Postadras Postbus AB Den Haag Bezoekadres Bezudenhoutseweg 12 Ministerie van Sociale Zaken & Werkgelegenheid (SZW)

Transcriptie

1 AWJN Postadras Postbus AB Den Haag Bezoekadres Bezudenhoutseweg 12 Ministerie van Sociale Zaken & Werkgelegenheid (SZW) 2594 AV Den Haag Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving (UAW) Afdeling collectieve Arbeidsvoorwaarden CAV Web Postbus Telefoon LV S-GRAVEN HAGE werkgeversiijniawvn.ni Bank ABN AMRO NL8O ABNA KvK BTW-nummer NL B01 Datum 28 november 2017 Contact / midden@awvn.ni Kenmerk Onderwerp aw cao sociaai fonda zoetwarenindustrie Geachte heer/mevrouw, Namens partijen betrokken bij de cao Sociaal Fonds Zoetwarenindustrie, te weten de Vereniging voor de Bakkerij en Zoetwarenindustrie (VBZ) te Den Haag, FNV te Utrecht, CNV Vakmensen te Utrecht en De Unie te Culemborg, delen wij u hierbij mee dat zij overeenstemming hebben bereikt over de verlenging van de cao voor de Iooptijd van 1 januari 20l8toten met 31 december2018. Namens partijen verzoek ik u om algemeen verbindend verkiaring van de cao. De bepalingen waarvoor geen AW wordt verzocht zijn in bijgaande tekst gerenvooleerd. De algemeen verbindend verkiaring wordt aangevraagd voor de Iooptijd van de cao te weten van de eetst mogelijke datum tot en met 31 december In verband met het bedoelde avv-verzoek treft u daarom de volgende stukken aan: - een integraal overzicht van alle wijzigingen in de cao; - de nieuwe doorlopende tekst van de cao, - de gerenvooieerde cao en - de opgave van de representativiteitsgegevens. Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben gemnformeerd. Met vriendelijke groet, Mr. SB. (Suzanne) van Midden Sr. adviseur arbeidsvoorwaarden en arbeidsverhoudingen Vooruitgang door vemieuwend werkgeven

2 Cao Sociaal Fonds Zoetwarenindustrie 201$ Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid FORMULIER REPRESENTATIVITEITSGEGEVENS (bedoeld in aftikel 2:2, eerste lid, onderdeel a, van het Besluit aanmelding van collectieve arbeidsovereenkomsten en het verzoeken om algemeen verbindend verkiaring) Bij een avv-verzoek dienen de representativiteitsgegevens en de hiervoor gehanteerde onderzoeksmethodiek te worden opgegeven. Deze opgave kan worden ingediend aan de hand van dit formulier. Gebruikmaking van dit formulier is vereist bij een representativiteitspercentage onder de 60% en ingeval beargumenteerde bedenkingen tegen de representativiteit daartoe aanleiding geven. INHOUD 1 REPRESENTATIVITEITSOPGAVE Werkgeversgegevens o Direct aan de cao gebonden werkgevers o Werkgevers gebonden door de werkingssfeer Geoevens werkzame oersonen o Direct aan de cao gebonden personen en personen gebonden op basis van artikel 14 Wet op de CAO o Personen gebonden door de werkingssfeer 2 TOELICHTING Gehanteerde onderzoeksmethode Gebruikte bronnen Wijze van meting Relatie tot de werkingssfeer Actualiteit van de cijfers Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving Datum, 24 AUGUSTUS 2010 Dc Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, ).P.H. Donner Pagina 1

3 1 REPRESENTATIVITEITSOPGAVE Het algemeen verbindend verklaren (avv) van bepalingen van een cao vereist dat naar het oordeel van de minister de cao-bepalfngen waarop het avv-verzoek betrekking heeft, moeten gelden voor een belangrijke meerderheid van de in de bedrijfstak werkzame personen. Dit meerderheidsvereiste wordt bepaald aan de hand van de representativiteitsgegevens. Dc mate van representativiteit wordt als volgt berekend: het aantal personen werkzaam bij werkgevers gebonden door de cao, die naar aard van hun functie c.q. werkzaamheden binnen de werkingssfeer van de cao vallen (teller), gedeeld door het totale aantal personen, dat binnen de werkingssfeer van de cao zou vallen, indien de cao algemeen verbindend zou worden verklaard (noemer). De in de cao gedefinieerde werkingssfeer dient als uitgangspunt voor het bepalen van het totale aantal personen dat in zowel de teller als de noemer wordt gehanteerd. Tot het aantal personen kunnen naast werknemers ook opdrachtnemers worden gerekend, indien in de cao geregeld is dat deze ook op hen van toepassing is. Uitzendkrachten in dienst van een andere (uitzend)werkgever dienen niet te worden meegeteld. Gezien de verstrekkende consequenties van het algemeen verbindend verklaren van een cao is het noodzakelijk dat de representativiteitsopgave voldoet aan de eisen van: reproduceerbaarheid validiteit interne consistentie onderzoekstechnische kwaliteit, en actualiteit Het is een vereiste voor de beoordeling van het representativiteitscijfer dat dit reproduceerbaar is. Brongegevens, gebruikte enqufte, uitgevoerde berekeningen, analyses en extrapolatie moeten beschikbaar zijn, zodat desgevraagd een accountant, dan wel het Ministerie van SZW op basis hiervan het cijfer zelfstandig kan reproduceren. Het begrip validiteit heeft betrekking op de vraag of daadwerkelijk is gemeten wat beoogd was. Is het te meten begrip, werkzame personen, op de juiste wijze gedefinieerd en zijn vervolgens de werkzame personen ook conform de operationalisering gemeten. Voor het begrip werkzame personen bijvoorbeeld speelt dan de werkingssfeer een rol en of op een juiste wijze is gecorrigeerd voor werkzame personen die in de werkingssfeer worden uitgesloten. Bij de interne consistentie gaat het om gebruikte meeteenheden. De eenheid in de teller moet overeenstemmen met de gehanteerde eenheid in de noemer. In teller en noemer moeten standcijfers (gemeten op een bepaald moment) of stroomcijfers (gemeten over een periode) worden gebruikt. De definitie van werkzame personen moet in beide gelijk zijn. En ook de peildatum of de peilperiode moet in teller en noemer vergelijkbaar zijn. Bij de beoordeling van de kwaliteit van het onderzoek wordt nagegaan of voldaan is aan de vereisten van zorgvuldigheid. Het gaat hierbij om zaken als de gebruikte methode om de gegevens te verzamelen, de omvang van de enquëte, de hoogte van de non-respons, de gebruikte weging, gehanteerde analyses en uitgevoerde berekeningen. Dc gegevens waarop het representativiteitscijfer is gebaseerd, mogen in principe niet ouder zijn dan één jaar, te rekenen vanaf de ingangsdatum van de cao. Om te kunnen beoordelen of aan deze criteria wordt voldaan, dient een toelichting te worden gegeven op de verstrekte werkgeversgegevens en gegevens over het aantal werkzame person en. Een uitgebreide beschrijving van de eisen die aan de representativiteitsopgave worden gesteld, is te vinden in het onderzoek dat Research voor Beleid in 2009 heeft uitgevoerd naar de kwaliteit van de representativiteitsgegevens bij avv-verzoeken1. Dit rapport is te vinden op de website cao.szw.nl. Research voor Beleid, Kwaliteit representativiteitsgegevens bij avv-verzoeken, Stand van zaken 2008, Eindrapport, Zoetermeer, juni 2009 Pagina 2

