Protocol. Toegangsverlening. Gerechtshof. Amsterdam

Transcriptie

1 Protocol Toegangsverlening Gerechtshof Amsterdam

2 Versie 1.3 Datum 11 maart 2013 Pagina 2 / 17 Inhoudsopgave 1 Algemeen Beheerder Handhaving orde tijdens zittingen Compartimentering Medewerkers Externe medewerkers Personeel van derden Bezoekers Bezoekers van het beveiligde en vitale gebied Pers Leveranciers 6 2 Veiligheidscontroles Bevoegdheden beveiligingspersoneel Weigering medewerking aan veiligheidscontroles Vrijstelling Inhoud controle Uitvoering Onderzoek aan kleding Geheimhouding Toezicht met camera s Risicovolle zittingen Bagage Aannemen post, voorwerpen, goederen 9 3 Verbodsbepalingen Wapens Veiligheid en gezondheid Roken Ongewenst gedrag Beeld- en geluidsopnamen Telecommunicatie apparatuur Dieren Eten en drinken Aansprakelijkheid Overtreding huisregels 11 4 Calamiteiten 12 Appendix 1: Goederen die niet meegenomen mogen worden in het gerechtsgebouw 13 Appendix 2: Wapens in de zin van de Wet Wapens en Munitie 15

3 Versie 1.3 Datum 11 maart 2013 Pagina 3 / 17 Doelstelling: Een gerechtsgebouw is een overheidsgebouw waarin verschillende functies verenigd zijn. Enerzijds is het een kantoorgebouw waarin leden van de rechterlijke macht, van het parket en van andere diensten hun werkplek hebben, anderzijds is het een gerechtsgebouw waar rechtszittingen worden gehouden. De bestemming tot plaats voor rechtszittingen brengt een zekere mate van openbaarheid met zich. Ingevolge artikel 121 van de Grondwet vinden terechtzittingen, met uitzondering van de gevallen bij de wet bepaald, in het openbaar plaats. Ook de uitspraak geschiedt in het openbaar. Dit betekent dat degenen die gebruik willen maken van het gerechtsgebouw overeenkomstig zijn bestemming, dat wil zeggen voor het bijwonen van rechtszittingen, in principe aanspraak kunnen maken op toegang. Eventuele beperkingen op de toegang mogen niet zover gaan dat dit karakter van openbaarheid wezenlijk wordt aangetast. In geval van verstoring van de orde bij rechtszittingen kan de rechter maatregelen nemen. Om de toegang tot rechtszittingen te kunnen garanderen voor degene die daar gebruik van willen maken en om inhoud te geven aan de zorg voor de orde en veiligheid zijn (huis)regels opgesteld. Dit protocol bevat deze (huis)regels die van toepassing zijn op iedereen die gebruik maakt van het gerechtsgebouw.

4 Versie 1.3 Datum 11 maart 2013 Pagina 4 / 17 1 Algemeen Dit hoofdstuk bevat een aantal definities in relatie tot de toegangsverlening tot gerechtsgebouwen. 1.1 Beheerder Het gerechtsbestuur is beheerder van de gerechtsgebouwen en dientengevolge belast met de goede gang van zaken in de gerechtsgebouwen, waaronder de orde en de veiligheid. De beheerder heeft het recht anderen al dan niet toe te laten of te doen verwijderen en is bevoegd zijn toestemming te doen afhangen van voorwaarden. De voorwaarden worden hieronder beschreven. 1.2 Handhaving orde tijdens zittingen Voor de handhaving van de orde tijdens zittingen zorgt de voorzitter van de kamer, de rechter of de ambtenaar, die met de leiding is belast. Deze neemt de nodige maatregelen zodat de zitting zonder verstoring zal plaatsvinden. 1.3 Compartimentering Het gerechtsgebouw is verdeeld in drie compartimenten met elk een specifiek beveiligingsregiem: 1. het observatiegebied; 2. het beveiligd gebied; 3. het vitaal gebied. Observatiegebied Het observatiegebied is het terrein rond het gebouw inclusief aangrenzende openbare ruimten en de delen van het gebouw waarin het publiek is toegelaten en zich min of meer vrij kan bewegen. Dit gebied bestaat grofweg uit: het van de openbare weg afsluitbare buitenterrein, de centrale hal en de zittingzalen. Beveiligd gebied Het beveiligd gebied is het gedeelte van het gerechtsgebouw waar de reguliere bedrijfsprocessen plaatsvinden. De toegang tot dit gebied is voorbehouden aan een selectieve groep personen. Vitaal gebied Dit is het gedeelte van het beveiligd gebied waar vitale bedrijfsprocessen plaatsvinden. De toegang tot het vitaal gebied is voorbehouden aan een selectieve groep personen. Tot het vitaal gebied behoren onder andere: het cellencomplex, werkruimten waar gegevens verwerkt worden die als staatsgeheim gerubriceerd kunnen worden (bijvoorbeeld de werkruimten van de rechter-commissaris in strafzaken) en diverse technische ruimten.

