NATIONAAL REGLEMENT EVENTING

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "NATIONAAL REGLEMENT EVENTING"

Transcriptie

1 K.B.R.S.F. Koninklijke Belgische Ruitersportfederatie vzw NATIONAAL REGLEMENT EVENTING Houba de Strooperlaan / B-1020 Brussel Fax 02 /

2 INHOUDSTABEL GEDRAGSCODE p. 04 VOORWOORD p. 05 HOOFDSTUK I ALGEMEENHEDEN Artikel 500 Inleiding p. 06 Artikel 501 Definitie p. 06 Artikel 502 Rangschikking p. 06 Artikel 503 Categorieën in nationale Eventingwedstrijden p. 07 Artikel 505 Deelname p. 07 Artikel 506 Reeksen en kwalificatie p. 08 Artikel 507 Voorwaarden voor deelname aan wedstrijden p. 10 Artikel 508 Onkostennota s voor officiëlen p. 10 Artikel 509 Voorprogramma's p. 10 Artikel 510 Inschrijvingen p. 10 Artikel 513 Startvolgorde p. 12 Artikel 514 Starttijden p. 12 HOOFDSTUK II ALGEMENE REGELS Artikel 515 Oefening en opwarming p. 13 Artikel 516 Toegang tot omloop en pistes p. 13 Artikel 517 Onderbrekingen en wijzigingen p. 13 Artikel 518 Keuringen en Onderzoek van de paarden p. 14 Artikel 519 Welzijn van paard en ruiter p. 14 Artikel 520 Slechte behandeling van de paarden, onverantwoord rijgedrag p. 14 Artikel 521 Kledij p. 15 Artikel 522 Optoming p. 17 Art. 522bis Overzicht betreffende uitsluiting p. 18 HOOFDSTUK III DRESSUURPROEF Doel en algemene omschrijving p. 20 Artikel 523 Regels voor de dressuurproef p. 20 Artikel 524 Proeven p. 21 Artikel 525 Piste p. 21 Artikel 526 Resultaten p. 21 HOOFDSTUK IV UITHOUDINGSPROEF Artikel 527 Doel en algemene omschrijving p. 23 Artikel 529 Regels voor de uithoudingsproef p. 23 Artikel 530 Omloop p. 25 Artikel 531 Hindernissen p. 25 Artikel 532 Berekening van de uitslag p. 26 Artikel 533 Omschrijving van de fouten p. 27 HOOFDSTUK V DE SPRINGPROEF Artikel 534 Regels voor de springproef p. 29 Artikel 535 Doel en algemene omschrijving p. 29 Artikel 537 Hindernissen p. 29 Artikel 538 Berekening van de resultaten p. 30 Artikel 539 Tijdsaanpassingen p. 30 2

3 HOOFDSTUK VI KALENDER EN VERPLICHTINGEN VAN DE INRICHTERS Artikel 540 Kalender p. 31 Artikel 541 Verplichtingen van het OC p. 31 HOOFDSTUK VII OFFICIËLEN VOOR NATIONALE EVENTINGWEDSTRIJDEN Artikel 548 Jurisdictie p. 33 Artikel 549 Verantwoordelijkheden van de officiëlen p. 33 Artikel 550 Benoeming van de wedstrijdofficiëlen p. 33 Artikel 551 Rechters p. 34 Artikel 552 Technisch Afgevaardigde (TD) p. 35 Artikel 553 Parcoursbouwer (PB) p. 36 BIJLAGEN Bijlage 1 Kwalificatiecriteria p. 38 Bijlage 2 Plan van dressuurpistes p. 39 Bijlage 3 Lijst van de dressuurproeven p. 41 Bijlage 4 Toegelaten neusriemen en bitten voor de dressuurproeven p. 42 Bijlage 5 Afstanden, maten van de hindernissen en snelheid p. 45 van de uithoudingsproef CNC Bijlage 6 Afstanden, maten en snelheid van de springproef p. 46 Bijlage 7 Handicapsysteem p. 47 Bijlage 8 Leeftijd, Handicap en Reeksen p. 49 Bijlage 9 Geldprijzen toepassing Artikel p. 49 Bijlage 10 Hindernissen en fouten in cross-country p. 50 Bijlage 11 Kwalificatie van deelnemers en paarden p. 53 Bijlage 12 Informatie betreffende de veiligheid p. 57 Bijlage 13 Equivalentie van de reeksen p. 58 Bijlage 14 Medisch-sanitaire dienstverlening p. 59 3

4 GEDRAGSCODE 1. In de gehele ruitersport staat het paard op de hoogste plaats. 2. Het welzijn van het paard is belangrijker dan de eisen van fokkers, trainers, ruiters, eigenaars, handelaars, organisatoren, sponsors en officiëlen. 3. Alle diergeneeskundige zorgen en behandelingen moeten de gezondheid en het welzijn van het paard waarborgen. 4. Altijd moet er de meeste aandacht besteed worden aan voeding, gezondheid, hygiëne en veiligheid van het paard. 5. Gedurende het vervoer van paarden moet voor een gezonde omgeving gezorgd worden en dienen maatregelen getroffen om goede ventilatie, regelmatige voeding en drank te waarborgen. 6. Het accent moet gelegd worden op verbetering van de trainingen en de beoefening van de paardensport, en ook op bevordering van wetenschappelijke studies in de paardengeneeskunde. 7. In het belang van het paard zijn de gezondheid en de bekwaamheid van de ruiter onontbeerlijk. 8. Elk type paardensport en elke trainingsmethode moet rekening houden met het paard als levend wezen en alle technieken uitsluiten die de FEI als een misbruik beschouwt. 9. De Nationale Federaties moeten doeltreffende controles uitvoeren opdat het welzijn van het paard geëerbiedigd wordt door alle personen en alle organen die onder hun bevoegdheid vallen. 10. De Nationale en Internationale paardensport-reglementen i.v.m. met de bescherming van het paard moeten geëerbiedigd worden niet alleen tijdens Nationale en Internationale wedstrijden, maar ook tijdens de trainingen. De wedstrijdreglementen moeten voortdurend aangepast worden teneinde het welzijn van het paard te verzekeren. 4

5 VOORWOORD 1. Dit reglement is vanaf 1 januari 2011 van toepassing op alle Eventingwedstrijden georganiseerd en gereglementeerd in België, onder de bescherming van de Koninklijke Belgische Ruitersportfederatie (KBRSF). Vanaf dat ogenblik zullen alle vorige publicaties van voornoemd reglement vervallen. 2. Dit reglement moet worden gezien in samenhang met het Nationaal Algemeen Reglement, het Nationaal Diergeneeskundig Reglement en de FEI Rules for Eventing. De artikelnummering werd volledig aangepast aan FEI versie Vermits daarvan niet alle artikels van toepassing zijn op nationale wedstrijden, komen die nummers hier niet voor. 3. Voor alle in dit reglement niet voorziene gevallen zal de terreinjury beslissingen nemen in een sportieve geest, zo dicht mogelijk aansluitend bij dit reglement en bij het Algemeen Reglement. 4. De Commissie - Eventingcommissie van de KBRSF OC - Organiserend Comité TD - Technische Afgevaardigde (Technical Delegate) 5. Het woord "paard" mag in dit reglement gelezen worden als "paard en/of pony" behalve waar te verstaan valt dat dit niet van toepassing is. 5

6 HOOFDSTUK I - ALGEMEENHEDEN Art. 500 : INLEIDING 1. Algemeen Een Eventingwedstrijd is de meest veelzijdige wedstrijd, zowel voor ruiter als voor paard. Van de ruiter wordt een doorgedreven kennis verwacht van alle ruitersportdisciplines, samen met een uitzonderlijke kennis van de mogelijkheden van zijn paard, evenals de juiste inschatting ervan. Al deze eigenschappen zullen het resultaat zijn van een weloverwogen, doorgedreven en gerichte training. 2. Verantwoordelijkheid Het is de verantwoordelijkheid van de deelnemer de reglementen te kennen en toe te passen. De aanstelling van een steward of een officieel al dan niet in het reglement voorzien, ontslaat hem geenszins van die verantwoordelijkheid. Door het vertrek te nemen aanvaardt hij ondubbelzinnig de omloop van elke proef die aanvangt. Art. 501 : DEFINITIE 1. De Eventingwedstrijd is onderverdeeld in drie afzonderlijke proeven, namelijk een dressuurproef, een uithoudingsproef en een springproef, tijdens dewelke de ruiter éénzelfde paard berijdt. Deze kennen hun verloop tijdens één, twee of drie opeenvolgende dagen. Volgens het aantal deelnemers kan een proef gesplitst worden. 2. Organisaties die een fase A (wegen en paden) in hun programma opnemen, kunnen de eventingreglementen van 2009 als richtlijn gebruiken. Strafpunten welke opgelopen worden tijdens fase A worden niet verrekend in het eindresultaat. Art. 502 : RANGSCHIKKING 1. De eindrangschikking wordt verkregen door het optellen van de strafpunten in de drie proeven. 2. Als eerste eindigt diegene die de minste strafpunten opgelopen heeft. 3. Ingeval van gelijkheid van punten bij twee of meerdere deelnemers wordt de rangschikking bepaald door : 1. het beste resultaat in de cross-country (hindernis- en tijdsfouten) 2. ingeval van nieuwe gelijkheid hij die de optimale tijd van de crosscountry het dichtst benadert 3. ingeval van nieuwe gelijkheid de deelnemer met het beste resultaat in de Springproef (hindernis- en tijdsfouten) 4. ingeval van nieuwe gelijkheid de deelnemer met de beste (snelste) tijd in de Springproef 5. indien er dan nog gelijkheid is blijft er een ex-aequo in de eindrangschikking. 4 In een Eventingwedstrijd mag een combinatie ruiter/paard de volgende fase niet starten indien zij uitgesloten was in de voorgaande proef. 6

7 5. Een algemene rangschikking voorziet voor elke reeks een beker voor de eerste en één prijs per vier starters in dressuur. Naast de beker voor de algemene rangschikking mag het OC in elke reeks, een beker voorzien voor de winnaar van de uithoudingsproef en/of voor de winnaar van de dressuurproef op voorwaarde dat zij de volledige wedstrijd beëindigen. 6. Voor minima aan geldprijzen zie Bijlage 9. Voor de ponyruiters zijn deze de minima aan : ofwel geldprijzen ofwel naturaprijzen voor eenzelfde waarde. 7. Indien op een wedstrijd geen proef voor pony s wordt ingericht kunnen ponyruiters met hun pony deelnemen aan de proef voor paarden van hetzelfde niveau (PL in B, PM in L, PZ in M). Zij dienen dan alle proeven af te leggen exact zoals de paarden. Art. 503 : CATEGORIEEN IN NATIONALE EVENTINGWEDSTRIJDEN 1. CNC Deze zijn meestal 1 of 2-daagse wedstrijden bestaande uit dressuur, uithouding en een springproef. De dressuurproef moet de springproef en de uithoudingsproef voorafgaan. 2. CCN Deze wedstrijd loopt over 2 à 3 dagen onder hetzelfde reglement als de CNC met de volgende uitzonderingen : de lengte van het crossparcours zal langer zijn dan dat van de CNC van hetzelfde niveau. De springproef moet na de cross gereden worden. Art. 505 : DEELNAME 1. Leeftijd der deelnemers. 1.1 Ponyruiters. Ruiters, die een pony rijden, vanaf het begin van het burgerlijk jaar waarin zij 11 jaar worden tot het einde van het burgerlijk jaar waarin zij 16 jaar worden. 1.2 Junioren. Ruiters vanaf het begin van het burgerlijk jaar waarin zij 14 jaar worden tot het einde van het burgerlijk jaar waarin zij 18 jaar worden. 1.3 Young riders. Ruiters vanaf het begin van het burgerlijk jaar waarin zij 16 jaar worden tot het einde van het burgerlijk jaar waarin zij 21 jaar worden. 1.4 Senioren. Ruiters vanaf het begin van het burgerlijk jaar waarin zij 18 jaar worden. 2. Buiten Klassement Geen enkele deelnemer mag "Buiten Klassement" deelnemen aan een nationale wedstrijd, behalve op uitzonderlijke beslissing genomen vóór de start van de wedstrijd door twee leden van de Eventingcommissie en dit enkel voor training- of selectie- doeleinden. 3. Kampioenschappen van België 3.1 Deze wedstrijden zijn enkel toegankelijk voor Belgische ruiters met een 7

