Gebrauchsanweisung Biotec 5.1/10.1

Transcriptie

1 T /ID.26427/01M Biotec 5.1/10.1 Gebrauchsanweisung Operating instructions Mode d'emploi Gebruiksaanwijzing Instrucciones de uso Bruksanvisning Instrukcja użytkowania használati utasítása Návod k použití Návod na použitie Navodilo za uporabo Instrucţiuni de folosire Руководство по применению Brugsanvisning Käyttöohje Istruzioni per l' uso Biotec 51_ p65 1

2 Biotec Biotec 51_ p65 2

3 O P O A B C D E N F M G H L I K J Biotec 51_ p65 3

4 Biotec Biotec 51_ p65 4

5 Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, maakt u zich met behulp van deze gebruiksaanwijzing vertrouwd met het apparaat. Neem absoluut de veiligheidsinstructies voor een correct en veilig gebruik in acht. Om veiligheidsredenen mogen kinderen en jeugdigen onder 16 jaar en mensen die eventuele gevaren niet kunnen herkennen of niet vertrouwd zijn met deze gebruiksaanwijzing, dit apparaat niet gebruiken! Bewaar deze gebruiksaanwijzing a.u.b. goed! Geef, als het product van eigenaar wisselt, de gebruiksaanwijzing a.u.b. met het product mee. 1. Symbolen De in deze handleiding gebruikte symbolen hebben de volgende betekenis: Attentie! Belangrijke verwijzing naar gevaren! Belangrijke informatie! Attentie! Trek de netstekker eruit! Beschermen tegen directe zonneschijn! Bij vorst moet u het filter buiten bedrijf stellen! 2. Uitpakken Meld uitwendige schade onmiddellijk bij uw handelaar. 3. Uw Biotec-filter Zie afbeelding op de uitklapbare pagina. A Aansluiting voor vers water B Thermometer C Overloopopening D Klem E Binnendeksel F Kamer voor vijveradditieven G Watertoevoer (vervuild water van de vijver) H Invoermondstuk I Afvoerschuif J Vuilafvoer (vuil water na reiniging van het filterschuim) K Luchtaansluiting L Filterschuim M Waterpeilmelder N Waterafvoer (gefilterd water) O Schuimhouder, open (voor rood en blauw filterschuim) P Schuimhouder, gesloten (voor groen filterschuim) Biotec 51_ p65 29

6 4. Gebruik volgens de voorschriften Het doorloopfilter Biotec dient voor de mechanische en biologische reiniging van water. Als de watertemperatuur continu beneden 8 C ligt, dient het filter buiten bedrijf te worden gesteld. Dit filter is uitsluitend voor particulier gebruik voor de reiniging van tuinvijvers met of zonder vissen voorzien. Optioneel is het gebruik van een UVC-voorzuiveringsapparaat (Bitron) voorzien. Er wordt aanbevolen het doorloopfilter Biotec in combinatie met de filterpomp Aquamax te gebruiken. Attentie! Het Biotec-filter mag niet voor bedrijfsmatige of industriële doeleinden worden gebruikt. In combinatie met chemicaliën, levensmiddelen, licht brandbare of explosieve stoffen mag het filter niet worden gebruikt. 5. Veiligheidsinstructies Instructies voor de montage Het gehele filtersysteem moet waterdicht zijn! Monteer de slangaansluiting en de buisleidingen daarom goed. Het filter mag in geen geval overlopen. Het risico bestaat dat de vijver leegloopt. Controleer daarom regelmatig of het filter eventueel verstopt is of lekt (zie hoofdst. 10 Reiniging/onderhoud ). Instructies voor het gebruik Transporteer nooit andere vloeistoffen dan water! Voor een optimale ontwikkeling van de filterbiologie reinigt u het filter uitsluitend wanneer dat nodig is (zie hoofdst. 10 Reiniging/onderhoud ). Gebruik bij het reinigen van het filter geen reinigingsmiddelen. Het Biotec-filter is een biologisch fiitersysteem. In het filterschuim vestigen zich bacteriën die bij het reinigen met chemische middelen worden gedood. Dat leidt tot een aanvankelijk gereduceerde filtercapaciteit. 6. Werkwijze van het Biotec-filter Het doorloopfilter Biotec is een open filtersysteem voor de biologische en mechanische reiniging van vijverwater Biotec 51_ p65 30

