwill en het oordeel van de baancommissaris en of hij in de mogelijkheid verkeert om op een veilige manier tussenbeide te komen. Indien een toeschouwer in de verboden zone komt en deze toeschouwer een

9 duidelijke supporter is van een deelnemer die meerijdt in de reeks die dan bezig is dan kan deze deelnemer voor die reeks 0 punten krijgen. De wedstrijdleider is de enige die dit soort beslissingen kan nemen, na raadpleging en / of overleg met derden. Een piloot mag niet uitstappen om zelf zijn voertuig te duwen. Indien een piloot zijn voertuig verlaat is hij ook buiten wedstrijd. Een voertuig dat een al dan niet volledige koprol maakt mag de wedstrijd verderzetten indien hij dit zelf wil, indien mogelijk en indien er geen rode vlag is gegeven. Indien een piloot van de piste gaat dient hij op dezelfde plaats weer op de piste te komen indien mogelijk en daarbij moet hij absolute voorrang verlenen aan de voertuigen die zich nog op normale wijze op de piste bevinden. Een deelnemer die vrijwillig een gedeelte van het parkoers afsnijdt zal onmiddellijk buiten wedstrijd gesteld mogen worden voor de betreffende wedstrijdreeks. Buiten de trainingen of wedstrijdreeksen, op weg naar de start, op weg naar het wagenpark en binnen het wagenpark, mag de snelheid van 5 km/u niet overschreden worden: dus men moet stapvoets rijden. De inrichters en de wedstrijdleiding behouden zich het recht voor een reeks of wedstrijd in te korten in geval van overmacht. Een piloot die gedurende de wedstrijd van voertuig zou veranderen voor daarmee in dezelfde klasse te rijden wordt onmiddellijk uitgesloten. Hij behaalt voor de ganse wedstrijd geen punten. Elke daad van gevaarlijk rijden, onsportief gedrag of daden die op onreglementaire wijze de uitslag zouden kunnen beïnvloeden zijn bestrafbaar met sancties, gaande van de blaam tot en met de uitsluiting. Deze straffen kunnen worden opgelegd door de wedstrijdleiding. Wedstrijdleiding = wedstrijdleider en adjunct wedstrijdleider. Indien een voertuig fel rookt dan kan dit achteraan de startopstelling gezet worden. De wedstrijddirecteur of mensen die de startopstelling doen kunnen beslissen dit voertuig ook uit te sluiten voor de wedstrijdreeks. Piloten zonder geldige jaarvergunning moeten een dagvergunning kopen. BELANGRIJKE PUNTEN : - Elke piloot dient zich persoonlijk aan te melden op de administratieve en technische controle vooraleer de trainingen en of chrono s aan te vatten. Elke piloot dient zijn/haar rijbewijs voor te leggen indien men dit vraagt behalve bij D2 en D3 kart-cross. - De piloot dient zich aan de technische controle aan te bieden in volledige race-uitrusting. Ook handschoenen en helm dient in het voertuig ter controle te liggen of dient men aan te doen. - Elke piloot dient persoonlijk aanwezig te zijn op de briefing. De laatste instructies in verband met het wedstrijdverloop zullen hier gegeven worden. Niet aanwezigheid op de briefing kan gestraft worden met een verlies van punten voor die wedstrijd. - Indien uw voertuig wegens technische of andere problemen niet aan de