8 door de KBRSF erkende licentie en voor paarden geïmmatriculeerd conform de bepalingen van het Huishoudelijk Reglement. De inschrijving moet door de ruiter bij zijn eigen liga (VLP of LEWB) gebeuren. 3.2 De Kampioenschappen van België mogen ingericht worden voor seniors, young riders, juniors, ponyruiters, jonge paarden (5-, 6- & 7- jarige) militairen en politie. Deze kampioenschappen kunnen verreden worden als CNC of CCN, of in het kader van een CCI of CIC. Voor ponyruiters kan dit alleen in de vorm van een CNC of CCN. 3.3 Deelnemers met de vereiste leeftijd en paarden, mogen deelnemen aan zowel pony, junior, young rider en senior kampioenschap, doch slechts aan één per kalenderjaar. 4. Deelname met meerdere paarden 4.1 In een Belgisch Kampioenschap van ruiters, mag een ruiter slechts één paard uitbrengen. In een Belgisch Kampioenschap van jonge paarden, mag een ruiter meerdere paarden uitbrengen, volgens Art In eenzelfde wedstrijd, mag een deelnemer in het totaal maximum 5 paarden inschrijven of uitbrengen bij een driedaagse, 4 bij een tweedaagse, en 3 bij een ééndaagse wedstrijd. Hij moet akkoord gaan met de door het OC bepaalde starttijden. In geval van overbelasting, of onmogelijkheid van timing, mag het OC deze aantallen verminderen, mits terugbetaling van de geannuleerde inschrijvingen. 5. Beker van België Een Beker van België mag slechts georganiseerd worden mits voorafgaande toestemming van de Commissie die ook het vraagprogramma zal goedkeuren. Art. 506 : REEKSEN EN KWALIFICATIES 1. Reeksen 1.1. Paarden : Reeks B (90) Reeks Bo (90) Reeks J (100) Reeks L (100) Reeks Lo (100) Reeks M (*) Reeks Z (**) Reeks Zo Vierjarige paarden mogen slechts in reeks B of Bo deelnemen (cfr. art ) Een paard dat een ruiter in niveau L wil uitbrengen en dat reeds hogere reeksen heeft uitgereden met een cross zonder hindernisfouten, moet ingeschreven worden in de reeks Lo : zelfde reglement als reeks L, met afzonderlijk klassement en facultatieve prijzen, maar zonder handicappunten. Het is niet verplicht steeds in deze reeks te blijven. 8

9 1.1.3 Wanneer een reeks B en/of L voorzien is, dient de organisator eveneens een reeks Bo en/of Lo te voorzien (zie en ) Wanneer er geen proef voor reeks Z voorzien is, mag het OC, voor alle paarden van reeks Z, een reeks Zo organiseren. Deze bestaat uit de dressuur- en springproeven van reeks Z, en de cross-omloop van reeks M. Er mag geen reeks Zo ingericht worden indien er geen reeks M in dezelfde wedstrijd is. Een paard van reeks M mag deelnemen in reeks Zo. Er zal een algemeen klassement met facultatieve prijzen zijn maar het resultaat geldt niet als kwalificatie voor internationale wedstrijden zoals bij reeks Z Pony's De schofthoogte van een pony is minimum 128 cm en maximum 148 cm, of 149 cm met hoefijzers (officieel attest van meting is beslissend) Reeks PL (90) Reeks PM (100) Reeks PZ (110) 2. Kwalificatie voor reeksen 2.1 In een hogere reeks starten In een hogere reeks starten is toegestaan indien de combinatie reeds 3x wedstrijden van een lager niveau heeft uitgereden met een cross zonder hindernisfouten of indien de combinatie voldoende ervaring kan aantonen Eenmaal een paard in een hogere reeks één wedstrijd heeft uitgereden met een cross zonder hindernisfouten wordt hij in die reeks bevestigd en punt 2.2 hieronder wordt van toepassing Een jong paard (reeks J) kan niet verplicht worden over te stappen naar een hogere reeks (M of Z) totdat hij de leeftijd van 7 jaar bereikt heeft. 2.2 In een lagere reeks starten Een paard mag slechts naar een lagere reeks teruggaan na schriftelijke toestemming van de Commissie (bv jongere, minder ervaren ruiter); deze toestemming moet schriftelijk aangevraagd worden Ruiters die tijdens het lopende seizoen of de twee voorgaande jaren reeks M, Zo of Z uitgereden hebben, mogen niet deelnemen in reeks B, maar moeten zich inschrijven in reeks Bo : zelfde reglement als reeks B, met afzonderlijk klassement en facultatieve prijzen. 3. Kwalificatie voor wedstrijden (nationale en internationale). Voor nationale wedstrijden is er een onderscheid tussen de kwalificatie van de ruiter en het paard. 3.1 Voor de leeftijdskwalificaties, zie Art. 505 (ruiters) en Bijlage 8 (paarden - nationale wedstrijden). 9

10 3.2 Voor de kwalificaties met betrekking tot ervaring voor nationale wedstrijden, zie Bijlage Voor het FEI-kwalificatiesysteem en normen, zie Bijlage 11. Deze kwalificaties zijn onderhevig aan revisie volgens beslissingen van de FEI en zijn ter informatie in dit reglement inbegrepen. Nationale kwalificaties aangaande deelname in internationale wedstrijden moeten behaald worden tijdens het jaar in kwestie of de 2 voorafgaande jaren. 4. Selectiecriteria 4.1 Over het algemeen, aanvaardt de Commissie de kwalificatiecriteria (zie Art ) als selectievoorwaarden. 4.2 De Commissie behoudt zich het recht voor om af te wijken van dit principe om een goed-gemotiveerde reden, bv een opgelegde beperking op het aantal aanvaarde inschrijvingen, prestaties geleverd in niet-federatie wedstrijden, recentelijke onvoldoende prestaties, lopende sancties, enz. Art. 507 : VOORWAARDEN VOOR DEELNAME AAN WEDSTRIJDEN 1. Nationale wedstrijden staan alleen open voor ruiters met een licentie en paarden met een immatriculatie conform het Huishoudelijk Reglement en het Algemeen Reglement, en voor LRV-ruiters, ingeschreven via het LRV-secretariaat. 2. Buitenlandse ruiters zijn toegelaten mits toestemming van hun federatie, conform de overeenkomsten tussen die federatie en de Belgische Liga's en conform het Algemeen Reglement van de FEI (t.t.z. mits bilaterale overeenkomst cfr NED, FRA, GER, ofwel mits weekendlicentie). Art. 508 : ONKOSTENNOTA S VAN OFFICIËLEN Het OC is verplicht de verplaatsingen en verblijfskosten te vergoeden zoals voorzien in het Algemeen Reglement. Art. 509 : VOORPROGRAMMA S Het voorprogramma van een nationale wedstrijd moet ten laatste 12 weken vóór de datum van de wedstrijd voorgelegd worden aan de Commissie. De Commissie keurt het goed of wijzigt het. Na goedkeuring of aanpassing wordt het overgemaakt aan de organiserende Liga die het voorprogramma publiceert. Art. 510 : INSCHRIJVINGEN De inschrijvingen moeten overeenstemmen met het officieel gepubliceerd voorprogramma. Zij worden definitief op de sluitingsdatum van de inschrijvingen. Voorts dienen volgende regels in acht genomen te worden : 1. Een paard mag slechts aan één reeks deelnemen per nationale wedstrijd. 10

11 2. Zijn gekwalificeerd om deel te nemen aan een bepaalde reeks, ruiter en paard, die op de sluitingsdatum van de wedstrijd aan de kwalificatiecriteria voldoen. 3. De inschrijvingen voor alle nationale eventingwedstrijden en de betaling van de inschrijving dient te gebeuren conform de reglementen van KBRSF en de Liga s. 4. De inschrijvingen dienen te gebeuren vóór de sluitingsdatum (meestal maandag 24 h) vermeld in het voorprogramma. Na sluitingsdatum zullen geen inschrijvingen meer aanvaard worden. Uitzondering Bij het niet-doorgaan van een internationale wedstrijd kan een ingeschreven combinatie nog inschrijven voor een nationale wedstrijd datzelfde weekend, tot uiterlijk de maandag vóór die wedstrijd (24 h). Zo ook kan een ruiter, die wegens kreupelheid van een paard niet kan deelnemen aan een internationale wedstrijd, nog tot die maandag met een ander paard inschrijven voor een nationale wedstrijd datzelfde weekend. 5. De deelnemerslijsten zullen op de website gepubliceerd worden vóór het einde van de week van de sluitingsdatum. Mogelijke vergissingen kunnen dan per fax of mail naar de Liga van de ruiter nog rechtgezet worden tot de maandag vóór de wedstrijd (24 h). 6. Inschrijvingen ter plaatse zijn niet mogelijk. 7. Annulaties zijn mogelijk tot de maandag vóór de wedstrijd (24 h). Nadien blijft het inschrijvingsgeld te betalen. Zij kunnen enkel doorgegeven worden aan de Liga bij dewelke de ruiter is aangesloten. 8. Enkel de volgende wijzigingen zijn toegestaan : met een ander paard (indien dit geïmmatriculeerd is) OF met een andere ruiter (indien deze in orde is met licentie). Wijzigingen kunnen vóór het begin van de wedstrijd enkel doorgegeven worden aan de Liga bij dewelke de ruiter is aangesloten. Wijzigingen ter plaatse zijn enkel mogelijk op het wedstrijdsecretariaat tot één uur vóór de eerste dressuurproef van de reeks waarin oorspronkelijk is ingeschreven. Voor elke wijziging is er een administratieve kost te betalen op het wedstrijdsecretariaat. Opgelet! a. Het inschrijvingsgeld blijft te betalen door de origineelingeschreven ruiter. De ruiters handelen dit onder elkaar af! b. De verandering gebeurt zonder aanpassing aan de start-orde of tijdschema van de reeks. c. Het licentie- of immatriculatienummer van de nieuwe ruiter of paard moet opgegeven worden bij melding van de wijziging. d. De gevraagde wijziging moet aan de kwalificatievoorwaarden van de reeks voldoen. e. Er mag maar één wijziging van ruiter OF paard zijn per combinatie ruiter/paard zoals bepaald op de sluitingsdatum van inschrijvingen (dus geen nieuwe combinatie). 11

12 9. Bij aankomst op de wedstrijd dient elke ruiter aan het wedstrijdsecretariaat zijn intentie om te starten te melden (confirmeren) en dit ten laatste 30 minuten vóór de gepubliceerde starttijd van zijn dressuurproef. Hij dient dan ook zijn rugnummer te ontvangen. 10. Elke proef die minder dan 4 inschrijvingen heeft, mag door het OC geannuleerd worden. Het OC is dan wel verplicht om onmiddellijk de ingeschreven ruiters te verwittigen. Art. 513 : STARTVOLGORDE 1. De startvolgorde, opgesteld door het OC, dient ten laatste 48 uur vóór de aanvang van de eerste proef meegedeeld te worden. 2. Wanneer de springproef plaatsvindt na de uithoudingsproef, mag de startorde van de springproef in omgekeerde volgorde van het klassement na de uithoudingsproef zijn. Art. 514 : STARTTIJDEN 1. De starttijden van de dressuurproef en van de uithoudingsproef moeten worden uitgehangen en/of ter beschikking gesteld van de deelnemers. 2. Het OC bepaalt deze uurroosters in samenspraak met de TD. 3. Het beginuur en het vermoedelijke einduur van de springproef per reeks worden aan de deelnemers kenbaar gemaakt. 12

13 HOOFDSTUK II - ALGEMENE REGELS Art. 515 : OEFENING EN OPWARMING 1. Bij aankomst op de wedstrijd, wordt aan elk paard een identificatienummer toegewezen, dat door het paard altijd zichtbaar moet gedragen worden wanneer het buiten zijn stal of vrachtwagen is. Het niet dragen van dit nummer leidt eerst tot een formele waarschuwing van de jury, en eventueel nadien tot een boete. 2. Tijdens dressuur- en springproef moet dit nummer, volgens het nationaal reglement van de betrokken discipline, door de ruiter en/of het paard gedragen worden. Tijdens de cross, moet de ruiter zijn nummer dragen in de gestandaardiseerde nummerdrager, die hijzelf moet aanschaffen. 3. Enkel de ruiter mag zijn paard werken. Een groom mag een paard in stap berijden, aan de hand of aan de longe werken, en enkel van de ene naar de andere plaats van de wedstrijd draven. Het is verboden, op straf van uitsluiting, minder dan 2 weken vóór de wedstrijd hindernissen van de cross-country te springen. Het is eveneens verboden de wedstrijdterreinen van de dressuur- of de springproef te betreden. 4. Oefenterreinen moeten ter beschikking zijn van de ruiters. Het OC stelt de deelnemers op de hoogte van de plaats en de uren van toegankelijkheid. Enkel de oefenhindernissen van het OC mogen gebruikt worden. Ze moeten gevlagd zijn. De oefenhindernissen mogen in geen enkele dimensie die van de proef overschrijden, behalve voor de springproef waar de hoogte 10 cm meer mag zijn. 5. Stewards zullen door het OC aangeduid worden om toezicht te houden op de oefenterreinen. Art. 516 : TOEGANG TOT OMLOOP EN PISTES 1. Dressuurpiste Eenmaal de proef begonnen, is het op straf van uitsluiting verboden de dressuurpiste te voet te betreden. 2. Parcours van de uithoudingsproef Na aanvaarding door de terreinjury is het toegelaten het parcours te voet te verkennen, voordien is het op eigen risico. 3. Springproef De omloop zal open staan ter verkenning te voet ten laatste 20 minuten voor de aanvang van de eerste springproef. Voor de volgende proeven, zal de terreinjury beslissen over de duur van de verkenningsperiode in functie van de algemene tijdsplanning van de wedstrijd. Art. 517 : ONDERBREKINGEN EN WIJZIGINGEN De timing kan onderbroken worden voor onvoorziene situaties. Zo nodig kan het begin van een proef of een fase vervroegd, uitgesteld of geschrapt worden. De beslissing wordt genomen door de terreinjury in samenspraak met de Technische Afgevaardigde (TD). In geval van onderbreking zullen de betrokken ruiters van deze toestand op de hoogte worden gebracht. 13