7 Watertoevoer De pomp wordt met een slang op de universele aansluiting van de watertoevoer aangesloten. Voorzuivering van het vijverwater (optioneel) Het binnenstromende water wordt onder de UVC-lamp (optioneel) aan kortegolf ultraviolette straling blootgesteld. Hierbij worden kiemen en bacteriën gedood en klonteren algen niet samen en daardoor is er minder algengroei. Vervolgens stroomt het water via de invoermondstukken het filter in. Door de sproeiwerveling wordt het water verrijkt met zuurstof. Mechanische filtering Vuildeeltjes worden tegengehouden door het buitenoppervlak van het filterschuim. Biologische zuivering De poriën van het filterschuim vormen een groot inwendig oppervlak waar microorganismen zich kunnen vestigen. Het filterschuim heeft verschillende dikten. Daardoor ontstaan er zones waarin het water op verschillende snelheid kan stromen. In zones met een grote stroomsnelheid (grof filterschuim) wordt de vestiging van micro-organismen gestimuleerd die een omzetting van ammonium via nitriet in nitraat (nitrificatie) garanderen. In zones met een lage doorstroomsnelheid (fijn filterschuim) wordt de vestiging van anaërobe micro-organismen gestimuleerd die een reductie van nitraat in stikstof (denitrificatie) uitvoeren. Reservoir voor vijveradditieven In het binnendeksel bevinden zich twee kamers die kunnen worden gevuld met verschillende materialen zoals filterstarter, zeoliet e.d. Deze chemisch of biologisch werkzame additieven worden opgelost door het voorbijstromende water en ondersteunen de zuivering van het vijverwater. Waterafvoer Aan de waterafvoer wordt het gezuiverde water via een buis (DN 70) of een beek teruggebracht naar de tuinvijver. Reiniging van het filterschuim per greepfunctie Het filterschuim kan, als het apparaat uitgeschakeld is, worden gereinigd door herhaaldelijk stevig aan de reinigingsgreep te trekken. Vuilafvoer Het vuile water dat bij het reinigen van het filterschuim in het filter ophoopt, wordt afgevoerd via de vuilafvoer naar de riolering of naar het bloemperk. Op de vuilafvoer kan permanent een slang worden aangesloten. Waterpeilmelder/overloopbeveiliging Op de waterpeilmelder kan de vervuilingsgraad van het filterschuim worden afgelezen. De vlotter in de waterpeilmelder geeft het waterpeil in het filter aan. Hoe hoger het waterpeil is, des te vuiler is het filterschuim. Bij zeer sterk vervuild filterschuim kan het voorkomen dat het water ongereinigd via de overloopopeningen in het binnendeksel wegloopt naar de waterafvoer (overloopbeveiliging) Biotec 51_ p65 31

