Flamco ontluchtingsprogramma en vuilafscheiders

Transcriptie

1 ontluchtingsprogramma en vuilafscheiders 5 Uitgave 2002

2 ontluchtingsprogramma Inhoud Pagina Overzicht ontluchtingsprogramma 3 Lucht in c.v.-installaties 6 Flexvent vlotterontluchters 8 Flexair luchtafscheiders 10 b.v. Postbus AC Gouda - Holland Industriestraat AC Gouda - Holland Telefoon: Telefax: info@flamco.nl Internet: Buro & Design Center Heizel Esplanade 1 B Brussel - België Telefoon: Telefax: info@flamco.be Internet: vent microbellen luchtafscheiders 12 Werking vent luchtafscheiders 13 vent en het coalescentie effect 14 Constructie vent in messing uitvoering 16 Constructie vent in stalen uitvoering 17 Montage vent en Flexair 19 Praktijkaanwijzingen en veiligheid 22 vent ISOplus 23 Flexcon A-S vuilafscheiders 24 vent Clean 26 Clean 29 luchtpotten 30 Copyright b.v., Gouda, Holland. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd of op andere wijze openbaar gemaakt worden zonder uitdrukkelijke bronvermelding. De vermelde gegevens gelden uitsluitend bij toepassing van producten. Voor een onjuist gebruik, toepassing of interpretatie van de technische informatie aanvaardt b.v. geen enkele aansprakelijkheid. Technische wijzigingen voorbehouden. 2

3 Overzicht ontluchtingsprogramma Flexvent vlotterontluchters Type Aansluiting Codenummer Flexvent 1 /8 zonder ventielhuls 1/8 buitendraad Flexvent 3 /8 met ventielhuls 3/8 buitendraad Flexvent 1 /8 3 /8 met ventielhuls 1/8 of 3 /8 buitendraad Flexvent 1 /2 met ventielhuls 1/2 buitendraad Flexvent H vernikkeld 1/2 haaks buitendraad Flexvent Super 1/2 binnendraad Ventielhuls Flexvent Super 1/2 binnendraad 1/2 buitendraad Flexair luchtafscheiders Type Aansluiting Uitw. buis Codenummer diam. (mm) Flexair Flexair 1 G 1 1 /4 binnendraad Flexair 1 1 /4 G 1 1 /4 binnendraad Flexair 1 1 /2 G 1 1 /2 binnendraad Flexair 2 G 2 1 /4 binnendraad Flexair lasaansluiting Flexair 25 S DN 25 33, Flexair 32 S DN 32 42, Flexair 40 S DN 40 48, Flexair 50 S DN 50 60, Flexair lasaansluiting Flexair 65 S DN 65 76, Flexair 80 S DN 80 88, Flexair 100 S DN , Flexair 125 S DN , Flexair 150 S DN , Flexair flensaansluiting PN 16 (DIN 2633) Flexair 65 F DN 65 76, Flexair 80 F DN 80 88, Flexair 100 F DN , Flexair 125 F DN , Flexair 150 F DN , Flexair S/F luchtkamer vanaf DN

4 vent microbellen luchtafscheiders Type Aansluiting Uitw. buis Codenummer diam. (mm) vent vent mm knelkoppelingen vent 3 /4 3/4 1 binnendraad vent /4 binnendraad vent 1 1 /4 1 1 /4 binnendraad vent 1 1 /2 1 1 /2 binnendraad vent lasaansluiting vent 50 S DN 50 60, vent 65 S DN 65 76, vent 80 S DN 80 88, vent 100 S DN , vent 125 S DN , vent 150 S DN , vent 200 S DN , vent 250 S DN , vent 300 S DN , vent 350 S DN , vent 400 S DN , vent flensaansluiting PN 16 (DIN 2633) vent 50 F DN 50 60, vent 65 F DN 65 76, vent 80 F DN 80 88, vent 100 F DN , vent 125 F DN , vent 150 F DN , vent 200 F DN , vent 250 F DN , vent 300 F DN , vent 350 F DN , vent 400 F DN , vent S/F luchtkamer vent ISOplus ISOplus Geschikt voor Codenummer 50 vent 50 S/F vent 65 S/F vent 80 S/F vent 100 S/F vent 125 S/F vent 150 S/F vent 200 S/F luchtpotten Type Grote Aansluiting Codenummer aansluiting ontluchter luchtpot 1 Rp 1 /2 Rp 3 / luchtpot 2 Rp 1 /2 Rp 3 /

5 vent Clean microbellen vuil- en luchtafscheiders Type Aansluiting Uitw. buis Codenummer diam. (mm) vent Clean lasaansluiting vent Clean 50 S DN 50 60, vent Clean 65 S DN 65 76, vent Clean 80 S DN 80 88, vent Clean 100 S DN , vent Clean 125 S DN , vent Clean 150 S DN , vent Clean flensaansluiting PN 16 (DIN 2633) vent Clean 50 F DN 50 60, vent Clean 65 F DN 65 76, vent Clean 80 F DN 80 88, vent Clean 100 F DN , vent Clean 125 F DN , vent Clean 150 F DN , vent Clean luchtkamer Clean vuilafscheiders Type Aansluiting Codenummer Clean 3 /4 1 3 /4 (binnendraad) Clean /4 (binnendraad) Clean 1 1 /4 1 1 /4 (binnendraad) Clean 1 1 /2 1 1 /2 (binnendraad) Flexcon A-S vuilafscheiders Type Inhoud Flensaansluiting Capaciteit Codenummer in liter PN 16 in m 3 /h 6 bar 10 bar Flexcon A-S Flexcon A-S Flexcon A-S Flexcon A-S Flexcon A-S Flexcon A-S Flexcon A-S Flexcon A-S Isolatiemantel voor Flexcon A-S vuilafscheider 80 mm Codenummer 100 mm Codenummer voor type voor type Flexcon A-S Flexcon A-S Flexcon A-S Flexcon A-S Flexcon A-S Flexcon A-S Flexcon A-S Flexcon A-S Flexcon A-S Flexcon A-S Flexcon A-S Flexcon A-S Flexcon A-S Flexcon A-S Flexcon A-S Flexcon A-S