14 Na de officiële verkenning van de cross is het mogelijk dat zich wijzigingen voordoen tengevolge uitzonderlijke toestanden (zware regenval, grote hitte, enz...). De beslissing wordt genomen door de terreinjury. Vóór het aanvangen van de fase of de proef zal de aankondiging gebeuren op het officieel uithangbord. Zo nodig zal een Officieel bij de start en eventueel op de plaats van de wijziging aanwezig zijn om de ruiters te verwittigen. Art. 518 : KEURINGEN EN ONDERZOEK VAN DE PAARDEN Gedurende de ganse wedstrijd kan de terreinjury een keuring of onderzoek bevelen of uitvoeren. Tevens heeft de terreinjury het recht en de plicht elk paard uit te sluiten dat naar zijn oordeel mank is, of niet meer in staat is de wedstrijd voort te zetten. Art. 519 : WELZIJN VAN PAARD EN RUITER 1. De controle op geneesmiddelen moet uitgevoerd worden volgens de beschikkingen van het Algemeen Reglement, het Nationaal Reglement Dierengeneeskunde, en de FEI Veterinary Regulations. 2. Elke ruiter moet na een val onderzocht worden door de officiële dokter alvorens hij het wedstrijdterrein verlaat of met een ander paard start. Bij een val van het paard moet het paard door de officiële veearts onderzocht worden. De ruiter is zelf verantwoordelijk om ervoor te zorgen dat deze onderzoeken plaatsgrijpen. 3. Indien de ruiter een ongeval heeft waarbij hij tijdelijk bewusteloos was, dan zal hij automatisch uitgesloten worden voor verder deelname aan de wedstrijd. 4. Een ruiter die, tengevolge van een ongeval op een wedstrijd, naar het ziekenhuis wordt overgebracht voor onderzoek of behandeling, mag de start van een volgende proef enkel nemen op eigen verantwoordelijkheid. Hij zal aan de Voorzitter van de Terreinjury de medische stukken voorleggen die zijn bekwaamheid tot voortzetting van de wedstrijd bevestigen. Niettemin is de Voorzitter van de Terreinjury, na overleg met de wedstrijddokter, gerechtigd hem een volgende start te ontzeggen. Dezelfde procedure zal gevolgd worden zo de ruiter wenst deel te nemen aan een andere wedstrijd binnen de maand na zijn ongeval. Art. 520 : SLECHTE BEHANDELING VAN DE PAARDEN EN ONVERANTWOORD RIJGEDRAG (zie Algemeen Reglement Art. 127) 1. Slechte behandeling kan worden omschreven als het bewust veroorzaken van ongewenste pijn of ongemak bij een paard. Bij wijze van voorbeeld kunnen de volgende handelingen als daden van slechte behandeling worden beschouwd : - het overdadig slaan van een paard. - het gebruik op een paard van eender welk toestel dat elektrische ontladingen veroorzaakt. - het overdadig gebruik maken van sporen en het langdurig, buitensporig en hardhandig trekken aan het bit. - het berijden of pogen te berijden van een paard dat tekenen van uitputting vertoont, kreupel of gekwetst is. 14

15 - barreren van een paard op het wedstrijdterrein of daarbuiten. - het overgevoelig maken van eender welk lichaamsdeel van een paard. - een paard achterlaten zonder voedsel, water of beweging. - onverantwoord rijgedrag (zie Art en 4). - bloed in de mond van het paard. 2. De gevallen van slechte behandeling gemeld door officiëlen of door ieder ander persoon, moeten indien mogelijk vergezeld zijn van een schriftelijke verklaring van één of meerdere getuigen of van andere bewijzen, die aan de terreinjury moeten afgegeven worden. De gevallen opgemerkt na het einde van de wedstrijd moeten aan de Secretaris Generaal van de KBRSF overgemaakt worden. 3. Iedere ruiter is verplicht tijdens wedstrijden op een verantwoorde manier paard te rijden. Indien de ruiter door zijn rijgedrag onnodige risico's neemt voor zichzelf of voor zijn paard, indien hij onnodige risico's veroorzaakt aan andere ruiters, andere paarden, officiëlen of derden, zal dit aanzien worden als onverantwoord rijgedrag. Uit eigen beweging of als reactie op een klacht, zal de Terreinjury sancties opleggen zoals voorzien in Art van het Algemeen Reglement en/of volgens Art , in geval zij het rijgedrag als onverantwoord beoordeelt. Bij wijze van voorbeeld kan de volgende handeling als onverantwoord rijgedrag worden beschouwd : het springen van een hindernis, die voor een hogere reeks bestemd is. 4. Indien de Terreinjury het rijgedrag van een ruiter als onverantwoord beoordeelt zal hem/haar voor die wedstrijd geen enkele kwalificatie voor een hogere reeks of internationale wedstrijd toegekend worden. Art. 521 : KLEDIJ 1. Beschermend hoofddeksel. Vanaf aankomst op het wedstrijdterrein, is het onder alle omstandigheden steeds verplicht een beschermend hoofddeksel te dragen wanneer men een paard berijdt. Iedereen die een hindernis neemt met een paard, is verplicht een helm te dragen die voldoet aan de opgelegde Europese (EN) of Britse (PAS) normen (zie Bijlage 12 voor bijkomende informatie). Het NIET dragen van een reglementaire helm tijdens het rijden of springen van eender welke hindernis of het dragen van een helm waarvan de kinriem niet conform, niet aansluitend aan de kin of los is, heeft de uitsluiting tot gevolg en dit volgens beslissing van de Terreinjury. 2. Zweep De rijzweep (maximum 1,20 m voor de reeksen B, Bo, J, L, Lo en maximum 1,00 m voor de reeksen PL en PM) wordt toegelaten voor de dressuurproeven voor de reeksen B, Bo, J, L, Lo, PL en PM. 2.2 Voor de reeksen M, Zo, Z en PZ is het verboden op straf van uitsluiting een rijzweep te gebruiken bij de dressuurproef. 2.3 Het gebruik ervan is toegelaten in de paddock, onafhankelijk van de reeks waarin men rijdt. 15

16 2.4 Wanneer een zweep gebruikt wordt in de uithouding of springproef, of tijdens de oefening of opwarming ervoor, mag deze niet langer zijn dan 75 cm en niet verzwaard op het uiteinde. 3. Sporen 3.1 De sporen moeten uit glad metaal vervaardigd zijn. De punt mag niet langer zijn dan 3.5cm (maximum 1.5cm voor pony ruiters PL en PM), zonder wieltjes en naar achter gericht. De sporen zijn vanaf de laars gemeten. Het uiteinde moet afgerond zijn. Indien de punt gebogen is, moeten de sporen zodanig gedragen worden dat de punt naar beneden is gericht. Metalen sporen met ronde knop uit hard plastic zijn toegelaten ( Impuls -sporen). Dummy -sporen zonder enig uitsteeksel zijn eveneens toegelaten. 3.2 In alle uithoudings- en springproeven zijn sporen facultatief, alsook in de dressuurproef voor alle reeksen behalve M, Z, Zo. 3.3 In de dressuurproef voor reeksen M, Z, Zo zijn sporen zoals bepaald in 3.1 hierboven verplicht, en zijn sporen met wieltjes toegestaan, maar die moeten rond, glad, zonder puntjes van gelijk-welke-vorm zijn en ze moeten vrij kunnen ronddraaien. 4. Laarzen De rijlaarzen moeten zwart zijn, mogelijk met bruine boord, of bruin, hetzij hoge laarzen uit één stuk, hetzij bottines met bijpassende gladlederen lange beenstukken (chaps) van dezelfde kleur. Op de laarzen is een gekleurde strip toegestaan. 5. Dressuurproef. Militairen : dienstuniform met handschoenen, diensthoofddeksel. Burgers : jachtkledij of kledij van de rijvereniging, wit hemd en witte das, handschoenen, witte of lichtbeige rijbroek, rijcap of hoge hoed, zwarte laarzen of bottines met chaps. 6. Uithoudingsproef. Een lichte kledij is toegelaten. Is verplicht : de helm, zoals in Art bepaald, rijlaarzen of bottines met chaps, een rugbeschermer (zie Bijlage 12 voor bijkomende informatie) en een rugnummer. 7. Springproef. Militairen : idem dressuur Burgers : idem dressuur Handschoenen zijn niet verplicht, en laarzen zoals voorzien in Art Steeds is de helm, zoals in Art bepaald, verplicht, evenals het nummer zoals in Art. 515 bepaald. Verkenning van de omloop in voornoemde kledij. 8. Pony's Voor ponyruiters zijn jodhpurs toegelaten in alle proeven. 9. Prijsuitreiking De ruiter dient in correcte kledij te zijn, zoals voor dressuur of 16

17 springproef, uitzonderlijk in correcte crosskledij. Art. 522: OPTOMING 1. Oefenpistes. Zijn verplicht : Engels type zadel en elke vorm van hoofdstel, inclusief stang en trens, trens, ophaaltrens of hackamore. Losse martingale (enkel met een trens), Ierse martingale, rubber rond of aan het bit, beenbeschermers, bandages, neus- of oorbeschermers tegen vliegen, zadelovertrekken zijn toegestaan. Enkelvoudige bijzetteugels, Duitse teugels en chambon zijn enkel toegestaan tijdens het longeren (met één longe-lijn). Andere martingales en elke andere soort van beteugeling (vaste teugels, slofteugels enz.) en elke vorm van oogbescherming zijn verboden op straffe van uitsluiting 2. Dressuurproef. 2.1 Zijn verplicht : Engels zadel met toegelaten hoofdstel : neusriem met toegelaten trens. Stang-trens is enkel toegestaan in reeksen Zo en Z. 2.2 Een toegelaten stang-trens bestaat uit een gewone (of Engelse) neusriem (bijlage 4a.1), met één van de trenzen (bijlage 4b.1-4) en één van de stangen (bijlage 4b.5-10), en eventueel een kinketting met of zonder rubberen of lederen beschermer, of een wouwelriempje (bijlage 4b.11-14). - de trens mag van metaal zijn of stevig plastic, en mag bekleed zijn met rubber; de trens mag niet van buigzaam plastic of rubber zijn. - de hefbomen van de stang mogen niet langer zijn dan 10 cm. 2.3 Een toegelaten enkele trens bestaat uit één van de neusriemen (bijlage 4a.1-4), met één van de trenzen als in bijlage 4c. - bij een gekruiste (of Mexicaanse) neusriem mag een stuk schaapsvacht onder de kruising de neus van het paard beschermen - de trens mag van metaal zijn of stevig plastic, rubber of leder. - alle mondringen en knevels zijn toegelaten met alle bitten van bijlage 4b en c. 2.4 Algemeenheden : - De neusriem moet van leder zijn, en mag slechts zodanig aangespannen zijn dat het paard niet gekwetst wordt. - Alle onderdelen in de mond van het paard moeten glad en afgerond zijn. - De diameter van de ringen van bit of trens moet zodanig zijn dat het paard niet gekwetst wordt. - Een borsttuig is toegelaten. - Zijn verboden op straf van uitsluiting : martingale en alle hulpteugels, beenbeschermers, bandages, oogkleppen, rubberen bitschijven, oorbeschermers, oordopjes, blinkers (inbegrepen schapenvacht opzij aan het hoofdstel), neusnetjes en zadelovertrekken. In uitzonderlijk geval kan de terreinjury oorbeschermers toelaten (vliegen). 3. Uithoudingsproef en Springproef. 17

18 3.1 De aard van de optoming is naar keuze maar het paard moet een bit of hackamore dragen. Een ophaaltrens en een hackamore zijn toegelaten alsook een glijdende martingale zonder stop-systeem. De teugels dienen bevestigd te zijn aan het bit of rechtstreeks aan de stang-en-trens, bij een hackamore rechtstreeks aan de hefboom. De stijgbeugelriemen moeten vrij hangen en aan de buitenkant van de zadelflap. 3.2 Zijn verboden : - alle vormen van oogkleppen (inbegrepen schapenvacht opzij aan het hoofdstel), vaste teugels, slofteugels, bijzetteugels; - alle middelen die de tong van het paard vastmaken; - elk bit of gedeelte van de optoming dat het paard zou kunnen kwetsen. Art. 522bis : OVERZICHT BETREFFENDE UITSLUITING Uitsluiting betekent dat de deelnemer met zijn paard niet meer verder aan de wedstrijd mag deelnemen. De terreinjury kan overgaan tot uitsluiting in o.a. de volgende gevallen : 1. Op elk ogenblik tijdens de wedstrijd 1.1 zijn paard, anders dan op stap met lange teugels, door iemand anders laten berijden, tenzij de groom volgens Art vóór de proef, de dressuur- of springpiste te paard betreden. 1.3 vóór de proef in de nabijheid van de hindernissen van de uithoudingsproef een paard berijden. 1.4 oefenhindernissen springen die niet gevlagd zijn. 1.5 oefenhindernissen in de tegengestelde richting springen. 1.6 oefenhindernissen springen die buiten de toegestane afmetingen zijn. 1.7 oefenhindernissen springen buiten de door het OC vastgestelde uren. 1.8 te voet de dressuurpiste betreden na het begin van de wedstrijd. 1.9 de piste van de springproef verkennen wanneer deze gesloten is slechte behandeling van het paard oefenen met een niet toegelaten optoming of met niet toegelaten hoofddeksel of sporen onverantwoord rijgedrag. 2. Tijdens de dressuurproef 2.1 De terreinjury kan de deelnemer uitsluiten in volgende gevallen : o.a. 18