8 7. Montage-instructies bij de helder-water-garantie Om aanspraak te kunnen maken op de helder-water-garantie, moet rekening worden gehouden met de volgende instructies. Definitie helder water: Er is helder water bereikt als op een diepte van 1 m de vissen of stenen op de bodem te herkennen zijn. Keuze van de juiste pomp en UVC Pomp s.v.p. volgens de volgende tabel selecteren (keuzecriteria: vijvergrootte en met/zonder vispopulatie). BIOsys 1 x Biotec x Bitron 18C 1 x Biotec x Bitron 24C Aquamax m 2 2 m 2 1 m 2 Aquamax m 2 3 m 2 1,5 m 2 10 m 2 6 m 2 3 m 2 Aquamax m 2 5 m 2 2,5 m 2 20 m 2 10 m 2 5 m 2 Aquamax m 2 6 m 2 3 m 2 25 m 2 14 m 2 8 m 2 Aquamax m 2 18 m 2 10 m 2 Aquamax m 2 20 m 2 12 m 2 Bijna natuurlijke tuinvijvers met plantzones zonder vissen. Bijna natuurlijke tuinvijvers met beplanting en vissen van maximaal 1000 gram per 1000 liter. Tuinvijvers en vijvers voor kois met een vispopulatie van 1000 gram tot 3000 gram per 1000 liter. 1'' 1 ¼'' 1 ½'' 8. Biotec-filter opstellen en monteren Kies een geschikte standplaats voor het Biotec-filter. Neem hierbij de installatieinstructies voor de helder-water-garantie en de volgende instructies in acht: Stel het filter zódanig op dat het niet kan onderlopen. Zorg ervoor dat het filter niet in de vijver kan vallen. Houd hierbij een minimale afstand tot de vijverrand van minstens 2 m aan. Zet het filter op een stabiele en effen ondergrond, b.v. op een terrastegel. Controleer met de waterpas of het filter horizontaal staat. Leg de afvoerbuis voor de waterafvoer en de vuilafvoer, voordat u het filter opstelt. Controleer of het afschot voldoende is om het water uit het filter te laten weglopen. Let erop dat de toegang tot het deksel niet wordt belemmerd, om werkzaamheden aan het filter te kunnen uitvoeren, b.v. het reinigen van het filterschuim. Drukverliezen door transporthoogte De keuzetabel houdt rekening met een maximaal drukverlies van 1 m waterkolom. Het drukverlies is de som van het hoogteverschil tussen het vijveroppervlak en het hoogste punt van het filtersysteem en de drukverliezen van de slangen. Bij een drukverlies van meer dan één meter waterkolom dient een navenant sterkere pomp te worden gebruikt. Drukverliezen door slangen Gebruik zo groot mogelijke slangen om de drukverliezen te minimaliseren. Gebruik bij slanglengten van maximaal 4 m slangen met een diameter van 1 ¼ 1 ½ duim. Gebruik bij slanglengten van meer dan 4 m in principe slangen van 1 ½ duim diameter Biotec 51_ p65 32

9 Om drukverliezen te voorkomen zaagt u de slangtules op de overeenkomstige plaatsen voor de desbetreffende slangen af. Aanwijzing: Op ieder einde van de trap van de getrapte slangtule bevindt zich een groef om in te korten. Slangaansluitingen monteren Gebruik de Biotec uitsluitend met drukslangen die minstens voor 0,5 bar resp. de maximale druk van de pomp zijn toegelaten. Advies voor slang: Aquamax duim Aquamax ¼ 1 ½ duim Aquamax ½ duim Montage op de watertoevoer 1. Schuif de slang over de bijgevoegde open slangtule en borg deze met een passende slangklem. Aanwijzing: Om drukverliezen te voorkomen zaagt u de slangtules op de overeenkomstige plaatsen voor de desbetreffende slangen af. 2. Zet een platte pakking op de schroefdraad van de getrapte slangtule. 3. Steek de slangtule met de schroefdraad door de watertoevoer. 4. Van binnenuit een O-ring op de schroefdraad plaatsen. 5. Van binnenuit invoermondstukken op de slangtule schroeven. De opening van het invoermondstuk moet na de montage naar beneden staan. 6. De tweede watertoevoer met de bijgevoegde gesloten slangtule afsluiten. De gesloten slangtule, zoals omschreven in stap 2. tot en met 5., aansluiten. 7. De slang stevig en knikbestendig tot aan de pomp leggen. 8. Het andere uiteinde van de slang volgens de gebruiksaanwijzing van de pomp op de pomp aansluiten. Montage op de waterafvoer Voor de waterafvoer hebt u buisstukken en bochten nodig (diameter: DN 70). Leg de buisleiding met een licht afschot (minstens 1%) vanaf de waterafvoer tot aan de vijver. Aanwijzing: Wij adviseren u de terugloop niet direct de vijver in te brengen, maar het gereinigde water indirect, b.v. via een kleine beek, ernaartoe te brengen. Daardoor verrijkt het water zich extra met zuurstof. Montage op de vuilafvoer Op de vuilafvoer kan permanent een 2 -slang worden aangesloten. Zo kan het vervuilde water direct naar de riolering of het bloemperk worden gevoerd. Als het filter normaal werkt, dient de vuilafvoer afgesloten te zijn met de sluitkap. 1. Om de slang op de vuilafvoer te monteren moet u zo nodig de sluitkap van de vuilafvoer afschroeven. 2. Schuif de knelmoer over de tule van de getrapte 2 -slang. 3. De slang erop schuiven of draaien en borgen met een slangklem. 4. De platte pakking in de knelmoer leggen. Tule van 2 -slang met de knelmoer stevig op de vuilafvoer schroeven Biotec 51_ p65 33