4 WERKGEVERSGEGEVENS 1 Direct aan de cao gebonden werkgevers Hoeveel werkgevers vallen direct onder de werkingssfeer van de cao2? 91 Geef aan op welke peildatum dan wel over welke periode de gegevens verzameld zijn. 1 januari Werkgevers gebonden door de werkingssfeer Wat is het totale aantal werkgevers dat valt onder de werkingssfeer van de cao? 184 Geef aan op welke peildatum dan wel over welke periode de gegevens verzameld zijn. 1 januari 2017 De wijze waarop de gegevens zijn verkregen over het aantal werkgevers dat direct en in totaal onder de werkingssfeer van de cao valt, moet worden toegelicht. Daarvoor is onderstaand een aantal aandachtspunten opgenomen. Afhankelijk van de gehanteerde methode kunnen de aandachtspunten al dan niet relevant zijn. Indien een van de genoemde methoden van toepassing is, dienen de vragen waarvoor een is opgenomen te worden aangevinkt en te worden beantwoord. De eerste vraag dient altijd te worden beantwoord. Er zijn globaal 3 methoden, die elkaar overigens niet uitsluiten: gebruik maken van bestaande bronnen/bestanden, onderzoek en extrapolatie. Daarnaast moet zonodig een toelichting worden gegeven op de actualiteit van de gebruikte gegevens. Achter de genoemde aandachtspunten is een verwijzing opgenomen naar een uitgebreidere toelichting in deel 2 van dit formulier. Dat deel gaat in op de gehanteerde onderzoeksmethode (ad. 1); de gebruikte bronnen (ad. 2); de wijze van meting (ad. 3); de relatie tot de werkingssfeer (ad. 4); en de actualiteit van de gegevens (ad. 5). Bestaande bronnen/bestanden Geef voor het uitgevoerde onderzoek naar de bij vraag 1 en 2 opgegeven aantallen een beschrijving van: de gebruikte bronnen (ad. 2) de bronnen in relatie tot de werkingssfeer (ad. 4) de uitgevoerde correctie in de bronbestanden (ad. 4) Bron voor het aantal direct gebonden werkgevers is de ledenlijst van de Vereniging voor de Bakkerij- en Zoetwarenindustrie (VBZ). Bron voor het aantal werkgevers gebonden door de werkingssfeer is opgave door de administrateur van het verplichtgestelde pensioenfonds voor de zoetwarenindusterie. Er is een bestand aangeleverd inclusief voor het pensioenfonds gedispenseerde werkgeve rs. 2 Een werkgever valt direct onder de werkingssfeer van een cao als hij lid is van een werkgeversorganisatie die betrokken is bij de totstandkoming van de cao. Pagina 3

5 Werkgevers die niet onder de werkingssfeer van de cao vallen zijn niet meegeteld. De werkingssfeer van de CAO Sociaal Fonds Zoetwarenindustrie en het verplichtgestelde pensioenfonds voor de zoetwarenindustrie zijn voor wat betreft de werkgevers aan elkaar gelijk. Vrijwillige aansluitingen zijn buiten beschouwing gelaten. Er is gebruik gemaakt van meerdere bestanden. Geef een beschrijving van: de representativiteit van de bestanden (ad. 2) uitgevoerde correcties voor dubbeltellingen (ad. 2) de wijze van matching van de bestanden (ad. 1) Dubbele vermeldingen in het bestand van de administratie van het pensioenfonds zijn eruit gehaald o.b.v. de bedrijfsnaam en het adres, zoals genomen in administratie van het pensioenfonds. De bronnen sluiten niet volledig aan bij de werkingssfeer, Geefeen beschrijving van: de correcties die zijn uitgevoerd (ad. 4) N.v.t. Pagina4

6 Onderzoek Er is (aanvullend) steekproefonderzoek uitgevoerd, bijvoorbeeld op basis van een enquête. Geef een beschrijving met cfjfermatige onderbouwing van: de gehanteerde methodiek (ad. 1) het steekproefkader in relatie tot de werkingssfeer (ad. 1) de respons (ad. 1) de representativiteit van de steekproef (ad. 1) eventueel gebruik van aanvullende informatie (ad. 1) toegepaste berekeningen en schattingen (ad. 1) N.v.t. Extrapolatie Onderzoeksgegevens zijn middels andere bronnen geextrapoleerd. Geef een beschrijving met cijfermatige onderbouwing van: de hiervoor gebruikte bronnen (ad. 2) de representativiteit van het verkregen bestand (ad. 2) de verschillen tussen de bronnen (ad. 2) eventueel uitgevoerde correcties (ad. 4) N.v.t. Pagina 5

7 Peildatum Er zijn gegevens gebruikt ouder dan een jaar, (terug)gerekend vanaf de ingangsdatum van de cao. Geef een beschrijving van: de reden waarom het niet mogelijk is om gegevens van recenter datum te leveren (ad. 5) de aannemelijkheid dat sindsdien binnen de bedrijfstak geen grote fluctuaties in de genoemde aantallen zijn opgetreden. Indien wel sprake is van grote fluctuaties is aanvullend onderzoek of extrapolatie nodig (ad. 5) N.v.t. Overig Overige opmerkingen Pagina 6

8 GEGEVENS WERKZAME PERSON EN 3 Direct aan de cao gebonden personen en personen gebonden op basis van artikel 14 Wet op de CAO3 Hoeveel personen worden direct dan wel op basis van artikel 14 van de Wet op de CAO aan de cao gebonden? 7932 Geef aan op welke peildatum dan wel over welke periode de gegevens verzameld zijn. 1 januari Personen gebonden door de werkingssfeer Wat is het totale aantal personen dat valt onder de werkingssfeer van de cao? Geef aan op welke peildatum dan wel over welke periode de gegevens verzameld zijn. 1 januari 2017 De wijze waarop de gegevens zijn verkregen over het aantal werkzame personen dat direct en in totaal onder de werkingssfeer van de cao valt, moet worden toegelicht. Daarvoor is onderstaand een aantal aandachtspunten opgenomen. Afhankelijk van de gehanteerde methode kunnen de aandachtspunten al dan niet relevant zijn. Indien een van de genoemde methoden van toepassing is, dienen de vragen waarvoor een is opgenomen te worden aangevinkt en te worden beantwoord. De eerste vraag dient altijd te worden beantwoord. Er zijn globaal 3 methoden, die elkaar overigens niet uitsluiten: gebruik maken van bestaande bronnen/bestanden, onderzoek, en extrapolatie. Daarnaast moet zonodig een toelichting worden gegeven op de actualiteit van de gebruikte gegevens. Achter de genoemde aandachtspunten is een verwijzing opgenomen naar een uitgebreidere toelichting in deel 2 van dit formulier. Dat deel gaat in op de gehanteerde onderzoeksmethode (ad. 1); de gebruikte bronnen (ad. 2); de wijze van meting (ad. 3); de relatie tot de werkingssfeer (ad. 4); en de actualiteit van de gegevens (ad. 5). Een persoon valt direct onder de werkingssfeer van een cao als hij weckzaam is bij een werkgever die lid is van een werkgeversorganisatie die betrokken is bij de totstandkoming van de cao. Ook anders of niet georganiseerde werkzame personen in dienst van een aangesloten werkgever dienen dus te worden meegeteld. Pagina 7

