Toepassingsoverzicht installatieautomaten

Transcriptie

1 Toepassingsoverzicht installatieautomaten Toepassingen Gebruikstoepassingen woningbouw utiliteitsbouw industrie verlichting,5 6 ka 6 0 ka 0 ka 6 0 ka 0 ka wandcontactdozen,5 6 ka 6 0 ka 0 5 ka 6 0 ka 0 5 ka gereedschap,5 6 ka 6 0 ka 0 5 ka boilers wasmachines,5 6 ka 6 0 ka 0 5 ka elektrische verwarming,5 6 ka 6 0 ka 6 0 ka 0 5 ka ventilatoren,5 6 ka 6 0 ka 0 5 ka 0 ka 0 5 ka motoren 0 ka 0 5 ka 9.0 Technische wijzigingen voorbehouden

2 Installatieautomaten beveiligen de installatie tegen overbelasting en kortsluiting. Uitschakelkarakteristiek: / volgens NEN EN volgens IE97 e automaten zijn voorzien van uitschakelmechanismen: Een thermisch uitschakelgedeelte ter beveiliging van de installatie tegen overbelasting Een elektromagnetisch uitschakelgedeelte ter beveiliging tegen kortsluiting Toepassingsgebieden: Uitschakelkarakteristiek : voor licht en leidingbeveiliging. Uitschakelkarakteristiek : voor het beveiligen van groepen, waar hogere stroompieken in voor (kunnen) komen. Uitschakelkarakteristiek : voor het beveiligen van groepen, waar hoge aanloopstromen in voorkomen, bijv. motoren. In de NEN 00 staat vermeld, dat de karakteristieken van beveiligingstoestellen tegen overbelastingsstroom aan de volgende voorwaarden moeten voldoen: I b I n I z I,5 x I z Waarin: I b = de ontwerpstroom van de keten I n = de nominale stroom van het beveiligingstoestel I z = de hoogst toelaatbare stroom van de leiding I = de aanspreekstroom e I wordt ook wel de grote proefstroom genoemd. it is de waarde, waarbij de installatieautomaat uiterlijk na uur over belasting moet aanspreken. I n I z e informatie over de hoogst toelaatbare stroom van de leiding I z staat vermeld in de NEN 00. Uitschakeltijd in seconden , 0,06 0,0 0, , Veelvoud van de nom. stroom Modulair schakelen en beveiligen e tabel geeft de waarden van I bij de diverse uitschakel karakteristieken weer. eze tabel toont ook de waarden van de kleine proefstroom I. it is de waarde, waarbij de installatieautomaat zonder aan te spreken uur in moet blijven. Tabel Uitschakelgedrag Thermische uitschakeling a) Elektromagnetische uitschakeling b) Voorschrift Uitschakel karakteristiek proefstroom I proefstroom I Kleine Grote Uitschakeltijd Houden Schakelen Uitschakeltijd NEN EN nom,5 x I nom < uur,3 x I nom > uur,5 x I nom < uur,3 x I nom > uur,5 x I nom < uur 3,00 x I nom 5,00 x I nom > sec < sec 5,00 x I nom 0,00 x I nom > sec < sec 0,00 x I nom 0,00 x I nom > sec < sec a) Het thermische uitschakelgedeelte is ingesteld voor een juiste afschakeling bij een omgevingstemperatuur van 30. Voor de omrekeningsfactor bij hogere omgevingstemperaturen verwijzen wij naar de separate temperatuur / nominale stroomtabel op pag. 9.8 b) ij toepassing van automaten in gelijkspanningsinstallaties veranderen de elektromagnetische uitschakelwaarden. Zie de gegevens in de separate uitschakelwaardentabel op pag. 9. Technische wijzigingen voorbehouden 9.

3 Uitschakelkarakteristiek Installatieautomaat: MK, MH, M, N, HM aardlekautomaat Ax906G Ax95G A Punten,, 3, zie tabel Uitschakelkarakteristiek Installatieautomaat: MJ, M, N, HM aardlekautomaat Ax95G Ax975G A Punten,, 3, zie tabel Tijd in sec , 0,0 3 Tijd in sec , 0,0 3 0,0 0,0 0,0 0, ,3,5 Veelvoud v.d. nom. stroom 0,0 0, ,3,5 Veelvoud v.d. nom. stroom Uitschakelkarakteristiek Installatieautomaat: N, HM Tijd in sec Tabel Uitschakeling 3 Uitschakelkarakteristiek A 50 Hz... A 50 Hz I t,3 In,3 In,3 In I t,5 In,5 In,5 In I rm 3 In 3 In 5 In I rm 5 In 7,5 In 0 In Uitschakelkarakteristiek...,3 In,5 In 5 In 5 In 0, 0,0 0,0 0,0 0, ,3,5 Veelvoud v.d. nom. stroom 9. Technische wijzigingen voorbehouden

