WS GEBRUIKSHANDLEIDING LED TEMPERATUURSTATION MET RADIOGESTUURDE KLOK EN ALARM

Transcriptie

1 WS GEBRUIKSHANDLEIDING LED TEMPERATUURSTATION MET RADIOGESTUURDE KLOK EN ALARM NL.1

2 OMGEVINGSONTVANGST EFFECTEN Het temperatuurstation behoudt de exacte tijd via draadloze technologie. Zoals met alle draadloze apparatuur kan de ontvangstkwaliteit in de volgende omstandigheden worden aangetast: Lange zendafstand In de buurt van bergen en valleien In de buurt van hoge gebouwen In de buurt van snelwegen, spoorwegen, vliegvelden, hoogspanningskabels, enz. In de buurt van bouwterreinen Binnenin betonnen gebouwen In de buurt van elektrische apparatuur (computers, TV s, enz.) Binnenin bewegende voertuigen In de buurt van metalen structuren Plaats het station op een locatie met een optimaal signaal, bijv. dicht bij een raam en uit de buurt van metalen oppervlaktes of elektrisache apparatuur. Gebruik het product alleen voor het doel waarvoor deze bestemd! KORTE INSTELLING Stap 1 Houd het station en de buitensensor naast elkaar. Schuif het batterijklepje op de achterzijde van de buitensensor open. Zorg ervoor dat de kanaalschakelaar op positie 1 (bovenste positie) staat, installeer vervolgens 2 x AAA batterijen (niet inbegrepen) in de buitensensor en let daarbij op de correcte "+/-" polariteit markeringen binnen in de batterijhouder. Schuif het klepje weer vast. Slechts een sensor wordt ontvangen door het station. Stap 2 Steek de AC/DC adapter in een willekeurig 230V AC stopcontact. Steek vervolgens de DC stekker in de achterbehuizing van het station. Stap 3 Schuif het batterijklepje op de achterzijde van het station open en installeer vervolgens 3 x AAA batterijen (niet inbegrepen) in de station en let daarbij op de correcte "+/-" polariteit markeringen binnen in de batterijhouder. Schuif het klepje weer vast. Stap 4 Verwijder de beschermfolie van de display. Het Temperatuurstation is nu gebruiksklaar. Het station zal binnen enkele seconden het gegevenssignaal vanaf de buitensensor ontvangen. Plaats de buitensensor vervolgens buitenshuis op een droge plek in de schaduw. BACK-UP-BATTERIJEN Wanneer de voeding niet in gebruik is, zal het station door de back-up-batterijen worden gevoed. De LED-display wordt uitgeschakeld, maar de tijd en alarmtijd blijven opgeslagen (ook in het geval van een stroomstoring). DCF SIGNAALONTVANGST EN SIGNAALINDICATOR Nadat het station is ingeschakeld, zal het beginnen met de DCF signaalontvangst. Het knippert. icoontje DCF signaal wordt ontvangen ( Icoontje knippert) NL.2

3 Geslaagde ontvangst ( Icoontje blijft constant) Mislukte ontvangst ( Icoontje verdwijnt) Druk tijdens de ontvangst op de WAVE / HR toets om de indicaties voor ontvangstmodus en signaalsterkte weer te geven: De display toont 3 streepjes wanneer een krachtig DCF signaal wordt ontvangen. Wanneer een zwak of geen DCF signaal wordt ontvangen, toont de display of. De signaalsterkte kan tijdens ontvangst wisselen van 1 streepje naar 2 streepjes naar 3 streepjes. Dit is normaal omdat de klok gelijkertijd bezig is met detectie van het DFC signaal en van andere signalen in de lucht. Druk op TIME toets om terug te keren naar de tijdweergave met knipperend icoontje. Geslaagde ontvangst of mislukte ontvangst Icoontje blijft constant ingeschakeld (stopt met knipperen) wanneer de ontvangst geslaagd is. Icoontje verdwijnt wanneer de ontvangts mislukt is. Automatische ontvangst en handmatige ontvangst Het station start dagelijks met automatische ontvangst om 1:00, 2:00, en 3:00. Als de DFC signaalontvangst om 3:00 mislukt, wordt de ontvangst gestart om 4:00. Als het weer mislukt, wordt de ontvangst gestart om 5:00. Als het nog een keer mislukt, zal de automatische ontvangst weer om 1:00 de volgende dag gestart. U hoeft voor handmatige ontvangst slechts de WAVE / HR toets ingedrukt te houden, de handmatige ontvangst starten. Er wordt geen temperatuurmeting uitgevoerd tijdens DCF ontvangst. Het zal veranderen in lage helderheid en een hoge helderheid wordt automatisch na ontvangst hervat. De temperatuurlezingen zullen stabiel en nauwkeuriger worden nadat de stationklok ongeveer 30 minuten ingeschakeld is geweest. TIJDINSTELLING 1. Houdt de TIME toets ingedrukt terwijl u een keer op de WAVE / HR toets drukt om het uur in te stellen. 2. Houdt de TIME toets ingedrukt terwijl u een keer op de MINUTE toets drukt om de minuten in te stellen. 3. Druk tegelijkertijd op de TIME en SNOOZE toets, het tijdsdisplay zal overspringen naar 01. Laat de SNOOZE toets los en terwijl u de TIME toets ingedrukt houdt, drukt u op de MINUTE toets om de tijdzone in te stellen: 00 GMT +0 (Verenigd Koninkrijk) 01 GMT +1 (Centraal Europese Tijd) 02 GMT +2 (Oostelijke Europese Tijd) Opmerking: De tijd wordt weergegeven in het 24-uur formaat. ALARMINSTELLING Houdt de ALM 1 toets ingedrukt terwijl u een keer op de WAVE / HR toets drukt om het uur in te stellen of op de MIN toets drukt om de minuten in te stellen. Houdt de ALM 2 toets ingedrukt terwijl u een keer op de WAVE / HR toets drukt om het uur in te stellen of op de MIN toets drukt om de minuten in te stellen. NL.3