19 - verboden hulp van derden ontvangen. 2.2 De terreinjury moet verplicht de deelnemer uitsluiten in volgende gevallen : o.a. - de proef uitvoeren met een verkeerde optoming of met een niet toegestane rijzweep of sporen. - uitgesproken kreupelheid. - verzet van meer dan 20 sec. 3. Tijdens de uithoudingsproef. 3.1 Volgens het oordeel van de jury o.a. - een hindernis nemen of trachten te nemen zonder beschermend hoofddeksel met vastgemaakte kinriem. (Art. 521) - vrijwillig hinderen van een andere deelnemer of de richtlijnen van de officiëlen om een andere deelnemer te laten voorgaan niet naleven. (Art. 529) - verplichte doorgangen in tegengestelde richting nemen zonder te herstellen. - hulp van derden. 3.2 Verplichte uitsluiting o.a. - manken of uitputting. - slechte behandeling van het paard. (Art. 520) - deelnemen aan proeven met niet toegestane optoming of kledij. (Art. 521 en 522) - vergissing in de omloop. - het niet nemen van een hindernis of een verplichte doorgang - het nemen van een hindernis of een verplichte doorgang in een onjuiste volgorde - het nemen van een hindernis in tegengestelde richting - het nemen van een reeds genomen hindernis. 19

20 HOOFDSTUK III - DRESSUURPROEF DOEL EN ALGEMENE OMSCHRIJVING De dressuur heeft tot doel het paard harmonieus te ontwikkelen en zijn specifieke kwaliteiten naar voren te brengen. Als rechtstreeks gevolg van de dressuur zal het paard niet alleen kalmer, soepeler, doorlaatbaarder en onafhankelijker worden, maar ook meer vertrouwen krijgen en zijn oplettendheid aanscherpen zodat het in harmonie kan samenwerken met zijn ruiter. Art. 523 : REGELS VOOR DE DRESSUURPROEF 1. Behalve bij specifieke in dit reglement aangehaalde gevallen is het dressuurreglement CDN van toepassing. 2. Alle internationale proeven dienen uit het hoofd gereden te worden (reeksen M, Zo, Z en PZ). 3. De terreinjury zal iedere combinatie bestraffen die de piste niet betreedt binnen de 45 seconden na het belsignaal (Art ). 4. De proef begint bij het betreden van de ring in A en eindigt na de groet op het einde van de proef. 5. Tijdens het groeten moeten de ruiters de teugels in één hand houden, en met de andere hand een goed zichtbare groet uitvoeren. 6. Iedere uit te voeren beweging van de proef zal aanvangen wanneer de romp van de ruiter ter hoogte van het aangegeven punt komt. 7. Bij uitgesproken kreupelheid zal de juryvoorzitter in samenspraak met andere juryleden de deelnemer uitsluiten door een belsignaal. Deze beslissing is zonder beroep. 8. Wanneer een paard de piste met de vier benen verlaat tussen het moment van het binnenkomen en het einde van de proef, is de combinatie uitgesloten. 9. Ieder verzet van het paard tijdens de proef van meer dan 20 sec. heeft uitsluiting tot gevolg. 10. Maakt de deelnemer een fout in het parcours dan waarschuwt de juryvoorzitter met een belsignaal. Indien nodig duidt de juryvoorzitter de plaats aan waar de proef dient hernomen te worden en wat de volgende beweging zal zijn die moet worden uitgevoerd. Hij laat dan de deelnemer alleen verder gaan. In sommige gevallen nochtans, daar waar een deelnemer een fout begaat en de bel onnodig het verloop van de uitvoering zou kunnen storen, kan de juryvoorzitter beslissen dat hij niet belt. 11. Maakt de deelnemer een fout in de uitvoering (vb. lichtrijden i.p.v. doorzitten, teugels niet in één hand bij de groet, enz...) dan moet dit bestraft worden zoals een fout in het parcours. 12. Principieel is het niet toegelaten een beweging van de proef te hernemen, tenzij de juryvoorzitter beslist dat het om een vergissing in 20

21 het parcours gaat en belt. Wanneer een deelnemer voor de tweede maal eenzelfde beweging uitvoert dan zal de jury alleen de eerste uitvoering waarderen en de punten voor een vergissing in het parcours aftrekken. 13. Elke tussenkomst van buiten (stem, tekens, enz..) wordt beschouwd als hulp van derden voor ruiter en/of paard en kan de uitsluiting tot gevolg hebben. Art. 524 : PROEVEN De dressuurproeven zijn vastgelegd door de Commissie en variëren per reeks en soms per wedstrijd. Ze zijn gepubliceerd en beschikbaar bij de KBRSF (o.a. website De in een bepaalde wedstrijd te rijden proeven worden in het desbetreffende voorprogramma vermeld. Art. 525 : PISTE De piste dient vlak te zijn, op gras of zand, met afmetingen 20 x 60 m. Alleen de proeven voor de reeksen B, Bo, J, L, Lo, PL en PM mogen op een piste van 20 x 40 m verreden worden. Indien de piste bij A open blijft zal zij door de jury als gesloten worden beschouwd. Iedere jury dient over een overdekte tribune te beschikken, indien mogelijk 50 cm hoger gelegen dan de piste en ongeveer 5 m ervan verwijderd. Er mag eventueel ook vanuit een auto gerecht worden. De Voorzitter zit in C, de andere juryleden bij voorkeur in B of E, ofwel in H of M (bij 2 juryleden), en bij voorkeur in H en B of M en E, ofwel in H en M (bij 3 juryleden). Art. 526 : RESULTATEN 1. Punten. 1.1 De jury geeft punten van 0 tot en met 10 voor iedere genummerde rubriek afzonderlijk en op het einde voor de algemene beoordeling. 1.2 De fouten worden als volgt bestraft : - 1ste maal - 2 punten - 2de maal - 4 punten - 3de maal - uitsluiting Het onderstaande wordt als fout beschouwd : - fout in het parcours - de piste binnenkomen met een zweep voor zover niet toegestaan in Art de piste langer dan 45 sec na het belsignaal betreden - de piste betreden vóór het belsignaal 1.3 Wanneer een paard en/of ruiter valt tijdens een proef, zal hij niet uitgesloten worden. Hij zal bestraft worden voor de invloed van de val op de uitvoering van de bezig zijnde beweging en in de algemene beoordeling. 1.4 Na een uitsluiting mag de combinatie zijn proef vervolgen en zal de jury verder punten geven ter informatie. 21

22 1.5 Een combinatie ruiter/paard wordt uitgesloten indien zij 90 of meer strafpunten kreeg. 2. Berekening van de resultaten. 2.1 De toegekende punten (0 10) voor de rubrieken en de algemene beoordeling worden samengeteld en de strafpunten voor eventuele fouten in het parcours ervan afgetrokken. 2.2 De procentuele goede punten voor elk jurylid worden berekend door het delen van het in 2.1 berekend totaal door de maximum haalbare punten, te vermenigvuldigen met 100, af te ronden tot 2 plaatsen (decimaal), d.w.z. 5 of meer naar boven, anders naar onder. 2.3 De gemiddelde procentuele goede punten voor de ruiter worden berekend door het samentellen van de in 2.2 berekende totalen van elk jurylid, te delen door het aantal juryleden, af te ronden tot 2 plaatsen (decimaal). 2.4 De totale strafpunten voor de ruiter worden berekend door het aftrekken van het in 2.3 berekend percentage van 100, te vermenigvuldigen met 1.5 en af te ronden tot 1 plaats (decimaal). 22

23 HOOFDSTUK IV - UITHOUDINGSPROEF Art. 527 : DOEL EN ALGEMENE OMSCHRIJVING In een CNC of CCN is het doel van deze proef de vorming en de ontwikkeling van het paard en de ruiter naar internationale wedstrijden toe. In een CNC of CCN is er alleen fase D. Art. 529 : REGELS VOOR DE UITHOUDINGSPROEF 1. Start. 1.1 In de fase D staan de deelnemers onder toezicht van een starter. Het paard moet niet onbeweeglijk stil staan, maar er mag geen sprake zijn van een vliegende start. De deelnemer wordt op de hoogte gebracht van een nakende start, het is aan hem om tijdig klaar te zijn om te starten. 1.2 Om de taak van de starter te vergemakkelijken wordt een startbox van ± 5m bij 5m voorzien. De voorkant is open voor de start van het paard. Er is een opening aan één of beide zijkanten waarlangs het paard binnen kan. De ruiter moet zijn start nemen van binnen in de startbox maar daarvóór mag hij binnen en buiten de startbox circuleren zoals hij het wenst. 1.3 Een helper te voet mag een paard in de startbox vasthouden tot het startteken. Indien te vroeg wordt gestart, zal de tijd starten bij het overschrijden van de startlijn. 1.4 Wanneer een deelnemer om gegronde redenen niet op tijd kan vertrekken, kan de starter hem toch laten starten als er geen gevaar is om de volgende deelnemer te hinderen. Zijn tijd zal opgenomen worden alsof hij op het voorziene uur zou vertrokken zijn. 2. Tijd. 2.1 De optimale tijd is de tijd die nodig is om de bepaalde afstand af te leggen tegen de bepaalde snelheid. De tijd wordt opgenomen vanaf het ogenblik dat de starter het startteken geeft, tot de deelnemer de aankomstlijn overschreden heeft. De tijd wordt opgenomen in volle seconden d.w.z sec is 31 sec. Strafpunten worden aangerekend volgens Art en De limiettijd is het dubbele van de optimale tijd. 3. Fouten in het parcours. Alle verplichte doorgangen en alle hindernissen moeten in de goede volgorde genomen worden. 4. Gang en voet aan de grond zetten. 4.1 Tussen het vertrek en de aankomst mogen de deelnemers vrij hun gang kiezen. Ze moeten alle rood-witte afbakeningsvelden te paard overschrijden. Afstijgen bij een overschrijdingspoging van een hindernis, vrijwillig of niet, wordt bestraft als een val of eventueel als een weigering én een val. Overal elders op het parcours mogen de deelnemers afstijgen zonder bestraffing. Afstijgen wordt steeds bestraft als een val, behalve als de ruiter tussen de hindernissen vrijwillig voet aan de grond zet om zijn paard, optoming of uitrusting na te zien. 23

24 4.2 Vanaf de voorlaatste hindernis tot de aankomstlijn, moet het paard in een rechte lijn galopperen; zoniet worden er extra strafpunten aangerekend volgens Art Inhalen. Een deelnemer die op het punt staat voorbij gestoken te worden door een achtervolger, moet zo vlug mogelijk doorgang verlenen. 6. Deelnemer in moeilijkheden. 6.1 Wanneer op een hindernis een paard zodanig in moeilijkheden is dat het zich zou kunnen kwetsen of dat het zijn wedstrijd niet zonder hulp zou kunnen verderzetten, zal de hindernisrechter de deelnemer verplichten af te stijgen, en zal de combinatie uitgesloten worden. 6.2 De hindernisrechter zal beslissen de hindernis gedeeltelijk te ontmantelen of externe hulp in te roepen om het paard uit zijn onfortuinlijke positie te halen. 7. Stoppen van een deelnemer. Indien een hindernis versperd is door een deelnemer in moeilijkheden, indien een hindernis ontmanteld is om een gevallen paard te bevrijden, indien een hindernis ernstig beschadigd is en nog niet hersteld, of in andere gelijkaardige omstandigheden, moeten de volgende deelnemers gestopt worden door middel van een rode vlag. Indien de rode vlag genegeerd wordt, kan de deelnemer door de terreinjury uitgesloten worden. De duur van het oponthoud wordt opgenomen en afgetrokken van de totaaltijd van de betrokken deelnemers. 8. Verboden hulp van derden. 8.1 Wordt als verboden hulp van derden aanzien : elke handeling door een derde, al dan niet gevraagd, met het doel de taak van het paard of van de ruiter te vergemakkelijken. Elke hulp van derden kan uitsluiting tot gevolg hebben Het is o.a. verboden : - opzettelijk een deelnemer te vervoegen en samen met hem het parcours verder te zetten. - zich te laten volgen, voorgaan of begeleiden door eender welk voertuig, fiets, voetganger of ruiter. - op bepaalde plaatsen helpers te zetten om inlichtingen te geven. - bij de hindernissen helpers te plaatsen om een paard aan te porren op welke wijze dan ook. - hindernissen te wijzigen met inbegrip van bv vlaggen, pijlen, koorden, draden, enz... - Het gebruik van verbindingstoestellen door deelnemers tijdens de proeven is formeel verboden. 8.3 Uitzondering. 1. Zweep, helm en bril mogen aan de deelnemer teruggegeven worden zonder dat hij afstijgt. 2. Een ruiter mag, enkel van de hindernisrechter of terreinjury, verduidelijking krijgen aangaande zijn strafpunten aan die hindernis. 24

