Aanpassingen en aanvullingen op de pensioenbrochure

Transcriptie

1 Maart 2014 Inlegvel bij de brochure De ARCADIS-pensioenregeling van december 2006 Dit inlegvel vervangt het inlegvel van maart 2013 Aanpassingen en aanvullingen op de pensioenbrochure Sinds december 2006 (de verschijningsdatum van de meest recente brochure over de ARCADISpensioenregeling) zijn er in de wet nieuwe eisen gesteld aan de communicatie van pensioenfondsen met hun deelnemers en pensioengerechtigden. Daardoor ontbreken er in de brochure enkele wettelijk verplichte elementen. Die zetten we in dit inlegvel graag voor u op een rij. Daarnaast is ook de regeling sinds 2006 op een aantal punten gewijzigd. Ook die veranderingen vindt u terug in dit inlegvel. We verzoeken u dit inlegvel te beschouwen als een onlosmakelijk onderdeel van de brochure. Aanvullingen Karakter van de pensioenregelingen Ouderdoms- en nabestaandenpensioen De pensioenregeling voor het ouderdoms- en nabestaandenpensioen is een zogeheten collectieve beschikbare premieregeling. In deze regeling staat de werkgever niet garant voor de pensioenrechten, maar alleen voor het betalen van een vooraf afgesproken vaste premie voor de jaarlijkse pensioenopbouw. Deze pensioenopbouw vindt op een vergelijkbare wijze plaats als in een middelloonregeling, waarbij elk jaar pensioen wordt opgebouwd over het salaris van dat jaar. De vaste premie voor de pensioenopbouw is normaal gesproken voldoende. Als echter op een bepaald moment de werkelijke kosten van de pensioenopbouw hoger zijn dan de afgesproken premie, kunnen de pensioenaanspraken die de deelnemers volgens het reglement nog zouden verwerven worden verminderd. Als deze situatie zich voordoet zal het pensioenfonds u daarover informeren. Bij tegenvallende beleggingsopbrengsten zouden er bij het pensioenfonds tekorten kunnen ontstaan. Ook in dat geval springt de werkgever niet bij. Dit kan leiden tot minder of geen resultaatdeling en mogelijk ook tot het korten van opgebouwde en ingegane pensioenen. Het risico ligt wat dat betreft volledig bij de deelnemers. Aan de andere kant, eventuele overschotten bij het pensioenfonds gaan ook niet terug naar de werkgever. Tekorten en overschotten zijn dus voor het collectief van deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden. Arbeidsongeschiktheidspensioen De regeling inzake arbeidsongeschiktheidspensioen kent een andere systematiek. De werkgever betaalt niet een vooraf afgesproken premie maar de werkelijke koopsom die benodigd is voor de inkoop van een arbeidsongeschiktheidspensioen voor zieke werknemers. ANW-hiaatpensioen De regeling inzake Anw-hiaatpensioen betreft een voor rekening van de deelnemers verzekerde uitkering voor de partner ingeval van overlijden van de deelnemer voordat en totdat diens partner de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt. Daarbij wordt uitgegaan van de AOW-gerechtigde leeftijd die op het moment van ingang van het Anwhiaatpensioen van toepassing is. Uitkeringsovereenkomst Pensioenregelingen worden in de Pensioenwet ingedeeld in uitkeringsovereenkomsten, kapitaalovereenkomsten en premieovereenkomsten. In pensioenregelingen die het karakter hebben van een uitkeringsovereenkomst is sprake van een vastgestelde pensioenuitkering, zoals in eind- en middelloonregelingen. Bij een kapitaal- of premieovereenkomst is geen sprake van een vastgestelde pensioenuitkering maar van een vastgesteld kapitaal respectievelijk een vastgelegde premie die uiterlijk op de pensioendatum worden omgezet in een pensioenuitkering. De pensioenregelingen die door ARCADIS Pensioenfonds worden uitgevoerd hebben in het kader van de Pensioenwet alle het karakter van een uitkeringsovereenkomst.