4 Het alarm in- of uitschakelen Om alleen alarm 1 aan te zetten, druk op de ALM toets. LED ALM 1 zal oplichten links boven de uuraanduiding. Om alleen alarm 2 aan te zetten, druk nogmaals op de ALM toets. LED ALM 2 zal oplichten links onder de uuraanduiding. Om zowel alarm 1 en 2 aan te zetten, druk nogmaals op de ALM toets, beide LEDs ALM 1 en ALM 2 zullen oplichten. Om zowel alarm 1 en 2 definitief uit te zetten, druk nogmaal op de ALM-toets, beide LEDs ALM 1 en ALM 2 zullen uitgaan. Opmerking: De tijdsduur van het alarm is 5 minuten. De snoozefunctie gebruiken Wanneer de tijd de ingestelde alarmtijd bereikt, zal het station u met een pieptoon wekken. Het LED ALM 1 of ALM 2 zal knipperen. 1. Druk eenmaal op SNOOZE om het alarm tijdelijk te stoppen, het LED ALM 1 of ALM 2 blijft knipperen. Het alarm zal na de ingestelde snoozetijd weer piepen. 2. U kunt het dagelijkse alarm stoppen druk op de ALM 1 of ALM 2 toets te drukken wanneer het alarm klinkt. Het alarm zal stoppen en het LED ALM 1 of ALM 2 stopt met knipperen. Het alarm zal de volgende dag op dezelfde tijd weer klinken. De sluimerduur instellen (van 5 tot 60 min) Houdt SNOOZE ingedrukt en op het tijdsdisplay verschijnt 05 (standaard sluimerduur) en druk dan op de MINUTE toets om de gewenste sluimerduur in te stellen. DIMMERFUNCTIE Druk op de SNOOZE toets om de hoge of lage helderheid van de LED display aan te passen. PROBLEEMOPLOSSING In het geval dat het station valse cijfers toont, kan het worden aangetast door elektrostatische ontlading of interferenties vanaf andere apparatuur. Druk op de RESET toets op de het station. Het station zal worden teruggesteld op de standaard tijd- en kalenderinstellingen en opnieuw beginnen met ontvangst van het radiogestuurde tijdsignaal. Indien de buitentemperatuur verloren is geraakt Wanneer de cijfers van de buitentemperatuur -- laten zien, dan is de draadloze signaaloverdracht onderbroken of verloren. Druk vervolgens op de RESET toets op de de buitenzender. Als de weergave van de buitentemperatuur verloren blijft gaan, kunt u proberen de zender op een andere locatie te plaatsen totdat u een goede overdracht krijgt van de temperatuurgegevens. Opmerking: Vergeet a.u.b. niet dat de buitenzender een zendbereik heeft van slechts 30 meter in een open gebied zonder obstructies. Elke obstructie tussen de zender en het station (dak, muren, plafonds, dikke bomen, enz.) zal het zendbereik effectief halveren. Vorrzorgsmaatregelen Dit hoofdapparaat is uitsluitend bestemd voor binnenshuis gebruik. Stel het apparaat niet bloot aan overmatige krachten of schokken. Stel het apparaat niet bloot aan hoge temperaturen, direct zonlicht, stof en vocht. Niet onderdompelen het apparaat in water Vermijd contact met bijtende stoffen. Gebruik het apparaat niet in een vuur. Deze kan ontploffen. Niet open de behuizing en niet manipuleren structurele componenten van het apparaat. NL.4

5 Batterijvoorschriften Gebruik uitsluitend alkaline batterijen, geen oplaadbare batterijen. Installeer batterijen correct volgens de polariteitmarkeringen (+/-). Vervang altijd een volledige set batterijen. Combineer nooit gebruikte en nieuwe batterijen. Verwijder onmiddellijk uitgeputte batterijen. Verwijder batterijen wanneer niet in gebruik. Batterijen nooit opladen of in vuur werpen om ontploffing te voorkomen. Houd de batterijen niet in de nabijheid van metalen voorwerpen. Een contact kan een kortsluiting veroorzaken. Houd alle batterijen buiten bereik van kinderen omdat ze een verstikkingsgevaar vormen. Bewaar de verpakking voor eventueel toekomstig gebruik. SPECIFICATIES Bedrijfstemperatuur: 0 C tot + 45 C Bereik van temperatuurmeting: Binnenshuis: 0 C tot +45 C (display toont HH.H / LL.L wanneer buiten dit bereik) Buitenshuis: -40 C tot +70 C (display toont HH.H / LL.L wanneer buiten dit bereik) Temperatuurresolutie: 1 C Alarmduur: Snoozeduur: 5 minuten 5 tot 60 minuten Verordening verwijdering batterijen Oude batterijen horen niet in het huisvuil. Als batterijen in het milieu terechtkomen kunnen deze milieu en gezondheidsproblemen tot gevolg hebben. U kunt gebruikte batterijen kosteloos bij uw handelaar of inzamelplaatsen teruggeven. U bent als verbruiker wettelijk verplicht oude batterijen, als omschreven, in te leveren. Verordening verwijdering elektrische apparaten Dit symbool betekent dat elektrische apparatuur, wanneer hij het eind van zijn levensduur bereikt, niet mag worden afgevoerd met het gewone huishoudelijk afval. Breng de apparaat naar het plaatselijke inzamelpunt voor afval of recyclingcentrum. Dit is van toepassing voor alle landen van de Europese Unie en op de overige Europese landen met een systeem voor gescheiden afvalinzameling. NL.5