6 Lucht in c.v.-installaties De direct waarneembare gevolgen van lucht in een c.v.-installatie zijn: hinderlijke geluiden; geringere warmte-afgifte van de verwarmingslichamen. Verder leidt de aanwezigheid van lucht tot: verkorte levensduur van de installatie als gevolg van inwendige corrosie van de essentiële delen als ketel en radiatoren; beschadiging van de circulatiepomp; slijtage van de pomplagering en cavitatie-erosie aan de pompvleugels; verminderde werking van de circulatiepomp. De oorzaken van lucht in een c.v.-installatie Teneinde de bovengenoemde problemen te voorkomen of op te lossen is het noodzakelijk om oorzaken van lucht in een installatie te analyseren. Lucht in een c.v.-installatie ontstaat uit: lucht die voor en tijdens het vullen van de installatie aanwezig is; luchtbellen die zich in het water bevinden en zich na het vullen zullen verzamelen; lucht die zich in het water van de c.v.-installatie bevindt in de vorm van meegevoerde bellen en microbellen; lucht die opgelost is in het water van de c.v.-installatie. De aanwezigheid van in water opgeloste lucht kan worden verklaard met behulp van de wet van Henry. Deze luidt: C = K P. C = concentratie opgeloste lucht. K = absorptiefactor (afhankelijk van de temperatuur). P = druk. t temperatuur in C C normaal dm 3 lucht per 1000 kg water ,0 0,2 0,4 0,6 0,8 1,0 1,2 1,4 1,6 1,8 2,0 2,2 2,4 2,6 2,8 3,0 3,2 3,4 3,6 3,8 4,0 4,2 4,4 4,6 4,8 5,0 P druk in bar absoluut Uit deze grafiek blijkt dat de hoeveelheid lucht die in water is opgelost afhankelijk is van de temperatuur en de druk. In water opgeloste lucht komt vrij bij een temperatuurverhoging of een drukdaling

7 Hoeveelheid lucht die uit het water vrijkomt Temperatuur Druk 0 4, Wanneer er bij gelijkblijvende druk, water in temperatuur verhoogd wordt, bijvoorbeeld van 20 tot 80 C, kan met behulp van de wet van Henry de hoeveelheid opgeloste lucht die uit het water vrijkomt bepaald worden. Hoeveelheid lucht die uit het water vrijkomt Temperatuur Druk 2,2 4, Ook wanneer de druk van het water bij gelijkblijvende temperatuur verlaagd wordt, komt er opgeloste lucht vrij. Bij afkoeling en drukverhoging gebeurt het omgekeerde en zullen aanwezige luchtbellen in het water oplossen (absorberen). Het hierboven beschreven natuurkundige verschijnsel vindt bijvoorbeeld plaats in een c.v.-installatie. Aan de vuurhaardwand van de ketel treden zeer hoge temperaturen op. Uit luchthoudend water zullen op deze plaats zeer kleine luchtbellen vrijkomen. Deze zogenaamde microbellen zullen op andere plaatsen in het c.v.-systeem waar een lagere temperatuur heerst weer oplossen, tenzij deze direct worden afgevoerd. Vlam Temp C Grenslaag Worden de microbellen direct achter de ketel afgevoerd, dan ontstaat er luchtvrij (onverzadigd) water. In dit water kan de op andere plaatsen in het systeem aanwezige lucht oplossen (absorberen). Deze absorptiewerking wordt benut om alle vrije lucht in een installatie te binden en via de combinatie: ketel - vent luchtafscheider, naar buiten af te voeren. Dit ontluchtingsproces gaat ononderbroken door, totdat tenslotte een sterk onverzadigd en absorbtief water overblijft. Vuurhaardwand Vuurhaard Wandtemp. 160 C 156 C 70 C Gemiddelde watertemp. 7

8 Flexvent vlotterontluchters Flexvent vlotterontluchters worden gebruikt in gesloten warm- en koudwaterinstallaties tot een maximale watertemperatuur van 120 C en een maximale druk van 10 bar. Flexvent vlotterontluchters zijn van messing gemaakt. De Flexvent vlotterontluchters 3 /8, 1 /8 3 /8 en 1 /2 worden compleet met een messing ventielhuls geleverd voor gemakkelijke montage en demontage. Wanneer de vlotterontluchter uit de ventielhuls wordt gedraaid, sluit het ventiel automatisch. Hierdoor is het mogelijk de vlotterontluchter te demonteren en het roestvaste binnenwerk te reinigen. De installatie behoeft dan niet drukloos te worden gemaakt of te worden afgetapt. Een Flexvent vlotterontluchter is door de zeer kleine afmetingen in elke installatie eenvoudig te monteren op die plaatsen, waar zich in de installatie lucht verzamelt. De Flexvent H is voorzien van een zij-aansluiting van 1 /2, waardoor rechtstreekse montage in één van de radiatorstoppen mogelijk is. Om de Flexvent vlotterontluchter in bedrijf te stellen, moet het rode stofdopje 1 slag losgedraaid worden. Werking van de Flexvent vlotterontluchters De vlotter drijft op het waterniveau en houdt het luchtventiel gesloten. Wanneer er zich in de vlotterontluchter lucht verzamelt, daalt het waterniveau, waardoor het ontluchtingsventiel geopend wordt. De verzamelde lucht zal nu Lucht ontsnappen, waardoor het waterniveau stijgt en het luchtventiel weer wordt afgesloten. Dit proces blijft zich herhalen zolang er tijdens bedrijfsomstandigheden lucht in de Water vlotterontluchter komt. Lucht Water Flexvent 3 /8 Het luchtkussen dat zich bovenin elk type Flexvent vlotterontluchter behoort te bevinden, beschermt de ventielzitting tegen vervuiling. Wanneer er in de installatie onderdruk optreedt, bijvoorbeeld bij het aftappen van de installatie, werkt de Flexvent vlotterontluchter ook als beluchter. Uitvoeringen en afmetingen Geopend Gesloten Ø 32 Ø 32 Ø 32 Ø 32 flamco flexvent max. 10 bar max. 120 C 65 flamco flexvent max. 10 bar max. 120 C 82 flamco flexvent max. 10 bar max. 120 C flamco flexvent max. 10 bar max. 120 C flamco flexvent H R 1 /2 R 1 /8 R 3 /8 R 1 /8 R 3 /8 R 1 / Flexvent 1 /8 Flexvent 3 /8 Flexvent 1 /8 3 /8 Flexvent 1 /2 Flexvent H 1 /2 Type Aansluiting Max. Max. druk Materiaal Ventielhuls (buitendraad) temp. in bar Flexvent 1 /8 1/8 120 C 10 messing nee Flexvent 3 /8 3/8 120 C 10 messing ja Flexvent 1 /8 3 /8 1/8 of 3 /8 120 C 10 messing ja Flexvent 1 /2 1/2 120 C 10 messing ja Flexvent H 1 /2 1/2 120 C 10 vernikkeld nee 8