25 9. Na uitsluiting Een combinatie uitgesloten om eender welke reden, dient onmiddellijk het parcours te verlaten, hetzij te paard hetzij te voet en buiten de omloop van de wedstrijd en zonder nog enige hindernis aan te rijden. De terreinjury mag sancties opleggen aan een uitgesloten ruiter die niet onmiddellijk het parcours verlaat, zoals voorzien in Art van het Algemeen Reglement. Art. 530 : OMLOOP 1. Afbakening van de omloop. De rode en witte vlaggen worden gebruikt om de start- en aankomstlijn en de verplichte doorgangen aan te duiden, alsook om de hindernissen af te bakenen. Zij worden zo aangebracht dat een deelnemer steeds de rode vlag aan zijn rechterzijde heeft en de witte vlag aan zijn linkerzijde. Gele richtingaanwijzers dienen om de deelnemers te helpen hun weg te vinden. Indien nodig zullen zij de fase vermelden waarop zij betrekking hebben. Het is niet verplicht ze zo dicht mogelijk voorbij te rijden. 2. Nummers en letters. Iedere verplichte doorgang en iedere hindernis van de fase D moet genummerd zijn. Als er samengestelde hindernissen zijn of opties, moet er een letter gebruikt worden (A, B, C, enz...). 3. Aanduiding van vertrek en aankomst. De vertrek- en aankomstlijn van iedere fase zal niet alleen aangeduid worden met rode en witte vlaggen, maar ook met aanduidingsplaten. 4. Afstanden en snelheden. De afstanden en snelheden worden gekozen in functie van de moeilijkheidsgraad van de proef (zie bijlage 5). 5. Plan. Een plan van de omloop moet vóór de officiële verkenning uitgehangen worden, en kan eventueel ter beschikking zijn van de deelnemers. Het plan moet de start en de aankomst van elke fase vermelden, alsook de genummerde verplichte doorgangen, de lengte van de fasen, de optimale en de maximum tijd. De laatste hindernis van fase D moet zo geplaatst worden dat zij zich op min 30 m en max 75 m van de aankomstlijn bevindt. Art. 531 : HINDERNISSEN 1. Een hindernis wordt enkel als dusdanig beschouwd wanneer de uitersten afgebakend zijn met rode en witte vlaggen en indien ze genummerd is. 1.1 Elke springpoging van betekenis die een middelmatig paard moet doen om zijn omloop te volgen moet als hindernis of element van een hindernis aangeduid worden. 1.2 Indien twee of meerdere hindernissen dicht bij elkaar gebouwd zijn, doch als duidelijk onafhankelijk van elkaar aangeduid, moeten deze afzonderlijk genummerd zijn en ook onafhankelijk van elkaar 25

26 beoordeeld worden. Op elk van deze hindernissen mag de ruiter tweemaal weigeren zonder uitgesloten te worden (tenzij het maximum in de omloop overschreden werd), hij mag evenwel niet een reeds gesprongen hindernis opnieuw nemen. 1.3 Indien opeenvolgende sprongen als één hindernis worden beschouwd, moet elk element (A, B, C, enz... ) in de goede volgorde genomen worden. 1.4 Alternatieve hindernissen/elementen mogen afzonderlijk gevlagd zijn, maar moeten hetzelfde nummer/letter dragen als de hindernis/element op de rechte lijn. Zulke hindernissen worden als afzonderlijke hindernissen beschouwd waarvan één moet worden gesprongen. In dit geval moeten de betrokken hindernis-elementen aangeduid zijn met een zwarte streep op de witte en rode vlag. Zulke hindernissen moeten met een schema op het officiële berichtenbord toegelicht worden. 1.5 De hindernissen moeten vast zijn, indrukwekkend door hun vorm en door hun uiterlijk. Verplaatsbare hindernissen moeten stevig verankerd zijn in de grond zodat ze in geen geval kunnen bewegen. 1.6 Aantal en afmetingen : (zie bijlage 5). 2. Aan de hindernissen waar er een waterdoorgang is (meer, waterput, rivier enz.) mag de diepte van het water van ingang tot uitgang niet meer zijn dan vermeld in bijlage 5; 10 à 15 cm wordt aangeraden. De breedte van zulke doorgang moet minstens 6 m bedragen tussen ingang en uitgang, tenzij de uitgang van het water een opsprong of hindernis is; in dit geval bedraagt de minimum breedte 9 m. Art. 532 : BEREKENING VAN DE UITSLAG 1. Fouten op de hindernissen. De deelnemers zullen alleen strafpunten oplopen voor de fouten begaan bij het aanrijden en overschrijden van een hindernis, en voor elke val van ruiter of paard. 1.1 Ongehoorzaamheden. Eerste weigering, uitbreken of volte Tweede weigering, uitbreken of volte op dezelfde hindernis Derde weigering, uitbreken of volte op dezelfde hindernis Voor de reeksen B, Bo, J, L, Lo, PL, PM : vierde weigering, uitbreken of volte in fase D Voor de reeksen M, Z, Zo, PZ : derde weigering, uitbreken of volte in fase D 1.2 Val. Val van de ruiter en/of het paard gelijk waar in de cross 20 strafpunten 40 strafpunten uitsluiting uitsluiting uitsluiting uitsluiting 1.3 Onverantwoord rijgedrag bij beslissing door de terreinjury 25 strafpunten en/of sanctie conform Algemeen Reglement 26

REGLEMENT VAN DE NATIONALE EVENTINGWEDSTRIJDEN. K.B.R.S.F. vzw

REGLEMENT VAN DE NATIONALE EVENTINGWEDSTRIJDEN. K.B.R.S.F. vzw REGLEMENT VAN DE NATIONALE EVENTINGWEDSTRIJDEN K.B.R.S.F. vzw 2013 INHOUDSTABEL GEDRAGSCODE p. 04 VOORWOORD p. 05 HOOFDSTUK I ALGEMEENHEDEN Artikel 500 Inleiding p. 06 Artikel 501 Definitie p. 06 Artikel

Nadere informatie

WIJZIGINGEN IN DE REGLEMENTEN 2018

WIJZIGINGEN IN DE REGLEMENTEN 2018 WIJZIGINGEN IN DE REGLEMENTEN 2018 Niet alle hierna besproken onderwerpen zijn nieuw, maar waren of nog niet opgenomen in het reglement, of wel opgenomen maar onder een andere vorm. VANWAAR KOMEN DE WIJZIGINGEN?

Nadere informatie

NATIONAAL REGLEMENT EVENTING

NATIONAAL REGLEMENT EVENTING K.B.R.S.F. Koninklijke Belgische Ruitersportfederatie vzw K.B.R.S.F. Koninklijke Belgische Ruitersportfederatie vzw REGLEMENT NATIONAL DE CONCOURS COMPLET NATIONAAL REGLEMENT EVENTING Houba de Strooperlaan

Nadere informatie

Reglement Communautaire eventingwedstrijden 2011

Reglement Communautaire eventingwedstrijden 2011 Hippo Revue Reglement Communautaire eventingwedstrijden 2011 1. ALGEMEENHEDEN 1.1. Deelnemingsvoorwaarden ruiters Minimum in het bezit zijn van een VLP-recreatieve vergunning (L01) of lid zijn van VLP,

Nadere informatie

Reglement Communautaire eventingwedstrijden 2012

Reglement Communautaire eventingwedstrijden 2012 Hippo Revue Reglement Communautaire eventingwedstrijden 2012 1. ALGEMEENHEDEN 1.1. Deelnemingsvoorwaarden ruiters Minimum in het bezit zijn van een VLP-recreatieve vergunning (L01) of lid zijn van VLP,

Nadere informatie

Hippo Revue. Reglement Communautaire Eventingwedstrijden Reglement communautaire eventingwedstrijden VLP

Hippo Revue. Reglement Communautaire Eventingwedstrijden Reglement communautaire eventingwedstrijden VLP Hippo Revue Reglement Communautaire Eventingwedstrijden 2009 Reglement communautaire eventingwedstrijden VLP 2009 1 1. ALGEMEENHEDEN 1.1. Deelnemingsvoorwaarden ruiters Minimum in het bezit zijn van een

Nadere informatie

BELGISCHE AANPASSINGEN 2010 Aan het FEI-reglement 10de editie Uitgave 2009 Gereviseerd in November 2009

BELGISCHE AANPASSINGEN 2010 Aan het FEI-reglement 10de editie Uitgave 2009 Gereviseerd in November 2009 1 BELGISCHE AANPASSINGEN 2010 Aan het FEI-reglement 10de editie Uitgave 2009 Gereviseerd in November 2009 Als basis voor het Belgisch Reglement geldt het FEI-reglement 10de editie, dat van kracht is sinds

Nadere informatie

Reglement Communautaire eventingwedstrijden 2015

Reglement Communautaire eventingwedstrijden 2015 Hippo Revue Reglement Communautaire eventingwedstrijden 2015 1. Algemeenheden 1.1 Deelnemingsvoorwaarden ruiters De ruiters moeten een lidmaatschap hebben bij VLP of bij LEWB of moeten aangesloten zijn

Nadere informatie

BELGISCHE AANPASSINGEN 2015 Aan het FEI-reglement Uitgave 2015 Gereviseerd in februari 2015

BELGISCHE AANPASSINGEN 2015 Aan het FEI-reglement Uitgave 2015 Gereviseerd in februari 2015 1 BELGISCHE AANPASSINGEN Aan het FEI-reglement Uitgave Gereviseerd in februari 2 Als basis voor het Belgisch Reglement geldt het FEI-reglement, dat van kracht is sinds 1 februari, alsook de latere aanpassingen

Nadere informatie

NATIONAAL REGLEMENT EVENTING

NATIONAAL REGLEMENT EVENTING NATIONAAL REGLEMENT EVENTING K.B.R.S.F. vzw 2015 Nationaal Reglement Eventing 2015 16/03/2015 Inhoudsopgave Voorwoord...10 Gedragscode.....11 Hoofdstuk 1 Algemeenheden....12 ART.500 INLEIDING.. 12 Art.500.1Algemeen....12

Nadere informatie

REGLEMENT JEUGD CUP DRESSUUR 2010

REGLEMENT JEUGD CUP DRESSUUR 2010 REGLEMENT JEUGD CUP DRESSUUR 2010 1. Toelatingsvoorwaarden 1.1. Leeftijd: - De wedstrijden zijn enkel toegankelijk voor deelnemers van het basis- en secundair onderwijs, inclusief scholen met voltijdse

Nadere informatie

Reglement Communautaire eventingwedstrijden 2013

Reglement Communautaire eventingwedstrijden 2013 Hippo Revue Reglement Communautaire eventingwedstrijden 2013 1. Algemeenheden 1.1 Deelnemingsvoorwaarden ruiters De ruiters moeten een lidmaatschap hebben bij VLP of bij LEWB of moeten aangesloten zijn

Nadere informatie

Zijn steeds een initiatief van de inrichter en vallen onder zijn aansprakelijkheid.