5 Versie 1.3 Datum 11 maart 2013 Pagina 5 / Medewerkers Elke medewerker van de rechtspraak en het openbaar ministerie krijgt een toegangspas uitgereikt. De toegangspas dient om toegang tot de compartimenten te verkrijgen, waartoe de houder is geautoriseerd. Het gerechtsbestuur kan een verplichting opleggen de pas zichtbaar te dragen. Deze verplichting wordt op de betreffende locaties aangegeven. Het bewijs wordt aangepast als de autorisatie wijzigt. Als de identiteitskaart is zoekgeraakt, wordt de integraal beveiligingsfunctionaris onmiddellijk mondeling en daarna schriftelijk in kennis gesteld, met vermelding van de omstandigheden en de plaats waar dit heeft plaatsgevonden. Indien bij het betreden van het gerechtsgebouw het bewijs niet kan worden getoond, wordt hiervan aantekening gemaakt in het dagrapport. De medewerker krijgt dan een tijdelijke pas uitgereikt, die na einde van de werktijd weer wordt ingeleverd bij de portier. Voor medewerkers die buiten de bedrijfstijden hun werkplek willen bezoeken geldt per gebouw een aparte regeling. 1.5 Externe medewerkers Medewerkers die niet een vast dienstverband hebben bij de rechtspraak of het openbaar ministerie (zoals personeel van het bedrijfsrestaurant, het schoonmaakbedrijf, uitzendkrachten, stagiaires en dergelijke) en geautoriseerd zijn voor onbegeleide toegang tot beveiligde compartimenten, krijgen een tijdelijke pas uitgereikt. Voor hen gelden eveneens de hierboven genoemde regels. Externe medewerkers die langer dan 3 maanden werkzaam zijn krijgen een persoonlijke pas. 1.6 Personeel van derden Personeel van derden, zoals onderhoudstechnici, kan worden geautoriseerd voor het beveiligd gebied en zich daar dan vrij bewegen indien dit voor de uitvoering van de werkzaamheden noodzakelijk is. In het vitaal gebied wordt zij altijd begeleid. Aan de autorisatie kunnen voorwaarden worden gesteld (bijvoorbeeld dat men in het bezit is van een Verklaring Omtrent het Gedrag). 1.7 Bezoekers Bezoekers (zoals partijen in een geschil, waartoe ook verdachten in een strafgeding behoren en belangstellenden) hebben alleen toegang tot het observatiegebied. Bezoekers melden zich bij de portier en worden door de portier verwezen naar de informatiebalie of een bodebalie. Daar wordt zonodig doorverwezen naar de betreffende zittingszaal of een andere ruimte. 1.8 Bezoekers van het beveiligde en vitale gebied Bezoekers melden zich bij de portier bij de hoofd(publieks)ingang. Zij worden toegelaten na akkoord van de ontvangende medewerker. Indien het wenselijk is kunnen bezoekers tot de beveiligde zones worden toegelaten. Deze bezoekers worden geregistreerd. De ontvangende medewerker is verantwoordelijk voor de begeleiding van de betreffende bezoeker(s). Bij bezoeken aan meerdere dienstonderdelen gaat de zorg voor de begeleiding van de ene medewerker over op de volgende. Aan de bezoeker wordt door de beveiliging een bezoekerspas uitgereikt die zichtbaar dient te worden gedragen.

