Bestemmingsplan Koningin Julianalaan (bijlagenbundel) ontwerp

Transcriptie

1 Bestemmingsplan Koningin Julianalaan (bijlagenbundel) ontwerp

2

3 Gemeente Moerdijk Bestemmingsplan Koningin Julianalaan te Helwijk Bijlagenbundel projectnummer:

4

5 Inhoud Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5 Bijlage 6 Verkennend bodemonderzoek AGEL adviseurs, augustus 2009 Saneringsplan bodem SGS EcoCare BV, april 1998 Evaluatierapport sanering bodem SGS EcoCare BV, april 1998 Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai Adviesburo Van der Boom, november 2013 Onderzoek bedrijven en milieuzonering SPA Adviseurs, februari 2012 Quickscan flora en fauna Econsultancy, september 2013

6

7 Bijlage 1

8

9

10

11

12

13

14

15

16

17

18

19

20

21

22

23

24

25

26

27

28

29

30

31

32

33

34

35

36

37

38

39

40

41

42

43

44

45

46

47

48

49

50

51

52

53

54

55

56

57

58

59

60

61

62

63

64

65

66

67

68

69

70

71

72

73

74

75

76

77 Bijlage 2

78

79

80

81

82

83

84

85

86

87

88

89

90

91

92

93

94

95

96

97

98

99

100

101

102

103

104

105

106

107

108

109

110

111

112

113

114

115

116

117

118

119

120

121

122

123

124

125

126

127

128

129

130

131

132

133

134

135

136

137

138

139

140

141

142

143

144

145

146

147

148

149 Bijlage 3

150

151

152

153

154

155

156

157

158

159

160

161

162

163

164

165

166

167

168

169

170

171

172

173

174

175

176

177

178

179

180

181 Bijlage 4

182

183 Geluidbelasting wegverkeer op woningen Koningin Julianalaan te Helwijk versie 4 november 2013 opdrachtnummer datum 4 november 2013 opdrachtgever Compositie 5 stedenbouw bv Boschstraat GB Breda auteur A.D. Postma

184 INHOUDSOPGAVE bladzijde INHOUDSOPGAVE... I SAMENVATTING INLEIDING GELUIDBELASTING WEGVERKEER Verkeerscijfers Rekenmodel Resultaten 5 3 CONCLUSIES Toetsing en hogere waarde Maatregelen Hogere waarde Eis geluidwering 8 BIJLAGEN onderwerp Geluidbelasting appartementen opdrachtnummer bestand r2.doc bladzijde pagina i

185 SAMENVATTING In opdracht van Compositie 5 stedenbouw bv is een onderzoek ingesteld naar de geluidbelasting door wegverkeer op 12 nieuw te bouwen appartementen aan de Koningin Julianalaan te Helwijk. De 12 appartementen in 2 en 4 woonlagen komen op de plaats van een bestaande garage/showroom die wordt geamoveerd. De woningbouwlocatie is gelegen binnen de bebouwde kom van Helwijk binnen de geluidzone van het Steenpad. De appartementen liggen op ca. 22 meter uit de as van het Steenpad. De woningen liggen tevens op 125 meter uit de as van de Helsedijk, binnen de geluidzone van de weg. De verkeersintensiteit op deze weg is naar opgave van de gemeente zeer laag. De Helsedijk is daarom akoestisch niet relevant. De koningin Julianalaan, de Prinses Margrietstraat en de Prinses Beatrixstraat zijn 30 km wegen zonder geluidzone. Deze wegen hebben eveneens een lage verkeersintensiteit en zijn naar opgave van de gemeente akoestisch niet relevant. opdrachtnummer datum 4 november 2013 De geluidbelasting is berekend met behulp van een rekenmodel op basis van de weg- en verkeersgegevens zoals aangeleverd door de gemeente Moerdijk. De geluidbelasting op gevels van de appartementen grenzend aan het Steenpad bedraagt 51 db op de begane grond en 52 db op de verdiepingen na aftrek van 5 db ex art 110-g Wgh door wegverkeer op het Steenpad. De voorkeursgrenswaarde van 48 db wordt daarmee in rekenpunt 1 en 2 overschreden. De maximale hogere waarde wordt niet overschreden. De voorkeursgrenswaarde van 48 db wordt in de overige rekenpunten niet overschreden. opdrachtgever Compositie 5 stedenbouw bv Boschstraat GB Breda auteur A.D. Postma De kosten van het treffen van maatregelen aan de bron zijn hoog voor het afschermen van één woongebouw met een geluidbelasting hoger dan de voorkeursgrenswaarde. Het toepassen van een geluidscherm is uit stedenbouwkundig oogpunt ongewenst. Voor de zes appartementen grenzend aan het Steenpad (rekenpunt 1 en 2) dient een hogere waarde te worden aangevraagd van 51 db op de begane grond en 52 db op de verdiepingen voor wegverkeer op het Steenpad. Bij het bepalen van de benodigde geluidwering mag geen aftrek plaatsvinden ex. art. 110-g Wgh. Bovendien dient ook de geluidbelasting ten gevolge van wegen zonder geluidszone te worden meegenomen. De hoogste geluidbelasting bedraagt 56 db op de begane grond en 57 db op de verdiepingen van de 6 nieuwe appartementen grenzend aan het Steenpad.

186 De benodigde karakteristieke geluidwering G A;k bedraagt dan 24 db resp. 25 db. Voor alle gevels met een geluidbelasting van meer dan 53 db zonder aftrek zijn aanvullende geluidwerende voorzieningen nodig om te voldoen aan de eisen uit het Bouwbesluit. onderwerp Geluidbelasting appartementen opdrachtnummer bestand r2.doc bladzijde pagina 2

187 1 INLEIDING In opdracht van Compositie 5 stedenbouw bv is een onderzoek ingesteld naar de geluidbelasting door wegverkeer op 12 nieuw te bouwen appartementen aan de Koningin Julianalaan te Helwijk. De 12 appartementen in 2 en 4 woonlagen komen op de plaats van een bestaande garage/showroom die wordt geamoveerd. De woningbouwlocatie is gelegen binnen de bebouwde kom van Helwijk binnen de geluidzone van het Steenpad. De appartementen liggen op ca. 22 meter uit de as van het Steenpad. De woningen liggen tevens op 125 meter uit de as van de Helsedijk, binnen de geluidzone van de weg. De verkeersintensiteit op deze weg is naar opgave van de gemeente zeer laag. De Helsedijk is daarom akoestisch niet relevant. De koningin Julianalaan, de Prinses Margrietstraat en de Prinses Beatrixstraat zijn 30 km wegen zonder geluidzone. Deze wegen hebben eveneens een lage verkeersintensiteit en zijn naar opgave van de gemeente akoestisch niet relevant. Een situatieoverzicht is weergegeven in tekening 1 in bijlage I en in figuur 1 in bijlage II. onderwerp Geluidbelasting appartementen De voorkeursgrenswaarde voor de etmaalwaarde van de geluidbelasting op de gevels van de woning t.g.v. een weg bedraagt 48 db. De gemeente kan volgens art. 83, lid 1 en 2 van de Wet geluidhinder (Wgh) voor woningen een hogere waarde vaststellen, in principe tot: - 53 db in buitenstedelijk gebied - 63 db in stedelijk gebied. Een hogere waarde mag alleen worden vastgesteld als maatregelen om de geluidbelasting tot 48 db te beperken onvoldoende doeltreffend zijn of als deze maatregelen ernstige bezwaren hebben van stedenbouwkundige, verkeerskundige, landschappelijke of financiële aard (Wgh art 110-a). De gemeente of provincie moet zelf motiveren waarom ze een hogere waarde wil vaststellen en waarom niet aan de voorkeursgrenswaarde kan worden voldaan. opdrachtnummer bestand r2.doc bladzijde pagina 3

188 De op de geplande woninggevels invallende geluidbelasting B i is bepaald met een rekenmodel, volgens het Reken- en Meetvoorschrift Geluid De rekenmethoden zijn gebaseerd op het berekenen van de geluidemissie (afhankelijk van het aantal en type voertuigen, het soort wegdek, de rijsnelheid en enkele correctiefactoren) en de geluidoverdracht tussen de weg en het immissiepunt (woninggevel). Daarbij is gebruik gemaakt van de volgende gegevens: - situatieoverzicht en voorlopige uitgangspunten van de opdrachtgever, - verkeerscijfers van de gemeente Moerdijk. De geluidbelasting wordt berekend in hoofdstuk 2. onderwerp Geluidbelasting appartementen opdrachtnummer bestand r2.doc bladzijde pagina 4