Zijn steeds een initiatief van de inrichter en vallen onder zijn aansprakelijkheid. R.C. De Trens vzw R C DE TRENS JUMPING 2014 1. T r a i n i n g P o n y s e n p a a r d e n 50/ 6 0 2. De but a nte n Po ny s 70 3. Pony s 80 4. Pony s 90 5. Pony s 100 6. Debutanten Paarden 70 7. Paarden

Nadere informatie

F.E.I. REGLEMENT JUMPING

F.E.I. REGLEMENT JUMPING NEDERLANDSTALIGE VERTALING van het F.E.I. REGLEMENT JUMPING 24 ste Editie Effectief vanaf 01/01/2012 Jean Marie Van Loo (K.R.) en gecollationeerd door Francis Michielsens Vorige update : 01.05.2011 Laatste

Nadere informatie

R.C. De Trens vzw R C DE TRENS JUMPING 2011

R.C. De Trens vzw R C DE TRENS JUMPING 2011 R.C. De Trens vzw R C DE TRENS JUMPING 2011 1. T r a i n i n g P o n y s e n p a a r d e n 5 0 / 6 0 2. Debutanten Pony s 70 3. Pony s 80 4. Pony s 90 5. Pony s 100 6. Debutanten Paarden 70 7. Paarden

Nadere informatie

NATIONAAL REGLEMENT EVENTING

NATIONAAL REGLEMENT EVENTING K.B.R.S.F. Koninklijke Belgische Ruitersportfederatie vzw NATIONAAL REGLEMENT EVENTING Houba de Strooperlaan 156 02 / 478.50.56 B-1020 Brussel Fax 02 / 478.11.26 2009 INHOUDSTABEL GEDRAGSCODE p. 04 VOORWOORD

Nadere informatie

Reglement Clubkampioenschap

Reglement Clubkampioenschap Reglement Clubkampioenschap Artikel 1. Het wordt jaarlijks ingericht. Het wordt gereden in 3 manches. Elke manche omvat een dressuurproef en een springproef. De dressuurproef en de springproef van dezelfde

Nadere informatie

R.C. De Trens vzw R C DE TRENS JUMPING 2012

R.C. De Trens vzw R C DE TRENS JUMPING 2012 R.C. De Trens vzw R C DE TRENS JUMPING 2012 1. T r a i n i n g P o n y s e n p a a r d e n 50/ 6 0 2. Debutanten Pony s 70 3. Pony s 80 4. Pony s 90 5. Pony s 100 6. Debutanten Paarden 70 7. Paarden 80

Nadere informatie

Reglement Clubkampioenschap

Reglement Clubkampioenschap Reglement Clubkampioenschap Artikel 1. Het wordt jaarlijks ingericht. Het wordt gereden in 3 manches. Elke manche omvat een dressuurproef en een springproef. De dressuurproef en de springproef van dezelfde

Nadere informatie

Wijzigingen FEI voor 2006 Toepassing in alle wedstrijden in België

Wijzigingen FEI voor 2006 Toepassing in alle wedstrijden in België Wijzigingen FEI voor 2006 Toepassing in alle wedstrijden in België Voorwoord : De Terrein Jury moet alle beschikbare technische middelen, inbegrepen officiële video opname (een officiële video opname is

Nadere informatie

Beknopt reglement 2018 voor de wedstrijden jonge pony s LRV

Beknopt reglement 2018 voor de wedstrijden jonge pony s LRV Beknopt reglement 2018 voor de wedstrijden jonge pony s LRV BITTEN Voor de jonge pony s is er een specifiek reglement: SPRINGEN 4-jarige pony s - springen Enkel trens of naaldtrens zijn toegelaten. Deze

Nadere informatie

SPECIAAL REGLEMENT VLP PONY JUMPING

SPECIAAL REGLEMENT VLP PONY JUMPING SPECIAAL REGLEMENT VLP PONY JUMPING GELDIG VANAF 1 JANUARI 2002 1 BIJZONDER REGLEMENT PONY S HOOFDSTUK 1 INLEIDING EN DEFINITIE Artikel 2100 - Algemeenheden. 1. De ponywedstrijden bieden de mogelijkheid

Nadere informatie

Om hieruit te komen heb ik de reglementen bekeken en mijn opzoeking heb ik hieronder gebundeld. Eerst hebben wij het nationaal geglement:

Om hieruit te komen heb ik de reglementen bekeken en mijn opzoeking heb ik hieronder gebundeld. Eerst hebben wij het nationaal geglement: Hooglede 2 augustus 2006 Beste VLP-dressuurcommissie, Vorige zondag hadden wij met een jury een discussie aangaande het dragen van een bolhoed in de dressuur. Volgens de jury was het dragen van een bolhoed

Nadere informatie

R.C. De Trens vzw R C DE TRENS JUMPING 2013

R.C. De Trens vzw R C DE TRENS JUMPING 2013 R.C. De Trens vzw R C DE TRENS JUMPING 2013 1. T r a i n i n g P o n y s e n p a a r d e n 50/ 6 0 2. De but a nte n Po ny s 70 3. Pony s 80 4. Pony s 90 5. Pony s 100 6. Debutanten Paarden 70 7. Paarden

Nadere informatie

PONY'S JUMPING. K.B.R.S.F. vzw

PONY'S JUMPING. K.B.R.S.F. vzw SPECIAAL REGLEMENT PONY'S JUMPING K.B.R.S.F. vzw 2012 1 HOOFDSTUK I - INLEIDING EN DEFINITIE BIJZONDER REGLEMENT PONY'S JUMPING Artikel 2100 - Algemeenheden. De Ponywedstrijden bieden de mogelijkheid aan

Nadere informatie

Beknopt reglement 2018 voor de wedstrijden JONGE PAARDEN LRV

Beknopt reglement 2018 voor de wedstrijden JONGE PAARDEN LRV Beknopt reglement 2018 voor de wedstrijden JONGE PAARDEN LRV SPRINGEN BITTEN 4-jarige paarden Enkel trens of naaldtrens zijn toegelaten. Deze mogen ofwel niet-gebroken, ofwel enkelvoudig gebroken, ofwel

Nadere informatie

Beknopt reglement 2019 voor de wedstrijden JONGE PAARDEN LRV

Beknopt reglement 2019 voor de wedstrijden JONGE PAARDEN LRV Beknopt reglement 2019 voor de wedstrijden JONGE PAARDEN LRV SPRINGEN BITTEN 4-jarige paarden Enkel trens of naaldtrens zijn toegelaten. Deze mogen ofwel niet-gebroken, ofwel enkelvoudig gebroken, ofwel

Nadere informatie

Beknopt reglement 2016 voor de wedstrijden jonge paarden LRV

Beknopt reglement 2016 voor de wedstrijden jonge paarden LRV Beknopt reglement 2016 voor de wedstrijden jonge paarden LRV SPRINGEN BITTEN Voor de jonge paarden en pony s is er een specifiek reglement: 4-jarige paarden en pony s - springen Enkel trens of naaldtrens

Nadere informatie

BELGISCHE AANPASSINGEN 2014 Aan het FEI-reglement Uitgave 2014 Gereviseerd in Januari 2014

BELGISCHE AANPASSINGEN 2014 Aan het FEI-reglement Uitgave 2014 Gereviseerd in Januari 2014 1 BELGISCHE AANPASSINGEN 2014 Aan het FEI-reglement Uitgave 2014 Gereviseerd in Januari 2014 2 Als basis voor het Belgisch Reglement geldt het FEI-reglement, dat van kracht is sinds 1 januari 2014, alsook

Nadere informatie

3. Aantal paarden per ruiter en per proef Elke ruiter kan een onbeperkt aantal paarden starten, zowel bij de 4-,5-,6- en 7-jarige paarden.

3. Aantal paarden per ruiter en per proef Elke ruiter kan een onbeperkt aantal paarden starten, zowel bij de 4-,5-,6- en 7-jarige paarden. STX CYCLUS VOOR JONGE PAARDEN K.B.R.S.F V.L.P. L.E.W.B. REGLEMENT 2015 OOR JONGE PAARDEN 1. Ruiters De STX Cyclus Jonge Paarden is voorbehouden aan ruiters met een geldige VLP of LEWB licentie J08, J13,

Nadere informatie

Nationale Cyclus Jonge Paarden

Nationale Cyclus Jonge Paarden Nationale Cyclus Jonge Paarden 1. Ruiters K.B.R.S.F V.L.P. L.E.W.B. REGLEMENT 2013 De Nationale Cyclus Jonge Paarden is voorbehouden aan ruiters met een geldige VLP of LEWB licentie J8, J13, J15 of J16.

Nadere informatie

1. Reglement Wijzigingen reglement Mededelingen ruiters Buiten wedstrijd in de klasse 3 welke licentie. 5.

1. Reglement Wijzigingen reglement Mededelingen ruiters Buiten wedstrijd in de klasse 3 welke licentie. 5. 1. Reglement 2018 2. Wijzigingen reglement 2018 3. Mededelingen ruiters 2018 4. Buiten wedstrijd in de klasse 3 welke licentie. 5. Licentie J15 is afgeschaft, wat mag een J16 rijden. 6. Jonge paarden hoogten

Nadere informatie

R C DE TRENS JUMPING 2016

R C DE TRENS JUMPING 2016 R.C. De Trens vzw R C DE TRENS JUMPING 2016 1 training 50 cm cl r 1 training 50 cm cl r 6 2 Aspiranten 65 cm cl r 2A Debut pony's 75cm* 7A 3A Debut pony's 75cm* 2B Debut paarden 75cm* 7B 3B Debut paarden

Nadere informatie

eventing middenbeemster

eventing middenbeemster MIDDENBEEMSTER Trainingsstal Maarse (971758) 12-3-2016-13-3-2016 John Maarse VP0074831 0031299683404 0031622411131 Status: Goedgekeurd inschrijven@eventingmiddenbeemster.nl Datum goedgekeurd: 9-1-2016

Nadere informatie

Algemeen reglement H.R.O.V. DRESSUUR

Algemeen reglement H.R.O.V. DRESSUUR HROV Hippische Regionale Oost-Vlaanderen vzw DRESSUUR Algemeen reglement H.R.O.V. DRESSUUR editie 7 dd. 17 mei 2008 Klossestraat 64 te 9052 Zwijnaarde tel 09.220.26.61 fax 09.220.64.24 jumping@hrov.be

Nadere informatie

INWENDIG REGLEMENT DAP.-VZW - SEIZOEN 2016

INWENDIG REGLEMENT DAP.-VZW - SEIZOEN 2016 INWENDIG REGLEMENT DAP.-VZW - SEIZOEN 2016 Algemeen Dit reglement is geldig vanaf 01 01 2016. De dressuurproeven van de DAP zijn voorbehouden voor paarden met minimum 25 % Arabisch bloed. Het adres voor

Nadere informatie

R C DE TRENS JUMPING 2017

R C DE TRENS JUMPING 2017 R.C. De Trens vzw R C DE TRENS JUMPING 2017 EENDAAGSE WEDSTRIJD TWEEDAAGSE WEDSTRIJD 1 training 50 cm cl r 1 training 50 cm cl r 6 Aspiranten 65 cm cl r 2 Aspiranten 65 cm cl r 2A Debut pony's 75cm* 7A

Nadere informatie

Wijzigingen 2016 (vet en onderstreept is nieuw, doorgehaald komt te vervallen)

Wijzigingen 2016 (vet en onderstreept is nieuw, doorgehaald komt te vervallen) Wijzigingen 16 (vet en onderstreept is nieuw, doorgehaald komt te vervallen) 6. Paarden en pony s mogen niet vaker dan één maal per week en maximaal twee weken achter elkaar op een eventingwedstrijd worden

Nadere informatie

NATIONAAL DRESSUURREGLEMENT. van toepassing vanaf de officiële publicatie

NATIONAAL DRESSUURREGLEMENT. van toepassing vanaf de officiële publicatie NATIONAAL DRESSUURREGLEMENT van toepassing vanaf de officiële publicatie KONINKLIJKE BELGISCHE RUITERSPORT FEDERATIE vzw Houba de Strooperlaan 156-1020 Brussel FEDERATION ROYALE BELGE DES SPORTS EQUESTRES

Nadere informatie

SPECIFIEK REGLEMENT VOOR TREKPAARDEN 2013

SPECIFIEK REGLEMENT VOOR TREKPAARDEN 2013 1 SPECIFIEK REGLEMENT VOOR TREKPAARDEN 2013 2 SPECIFIEK REGLEMENT VOOR TREKPAARDEN 2013 De trekpaarden mogen aansluiten in CAN 1, CAN 3 en CAN 4 wedstrijden voor trekpaarden, maar moeten aan de voorwaarden

Nadere informatie

R C DE TRENS JUMPING 2018

R C DE TRENS JUMPING 2018 R C DE TRENS JUMPING 2018 EENDAAGSE WEDSTRIJD TWEEDAAGSE WEDSTRIJD 1 training 50 cm cl r 1 training 50 cm cl r 6 training 65 cm cl r 2 training 65 cm cl r 2A Debut pony's 75cm* 7A Debut pony's 75cm* 3A

Nadere informatie

Richtlijnen deelname nationale Belgische eventingwedstrijden Versie 2017

Richtlijnen deelname nationale Belgische eventingwedstrijden Versie 2017 KONINKLIJKE NEDERLANDSE HIPPISCHE SPORTFEDERATIE Richtlijnen deelname nationale Belgische eventingwedstrijden Versie 2017 Inhoud Inleiding... 2 1. Wedstrijd rijden... 2 1.1 Inschrijfprocedure Belgische

Nadere informatie

R C DE TRENS JUMPING 2019

R C DE TRENS JUMPING 2019 R C DE TRENS JUMPING 2019 Proeven eendaagse en tweedaagse wedstrijden: training 50 cm cl r Aspiranten 65 cm cl r Debut pony's 75cm Debut paarden 75cm pony's 85cm paarden 85cm pony's 95cm paarden 95cm pony's

Nadere informatie

Richtlijnen deelname nationale Belgische eventingwedstrijden Versie 2016

Richtlijnen deelname nationale Belgische eventingwedstrijden Versie 2016 KONINKLIJKE NEDERLANDSE HIPPISCHE SPORTFEDERATIE Richtlijnen deelname nationale Belgische eventingwedstrijden Versie 2016 Inhoud Inleiding... 2 1. Wedstrijd rijden... 2 1.1 Inschrijfprocedure Belgische

Nadere informatie

van toepassing vanaf de officiële publicatie

van toepassing vanaf de officiële publicatie NATIONAAL DRESSUURREGLEMENT van toepassing vanaf de officiële publicatie KONINKLIJKE BELGISCHE RUITERSPORT FEDERATIE vzw Houba de Strooperlaan 156-1020 Brussel FEDERATION ROYALE BELGE DES SPORTS EQUESTRES

Nadere informatie

NATIONAAL REGLEMENT EVENTING

NATIONAAL REGLEMENT EVENTING NATIONAAL REGLEMENT EVENTING K.B.R.S.F. vzw 2016 2 MAART 2016 1 INHOUD VOORWOORD 5 GEDRAGSCODE 6 HOOFDSTUK 1 ALGEMEENHEDEN 7 ART. 500 INLEIDING 7 HOOFDSTUK 2 STRUCTUUR VAN DE WEDSTRIJDEN 8 ART. 501 WEDSTRIJDEN

Nadere informatie

Reglement STX Cyclus voor jonge paarden 2018

Reglement STX Cyclus voor jonge paarden 2018 Reglement STX Cyclus voor jonge paarden 2018 1. Ruiters versie 06-03-2018 De STX Cyclus Jonge Paarden is voorbehouden aan ruiters met een geldige VLP of LEWB licentie J8, J16 voor deelname bij de 4-, 5-,

Nadere informatie

NATIONAAL REGLEMENT EVENTING 2019

NATIONAAL REGLEMENT EVENTING 2019 Koninklijke Belgische Ruitersportfederatie K.B.R.S.F. v.z.w. NATIONAAL REGLEMENT EVENTING 2019 Voorgesteld tijdens de Nationale Commissie 11/02/2019 Goedgekeurd door de Raad van Bestuur Deze editie treedt

Nadere informatie

S P E C I A A L R E G L E M E N T P O N Y ' S JUMPING GELDIG VANAF 1 Januari

S P E C I A A L R E G L E M E N T P O N Y ' S JUMPING GELDIG VANAF 1 Januari BIJZONDER REGLEMENT PONY'S HOOFDSTUK I S P E C I A A L R E G L E M E N T P O N Y ' S JUMPING GELDIG VANAF 1 Januari - 2003 INLEIDING EN DEFINITIE Artikel 2100 - Algemeenheden. 1. De Ponywedstrijden bieden

Nadere informatie

Niveau s van de sportlessen

Niveau s van de sportlessen Niveau s van de sportlessen De indeling van de sportlessen gebeurt op de volgende manier. Op het einde van het seizoen komt er dan een beoordeling van de lesgevers om te zien naar welk niveau je kan overgaan.