6 Versie 1.3 Datum 11 maart 2013 Pagina 6 / 17 Groepen bezoekers t.b.v. vergaderingen e.d. worden bijvoorkeur tenminste 1 dag van te voren aangemeld bij de portier. Het onderdeel dat als gastheer optreedt, zorgt zelf voor de begeleiding. Advocaten. Het komt voor dat advocaten (die vrijgesteld zijn van controle aan de ingang van het gebouw) hun cliënten (meestal in de voorgeleiding) die in het gehechtengebied verblijven nog willen spreken. Advocaten hebben geen directe toegang tot het gehechtengebied maar dienen zich via de intercom aan te melden. In alle gevallen zal de advocaat door de parketpolitie / BB&V naar diens cliënt worden gebracht. Als een gedetineerde in contact is geweest met een advocaat, zal de gedetineerde gefouilleerd worden, voordat die weer in de cel wordt teruggezet. In het belang van de veiligheid van de parketpolitie / BB&V wordt hier door het hoofd van de parketpolitie / BB&V streng op toegezien. In het geval van een z.g. "EBI klant" moet het niet mogelijk zijn dat de advocaat in direct contact komt met de gedetineerde. 1.9 Pers Personen die zich beroepsmatig met journalistiek bezig houden kunnen gebruik maken van de persfaciliteiten in het gerechtsgebouw nadat ze zich gelegitimeerd hebben en aannemelijk hebben kunnen maken dat zij zich beroepsmatig met journalistiek bezig houden. De pers kan gebruik maken van de perskamer. Andere faciliteiten worden niet verstrekt. In bepaalde gevallen kan hiervan worden afgeweken. De vertegenwoordiger van de pers dient - indien hij incidenteel gebruik wil maken van andere voorzieningen - een gemotiveerd verzoek in te dienen bij de afdeling Communicatie. Zie voorts het protocol Persrichtlijn Leveranciers Leveranties vinden in principe plaats via de goedereningang en dienen bijvoorkeur bij de portier te zijn aangemeld. Medewerkers geven -zo mogelijk vroegtijdig- aan de portier door wanneer leveranties kunnen worden verwacht en houden toezicht op de leverantie.

7 Versie 1.3 Datum 11 maart 2013 Pagina 7 / 17 2 Veiligheidscontroles Veiligheidscontroles dienen: ter waarborging van een ongestoord verloop van de rechtsgang; ter verzekering van de gezondheid en veiligheid van alle personen die zich in het gerechtsgebouw bevinden; om te voorkomen dat niet-geautoriseerden de beveiligde of vitale compartimenten betreden; om te voorkomen dat personen zonder geldig verblijfsdoel het gebouw betreden; ter voorkoming van het naar binnen brengen van voor bedreiging geschikte voorwerpen en niet gewenste middelen, zoals opnameapparatuur, en het niet geautoriseerd meenemen van goederen of documenten of andere gegevensdragers; om toe te zien op de juiste naleving van de gestelde regels ten aanzien van het meenemen van gemerkte gegevens buiten het gerechtsgebouw; om te voorkomen dat op onrechtmatige wijze documenten, goederen en materialen worden meegenomen. 2.1 Bevoegdheden beveiligingspersoneel Het beveiligingspersoneel en de parketpolitie / BB&V zijn gemachtigd controles uit te voeren aan de kleding en de meegenomen bagage (tassen, koffers, dozen e.d.) wanneer de betrokkene toestemming geeft. 2.2 Weigering medewerking aan veiligheidscontroles Personen die weigeren zichzelf of hun bagage aan een controle te onderwerpen, wordt verhinderd het gebouw te betreden; hen wordt de verdere toegang ontzegd en zij worden daaruit zo nodig verwijderd. 2.3 Vrijstelling Van de veiligheidscontroles zijn vrijgesteld: Medewerkers van de Rechtspraak en het Openbaar Ministerie alsmede overige onder het ministerie van Veiligheid en Justitie ressorterende medewerkers op vertoon van een geldige Rijkspas of RO-kaart; Politieambtenaren op vertoon van een geldig politielegitimatiebewijs; Advocaten op vertoon van een geldige NOVA-pas; Deurwaarders op vertoon van een geldig door de minister van veiligheid en justitie (of diens rechtsvoorganger) afgegeven legitimatiebewijs; Tolken die ingeschreven staan in het Register Beëdigde Tolken en Vertalers op vertoon van een geldige beroepspas; Bewindvoerders die ingeschreven staan in het Register Bewindvoerders WSNP op vertoon van een geldige beroepspas; vaste procesvertegenwoordigers van de verschillende ministeries die in het bezit zijn van een geldige rijkspas en die het gerechtsgebouw in die hoedanigheid (van procesvertegenwoordiger) bezoeken. De genoemde legitimatiebewijzen dienen ongevraagd getoond te worden. Indien daartoe aanleiding bestaat kan de integraal beveiligingsfunctionaris besluiten dat de vrijstelling niet van toepassing is.