4 Max. waarde van de doorlaatstroom bij afschakeling van de kortsluiting (00 V) Automaten MH MJ MK Automaten M M N N N Nietbegrensde stootkortsluitstroom in ka ,9 0,8 0,7 0,5 0,, 3 A A Nietbegrensde stootkortsluitstroom in ka ,9 0,8 0,7 0,5 0, 3 3, 50, 0, 3 A, 3 A, A A, A 0,5 A 0,5 0,8 3, Prospectieve kortsluitstroom in ka oorlaatenergiediagram bij 00 V Automaten MH MJ MK 0,5 0, Prospectieve kortsluitstroom in ka Uiterste waarden: MH MJ MK M M N N N Automaten M M N N N Thermische doorlaatwaarde I t in ka s , 3 A A oorlaatenergie I t [ka sec] , 3,, 3 A, A, 3 A A, A 0,5 A Modulair schakelen en beveiligen 0,8 0,8 0,5 0,5 0, 0, 0,5 0,8 3, Prospectieve kortsluitstroom in ka ,5 0, Te verwachten kortsluitstroom in ka 0 30 Uiterste waarden: MH MJ MK M M N N N Technische wijzigingen voorbehouden 9.3

5 80 Thermische uitschakelkarakteristieken bij 0/5V uitschakelkarakteristiek, 0V/5V, Norm IE60898 Uitschakelkarakteristiek, 0V/5V, Norm IE A 80 A 000 oorlaatenergie in ka s oorlaatenergie in ka s A, 00 A, 0, Prospektieve kortsluitstroom in A (Icc) Prospektieve kortsluitstroom in A (Icc) Kortsluitbegrenzingskarakteristieken Uitschakelkarakteristiek +, 0V/5V, Norm IE Uitschakelkarakteristiek, 0V/5V, Norm IE Topwaarde strom in A Topwaarde strom in A Prospektieve kortsluitstroom in A (Icc) Prospektieve kortsluitstroom in A (Icc) 9. Technische wijzigingen voorbehouden

6 Elektrische karakteristieken: MH / MK MJ M M N Nominale spanning (50 Hz) V /00 30/00 30/00 Nominale stroom A , N 30/00 0,5 63 N 30/00 0,5 63 Max. nominale bedrijfsspanning A eenpolig 30 / 00 V~ meerpolig 00 V~ Min. nominale bedrijfsspanning A en eenpolig tweepolig (bij serieschakeling van de twee polen) V~ en V 60 V 5 V Uitschakelkarakteristiek bij 30 : 3 5 x I n : 5 0 x I n : 0 0 x I n Afschakelvermogen volgens EN Stroombegrenzingsklasse Frequentie eschermingsklasse Isolatiespanning Piekspanning Elektrische levensduur bij nominale stroom Aansluiting kooiklem massieve kern soepel + adereindhuls Aansluiting Quickonnect massief soepel zonder adereindhuls oorverbindingsrail Goedkeuring EN MH:,5 ka MK: 6 ka,5 ka 6 ka 6 ka 0 ka Klasse 3 (0,5 ) Hz IP0 zonder frontafdekking 500 V 500 V 0000 cycli 0, cycli cycli 6 mm 0 mm 5 mm / x 6 mm 6 mm / x 6 mm x tot mm onafhankelijk x tot mm onafhankelijk 0/ stift 63/80 A vork/stift 6 0,5 Omgevingstemperatuur edrijf: 5 tot +60 Opslag: 5 tot +80 Aandraaimoment voor schroefklemmen Nm per klem,8 Nm per klem Vermogensverlies (W): Aangegeven waarden voor polige automaten bij nominale stroom. Nominale stroom (A) 0, Automatenserie MH, MJ, MK M,M,N,N,N,3,8,7,,,,7,,8 3,5,6,6,8 5, 3,3 0 ka 0 ka N: in de gedrukte catalogus staat x 6 mm abusievelijk niet vermeld bij massieve kern 5,9 3,9,3,8 5, Modulair schakelen en beveiligen ackupbeveiliging Series NHbeveiliging type gl als backup Max. te verwachten kortsluitstroom op plaats van inbouw Maatvoering p automaten M, M, N, N, N MS, MN, MS, MN en N, N, N 80 A 00 A 50 ka 50 ka 50 ka 50 ka 5 ka 67 7,5 83 Technische wijzigingen voorbehouden 9.5