10 volgende reeks kan deelnemen, dient U dit onmiddelijk te melden aan de wedstrijdleiding. - De beslissingen van de wedstrijdleiding zijn niet aanvechtbaar. Klachten hiertegen zullen niet aanvaard worden. - Het is verboden om vlak voor en tijdens de wedstrijd alcohol of drugs te gebruiken. Iedere deelnemer kan door de wedstrijdleiding onderworpen worden aan een alcoholtest (max. 0,5 promille). Indien een persoon weigert of een positieve test aflevert, dan mag deze niet verder deelnemen aan de wedstrijd. De piloot wordt geschrapt uit de uitslag, en verliest alle punten voor die dag. Wanneer iemand meerdere malen op het seizoen positief blaast, kan het bestuur een zwaardere straf opleggen, zelfs een schorsing of algemene uitsluiting. - Er dient stapvoets, dus maximum 5 km/uur gereden te worden in het rennerspark. Overtreding van deze regel kan uitsluiting voor de ganse wedstrijddag tot gevolg hebben. - Elke deelnemer dient een ondoordringbaar dekzeil of milieumat onder zijn wagen te plaatsen teneinde bodemverontreiniging te voorkomen. 1 ste maal verwittiging, 2 de maal schorsing mogelijk. - Afvalolie dient gedeponeerd te worden in het daartoe bestemde vat op het wedstrijdterrein en als dit er niet is opgevangen te worden en mee naar huis te worden genomen. - Piloten dienen zelf een vuilniszak mee te brengen en zelf alle afval mee naar huis te nemen. - Autobanden, accu s, lege verpakkingen en alle andere afval mag dus niet achtergelaten worden. - De maximale geluidsgrens welke toegelaten wordt is 95 dba. Bij overtreding kan men onmiddellijk worden uitgesloten voor die wedstrijd. - Het is ten strengste verboden om met moto s, quads of gokarts met motor die niet deelnemen aan de wedstrijden rond te rijden in het pilotenpark, en op het parkoers en dit voor,tijdens of na het wedstrijdprogramma. Dit om ongelukken te vermijden. ( Uitgezonderd de inrichter, baancommissarissen, hulpdiensten of wedstrijdleiding) - Wanneer de inrichter beslist heeft om de cross te laten doorgaan, kan er onder geen voorwaarden het inkomgeld of de inschrijving terug gevorderd worden, ook al word het wedstrijdprogramma niet volledig afgewerkt. - Het is verboden te roken in de wagen en op het rennerspark laswerken uit te voeren aan de wagens waarbij gebruik wordt gemaakt van een vlam en gasflessen. Ook het maken van open vuur is verboden, uitgezonderd barbecue tenzij anders aangegeven. Stroomgroepen s nachts - overdreven nachtlawaai Tussen 00u00 en 07u00 moeten stroomgroepen uitgeschakeld worden en is overdreven nachtlawaai verboden. Dit kan gesanctioneerd worden tot zelfs verbod tot deelname aan de desbetreffende wedstrijd. Aansprakelijkheid, diefstal en beschadiging Op het rennerspark is elke piloot burgerlijk en strafrechterlijk aansprakelijk

11 voor eventueel door hem aangerichte schade aan personen en materialen. Diefstal en beschadiging kunnen aan de gerechtelijke instanties worden doorgegeven. Het bestuur, de medewerkers, alsook de inrichtende clubs kunnen hiervoor niet aansprakelijk gesteld worden. Wel behoud het bestuur het recht om hiertegen sancties te treffen. Iedere deelnemer verplicht er zich toe dit reglement in al zijn vormen strikt na te leven. Elke deelnemer is eveneens verplicht om alle aanwijzingen van de vlaggenmannen en wedstrijdleiding op te volgen. Enkel klachten van de piloot zelf kunnen door het bestuur in overweging genomen worden. Klachten tegen reeds genomen beslissingen van de wedstrijdleiding zullen NIET aanvaard en behandeld worden. Aangezien iedere piloot verantwoordelijk is voor zijn supporters, zal het bestuur in geval van klachten en bedreigingen van supporters, het recht hebben deze piloot voor de rest van de wedstrijd(en) te schorsen. Voor zaken, welke dit reglement geen pasklare oplossing biedt, zal er een beslissing genomen worden door de wedstrijdleiding. Art. 5 OMLOPEN De rallyracingwedsrijden zullen worden verreden op een afgezette baan, nader te omschrijven in het Bijzonder Reglement. De aard van het circuit zal, indien niet nader omschreven in het Bijzonder Reglement, moeten voldoen aan bepaalde eigenschappen: Lengte : minimaal 650 meter; Breedte: onverhard: minimaal 10 meter; Breedte: verhard: minimaal 7 meter. Samenstelling ondergrond: Verharde ondergrond (asfalt, tarmac, etc.): minimaal 30%. Finish: De aankomstlijn moet zodanig gekozen zijn dat het onmogelijk is rechtdoor het rennerskwartier in te rijden. Baanposten - Alle opeenvolgende baanposten moeten visueel contact met elkaar kunnen hebben of per zender (bv walkie-talkie). - Op alle posten dient tenminste 1 draagbaar brandblusapparaat aanwezig te zijn van tenminste 6 kg. Art. 6 VLAGGEN EN RICHTLIJNEN Belgische driekleur: - Hiermee mag de start gegeven worden, gebruik van lichten is ook mogelijk. Zwart-wit geblokte vlag: - Hiermee worden de piloten afgevlagt. Er dient vertraagd te worden en het parcours moet verlaten worden op de aangegeven plaats. De piloten mogen