8 Versie 1.3 Datum 11 maart 2013 Pagina 8 / Inhoud controle De personen die het gerechtsgebouw betreden dienen zich aan een controle, door daartoe bevoegde personen, op de aanwezigheid van wapens, explosieven of andere voorwerpen en (vloei)stoffen, die de veiligheid en gezondheid van personen kunnen bedreigen, voor de bedreiging van personen geschikt zijn dan wel de veiligheid en de orde in het pand in gevaar kunnen brengen te onderwerpen. Deze controle kan omvatten: een onderzoek naar de identiteit van personen; een onderzoek met behulp van daartoe bestemde detectieapparatuur, van personen en (hand)bagage en/of meegevoerde goederen; een onderzoek van personen aan hun kleding en een onderzoek van hun (hand)bagage en/of meegevoerde goederen. Dit onderzoek wordt steekproefsgewijs uitgevoerd en indien de detectieapparatuur daar aanleiding toe geeft. Het gerechtsbestuur kan bepalen dat het onderzoek stelselmatig wordt uitgevoerd. Het beveiligingspersoneel is gerechtigd vragen te stellen omtrent de identiteit van personen die zich in het gebouw bevinden of het gebouw willen verlaten, de inhoud van bagage, goederen e.d. Indien er (mogelijk) sprake is van een beveiligingsovertreding of -incident wordt de integraal beveiligingsfunctionaris (IBF) ingeschakeld. De controle op het meenemen van goederen en/of gerubriceerde gegevens door medewerkers geschiedt door of namens de IBF. 2.5 Uitvoering De veiligheidscontroles worden uitgevoerd volgens instructie van de integraal beveiligingsfunctionaris door het beveiligingspersoneel, eventueel bijgestaan door de parketpolitie / BB&V. De bevoegdheid van personen om het gerechtsgebouw en de beveiligde en vitale compartimenten te betreden wordt, met behulp van een geautomatiseerd toegangscontrolesysteem, voortdurend gecontroleerd. Bezoekers kunnen goederen ter bewaring afgeven bij de portier. Daarvoor is een voorziening getroffen. 2.6 Onderzoek aan kleding Het onderzoek aan de kleding geschiedt -indien mogelijk- buiten waarneming van andere bezoekers en publiek. Vrouwelijke bezoekers worden door een vrouwelijke beveiligingsmedewerker of politieambtenaar gefouilleerd. Mannen mogen hierbij niet behulpzaam zijn. Is geen vrouwelijk personeel aanwezig dan wordt de bezoeker gevraagd haar bezittingen ter controle aan te bieden aan de dienstdoende politieambtenaar of beveiligingsbeambte. Het onderzoek aan kleding zal nauwkeurig geschieden. Al datgene waarvan is aangegeven dat het niet het gerechtsgebouw mag worden binnengebracht, wordt ingenomen. In bewaring genomen voorwerpen worden in een individueel en uniek genummerde en verzegelde sealbag / waardezak opgeborgen. De aan die sealbag / waardezak bevestigde controlestrook (voorzien van hetzelfde unieke nummer) wordt aan de bezoeker overhandigd. Op vertoon van die controlestrook kunnen de in bewaring gegeven goederen bij het verlaten van het gerechtsgebouw worden afgehaald. De integraal beveiligingsfunctionaris kan aan het afhalen van in bewaring genomen goederen nadere voorwaarden stellen. In bewaring gegeven goederen die aan het einde van de dag niet zijn opgehaald, worden nauwkeurig omschreven in het registratiesysteem opgenomen. Niet opgehaalde in bewaring genomen voorwerpen worden maximaal één jaar bewaard. Daarna worden ze vernietigd. Als zaken worden aangetroffen waarvan het bezit strafbaar is gesteld, wordt de politie ingeschakeld. Aanhouding op grond van de Wet Wapens en Munitie (zie Appendix 2) kan leiden tot het niet verschijnen op een zitting.