189 2 GELUIDBELASTING WEGVERKEER 2.1 Verkeerscijfers Bij het berekenen van de geluidbelasting wordt uitgegaan van de verkeersintensiteit in de toekomstige situatie. De weg- en verkeersgegevens zijn in tabel II.1 weergegeven. Bij de berekeningen is uitgegaan van verkeerstellingen van de gemeente Moerdijk. Uitgegaan is van een autonome groei van 1 % per jaar voor de periode tussen het teljaar en TABEL II.1: overzicht weg- en verkeersgegevens Omschrijving - etmaalintensiteit jaar etmaalintensiteit jaar daguurintensiteit [%] - avonduurintensiteit [%] - nachtuurintensiteit [%] - perc. lichte mvt dag/avond/nacht [%] - perc. mz mvt dag/avond/nacht [%] - perc. zw mvt dag/avond/nacht [%] - rijsnelheid [km/uur] - type wegdek - verkeerregelinstallatie binnen 150 m - obstakel binnen 100 meter Steenpad ,7 2,4 0, ,4 0,6 50 DAB nee nee onderwerp Geluidbelasting appartementen opdrachtnummer Rekenmodel De op de geplande woning invallende geluidbelasting B i kan worden bepaald met een rekenmodel, volgens het Reken- en Meetvoorschrift Geluid In deze situatie is binnen de randvoorwaarden gebruik gemaakt van rekenmethode II. 2.3 Resultaten Tabel II.2 geeft voor het Steenpad een overzicht van de berekende invallende geluidbelasting Lden in 2024, incl. 5 db aftrek ex. art. 110-g Wgh. bestand r2.doc bladzijde pagina 5

190 TABEL II.2: overzicht berekende invallende geluidbelasting Lden (db) tgv het Steenpad incl. aftrek van 5 db Punt gevel 1,5 m 4,5 7,5 m 10,5 m 1 Zuidoostgevel Zuidoostgevel Noordoostgevel Noordoostgevel Noordoostgevel Zuidwestgevel Zuidwestgevel Noordwestgevel Zuidwestgevel Zuidwestgevel Zuidwestgevel Voor de invoergegevens in het model en de rekenresultaten wordt verwezen naar de berekeningen in bijlage II. onderwerp Geluidbelasting appartementen opdrachtnummer bestand r2.doc bladzijde pagina 6

191 3 CONCLUSIES 3.1 Toetsing en hogere waarde De geluidbelasting op gevels van de appartementen grenzend aan het Steenpad bedraagt 51 db op de begane grond en 52 db op de verdiepingen na aftrek van 5 db ex art 110-g Wgh door wegverkeer op het Steenpad. De voorkeursgrenswaarde van 48 db wordt daarmee in rekenpunt 1 en 2 overschreden. De maximale hogere waarde wordt niet overschreden. De voorkeursgrenswaarde van 48 db wordt in de overige rekenpunten niet overschreden. Hieronder zijn maatregelen beschreven om de geluidbelasting op de gevel in de rekenpunten met een geluidbelasting van meer dan 48 db zo mogelijk tot onder de voorkeursgrenswaarde te doen afnemen. 3.2 Maatregelen Maatregelen aan de bron: stil asfalt Het Steenpad is voorzien van standaard asfalt. Door het toepassen van een stiller wegdek zou de geluidbelasting met ca. 4 db (dunne deklaag 2) afnemen. De voorkeursgrenswaarde wordt dan gehaald Het vervangen van een wegdek is een taak van de wegbeheerder. De kosten van een dunne deklaag in de situatie van groot onderhoud bedragen ca. 26,-- /m 2 (prijspeil 2005, bron: RWS: Advies dunne deklagen op nietautosnelwegen (2007)). De kosten voor aanleg van een stil wegdek bedragen daarmee ca ,-- voor een weglengte van 200 meter (bij een breedte van 7 meter). Hierin zijn de meerkosten voor extra onderhoud niet meegenomen. Ook zullen meerkosten ontstaan door de geringe weglengte die wordt vervangen. onderwerp Geluidbelasting appartementen opdrachtnummer Afscherming met een geluidscherm Het afschermen van een gebouw met 2 en 4 woonlagen met een geluidscherm van ten minste 4,5 en 10,5 meter hoogte kan ca db bijdragen aan de reductie van de geluidbelasting. Deze maatregel zou bovendien moeten worden getroffen op zo kort mogelijke afstand van de weg. Gezien de ligging van het perceel binnen de bebouwde kom is een geluidscherm met een dergelijke hoogte uit stedenbouwkundig oogpunt ongewenst. bestand r2.doc bladzijde pagina 7

192 3.3 Hogere waarde De kosten van het treffen van maatregelen aan de bron zijn hoog voor het afschermen van één woongebouw met een geluidbelasting hoger dan de voorkeursgrenswaarde. Het toepassen van een geluidscherm is uit stedenbouwkundig oogpunt ongewenst. Voor de zes appartementen grenzend aan het Steenpad (rekenpunt 1 en 2) dient een hogere waarde te worden aangevraagd van 51 db op de begane grond en 52 db op de verdiepingen voor wegverkeer op het Steenpad. 3.4 Eis geluidwering Volgens het Bouwbesluit moet de zgn. karakteristieke geluidwering G A;k van de uitwendige scheidingsconstructie van een verblijfsgebied in een woning ten minste gelijk zijn aan de invallende geluidbelasting verminderd met 33 db; voor verblijfsruimten gelden 2 db lagere waarden voor de geluidwering G A;k. De voorschriften hebben tot doel de geluidbelasting binnenshuis in de verblijfsgebieden van een woning te beperken tot 33 db. Bij het bepalen van de benodigde geluidwering mag geen aftrek plaatsvinden ex. artikel 110-g Wgh. Er moet daarom gerekend worden met de geluidbelasting zoals weergegeven in tabel III.1. Tabel III.1 geeft een overzicht van de berekende invallende geluidbelasting Lden in 2024, zonder aftrek. TABEL III.1: overzicht berekende invallende geluidbelasting Lden (db) zonder aftrek Punt gevel 1,5 m 4,5 7,5 m 10,5 m 1 Zuidoostgevel Zuidoostgevel Noordoostgevel Noordoostgevel onderwerp Geluidbelasting appartementen Noordoostgevel Zuidwestgevel Zuidwestgevel Noordwestgevel opdrachtnummer Zuidwestgevel Zuidwestgevel Zuidwestgevel bestand r2.doc bladzijde pagina 8

193 De hoogste geluidbelasting bedraagt 56 db op de begane grond en 57 db op de verdiepingen van de 6 nieuwe appartementen grenzend aan het Steenpad (rekenpunt 1 en 2). De benodigde karakteristieke geluidwering G A;k bedraagt dan 24 db resp. 25 db. Voor alle gevels met een geluidbelasting van meer dan 53 db zonder aftrek zijn aanvullende geluidwerende voorzieningen nodig om te voldoen aan de eisen uit het Bouwbesluit. A.D. Postma. onderwerp Geluidbelasting appartementen opdrachtnummer bestand r2.doc bladzijde pagina 9

194 Bijlage I Tekeningen onderwerp Geluidbelasting appartementen opdrachtnummer bestand r2.doc bladzijde pagina 10

195

196 Bijlage II Berekeningen geluidbelasting en toelichting opdrachtnummer datum 4 november 2013 opdrachtgever Compositie 5 stedenbouw bv Boschstraat GB Breda auteur A.D. Postma

197

198 Adviesburo Van der Boom bv Zutphen Koningin Julianalaan Helwijk Rapport: Resultatentabel Model: Kopie van eerste model LAeq totaalresultaten voor toetspunten Groep: Steenpad Groepsreductie: Ja Bijlage II Invallende geluidbelasting Steenpad na aftrek van 5 db Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Lden 01_A zuidoostgevel 1,50 51,3 46,8 41,3 51,4 01_B zuidoostgevel 4,50 52,1 47,6 42,1 52,2 02_A zuidoostgevel 1,50 51,3 46,8 41,3 51,4 02_B zuidoostgevel 4,50 52,1 47,7 42,1 52,2 02_C zuidoostgevel 7,50 52,1 47,7 42,1 52,2 02_D zuidoostgevel 10,50 52,0 47,6 42,0 52,1 03_A noordoostgevel 1,50 47,2 42,8 37,2 47,3 03_B noordoostgevel 4,50 48,3 43,9 38,3 48,4 03_C noordoostgevel 7,50 48,4 43,9 38,4 48,5 03_D noordoostgevel 10,50 48,3 43,8 38,3 48,4 04_A noordoostgevel 1,50 44,8 40,4 34,8 44,9 04_B noordoostgevel 4,50 46,4 41,9 36,4 46,5 04_C noordoostgevel 7,50 46,6 42,2 36,6 46,7 04_D noordoostgevel 10,50 46,8 42,3 36,8 46,8 05_A noordoostgevel 1,50 42,7 38,3 32,7 42,8 05_B noordoostgevel 4,50 44,5 40,0 34,5 44,6 06_A zuidwestgevel 1,50 24,2 19,7 14,2 24,3 06_B zuidwestgevel 4,50 27,8 23,4 17,8 27,9 07_A zuidwestgevel 1,50 25,1 20,6 15,1 25,2 07_B zuidwestgevel 4,50 29,3 24,8 19,3 29,4 08_A noordwestgevel 1,50 20,3 15,8 10,3 20,3 08_B noordwestgevel 4,50 22,1 17,6 12,1 22,2 09_A zuidwestgevel 1,50 44,2 39,7 34,2 44,3 09_B zuidwestgevel 4,50 45,2 40,7 35,2 45,3 10_A zuidoostgevel 7,50 36,0 31,5 26,0 36,1 10_B zuidoostgevel 10,50 42,1 37,7 32,1 42,2 11_A zuidoostgevel 7,50 44,6 40,1 34,6 44,7 11_B zuidoostgevel 10,50 47,2 42,7 37,2 47,3 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :01:15