Nadere informatie

VAN MOSSEL AUTOMOTIVE CUP 2018

VAN MOSSEL AUTOMOTIVE CUP 2018 VAN MOSSEL AUTOMOTIVE CUP 2018 ARTIKEL 1 - ALGEMEEN 1. Deze bepalingen zijn van toepassing op de Van Mossel Automotive Cup 2018. 2. Dit uitvoeringsbesluit wordt vastgesteld door Stichting Ruitersport De

Nadere informatie

14-15 en 16 augustus 2015. Locatie: Luyckstraat 7 2960 Brecht Sluitingsdatum inschrijvingen: 11/8

14-15 en 16 augustus 2015. Locatie: Luyckstraat 7 2960 Brecht Sluitingsdatum inschrijvingen: 11/8 Jumping Brecht 14-15 en 16 augustus 2015 Amazonekampioenschap Paarden & Pony s Algemene informatie www.jumpingbrecht.be Locatie: Luyckstraat 7 2960 Brecht Sluitingsdatum inschrijvingen: 11/8 Organisator:

Nadere informatie

NATIONAAL REGLEMENT EVENTING 2018

NATIONAAL REGLEMENT EVENTING 2018 Koninklijke Belgische Ruitersportfederatie K.B.R.S.F. v.z.w. NATIONAAL REGLEMENT EVENTING 2018 Voorgesteld tijdens de Nationale Commissie 13/03/2018 Goedgekeurd door de Raad van Bestuur Deze editie treedt

Nadere informatie

VOORPROGRAMMA MENWEDSTRIJD

VOORPROGRAMMA MENWEDSTRIJD VOORPROGRAMMA MENWEDSTRIJD wedstrijd te Aalst Datum:29/04/18 Adres wedstrijdterrein :Hof Somergem - Affligemdreef 195 - Aalst 9300 Type wedstrijd / Type de concours: CAV Categorieën / Catégories : 1 2

Nadere informatie

Niveau s van de sportlessen

Niveau s van de sportlessen Niveau s van de sportlessen De indeling van de sportlessen gebeurt op de volgende manier. Op het einde van het seizoen komt er dan een beoordeling van de lesgevers om te zien naar welk niveau je kan overgaan.

Nadere informatie

K.B.R.S.F.-F.R.B.S.E Brussel, 11 augustus 2011

K.B.R.S.F.-F.R.B.S.E Brussel, 11 augustus 2011 K.B.R.S.F.-F.R.B.S.E Brussel, 11 augustus 2011 Belangrijke informatie bij indienen kalenderaanvragen 2012 Beste club, hieronder kan u per discipline de richtlijnen terugvinden in verband met het aanvragen

Nadere informatie

Handleiding STEWARDING

Handleiding STEWARDING Handleiding STEWARDING Editie 2012 (Beknopte handleiding opgemaakt door Muriel Coppin (LRV) in samenwerking met Francis Michielsens.) UPDATE 1 april 2012 Handleiding stewarding 1 STEWARDING DOEL - Het

Nadere informatie

K.B.R.S.F. F.R.S.B.E.

K.B.R.S.F. F.R.S.B.E. BELGISCHE AANPASSINGEN 2016 Aan het FEI reglement Uitgave 2016 Aan het algemeen reglement KBRSF 2016 In voege vanaf 01 februari 2016 De originele tekst van dit reglement werd opgesteld in het Nederlands.

Nadere informatie

NATIONAAL. van toepassing vanaf de officiële publicatie

NATIONAAL. van toepassing vanaf de officiële publicatie NATIONAAL DRESSUURREGLEMENT van toepassing vanaf de officiële publicatie KONINKLIJKE BELGISCHE RUITERSPORT FEDERATIE vzw Houba de Strooperlaan 156-1020 Brussel FEDERATION ROYALE BELGE DES SPORTS EQUESTRES

Nadere informatie

Reglement Kampioenschap Jachtpaarden

Reglement Kampioenschap Jachtpaarden Reglement Kampioenschap Jachtpaarden Vastgesteld door het KNHS-bestuur Ingangsdatum 1 januari 2015 Koninklijke Nederlandse Hippische Sportfederatie De Beek 125, 3852 PL Ermelo Postbus 3040, 3850 CA Ermelo

Nadere informatie

Inschrijven Sluiting inschrijving : 9-9-2013 Wijzigingen doorgeven : Zondag van 0:00:00 tot 0:00:00

Inschrijven Sluiting inschrijving : 9-9-2013 Wijzigingen doorgeven : Zondag van 0:00:00 tot 0:00:00 SGW Ysselsteyn imburgs kampioenschap Eventing YSSESTEYN ( 5813E ) 5-10-2013-6-10-2013 VP00012 Status : Goedgekeurd Wedstrijd goedgekeurd op : 19-6-2013 Outdoor Pony & Paard Categorie 3 Openstelling : Onbeperkt

Nadere informatie

VLAAMSE LIGA PAARDENSPORT. Reglement VLP Elite Cup SELECTIEWEDSTRIJDEN

VLAAMSE LIGA PAARDENSPORT. Reglement VLP Elite Cup SELECTIEWEDSTRIJDEN VLAAMSE LIGA PAARDENSPORT Reglement VLP Elite Cup SELECTIEWEDSTRIJDEN Editie bijgewerkt : 13-09-2017 Inhoudstafel 1 Toepassingsgebied... 3 2 Algemeenheden... 3 2.1 Algemeen... 3 2.2 Deelnemingsvoorwaarden...

Nadere informatie

FEI -SPRING REGLEMENT

FEI -SPRING REGLEMENT FEI -SPRING REGLEMENT Aanbevelingsnota s voor Springreglement 23 ste editie, in voege op 1 January 2009, bijgewerkt 1 ste Januari 2011. Aanbeveling Nota s zijn geleverd door de FEI teneinde verduidelijking

Nadere informatie

NATIONAAL. van toepassing vanaf de officiële publicatie

NATIONAAL. van toepassing vanaf de officiële publicatie NATIONAAL DRESSUURREGLEMENT van toepassing vanaf de officiële publicatie KONINKLIJKE BELGISCHE RUITERSPORT FEDERATIE vzw Houba de Strooperlaan 156-1020 Brussel FEDERATION ROYALE BELGE DES SPORTS EQUESTRES

Nadere informatie

Wedstrijd bestgaande rijpony Antwerpen & Limburg 5 JUNI PULDERBOS

Wedstrijd bestgaande rijpony Antwerpen & Limburg 5 JUNI PULDERBOS Wedstrijd bestgaande rijpony Antwerpen & Limburg 5 JUNI 2017 - PULDERBOS A. Praktische schikkingen Datum: maandag 5 juni 2017 Uur: 9u00 Plaats: KLEIN HEIDEN PULDERBOS OEFENTERREINEN VAN RIJV. LRV PULDERBOS

Nadere informatie

Wedstrijdreglement FNRS-ruiteropleidingen

Wedstrijdreglement FNRS-ruiteropleidingen Wedstrijdreglement FNRS-ruiteropleidingen Algemeen Tijdens een F-proeven wedstrijd kun je laten zien wat je hebt geleerd tijdens je paardrijlessen. De proeven worden beoordeeld door juryleden die door

Nadere informatie

K.B.R.S.F. ENDURANCE Nationaal Reglement Editie 2011 In voege vanaf: 1 maart 2011

K.B.R.S.F. ENDURANCE Nationaal Reglement Editie 2011 In voege vanaf: 1 maart 2011 K.B.R.S.F. ENDURANCE Nationaal Reglement Editie 2011 In voege vanaf: 1 maart 2011 Voorwoord Deze editie treedt in voege op 01 maart 2011. Vanaf deze datum vervallen alle andere, voorafgaande edities en

Nadere informatie

SLAGINGSCRITERIA A-& B-BREVET (ruiterbrevetten) ALGEMEEN

SLAGINGSCRITERIA A-& B-BREVET (ruiterbrevetten) ALGEMEEN 1 Aandachtspunten: - Verzorging paard, materiaal en uitrusting; - Verzorging uniform ruiter; - Voorkomen; - Doorzettingsvermogen. SLAGINGSCRITERIA A-& B-BREVET (ruiterbrevetten) ALGEMEEN U bent aangesteld

Nadere informatie

Reglement MSP Ponydressuur Trophy

Reglement MSP Ponydressuur Trophy Reglement MSP Ponydressuur Trophy Van toepassing vanaf 1/1/2008 1. Algemeen 1.1. MSP Ponydressuur Trophy heeft als doel binnen Vlaanderen de ponydressuur te stimuleren en te ontwikkelen, waarbij het zal

Nadere informatie

WEDSTRIJDREGLEMENT LANGE TEUGEL RUBRIEKEN

WEDSTRIJDREGLEMENT LANGE TEUGEL RUBRIEKEN WEDSTRIJDREGLEMENT LANGE TEUGEL RUBRIEKEN Versie November 2016 Artikel 1 De pony s 1.1 Onder pony s worden verstaan merries, hengsten en ruinen die voldoen aan de rasstandaard en/of geregistreerd (in het

Nadere informatie

FLANDERS INDOOR CUP ORGANISATOR. Phiba NV. Overheulestraat 235 B-8560 Moorsele. Tel. +32/

FLANDERS INDOOR CUP ORGANISATOR. Phiba NV. Overheulestraat 235 B-8560 Moorsele. Tel. +32/ FLANDERS INDOOR CUP 2017-2018 ORGANISATOR Phiba NV Overheulestraat 235 B-8560 Moorsele Tel. +32/476 52 36 82 http://www.zilverenspoor.com E-mail: info@zilverenspoor.com Opgelet : Er is een verplichte aanrij-

Nadere informatie

WEDSTRIJDREGLEMENT VAARDIGHEID & MENNEN DRESSUUR

WEDSTRIJDREGLEMENT VAARDIGHEID & MENNEN DRESSUUR WEDSTRIJDREGLEMENT VAARDIGHEID & MENNEN DRESSUUR Versie April 2017 Artikel 1 De pony s 1.1 Onder pony s worden verstaan merries, hengsten en ruinen die voldoen aan de rasstandaard en/of geregistreerd (in

Nadere informatie

NATIONAAL DRESSUURREGLEMENT. van toepassing vanaf de officiële publicatie 2015-3

NATIONAAL DRESSUURREGLEMENT. van toepassing vanaf de officiële publicatie 2015-3 NATIONAAL DRESSUURREGLEMENT van toepassing vanaf de officiële publicatie 2015-3 KONINKLIJKE BELGISCHE RUITERSPORT FEDERATIE vzw Houba de Strooperlaan 156-1020 Brussel FEDERATION ROYALE BELGE DES SPORTS

Nadere informatie

Handleiding STEWARDING

Handleiding STEWARDING Handleiding STEWARDING Editie 2018 UPDATE 1 maart 2018 * Opm: afstanden zijn bedoeld voor wedstrijden voor paarden. Voor pony s moet met enige ervaring de filosofie worden doorgetrokken naar de betreffende

Nadere informatie

Algemeen Reglement v.2013.01

Algemeen Reglement v.2013.01 Algemeen Reglement v.2013.01 1 Index 1 Index... 2 2 Algemeen:... 3 3 Wedstrijden en deelnemers:... 3 3.1 Wedstrijdlocatie... 3 3.2 Organisator... 3 3.3 Deelnemer... 3 4 Wedstrijdstructuur:... 4 4.1 Reeks