9 Flexvent Super vlotterontluchter Het ontluchtingsventiel is geïntegreerd in de kap waardoor beschadiging van het vlottermechanisme van buitenaf niet mogelijk is. De kap van de Flexvent Super 1 /2 vlotterontluchter is kegelvormig. Hierdoor is de afstand tussen het waterniveau en het ontluchtingsventiel maximaal, zodat de kans op vervuiling van het ventiel gering is. Het luchtuitstroomkanaal is voorzien van een stelschroef waarmee deze kan worden geopend of gesloten. Uitvoering en afmetingen 119 flexvent super R 1 /2 73 Type Aansluiting Max. Max. druk Materiaal Ventielhuls (binnendraad) temp. in bar Flexvent Super 1 /2 1/2 120 C 10 messing bijbestellen De hoeveelheid lucht die kan ontwijken door de Flexvent vlotterontluchter is afhankelijk van de heersende druk. Nevenstaande grafiek geeft het verband weer tussen de hoeveelheid lucht in liters/min. bij 15 C en 1 bar absoluut, en de installatiedruk. l/min Flexvent Super Flexvent bar Montage Flexvent en Flexvent Super De Flexvent en de Flexvent Super vlotterontluchters moeten verticaal gemonteerd worden. Bij voorkeur op die plaatsen waar zich in de installatie lucht verzamelt. ; ;; 9

10 MAX. 10 BAR MAX. 120 C Flexair luchtafscheiders Toepassing Flexair luchtafscheiders worden gebruikt in warm- en koudwaterinstallaties tot een maximale aanvoertemperatuur van 120 C en een maximale druk van 10 bar. Uitvoering De Flexair luchtafscheider is er in drie verschillende uitvoeringen, namelijk met draadaansluiting, met lasaansluiting en met flensaansluiting. Alle aansluitpijpen hebben een maatvoering volgens de ISO normering. FLAMCO FLEXVENT Werking zij-aanzicht bovenaanzicht De werking van de Flexair luchtafscheider is gebaseerd op het principe van de centrifugaalkracht. Door tangentiaal aangebrachte aansluitingen wordt het water in de Flexair luchtafscheider in rotatie gebracht. Als gevolg van de centrifugale werking van het roterende water zal het zwaardere medium water tegen de wand gedrukt worden, terwijl het lichtere medium lucht zich in de as van de luchtafscheider verzamelt. Vermeden moet worden, dat de temperatuur in de luchtafscheider hoger dan 110 C wordt. Centraal bovenop de Flexair luchtafscheiders met de aansluitmaten DN 25 tot en met DN 50 is een Flexvent vlotterontluchter gemonteerd. Bij de grote Flexair luchtafscheiders vanaf de aansluitmaat DN 65 is een Flexvent Super vlotterontluchter gemonteerd. Door middel van het vlottermechanisme wordt de lucht automatisch uit de luchtafscheider verwijderd. De ontluchtingscapaciteit wordt vergroot bij hogere watersnelheden. Verontreinigingen welke zwaarder zijn dan water, zoals zand, laskorrels en dergelijke kunnen zich verzamelen in het komvormige benedendeel van de luchtafscheider. Door middel van de messing aftapstop, centraal onderin, kunnen deze vuildelen worden verwijderd. De Flexair luchtafscheider in de praktijk 10

11 Uitvoeringen en afmetingen Ø d Ø D E F A Ø d Ø D A E Ø C B Type Maten in mm Inhoud Gewicht A B Ø C Ø D Ø d E F G liter kg Flexair 1 G ,2 1,5 Flexair 1 1 /4 G / ,2 1,5 Flexair 1 1 /2 G / ,5 1,7 Flexair 2 G ,3 2,3 Flexair 25 S ,7 28, ,2 1,3 Flexair 32 S ,4 37, ,2 1,3 Flexair 40 S ,3 43, ,5 1,5 Flexair 50 S ,3 54, ,3 2,1 Ø d Ø D E F A Ø d A E Ø C B Flexair 1-2 G Flexair S G Ø C B Flexair S Ø C B Flexair F Type Maten in mm Inhoud Gewicht A B Ø C Ø D Ø d E F G liter kg Flexair 65 S ,1 70, ,7 Flexair 80 S ,9 82, ,9 Flexair 100 S ,3 107, ,4 Flexair 125 S ,7 131, ,7 Flexair 150 S ,3 159, ,9 Flexair 65 F , ,7 Flexair 80 F , ,9 Flexair 100 F , ,4 Flexair 125 F , ,7 Flexair 150 F , ,9 11