12 niet meer inhalen nadat ze afgevlagt zijn. Groene vlag: - Deze wordt gegeven voor de start van een reeks om aan te geven dat het parcours vrij is en dat er gestart kan worden. Ook bij een obstakel mag de groene vlag gegeven worden bij de baanpost die is opgesteld na het obstakel. Gele vlag: - Deze wordt gegeven om aan te duiden dat er gevaar is door bv. een voertuig dat in panne staat. De piloten dienen op te letten. Er mag NIET ingehaald worden vanaf de gele vlag tot aan het obstakel. Eens hier voorbij mag er wel ingehaald worden. Indien er meerdere obstakels zijn dan kan de piloot bij een eerste doorkomst niet weten dat er na het 1 ste obstakel er zich nog een 2de obstakel bevindt en kan hij niet gestraft worden als hij / zij dan inhaald voorbij het 1ste obstakel. Word beoordeeld door de wedstrijdleider in overleg met de baancommissarissen. Rode vlag: - Deze wordt gegeven bij gevaar. Bijvoorbeeld een botsing van verschillende voertuigen waarbij de omloop of het circuit versperd wordt. Indien een voertuig overkop gaat en dit niet terug op zijn 4 wielen terecht komt dan moet de rode vlag gegeven worden. Bij een eventuele herstart mag dit voertuig niet meer opnieuw vertrekken. Indien een voertuig overkop gaat maar terug terecht komt op zijn 4 wielen dan is het aan de baancommissarissen om te beslissen of er al dan niet rode vlag gegeven wordt. Dus het kan zijn dat het voertuig gewoon kan verderrijden. Indien er een rode vlag gegeven wordt dan mag dit voertuig bij een herstart niet meer meestarten. De wedstrijdleider kan eventueel beslissen van wel zoals bv bij rode vlag bij een botsing met wegversperring dat de betrokken voertuigen toch mogen mee herstarten. BIJ EEN RODE VLAG DIENEN DE PILOTEN TE VERTRAGEN EN TE STOPPEN! Indien een rode vlag genegeerd word, kan dit omgezet worden in een zwarte vlag. Blauwe vlag: Dit geeft de aanduiding dat er een sneller voertuig achter u zit, die u gaat dubbelen, u moet dit voorbij laten.u moet dus zo goed mogelijk uw lijn houden, eventueel het gas lossen zodat deze piloot U ongehinderd voorbij kan. WEES SPORTIEF!!! Vlag met zwarte en witte driehoek: Dit is een verwittiging, u mag blijven rijden maar bij een 2de verwittiging krijgt u zwarte vlag. Een 1ste verwittiging geeft geen verlies van punten. Oorzaak: U hebt de omloop niet gevolgd, door bv een stuk af te snijden. Tijdens de start bent U afgeweken van uw lijn en heeft U daarbij een andere piloot gehinderd. U hebt een ander voertuig aangereden. U hebt ingehaald tijdens een gele vlag.( mits beoordeling wedstrijdleiders) Instructies van de vlaggemannen of wedstrijdleiders niet opgevolgd.

13 Aan het voertuig gewerkt na de startopstelling of tijdens de wedstrijd. Onsportief gedrag Roekeloos rijden Zwarte vlag met een oranje bol: - De piloot dient het parcours onmiddellijk te verlaten omdat zijn voertuig een technisch mankement heeft zoals bv fel roken van het voertuig. De piloot krijgt geen punten voor deze reeks. Zwarte vlag: Dit duidt aan dat u gediskwalificeerd bent. U moet de omloop onmiddellijk op een veilige manier verlaten. De desbetreffende piloot is verplicht om zich, na afloop van de reeks aan te melden bij de wedstrijdleider. (zonder wagen en supporters) Bij zwarte vlag in de reeks = 0 punten. Oorzaak: U heeft een onverantwoord rijgedrag of u heeft de rijrichting niet gerespecteerd. U heeft een ander voertuig opzettelijk aangereden of van de baan geduwd. De motorkap of de bestuurdersdeur is opengevlogen. U heeft een piloot die uit zijn voertuig kruipt in gevaar gebracht, omdat u de gele vlag genegeerd heeft. Uw supporter(s) of begeleider(s) hebben tijdens de wedstrijd de omloop betreden. U maakt ruzie met iemand van de organisatie of met een andere deelnemer. U hebt de rode vlag genegeerd. Uw gordel vergeten vast te maken. Veiligheidshelm tijdens de wedstrijd losgemaakt of afgedaan. Gewisseld van voertuig of een andere piloot laten rijden in dezelfde klasse. (schorsing voor gans de dag) In geval van diskwalificatie kunnen de wedstrijdleiders een bijkomende sanctie opleggen. Dit kan bvb. zijn dat u aan één of meerdere wedstrijden niet mag deelnemen.