Nadere informatie

Wedstrijd bestgaande rijpony Brabant - Wallonië Zaterdag 1 juni Lubbeek

Wedstrijd bestgaande rijpony Brabant - Wallonië Zaterdag 1 juni Lubbeek Wedstrijd bestgaande rijpony Brabant - Wallonië Zaterdag 1 juni 2019 - Lubbeek A. Praktische schikkingen Datum: Zaterdag 1 juni 2019 Uur: 10u00 Plaats: STAL 'T OUD MOLENHUIS BUTSELBOSSTRAAT 1 3210 LUBBEEK

Nadere informatie

ALGEMEEN REGLEMENT JUMPING - Editie 15 dd 01/01/2015

ALGEMEEN REGLEMENT JUMPING - Editie 15 dd 01/01/2015 ALGEMEEN REGLEMENT JUMPING - Editie 15 dd 01/01/2015 0.0. Niet alle gevallen kunnen worden voorzien in dit reglement. Basis van alle wedstrijden blijven de algemene richtlijnen FEI, het nationaal reglement

Nadere informatie

SLAGINGSCRITERIA A-& B-BREVET (ruiterbrevetten) A-BREVET

SLAGINGSCRITERIA A-& B-BREVET (ruiterbrevetten) A-BREVET 1 SLAGINGSCRITERIA A-& B-BREVET (ruiterbrevetten) A-BREVET ALGEMEEN De rijvaardigheidsproef is een leidraad en geen strikte proef. Via de opgelegde oefeningen worden de eindtermen getoetst. DRESSUUR Ruiters

Nadere informatie

ASPRAKEN BIJ HET AFNEMEN VAN KLASSIEKE RUITERBREVET EXAMENS (= slagingscriteria ruiterbrevet A&B) RUITERBREVET A

ASPRAKEN BIJ HET AFNEMEN VAN KLASSIEKE RUITERBREVET EXAMENS (= slagingscriteria ruiterbrevet A&B) RUITERBREVET A ASPRAKEN BIJ HET AFNEMEN VAN KLASSIEKE RUITERBREVET EXAMENS (= slagingscriteria ruiterbrevet A&B) 1 RUITERBREVET A ALGEMEEN De rijvaardigheidsproef is een leidraad en geen strikte proef. Via de opgelegde

Nadere informatie

SLAGINGSCRITERIA A-& B-BREVET (ruiterbrevetten) A-BREVET

SLAGINGSCRITERIA A-& B-BREVET (ruiterbrevetten) A-BREVET 1 SLAGINGSCRITERIA A-& B-BREVET (ruiterbrevetten) A-BREVET ALGEMEEN De rijvaardigheidsproef is een leidraad en geen strikte proef. Via de opgelegde oefeningen worden de eindtermen getoetst. DRESSUUR Ruiters

Nadere informatie

REGLEMENTEN EN PRAKTISCHE RICHTLIJNEN BIJ HET INRICHTEN VAN WEDSTRIJDEN OBEDIENCE IN BELGIE

REGLEMENTEN EN PRAKTISCHE RICHTLIJNEN BIJ HET INRICHTEN VAN WEDSTRIJDEN OBEDIENCE IN BELGIE REGLEMENTEN EN PRAKTISCHE RICHTLIJNEN BIJ HET INRICHTEN VAN WEDSTRIJDEN OBEDIENCE IN BELGIE 1. Algemene bepalingen Obedience is een internationaal FCI wedstrijdprogramma, waarvoor in België volgende afkortingen

Nadere informatie

REGLEMENT VAN DE NATIONALE ENDURANCEWEDSTRIJDEN. K.B.R.S.F. vzw. In voege vanaf: 1ste maart 2013 1

REGLEMENT VAN DE NATIONALE ENDURANCEWEDSTRIJDEN. K.B.R.S.F. vzw. In voege vanaf: 1ste maart 2013 1 REGLEMENT VAN DE NATIONALE ENDURANCEWEDSTRIJDEN K.B.R.S.F. vzw 2013 In voege vanaf: 1ste maart 2013 1 Voorwoord Deze editie treedt in voege op 01 maart 2013. Vanaf deze datum vervallen alle andere, voorafgaande

Nadere informatie

ZS WINTER TOUR OKTOBER MAART 2019

ZS WINTER TOUR OKTOBER MAART 2019 ZS WINTER TOUR OKTOBER 2018 - MAART 2019 ZS Winter Tour 2018-2019 ORGANISATOR Phiba NV Overheulestraat 25 B-8560 Moorsele Tel. +2/476 52 6 82 http://www.zilverenspoor.com E-mail: info@zilverenspoor.com

Nadere informatie

Sportreglement Regularity

Sportreglement Regularity Sportreglement Regularity Art 1. Aard van de wedstrijd Een Regularity is een wedstrijd die geheel of gedeeltelijk wordt verreden over het traject van een rally of rallysprint en dit voor of na de deelnemers

Nadere informatie

NATIONAAL PARA-EQUESTRIAN DRESSUURREGLEMENT

NATIONAAL PARA-EQUESTRIAN DRESSUURREGLEMENT NATIONAAL PARA-EQUESTRIAN DRESSUURREGLEMENT 20164 11/02/2014 INHOUDSTAFEL Inhoud INHOUDSTAFEL... 2 HOOFDSTUK 1... 3 HOOFDSTUK 2... 3 A. PARA-EQUESTRIAN DRESSUURWEDSTRIJDEN... 3 Artikel 1 - Inleiding...

Nadere informatie

REGLEMENT FINALE ELITE CUP. De finale is een samenwerking tussen VLP en LEWB

REGLEMENT FINALE ELITE CUP. De finale is een samenwerking tussen VLP en LEWB REGLEMENT FINALE ELITE CUP De finale is een samenwerking tussen VLP en LEWB Editie: 01-09-2017 1 Inhoud 1 Inhoud... 2 2 Toepassingsgebied... 3 3 Algemeenheden... 3 4 Selectieprocedure... 3 4.1 Algemene

Nadere informatie

K.B.R.S.F. vzw GELDIG VANAF

K.B.R.S.F. vzw GELDIG VANAF SPECIAAL REGLEMENT PONY'S JUMPING K.B.R.S.F. vzw GELDIG VANAF 2008 1 BIJZONDER REGLEMENT PONY'S JUMPING HOOFDSTUK I INLEIDING EN DEFINITIE Artikel 2100 - Algemeenheden. De Ponywedstrijden bieden de mogelijkheid

Nadere informatie

Instructies hindernisjury samengestelde wedstrijden

Instructies hindernisjury samengestelde wedstrijden KONINKLIJKE NEDERLANDSE HIPPISCHE SPORTFEDERATIE Instructies hindernisjury samengestelde wedstrijden pvdm februari 2010 Pagina 1 van 7 INLEIDING De taak van de hindernisjury mag men niet onderschatten.

Nadere informatie

REGLEMENT & RICHTLIJNEN VLP CLUB BATTLE

REGLEMENT & RICHTLIJNEN VLP CLUB BATTLE REGLEMENT & RICHTLIJNEN VLP CLUB BATTLE Powered by Editie: 05-09-2017 Inhoud TOEPASSINGSGEBIED... 3 1 ALGEMEEN... 3 1.1 OPZET... 3 1.2 INSCHRIJVINGSVOORWAARDEN... 3 1.3 ANNULEREN/ RUITER- EN/OF PAARDWISSEL...

Nadere informatie

Reglement Recreawedstrijden Para-Equestrian

Reglement Recreawedstrijden Para-Equestrian Reglement Recreawedstrijden Para-Equestrian Editie 08-02-2013 1 Inhoudstafel INHOUDSTAFEL... 2 ALGEMENE VOORSCHRIFTEN... 3 DRESSUURPROEVEN... 3 WEDSTRIJDTERREIN... 3 WEDSTRIJDKLEDIJ... 3 OPTOMING... 3

Nadere informatie

Koninklijke Vereniging Het Nederlandse Trekpaard en de Haflinger Reglementen gebruiksrubrieken Nationale Tentoonstelling

Koninklijke Vereniging Het Nederlandse Trekpaard en de Haflinger Reglementen gebruiksrubrieken Nationale Tentoonstelling Koninklijke Vereniging Het Nederlandse Trekpaard en de Haflinger Reglementen gebruiksrubrieken Nationale Tentoonstelling 18, 19 en 20 augustus 2016 De Peelbergen, Horst aan de Maas Reglementen voor de

Nadere informatie

Aanvullend reglement kring Eindhoven de Kempen (versie )

Aanvullend reglement kring Eindhoven de Kempen (versie ) Aanvullend reglement kring Eindhoven de Kempen (versie 01-04-2018) 1. Vaststellen data voor indoorwedstrijden 1.1 Alle wedstrijddata voor indoorwedstrijden dienen ieder seizoen opnieuw schriftelijk bij

Nadere informatie

REGLEMENTEN DRESSUUR. Editie 2015. De aanpassingen die in de loop van het jaar gepubliceerd worden zijn onmiddellijk van kracht.

REGLEMENTEN DRESSUUR. Editie 2015. De aanpassingen die in de loop van het jaar gepubliceerd worden zijn onmiddellijk van kracht. REGLEMENTEN DRESSUUR Editie 2015 Opgesteld door de leden van de Dressuurcommissie. De aanpassingen die in de loop van het jaar gepubliceerd worden zijn onmiddellijk van kracht. Deze reglementen zijn tevens

Nadere informatie

Januari Springwedstrijd. E. Kerkstra Wedstrijdsecretariaat RSC de Schimmelkroft

Januari Springwedstrijd. E. Kerkstra Wedstrijdsecretariaat RSC de Schimmelkroft Januari 2013 Springwedstrijd E. Kerkstra Wedstrijdsecretariaat RSC de Schimmelkroft Springwedstrijd 1. Inleiding Rubrieken die verreden worden zijn de verschillende springhoogtes: S30, S40, S50, S60, S70,

Nadere informatie

K.B.R.S.F. vzw GELDIG VANAF

K.B.R.S.F. vzw GELDIG VANAF SPECIAAL REGLEMENT PONY'S JUMPING K.B.R.S.F. vzw GELDIG VANAF 2010 1 BIJZONDER REGLEMENT PONY'S JUMPING HOOFDSTUK I INLEIDING EN DEFINITIE Artikel 2100 - Algemeenheden. De Ponywedstrijden bieden de mogelijkheid

Nadere informatie

OPEN NEDERLANDS KAMPIOENSCHAP REINING 2015

OPEN NEDERLANDS KAMPIOENSCHAP REINING 2015 OPEN NEDERLANDS KAMPIOENSCHAP REINING 2015 Wedstrijdbepalingen (vraagprogramma) SCHIJNDEL 13 JUNI 2015 1 Algemene informatie 1.1 Type evenement Open Nederlands Kampioenschap Reining 2015 1.2 Wedstrijd

Nadere informatie

KNHS-Indoorkampioenschappen 2017 ZZ-Zwaar - Lichte Tour Junioren Young Riders Zware Tour Versie

KNHS-Indoorkampioenschappen 2017 ZZ-Zwaar - Lichte Tour Junioren Young Riders Zware Tour Versie 25 februari 2017 26 februari 2017 Dressuur paard ZZ-Zwaar - Lichte Tour - Junioren Young Riders U25 - Zware Tour Accommodatie: Nationaal Hippisch Centrum De Beek 125 3852 PL Ermelo Secretariaat: KNHS-Afdeling

Nadere informatie

augustus Locatie: Luyckstraat Brecht Sluitingsdatum inschrijvingen: 2/8

augustus Locatie: Luyckstraat Brecht Sluitingsdatum inschrijvingen: 2/8 Jumping Brecht 5-6 - 7 augustus 2016 Amazonekampioenschap Paarden & Pony s Algemene informatie www.jumpingbrecht.be Locatie: Luyckstraat 7 2960 Brecht Sluitingsdatum inschrijvingen: 2/8 Inschrijvingen

Nadere informatie

Koninklijke Vereniging Het Nederlandse Trekpaard en de Haflinger

Koninklijke Vereniging Het Nederlandse Trekpaard en de Haflinger Koninklijke Vereniging Het Nederlandse Trekpaard en de Haflinger Reglementen gebruiksrubrieken Nationale Tentoonstelling 16-17 en 18 augustus 2012 Brabanthallen te s-hertogenbosch Reglementen voor de gebruiksrubrieken

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1 : ALGEMEEN De omloop 2 2. Kleding 2 3. Berijding en paard 3 HOOFDSTUK 2 : REGLEMENT 3

HOOFDSTUK 1 : ALGEMEEN De omloop 2 2. Kleding 2 3. Berijding en paard 3 HOOFDSTUK 2 : REGLEMENT 3 HOOFDSTUK 1 : LGEMEEN 2 1. De omloop 2 2. Kleding 2 3. Berijding en paard 3 HOOFDSTUK 2 : REGLEMENT 3 1. De ring binnenkomen 3 2. De uitvoering van de proef 3 3. De groet 4 4. Halthouden 4 5. Jurybladen

Nadere informatie