Dieetadvies na een antirefluxoperatie Heller-myotomie

Transcriptie

1 VOEDING & DIEET Dieetadvies na een antirefluxoperatie en na een Heller-myotomie ADVIES

2 Dieetadvies na een anti-refluxoperatie en na een Heller-myotomie U hebt een anti-reflux operatie of een Heller-myotomie gehad (we leggen verderop uit wat dat is). De komende tijd moet u uw voeding aanpassen. U begint met vloeibare/gemalen voeding, en daarna gaat u via zachte voeding weer langzaam over op normaal eten. In die periode moet u natuurlijk wel gezond (blijven) eten, en liefst ook met smaak. In deze folder vindt u adviezen en tips om u daarbij te helpen. De ingrepen Anti-refluxoperatie Bij de anti-refluxoperatie is er een soort manchet aan de bovenzijde van uw maag gemaakt. Hierdoor blijft de maag onder het middenrif en kan er geen maagzuur omhoog stromen naar de slokdarm. Om de manchet te beschermen, is het belangrijk dat u de eerste weken na de operatie uw voeding aanpast. Het verloop van het dieet De eerste week na de operatie moet u een vloeibare/glad gemalen voeding gebruiken. Daarna kunt u proberen het eten uit te breiden naar een zachte voeding. Als dat goed gaat, kunt u weer overgaan op normaal eten. Reken erop dat het minimaal 4-6 weken duurt voordat u weer alles zonder klachten kunt eten. Heller-myotomie Bij een Heller myotomie wordt het sluitspiertje tussen de slokdarm en de maag ingesneden om de voeding makkelijker te laten passeren. Ook bij deze ingreep moet u enkele weken een dieet volgen. Ongeveer 6 weken na de operatie komt u terug bij de chirurg op de polikliniek. Als u nog problemen met eten hebt, kunt u die tijdens dit bezoek bespreken. 1

3 Hebt u vóór die tijd vragen? Bel dan ons telefonisch spreekuur (zie bladzijde 4). Algemene richtlijnen Eet en drink rustig, kauw uw eten goed; neem de tijd voor de maaltijden; stop met eten of drinken zodra u een vol gevoel krijgt; te veel en te snel eten kan leiden tot braken; gebruik kleine maaltijden, goed verdeeld over de dag (bijvoorbeeld 3 hoofdmaaltijden en 3-4 tussenmaaltijden); drink ten minste 2 liter per dag. Tips voor het klaarmaken van een vloeibare/glad gemalen voeding U kunt het eten klaarmaken zoals u gewend bent, daarna maalt u het eten met een staafmixer of blender. Met melk, jus, room of bouillon kunt u het eten op de juiste dikte brengen. Hierna kunt u het eventueel zeven. Breng het eten op smaak met extra kruiden of specerijen en een sausje. Makkelijk in gebruik zijn pakjes saus of jus die in vele smaken verkrijgbaar zijn. Wissel hartige en zoete gerechten af. De meeste vloeibare gerechten zijn zoet, daarom is het prettig tweemaal per dag een hartige (warme) maaltijd te gebruiken. Varieer in het gebruik van warme en koude gerechten. De kleur van de gerechten moet u goed afwisselen. In een mixvoeding smaken (bijvoorbeeld) erwtjes, snijbonen, peultjes en sperziebonen bijna hetzelfde. Voegt u bietjes, worteltjes of bloemkool aan de mixvoeding toe, dan heeft dat veel invloed op de smaak. Zo kunt u variatie in de smaak aanbrengen. De hoeveelheid vloeibaar voedsel die u moet eten kan voor u te groot zijn, omdat er veel vocht aan is toegevoegd. Het kan dan nodig zijn het eten over de hele dag te verdelen. Voorbeeld van een vloeibaar dagmenu Ontbijt: een schaaltje pap, vla, yoghurt of kwark een glas vloeibaar drinkontbijt (b.v. Wake up, Goedemorgen of Fruitontbijt) Lunch: een kopje gemixte en gezeefde peulvruchtensoep, zoals erwten-, bruine bonen-, of linzensoep een schaaltje pap, vla, yoghurt of kwark Warme maaltijd: een mixvoeding: aardappelen, vlees en groente fijngemalen en gemengd (breng de mixvoeding op de juiste dikte met jus, room, melk en/of bouillon en voeg kruiden, specerijen en eventueel saus toe voor de smaak) of een potje kant-en-klare babyvoeding zonder grove stukjes (op smaak brengen met zout en kruiden) nagerecht: ijs, vruchtenmoes, vla, yoghurt, kwark of pap 2