199 Adviesburo Van der Boom bv Zutphen Koningin Julianalaan Helwijk Rapport: Resultatentabel Model: Kopie van eerste model LAeq totaalresultaten voor toetspunten Groep: (hoofdgroep) Groepsreductie: Nee Bijlage II Invallende geluidbelasting zonder aftrek Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Lden 01_A zuidoostgevel 1,50 56,3 51,8 46,3 56,4 01_B zuidoostgevel 4,50 57,1 52,6 47,1 57,2 02_A zuidoostgevel 1,50 56,3 51,8 46,3 56,4 02_B zuidoostgevel 4,50 57,1 52,7 47,1 57,2 02_C zuidoostgevel 7,50 57,1 52,7 47,1 57,2 02_D zuidoostgevel 10,50 57,0 52,6 47,0 57,1 03_A noordoostgevel 1,50 52,2 47,8 42,2 52,3 03_B noordoostgevel 4,50 53,3 48,9 43,3 53,4 03_C noordoostgevel 7,50 53,4 48,9 43,4 53,5 03_D noordoostgevel 10,50 53,3 48,8 43,3 53,4 04_A noordoostgevel 1,50 49,8 45,4 39,8 49,9 04_B noordoostgevel 4,50 51,4 46,9 41,4 51,5 04_C noordoostgevel 7,50 51,6 47,2 41,6 51,7 04_D noordoostgevel 10,50 51,8 47,3 41,8 51,8 05_A noordoostgevel 1,50 47,7 43,3 37,7 47,8 05_B noordoostgevel 4,50 49,5 45,0 39,5 49,6 06_A zuidwestgevel 1,50 29,2 24,7 19,2 29,3 06_B zuidwestgevel 4,50 32,8 28,4 22,8 32,9 07_A zuidwestgevel 1,50 30,1 25,6 20,1 30,2 07_B zuidwestgevel 4,50 34,3 29,8 24,3 34,4 08_A noordwestgevel 1,50 25,3 20,8 15,3 25,3 08_B noordwestgevel 4,50 27,1 22,6 17,1 27,2 09_A zuidwestgevel 1,50 49,2 44,7 39,2 49,3 09_B zuidwestgevel 4,50 50,2 45,7 40,2 50,3 10_A zuidoostgevel 7,50 41,0 36,5 31,0 41,1 10_B zuidoostgevel 10,50 47,1 42,7 37,1 47,2 11_A zuidoostgevel 7,50 49,6 45,1 39,6 49,7 11_B zuidoostgevel 10,50 52,2 47,7 42,2 52,3 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :02:45

200 Adviesburo van der Boom bv Zutphen Koninging Julianalaan Helwijk Bijlage II Lijst van bodemgebieden Model: Groep: eerste model (hoofdgroep) Lijst van Bodemgebieden, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006 Naam Omschr. Bf 01 hard 0,00 02 hard 0,00 03 hard 0,00 04 hard 0,00 05 hard 0,00 06 hard 0,00 07 hard 0,00 08 hard 0,00 09 hard 0,00 10 hard 0,00 11 hard 0,00 12 hard 0,00 Geomilieu V :54:32

201 Adviesburo Van der Boom bv Zutphen Koningin Julianalaan Helwijk Model: Groep: Kopie van eerste model (hoofdgroep) Lijst van Gebouwen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Bijlage II lijst van gebouwen Naam Omschr. Hoogte Maaiveld Hdef. Cp Zwevend Refl. 63 Refl. 125 Refl. 250 Refl. 500 Refl. 1k Refl. 2k Refl. 4k Refl. 8k 01 woningen nieuw 6,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 02 woningen nieuw 12,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 10 gebouw bestaand 9,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 11 gebouw bestaand 9,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 12 gebouw bestaand 9,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 13 gebouw bestaand 9,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 14 gebouw bestaand 9,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 15 gebouw bestaand 9,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 16 gebouw bestaand 9,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 17 gebouw bestaand 9,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 18 gebouw bestaand 9,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 19 gebouw bestaand 9,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 20 gebouw bestaand 9,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 21 gebouw bestaand 9,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 22 gebouw bestaand 9,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 23 gebouw bestaand 9,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 24 gebouw bestaand 9,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 25 gebouw bestaand 9,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 26 gebouw bestaand 9,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 27 gebouw bestaand 9,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 28 gebouw bestaand 6,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 29 gebouw bestaand 6,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 30 gebouw bestaand 6,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 31 gebouw bestaand 6,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 32 gebouw bestaand 6,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 33 gebouw bestaand 9,00 0,00 Relatief 0 db False 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 Geomilieu V :04:30

202 Adviesburo Van der Boom bv Zutphen Koningin Julianalaan Helwijk Model: Groep: Kopie van eerste model (hoofdgroep) Lijst van Rekenpunten, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Bijlage II lijst van ontvangers Naam Omschr. Maaiveld Hdef. Hoogte A Hoogte B Hoogte C Hoogte D Hoogte E Hoogte F Gevel 01 zuidoostgevel 0,00 Relatief 1,50 4, Ja 02 zuidoostgevel 0,00 Relatief 1,50 4,50 7,50 10, Ja 03 noordoostgevel 0,00 Relatief 1,50 4,50 7,50 10, Ja 04 noordoostgevel 0,00 Relatief 1,50 4,50 7,50 10, Ja 05 noordoostgevel 0,00 Relatief 1,50 4, Ja 06 zuidwestgevel 0,00 Relatief 1,50 4, Ja 07 zuidwestgevel 0,00 Relatief 1,50 4, Ja 08 noordwestgevel 0,00 Relatief 1,50 4, Ja 09 zuidwestgevel 0,00 Relatief 1,50 4, Ja 10 zuidoostgevel 0,00 Relatief 7,50 10, Ja 11 zuidoostgevel 0,00 Relatief 7,50 10, Ja Geomilieu V :03:48

203 Adviesburo Van der Boom bv Zutphen Koningin Julianalaan Helwijk Model: Groep: Kopie van eerste model (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Bijlage II lijst van wegen Naam Omschr. ISO H ISO M Hdef. Type Cpl Cpl_W Hbron Helling Wegdek V(MR(D)) V(MR(A)) V(MR(N)) V(MRP4) V(LV(D)) V(LV(A)) V(LV(N)) 01 Steenpad 0,00 0,00 Relatief Verdeling False 1.5 db 0,75 0 W Geomilieu V :07:36

204 Adviesburo Van der Boom bv Zutphen Koningin Julianalaan Helwijk Model: Groep: Kopie van eerste model (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Bijlage II lijst van wegen Naam V(LVP4) V(MV(D)) V(MV(A)) V(MV(N)) V(MVP4) V(ZV(D)) V(ZV(A)) V(ZV(N)) V(ZVP4) Totaal aantal %Int(D) %Int(A) %Int(N) %IntP4 %MR(D) %MR(A) %MR(N) %MRP ,00 6,70 2,40 0, Geomilieu V :07:36

205 Adviesburo Van der Boom bv Zutphen Koningin Julianalaan Helwijk Model: Groep: Kopie van eerste model (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Bijlage II lijst van wegen Naam %LV(D) %LV(A) %LV(N) %LVP4 %MV(D) %MV(A) %MV(N) %MVP4 %ZV(D) %ZV(A) %ZV(N) %ZVP4 MR(D) MR(A) MR(N) MRP4 LV(D) LV(A) LV(N) LVP ,00 93,00 93, ,40 6,40 6, ,60 0,60 0, ,34 69,62 19,43 -- Geomilieu V :07:36

206 Adviesburo Van der Boom bv Zutphen Koningin Julianalaan Helwijk Model: Groep: Kopie van eerste model (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Bijlage II lijst van wegen Naam MV(D) MV(A) MV(N) MVP4 ZV(D) ZV(A) ZV(N) ZVP4 LE (D) 63 LE (D) 125 LE (D) 250 LE (D) 500 LE (D) 1k LE (D) 2k LE (D) 4k 01 13,37 4,79 1, ,25 0,45 0, ,47 85,96 92,79 97,05 103,31 99,98 93,23 Geomilieu V :07:36

207 Adviesburo Van der Boom bv Zutphen Koningin Julianalaan Helwijk Model: Groep: Kopie van eerste model (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Bijlage II lijst van wegen Naam LE (D) 8k LE (A) 63 LE (A) 125 LE (A) 250 LE (A) 500 LE (A) 1k LE (A) 2k LE (A) 4k LE (A) 8k LE (N) 63 LE (N) 125 LE (N) 250 LE (N) 500 LE (N) 1k 01 84,02 74,01 81,50 88,33 92,59 98,85 95,52 88,78 79,56 68,47 75,96 82,79 87,05 93,31 Geomilieu V :07:36

208 Adviesburo Van der Boom bv Zutphen Koningin Julianalaan Helwijk Model: Groep: Kopie van eerste model (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Bijlage II lijst van wegen Naam LE (N) 2k LE (N) 4k LE (N) 8k LE P4 63 LE P4 125 LE P4 250 LE P4 500 LE P4 1k LE P4 2k LE P4 4k LE P4 8k 01 89,98 83,23 74, Geomilieu V :07:36