7 8000 Technische gegevens estelnummers HMx, HMx, HMx Polen p p 3p p reedte in modulen (7,5 mm) 3,5 6 Nominale stroom: In 80 A 00 A Frequentie 50 / 60 Hz Nominale spanning: Un 0 / 5 V~ Kortsluitvermogen: Icn 5 ka (EN 60898) Grenswaarde kortsluituitschakelvermogen: Icu 5 ka (IE 97) Nominale kortsluituitschakelvermogen: Ics 7,5 ka (EN 60898) 7,5 ka (IE 97) Nominale stootspanning: Uimp 6 kv Isolatiespanning: Ui 500 V Mechanische levensduur schakelcycli Elektrische levensduur (EN 60898).000 schakelcycli Vermogensverlies bij In 80 A 5 W 0 W 5 W 0 W 00 A 5,5 W W 6,5 W W 8 W 6 W W 3 W Vermogensverlies met kabel 80 A 8, W 6, W,6 W 3,8 W 00 A 9, W 8, W 7, W 36,3 W W 3,8 W 35,7 W 7,6 W Omgevingstemperatuur 5 tot +60 (In 30 ) Opslagtemperatuur 5 tot +80 Montagepositie Verticaal, horizontaal, vlak Klimaatbestendigheid 95% Vochtigheid bij 55 Maximale hoogte 000 m eschermingsgraad IP 0 Aansluiting: soepel 35 mm massief 70 mm Secundaire aansluiting: vlakstekker,5 tot 3,5 mm voor Kabel tot 6mm (max. ) Aandraaimoment 3,5 tot 5 Nm Gewicht 0 gr. 75 gr. 7 gr. 950 gr. Magnetische uitschakeling bij gelijkspanning t.o.v. In Nominale stroom correctiefactor bij temperatuurverandering Karakteristiek Norm A Im houden 7,.In 9,,,7.In Im uitschakelen,.in 3,6 8,3.In,.In 00 A Im houden 7,.In 7,9.In,.In,.In Im uitschakelen,.in.in 8,3.In.In Im houden 7,.In 7,9.In,.In,5.In Im uitschakelen,.in.in 8,3.In 8,7.In In 80 A In 00 A In Afmeting: polig polig 3polig polig 9.6 Technische wijzigingen voorbehouden

8 8000 Tightening ompensation System Functie van de klem Langdurige zekere klemkracht op het Hagerassortiment installatieautomaten 80 tot. Profiteer van de unieke eigenschappen:. Klemkrachtverdeling eze eigenschap compenseert een door ouderdom vervormde draad en garandeert optimale klemkracht.. Klemversterking e klem is met een staalmantel omgeven die de langdurige klemkracht ondersteunt. 3. Klemmenbek e opening in de klem beschikt over een vertanding, waardoor de draad nog beter op zijn plaats blijft zitten. Tegelijkertijd zorgt een veersysteem onder de bek voor een gelijkblijvende druk op de draad in de klem. Toebehoren A A Modulair schakelen en beveiligen Voorzorgsmaatregelen bij het monteren van aardlekelementen: Een mechanische vergrendeling voorkomt dat een aardlekelement aan een installatieautomaat met kleinere nominale stroom gemonteerd kan worden. Wanneer u knop bedient, worden de beide componenten vergrendeld. it verhindert een onbedoelde demontage (volgens bijlage G norm 6099). Pas op: Schakelaarpositie bij montage installatieautomaat op OFF aardlekelement op OFF Technische wijzigingen voorbehouden 9.7

9 elastbaarheid van installatieautomaten. I n (A) Temperatuur: Invloed van de omgevingstemperatuur op het thermisch afschakelgedrag van de installatieautomaat. e tabel geeft de gecorrigeerde waarden van de toegelaten stroomsterkte afhankelijk van de omgevingstemperatuur (de stroomsterkten in de kolom 30 zijn gelijk aan de nominale stroomsterkten, omdat bij deze temperatuur het schakelgedrag ingesteld is). Voor het aantal verlichtingsarmaturen dat maximaal achter een installatieautomaat geplaatst mag worden, verwijzen wij u naar de technische gegevens van de verlichtingsarmatuurfabrikant. Op vindt u de belastingstabel voor de meest gangbare typen ,5 0,5 0,5 0, 8 0,9 0,8 0,7 0,5,7,6,,3 3 3,8,5,,3, 3,7 3,5 3,3 3,8, ,6 5,3 5,6, 3, , 8,8 8 7,5 7 6, ,5 7,5 6, ,5 0,5 9 7, , elastbaarheid bij gekoppelde installatieautomaten orrectiefactor (K) bij wederzijdse thermische beinvloeding van naast elkaar gemonteerde automaten bij nominale belasting: Aantal tegen elkaar geplaatste automaten () K, ,9 6 0,85 () Geldt voor polig, polig, 3polig en 3 + N Frequentie: orrektiewaarden voor het uitschakelgedrag bij het gebruik van diverse frequenties. e thermische automaat werkt onafhankelijk van de frequentie. e elektromagnetische waarden veranderen volgens de omrekenfactoruit de tabel hiernaast. F (Hz) 6 / 3 tot 60 Hz orrectiefactor K 00 Hz 00 Hz 00 Hz, Keuze van automaten bij gelijkspanning: Modulaire automaten kunnen worden toegepast in gelijk spanningsinstallaties, indien wordt voldaan aan de hiernaast staande gegevens.. Spanning per pool en afschakelvermogen Serie polig tweepolig (serieschakeling) U n max Nominaal schakelvermogen U n max Nominaal schakelvermogen MS, MN, 60 V 6 ka 5 V 6 ka MS, MN N, N, N 60 V 0 ka 5 V 0 ka. Uitschakelwaarden: thermische waarden zijn onveranderd kleine proefstroom I =,3 I n grote proefstroom I =,5 I n elektromagnetische waarden veranderen volgens onderstaande tabel Uitschakel karak teristiek A / 50 Hz A / 50 Hz houden 3 x I n 3 x I n 5 x I n 5 x I n schakelen 5 x I n 7,5 x I n 0 x I n 5 x I n A / 50 Hz 0 x I n 0 x I n 9.8 Technische wijzigingen voorbehouden