2 Betalingsvoorbehoud werkgever De werkgever heeft in geval van ingrijpende wijziging van omstandigheden zich het recht voorbehouden de verschuldigde werkgeversbijdragen geheel of gedeeltelijk te beëindigen, dan wel de hoogte van die bijdragen te bevriezen. Hiervan kan onder meer sprake zijn als van overheidswege de wetgeving dusdanig wordt gewijzigd waardoor de werkgever extra premies moet betalen. Ook kan de financiële positie van de werkgever van dien aard zijn dat deze niet langer in staat is de pensioenlasten te financieren. Als deze situatie zich voordoet worden de pensioenaanspraken die u nog zou opbouwen aangepast. De pensioenaanspraken die u al heeft opgebouwd veranderen overigens niet. De mogelijke wijziging betreft dus alleen de in de toekomst op te bouwen pensioenaanspraken. Wijzigingsbeding De pensioenregelingen die de werkgever bij het pensioenfonds ter uitvoering heeft ondergebracht kunnen door de werkgever zonder instemming van de deelnemers worden gewijzigd indien er sprake is van een zodanig zwaarwichtig belang van de werkgever dat het belang van de deelnemers dat door de wijziging zou worden geschaad daarvoor naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid moet wijken. Dit kan zich voordoen als bijvoorbeeld sociale wetten, fiscale wetten of verplicht gestelde pensioenvoorzieningen worden ingevoerd of gewijzigd. De werkgever kan in die situatie de pensioenregeling - met inachtneming van eventuele wettelijke voorschriften - aan de gewijzigde omstandigheden aanpassen. Indien de werkgever hiertoe wenst over te gaan, stelt hij de deelnemers hiervan schriftelijk in kennis. Financiële positie van het fonds Een pensioenfonds moet over financiële buffers beschikken. Hoe groot die minimaal moeten zijn, is vastgelegd door de wetgever. De maatstaf voor de financiële gezondheid van het fonds is de zogenaamde dekkingsgraad. Dit is een percentage dat de verhouding tussen het vermogen en de pensioenverplichtingen uitdrukt. Als in enig jaar de financiële positie van het fonds ontoereikend is, hetgeen zich voordoet bij een dekkingsgraad van minder dan 105%, is er sprake van onderdekking. In dat geval is er een acuut probleem en moet het fonds in een zogeheten kortetermijnherstelplan aangeven hoe het binnen de wettelijke termijn de buffers weer naar het vereiste niveau brengt. Mocht uit het herstelplan blijken dat het fonds naar verwachting onvoldoende rendement kan genereren om binnen door De Nederlandsche Bank gestelde termijnen het dekkingstekort weg te werken, dan zullen de pensioenen van deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden worden verminderd tot een zodanig niveau dat de financiële positie van het fonds weer toereikend is. De werkgever kan nimmer verplicht worden om bij te dragen aan het herstellen van de minimale dekkingsgraad van 105%. Is de dekkingsgraad hoger dan 105% maar lager dan circa 120%, dan is er sprake van een zogeheten reservetekort. In dat geval moet het pensioenfonds een plan maken waardoor de reserves binnen 15 jaar weer voldoende zijn aangegroeid. In dat geval is er sprake van een langetermijnherstelplan. In 2009 heeft ARCADIS Pensioenfonds vanwege de teruggelopen reserves een herstelplan voor de lange termijn moeten indienen bij De Nederlandsche Bank. Uit de evaluatie van begin 2012 is gebleken dat de reserves, zonder verlaging van de pensioenen, niet op het minimaal vereiste niveau teruggebracht konden worden. Dat leidde ertoe dat de pensioenen per 1 april 2013 met 5,6% zijn verlaagd. Eind 2013 liep het kortetermijnherstelplan af. Als gevolg van een verbetering van de dekkingsgraad in 2013 kon een verdere verlaging van de pensioenen in 2014 achterwege blijven. Meer over de financiële situatie van het fonds leest u op Uw pensioen bij vertrek uit dienst voor