209 Adviesburo van der Boom bv Zutphen Koninging Julianalaan Helwijk Bijlage II Lijst van groepsreducties Rapport: Model: Groepsreducties eerste model Groep Demping Sommatie Dag Avond Nacht Dag Avond Nacht (hoofdgroep) Steenpad 5,00 5,00 5,00 5,00 5,00 5,00 Geomilieu V :56:28

210 Grenswaarden nieuwe woningen langs bestaande wegen Wanneer de geluidbelasting op een nieuw te bouwen woning(en), door wegverkeer, in het zgn. maatgevende jaar (10 jaar na aanvraag vergunning) en na toepassing van de zgn. "tijdelijke aftrek" ex. art. 110-g Wgh, hoger is dan de voorkeursgrenswaarde van 48 db, kan alleen een bouwvergunning worden verleend als het bevoegd gezag een hogere grenswaarde heeft vastgesteld. In de meeste gevallen zijn B&W bevoegd om een hogere waarde vast te stellen (Wgh art 110 a). Uitzonderingen zijn: - de aanleg van een rijks- of provinciale weg of een hoofdspoorweg - bij vaststellen of wijzigen van een zone rond een industrieterrein van regionale betekenis Volgens art. 83 lid 1, 2 en 4 kan een hogere toelaatbare geluidbelasting worden vastgesteld voor nieuwe woningen langs een bestaande weg, van ten hoogste: - 53 db in buitenstedelijk gebied - 58 db voor een agrarische bedrijfswoning - 63 db in stedelijk gebied - 68 db voor een spoorweg Een hogere waarde mag alleen worden vastgesteld als maatregelen om de geluidbelasting tot 50 db(a) te beperken onvoldoende doeltreffend zijn of als deze maatregelen ernstige bezwaren hebben van stedenbouwkundige, verkeerskundige, vervoerskundige, landschappelijke of financiële aard (Wgh art 110a) Met de wijziging van de Wet geluidhinder op 1 januari 2007 is het merendeel van de overige randvoorwaarden en criteria, waaronder een hogere waarde kan worden verleend, komen te vervallen. De gemeente of GS moet zelf motiveren waarom ze een hogere waarde wil vaststellen en waarom niet aan de voorkeursgrenswaarde kan worden voldaan.

211 Het bevoegd gezag kan geen hogere waarde vaststellen dan de maximale hogere waarden voor de betreffende situatie. Op grond van de Interimwet Stad en Milieu kan hier onder strikte voorwaarden van worden afgeweken. B&W laten de vastgestelde hogere waarde zo snel mogelijk vastleggen in het kadaster. Adviesburo Van der Boom onderwerp Geluidbelasting appartementen opdrachtnummer bestand r2.doc 2

212

213 Bijlage 5

214

215 C.N01 Nieuwbouw appartementen a/d Koningin Julianalaan 31, Helwijk Onderzoek milieuzonering datum: 15 februari 2012

216 sa p SCHOONDERBEEK E N PA RT N E R S A D V I E S B V MILIEU, GELUID, BOUW ADVIES, BRANDVEILIGHEID, RUIMTELIJKE ORDENING, BELEIDSADVIES C.N01 Nieuwbouw appartementen a/d Koningin Julianalaan 31, Helwijk Onderzoek milieuzonering datum: 15 februari 2012 INHOUD 1. Blz. Inleiding 2 2. Situatie en uitgangspunten 2.1. Situatie 2.2. Het voorgestelde plan 2.3. Uitgangspunten Methode van het onderzoek 3.1. Uitwaartse milieuzonering 3.2. Inwaartse milieuzonering Resultaten 4.1. Resultaten inwaartse milieuzonering Conclusie 6 Niets uit deze notitie mag worden vermenigvuldigd door middel van druk, fotokopiëren, microverfilming of enige andere methode, of worden vrijgegeven aan derden voor bestudering zonder uitdrukkelijke toestemming van de directie van: Schoonderbeek en Partners Advies BV. EDE Klinkenbergerweg 30a, 6711 MK Postbus 374, 6710 BJ Ede T F E: Ede@spaede.nl TERNEUZEN Oostelijk Bolwerk 9, 4531 GP Terneuzen T F E: Terneuzen@spaede.nl Handelsregister: Arnhem btw: NL B.01 Internet: Bank: IBAN: NL 29 ING B BIC: INGBNL2A Branchevereniging van advies-, management- en ingenieursbureaus

217 C.N01 INLEIDING Voor het realiseren van de nieuwbouw appartementen aan de Koningin Julianalaan 31 in Helwijk (gemeente Moerdijk) is een onderzoek naar de milieuzonering uitgevoerd. Het onderzoek dient als onderbouwing voor de ruimtelijke procedure. Het onderzoek heeft als doel om vast te stellen of er vanuit de milieubelastende bestemmingen in de omgeving mogelijk hinder kan ontstaan op de milieugevoelige bestemmingen (nieuw te bouwen appartementen) in het voorgestelde plan. 2. SITUATIE EN UITGANGSPUNTEN 2.1. Situatie Het plangebied ligt ten oosten van de rijksweg A59 aan de Koningin Julianalaan 31 in Helwijk (gemeente Moerdijk). In figuur 1 staat een afbeelding van het plangebied en de omgeving weergegeven. De rode lijn betreft het plangebied. Figuur 1 plangebied (bron: Google) Het plangebied bevindt zich op de hoek van de Koningin Julianalaan en Prinses Beatrixstraat. Momenteel is er een autoshowroom/garage gevestigd op het plangebied. Ten behoeve van het plan zal de initiatiefnemer dit beëindigen. Het plangebied ligt binnen het bestemmingplan Kern Helwijk en heeft als bestemming bedrijven. Hierbij mogen bedrijven tot milieucategorie 2 en een bedrijfswoning aanwezig zijn. Bestandsnaam: C N01 Nieuwbouw appartementen KonJulianalaan 31 Helwijk.docx Opslagdatum: 15 februari :27:00

218 C.N01 Het voorgestelde plan De initiatiefnemer heeft het voornemen om een appartementencomplex te realiseren. Het appartementencomplex bestaat uit 3 bouwlagen met in totaal 12 appartementen. In figuur 2a staat een schetsmatige indeling voor de bouwlagen weergegeven. Figuur 2a schetsmatige indeling voor elke bouwlaag (bron: informatiedocument) N o o r d Figuur 2b uitsnede van de kadastrale kaart (bron: informatiedocument) Bestandsnaam: C N01 Nieuwbouw appartementen KonJulianalaan 31 Helwijk.docx Opslagdatum: 15 februari :27:00

219 C.N01 Uitgangspunten Voor het onderzoek hebben wij gebruikgemaakt van de volgende stukken: VNG handreiking Bedrijven en milieuzonering editie 2009 Informatiedocument Correspondentie met de opdrachtgever Bestemmingsplan Kern Helwijk Memo beoordeling Wm Steenpad 23 (gemeente Moerdijk) d.d. 16 januari Veehouderijenkaart (Provincie Noord-Brabant) Correspondentie Provincie Noord-Brabant d.d. 14 februari 2012 De opdrachtgever heeft de gegevens toegelicht. In een straal van 500m rondom het plangebied inventariseren wij alle milieubelastende bestemmingen op basis van de beschikbare informatie. Uit het voorgestelde plan blijkt dat er alleen milieugevoelige bestemmingen (woningen) komen. Voor het beoordelen van de milieuhinder gaan wij ervan uit dat er sprake is van een zogenaamd gemengd gebied. In de VNG handreiking Bedrijven en milieuzonering staat dit omschreven als een gebied met een matige tot sterke functiemenging. Direct naast woningen komen andere functies voor zoals winkels, horeca en kleine bedrijven. De richtafstanden kunnen daarom met één afstandstap worden verlaagd, ten opzichte van de richtafstanden die in bijlage 1 van de VNG handreiking staan. Het maatgevende milieuaspect van een bedrijf bepaalt de richtafstand. Het kan hierbij gaan om de aspecten geur, stof, geluid en gevaar. Indien bij bedrijven het milieuaspect gevaar de richtafstand bepaalt, dan kan deze niet worden verlaagd. De mogelijkheid bestaat dat het Bevi (Besluit externe veiligheid inrichtingen) van toepassing is. Het betreft hierbij de volgende inrichtingen; - kerncentrales - splijt- en kweekstofbewerkingsbedrijven - munitie groothandel - zendinstallaties LG, MG <kw - afvalverwerkingsbedrijven: verwerking radio-actief afval - schietinrichtingen met buitenbanen - alle opslagen gevaarlijke stoffen - radarinstallaties. Op basis van de beschikbare informatie komen deze inrichtingen niet in de omgeving van het plangebied voor en kan voor alle milieu-aspecten worden uitgegaan van een omgevingstype gemengd gebied. Bestandsnaam: C N01 Nieuwbouw appartementen KonJulianalaan 31 Helwijk.docx Opslagdatum: 15 februari :27:00