9 Bestaande bronnen/bestanden Voor het uitgevoerde onderzoek, geefeen beschrijving van: de gebruikte bronnen (ad. 2) de bronnen in relatie tot de werkfngssfeer (ad. 4) de uitgevoerde correctie in de bronbestanden (ad. 4) de gehanteerde meeteenheid (ad. 3) De werkingssfeer van de CAO Sociaal Eonds Zoetwarenindustrie en het verplichtgestelde pensioenfonds voor de Zoetwarenindustrie zijn voor wat betreft zowel de werkgevers als de werknemers aan elkaar gelijk, alleen is deelneming aan het pensloenfonds na AOW-gerechtigde Ieeftijd niet verplicht. De werknemers na AOW-gerechtigde Ieeftijd zijn wel bekend bij het pensioenfonds. Voor de werkgevers onder het bedrijfstakpensioenfonds zijn door het pensioenfonds de (aantallen) werknemers verstrekt. Het gaat hier om alle werknemers in dienst van de betreffende werkgever, ongeacht hun Ieeftijd. De aantallen werknemers van werkgevers die dispensatie hebben voor het bedrijfstakpensioenfonds ontbreken. Deze aantallen zijn schriftelijk opgevraagd bij de desbetreffende werkgevers en in 1 geval van een niet-lid telefonisch. Hierdoor is van iedere bij het bedrijfstakpensioenfonds aangesloten werkgever bekend hoeveel werknemers er in dienst zijn. De Iedenhijst van VBZ is langs het bestand gelegd om onderscheid te maken welke werkgevers direct dan wel door de werkingssfeer gebonden worden. De bestanden zijn vergeleken op basis van de bed rijfsnaam. Is gebruik gemaakt van meerdere bestanden, geef een beschrijving van: de representativiteit van de bestanden (ad. 2) uitgevoerde correcties voor dubbeltellingen (ad. 2) de wijze van matching van bestanden (ad. 1) Zie in eerder tekstvak onder werkgeversgegevens. Sluiten de bronnen niet volledig aan bij de werkingssfeer, geef een beschrijving van: de correcties die zijn uitgevoerd (ad. 4) Pagina $

10 N.v.t. Ond erzoek Is er aanvullend steekproefonderzoek uitgevoerd, bijvoorbeeld op basis van een enquête, geef een beschrijving van: de gehanteerde methodiek (ad. 1) het steekproefkader in relatie tot de werkingssfeer (ad. 1) de respons (ad. 1) de representativiteit van de steekproef (ad. 1) eventueel gebruik van aanvullende informatie (ad. 1) toegepaste berekeningen en schattingen (ad. 1 Extrarolatie Indien onderzoeksgegevens middels andere bronnen zijn geextrapoleerd, geef een beschrijving van: de hiervoor gebruikte btonnen (ad. 2) de representativiteit van het verkregen bestand (ad. 2) de verschillen tussen de bronnen (ad. 2) eventueel uitgevoerde correcties (ad. 4) N.v.t. Pagina 9

11 Peildatum Zijn gegevens gebruikt ouder dan een jaar, (terug)gerekend vanaf de ingangsdatum van de cao, geefeen beschrijving van: de reden waarom het niet mogelijk is om gegevens van recenter datum te leveren (ad. 5) de aannemelijkheid dat sindsdien binnen de bedrijfstak geen grote fluctuaties in de genoemde aantallen zijn opgetreden. Indien wel sprake is van grote fluctuaties is aanvullend onderzoek of extrapolatie nodig (ad. 5) n.v.t. Overig Overige opmerkingen Pagina 10

12 2 TOELICHTING De door cao-paftijen bij een verzoek tot algemeen verbindend verkiaren van cao-bepalingen aangeleverde representativiteitsgegevens dienen, ten behoeve van de beoordelingscriteria, te worden voorzien van een toelichting op de volgende punten: 1. De wijze waarop het onderzoek is uitgevoerd a. populatieonderzoek b. steekproefonderzoek C. extrapolatfe 2. De gebrufkte bronnen voor het onderzoek a. uitgevoerde correcties 3. De wfjze van meting a. aard van de gegevens 4. De relatfe tot de werkingssfeer van de cao a. uitgesloten werkzame personen b. vrfjwillfge aansuiting c. gedispenseerden 5. De peildatum of de periode waarop de cijfers betrekking hebben Op grond van paragraaf 4.1 van het Toetsingskader A VV Iaat de minister periodiek en steekproefsgewijs onderzoek uitvoeren naar de kwaliteit van de representativiteitsgegevens bif avv-verzoeken. Om dit te kunnen doen is het noodzakelijk dat het representativiteitsc,jfer reproduceerbaar is. Dit betekent dat alle oorspronkelifke (bron)gegevens die zijn gebruikt bij de opgave van de representativiteit bif het!aatst ingewilligde avv-verzoek moeten worden bewaard, zodat deze desgevraagd beschikbaar kunnen worden gesteld. De oorspronkelijke gegevens worden dus niet bi) het avv-verzoek meegestuurd. ad 1 Gehanteerde onderzoeksmethode Het is noodzakelijk dat een beschrijving van de gehanteerde onderzoeksmethode wordt gegeven. Het gaat om de vraag hoe de gegevens zijn verzameld. Idealiter wordt er gebruik gemaakt van populatiebestanden, zowel voor werkgeversaantallen als aantallen werkzame personen die onder de werkingssfeer van de cao dan wel het avv-besluit vallen. Indien geen populatiegegevens beschikbaar zijn, kan gebruik worden gemaakt van steekproefonderzoek. Het gebruik van steekproefgegevens vereist dat een toelichting wordt gegeven op de uitvoering van de enqufte, de respons, de representativiteit, verzamelde aanvullende informatie, uitgevoerde berekeningen en schattingen. Aandachtspunten: Beschrijving van de gehanteerde onderzoeksmethode. Een beschrijving van de hierbij gebruikte bestanden. De manier waarop de steekproef is getrokken (waaronder het gebruikte steekproefkader). De respons van de steekproef. De representativiteit van het steekproefonderzoek. Op bestanden toegepaste correcties ten opzichte van de populatie; Het gebruik van aanvullende informatie. De manier waarop berekeningen, schattingen en eventuele extrapolaties zijn uitgevoerd. Het is niet zorgvuldig om het aantal werkzame personen van niet-responderende bedrijven op nul in te schatten. Streef altijd naar de verkrijging van gegevens uit één bronbestand. Dit doet u door het bestand waarin de gegevens van de aangesloten werkgevers zijn opgenomen, te matchen met het bestand waaruit de totale aantallen werkgevers en werkzame personen zijn opgenomen. Een nadere uitleg over de uitvoering van het matchen van bestanden is te vinden in het rapport Kwaliteit representativiteitsgegevens bij avv-verzoeken, Stand van Zaken 2008, eindrapport, p. 20 (zie de website cao.szw.ni). Pagina 11

13 ad 2 Gebruikte bronnen Een representativiteitsopgave moet een beschrijving bevatten van de gebruikte bronnen. Niet alle bronnen zijn even betrouwbaar. Ook zijn niet alle bronnen even volledig gegeven de werkingssfeer van de cao. Inherent hieraan is het gebruik van meerdere bronnen. Van belang is dat de gebruikte btonnen en de daarbij gehanteerde berekeningen met het oog op de eis van reproduceerbaarheid goed worden beschreven en bewaard. Aandachtspunten: Het is aan te bevelen zo mm mogelijk bronnen te gebruiken. Worden gegevens ult verschillende bronnen gebruikt, dan vereist dit een toelichting op onderlinge vergelijkbaarheid waarbij aandacht nodig is voor dubbeltellingen, uitgesloten groepen werkzame personen en verschillen in meetmomenten. Gebruik van branche- of sectoronderzoek vereist een toelichting op de representativiteit van de gegevens. Aandacht veteist de periode waarin het onderzoek is gehouden, de onderzoeksmethode en de relatie tot de werkingssfeer. Ten aanzien van de gebruikte bronnen wordt aandacht gevraagd voor de vrijwillig aangesloten werkgevers, (gedeeltelijk) gedispenseerde werkgevers en de actualiteit van de gegevens. ad3 Wijze van meting Uitgangspunt bij het berekenen van het representativiteitscijfer is dat de teller en de noemer worden uitgedrukt in dezelfde eenheid. Idealiter worden de teller en de noemer uitgedrukt in aantallen personen. Andere meeteenheden worden in principe afgeraden. Andere maatstaven die worden gebruikt om tot een berekening te komen van het aantal personen zijn de loonsom, aantal fte s of omzetgegevens. U dient dan wel aannemelijk te maken dat de gebruikte maatstaf een goede afspiegeling is van het aantal personen zodat geen sprake is van een systematische eenzijdige vertekening van het representativiteitsgegevens. In geval van fte als meeteenheid moet aannemelijk worden gemaakt dat de parttimefactor van georganiseerde ten opzichte van ongeorganiseerde werkgevers vergelijkbaar is. Dit betreft de els van interne consistentie. Teller en de noemer moeten in dezelfde eenheid worden uitgedrukt en de peildata moeten vergelijkbaar zijn. Aandachtspunten: De wijze van meting moet dezelfde zijn voor teller en noemer. De eenheid moet gelijk zijn. Gegevens moeten ofwel standcijfers of stroomcijfers zijn. De gegevens moeten zijn uitgedrukt in dezelfde eenheid. In de teller aantallen personen dan ook in de noemer aantallen personen gebruiken. Het gebruik van een andere meeteenheid dan aantallen personen vereist een gedegen toelichting op het gebruikte bestand en in hoeverre de gebruikte maatstaf een goede afspiegeling is van het aantal werkzame personen. ad 4 Rela tie tot de werkingsfeer De representativiteitsopgave dient gerelateerd te zijn aan de werkingssfeer van de cao. In de werkingssfeer uitgesloten categorieen werkzame personen moeten dan ook in de tellingen voor de representativiteitsopgave buiten beschouwing worden gelaten. Het is van belang dat daadwerkelijk gemeten wordt wat beoogd was. Het gaat hier om de validiteit van de gegevens. Aandachtspunten: Aandacht voor vrijwillig aangesloten werkgevers die in de representativiteitsopgave niet moeten worden meegenomen. De bronnen mogen niet vervuild zijn met werkzame personen die niet onder de werkingssfeer vallen. Hierbij kan gedacht worden aan onder andere uitzendkrachten en hoger personeel. In de tellingen moeten van (onderdelen van) de cao gedispenseerden wel worden meegerekend, behalve indien sprake is van een integrale dispensatie vanwege een eigen rechtsgeldige cao. Pagina 12