12 vent microbellen luchtafscheiders vent microbellen luchtafscheiders worden gebruikt voor het ontluchten van verwarmings- en koelinstallaties. Bij de vent luchtafscheiders is uitgegaan van een methode voor het afscheiden van gassen uit water; het PALL ring procédé (gepatenteerd). Door deze toepassing is het mogelijk lucht te verwijderen die: zich in het water van de c.v.-installatie bevindt in de vorm van kleinere bellen en microbellen; opgelost is in het water van de c.v.-installatie; zich bevindt op plaatsen waar geen Flexvent vlotterontluchter geplaatst kan worden en elders door montage van een vent luchtafscheider toch afgescheiden kan worden! De vent luchtafscheider is er in twee uitvoeringen: - de vent met draadaansluiting of met knelaansluiting is een messing uitvoering; - de vent met las- of flensaansluiting is een stalen uitvoering voorzien van een rode laklaag. 12

13 Werking vent microbellen luchtafscheiders Het gebruik van PALL ringen (gepatenteerd) De werking van de vent luchtafscheiders is gebaseerd op een speciale methode om gassen uit vloeistoffen (water) af te scheiden. Deze methode is gebaseerd op een reeds lang bestaand en beproefd procédé uit de procesindustrie. Hierbij wordt gebruik gemaakt van speciale vullichamen, van oorsprong de beroemde Raschig ring. De Raschig ring is later gevolgd door vele varianten waarvan de PALL ring in de procesindustrie de meest bekende is. Reeds vele jaren worden PALL ringen toegepast in de procesindustrie ten behoeve van het (ont)mengen van gassen met vloeistoffen. De toepassing van PALL ringen om een c.v.-installatie te ontluchten is gepatenteerd. De werking van PALL ringen berust op de speciale eigenschappen die deze ringen bezitten, namelijk: - een groot contactoppervlak per m 3 ; - hoge bots- en hechtkans; - lage doorstroomweerstand. Type Aantal/m 3 Aantal/liter Oppervlakte m 2 /m 3 PALL PALL PALL PALL PALL

14 vent en het coalescentie effect van de PALL ring De werking van de vent luchtafscheiders is gebaseerd op het begrip coalescentie. Coalescentie houdt in dat kleine gasbellen de neiging hebben zich te hechten aan een oppervlak, waarna deze samengroeien tot een grotere gasbel. Wanneer een vloeistofstroom langs en door PALL ringen stroomt, wordt de stroming verdeeld in zeer vele richtingen. De constructie van de PALL ring is zodanig dat alle vloeistof in contact komt met het totale hechtoppervlak van de PALL ring. In de vloeistof aanwezige microscopisch kleine gasbellen zullen aan het contactoppervlak van de PALL ring hechten. Via coalescentie zullen deze microbellen aangroeien tot grotere bellen. Deze grote gasbellen bezitten voldoende drijfvermogen om via een luchtkamer afgescheiden te worden. In de vent luchtafscheiders is een groot aantal PALL ringen toegepast, zodat een zeer groot contact- en hechtoppervlak verkregen wordt. vent PALL ring Vulling Contactoppervlak Type Type liter cm 2 22 PALL 10 0, /4 PALL 10 0, PALL 10 0, /4 PALL 10 0, /2 PALL 10 0, vent PALL ring Vulling Contactoppervlak Type Type liter m 2 50 S/F PALL ,8 65 S/F PALL ,8 80 S/F PALL ,4 100 S/F PALL ,4 125 S/F PALL ,9 150 S/F PALL ,9 200 S/F PALL ,1 250 S/F PALL ,5 300 S/F PALL ,0 350 S/F PALL ,1 400 S/F PALL ,3 14

15 Hoe werkt de vent microbellen luchtafscheider Bij de vent luchtafscheiders wordt gebruik gemaakt van het PALL ring procédé waardoor een optimaal coalescentie effect bereikt wordt. De stroomsnelheid van het water dat de vent binnenstroomt zal ten gevolge van de diametervergroting afnemen. Grotere luchtbellen krijgen hierdoor tijd en gelegenheid om naar boven (de luchtkamer) op te stijgen. Tegelijkertijd botst de waterstroom tegen de vele in de vent aanwezige PALL ringen. Hierdoor ontstaan er langs en door iedere PALL ring zeer vele kleine gelijkmatige stromingen zodat elk gashoudend waterdeeltje in aanraking komt met het totale PALL ring contactoppervlak. Zelfs de allerkleinste microbellen die zich in het water bevinden zullen zich aan het PALL ring oppervlak hechten. Daar de waterstroom bovenin de vent tot rust komt, kunnen de microbellen aangroeien tot een grote bel. Deze gasbel zal nu opstijgen naar de bovenliggende luchtkamer. Vlotter, vlottermechanisme en ontluchtingsventiel zullen de uit het water afgescheiden lucht naar buiten toe afvoeren en het volume van de luchtkamer constant houden. 15

16 Constructie vent microbellen luchtafscheiders in messing uitvoering De vent luchtafscheiders zijn geschikt voor gesloten installaties tot een maximale watertemperatuur van 120 C en een maximale druk van 10 bar. De vent in messing uitvoering is opgebouwd uit een verticaal naar boven gericht huis waarop een kegelvormige luchtkamer is gemonteerd. In het huis bevinden zich de speciale PALL ringen. Deze PALL ringen hebben een zeer groot contactoppervlak, zodat er een optimale uitwisseling van gas uit het water wordt verkregen Luchtkamer. 2. Huis (messing). 3. Ontluchtingsventiel. 4. Vlotter. 5. Overbrengingsmechanisme. 6. PALL ringen. 7. Beschermplaat. 8. Stelschroef. De vormgeving van de PALL ringen is zodanig dat de drukval minimaal is. Vlotter, vlottermechanisme en ontluchtingsventiel zijn ondergebracht in de luchtkamer. De luchtkamer van de vent luchtafscheider is kegelvormig, daarmee wordt bereikt dat de afstand tussen het waterniveau en het ontluchtingsventiel maximaal is. Het waterniveau in de vent luchtafscheider zal hierdoor onder normale bedrijfsomstandigheden ruim onder het ontluchtingsventiel blijven. Hierdoor is de kans op verontreiniging van overbrengingsmechanisme en ontluchtingsventiel minimaal. Het ontluchtingsventiel is afsluitbaar met de stelschroef. De geperforeerde beschermplaat beschermt het vlottermechanisme tegen ongewenste vuildelen die op het waterniveau kunnen drijven. 16