10 9. Inbedrijfstelling Lees de veiligheidsinstructies (hoofdstuk 5) vóór de ingebruikname en neem deze absoluut in acht! Het filtersysteem is een biologisch systeem en heeft bij een nieuwe installatie enkele weken nodig voordat het volledig biologisch effectief is. Controleer vóór de inbedrijfstelling of alle klemmen op het binnendeksel gesloten zijn. 1. Optioneel: Op de verswateraansluiting kan permanent een ½ -aansluiting voor een tuinslang worden gemonteerd. 2. Optioneel: Via de klemmen voor vijveradditieven kunnen additieven zoals filterstarters in het filter en de vijver worden gebracht. 3. Optioneel: Op de luchtaansluiting kan voor de zuurstofverrijking de vijverbeluchter AQUA-OXY 400 worden aangesloten (zie afb.). 4. Schakel de pomp in. 10.Reiniging/onderhoud Let op de veiligheidsinstructies in hoofdstuk 5. Reinig het filtersysteem uitsluitend indien dit nodig is. Reinig het filtersysteem onmiddellijk wanneer de vlotter in de waterpeilmelder van buitenaf te zien valt. Reiniging van het filterschuim per greepfunctie 1. Schakel de pomp uit en beveilig deze tegen onbedoelde herinschakeling. Demonteer het filterdeksel. 2. Trek aan de reinigingsgrepen en pomp verschillende malen. Het filterschuim wordt in elkaar gedrukt en aldus mechanisch gereinigd. Attentie! Filterschuim niet te stevig of te snel samendrukken. Er kunnen kleine hoeveelheden vuil water uit het filterschuim in de waterafvoer overlopen en zo in de vijver terechtkomen. 3. Trek de blokkeerschuif tot aan de aanslag omhoog. Het vervuilde water stroomt weg. Aanwijzing: Indien nodig moet u van tevoren de sluitdop op de vuilafvoer eraf schroeven. 4. Druk de blokkeerschuif omlaag om de vuilafvoer af te sluiten. 5. Via de verswateraansluiting kunt u het reservoir en het filterschuim met helder water naspoelen. 6. Herhaal zo nodig de gehele reinigingsprocedure. 7. Reservoir leegmaken, filterdeksel monteren en pomp inschakelen. Aanwijzing: Na het reinigen van het filterschuim kan er een kleine wolk vuil in de vijver komen. Vuildeeltjes blijven in het filter hangen die, wanneer het filter weer normaal wordt ingeschakeld, de vijver worden ingespoeld. Reinigen van het filterschuim door uitwassen Mocht het schuim zo sterk vervuild zijn dat de normale reiniging niet meer voldoende is, dan kunt u het filterschuim eruit nemen en reinigen onder helder water. Als de vlotter van de waterpeilmelder na het uitwassen nog steeds een gemiddelde tot sterke vervuiling aangeeft, dient u nieuw filterschuim te gebruiken. Aanwijzing: Gebruik geen chemische reinigingsmiddelen, zodat de microorganismen in het filterschuim niet gedood worden. 1. Schakel de pomp uit en beveilig deze tegen onbedoelde herinschakeling. Demonteer het filterdeksel. 2. Druk de koppeling van de reinigingsgrepen stevig opzij, totdat de verbinding met het binnendeksel los is. 3. Maak de klemmen op het binnendeksel los en neem deze eraf Biotec 51_ p65 34