220 C.N01 METHODE VAN HET ONDERZOEK Het onderzoek hanteert de richtafstanden uit de VNG publicatie Bedrijven en milieuzonering, editie De handreiking maakt gebruik van verschillende milieuzoneringsmethode. Dit hoofdstuk beschrijft de toegepaste milieuzoneringsmethode Uitwaartse milieuzonering Omdat het plan niet voorziet in de realisatie van milieubelastende bestemmingen hoeft deze milieuzoneringsmethode niet te worden toegepast Inwaartse milieuzonering De milieubelastende functies in de omgeving van het plangebied, die mogelijk hinder kunnen geven aan de milieugevoelige bestemmingen (woningen) in het voorgestelde plan, zijn geïnventariseerd. In figuur 3 staat met rode stippellijn het geïnventariseerde gebied weergegeven. De inventarisatie is met behulp van de beschikbare bestemmingsplannen uitgevoerd. Daarnaast is gebruikgemaakt van de veehouderijenkaart van de provincie. Algemeen: Conform de VNG bundel worden de richtafstanden gemeten vanaf de inrichtingsgrens van de milieubelastende bestemmingen (bedrijven) tot de gevels van de milieugevoelige bestemmingen (woningen). Figuur 3 het geïnventariseerde gebied (bron: Bestandsnaam: C N01 Nieuwbouw appartementen KonJulianalaan 31 Helwijk.docx Opslagdatum: 15 februari :27:00

221 -6-4. RESULTATEN 4.1. Resultaten inwaartse milieuzonering C.N01 In tabel 1 staan de resultaten van de inwaartse milieuzonering. In de omgeving bestaan geen bestemmingen die hinder kunnen geven aan de te realiseren appartementen. Tabel 1a resultaten inwaartse milieuzonering 2 VNG richtafstand (omgevingstype gemengd gebied) 10 meter (geluid) Basisschool De Ruigenhil 2 10 meter (geluid) 120 meter Inyotex Recycling BV Breeflex Gems BV Shape en Shake Ecotax NIBE Glynwed TRANSPORT Autofoodbenzinepomp met LPG meter (geluid) 10 meter (geluid) 30 meter (geluid) 10 meter (geluid) 10 meter (geur/geluid) 30 meter (geluid) 30 meter (geur en geluid) 10 meter (geluid) 30 meter (gevaar) 522 meter 158 meter 32 meter 30 meter 122 meter 160 meter 280 meter 310 meter 192 meter 3.2 VNG richtafstand (omgevingstype gemengd gebied) 50 meter (geur) Afstand tot de appartementen 630 meter meter (geur) 395 meter Bestemming Adres Maatschappelijke voorziening Maatschappelijke voorziening Bedrijf Bedrijf Bedrijf Bedrijf Bedrijf Bedrijf Bedrijf Bedrijf Bedrijf Prins Bernhardplein 2 Naam/ omschrijving Buurthuis De Blokhut Prinses Christinastr. 19 Helsedijk 57 Helsedijk 23 Steenpad 23 Steenpad 19 Steenpad 13 Steenpad 11 Steenpad 5 Prins Hendrikstr. Steenpad 9 Milieucategorie Afstand tot de appartementen 68 meter Tabel 1b resultaten inwaartse milieuzonering (veehouderijen) 5. Bestemming Adres Aantal vee Veehouderij Zuidlangeweg 1b Veehouderij Stadsedijk melkkoeien 85 vrouwelijk jongvee vleeskuikens Milieucategorie CONCLUSIE Op basis van het onderzoek naar de milieuzonering blijkt dat de milieubelastende bestemmingen in de omgeving geen hinder geven naar de nieuwbouw appartementen aan de Koningin Julianalaan 31 in Helwijk. In het voorgestelde plan kan een goed woon- en leefklimaat worden gerealiseerd. Schoonderbeek en Partners Advies BV Mevrouw ing. N. Jacobs Bestandsnaam: C N01 Nieuwbouw appartementen KonJulianalaan 31 Helwijk.docx Opslagdatum: 15 februari :27:00 De heer ing. H. Meerbeek

222 SPA, uw eigen adviseur voor: MILIEU Aanvraag vergunningen (Wabo) ABM toets/proteus II Afvalpreventie onderzoek Akoestisch- en of trillingsonderzoek BBT/IPPC Bedrijfsmilieuplan Biobrandstoffen Bio-energie Brandveiligheid en brandcompartimentering Brzo/VBS Duurzaamheid Energiebesparing onderzoek Externe veiligheid (PR, GR, risico-analyse) Gas/stofontploffing (ATEX) Geurhinder Luchtkwaliteit (NER, BEES, BEMS) Luchtkwaliteit op de werkplek Meldingen activiteitenbesluit (BARIM) Milieuverslagen Milieuzorgsysteem KAM-zorg Onderzoek Luchtkwaliteit Opslag gevaarlijke stoffen Reach Trillingsonderzoek Wet geurhinder en veehouderij (Wgv) GELUID Advies geluidbelaste locaties Geluidonderzoek agrarische bedrijven Geluidonderzoek BARIM Geluidonderzoek Wabo Geluidwering van gevels Horecalawaai Geluid op de werkplek Productontwikkeling Railverkeerlawaai Referentieniveaumetingen Wegverkeerlawaai Zonering industrieterreinen Herzonering industrieterreinen Dezonering industrieterreinen RUIMTELIJKE ORDENING Archeologisch onderzoek Bestemmingsplanprocedures en projectbesluit Bodemonderzoek Bouwen op milieubelaste locaties Ecologisch onderzoek Externe veiligheid Geluidbelaste locaties Haalbaarheidscan Luchtkwaliteit onderzoek Milieuzonering Omgevingsvergunning Planschade risicoanalyse Quickscan locatieontwikkeling Ruimtelijke onderbouwing Spuitzones agrarische bedrijven Watertoets Weg- en railverkeerslawaai Wet geurhinder en veehouderij BELEIDSADVIES Beleidsregel luchtkwaliteit en RO Duurzaamheidprojecten Gebiedsgericht uitvoeringsgericht Geluidbeleid Geluidkaarten Hogere grenswaarden beleid Milieukundige begeleiding bij ruimtelijke plannen Provinciaal actieplan geluid. BOUWADVIES Binnenmilieu Duurzaam bouwen Bouwfysica van gevels en daken Energiezuinigheid (epn) Bouwen op geluidbelaste locaties Contactgeluid Geluid van gebouwinstallaties Geluidisolatie Geluidwering gevels Luchtdichtheid Toetsing Bouwbesluit Vochtbeheersing Zaalakoestiek Zomercomfort BRANDVEILIGHEID Beoordeling en advies bestaande situaties Bouwbesluit/bouwvergunning Brand beheersen in grote compartimenten Brandoverslag stralingsberekeningen Industriële brandveiligheid Veilige ontvluchting SPA Ede Postbus BJ EDE Klinkenbergerweg 30a 6711 MK EDE T: F: E: SPA Terneuzen Oostelijk Bolwerk GP TERNEUZEN T: F: E: Terneuzen@spaede.nl

223 Bijlage 6

224

225 QUICKSCAN FLORA EN FAUNA KONINGIN JULIANALAAN 31 TE HELWIJK GEMEENTE MOERDIJK

226 Quickscan flora en fauna Koningin Julianalaan 31 te Helwijk in de gemeente Moerdijk Opdrachtgever Brabantse Waard Postbus AA Zevenbergen Project MOE.C5S.ECO1 Rapportnummer Status Eindrapportage Datum 18 september 2013 Vestiging Opsteller Doetinchem Ing. K. Wopereis Paraaf Kwaliteitscontrole Ing. E.R. Witter Paraaf Kwaliteitszorg Econsultancy is lid van het Netwerk Groene Bureaus (NGB). Het NGB is een vereniging van ecologische advies- en onderzoeksbureaus die werkt aan de kwaliteit van advisering gericht op natuur, landschap, water, milieu en ruimte en die de belangen behartigt van groene adviesbureaus. Het Netwerk hanteert een gedragscode die opdrachtgevers en andere belanghebbenden een basis biedt om de leden aan te spreken op de kwaliteit van hun werk. Betrouwbaarheid Dit onderzoek is op zorgvuldige wijze uitgevoerd conform de toepasselijke en van kracht zijnde regelgeving ten aanzien van natuurwetgeving. Het onderzoek betreft een momentopname en geeft een inschatting van de geschiktheid van de onderzoekslocatie voor beschermde soorten. Het incidenteel voorkomen van beschermde soorten is echter nooit met zekerheid te voorspellen. Econsultancy accepteert derhalve op voorhand geen aansprakelijkheid ten aanzien van mogelijke beslissingen die de opdrachtgever naar aanleiding van het door Econsultancy uitgevoerde onderzoek neemt. In het algemeen kan gesteld worden dat een quickscan geldig is voor een periode van 2 tot 3 jaar, tenzij in deze periode de ecologische omstandigheden wezenlijk zijn veranderd en/of de Flora- en Faunawet dan wel inzichten hieromtrent zijn gewijzigd. Bij uitstel van de uitvoering van een project met meer dan 3 jaar verdient het de aanbeveling de resultaten van de quickscan opnieuw te toetsen.