17 Constructie vent microbellen luchtafscheiders in stalen uitvoering vent luchtafscheiders worden gebruikt in warm- en koudwaterinstallaties tot een maximale aanvoertemperatuur van 120 C en een maximale druk van 10 bar. De vent in stalen uitvoering is opgebouwd uit een verticaal naar boven gericht stalen huis waarop een kegelvormige luchtkamer gemonteerd is. In het huis bevinden zich de speciale PALL ringen. Deze PALL ringen hebben een groot contactoppervlak, zodat een optimale uitwisseling van gas uit het water wordt verkregen. De constructie is zodanig dat een minimale drukval wordt verkregen. Vlotter, vlottermechanisme en ontluchtingsventiel zijn ondergebracht in een speciale luchtkamer. Deze luchtkamer is geheel beschermd zodat eventueel op het waterniveau ongewenst drijvend vuil, zoals olie, vet en hennep, geen schade aan vlotter of overbrengingsmechanisme kan veroorzaken. Met behulp van de op de vent aanwezige spuikraan kan dit vuil worden verwijderd. De spuikraan dient ook gebruikt te worden om, bijvoorbeeld tijdens het vullen, grote hoeveelheden lucht af te voeren Luchtkamer. 2. Ontluchtingsventiel. 3. Huis (staal). 4. Spuikraan. 5. Vlotter. 6. PALL ringen. 7. Aftapstop. De luchtkamer van de vent luchtafscheider is kegelvormig. Door deze speciale vormgeving wordt bereikt dat de afstand tussen het waterniveau en het ontluchtingsventiel maximaal is. Het waterniveau in de vent luchtafscheider zal hierdoor ruim onder het ontluchtingsventiel blijven. Hierdoor is verontreiniging van overbrengingsmechanisme en onluchtingsventiel minimaal. Het ontluchtingsventiel is afsluitbaar. Vermeden moet worden, dat de temperatuur in de luchtafscheider hoger dan 110 C wordt. Verontreinigingen welke zwaarder zijn dan water, zoals zand, laskorrels en dergelijke, zullen zich verzamelen in het komvormige benedendeel van de luchtafscheider. Door middel van de aftapstop, centraal onderin, kunnen ook deze vuildelen worden verwijderd. 17

18 Uitvoeringen en afmetingen De vent luchtafscheiders in messing uitvoering zijn voorzien van draadaansluitingen of knelaansluiting. De vent luchtafscheiders in stalen uitvoering zijn voorzien van elektrostatisch aangebrachte poedercoating, waardoor een mooie strakke rode laklaag ontstaat. Deze vent is voorzien van een las- of flensaansluiting. Ø C Ø d Ø d A Ø D E A E F B Ø C B G Type Maten in mm Gewicht A B Ø C Ø D Ø d E F G kg vent (messing) vent ,4 (met knelkoppelingen) vent 3 / / ,4 vent ,8 vent 1 1 / / ,4 vent 1 1 / / ,5 vent (staal) lasaansluiting vent 50 S ,3 54, ,6 vent 65 S ,1 70, ,8 vent 80 S ,9 82, ,6 vent 100 S ,3 107, ,2 vent 125 S ,7 131, ,3 vent 150 S ,3 159, ,4 vent 200 S ,1 206, ,3 vent 250 S ,0 260, vent 300 S ,9 309, vent 350 S ,6 339, vent 400 S ,4 388, vent (staal) flensaansluiting PN 16 (DIN 2633) vent 50 F ,7 vent 65 F ,9 vent 80 F ,0 vent 100 F ,4 vent 125 F ,8 vent 150 F ,9 vent 200 F ,3 vent 250 F vent 300 F vent 350 F vent 400 F

19 Montage van de Flexair en vent luchtafscheiders Microbellen welke in de ketel (hoge temperatuur) uit het water vrijkomen, zullen op andere plaatsen in het systeem (lagere temperatuur) weer oplossen als deze niet direct worden afgevoerd. Om de installatie optimaal te ontluchten dient de Flexair of vent luchtafscheider dan ook direct achter de ketel of mengklep in de aanvoer te worden gemonteerd. GOED GOED FOUT Ketel Ketel Ketel Zonder mengklep Met mengklep Met mengklep GOED FOUT Ketel Ketel Montage in installaties met mengklep Door de Flexair of vent vóór de circulatiepomp te plaatsen kunnen grotere luchtbellen geen schade aan deze pomp veroorzaken en worden deze niet tot kleinere luchtbellen vermalen. Bij montage van de circulatiepomp in de retourleiding moeten de Flexair of vent luchtafscheiders toch in de aanvoerleiding gemonteerd worden. Kelderopstelling Bovenopstelling Voor wat betreft de plaats in de installatie is er geen verschil tussen de Flexair en de vent. In bovenstaande tekeningen is alleen de vent getekend. 19

20 Bij montage in bestaande ketelhuizen, waarbij de aanvoerleiding direct onder het plafond loopt, kan een Flexair of vent luchtafscheider als volgt gemonteerd worden: A Voor servicedoeleinden dient de afstand A minimaal 100 mm te zijn. Weerstandsgrafiek Flexair luchtafscheiders /2 DN 25 DN 40 DN 65 DN 100 DN 150 bar kpa 1 1 /4 2 DN 32 DN 50 DN 80 DN 125 0,03 3,0 0,02 2,0 1,5 Drukverlies (kpa - bar) 0,01 0,005 0,002 1,0 0,5 0,4 0,3 0,2 0,15 0,001 0,1 1 1, Doorstroomhoeveelheid - m 3 /h 20