14 de interne consistentie van de representativiteitsopgave in het geding is. Als uitgangspunt hierbij geldt dat de peildata in principe niet meet dan één jaar uiteen mogen liggen. Tevens geldt dat de verschillende peildata niet te ver uit elkaar moeten liggen, omdat anders hebben te worden vermeld. Als regel geldt dat gegevens, cm te voldoen aan de eis van Voor de representativiteitsopgave dient de datum of de periode waarop de cijfers betrekking ad 5 Actuabteit van de ciffers cao. zijn vrijgesteld van het bedrijfstakpensioenfonds, maar niet zijn gedispenseerd van de het bedrijfstakpensioenfonds. Ook dient gecorrigeerd te worden voor werkgevers die actualiteit, niet ouder dan éën jaar mogen zijn gerekend vanaf de ingangsdatum van de cao. 13 Pagina De peildatum dan wel de periode waatop de gegevens betrekking hebben. worden welke btonnen gebtuikt zijn en op welke wijze voot onderlinge afwijkingen van Zaken 2008, eindrapport, p. 21 (zie de website cao.szw.ni). Aandachtspunten: ingangsdatum van de cao in beginsel niet ouder zijn dan 1 jaar. Indien de gebruikte gegevens ouder zijn, dient vermeld te worden waarom het niet mogelijk is om gegevens van recenter datum te leveren (zie ook aanvulling bfj de vraag ovet gegevens voot de representativiteftsopgave zijn geactualiseerd dient aangegeven te tussen de bronnen is gecottigeetd. Een nadere uftieg ovet de wijze van extrapoleren is te vinden in het rapport Kwaliteit representativiteitsgegevens bij avv-verzoeken, Stand Het toepassen van extrapolatie. Indien op basis van andere gegevensbtonnen de actualiteit). De actualiteit van de gebruikte gegevens. Deze mogen gerekend vanaf de kleine bedrijven. vergelijkbaar zijn naat bijvoorbeeld verhouding voltijdets-deeltijders of de verhouding grote gebaseerd en hoe die is uitgevoetd. De bestanden die hiervoor gebruikt worden moeten Het is dan wel van belang om expliciet te vermelden op welke gegevens deze extrapolatie is waatden met een zekere onzekerheidsmarge te voorspellen. geexttapoleerd. De marktontwikkelingen in het verleden vormen de basis om de huidige de werkgelegenheidsontwikkeling in de branche worden geactuaiseerd, oftewel In geval de peildata te vet in het verleden liggen kunnen de gegevensbestanden op basis van dient indien van toepassing- gecorrigeerd te worden voorjongere werkzame personen die wel onder de werkingssfeer van de cao vallen, maar niet deelnemen aan Indien gebruik wordt gemaakt van een verplicht gesteld bedrijfstakpensioenfonds,

15 1 Onderneming in de zoetwarenindustrie: onder: In deze CAC wordt tenzij uitdrukkelijk anders wordt aangegeven verstaan ARTIKEL I DEFINITIES bedoeld in lid 1-1 fabrieksmatig bloem en/of andere grondstoffen tot beschuit, drijft. 2 Werkgever: de natuurlijke of rechtspersoon die de onderneming - als 1 pasta s. niet gevulde chocoladeartikelen, inclusief boterhamstrooisels en demassa of couverture verwerkt bij de vervaardiging van al of 8 fabrieksmatig cacaomassa, cacaopoeder, cacaoboter, chocola 7 fabrieksmatig dropartikelen vervaardigt; 6 fabrieksmatig suikerwerken vervaardigt; zamen een economische eenheid vormen. Onder diensten wordt verstaan: Inpakhandelingen, (technisch) onderhoud, verkoop, werkzaamheden en distributie; administratie, management- en beheeractiviteiten, schoonmaak nemingen uitsluitend of in hoofdzaak diensten verleent en die te 5 aan één of meer van de onder 1 tot en met 4 genoemde onder onder 1, 2 en 3; verwerkte grondstoffen, en/of de wijze van verwerking van de grondstoffen, vergelijkbaar zijn met de producten als vermeld 4 fabrieksmatig producten vervaardigt die naar de aard van de -wafels vervaardigt; 3 (met ingang van 31 december 2003) fabrieksmatig rijstkoeken en vulling; een vorm van samenvoeging (assemblage) van delen van de onder 1 genoemde producten, al dan niet met toevoeging van 2 fabrieksmatig de producten onder 1 genoemd vervaardigt door en wafels verwerkt, ongeacht de soort; toast, knäckebrod, biscuit, biscuitfiguren, koekjes, banket, koek a iedere onderneming in Nederland, die uitsluitend of in hoofdzaak: CÁO SOCIAAL FONDS ZOETWARENINDUSTRIE

16 1 Vakvereniging: één van do vakbonden genoemd 316 partij bij deze CAO. 5 De Stichting: de Stichting Sociaal Fonds voor de Zoetwarenindustrie, 6 De statuten: de statuten van de in het vijfde lid genoemde Stichting. gevestigd te s-gravenhage. voering delegeren aan eon administrateur onder verantwoordelijkheid van hot bestuur van do Stichting. eenkomst zijn gohecht en geacht warden daarvan deel uit to maken. van de statuten en reglementen van do Stichting die aan doze over ARTIKEL4 beidsverhoudingen in de Zoetwarenindustrie, to financieren en subsidiè warenindustrie. ten. Daartoe heft de Stichting bijdragen van de werkgevers in de Zoet do statuten, activiteiten die gericht zijn op hot bevorderen van goede at ARTIKEL 3 DOEL ze onderneming behoort, gemeten in arbeidsuren op jaarbasis. die bedrijfstak, waartoe het merendeel van de werkzaamheden van do te van een onderneming, waarin 00k andere werkzaamheden dan hier voot genoemd worden verricht. Indien meet CAD s van toepassing kunnen zijn, wordt de onderneming getangschikt onder de CAD van WERKINGSSFEER ARTIKEL 2 bestuur. komst in de zin van artikel 7:610 Burgerlijk Wetboek heeft gesloten. 3 Werknemer: man of vrouw die met de werkgever een arbeidsovereen 7 Het bestuur: het in artikel 3 van de statuten van de Stichting bedoelde 1 Deze CAO is van toepassing op de werkgever als bedoeld in artikel 1, lid 2. 2 Deze CAO is tevens van toepassing op die onderneming of dat gedeel De Stichting heeft als doelstelling cm, overeenkomstig artikel 2, lid 2 van UITVOERING 1 Do uitvoering van deze overeenkomst geschiedt volgens de bepalingen 2 De uitvoering is aan do Stichting opgedragen. De Stichting kan de uit 2