10 selectiviteit en cascade Kortsluitselectiviteit Kortsluitselectiviteit van de installatieautomaten ten opzichte van de voorgeschakelde smeltveiligheid of installatieautomaat. Een selectief gedrag van overstroombeveiligingen wordt bereikt als de beveiliging die het dichtst bij de fout ligt, als eerste aanspreekt, zonder dat de voorgeschakelde beveiliging in komt. Maatgevend voor de onderlinge selectiviteit van overstroombeveiligingen is de waarde van de doorlaatenergie I t van de automaat (zie diagram van de doorlaatwaarden pag. 9.3) ombinatie Voorgeschakeld: installatieautomaat / smeltveiligheid Nageschakeld: installatieautomaat ascade Voor principe van cascade en selectiviteit zie hoofdstuk, Terasaki vermogensautomaten. e afschakelvermogens bij de vergelijking van installatieautomaat/installatieautomaat en smeltveiligheid/installatieautomaat zijn vermeld in ka, volgens EN bij 30/00 V. Automatenserie N N N HM iazed NH00 gl Afschakelvermogen 0 ka 0 ka 0 ka 5 ka Snel Traag Karakteristiek 00 A 80 A 0 00 A MH,5 ka 0 ka 0 ka 0 ka 0 ka 0 ka MJ,5 ka 0 ka 0 ka 0 ka 0 ka 0 ka A 6 ka 6 ka 6 ka 6 ka 6 ka M/MK 6 ka 0 ka 0 ka 0 ka 0 ka 50 ka 50 ka 50 ka M 6 ka 0 ka 0 ka 0 ka 0 ka 50 ka 50 ka 50 ka N 0 ka 50 ka 50 ka 50 ka N 0 ka 50 ka 50 ka 50 ka N 0 ka 50 ka 50 ka 50 ka 5 60 A 0 ka 0 ka 5 ka 5 ka 5 ka 5 ka 5 ka Modulair schakelen en beveiligen Voorgeschakeld Nageschakeld Afschakelvermogen [ka] Karakteristiek Vermogensautomaat E5 NJ S5 NJ S5 NF S60 NJ S50 NJ [5 ka] [36 ka] 6 6 S00 NJ S00 NE S630 E [50 ka] A Serie M 6 ka () 5 ka 30 ka 5 ka Serie M 6 ka () 5 ka 30 ka 5 ka Serie N 0 ka () 5 ka 30 ka 5 ka (3) Serie N 0 ka () 5 ka 30 ka 5 ka (3) Serie N 0 ka () 5 ka 30 ka 0 ka (3) Serie HM 5 ka () 0 ka 0 ka 0 ka e cascade schakeling geldt voor vermogensautomaten (voorgeschakeld) t.o.v. installatieautomaten (nageschakeld) Schakelvermogens Icu in de tabel zijn in ka conform EN 6097 (00/5 V~) () = afschakelvermogen installatieautomaat conform NENEN () = afschakelvermogen installatieautomaat conform EN 6097 (3) = automaten t/m : max. 5 ka automaten 5 t/m : max. 0 ka automaten 50 t/m : max. 5 ka Technische wijzigingen voorbehouden 9.9