21 Weerstandsgrafiek vent luchtafscheiders bar 0,20 kpa Ø 22-3 /4 1 1 /4 Ø 65 Ø /2 - Ø 50 Ø 100 Ø 125 Ø 150 Ø 200 Ø 250 Ø 350 Ø 400 Ø 300 0,10 10 Drukverlies (kpa - bar) 0,05 0,02 0,01 0,005 0,002 0,001 5,0 4,0 3,0 2,0 1,5 1,0 0,5 0,4 0,3 0,2 0,15 0,1 0,2 0,3 0,4 0,6 0,81 1, Doorstroomhoeveelheid - l/s De vent microbellen luchtafscheider in de praktijk 21

22 Praktijkaanwijzingen Bij het isoleren van luchtafscheiders mag de messing kop niet worden geïsoleerd! Bij het vullen van de installatie dient u de lucht niet via de vlotterontluchter te laten wegstromen. Alvorens de installatie in bedrijf te nemen dient deze eerst goed gespoeld / gereinigd te worden. Let bij de plaatsing van een vlotterontluchter op het volgende: - bereikbaarheid tijdens bedrijf; - de goede werking dient controleerbaar te zijn; - product moet demontabel blijven; - bij een Flexair, vent of vent Clean dienen de minimum afstanden t.o.v. wanden / plafonds e.d. te worden gerespecteerd. In het onverhoopte geval van lekkage van een ontluchter kan deze altijd worden dichtgedraaid. Houd hier rekening mee bij het installeren en controleer de werking bij het reguliere onderhoud aan de installatie. Alvorens de aftapstop van de Flexair of vent los te draaien dient de installatie drukloos te worden gemaakt. Dit geldt ook voor het losnemen van de messing vlotterkop. Tijdens het reguliere onderhoud verdient het aanbeveling de Flexvent vlotterontluchter te reinigen. Vervuiling dient altijd voorkomen / vermeden te worden, omdat dit de werking negatief beïnvloedt! Veiligheid Installaties (zoals bijvoorbeeld centrale verwarmings-, koel- en drinkwaterinstallaties) werken altijd met een bepaalde overdruk t.o.v. de atmosfeer. Luchtafscheiders zijn appendages, waarvoor bijzondere veiligheidsregels van toepassing zijn, welke de installateur gehouden is toe te passen. Werkzaamheden aan een installatie (onder druk) dienen altijd door de erkende vakman / specialist uitgevoerd te worden. De installateur, als specialist, dient de gebruiker te wijzen op deze zaken en te waarschuwen voor oneigenlijk en onjuist gebruik. Ook dient de gehele c.v.-installatie goed onderhouden te worden. Het spuien van vuil dat zich onder in een Flexair of vent heeft verzameld, dient te geschieden bij een drukloze installatie. Let op: het, bij spuien, uittredende medium kan nog heet zijn. Verbrandingsgevaar! b.v. aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor enige schade of verlies als gevolg van vervuiling, onjuiste toepassing of oneigenlijk gebruik van onze producten. Algemeen b.v. verwijst voorts naar de door haar gehanteerde verkoop- en leveringsvoorwaarden van de FME-CWM, welke gedeponeerd zijn ter griffie van de Arrondissementsrechtbank te Den Haag (nr. 119/1998).... installeer met kwaliteit! 22

23 vent ISOplus Het goed isoleren tegen warmteverlies van een c.v.-installatie is in meerdere opzichten van belang. Enerzijds is het financiële aspect van energiebesparing zeer belangrijk, anderzijds dient ook het milieu te worden ontzien. Isolatie zorgt voor een hoger rendement, hetgeen resulteert in een vermindering van het gebruik van de schaarse fossiele energiebronnen en in een vermindering van de CO 2 uitstoot. De vent microbellen luchtafscheider wordt gebruikt voor het ontluchten van een c.v.-installatie door middel van het PALL ring procédé. Aangezien de vent microbellen luchtafscheider bij voorkeur gemonteerd wordt in de aanvoer van de c.v.-installatie moet juist deze goed geïsoleerd worden. Voor de vent met las- of flensaansluiting in stalen uitvoering is een speciale isolerende mantel ontwikkeld: de vent ISOplus. Door een aanzienlijke energiebesparing is sprake van een korte terugverdientijd.* Eigenschappen van de vent ISOplus Eenvoudige bevestiging. Isolatiemateriaal van 50 mm PUR hardschuim (OKAFOAM). Maximale temperatuur 120 C. Brandklasse B2. Lage warmtegeleidingscoëfficiënt ( ). Geen gebruik van fluorkoolwaterstoffen (FCKW s). 0,8 mm aluminium mantel (alu-stucco). Aluminium spanbanden voorzien van spansluiting. Uitvoeringen en afmetingen Ø B A C Type Maten in mm Aantal Aluminium spanbanden A Ø B C mantel vent ISOplus ,8 2 vent ISOplus ,8 2 vent ISOplus ,8 2 vent ISOplus ,8 2 vent ISOplus ,8 2 vent ISOplus ,8 2 vent ISOplus ,8 2 De vent ISOplus is geschikt voor de stalen vent met las- of flensaansluiting. *Berekening voor uw situatie op aanvraag. 23