uw pensioendatum Ouderdoms- en nabestaandenpensioen De verplichte pensioenregeling heeft betrekking op een ouderdomspensioen, een partnerpensioen en een wezenpensioen. Indien u uit dienst gaat, behoudt u het opgebouwde ouderdoms-, partner- en wezenpensioen. Maar de opbouw stopt wel. Als u bij uitdiensttreding reeds arbeidsongeschikt bent, zal ARCADIS Pensioenfonds onder bepaalde voorwaarden de pensioenopbouw voortzetten. In de brochure staat beschreven dat u twee dingen kunt doen met uw ARCADIS-pensioen als u voor uw pensioendatum vertrekt bij ARCADIS. U kunt uw pensioen meenemen naar de pensioenuitvoerder van uw nieuwe werkgever (we noemen dit waardeoverdracht), of u kunt uw pensioen tot uw pensioendatum laten staan 2

3 bij ARCADIS Pensioenfonds. U bouwt dan geen nieuw pensioen meer op. Wanneer het fonds over voldoende middelen beschikt, wordt hetgeen u al heeft opgebouwd wel ieder jaar verhoogd (resultaatdeling, voor de voorwaarden zie pagina 12 van de brochure). Wat u ook doet, uw opgebouwde pensioen blijft in ieder geval van u. Arbeidsongeschiktheidspensioen Naast het ouderdoms-, partner- en wezenpensioen wordt verplicht een excedent arbeidsongeschiktheidspensioen voor u verzekerd. Dit is een verzekering op risicobasis. Dat betekent: als u vertrekt bij ARCADIS wordt de verzekering opgezegd en is er dus geen dekking meer. U heeft dus geen rechten opgebouwd. Voor alle duidelijkheid: als u al een arbeidsongeschiktheidspensioen ontvangt, stopt dat niet als u uit dienst treedt bij ARCADIS. ANW-hiaatpensioen U heeft wellicht een vrijwillige Anw verzekering afgesloten. Ook deze verzekering is op risicobasis, waarbij geldt dat als u vertrekt bij ARCADIS de verzekering wordt opgezegd en dus de dekking vervalt. Informatieplicht voor de deelnemer U bent als deelnemer verplicht om het pensioenfonds alle informatie te verstrekken die voor de uitvoering van de pensioenregeling van belang is. Het belangrijkste is het melden van het aangaan of beëindigen van een relatie. Dat geldt overigens alleen voor deelnemers die in het buitenland wonen en voor deelnemers die ongehuwd samenwonen met een samenlevingsovereenkomst. Wie in Nederland trouwt of gaat scheiden hoeft niets te doen, wij krijgen de gegevens automatisch door van uw gemeente (hetzelfde geldt bij een geregistreerd partnerschap). Als u arbeidsongeschikt bent (uw pensioenopbouw wordt dan premievrij voortgezet en mogelijk krijgt u ook een aanvulling op de WIA of WAO via het WIA/WAO-excedentpensioen) moet u veranderingen in de mate van arbeidsongeschiktheid aan ons doorgeven. Wij kunnen u daarbij vragen om kopieën van officiële stukken. Als u informatie achterhoudt of onjuiste informatie doorgeeft, kan dit gevolgen hebben voor uw pensioenaanspraken. Informatievoorziening door ARCADIS Pensioenfonds Arcadis Pensioenfonds doet veel moeite om u op een heldere, tijdige en volledige manier te informeren over alles wat u moet weten over uw pensioen. Daarvoor hebben we deze brochure, een pensioenkrant en onze website. Op uw verzoek verstrekt het pensioenfonds u verder: - het pensioenreglement - het jaarverslag en de jaarrekening van het pensioenfonds - de uitvoeringsovereenkomst - de verklaring inzake de beleggingsbeginselen - informatie die specifiek voor u van belang is - een berekening van de gevolgen van de keuzemogelijkheden (bij pensionering) in de pensioenregeling - informatie over de hoogte van de dekkingsgraad - informatie over het eventueel van toepassing zijn van een aanwijzing van de toezichthouder op het pensioenfonds - informatie over de eventuele aanstelling van een bewindvoerder - informatie over een korte- of langetermijnherstelplan als dat van kracht is Als u een gewezen deelnemer bent verstrekt het pensioenfonds u op uw verzoek een opgave van de hoogte van de opgebouwde pensioenaanspraken. Als u behoefte heeft aan een van deze zaken, raadpleegt u onze website ( of kunt u contact opnemen met het pensioenfonds. Wij helpen u graag verder. Klachten ARCADIS Pensioenfonds doet zijn best alle regelingen goed en zorgvuldig uit te voeren. Daarbij hoort ook dat we eventuele klachten zorgvuldig behandelen. We volgen daarbij de procedures zoals die zijn vastgelegd in ons 3