11 Selectiviteit (waarden in ka) Selectiviteitstabellen smeltveiligheden/installatieautomaten,5 ka, / 6 ka,,5 ka (MH),5 ka (MJ) Smeltveiligheid gl/gl NH00 Smeltveiligheid iazed Smeltveiligheid iazed traag I n 35 A 80 A 00 A 60 A 35 A 80 A 00 A 35 A 80 A 00 A A,5,5,5,5,5,5,5,5,5,5,5,5,5,5,5 3,5,5,5,5,5 A 3,5,5,5,5,5,5,5,5 3,5,5,5,5,5,6,5,5,5,5,5,,8 3,5,5,5,5,5,5,5,5,5,5 0,5 0,8,3,5,5,5,5,5,5,5,5,5 0,7, 3,,5,5,5 0,,,5,5,5,5 0,9,3,8 3,8,5,5,5,,5,5,5 0, 0,7,8 3,8,,5,5 3,,5,5,5,,,5,5,6 3, 3,8,5,8,5,5,5,8 3, 3,8,5 3 3,5 3,6,5,5,5,5,5,8 3,5,9 3,, ascade: MH/MJ 0 ka 0 ka gl max. 00 A 60 A 6 ka (M/MK) Smeltveiligheid gl/gl NH00 Smeltveiligheid iazed Smeltveiligheid iazed traag I n 35 A 80 A 00 A 60 A 35 A 80 A 00 A 35 A 80 A 00 A,3, ,,, ,7, ,6 3, ,9, ,, ,6 3, ,,6,9 5,8 6 0,9, 6 6 6,3 3 5, ,3, 5 6 3, ,,7, , 3,8, 6 3, 6 6 6, , 3, , 3, 6 6 6,8 3, 5, ,5 6 6,3 5,, ,3 6 6 ka (M) Smeltveiligheid gl/gl NH00 Smeltveiligheid iazed Smeltveiligheid iazed traag I n 35 A 80 A 00 A 60 A 35 A 80 A 00 A 35 A 80 A 00 A,,8 3,5 5, , ,8, , ,7, 3, 6 6 6,,7, ,9,3,8 3, ,,6 5, 5,5 0,8 3,8, 6,5 3, 5,5 6 6,,,8 5,5 3, 3,8 6,8 5, 6 6,8 3, 3,8,7 3 3,5 3,6 6,5,5 6 6,8 3,5,9 3,, 3,8 6 6,8 3,8,7 3,8, ,5 3,6 6 6 ascade: M/MK/M 50 ka 5 ka gl max. 00 A 60 A e voorgeschakelde beveiliging (horizontaal) is selectief t.o.v. de nageschakelde beveiliging (verticaal) tot aan de stroomwaarde in de kruistabel (ka). Smeltveiligheid gl/gl NH00 Smeltveiligheid iazed Smeltveiligheid iazed traag I n 35 A 80 A 00 A 60 A 35 A 80 A 00 A 35 A 80 A 00 A,3,5,5,5,5,5,5,,,5,5,5,5,7,5,5,5,5,5,6 3,5,5,5,5,5 0,9,7 3,5,5,5 0,5 0,7,,8,5,5,5,5,6 3,5,5,5,5,5,,6,5,5,5 0,5 0,9,0,,5,5,5,3 3,5,5,5,5,3,,5,5 3,8,5,5,5,,7,5,5,5,5, 3,8,,5 3,,5,5,5,5,5,5,5 3, 3,8,5 3,5,5, Technische wijzigingen voorbehouden

12 Selectiviteit (waarden in ka) Selectiviteitstabellen smeltveiligheden/installatieautomaten 0 ka,, 0 ka (N) e voorgeschakelde beveiliging (horizontaal) is selectief t.o.v. de nageschakelde beveiliging (verticaal) tot aan de stroomwaarde in de kruistabel (ka). Smeltveiligheid gl/gl NH00 I n 35 A 80 A 00 A 60 A,3, ,6 3,5 8, 0 0 0,6 3, ,5 0,3 3 5,5 7,7 8 0,,7,7 7 8, 0,5 6, 7,8 0, 3, 6 7, 0,5 7, 9 6,8 8 0 ka (N) 0 ka (N) Smeltveiligheid gl/gl NH00 I n 35 A 80 A 00 A 60 A 0,5 A A A, A A 3,5 7 6, ,,8 3,5 5, ,5 5 8, ,9,3,8 3,8 7,8 8,7 9,5 3, 7,6 8,5 8,5,8 7,3 8 8,3,5 6,9 7,6 7,5 6, 7, 6,8 6, 6,5 6 6,5 6 Smeltveiligheid gl/gl NH00 I n 35 A 80 A 00 A 0,5 A A A 3,5 5,8 7,8 9, A,, 6 8, A, 5 6, 8,5 8,8 9,7,5 3,8 7,7 8 9,3,3,5,3 7, 8,, 6, 6,6, 6, 6,5,5 5 Modulair schakelen en beveiligen ascade N/N/N 50 ka 5 ka gl max. 00 A 60 A Technische wijzigingen voorbehouden 9.3