9 Versie 1.3 Datum 11 maart 2013 Pagina 9 / Geheimhouding Een lid van het beveiligingspersoneel belast met de controle, dat daarbij de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijk karakter kent of redelijkerwijze moet vermoeden, en voor wie niet reeds uit hoofde van ambt of wettelijk voorschrift ter zake van die gegevens een geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding daarvan, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot bekendmaking verplicht of uit zijn taak de noodzaak tot bekendmaking voortvloeit. 2.8 Toezicht met camera s In verband met de veiligheid en orde in het gerechtsgebouw wordt het noodzakelijk geacht toezicht te houden met behulp van camera s. Bij alle toegangen en op verschillende locaties in en rond het gerechtsgebouw zijn camera s zichtbaar opgesteld. Hiervan wordt bij de ingang van het gerechtsgebouw melding gemaakt. Vanuit een centraal punt wordt controle uitgeoefend. Inzet van videocameratoezicht kan zowel een preventief als ook een repressief doel hebben bij verstoring van de orde en andere mogelijke strafbare feiten. Beslissingen daartoe kunnen worden genomen op last van de voorzitter of rechter in geval van risicozittingen of door/namens de beheerder bij vrees voor verstoring van de orde of veiligheid. Indien beelden worden vastgelegd, worden deze niet langer dan 10 werkdagen bewaard, met uitzondering van de beelden die een incident weergeven. Zodra een incident door de politie c.q. justitie afgehandeld is worden de beelden gewist. 2.9 Risicovolle zittingen Bij risicovolle zittingen of indien daartoe anderszins aanleiding bestaat kunnen aanvullende beveiligingsmaatregelen worden getroffen, zoals extra toezicht, stelselmatige uitvoering van onderzoek aan kleding en van (hand)bagage en/of inname van de handbagage. Eventuele aanvullende maatregelen worden onder verantwoordelijkheid van de integraal beveiligingsfunctionaris vastgesteld in een instructie Bagage Bagage waarvan de herkomst of eigendom niet is vastgesteld, kan uit het gerechtsgebouw worden verwijderd. Waar nodig wordt onderzoek gedaan op de aanwezigheid van wapens, explosieven of andere voorwerpen en stoffen, die de veiligheid en gezondheid van personen kunnen bedreigen, voor de bedreiging van personen geschikt zijn dan wel de veiligheid of de orde in het gerechtsgebouw in gevaar kunnen brengen Aannemen post, voorwerpen, goederen Uit veiligheidsoverwegingen worden van onbekenden geen voorwerpen aangenomen. In voorkomende gevallen kan men worden verzocht om zich te legitimeren.

10 Versie 1.3 Datum 11 maart 2013 Pagina 10 / 17 3 Verbodsbepalingen 3.1 Wapens Het is niet toegestaan om wapens en als wapen te gebruiken voorwerpen mee te nemen in het gerechtsgebouw tenzij door de integraal beveiligingsfunctionaris expliciet toestemming wordt verleend. Personen die gemachtigd zijn tot het dragen van een vuurwapen, kunnen dit wapen bewaren in daartoe opgestelde wapenkluisjes. Zie Appendix 1 voor een overzicht van goederen die als wapen kunnen worden aangemerkt. 3.2 Veiligheid en gezondheid Het is verboden explosieven, verdoving opwekkende middelen of andere voorwerpen, vloeistoffen of gassen die de veiligheid en gezondheid van personen kunnen bedreigen, voor de bedreiging van personen geschikt zijn dan wel de veiligheid en de orde in het pand in gevaar kunnen brengen het gerechtsgebouw binnen te brengen. 3.3 Roken In het gerechtsgebouw geldt een rookverbod. Roken is uitsluitend toegestaan in daartoe aangewezen ruimten. 3.4 Ongewenst gedrag Het is niet toegestaan de orde te verstoren. In voorkomend geval kan men bij overtreding van deze regels de (verdere) toegang tot het gerechtsgebouw worden ontzegd en kan men worden verwijderd. Zonodig kan de politie worden ingeschakeld, aangifte worden gedaan en de schade op de veroorzaker worden verhaald. Vormen van ongewenst gedrag die niet worden geaccepteerd zijn onder andere: alle vormen van fysiek geweld, onder andere: schoppen, spugen, slaan, gooien met voorwerpen, vastpakken, knijpen, haren trekken; alle vormen van verbaal geweld, onder andere: schelden, beledigen, vernederen, ruzie zoeken; alle vormen van intimidatie, onder andere: het bedreigen van een medewerker om iets gedaan te krijgen of om te voorkomen dat iets gedaan wordt; alle vormen van stalking, onder andere: achtervolgen, opwachten, lastigvallen en hinderlijk gedrag; alle vormen van discriminatie naar geslacht, seksuele geaardheid, geloofsovertuiging of ras; alle vormen van seksuele intimidatie, onder andere: het maken van seksueel getinte opmerkingen of handtastelijkheden; alle vormen van vernieling, onder andere: het gooien met meubilair of voorwerpen en het vernielen van zaken; het dragen van wapens of gevaarlijke voorwerpen binnen het gerechtsgebouw.