17 toetsing van de bedrijfsactiviteiten van de werkgever aan het gestelde opgave van de loonsom door opvragen door middel van een door een accountant gewaarmerkte cumulatieve Ioonstaat. in deze CAD. Daarbij bestaat de mogelijkheid cm aan de werkgever door personen of instellingen die, door of namens de Stichting, zijn belast met de inning van de bijdragen en de controle op de naleving van het gestelde in de statuten en de reglementen van de Stichting en de dewerking te verlenen, die noodzakelijk of gewenst worden geacht 3 Werkgevers zijn gehouden de door de Stichting in het kader van de doel zer zake in de statuten en de reglementen van de Stichting is of wordt be statuten en de reglementen van de Stichting. Indien de werkgever, 00k na paald en zullen zich ook overigens moeten houden aan het bepaalde in de zij aan de Stichting verschuldigd zijn, overeenkomstig datgene wat te de stelling gevraagde gegevens te verstrekken en de bijdragen te betalen die VERPLICHTINGEN WERKGEVER ARTIKEL 5 worden aangegeven welke gegevens binnen welke termijn aan de steld. Het moet hierbij gaan om gegevens die redelijkerwijs nodig zijn gekondigd, waarbij datum en plaats van het onderzoek moeten worden vermeld. Stichting en/of de administrateur ter beschikking moeten worden ge voor de controle c.q. het toezicht op de naleving van de CAD. Controle dergelijk onderzoek dient tijdig van te voren schriftelijk te worden aan plaatse zal alleen plaatsvinden als er een gegrond vermoeden is. Een ter plaatse kan alleen met instemming van de werkgever. Controle ter 5 Bij een schriftelijk onderzoek zal aan de werkgever duidelijk moeten tikel 3 Wet op het verbindend en het onverbindend verkiaren. ring in te stellen als bedoeld in artikel 15 van de Wet op de CAD en ar aangewend om nakoming van de CAD af te dwingen en/of een vorde Daarbij kan onder meer aan de werkgever worden gevraagd om opga voor een goede uitvoering van deze CAD. merkte cumulatieve Ioonstaat. administratiekantoor inzage verlangen van gegevens die nodig zijn drijfsactiviteiten kan de Stichting bij de werkgever, diens accountant of ye van de loonsom door middel van een door een accountant gewaar CAD-partijen dragen hiertoe de aan hun bevoegdheden over aan de Stichting. 4 In het kader van de controle op de naleving en de toetsing van de be De uitkomsten van een dergelijk onderzoek kunnen alleen worden plicht alle gegevens en inhichtingen te verschaffen aismede iedere me 3 Ten behoeve van de vorenbedoelde uitvoering is de werkgever ver

18 het bestuur vast te stellen percentage van het loon als bedoeld in artikel De hoogte van de bijdrage als bedoeld in artikel 3 is gelijk aan een door BIJDRAGE ARTIKEL 6.; 4 Deze collectieve arbeidsovereer dat enige opzegging is vereist. komst treedt in werking per 1 januari 2018 en eindigt op 31 december 2018 van rechtswege, derhalve zonder OUUR VAN DE OVEREENKOMST ARTIKEL 7 voor de werkgever 0,48% op kalenderjaarbasis. verplicht jaarlijks de bijdrage aan de Stichting te voldoen. De bijdrage is 16 lid I van de Wet financiering sociale verzekeringen. De werkgever is aanmaning, niet aan zijn verplichtingen voldoet, is de Stichting bevoegd de noodzakelijke gegevens naar beste weten vast te stellen en de bijdra gen in te vorderen.

19 ARTIKEL I De stichting draagt de naam Stichting Sociaal Fonds voor de Zoetwaren ARTIKEL 2 DOEL industrie en is gevestigd te s-gravenhage. NAAM EN ZETEL 5 strie; standigheden en de opleidingsmogelijkheden in de zoetwarenindu en het aanbod van arbeid, de arbeidsvoorwaarden, de arbeidsom mers, werkgevers en direct belanghebbenden aangaande de vraag e het verzorgen van algemene informatie en publiciteit aan werkne financiële en administratieve beheer van de stichting; d het uitvoeren van werkzaamheden verbonden aan het bestuurlijke, collectieve arbeidsovereenkomst; kosten die betrekking hebben op het eigenhijke overleg omtrent de gevers en werknemers in de zoetwarenindustrie, uitgezonderd de seerde overleg tussen sociale partners ten behoeve van alle werk c het coordineren, voorbereiden en ondersteunen van het georgani lectieve arbeidsovereenkomst voor de zoetwarenindustrie en het voorkomen van geschillen over de uitleg en toepassing van de col lectieve arbeidsovereenkomst voor de zoetwarenindustrie; b een eenduidige uitleg en toepassing van de bepalingen van de col voortvloeien uit de collectieve arbeidsovereenkomsten voor de terrein van de arbeidsvoorwaarden liggen; werknemers in de zoetwarenindustrie over de rechtsgevolgen die zoetwarenindustrie en/of andere wettelijke voorschriften die op het a het geven van voorlichting en informatie aan alle werkgevers en vorderen en financieren van: 2 Deze activiteiten bestaan binnen het doel van de stichting uit het be dingen in de zoetwarenindustrie. viteiten die gericht zijn op het bevorderen van goede arbeidsverhou 1 De stichting stelt zich ten doel het financieren en subsidiëren van acti STATUTEN

20 waarden, arbeidsomstandigheden en arbeidsmarktbeleid gericht op ondernemingen in do zoetwarenindustrie; van alle werknemers en werkgevers in de zoetwarenindustrie in het en informatie op het gebied van scholing, vorming, arbeidsvoor g de inzet van adviseurs voor activiteiten in het kader van voorlichting belang van de arbeidsverhoudingen in de zoetwarenindustrie; ten 6 ton op het gobied van opleiding on begeloiding van werknemers in hot kador van hun inzetbaarheid, arbeidsvoorwaardon, arbeidsom p hot stimuleren en subsidiëren van projecten of onderzoeksactivitei wa ren in U u strie; schikto of met werkloosheid bodreigde werknemers in de zoet o hot stimuleren on subsidiëren van do re-integratio van arbeidsongo dustrio op de arbeidsmarkt; via hot stimuleron van eon betore aansluiting van do zootwarenin n het vergroton van de participatie op do arbeidsmarkt, onder moor do vorbotering van de arboidsomstandigheden binnen de zoet boleid op dit terrein; werknemers in hot kader van hun inzotbaarheid; dingstrajoct en werkervaringsptaatsen, aismede de opleiding van werkgevers in do zoetwarenindustrie in hot kader van de verbete warenindustrie of op do totstandkoming of vorbetoring van bodrijfs m het stimuleron on subsidiëron van projecten of activiteiten gericht op ring van de arbeidsvorhoudingen; k het verrichten on subsidiëren van het oploidingsplan, vooroplei bijwonen van congressen en vakgroepbestuursvergadoringen van hun vakorganisaties; j het subsidiëren van do koston van verlof van werknemers voor hot i het stimuleren en subsidiëren van ontwikkelingen gericht op het be I het verrichten on subsidiëren van opleidingen ten behoevo van het kader van hun inzetbaarheid; vorderen van do medezoggenschap, personeelsvergaderingen, zoetwarenindustrie op hot terrein van arbeidsmarkt, arbeidsvoor waarden, arbeidsomstandigheden en opleiding van werknemers in nemingsniveau als vormen van overleg tussen werknemers en personeelsvertegenwoordigingen en ondernemingsraden op onder werkgevers in do zoetwarenindustrie; h het stimuleren en subsidiëren van ontwikkelingen in bedrijven in de boekjes inzake collectieve arbeidsovereenkomsten - behoeve f do uitgifte van brochures, periodieken en kennisdragers - exciusief