13 Selectiviteit (waarden in ka) Onderstaande tabel duidt de maximale stroomsterkten in ka aan, waarbij selectiviteit gewaarborgd is. e voorgeschakelde beveiliging (horizontaal) is selectief t.o.v. de nageschakelde beveiliging (verticaal) tot aan de stroomwaarde in de kruistabel (ka). Voorgeschakelde beveiliging M M N N EN ka 6 ka 0 ka 0 ka Uitschakel karakteristiek I n (A) Nageschakelde beveiliging MH MJ A A N N 0,5/A A 3 A A M + A + MK M + A A A Technische wijzigingen voorbehouden

14 Selectiviteit (waarden in ka) Onderstaande tabel duidt de maximale stroomsterkten in ka aan, waarbij selectiviteit gewaarborgd is. Voor geschakelde beveiliging N e voorgeschakelde beveiliging (horizontaal) is selectief t.o.v. de nageschakelde beveiliging (verticaal) tot aan de stroomwaarde in de kruistabel (ka). Afschakel vermogen IE 97 0 ka (EN ) Uitschakel karakteristiek I n (A) Nageschakelde beveiliging MH M + A + MK MJ A A M + A A A N Modulair schakelen en beveiligen N 0,5 A A A 3 A A N 0,5 A A A 3 A A Technische wijzigingen voorbehouden 9.33

15 9.3 Technische wijzigingen voorbehouden Installatieautomaat 80 Selectiviteit en cascade 0 Voorgeschakelde componenten Karakteristiek In (A) Nageschakelde comp. Installatieautomaat Karakteristiek 80 A 00 A HMx HMx Installatieautomaat Karakteristiek 0,5 A A A 3 A A 80 A 00 A 0,05 0,05 0,05 0, Installatieautomaat Karakteristiek 0,5 A A A 3 A A 80 A 00 A 0,05 0,05 0, Selectiviteit ascade Installatieautomaat tot vermogensautomaat 30V/00V volgens IE 97 Type Voorgeschak. E5NJ S5NJ S50NJ S00NJ S630E Nageschakeld Icu 5 ka 36 ka 36 ka 36 ka 50 ka HM 80 5 ka 5 ka 5 ka 5 ka 5 ka 5 ka

16 Hulpelementen voor installatieautomaten Koppelbare hulpelementen Aan installatieautomaten serie M, M, N, N, N, HM en aardlekautomaten kunnen de volgende hulpelementen worden gemonteerd: Hulpcontact MZ0 Hulpelementen t.b.v. signalering Functie: schakelstandindicatie en foutsignalering: Foutsignaleringscontact MZ0 Signalering bij uitschakeling door overbelasting, kortsluiting, bediening op afstand d.m.v. spoel en bij handmatig uitschakelen van de automaat. e functie van de contacten kan handmatig worden getest d.m.v. het indrukken van de testpal. MZ SO 30 V reset Testtaste Signalering bij uitschakeling door overbelasting, kortsluiting en bediening op afstand d.m.v. spoel..m.v. de resetschakelaar kunnen, bij uitgeschakelde installatieautomaat, de contacten worden verbroken (bijv. uitschakelen van een alarm). Hulpelementen t.b.v. uitschakeling Functie: uitschakeling op afstand: e functie van de contacten kan handmatig worden getest d.m.v. het indrukken van de testpal. Arbeidsstroomafschakelspoel Onderspanningsafschakelspoel MZ03 MZ0 Voor het op afstand uitschakelen van de installatieautomaat (d.m.v. aansturen van de magneetspoel); aansturen kan plaatsvinden d.m.v. pulsdrukker (impuls) of schakelaar (bijv. noodstop). MZ05 MZ06 Voor het uitschakelen van de installatieautomaat bij spanningsval. Voor het uitschakelen van de installatieautomaat bij spanningsuitval gedurende een spanningsonderbreking (bijv. bij spanningsuitval van motoren). ombinatiemogelijkheden installatieautomaten met hulpelementen e installatieautomaten kunnen worden voorzien van max. 3 hulp of foutsignaleringscontacten en uitschakel of onderspanningsspoel. Hulpelement Hulpelement 3 MZ03 t/m MZ06 + MZ03MZ06 Technische gegevens MZ0 MZ0 MZ03/MZ0 MZ05/MZ06 Schakelcontact M + V (potentiaalvrij) M + V (potentiaalvrij) U n /I n 30 V~ A 30 V~ A Spoel U n MZ03: 30 V 5 V~ 50 Hz 0 V 30 V MZ0: V 8 V~ 50 Hz V 8 V Verbruik bij houden en inkomen 8 VA (Verbruik bij inkomen) MZ05: 8 V MZ06: 30 V~ 50 Hz 3 W / 3 VA (Verbruik bij houden) Uitschakelgebied U n < 35 % uitschakelen U n 35 70% uitschakelen of houden U n > 70% houden Modulen (7,5 mm) 0,5 0,5 edrijfstemperatuur Opslagtemperatuur Aansluiting adereindhuls Aansluiting massief MZ03 t/m MZ06 MZ0 + MZ03MZ06 MZ0 Hulpelement MZ0 MZ03 t/m MZ06 MZ0 MZ0 + MZ0 MZ0 MZ0 5 tot tot +80 Hulpelement MZ0 t/m MZ06 MZ0 MZ0 MZ0 MZ0 MZ0 MZ0 MZ0 MZ0 x 0,5 tot mm of x 0,5 tot mm x tot 6 mm of x 0,5 tot,5 mm + Modulair schakelen en beveiligen Technische wijzigingen voorbehouden 9.35