227 INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING GEBIEDSBESCHRIJVING Huidig gebruik onderzoekslocatie en omgeving Ligging ten opzichte van beschermde gebieden Toekomstig gebruik van de onderzoekslocatie en voorgenomen ingrepen ONDERZOEKSMETHODIEK TOEPASSING VAN DE NATIONALE NATUURWETGEVING Inleiding Flora- en faunawet Gebiedbescherming ONDERZOEKSRESULTATEN Vogels Vleermuizen Overige zoogdieren Reptielen, amfibieën en vissen Ongewervelden Vaatplanten Gebiedsbescherming TOETSING AAN WET- EN REGELGEVING Inleiding Flora- en faunawet SAMENVATTING EN CONCLUSIES MOE.C5S.ECO1

228 1 INLEIDING Econsultancy heeft van Brabantse Waard opdracht gekregen voor het uitvoeren van een quickscan flora en fauna aan de Koningin Julianalaan 31 te Helwijk in de gemeente Moerdijk. De quickscan flora en fauna is uitgevoerd in het kader van een bestemmingsplanwijziging. De quickscan flora en fauna heeft als doel in te schatten of er op de onderzoekslocatie planten- en diersoorten aanwezig of te verwachten zijn die volgens de Flora- en faunawet een beschermde status hebben en die mogelijk verstoring kunnen ondervinden door de voorgenomen ingreep. Tevens wordt beoordeeld of de voorgenomen ingreep invloed kan hebben op gebieden die volgens de Natuurbeschermingswet 1998 zijn beschermd, of deel uitmaken van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Het onderzoek is uitgevoerd middels het verrichten van een veldbezoek en een bureauonderzoek. Op deze wijze is inzicht verkregen in de aanwezigheid van geschikt habitat en de daarbij te verwachten beschermde soorten, gesitueerd op of nabij de onderzoekslocatie. De quickscan flora en fauna is een toets van de ecologische potenties van de onderzoekslocatie en betreft geen volwaardig soort(en) specifiek onderzoek. Er zijn in het onderhavige onderzoek geen inventarisaties uitgevoerd van soorten en soortgroepen. Een ecologische inventarisatie beslaat meerdere veldbezoeken gedurende de voor de soortgroep meest gunstige periode van het jaar. Econsultancy is lid van de branchevereniging "Netwerk Groene Bureaus" en werkt volgens de door het Netwerk opgestelde gedragscode en protocollen. In dat kader verklaart Econsultancy ten behoeve van de onderzoekslocatie niet eerder betrokken te zijn geweest voor ecologische advisering of ecologisch onderzoek MOE.C5S.ECO1 Pagina 1 van 14

229 2 GEBIEDSBESCHRIJVING 2.1 Huidig gebruik onderzoekslocatie en omgeving De onderzoekslocatie (± 680 m²) is gelegen aan de Koningin Julianalaan 31, in het zuidelijke deel van de kern van Helwijk, in de gemeente Moerdijk. In figuur 1 is de topografische ligging van de onderzoekslocatie weergegeven. Volgens de topografische kaart van Nederland, kaartblad 43 G (schaal 1:25.000), zijn de coördinaten van het midden van de onderzoekslocatie X = , Y = Figuur 1. Topografische ligging onderzoekslocatie. De onderzoekslocatie betreft een (voormalig) autobedrijf (JP Classics) met showroom, werkplaats, kantoor en bovenliggende bedrijfswoning. Het gebouw is opgebouwd uit stenen muren en deels uit damwandplaten en is voorzien van een plat dak. Het omliggende terrein is verhard met betonklinkers/-tegels. Binnen de onderzoekslocatie is nauwelijks beplanting aanwezig. Er zijn rond het gebouw enkele lage sierstruiken en ruigtekruiden aanwezig, verder ontbreekt opgaande begroeiing. Ten noordoosten grenst de onderzoekslocatie aan bebouwing gelegen langs de Koninging Julianalaan. Ten zuidoosten grenst de onderzoekslocatie aan bebouwing gelegen langs de Prinses Beatrixstraat. Parallel aan de Prinses Beatrixstraat ligt het Steenpad, daarachter is het buitengebied van Helwijk gelegen. In figuur 2 is een luchtfoto van de onderzoekslocatie en de directe omgeving weergegeven. De figuren 3 t/m 5 geven een impressie van de onderzoekslocatie middels foto s die zijn genomen tijdens het veldbezoek MOE.C5S.ECO1 Pagina 2 van 14

230 Figuur 2. Luchtfoto onderzoekslocatie en directe omgeving (Bron Bing Maps). Figuur 3. Noordzijde bebouwing. Figuur 4. Zuidzijde bebouwing. Figuur 5. Bedrijfswoning (verdieping). 2.2 Ligging ten opzichte van beschermde gebieden Natura 2000 De onderzoekslocatie is niet gelegen binnen de grenzen, of in de directe nabijheid van een gebied dat aangewezen is als Natura Het meest nabijgelegen Natura 2000-gebied, Hollands Diep, bevindt zich op circa 2 kilometer afstand ten noordoosten van de onderzoekslocatie. In de omgeving (ten westen) zijn onder andere op grotere afstand de Natura 2000-gebieden het Krammer Volkerak en het Haringvliet gelegen. Ecologische Hoofdstructuur De onderzoekslocatie maakt geen deel uit van de EHS. De onderzoekslocatie ligt ook niet in de nabijheid van een onderdeel, behorend tot de EHS. Het meest nabijgelegen EHS-onderdeel bevindt zich circa 950 meter ten noordwesten van de onderzoekslocatie. Het betreft het natuurgebied Sint Antoniegorzen en de aangrenzende terreindelen. In figuur 6 is de ligging van de onderzoekslocatie ten opzichte van de EHS en Natura 2000 weergegeven MOE.C5S.ECO1 Pagina 3 van 14

231 Figuur 6. Ligging onderzoekslocatie ten opzichte van de EHS (groen)/natura 2000 (gearceerd). 2.3 Toekomstig gebruik van de onderzoekslocatie en voorgenomen ingrepen De initiatiefnemer is voornemens de bestaande bebouwing te slopen en 12 appartementen (van 3 lagen) te realiseren. 3 ONDERZOEKSMETHODIEK Het veldbezoek is afgelegd op 13 september Tijdens dit veldbezoek is de gehele onderzoekslocatie, alsmede de directe omgeving onderzocht. Gedurende het veldbezoek is gelet op de mogelijke aanwezigheid van beschermde en bedreigde soorten op basis van het aanwezige habitat. Verder is aan de hand van verspreidingsatlassen, andere standaardwerken en op basis van expert judgement nagegaan welke bijzondere planten- en diersoorten er voor kunnen komen op de onderzoekslocatie en zijn gegevens van de provincie Noord-Brabant geraadpleegd. Actuele verspreidingsgegevens van flora en fauna zijn uit de Nationale Databank Flora en Fauna (NDFF) gegenereerd. Verspreidingsgegevens van soorten zijn veelal weergegeven op kilometerhokniveau (1 x 1 kilometer) of op uurhokniveau (5 x 5 kilometer). Aangezien met de schaal van kilometerhokken of uurhokken een groter gebied wordt beschouwd dan alleen de onderzoekslocatie, betekent dit niet dat de kritische soorten ook daadwerkelijk voorkomen binnen de begrenzing van de onderzoekslocatie. Verder zijn sommige verspreidingsgegevens niet erg actueel. Dit betekent dat de meest recente verspreidingsgegevens reeds verouderd kunnen zijn. De meeste te gebruiken gegevens vormen daarom geen uitsluitsel over het aantal soorten en type waarneming van een soort in het betreffende gebied, maar enkel een indicatie over het voorkomen MOE.C5S.ECO1 Pagina 4 van 14