24 Flexcon A-S vuilafscheiders Toepassingsvoordelen Afname van vermogensverliezen als gevolg van aanwezigheid van slib en vuil. Optimale technische uitvoering van het reservoir. Levensduurverlenging van de installatie. Minimale drukval. Optimale waterdoorstroming. Geschikt voor isolaties tot 100 mm dikte. Bijpassende isolatiemantel (optioneel). Speciale uitvoeringen in grootte, druk en temperatuur: op aanvraag. Toepassingsgebied De Flexcon A-S vuilafscheider kan toegepast worden in gesloten verwarmings- en koelinstallaties. De Flexcon A-S biedt bijzondere voordelen bij toepassing in oudere installaties of in die gevallen waar men de installatie ombouwt van een open naar een gesloten systeem. Het gebruik van de Flexcon A-S vuilafscheider vermindert vuilafzetting in de ketel. Eveneens wordt door de afvoer van vuil- en slibdeeltjes de levensduur van pompen, regelapparatuur en andere appendages verlengd. Inhoud: liter staande uitvoering Maximale werkdruk: 6 of 10 bar Maximale aanvoertemperatuur: 120 C Maximale temperatuur in de vuilafscheider: 110 C Typetoelating: CE volgens richtlijn 97/23/EG. Werking Het water met de vuil- en slibdeeltjes stroomt via de bovenliggende intredeflens het reservoir binnen. De stroomsnelheid van het water dat het reservoir binnenstroomt zal als gevolg van de diametervergroting sterk afnemen, waardoor het water in het reservoir tot rust komt. De verontreinigingen welke zwaarder zijn dan water, zoals zand, laskorrels, roestdeeltjes en dergelijke, dalen naar de bodem. Door het afgeronde stroomprofiel worden deze vuildeeltjes beneden gehouden. Het 'gereinigde' water stroomt via de hoogliggende uittredeflens verder naar de installatie. Door zijn bijzondere constructie onderscheidt de Flexcon A-S vuilafscheider zich van de meeste standaard hiervoor toegepaste afscheiders vanwege zijn grote bergingscapaciteit en hoge effectiviteit. Met behulp van de spuileiding kunnen de verzamelde vuildeeltjes worden afgevoerd. Montage De Flexcon A-S vuilafscheider dient uitsluitend geplaatst te worden in de retourleiding van de verwarmingsinstallatie. Hierdoor wordt vervuiling van de (kostbare) ketelinstallatie tegengegaan. De Flexcon A-S vuilafscheider dient zo te worden geïnstalleerd dat deze te allen tijde toegankelijk is en probleemloos kan worden onderhouden. De Flexcon A-S vuilafscheider dient voorzien te worden van afsluiters aan zowel de in- als uitstroomzijde. Verder dient een omloopleiding (bypass) met afsluiter te worden aangelegd. Op deze manier kan bij onderhoud aan de Flexcon A-S vuilafscheider de verwarmingsinstallatie gewoon in bedrijf blijven. 24

25 Uitvoeringen en afmetingen Flexcon A-S Toevoer Vlotterontluchter (optioneel) Afvoer Isolatie H1 H Stroomprofiel Spuileiding Ø d Ø D H2 Ø 18 Type Inhoud Flensaan- Maten in mm Max. Max. Gewicht Codenummer sluitingen debiet vermogen kg in liter DN..PN 16 Ø D H H1 H2 Ø d m 3 /h t= 20 C 6 bar 10 bar 6 bar 10 bar Flexcon A-S kw Flexcon A-S kw Flexcon A-S kw Flexcon A-S kw Flexcon A-S kw Flexcon A-S kw Flexcon A-S kw Flexcon A-S kw De stromingsweerstand voor alle modellen bedraagt 12 mbar. De aansluiting voor de spuileiding is voor alle modellen 1 buitendraad. De aansluitmogelijkheid voor de ontluchting is voorzien van een 1 /2 buitendraad. Prefab isolatiepakket voor Flexcon A-S Minimale warmteverliezen door CFK vrije isolatiemantel. Standaarduitvoering: 80 mm zachtschuimisolatie (als montagevriendelijk pakket). Isolatievariant: 100 mm zachtschuimisolatie. Standaardkleur: rood, RAL Andere kleuren op aanvraag. Isolatie moet afzonderlijk worden besteld. 25

26 vent Clean De vent Clean is speciaal ontworpen om te bereiken dat, behalve lucht, ook vaste vuildeeltjes worden verwijderd uit een centrale verwarmings- of koelinstallatie. Praktische ervaring èn tests hebben uitgewezen dat de PALL ringen in het huis van de vent er niet alleen voor zorgen dat de lucht kan worden afgescheiden uit het water, maar dat hetzelfde geldt voor vaste vuildeeltjes. De constructie van de vent Clean is zodanig aangepast dat in de verlengde bodem een ruimte ontstaat die vrij is van turbulentie. Dit geeft de vuildeeltjes, welke zwaarder zijn dan water, de gelegenheid om naar de bodem van de vent Clean te zinken. In dit deel van de vent heersen zodanige omstandigheden dat de vuildeeltjes niet weer in het systeem terug worden opgenomen. Door middel van de aftapkraan aan de onderzijde van de vent Clean kunnen de verzamelde vuildeeltjes naar buiten worden afgevoerd. Vuildeeltjes welke lichter zijn dan water, en die blijven drijven op het wateroppervlak in de vent Clean, kunnen worden afgevoerd door middel van de aftapkraan welke zich aan de zijkant van het huis bevindt. De capaciteit van de vent Clean voor wat betreft het afscheiden van vuildeeltjes uit het systeem is getest, en in een rapport vastgelegd, door het TNO Instituut voor Milieu- en Energie Technologie (rapport nummer R ). De samenvatting van de resultaten en conclusies van dit rapport zijn weergegeven op pagina 28 van deze documentatie. Het werkingsprincipe van de vent Clean voor wat betreft de afscheiding van lucht is gelijk aan dat van de standaard vent luchtafscheiders. Voor overige technische specificaties zie de hoofdstukken van de vent luchtafscheiders. 26

27 Uitvoeringen en afmetingen Ød ØD Ød ØD A A E E ØC B ØC B Type Maten in mm Inhoud Gewicht in A B Ø C Ø D Ø d E liter kg vent Clean lasaansluiting vent Clean 50 S ,3 54, ,5 vent Clean 65 S ,1 70, ,5 vent Clean 80 S ,9 82, ,5 vent Clean 100 S ,3 107, ,0 vent Clean 125 S ,7 131, ,5 vent Clean 150 S ,3 159, ,5 vent Clean flensaansluiting PN16 (DIN 2633) vent Clean 50 F , ,5 vent Clean 65 F , ,5 vent Clean 80 F , ,0 vent Clean 100 F , ,5 vent Clean 125 F , ,0 vent Clean 150 F , ,0 27