4 Tussendoor: thee, koffie, vruchtensap, limonade, bouillon, melk, karnemelk, yoghurt, anijsmelk of chocolademelk, milkshake, ijs, vruchtenmoes (bijvoorbeeld fijngemalen banaan, peer, meloen, perzik of kiwi) een potje babyfruit Zachte voeding Bij een zachte/gemalen voeding is het volgende toegestaan: brood zonder korst, beschuit of crackers zonder pitten en zaden besmeerd met halvarine/margarine/ boter zacht beleg: kaas, smeerkaas, ei, zachte vleeswaren (zoals smeerworst, paté e.d.), pindakaas (zonder stukjes) of zoet beleg zacht vlees, b.v. rul gebakken gehakt, ragout, gestoofde of gebakken vis zonder graat, kip of omelet een portie jus of saus aardappelen, gekookt of als puree of rijst/deegwaren met veel saus gaar gekookte groenten evt. met een klontje boter of een sausje nagerecht: ijs, vla, yoghurt, kwark, pap of zacht fruit zonder schil thee, koffie, vruchtensap, limonade, bouillon, melk, karnemelk, yoghurt, anijsmelk of chocolademelk, milkshake zachte versnaperingen zoals: een biscuitje, kaneelbeschuitje, lange vinger, boterkoek, eierkoek, ongevulde cake/ ontbijtkoek, een zuurtje, pepermuntje of stukje chocolade dat u in de mond laat smelten Zorg voor een goede stoelgang Zorg ervoor dat na de operatie uw stoelgang zacht blijft. Voorkom dat u moet persen. Dit verhoogt de druk in uw buik en dat is ongunstig voor de genezing. U kunt uw stoelgang zacht houden door: voldoende te drinken minimaal 2 liter per dag; voldoende voedingsvezels te eten (voedingsvezels zijn onverteerbare delen in de voeding die er voor zorgen dat de ontlasting zachter wordt. Voedingsvezels zitten o.a. in havermoutpap, brintapap, vloeibaar drinkontbijt (zoals Wake up, Goedemorgen of Fruitontbijt), bruin- en volkorenbrood, volkorenbeschuit, volkorencrackers, volkorenbiscuitjes, fruit en vruchtensap, groente, aardappelen, zilvervliesrijst, volkoren deegwaren, peulvruchten en peulvruchtensoep); voldoende lichaamsbeweging te nemen (binnen uw mogelijkheden); naar het toilet te gaan wanneer u aandrang voelt. Als bovenstaande maatregelen niet voldoende helpen kan het nodig zijn medicijnen te gebruiken die de stoelgang stimuleren. Overleg hierover met uw huisarts of chirurg. Als u voor de operatie al een moeilijke stoelgang had, kunt u tijdens uw verblijf in het ziekenhuis al medicijnen krijgen in overleg met de arts. 3

5 Hoe blijft u op gewicht Vaak vallen patiënten na deze operatie een paar kilo af. Dit vormt meestal geen probleem. Wanneer u te veel afvalt (meer dan 3 kg in 1 maand óf meer dan 6 kg in 6 maanden) en u zich slap en moe voelt, kan de diëtist u aanvullende adviezen geven om uw gewicht op peil te houden. Omdat u dit dieet maar voor een korte tijd hoeft te volgen is het niet nodig aanvullende vitamines/mineralen te gebruiken. Mocht het opbouwen van de voeding langer dan 6 weken duren, dan kan aanvulling wel nodig zijn. Raadpleeg hiervoor uw diëtist. U kunt terecht op ons telefonisch spreekuur. Wij zijn bereikbaar op werkdagen van uur. Contactgegevens vindt u in het grijze adreskader achterin deze folder. Telefonisch spreekuur diëtist

6 St. Antonius Ziekenhuis T E patienteninformatie@antoniusziekenhuis.nl Spoedeisende Hulp Voeding & Dieet Locaties en bezoekadressen Ziekenhuizen St. Antonius Ziekenhuis Utrecht Soestwetering 1, Utrecht (Leidsche Rijn) Poliklinieken St. Antonius Polikliniek Utrecht Overvecht Neckardreef 6, Utrecht St. Antonius Ziekenhuis Nieuwegein Koekoekslaan 1, Nieuwegein St. Antonius Polikliniek Houten Hofspoor 2, Houten St. Antonius Spatadercentrum Utrecht-De Meern Van Lawick van Pabstlaan 12, De Meern 5

7 Meer weten? Ga naar Dit is een uitgave van St. Antonius Ziekenhuis DIE 24/05-11