4 officiële klachtenreglement. U kunt het klachtenreglement raadplegen op onze website ( of opvragen bij het pensioenfonds. Aanpassingen in de brochure n.a.v. veranderingen in en rond de pensioenregeling Hoogte van het ouderdoms-, partner- en wezenpensioen Naar aanleiding van een wijziging in het fiscaal regime is in de cao van ARCADIS met ingang van 1 januari 2014 de jaarlijkse opbouw van het ouderdomspensioen gewijzigd. Het opbouwpercentage is verlaagd van 1,93% naar 1,60%. De lagere pensioenopbouw heeft ook gevolgen voor de opbouw van het nabestaandenpensioen. De percentages voor partnerpensioen en wezenpensioen blijven ongewijzigd, resp. 80% en 14%, maar worden ingaande 2014 gebaseerd op het lagere ouderdomspensioen. Omdat 2014 een overgangsjaar is, heeft de werkgever ervoor gekozen om bij overlijden in 2014 voor het partnerpensioen de toekomstige opbouw vanaf de overlijdensdatum te baseren op 94% van het ouderdomspensioen en voor het wezenpensioen op 17%. Zowel het partnerpensioen als het wezenpensioen worden dan op nagenoeg het oude niveau gehandhaafd. De kans bestaat dat de verlaging van de pensioenopbouw naar 1,60% slechts voor één jaar geldt. Het kabinet is van plan de pensioenen verder te versoberen vanaf Aanpassingen m.b.t. resultaatdeling Spelregels resultaatdeling Op pagina 12 en 13 van de brochure wordt de resultaatdeling besproken. Deze is belangrijk voor het waardevast houden van uw pensioen. Bij ARCADIS Pensioenfonds spreken we van resultaatdeling, andere fondsen spreken vaak van indexatie, maar de officiële term in de Pensioenwet is toeslagverlening. Met al deze begrippen wordt hetzelfde bedoeld. Op pagina 13 van de brochure staat aangegeven wanneer er wel resultaatdeling wordt toegekend en wanneer niet. Eén van de criteria is de hoogte van de dekkingsgraad. In verband met de regels van het Financieel Toetsingskader heeft het bestuur van het pensioenfonds de genoemde grenzen aangepast. Vanaf 2007 zijn de richtlijnen als volgt vastgesteld: - Bij een dekkingsgraad lager dan 105%: geen resultaatdeling - Bij een dekkingsgraad tussen de 105% en 125%: gedeeltelijke resultaatdeling (lineair) - Bij een dekkingsgraad hoger dan 125%: volledige resultaatdeling Het bestuur bepaalt jaarlijks de hoogte van de resultaatdeling. De bovengenoemde grenzen geven het bestuur daarbij een handvat, maar ook andere aspecten kunnen een rol spelen bij de uiteindelijke besluitvorming. De jaarlijkse verhoging van de aanspraken van de deelnemers is gebaseerd op de algemene salarisontwikkeling bij de werkgever. In het verleden was de resultaatdeling voor actieve deelnemers (de bij de werkgever in dienst zijnde deelnemers) gemaximeerd op 3%. Deze maximering is met ingang van 2010 veranderd. De maximale resultaatdeling van de actieve deelnemers is nu gelijk aan die van de pensioengerechtigden plus 3%-punt. Er zijn ook richtlijnen vastgesteld ten aanzien van eventuele inhaalresultaatdeling. Onder inhaalresultaatdeling wordt verstaan: het alsnog toekennen van (een deel van) de resultaatdeling die in eerdere jaren niet is toegekend omdat de financiële positie van het pensioenfonds dat toen niet toeliet. Wilt u een overzicht van de resultaatdeling over de laatste 10 jaar en van de achterstanden die daarbij zijn opgelopen, dan kunt u terecht op onze website: Wijziging ambitie resultaatdeling De jaarlijkse verhoging van de aanspraken van gewezen deelnemers en pensioengerechtigden is gebaseerd op de prijsstijgingen in Nederland (inflatie). Met ingang van 2013 is de toeslagambitie voor gewezen deelnemers en pensioengerechtigden aangepast. De ambitie om de pensioenaanspraken jaarlijks met 100% van de prijsindex te verhogen is gewijzigd in gemiddeld maximaal 90% van de prijsindex. 4