17 Afstandsbediening voor installatieautomaten, aardlekschakelaars en aardlekautomaten Toepassing MZ9xx Keuzetabel A M installatieautomaten MZ90MZ9 niet compatibel met RO 0 0 MZ90MZ9 alleen compatibel met aardlekautomaten R 0 0 E M + addon block aardlekschakelaars installatieautomaten + aardlekelement Instellingen Aansluitschema 7 N Ph 8 N L L L3 3 MZ 90 c off & on reset d MZ90 90 MZ9 9 3 a b a b a b 6 8 on off reset Ph N MZ90/90 MZ9/9 off&on reset auto off & on reset (mm ) (mm ) max. max. mm PZ ø6 0,8 ø6,7 Nm 30 s time set 3min (mm ) (mm )...,5...,5 max. max. 0 mm ø3,5 Nm 9.36 Technische wijzigingen voorbehouden

18 Afstandsbediening voor installatieautomaten, aardlekschakelaars en aardlekautomaten Productbeschrijving e afstandsbediening bestuurt modulaire beveiligingen (installatieautomaten, aardlekschakelaars en aardlekautomaten) Functiebeschrijving Mogelijkheden: Het in en uitschakelen van gekoppelde componenten op afstand. e toestand weergave van de gekoppelde componenten e MZ9/ biedt als extra functie de automatische herinschakeling na uitval door fout. Stand keuzeschakelaar front (d) Werking ontrolelampje (c) OFF & ON e ingangsignalen ON, OFF, Reset en zijn te gebruiken. Aantal foutschakelingen < 3: Na elke fout is het signaal ON 30 sec of 3 min. geblokkeerd. (afhankelijk van stand keuzeschakelaar zijkant) Aantal foutschakelingen = 3: het apparaat blokkeert het ON ingangsignaal. oor bediening van Reset treedt het afstandsbesturingssignaal weer in werking. Groen: geen foutuitval Oranje: foutuitval Rood aan: laatste mogelijke foutuitval Rood knippert: 3 x foutuitval (apparaat geblokkeerd) auto (alleen bij MZ9 en MZ9) Reset e ingangsignalen ON, OFF, en zijn te gebruiken en de automatische herinschakeling Groen: geen foutuitval (auto) is geactiveerd. Rood knippert: 3 x foutuitval Als na het herinschakelen, binnen sec. geen fout geconstateerd wordt dan wordt deze fout (apparaat geblokkeerd) niet geregistreerd en het aantal foutschakelingen wordt op nul teruggezet. Na elke fout zijn het ingangsignaal ON en de automatische herinschakeling 30 sec/ 3 min. geblokkeerd. Als een fout wordt geconstateerd binnen sec. dan wordt deze fout geregistreerd. Aantal foutschakelingen < 3: Na elke fout zijn het ingangsignaal ON en de automatische herinschakeling 30 sec/ 3 min. geblokkeerd. Aantal foutschakelingen = 3: het apparaat blokkeert het ON ingangsignaal en de automatische herinschakeling. In deze stand wordt het aantal getelde foutschakelingen op nul teruggezet. Voor het lokaal herinschakelen van ON de keuzeschakelaar op het front in positie Reset (5 sec. lang) zetten tot controlelampje groen wordt. e positie Reset blokkeert alle schakelcommando s en het automatisch herinschakelen. Eenmaal terug in de positie OFF & ON of auto zijn de manuele schakelcommando s bedrijfsgereed. Met schakelcommando ON (ingang ) kan het automatisch herinschakelen geactiveerd worden. Vrijgave op afstand is ook mogelijk via ingang 6 Als de keuzeschakelaar in deze positie staat zijn alle schakelcommando s en het automatisch herinschakelen niet mogelijk Groen knippert Groen aan Groen knippert Technische gegevens Nominale spanning: 30 V +0% / 5% Frequentie: 50/60 Hz Opgenomen vermogen: In bedrijfstoestand openen/sluiten: 5A max. gedurende 50 ms In rusttoestand: 7 VA Modulair schakelen en beveiligen Functie eigenschappen Ingangssignalen: Minimale tijd van het signaal: Maximale afstand: 0 ms 00 m Signaleringsuitgangen: mechanische contacten: max. uitschakelvermogen: μ 5 A 50 V~ min. uitschakelvermogen: 0 ma 5 V= Mechanische/elektrische levensduur: Open/sluitingstijd: < 70 ms Omgeving edrijfstemperatuur: 5 tot + 0 Opslagtemperatuur: 5 tot + 70 Technische wijzigingen voorbehouden 9.37