21 2 Het bestuur bestaat ult zeven leden. Indien het bestuur uit minder dan 1 Het bestuur is belast met het bestuur van de stichting. BESTUUR ARTIKEL3 warenindustrie; 7 meld, kunnen worden benoemd door de werknemerssector. dienst zijn van FNV, CNV Vakmensen dan wel De Unie, allen voor VBZ kunnen worden benoemd door VBZ. Slechts personen die in 2 Slechts personen die in dienst zijn van VBZ dan wel van een lid van noemen: VBZ, statutair gevestigd te s-gravenhage (werkgevers sector). Vakbond voor Industrie en Dienstverlening, statutair gevestigd te Culemborg (werknemerssector); Vereniging voor de Bakkerij- en Zoetwarenindustrie, hierna ook te - een - een - vier tair gevestigd te Utrecht (werknemerssector); leden en vier plaatsvervangende leden door de vereniging: - een lid en één plaatsvervangend lid door de vereniging: FNV, statu lid en één plaatsvervangend lid door de vereniging: CNV Vak mensen, statutair gevestigd te Utrecht (werknemerssector); lid en één plaatsvervangend lid door de vereniging: De Unie, industrie, te weten: door de organisaties van werknemers en werkgevers in de zoetwaren vanger worden, met inachtneming van het in lid 2 bepaalde, benoemd I De leden van het bestuur en voor ieder van hen een vaste plaatsver ARTIKEL 4 BENOEMING VAN DE LEDEN VAN HET BESTUUR Alle bepalingen die betrekking hebben op bestuursleden zijn op plaats 3 Voor ieder lid wordt een plaatsvervanger benoemd, die het desbetref zeven leden bestaat, behoudt het niettemin zijn bevoegdheid om fende bestuurslid vervangt ingeval van belet of ontstentenis. Het felt dat sprake is van belet of ontstentenis zal worden vastgesteld door ten vervangende bestuursleden van overeenkomstige toepassing. rechtsgeldig bestuursbesluiten te nemen. minste twee bestuursleden, die daaromtrent een verkiaring afleggen. standigheden en de arbeidsmarkt gericht op het bevorderen van goede arbeidsverhoudingen en het duurzaam werken in de zoet

22 pectievelijk plaatsvervangend bestuurslid zijn opgevolgd. gende leden van het bestuur nog niet door een nieuw bestuurslid res termijn wordt verlengd met de periode waarin leden en plaatsvervan noemd voor een periode van twee jaar, met dien verstande dat deze 1 De leden en plaatsvervangende leden van het bestuur worden be 8 op dit punt gelden derhalve niet. Burgerlijk Wetboek voorkomende mogelijke bevoegdheidsbeperkingen komsten, gene uitgezonderd; de in artikel 291 lid 2 Boek 2 van het 2 Het bestuur is bevoegd te besluiten tot het aangaan van alle overeen voorzitter en de vice-voorzitter tezamen. 1 De stichting wordt vertegenwoordigd door het bestuur dan wel door de VERTEGENWOORDIGING ARTIKEL 7 Het voorzitterschap en vice-voorzitterschap zal jaarlijks wisselen. aan, met dien verstande dat, indien het voorzitterschap wordt vervuld door één van de leden uit de werkgeverssector, het vicevoorzitterschap wordt Telkenjare wijst het bestuur uit zijn midden een voorzitter en vicevoorzitter bekleed door één van de leden uit de werknemerssector en omgekeerd. VOORZITTER ARTIKEL 6 voor bestuursleden, die benoemd zijn door de werknemerssector, zo dra zij ophouden in dienst te zijn van FNV, CNV Vakmensen dan wel VBZ dan wel van een lid van VBZ. Het bestuurslidmaatschap eindigt zijn door de werkgeverssector, zodra zij ophouden in dienst te zijn van 4 Het bestuurslidmaatschap eindigt voor bestuursleden, die benoemd De Unie. bepaalde, zo spoedig mogelijk voorzien. De nieuwgekozen leden en/of plaatsvervangende leden treden af op het tijdstip waarop het lid of het plaatsvervangend lid dat zij vervangen, zou zijn afgetreden. 3 In tussentijdse vacatures wordt, met inachtneming van het in artikel 4 baar. 2 Aftredende leden en plaatsvervangende leden zijn terstond herkies ZITTINGSDUUR ARTIKEL 5

23 respectievelijk hun plaatsvervangende bostuursleden aanwezig is. zamenlijke aanwezigo bestuursleden uit de werknemerssector. Is hot stuursleden uit de werkgeverssector evenveel stemmen uit als do ge let bestuursvergadering brengen de gezamenhijke aanwezige be ringon waar tenminste do heift plus één van do zittende bestuursleden 1 Do besluitvorming geschiedt bij meerderheid van stemmen, in vergade 9 d oventuele andore baton. c subsidies; b gokweokte renten; Fonds voor de Zoetwarenindustrie; doeld in artikel 6 van do collectieve arbeidsovereenkomst Sociaal a bijdragen van workgovers in do zoetwarenindustrie zoals worden be Hot vermogen van de stichting zal worden gevormd door: ARTIKEL 10 VERMOGEN tariaat. Hot bostuur wordt in do uitvoering van zijn taak bijgestaan door eon secce SECRETARIAAT ARTIKEL 9 respectievelijk hun plaatsvervangers, gonomon besluit staat golijk aan eon in een vergadering genomen besluit. 2 Eon schriftelijk met eenparigheid van stemmen van alle bestuursleden Bij staking der stem men wordt eon voorstel geacht to zijn verworpon. zig is. loden van die groep, waarvan het kleinste aantal ter vergadering aan wezig is, zoveel stemmen uit als overeenkomt met hot aantal loden van die groop, waarvan hot grootste aantal tet vorgadering aanwezig is. Elk werknemerssector even groot, dan brengt ieder lid van het bestuur één aantal ter vergadering aanwezige bestuursledon uit de werkgevers- en stem uit. Is het aantal tot vergadering aanwezige bestuursleden uit de der loden van de groep, waarvan hot grootsto aantal ter vergadering is, workgevers- en werknemerssector niet even groot, dan brengt elk der den van die groep, waarvan het kleinste aantal tot vergadering aanwe brengt aisdan zoveel stemmen uit als overeenkomt met het aantal lo ARTIKEL 8 STEMMING

24 woordelijkheid uitbesteden aan een administratie-orgaan. 2 Het bestuur kan de administratie van de stichting onder zijn verant ze belegd. ting. De gelden van de stichting worden door het bestuur op solide wij 1 Het bestuur is belast met het beheer van het vermogen van de stich Jo komstig de in artikel 2 vermelde bestedingsdoelen respectievelijk acti viteiten. Uit het versiag en de bijbehorende accountantsverklaring moet van artikel 2 zijn gedaan. blijken dat de uitgaven conform de activiteiten en bestedingsdo&en ling daarvan gedurende het boekjaar en is gespecificeerd overeen samenstelling van het vermogen van de stichting en van de ontwikke Het versiag dient een getrouw beeld te geven van de grootte en de 3 Het bestuur Iegt in het versiag rekenschap af van het gevoerde beleid. over de financiele toestand van de stichting vast. stuur een door een externe registeraccountant gecontroleerd versiag 2 Jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het boekjaar stelt het be 1 Het boekjaar van de stichting is gelijk aan het kalenderjaar. BOEKJAAR EN JAARSTUKKEN ARTIKELI3 doelen respectievelijk activiteiten. van de stichting dient bij het bestuur een begroting in te dienen, welke 2 Degene die een verzoek doet tot het ter beschikking stellen van gelden is gespecificeerd overeenkomstig de in artikel 2 vermelde bestedings zoetwarenindustrie aangeboden. De begroting is na de goedkeuring werkgevers en werknemers. pectievelijk activiteiten. Deze begroting wordt ter goedkeuring aan de partijen bij de Collectieve arbeidsovereenkomst Sociaal Fonds voor de van voormelde partijen beschikbaar voor bij de stichting betrokken ficeerd overeenkomstig de in artikel 2 vermelde bestedingsdoelen res I Het bestuur steft jaarlijks een begroting op, die is ingericht en gespeci BEGROTING ARTIKEL 12 BELEGGINGEN ARTIKEL 11