5 Gevolgen van de gestegen levensverwachting Eén van de oorzaken van de minder goede financiële situatie van het pensioenfonds is de gestegen levensverwachting. Nederlanders leven gemiddeld steeds langer en dus moeten we de pensioenen langer dan verwacht uitbetalen. Dat kost veel geld. Voor de al opgebouwde pensioenen hebben we die extra jaren gefinancierd uit het vermogen van het pensioenfonds. Dat heeft geleid tot een substantiële daling van de dekkingsgraad. Om deze situatie in de toekomst beter het hoofd te kunnen bieden, heeft het bestuur besloten dat vanaf 2014 een verdere stijging van de levensverwachting in mindering wordt gebracht op de pensioenen. Dat kan direct of uitgesmeerd over een aantal jaren. In eerste instantie wordt in zo n situatie gekort op de indexatie. Maar als het fonds in een situatie verkeert dat indexatie niet mogelijk is (dekkingsgraad <105%), moet de stijging van de levensverwachting gefinancierd worden door de opgebouwde pensioenen te verlagen. Opbouw pensioen bij ontoereikende premie In de ARCADIS-pensioenregeling geldt: als de premie in een bepaald jaar niet toereikend is om de reglementaire pensioenopbouw te financieren, zal de opbouw zodanig worden gekort dat de premie wel toereikend is. U bouwt in zo n jaar dus minder pensioen op. Met ingang van 2010 heeft het bestuur besloten dat verlaging van de pensioenopbouw geen gevolgen heeft voor: - de berekening van de hoogte van het partnerpensioen over de jaren na de datum van overlijden van de deelnemer; - pensioenaanspraken die voortvloeien uit de premievrije pensioenopbouw bij arbeidsongeschiktheid. Pensioenpremie Het grootste deel van de pensioenpremie wordt door uw werkgever betaald. Zelf betaalt u 6,28% van uw pensioengrondslag. Vervroegd met (deeltijd)pensioen Als u uw (deeltijd)pensioen wilt laten ingaan op een datum die meer dan vijf jaar is gelegen voor de AOWgerechtigde leeftijd, stelt de fiscus als eis dat u vanaf dat moment niet meer (voor dat deel) werkzaam bent. Bij uw pensioenaanvraag dient u een intentieverklaring te ondertekenen waarin u aangeeft aan deze eis te voldoen. Afkoop kleine pensioenen In vraag 14 op pagina 15 wordt een aantal situaties genoemd waarin u een klein pensioen in één keer uitbetaald kunt krijgen (afkoop). In de nieuwe Pensioenwet zijn die mogelijkheden beperkt. Zo is het niet langer mogelijk om een pensioen in één keer te laten uitbetalen vanwege emigratie. Ook is het niet meer mogelijk om bij een dienstverband korter dan één jaar de werknemerspremie terug te krijgen. Er blijft nog één situatie over waarin een pensioen in één keer kan worden uitbetaald. Dat is als het pensioen bij de beëindiging van het deelnemerschap (dus als u vertrekt bij ARCADIS of met pensioen gaat) minder bedraagt dan 458,06 bruto per jaar (bedrag 2014). Wat ook veranderd is: het pensioenfonds mag het pensioen dan uitbetalen zonder dat u erom gevraagd heeft. Er geldt wel een wachttijd van 2 jaar, om u in staat te stellen het pensioen over te laten dragen naar de pensioenuitvoerder van een volgende werkgever. Het fonds heeft ook de mogelijkheid een partnerpensioen kleiner dan 458,06 bruto per jaar (bedrag 2014) dat bij overlijden van een (ex) deelnemer tot uitkering zou komen in één keer uit te betalen. Ook daarvoor is geen aanvraag of instemming van de betrokkene nodig. Het bestuur van het pensioenfonds heeft besloten om van deze wettelijke mogelijkheden tot afkoop van kleine pensioenen gebruik te maken. FVP-bijdrage In vraag 25 op pagina 25 wordt gemeld dat werknemers die vanaf 2008 werkloos worden niet meer in aanmerking komen voor een FVP-bijdrage (voor de voortzetting van de pensioenopbouw). Het FVP-bestuur heeft de FVPbijdrageregeling tot 1 januari 2011 verlengd. Vanaf 1 januari 2011 is de instroom in de FVP-regeling definitief beëindigd. Dit betekent concreet dat werknemers die op of na 1 januari 2011 WW gerechtigd worden, niet meer in aanmerking komen voor een FVP bijdrage. 5