232 4 TOEPASSING VAN DE NATIONALE NATUURWETGEVING 4.1 Inleiding Dit hoofdstuk geeft achtergrondinformatie over de natuurwetgeving waaraan de voorgenomen ingreep op de onderzoekslocatie wordt getoetst. Er wordt een globale toelichting gegeven ten aanzien van potentiële overtredingen van de Flora- en faunawet bij de meest voorkomende soorten en soortgroepen. Dit hoofdstuk is niet toegespitst op de situatie op de onderzoekslocatie, maar geeft enkel een beschrijving van de vigerende wetgeving. 4.2 Flora- en faunawet De Europese natuurwetgeving is in Nederland, op het gebied van de soortbescherming, uitgewerkt in de Flora- en faunawet. Deze wet heeft tot doel alle in Nederland in het wild voorkomende planten- en diersoorten te beschermen en in stand te houden. Om dit doel te bereiken, bevat de wet een aantal verbodsbepalingen (zie tabel I). Hierbij wordt het zogenaamde nee, tenzij principe gehanteerd. Dit wil zeggen dat activiteiten met een (potentieel) schadelijk effect op beschermde soorten in principe verboden zijn ( nee ). Van dit verbod kan echter onder voorwaarden ( tenzij ) afgeweken worden door ontheffingen of vrijstellingen. Tabel I. Artikel 8 Artikel 9 Artikel 10 Artikel 11 Verbodsbepalingen Flora- en faunawet Het is verboden planten, behorende tot een beschermde inheemse plantensoort, te plukken, te verzamelen, af te snijden, uit te steken, te vernielen, te beschadigen, te ontwortelen of op enigerlei andere wijze van hun groeiplaats te verwijderen. Het is verboden dieren, behorende tot een beschermde inheemse diersoort, te doden, te verwonden, te vangen, te bemachtigen of met het oog daarop op te sporen. Het is verboden dieren, behorende tot een beschermde inheemse diersoort, opzettelijk te verontrusten. Het is verboden nesten, holen of andere voortplantings- of vaste rust- of verblijfsplaatsen van dieren, behorende tot een beschermde inheemse diersoort, te beschadigen, te vernielen, uit te halen, weg te nemen of te verstoren. Voor de Flora- en faunawet geldt dat vaste rust- en verblijfplaatsen van bepaalde soorten zijn beschermd. De Flora- en faunawet maakt onderscheid in drie beschermingscategorieën. Iedere categorie heeft zijn eigen ontheffingsmogelijkheden en toetsingscriteria. Hierbij vallen vogels onder een aparte categorie. Tabel II. Tabel 1 Soortbeschermingscategorieën Flora- en faunawet algemeen beschermde soorten Voor de soorten in Tabel 1 van de Flora- en faunawet geldt, bij ruimtelijke ontwikkeling en inrichting, bestendig beheer en onderhoud en bestendig gebruik, een vrijstelling van de verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet. Voor deze activiteiten hoeft geen ontheffing in het kader van artikel 75 aangevraagd te worden. Voorbeelden zijn: ree, haas konijn, egel, bruine kikker, gewone pad, wijngaardslak, brede wespenorchis, grote kaardenbol Tabel 2 overige beschermde soorten Voor de soorten in Tabel 2 van de Flora- en faunawet dient bij overtreding van de verbodsbepalingen een ontheffing aangevraagd te worden. Echter indien er volgens een door het Ministerie van EZ goedgekeurde gedragscode gewerkt wordt, geldt er bij ruimtelijke ontwikkeling en inrichting, bestendig beheer en onderhoud en bestendig gebruik, een vrijstelling van de verbodsbepalingen en hoeft er geen ontheffing aangevraagd te worden. De ontheffingaanvraag wordt getoetst aan het criterium doet geen afbreuk aan gunstige staat van instandhouding van de soort ( lichte toets ). Voorbeelden zijn: eekhoorn, steenmarter, kleine modderkruiper, gele helmbloem, steenbreekvaren, tongvaren, maretak MOE.C5S.ECO1 Pagina 5 van 14

233 Tabel 3 strikt beschermde soorten Voor de soorten van Tabel 3 van de Flora- en faunawet dient bij overtreding van de verbodsbepalingen bij alle activiteiten (waaronder ruimtelijke ontwikkeling en inrichting) een ontheffing aangevraagd te worden. In een zeer beperkt aantal gevallen kan er op basis van een door het Ministerie van EZ goedgekeurde gedragscode een vrijstelling verleend worden voor de ontheffingsverplichting bij een zeer beperkt aantal activiteiten. De ontheffingaanvraag wordt getoetst aan een drietal criteria (uitgebreide toets). Bij de uitgebreide toets dient aan alle afzonderlijke criteria te worden voldaan. De criteria zijn als volgt: de activiteiten of werkzaamheden doen geen afbreuk aan gunstige staat van instandhouding van de soort, er is geen andere bevredigende oplossing (alternatief) voor de geplande activiteiten of werkzaamheden, die minder schade oplevert voor de betreffende soort en er moet sprake zijn van een bij de wet genoemd belang. Voorbeelden zijn: das, waterspitsmuis, alle vleermuissoorten, rugstreeppad, boomkikker, kamsalamander Vogels Voor vogels geldt dat er altijd een ontheffing aangevraagd dient te worden. Indien activiteiten plaatsvinden waarbij verbodsbepalingen worden overtreden ten aanzien van (broed)vogels dient er een uitgebreide toets, zoals beschreven bij Tabel 3 Flora- en faunawet toegepast te worden. Indien er gewerkt wordt volgens een door het Ministerie van EZ goedgekeurde gedragscode is het mogelijk dat er geen ontheffing aangevraagd hoeft te worden bij bestendig gebruik en onderhoud, bestendig beheer en ruimtelijke ontwikkeling en inrichting. Bij broedvogels kan een overtreding in de meeste gevallen gemakkelijk voorkomen worden door de werkzaamheden buiten het broedseizoen uit te voeren. Bij een quickscan flora en fauna wordt in beeld gebracht of er (potentiële) vaste rust- of verblijfplaatsen aanwezig zijn van de soorten uit de verschillende beschermingscategorieën. Vervolgens wordt beoordeeld of de voorgenomen ingreep verstorend kan zijn en of nader onderzoek noodzakelijk wordt geacht. Broedvogels en vleermuizen zijn soortgroepen uit de strengste beschermingscategorie. Voor de overige soortgroepen is de beschermingsstatus afhankelijk van de soort. Broedvogels Alle broedende inheemse vogels en hun nesten zijn wettelijk beschermd en vallen onder de strikt beschermde klasse (soorten tabel 3). De Flora- en faunawet regelt onder meer de bescherming van vogels in het broedseizoen: het verstoren van broedende vogels en jongen, of het vernielen van nesten en eieren is verboden. Nesten van huismus, steenuil, sperwer, ransuil, kerkuil, boomvalk, buizerd, gierzwaluw, grote gele kwikstaart, havik, ooievaar, oehoe, roek, slechtvalk, wespendief en zwarte wouw zijn het gehele jaar beschermd. Het betreffen soorten uit de beschermingscategorieën 1 t/m 4 van de aangepaste beoordeling ontheffing ruimtelijke ingrepen (bron: Dienst Regelingen, 25 augustus 2009). De nestplaats, bomengroep of boomholte van een deel van deze soorten worden ook buiten het broedseizoen gebruikt. Een ander deel van deze soorten maken enkel gebruik van door andere vogelsoorten gemaakte nestgelegenheid, of maken ieder jaar gebruik van hetzelfde nest (of dezelfde nestlocatie). Daarnaast is er een aantal soorten waarvan de nesten niet jaarrond beschermd zijn, ondanks dat de soort ieder jaar op dezelfde plek terugkeert om te broeden (beschermingscategorie 5). Van deze soorten wordt verondersteld dat ze over voldoende flexibiliteit beschikken om, als de broedplaats verloren is gegaan, zich elders te vestigen. Voorwaarde hierbij is dat er in de directe omgeving wel geschikt habitat aanwezig is. Voorbeelden hiervan zijn spechtensoorten, huiszwaluw, boerenzwaluw, ekster, bosuil, torenvalk en holenbroeders als boomkruiper, koolmees en bonte vliegenvanger. Nestlocaties van soorten uit de beschermingscategorie 5 zijn in uitzonderlijke gevallen ook buiten het broedseizoen beschermd als zwaarwegende feiten of ecologische omstandigheden dat rechtvaardigen MOE.C5S.ECO1 Pagina 6 van 14

234 Vleermuizen Alle in Nederland voorkomende vleermuissoorten genieten zowel binnen de Flora- en faunawet als binnen de Natuurbeschermingswet een strikte bescherming. Alle vleermuissoorten staan vermeld in bijlage IV van de Europese Habitatrichtlijn. Dit betekent dat ze beschermd zijn tegen verstoring van vaste rust- en verblijfplaatsen. Onder deze vaste rust- en verblijfplaatsen wordt verstaan: "het gehele systeem waarvan een populatie gebruik maakt tijdens de jaarcyclus van de soort". Dit houdt in dat niet alleen alle verblijfplaatsen maar ook de verbindingen hiertussen (vliegroutes) en de foerageergebieden bescherming genieten. Vleermuizen zijn streng beschermd omdat ze erg kwetsbaar zijn. De afgelopen vijftig jaar zijn sommige soorten erg zeldzaam geworden of geheel verdwenen. Wanneer overwinterende dieren worden verstoord, is de kans groot dat ze sterven omdat ze dan teveel van hun vetreserve gebruiken. Maar al te vaak worden bomen gekapt en oude gebouwen gerenoveerd of gesloopt. Als zich hierin een vleermuiskolonie bevindt, heeft dat negatieve gevolgen voor de vleermuisstand op lokaal niveau. Omdat ze meestal maar één jong per jaar krijgen, kan herstel erg lang duren. Vleermuizen kunnen zelf geen verblijfplaatsen maken en zijn dus afhankelijk van bestaande verblijfplaatsen. Daarnaast hebben ingrepen in het landschap ook negatieve gevolgen doordat foerageergebieden en vliegroutes, waar vleermuizen jaren achtereen gebruik van maken, verdwijnen. De impact die een ingreep kan hebben verschilt sterk per situatie en per soort waardoor meestal gedetailleerde gegevens nodig zijn om een passend advies te geven. Algemene Zorgplicht De algemene zorgplicht houdt in dat een ieder die redelijkerwijs kan vermoeden dat door zijn handelen nadelige gevolgen voor de flora en fauna kunnen ontstaan, verplicht is dergelijk handelen achterwege te laten of maatregelen te nemen om de nadelige gevolgen te voorkomen. Zo kan er bijvoorbeeld rekening worden gehouden met amfibieën en kleine zoogdieren worden wanneer materialen en houtstapels, waaronder de dieren verblijven, worden verwijderd. Tabel III. Algemene Zorgplicht Algemene Zorgplicht (artikel 2) Een belangrijk uitgangspunt binnen de Flora- en faunawet is dat op elke burger de plicht rust om voldoende zorg in acht te nemen voor alle in het wild levende planten en dieren en hun directe leefomgeving. Dit houdt in dat iedereen zich dient in te spannen om de nadelige gevolgen voor een soort te voorkomen, te beperken of ongedaan te maken. De zorgplicht is te allen tijde van toepassing, ook al vindt er geen overtreding van een verbodsbepaling plaats. De algemene zorgplicht is in de meeste gevallen voornamelijk van toepassing op beschermde soorten die staan vermeld in Tabel 1 van de Flora- en faunawet. Dit betreffen algemeen voorkomende soorten, waarvoor bij ruimtelijke ontwikkeling een vrijstelling geldt. Indien er aanleiding is maatregelen te nemen ten aanzien van de zorgplicht, zal dat voor de betreffende soortgroep worden aangegeven. 4.3 Gebiedbescherming De quickscan flora en fauna toetst voornamelijk aan de Flora- en faunawet. Indien een plangebied in of nabij een gebied is gelegen dat tot de EHS behoort of onder de Natuurbeschermingswet valt, dient te worden bepaald of er een effect valt te verwachten. Bij een toetsing aan de Natuurbeschermingswet spelen vaak andere facetten mee, zoals de aanwezige doelsoorten en kernwaarden van het betreffende beschermde gebied. Natura 2000 De Natuurbeschermingswet 1998 heeft tot doel bijzondere natuurgebieden in Nederland te beschermen en in stand te houden. De wet omvat onder andere de richtlijnen van de Europese Habitat- en Vogelrichtlijn ten aanzien van gebiedsbescherming MOE.C5S.ECO1 Pagina 7 van 14