25 gen over de wijze, waarop de gelden zijn besteed, welke verkiaring ten minste moet zijn gespecificeerd volgens de in artikel 2 omschreven be deel moet uitmaken van het voormelde versiag. met certificerende bevoegdheid gecontroleerde verkiaring te overleg een door een registeraccountant of accountant-administratieconsulent stedingsdoelen respectievelijk activiteiten en een geintegreerd onder 11 De stichting is aangegaan voor onbepaalde tijd. TIJDSDUUR ARTIKEL 15 bepaalde in artikel 16 lid 1 van overeenkomstige toepassing. 4 Op de vaststelling, wijziging en opheffing van de regiementen is het te heffen. 3 Het bestuur is te alien tijde bevoegd de reglementen te wijzigen of op 2 De reglementen mogen niet met de wet of deze statuten in strijd zijn. wel ter nadete uitwerking van deze statuten. werpen worden geregeld, welke niet in deze statuten zijn vervat dan 1 Het bestuur is bevoegd reglementen vast te stellen, waarin die onder REGLEMENTEN ARTIKELf 4 betrekking heeft, in drievoud toegezonden aan het Ministerie van Sod binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, waarop het versiag ale Zaken en Werkgelegenheid. 7 Het verslag en de bijbehorende accountantsverklaring worden uiterlijk toegezonden, tegen betaling van de daaraan verbonden kosten. vraag aan de bij de stichting betrokken werkgevers en werknemers 6 Het verslag en de bijbehorende accountantsverklaring worden op aan versiag en de bijbehorende accountantsverklaring voor een ieder ter inzage bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. bij de stichting betrokken werkgevers en werknemers. Voorts ligt het Zaken en Werkgelegenheid aan te wijzen plaatsen ter inzage van de re van het secretariaat en op één of meer door de Minister van Sociale 5 Het versiag en de bijbehorende accountantsverklaring liggen ten kanto de stichting ter beschikking worden gesteld, dienen aan het bestuur 4 Degene(n) aan wie krachtens een besluit van hetbestuur gelden van

26 zonder dat in het bestuur enige vacature bestaat, doze statuten to wij karakter van do stichting mag aantasten. zigen met dien verstande dat een zodanige wijziging niet hot doel of ring, waarin alle bestuursleden aanwezig of vertegenwoordigd zijn, I Het bestuut is bevoegd door een eenstemmig besluit in een vergade 12 de liggen van hot doel van do ontbondon stichting. do stichting. Bedoelde bostemming zal zoveel mogelijk in het verleng 5 Hot bestuur geeft oen bestemming aan eon eventueel batig saldo van veel mogelijk van kracht. 4 Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van deze statuton zo dat van do ontbinding van de stichting inschrijving geschiedt in het re gister bedoeld in artikel 16 lid 4. 3 De voreffening geschiedt door de bestuurders. Zij dragon or zorg voor veroffening van haar vermogen nodig is. 2 Do stichting blijft na haar ontbinding voortbestaan voor zover dit tot eenkomstige toepassing. nemon besluit is het bopaalde in artikel 16 lid 1, eersto zin, van over 1 Het bestuur is bovoegd de stichting te ontbinden. Op het daartoe te ONTBINDING EN VEREFFENING ARTIKEL 17 baar register gehouden door do Kamers van Koophandel en Fabrieken. medo de gowijzigde statuten neer to leggen ten kantore van hot open 4 Het bestuur is verplicht een authontiek afschrift van de wijziging, als komen. 3 Do wijziging moot op straffe van nietigheid bij notariële akte tot stand wijzigingen van do statuten woordolijk zijn opgenomen, aan do be statuten moot een afschrift van het voorstol, waarin do voorgestolde stuursleden worden toegozondon. 2 Tegolijkertijd met de oproeping tot eon vergadering tot wijziging van do Fonds voor de zoetwarenindustrie. keuring van de partijen bij de collectieve arbeidsovereenkomst Sociaal Wijziging van de statuten kan slechts plaatsvinden na verkregen goed STATUTENWIJZIGING ARTIKEL 16

27 niet voorzien, beslist het bestuur. In alle gevallen, waarin zowel de wet, deze statuten als de reglementen SLOTBEPAUNG ARTIKEL 18 tenzij het bestuur een andere bewaarder heeft benoemd. wet voorgeschreven termijn berusten onder de jongste vereffenaar, 13 gegevensdragers van de ontbonden stchtng gedurende de door de 6 Na afloop van de vereffening blijven de boeken, bescheiden en andere

28 In dit uitvoeringsreglement wordt verstaan onder: doeld in artikel 1 en 2 van de CAO Sociaal Fonds voor de Zoetwaren industrie. I Dit uitvoeringsreglement is van toepassing op de werkgever als be ARTIKEL I DEFINITIES 14 pasta s; niet gevulde chocoladeartikelen, inclusief boterhamstrooisels en demassa of couverture verwerkt bij de vervaardiging van al of 8 fabrieksmatig cacaomassa, cacaopoeder, cacaoboter, chocola 7 fabrieksmatig dropartikelen vervaardigt; 6 fabrieksmatig suikerwerken vervaardigt; zamen een economische eenheid vormen. Onder diensten wordt verstaan: Inpakhandelingen, (technisch) onderhoud, verkoop, werkzaamheden en distributie; nemingen uitsluitend of in hoofdzaak diensten verleent en die te administratie, management- en beheeractiviteiten, schoonmaak 5 aan ëén of meer van de onder 1 tot en met 4 genoemde onder onder 1, 2 en 3; verwerkte grondstoffen, en/of de wijze van verwerking van de grondstoffen, vergelijkbaar zijn met de producten als vermeld 4 fabrieksmatig producten vervaardigt die naar de aard van de -wafels vervaardigt; 3 (met ingang van 31 december 2003) fabrieksmatig rijstkoeken en vulling; een vorm van samenvoeging (assemblage) van delen van de onder 1 genoemde producten, al dan niet met toevoeging van 2 fabrieksmatig de producten onder I genoemd vervaardigt door en wafels verwerkt, ongeacht de soort; toast, knäckebrod, biscuit, biscuitfiguren, koekjes, banket, koek I fabrieksmatig bloem en/of andere grondstoffen tot beschuit, a iedere onderneming in Nederland, die uitsluitend of in hoofdzaak: 2 Onderneming in de zoetwarenindustrie: UITVOERINGSREGLEMENT