6 WIA-excedentpensioen: correctie Op pagina 22 van de brochure is onder het hoofdje het WIA-excedentpensioen uitleg gegeven aan de uitkering die het pensioenfonds verstrekt in aanvulling op de WIA-uitkering. Onder 1a is vermeld dat de aanvullingen van 10% respectievelijk 5% worden berekend over uw laatste salaris. Daarbij had vermeld moeten worden dat die aanvulling alleen geldt over het deel van het salaris tot aan de maximum salarisgrens van de WIA. De onder 1b genoemde aanvulling over het deel van het salaris boven de maximum salarisgrens van de WIA bedraagt 80% in plaats van 70%. Partnerpensioen als u ongehuwd samenwoont Op pagina 17 van de brochure onder het hoofdje Komt mijn partner in aanmerking voor partnerpensioen als ik ongehuwd samenwoon? worden de voorwaarden opgesomd waaronder uw partner waarmee u ongehuwd samenwoont voor partnerpensioen in aanmerking komt. De voorwaarde dat u moet kunnen aantonen dat u al een half jaar samenwoont is komen te vervallen. Verhoging van de AOW- leeftijd In de pensioenbrochure wordt er van uitgegaan dat de AOW-gerechtigde leeftijd nog steeds 65 jaar is. Echter per 1 januari 2013 is de AOW-leeftijd omhoog gegaan en gaat deze de komende jaren nog in stapjes omhoog. Dus daar waar in de brochure wordt uitgegaan van de AOW-leeftijd van 65 jaar moet gelezen worden de AOWgerechtigde leeftijd. Voor meer informatie over de AOW-leeftijd verwijzen wij u graag naar de website van de Sociale Verzekeringsbank Actualisering van bedragen In de brochure worden bedragen genoemd die gelden voor De belangrijkste bedragen voor 2014 zijn: Franchise (de drempel in uw salaris waarboven de pensioenopbouw begint): Maximum salarisgrens WAO/WIA (pagina 22 van de brochure): Afkoopgrens klein pensioen: 458 AOW: getrouwd of samenwonend bruto per persoon per jaar; alleenstaand bruto per jaar AOW-bedrag dat bij de toepassing van de maximale bandbreedte voor de hoog-laagconstructie buiten beschouwing gelaten mag worden (pagina 21 van de brochure): Anw-uitkering van de overheid: Anw-hiaatpensioen: verzekerd bedrag Uitruilfactor partnerpensioen voor extra ouderdomspensioen: voor elke 100 partnerpensioen die u inruilt, krijgt u vanaf uw 63 ste 17,07 levenslang ouderdomspensioen per jaar extra. Disclaimer Op pagina 5 van de brochure vindt u een disclaimer waarin onder meer vermeld staat dat er aan de inhoud van de brochure geen rechten ontleend kunnen worden. Deze zinsnede is in strijd met de huidige Pensioenwet. Wij vervangen de disclaimer in de brochure daarom door de volgende tekst: 'De pensioenbrochure is op zorgvuldige wijze tot stand gekomen. De informatie in deze brochure is een verkorte en vereenvoudigde versie van de informatie uit het pensioenreglement. Het pensioenreglement is uiteindelijk bepalend.' Pensioenreglement Een aantal van de zaken die hierboven beschreven zijn, hangen samen met de invoering van de Pensioenwet. Naar aanleiding van deze wet, maar ook vanwege andere redenen, is het pensioenreglement sinds het verschijnen van de brochure in 2006 op een aantal plaatsen aangepast. Voor zover die aanpassingen hierboven niet al vermeld zijn, zijn ze merendeels technisch, juridisch of fiscaal van aard. U kunt een geactualiseerde versie van het pensioenreglement vinden op onze website: 6