28 Uittreksel uit het vent Clean rapport van het TNO Instituut voor Milieu- en Energie Technologie 28

29 Clean Toepassingsvoordelen Geen vermogensverliezen meer ten gevolge van slib en vuil. Minimale drukval. Verbeterde levensduur van toebehoren. Onderhoudsvriendelijk. Geen vervanging van filters of dergelijke. Alleen periodiek de spuikraan opendraaien, om het bezonken vuil te spuien. Toepassingsgebied De Clean vindt zijn toepassing zowel in verwarmings- als koelinstallaties. Het is een vuilafscheider met geringe afmetingen en verkrijgbaar in 4 verschillende aansluitmaten ( 3 /4, 1, 1 1 /4 en 1 1 /2 ). Het gebruik van de Clean vermijdt de afzetting van vuil en slib in de ketel, zodat de warmte-afgifte van de installatie optimaal blijft. Uitvoeringen en afmetingen F E A B C Ød Type Maten in mm Code- A B C Ø d E F nummer (SLW) Clean 1 3 /4 195,5 167,5 135,5 1 3 / Clean 1 215,5 183,5 155,5 1 3 / Clean 1 1 /4 236,5 198,5 176,5 1 1 / Clean 1 1 /2 236,5 198,5 176,5 1 1 / Werking In het huis van de Clean bevinden zich PALL ringen. Deze speciale vullichamen onderscheiden zich door hun speciale eigenschappen: Groot contactoppervlak per m 3. Hoge botskans. Lage doorstroomweerstand. De vuildeeltjes die met het water meestromen worden in het huis van de Clean afgescheiden door de combinatie van de volgende effecten: - De constructie van het huis van de Clean is zodanig dat wanneer het water in de Clean stroomt, het in een ruimte komt die vrij is van turbulentie. Dit geeft de vuildeeltjes, welke zwaarder zijn dan water, de gelegenheid om naar de bodem van de Clean te zinken. - Vuildeeltjes in de waterstroom botsen tegen de vele in de Clean aanwezige PALL ringen waardoor eveneens hun snelheid afneemt en ze de gelegenheid hebben om naar de bodem te zinken. Door middel van de spuikraan, onderaan de Clean, kunnen de verzamelde vuildeeltjes worden afgevoerd. Montage Vuildeeltjes die zich in het water bevinden, dienen te worden afgevoerd voordat het vuil zich gaat afzetten in ketel, pompen, mengers of andere appendages. Om deze reden dient de Clean vuilafscheider in de retourleiding geplaatst te worden. Zorg voor een goede bereikbaarheid van de Clean. 29

30 luchtpotten Storingsvrije en betrouwbare werking. Eenvoudige montage. Continu afscheiding van lucht. Maximale watertemperatuur: 120 C. Maximale werkdruk : 10 bar. Werking Door temperatuurverhoging komen de in het water aanwezige gassen vrij. Dit veroorzaakt o.a. hinderlijke geluiden in de radiatoren en leidingen. De luchtpot kan bijvoorbeeld als luchtverzamelingspot gemonteerd worden op stijgleidingen. Zowel in de aanvoer- als in de retour kunnen luchtpotten gemonteerd worden. In de luchtpot kan het water tot rust komen. De in het water meegevoerde lucht kan zich in het bovenste gedeelte van de luchtpot verzamelen. Door de bovenop de luchtpot gemonteerde Flexvent vlotterontluchter kan deze lucht afgevoerd worden. Montage De luchtpot dient altijd in verticale positie gemonteerd te worden. Door montage van een Flexvent vlotterontluchter wordt de lucht automatisch afgevoerd. Ook kan een ontluchtingsleiding worden gemonteerd zodat handmatig ontlucht kan worden. Zorg voor een goede bereikbaarheid van de luchtpot. Uitvoeringen en afmetingen Rp 3 /8 Rp 3 /8 Ø D H Ø D H Rp 1 /2 Rp 1 /2 Type Maten in Installatie- Ontluchtings- Materiaal Gewicht Inhoud Codemm aansluiting aansluiting nummer H Ø D kg (l) luchtpot Rp 1 /2 Rp 3 /8 Rst ,6 1, luchtpot Rp 1 /2 Rp 3 /8 Rst ,4 2,

31 Notities 31

32 DFTK Berekeningsmethode voor expansievaten volgens DFTK 17 alleen België Flexcon membraandrukexpansievaten b.v. Postbus AC Gouda - Holland Industriestraat AC Gouda - Holland Telefoon: Telefax: info@flamco.nl Internet: mat 10, 15, Buro & Design Center Heizel Esplanade 1 B Brussel - België Telefoon: Telefax: info@flamco.be Internet: Flexcon drukexpansievaten met verwisselbaar membraan Flexcon VSP Flexcon M Flexcon VSV / V-B voorschakelvaten mat pomp expansie-automaten Flexcon M-P pomp expansie-automaten Flexcon feedboy functieservers PS buffervaten 3.1 Flexcon compressor expansie-automaten PS buffervaten 3.2 SafeTap waterstopcontact / waterslagdempers / Prescor B boilerventielen / Prescor inlaatcombinaties / Flexbrane veiligheidsgroepen / LS/PS buffervaten / Airfix expansievaten / Challenger expansievaten Flexvent vlotterontluchters Flexair luchtafscheiders vent luchtafscheiders vent Clean lucht-/vuilafscheiders 4 5 Prescor veiligheidsventielen / Manofiller / Prescofiller / trechters / Flexcon mano(thermo)meters / Flexfast snelkoppelingen / Flexcon aansluitgroepen / Flexconsole / laagwaterstandbeveiliging / -Fill watersuppletie-automaten T-plus 6 7 buis montagemateriaal Van Baal radiator bevestigingsmateriaal in aparte ringband /