11 Versie 1.3 Datum 11 maart 2013 Pagina 11 / Beeld- en/of geluidsopnamen Het is verboden zonder uitdrukkelijke toestemming van de beheerder of van degene die verantwoordelijk is voor de handhaving van de orde tijdens zittingen vooraf met behulp van enige apparatuur beeld- en/of geluidsopnamen te maken in het gerechtsgebouw. Voor registraties ten behoeve van televisie, radio, schrijvende pers en andere media wordt verwezen naar de Persrichtlijn. 3.6 Telecommunicatie apparatuur In zittingszalen dienen mobiele telefoons en andere telecommunicatieapparatuur uitgeschakeld te zijn. 3.7 Dieren Het meenemen van (huis)dieren in het gerechtsgebouw is niet toegestaan, behoudens voor gehandicapten, die voor hun functioneren daarvan afhankelijk zijn. 3.8 Eten en drinken In zittingzalen en op de publieke tribune is het niet toegestaan te eten en te drinken. 3.9 Aansprakelijkheid De beheerder is niet aansprakelijk voor vermissing, beschadiging of diefstal van eigendommen van anderen Overtreding huisregels Degene die zich niet houdt aan de huisregels kan door of namens de beheerder worden verwijderd. Overtreding van de huisregels kan leiden tot een toegangontzegging voor een bepaalde periode of tot het stellen van nadere voorwaarden aan het verlenen van toegang. Bij constatering van strafbare feiten wordt de politie ingeschakeld.

12 Versie 1.3 Datum 11 maart 2013 Pagina 12 / 17 4 Calamiteiten Een ieder die zich in het gerechtsgebouw bevindt is gehouden onmiddellijk het gerechtsgebouw of een gedeelte van het gerechtsgebouw te verlaten of te ontruimen wanneer daartoe opdracht wordt gegeven door de integraal beveiligingsfunctionaris, leden van de Bedrijfshulpverlening (BHV), de politie, de BB&V en/of de beveiligingsbeambten.

13 Versie 1.3 Datum 11 maart 2013 Pagina 13 / 17 Appendix 1: Goederen die niet meegenomen mogen worden in het gerechtsgebouw a. Geweren, vuur- & schietwapens Ieder voorwerp waarmee een projectiel kan worden afgeschoten of letsel kan worden toegebracht, of dat daarvoor lijkt te kunnen worden gebruikt, o.a.: Aanstekers in de vorm van een vuurwapen Alle soorten speelgoedvuurwapens Alle vuurwapens (pistolen, revolvers, geweren, enz.) BB-guns (ball bearing guns) Harpoen & en harpoengeweren Industriële schroef en spijkerpistolen Katapulten Kruisbogen Luchtpistolen, windbuksen en hagelgeweren Onderdelen van vuurwapens (met uitzondering van telescopische kijkapparaten & vizieren) Replica en imitatievuurwapens Schok of schrikapparaten b.v. prikstokken voor vee, ballistisch geleide energiewapens (taser) Seinpistolen Startpistolen Slachtpistolen b. Puntige/scherpe wapens & scherpe voorwerpen Artikelen met punten of snijranden waarmee letsel kan worden toegebracht, o.a.: Bijlen & hakmessen Gereedschap dat als steek- of snijwapen kan worden gebruikt, bv. boren en boorijzers, kartonmessen, stanleymessen, gereedschapsmessen, alle soorten zagen, schroevendraaiers, breekijzers, hamers, tangen, moer- en steeksleutels, soldeerlampen Harpoenen en speren IJsbijlen & ijspriemen IJsschaatsen Kurkentrekkers Nagelvijlen Klimijzers Knipmessen of stiletto s met een lemmet van iedere lengte Machetes Messen, inclusief ceremoniemessen van metaal of ieder ander materiaal dat sterk genoeg is om als wapen te worden gebruikt Scheermessen Pijlen en werppijlen Sabels, zwaarden & degenstokken Scalpels Scharen Ski- en wandel/hikingstokken Werpsterren