235 Doordat de Habitatrichtlijn en de Vogelrichtlijn beide zijn opgenomen in de Natura 2000-wetgeving, zijn de termen Habitatrichtlijngebied en Vogelrichtlijngebied komen te vervallen. Natura 2000 is een samenhangend netwerk van beschermde natuurgebieden op het grondgebied van de Europese Unie. Handelingen die een negatieve invloed hebben op gebieden die binnen dit netwerk vallen, worden slechts onder strikte voorwaarden toegestaan. Een vergunning is vereist. Door middel van het Nederlandse vergunningsstelsel wordt een zorgvuldige afweging gewaarborgd. De vergunningen zullen beoordeeld en afgegeven worden door het Ministerie van Economische Zaken (via Dienst Regelingen) of door de Provincie. Ecologische hoofdstructuur (EHS) De Nederlandse Ecologische Hoofdstructuur (EHS) is een netwerk van gebieden dat planten- en diersoorten in staat stelt zich door en tussen verschillende natuurgebieden te verplaatsen. Het netwerk moet voorkomen dat planten en dieren in geïsoleerde gebieden uitsterven en dat gebieden hun ecologische waarde verliezen. De EHS is onderdeel van een Europees ecologisch netwerk en bestaat uit kerngebieden (in Nederland de Natura-2000 gebieden, Beschermde Natuurmonumenten en de Wetlands) of verweven gebieden (gericht op de verweving van landbouw, wonen en natuur) die onderling verbonden worden door ecologische verbindingszones. Ecologische verbindingszones zijn stroken en stukjes natuur die de verspreid liggende natuurgebieden met elkaar verbinden. Op deze manier kunnen dieren en planten zich van het ene naar het andere leefgebied verplaatsen. Met name de kleine populaties die met uitsterven worden bedreigd, blijven hierdoor levensvatbaar. Negatieve invloed op de werking van een verbinding of aantasting van een verbinding dient vermeden en gecompenseerd te worden zodat het netwerk niet verslechtert MOE.C5S.ECO1 Pagina 8 van 14

236 5 ONDERZOEKSRESULTATEN 5.1 Vogels Broedvogels (nest jaarrond beschermd, volgens beschermingscategorie 1 t/m 4) Op de onderzoekslocatie zijn geen broedvogels te verwachten waarvan de nesten jaarrond zijn beschermd. De bebouwing is ongeschikt voor jaarrond beschermde soorten als huismus en gierzwaluw, die binnen de bebouwde kom voorkomen. Dit komt doordat het gebouw is voorzien van een plat dak, zonder dakpannen. Beide soorten broeden veelal onder dakpannen. Daarnaast zijn er geen dakranden, nisjes of spleten aanwezig waarvan deze of andere soorten gebruik kunnen maken. Broedvogels (nest in bepaalde gevallen jaarrond beschermd, volgens beschermingscategorie 5) De broedvogels die onder de beschermingscategorie 5 vallen zijn voornamelijk holenbroeders. Op de onderzoekslocatie bevinden zich geen bomen met holtes of nestkasten. In de te slopen bebouwing zijn eveneens geen nissen aanwezig waar vogels kunnen broeden. Wegens het ontbreken van potentiële nestlocaties zijn broedvogels uit de beschermingscategorie 5 uitgesloten. Ook overige soorten als ekster en zwarte kraai zijn door het ontbreken van geschikte broedmogelijkheden niet te verwachten. Broedvogels (nest niet jaarrond beschermd, bescherming alleen gedurende broedseizoen) De bebouwing is weinig geschikt als potentiële nestlocatie voor broedvogels. Tijdens het veldbezoek zijn geen nestresten van broedvogels aangetroffen. De beplanting op de onderzoekslocatie biedt wegens de hoogte en structuur eveneens geen nestgelegenheid voor broedvogels. Slaapplaatsen Sommige vogelsoorten zoals houtduif, kauw en huismus, maar ook ransuilen, maken vooral buiten het broedseizoen gebruik van gemeenschappelijke slaapplaatsen. Meestal wordt hierbij beschutting gezocht in de vorm van dichte begroeiing, hoge bomen, of de veiligheid van open water. Wegens het ontbreken van dit soort elementen zijn op de onderzoekslocatie geen gemeenschappelijke slaapplaatsen te verwachten. 5.2 Vleermuizen Volgens het cursusdictaat "Vleermuizen en Planologie" (Limpens. et al., 2010) is de onderzoekslocatie gelegen in een deel van Nederland waar de volgende vleermuissoorten kunnen voorkomen: gewone dwergvleermuis, ruige dwergvleermuis, rosse vleermuis, laatvlieger, tweekleurige vleermuis, gewone grootoorvleermuis, franjestaart, meervleermuis, baardvleermuis en watervleermuis. Verblijfplaatsen op de onderzoekslocatie Op enkele plekken is de bebouwing op de onderzoekslocatie geschikt als potentiële verblijfplaats voor vleermuizen. Er is ruimte tussen kozijnen aanwezig, gaten/ spleten in muren en ruimte achter betimmeringen waar vleermuizen kunnen verblijven. In de figuren 7 t/m 9 zijn hiervan een aantal voorbeelden opgenomen. De bebouwing is geschikt als verblijfplaats voor gewone dwergvleermuis en laatvlieger. Deze soorten kunnen de bebouwing in principe gebruiken als zomerverblijf, kraamverblijf en als baltsverblijf MOE.C5S.ECO1 Pagina 9 van 14

237 Figuur 7.Ruimte rond kozijnen. Figuur 8. Muurspleet. Figuur 9. Gaten in muur. Verblijfplaatsen buiten de onderzoekslocatie Naast de onderzoekslocatie bevindt zich eveneens bebouwing. Het is niet aannemelijk dat eventuele verblijfplaatsen hierin hinder ondervinden door de werkzaamheden op de onderzoekslocatie. Foeragerende vleermuizen Wegens het ontbreken van hoge opgaande begroeiing zijn er op de onderzoekslocatie geen foerageermogelijkheden voor vleermuizen aanwezig. Vliegroutes Vleermuizen maken veelal gebruik van lijnvormige (donkere) landschapselementen als houtsingels, beken en lanen om zich te verplaatsen tussen verblijfplaatsen en foerageergebieden. Doordat dergelijke lijnvormige elementen ontbreken op de onderzoekslocatie, worden er geen potentiële vliegroutes verstoord. 5.3 Overige zoogdieren De onderzoekslocatie is grotendeels bebouwd en verhard waardoor er voor grondgebonden zoogdieren geen geschikt habitat aanwezig is. Ten aanzien van de streng beschermde gebouwbewonende steenmarter geldt dat Helwijk buiten het actuele verspreidingsgebied is gelegen. Eveneens is het gebouw niet toegankelijk voor de soort waardoor het voorkomen van steenmarter is uitgesloten. 5.4 Reptielen, amfibieën en vissen Reptielen Reptielen stellen specifieke eisen aan het habitat die betrekking hebben op verschillende factoren. Op de onderzoekslocatie is geen geschikt habitat voor reptielen aanwezig. Amfibieën en vissen Doordat wateroppervlakten als poelen, sloten en plassen op de onderzoekslocatie ontbreken zijn voortplantingsmogelijkheden voor amfibieën en het voorkomen van vissen op de onderzoekslocatie uitgesloten MOE.C5S.ECO1 Pagina 10 van 14