11 4. Trek de blokkeerschuif tot aan de aanslag omhoog. Het vervuilde water stroomt weg. Aanwijzing: Indien nodig moet u van tevoren de sluitdop op de vuilafvoer eraf schroeven. 5. Druk de blokkeerschuif omlaag om de vuilafvoer af te sluiten. 6. Trek het filterschuim van de schuimhouder af om het te reinigen. Reinig het filterschuim in helder water. 7. Spuit de houder, het binnendeksel en het deksel schoon met een waterslang. 8. Het gereinigde filterschuim weer op de schuimhouder plaatsen. Aanwijzing: Het groene filterschuim wordt op de zwarte schuimhouder geplaatst. 9. De grepen van de schuimhouder van beneden door de gleuven in het binnendeksel trekken, totdat de schuimhouders vastklikken. 10.Binnendeksel op de filterhouder plaatsen en alle klemmen op het reservoir naar boven verleggen. De klemmen grijpen over de rand heen bij de uitsparing in het binnendeksel en koppelen het binnendeksel stevig vast met het reservoir. 11.Reservoir afdekken met het filterdeksel en pomp inschakelen. Waterpeilmelder reinigen 1. Demonteer het filterdeksel. 2. Draai de waterpeilmelder met ca. 30 tegen de wijzers van de klok in en trek hem eruit. 3. Verwijder de afdichtstop en de vlotter uit de behuizing van de waterpeilmelder en reinig alle onderdelen met helder water. 4. Plaats de vlotter weer in de behuizing en sluit deze met de afdichtstop. Aanwijzing: De vlotter moet zich vrij kunnen bewegen in de behuizing. 5. Plaats de waterpeilmelder in de opneming van het binnendeksel en draai hem met de wijzers van de klok mee tot aan de aanslag. 6. Reservoir weer afdekken met het filterdeksel en pomp inschakelen om het filter weer in gebruik te nemen. 11.Opslag/overwintering Bij watertemperaturen beneden 8 C of uiterlijk als er vorst wordt verwacht moet u het Biotec-filter buiten bedrijf stellen. Maak het filter leeg en voer een grondige reiniging uit en controleer het filter hierbij op mogelijke schade. Verwijder en reinig alle inzetstukken van schuimstof. Sla deze droog en vorstvrij op. De plaats van opslag moet ontoegankelijk zijn voor kinderen. Dek de filterhouder zodanig af dat er geen regenwater kan binnendringen. Het filter droog laten staan. Maak alle slangen, buisleidingen en aansluitingen zo veel mogelijk leeg Biotec 51_ p65 35

12 12. Technische gegevens Biotec 5.1 Biotec 10.1 Afmeting (l x b x h) Maximale doorstroming Ingang getrapte slangtule Waterafvoer Vuilafvoer Aantal filtersponzen (blauw) Aantal filtersponzen (rood) Aantal filtersponzen (groen) [mm] [l/h] 555 x 383 x x 555 x " 1 ½" 1" 1 ½" DN 70 DN 70 2" 4" Opheffen van storing Storing Water wordt niet helder Mogelijke oorzaak Apparaat nog niet lang in bedrijf Pompcapaciteit niet passend Water is extreem vervuild Vis- en dierenpopulatie te groot Filterschuim is vervuild Maatregel Volledige biologische reinigingswerking wordt pas na enkele weken bereikt Pompcapaciteit opnieuw afstellen Algen en bladeren uit de vijver verwijderen, water vervangen Richtwaarde: ca.60 cm vislengte op 1 m 3 vijverwater Filterschuim reinigen Biotec 51_ p65 36