19 Afstandsbediening voor installatieautomaten, aardlekschakelaars en aardlekautomaten Productbeschrijving In de stand OFF & ON en auto zijn de schakelcommando s ON, OFF, RESET en te kiezen via ingang t/m 8. Het schakelcommando kan met een schakelcontact of een druktoets gegeven worden. Ingangsignaal ON (ingang ) ON wordt geblokkeerd bij: Activering van de functie RESET of Lopende veiligheidstijd vertraging, Aantal keren foutuitval =3, Versmolten contacten., door de keuzeschakelaar, Ingangsignaal OFF (ingang ) OFF heeft voorrang op ON en op automatische herinschakeling. OFF wordt geblokkeerd bij: Activering van de functie RESET of, door de keuzeschakelaar Versmolten contacten. Ingangsignaal RESET (ingang 6) Het signaal blokkeert ON en de automatische herinschakeling, het apparaat gaat terug in de uitgangspositie, dat wil zeggen, dat het aantal keren foutuitval van het gekoppelde component op nul wordt teruggezet. e vergrendeling wordt op afstand opgeheven. Versmolten contacten van gekoppeld apparaat e handgreep van de afstandsbediening staat net als de handgreep van het gekoppelde apparaat in de midden positie. eze toestand wordt weergegeven door: Sluiten van schakeluitgang a en b, ontrolelampje knippert rood. Functie: afstandgestuurde gedwongen schakeling Als ON of de automatische herinschakeling door 3 x foutuitval of een tijdschakelvertraging van 30 sec/ 3 min. geblokkeerd zijn, kunnen deze schakelfuncties weer geactiveerd worden. oor bediening van signaalingang RESET treedt de signaalingang ON op afstand weer in werking. Voor het lokaal opheffen van de blokkering de keuzeschakelaar front minimaal 5 sec. op RESET zetten totdat het groene controlelampje aangaat. Om op afstand een RESET van de automatische herinschakeling te geven dienen de ingangsignalen RESET en ON bekrachtigt te worden. Hulpelementen Z00, MZ0 tot en met MZ06: eze elementen zijn niet te combineren met de MZ9xx Ingangsignaal (ingang 8) Het signaal blokkeert ON en de automatische herinschakeling, OFF is bedrijfsgereed.! Het product functioneert niet als deze ingang niet aangesloten is. Keuzeschakelaar zijkant time set Om een tijdvertraging (afkoeltijd) te creëren voor het inschakelen via ingang ON of voor de automatische herinschakeling dient de keuzeschakelaar op 3 min. te staan. In specifieke gevallen mag de schakelaar op 30 sec. staan bv bij toepassing met een aardlekschakelaar. Signaleringsfuncties Schakeluitgang a en b Als a en b gesloten zijn dan duidt de stand van de handgreep op: Kortsluiting, overbelasting of aardlekfout afhankelijk van het gekoppelde apparaat. 3 foutuitschakelingen. Als a en b geopend zijn dan duidt de stand van de handgreep op: e keuzeschakelaar of een ingangsignaal activeert de functie RESET of, Lopende veiligheidstijd vertraging, Versmolten contacten. ontrolelampje (c) Het lampje geeft de bedrijfstoestand van het apparaat aan en helpt met het stellen van de diagnose. Er zijn 3 bedrijfstoestanden te onderscheiden: Lamp aan: Het apparaat is in bedrijf Lamp uit: Apparaat heeft geen voedingsspanning Lamp knippert: e signalen of automatische herinschakeling zijn tijdvertraagd of definitief geblokkeerd. it gebeurt; na blokkering door de keuzeschakelaar op RESET en bij een veiligheidstijd vertraging (30 sec of 3 min.) 3 foutuitschakelingen. Het rode controlelampje zegt tevens dat de contacten van het aangekoppelde apparaat mogelijk versmolten zijn. ijzondere bedrijfsomstandigheden Spanningsonderbreking ij onderbreking of uitval van de voedingsspanning wordt de schakeltoestand opgeslagen (controlelampje, tijdvertraging voor uitvoering, foutuitval) en na terugkomst van de voedingsspanning weer herstelt. Tijdens de spanningsonderbreking is het controlelampje uit en de schakeluitgangen a en b geopend Technische wijzigingen voorbehouden