29 bestu ur. 4 Werknemer: man of vrouw die met de werkgever een arbeidsovereen 6 Het bestuur: het in artikel 3 van de statuten van de Stichting bedoelde gevestigd te s-gravenhage. 5 De Stichting: de Stichting Sociaa Fonds voor de Zoetwarenindustrie, komst in de zin van artikel 7:610 Burgerlijk Wetboek heeft gesloten. drijft. 15 komen voot de rekening van de werkgever. vast te stellen wijze en tijdstippen - naar het oordeel van de Stichting nodig zijn ter berekening van de ver garen en verstrekken van de door de Stichting gewenste informatie niet, niet tijdig of onvolledig de benodigde gegevens aan de Stichting 4 De werkgever is verplicht aan de Stichting - schuldigd zal zijn. Bij niet tijdige betaling van de voorschottermijn wordt het gehele resterende bedrag van de voorschotnota direct opeisbaar. wordt vertekend met de bijdrage die de werkgever over dat jaar ver 3 Hetgeen terzake van voorschotbijdrage door de werkgever is betaald, Stichting te voldoen. binnen 14 dagen na dagtekening van de desbetreffende nota van de is verplicht de verschuldigde bijdrage of het verschuldigde voorschot op basis van een geraamde som van de bruto loonsom. De werkgever werkgever mede. De bijdragen kunnen in voorschot worden gevorderd 2 De Stichting deelt het te betalen bedrag der bijdrage schriftelijk aan de Stichting te voldoen. Fonds is gelijk aan een door het bestuur vast te stellen percentage van het loon als bedoeld in artikel 16 lid I van de Wet financiering sociale verzekeringen. De werkgever is verplicht jaarlijks de bijdrage aan de HOOGTE VAN DE BIJDRAGE ARTIKEL 2 de Zoetwarenindustrie. 8 CAD Sociaal Fonds: collectie arbeidsovereenkomst Sociaal Fonds voor 7 CAD: collectieve arbeideovereenkomst voor de Zoetwarenindustrie. bedoeld in lid 2-3 Werkgever: de natuurlijke of rechtspersoon die de onderneming - als 1 De hoogte van de bijdrage als bedoeld in artikel 6 van de CAD Sociaal de gegevens te verstrekken welke schuldigde bijdrage en het te vorderen voorschot. lndien de werkgever voorschot naar beste weten zelf vast te stellen. De kosten van het ver verstrekt, is de Stichting bevoegd de hoogte van de bijdrage of het op de door de Stichting

30 6 Boven en behalve de in het voorgaande lid bedoelde rentevergoeding is de werkgever in geval van nalatigheid verplicht op de eerste vorde Wetboek van het niet tijdig betaalde bedrag aan de Stichting verschul verleent. percentage als bedoeld in artikel 119 Jo 120 Boek 6 van het Burgerlijk ke ingaande maand verzuim wegens rentederving het wettelijk rente digd zijn, tenzij het bestuur daarvan geheel of gedeeltelijk ontheffing 16 voor - - voor bevoegdheid gecontroleerde verkiaring te overleggen en zo verant maanden, na de besteding van de gelden; waarop de subsidie betrekking heeft; gelijk, uiterlijk binnen vier maanden, na afsluiting van de periode en wel woording af te leggen omtrent de besteding van de ontvangen gelden, eenmalige subsidie: zo spoedig mogelijk, uiterlijk binnen vier periodieke subsidies: in ieder geval jaarlijks en zo spoedig mo teraccountant of accountant-administratieconsulent met certificerende eerde instelling aan het bestuur van de Stichting een door een regis 2 Ten behoeve van de in lid 1 genoemde subsidies, dient de gesubsidi worden meegezonden, alsmede een realisatieplan. 2 lid 2 van de statuten genoemde bestedingsdoelen of activiteiten, te achtergrondinformatie, planning en een begroting betreffende de be steding van de aangevraagde gelden, onderverdeeld naar de in artikel Bij de aanvragen voor projectsubsidies dient een projectomschrijving, diend. 1 Subsidieaanvragen dienen schriftelijk bij het bestuur te worden inge WERKWIJZE ARTIKEL 4 voorwaarden en op de wijze zoals in dit reglement omschreven. van de statuten genoemde activiteiten onder door het bestuur te stellen het geheel of gedeeltelijk financieren en subsidieren van in artikel 2 lid 2 De Stichting realiseert het in artikel 2 van de statuten genoemde doel door REALISERING DOELSTELLING ARTIKEL 3 minimum van 50 Euro. het verschuldigde zijn gemaakt. De buitengerechtelijke invorderings kosten worden gesteld op 15% van het verschuldigde bedrag, met een ring aan de Stichting te betalen alle kosten, welke ter invordering van ting op een door het bestuur vastgesteld tijdstip te voldoen, zal voor el 5 De werkgever die nalaat zijn financiële verplichtingen jegens de Stich

31 4 Het bestuur is bevoegd nadere voorschriften op te stellen waaraan de derdeel uitmaken van de financiële jaarrekening van de Stichting. waarop de subsidie betrekking heeft. ten en de projectbegroting. Deze verkiaring zal een geintegreerd on artikel 2 lid 2 van de statutengenoemde bestedingsdoelen of activitei 3 Deze verkiaring dient tenminste te zijn gespecificeerd volgens de in 17 a een schatting van de inkomsten; sten en uitgaven van de Stichting vast. De begroting omvat: ber een begroting voor het daaropvolgende kalenderjaar van inkom BEGROTING ARTIKEL 7 een instructie welke door het bestuur wordt vastgesteld. de administrateur wordt schriftelijk verstrekt. Bij deze opdracht behoort 2 De opdracht tot het voeren van administratiel en geldelijk beheer aan De kosten van dit beheer komen voor rekening van de Stichting. nistrateur. Als administrateur treedt op TKP te Groningen. stuur gevoerd door een daarvoor door het bestuur aan te wijzen admi ARTIKEL 6 ADMINISTRATEUR gerechtigd de betreffende gegevens naar beste weten te schatten. 2 Bij gebteke van de in het eerste lid bedoelde gegevens is het bestuur reglementen nodig acht. ken die het bestuur voor een goede uitvoering van de statuten en de VERPLICHTINGEN WERKGEVERS EN WERKNEMERS ARTIKEL 5 geen beroep worden ingesteld, onverlet de mogelijkheid een nieuwe aanvraag in te dienen. 5 Op beslissingen van het bestuur omtrent de subsidieaanvraag kan verantwoording dient te voldoen. bij de subsidieaanvraag mee te zenden begroting c.q. de schriftelijke mogelijk, uiterlijk binnen vier maanden, na aisluiting van het project - voor I De werkgevers en werknemers zijn verplicht alle gegevens te verstrek 1 Het administratief en geldelijk beheer wordt onder toezicht van het be 1 Het bestuur van de Stichting stelt jaarlijks uiterlijk in de maand decem projectmatige subsidies: in ieder geval jaarlijks en zo spoedig

32 van de daaraan verbonden kosten. trokken werkgevers en werknemers en wordt verzonden tegen betaling 2 De begroting is op aanvraag beschikbaar voor de bij de Stichting be d eventuele andere lasten. c de verwachte kosten van administratie en bestuur; 18 5 Het boekjaar is gelijk aan het kalenderjaar. gen betaling van de daaraan verbonden kosten. bij de Stichting betrokken werkgevers en werknemers toegezonden te 4 Het versiag en de accountantsverklaring worden op aanvraag aan de gelegenheid aan te wijzen plaatsen. aismede op één of meer door de Minister van Sociale Zaken en Werk administrateur, en van de betrokken CAO-partijen ter inzage gelegd, 3 Het verslag en de accountantsverklaring worden ten kantore van de bestedingsdoelen van artikel 2 van de statuten zijn gedaan. Uit de stukken moet blijken dat de uitgaven conform de activiteiten en 2 Het bestuur Iegt in het versiag rekenschap af van het gevoerde beleid. van dit versiag. artikel 2 van de statuten. Tevens maken de in artikel 4 lid 4 van deze over de financiële toestand van de Stichting vast. Ten blijke van de vaststelling worden deze stukken door de voorzitter en de vice voorzitter van de Stichting ondertekend. Dit verslag is ingericht en ge stuur een door een externe registeraccountant gecontroleerd versiag specificeerd overeenkomstig de activiteiten en bestedingsdoelen van reglementen genoemde verkiaringen een geintegreerd onderdeel uit I Jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het boekjaar stelt het be VERSLAG, REKENING EN VERANTWOORDING ARTIKEL8 2 van de statuten; b een schatting van de te financieren activiteiten als bedoeld in artikel