14 Versie 1.3 Datum 11 maart 2013 Pagina 14 / 17 c. Stompe voorwerpen Ieder stomp voorwerp waarmee letsel kan worden toegebracht, o.a.: Biljart -, snooker en poolstokken Cricket bats, hockey sticks, Lacrossesticks of golf clubs Harde of buigzame knuppels of stokken, b.v. gummiknuppels, ploertendoders en wapenstokken Hengels Honkbalknuppels en softbalknuppels Kayak en kanopeddels Skateboards Uitrusting voor vechtsporten, b.v. boksbeugels, stokken, knuppels, vlegels, nunchucks, kubatons, kubasaunts Paraplus d. Ontplofbare en ontvlambare stoffen Alle ontplofbare of sterk brandbare stoffen die een gevaar (kunnen) vormen voor de gezondheid en of veiligheid: Alcoholische dranken Andere dan veiligheidslucifers Gas & gasflessen, b.v. butaan, propaan, acetyleen, zuurstof- in grote hoeveelheden Granaten, alle soorten Mijnen & ander ontplofbaar militair materiaal Munitie Ontstekingsinrichtingen & lonten Ontvlambare vloeibare brandstof, b.v. benzine, dieselolie, aanstekerbrandstof, alcohol, ethanol Replica s of namaak ontplofbaar materiaal of middelen Rookgranaten of patronen Slaghoedjes Springstoffen & springtuigen Terpentijn & verfverdunner Vuurwerk of seinvuur in alle vormen (met inbegrip van voetzoekers en klappertjes voor speelgoedpistolen) Verfspuitbussen e. Chemische en toxische stoffen Alle chemische of toxische stoffen die een gevaar (kunnen) vormen voor de gezondheid en/of veiligheid: Besmettelijk of biologisch gevaarlijk materiaal, b.v. besmet bloed, bacteriën en virussen Brandblussers Corrosieve of bleekmiddelen, b.v. kwik, chloor Gif Materiaal dat spontaan kan ontvlammen of ontbranden Radioactief materiaal, b.v. medische of commerciële isotopen Uitschakelingstoffen in spuitbus, b.v. mace, peperspray, traangas Zuren en alkali s, b.v. natte batterijen die kunnen lekken Aan deze lijst kunt u geen rechten ontlenen. De beveiligingsmedewerker behoudt altijd het recht om alsnog om veiligheidsredenen een artikel te weigeren.

15 Versie 1.3 Datum 11 maart 2013 Pagina 15 / 17 Appendix 2: Wapens in de zin van de Wet Wapens en Munitie Wet van 5 juli 1997, houdende regels inzake het vervaardigen, verhandelen, vervoeren, voorhanden hebben, dragen enz. van wapens en munitie. Artikel 2 1. Wapens in de zin van deze wet zijn de hieronder vermelde of overeenkomstig dit artikellid aangewezen voorwerpen, onderverdeeld in de volgende categorieën. Categorie I 1. stiletto s, valmessen en vlindermessen: 2. andere opvouwbare messen, indien: a. het lemmet meer dan een snijkant heeft; of b. de lengte in opengevouwen toestand langer dan 28 cm is; 3. boksbeugels, ploertendoders, wurgstokken, werpsterren, vilmessen, ballistische messen en geluiddempers voor vuurwapens; 4. blanke wapens die uiterlijk gelijken op een ander voorwerp dan een wapen; 5. pijlen en pijlpunten bestemd om door middel van een boog te worden afgeschoten, die zijn voorzien van snijdende delen met de kennelijke bedoeling daarmee ernstig letsel te kunnen veroorzaken; 6. katapulten; 7. andere door de Minister van Justitie aangewezen voorwerpen die een ernstige bedreiging van personen kunnen vormen of die zodanig op een wapen gelijken, dat zij voor bedreiging of afdreiging geschikt zijn. Categorie II 1. vuurwapens die niet onder een van de andere categorieën vallen; 2. vuurwapens, geschikt om automatisch te vuren; 3. vuurwapens die zodanig zijn vervaardigd of gewijzigd dat het dragen niet of minder zichtbaar is dan wel dat de aanvalskracht wordt verhoogd; 4. vuurwapens die uiterlijk gelijken op een ander voorwerp dan een wapen; 5. voorwerpen waarmee door een elektrische stroomstoot personen weerloos kunnen worden gemaakt of pijn kan worden toegebracht, met uitzondering van medische hulpmiddelen; 6. voorwerpen, bestemd voor het treffen van personen met giftige, verstikkende, weerloosmakende, traanverwekkende en soortgelijke stoffen, met uitzondering van medische hulpmiddelen en van vuurwapens in de vorm van geweren, revolvers en pistolen, bestemd voor het afschieten van munitie met weerloosmakende of traanverwekkende stof; 7. voorwerpen bestemd voor het treffen van personen of zaken door vuur of door middel van ontploffing, met uitzondering van explosieven voor civiel gebruik indien met betrekking tot deze explosieven erkenning is verleend overeenkomstig de Wet explosieven voor civiel gebruik.

16 Versie 1.3 Datum 11 maart 2013 Pagina 16 / 17 Categorie III 1. vuurwapens in de vorm van geweren, revolvers en pistolen voor zover zij niet vallen onder categorie II sub 2, 3 of 6 ; 2. toestellen voor beroepsdoeleinden die geschikt zijn om projectielen af te schieten; 3. werpmessen; 4. alarm- en startpistolen en -revolvers, met uitzondering van alarm- en startpistolen die: a. geen loop of een kennelijk verkorte, geheel gevulde loop hebben; b. zodanig zijn ingericht dat zij uitsluitend knalpatronen van een kaliber niet groter dan 6 mm kunnen bevatten; en c. waarvan de ligplaats van de patronen en de gasuitlaat loodrecht staan op de loop of op de lengterichting van het wapen. Categorie IV 1. blanke wapens waarvan het lemmet meer dan een snijkant heeft, voor zover zij niet vallen onder categorie I; 2. degens, zwaarden, sabels en bajonetten; 3. wapenstokken; 4. lucht-, gas- en veerdrukwapens, behoudens zulke door de Minister van Justitie overeenkomstig categorie I, sub 7, aangewezen die zodanig gelijken op een vuurwapen dat zij voor bedreiging of afdreiging geschikt zijn; 5. kruisbogen en harpoenen; 6. bij regeling van de Minister van Justitie aangewezen voorwerpen die geschikt zijn om daarmee personen ernstig lichamelijk letsel toe te brengen; 7. voorwerpen waarvan, gelet op hun aard of de omstandigheden waaronder zij worden aangetroffen, redelijkerwijs kan worden aangenomen dat zij voor geen ander doel zijn bestemd dan om letsel aan personen toe te brengen of te dreigen en die niet onder een van de andere categorieën vallen. 2. Munitie in de zin van deze wet is, onderverdeeld in de volgende categorieën: Categorie I [Vervallen.] Categorie II 1. munitie die uitsluitend geschikt voor vuurwapens van categorie II is; 2. munitie die een giftige, verstikkende, weerloosmakende, traanverwekkende of soortgelijke stof verspreidt, met uitzondering van munitie met weerloosmakende of traanverwekkende stof, bestemd voor vuurwapens in de vorm van geweren, revolvers en pistolen; 3. munitie voorzien van een projectiel waarmee een pantserplaat kan worden doorboord, munitie voorzien van een projectiel met brandsas of met een explosieve lading, alsmede de voor deze munitie bestemde projectielen; 4. munitie voor geweren, revolvers en pistolen voorzien van expanderende projectielen, alsmede de voor deze munitie bestemde projectielen, behalve wanneer het voor de jacht of de schietsport bestemde munitie of projectielen betreft. Categorie III Alle overige munitie.

17 Versie 1.3 Datum 11 maart 2013 Pagina 17 / Aanwijzingen door de Minister van Justitie, als bedoeld in het eerste lid, geschieden bij regeling. 4. Onverminderd het bepaalde in het eerste lid, onder categorie I, sub 7, zijn geen wapens in de zin van deze wet voorwerpen die klaarblijkelijk zijn bestemd om als speelgoed te worden gebruikt en die redelijkerwijze niet geschikt kunnen worden geacht om daarmee personen ernstig lichamelijk letsel toe te brengen.