40kW InfraStruXure PDU PDU met systeemomloop 40kW

Transcriptie

1 40kW InfraStruXure PDU PDU met systeemomloop 40kW PD40H5HK1-M PDRPP1000-M Bediening en Configuratie 400/230V

2 Product Name Typed Here APXXXX APYYYYi This manual is available in English on the enclosed CD. Este manual está disponible en español en el CD-ROM adjunto. Dieses Handbuch ist in Deutsch auf der beiliegenden CD-ROM verfügbar. Ce manuel est disponible en français sur le CD-ROM ci-inclus. Questo manuale è disponibile in italiano nel CD-ROM allegato. Instrukcja Obslugi w języku polskim jest dostępna na CD. ИНСТРУКЦИЯ ПО ИСПОЛЬЗОВАНИЮ НА РУССКОМ ЯЗЫКЕ ПРИЛАГАЕТСЯ НА ДИСКЕ (CD). Deze handleiding staat in het Nederlands op de bijgevoegde cd. 您 可 以 从 包 含 的 CD 上 获 得 本 手 册 的 中 文 版 本

3 Over deze handleiding Beoogde gebruikers Deze handleiding is bedoeld voor eindgebruikers van een 40kW Symmetra PX UPS en InfraStruXure PDU. De handleiding behandelt de bediening, persoonlijke instellingen en snelle configuratie van de InfraStruXure PDU en bevat ook enige bedieningsinformatie over de Symmetra PX UPS, de XR Battery Enclosure (accubehuizing) en het Rack Distribution Panel (rekdistributiepaneel). Bijbehorende handleidingen Raadpleeg de volgende handleidingen die u bij de PDU heeft gekregen, voor meer informatie over het InfraStruXure systeem: In de handleiding InfraStruXure 40kW Installatie en opstarten ( A) worden de installatie- en opstartprocedures van UPS-voedingsverdeling naar het rek en de voedingsverdeling binnen het rek behandeld. Certified Electrician s Instructions ( A) (instructies voor de bevoege elektricien) bevat specifieke instructies voor de elektricien die de voeding aansluit op de InfraStruXure PDU. Raadpleeg de documentatie bij de afzonderlijke producten voor meer informatie over specifieke componenten in uw InfraStruXure systeem. De afbeeldingen van de producten in deze handleiding kunnen er iets anders uitzien dan de producten in uw InfraStruXure systeem. Nagaan of er updates zijn voor deze handleiding De inhoud van deze handleiding is gebaseerd op de meest recente gegevens. U kunt nagaan of er updates van deze handleiding zijn door te klikken op de link Gebruikersaanwijzingen op de pagina Ondersteuning van de website van APC ( In de lijst van InfraStruXure gebruiksaanwijzingen zoekt u op letter naar de laatste revisie (A, B etc.) van het onderdeelnummer op deze handleiding. PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud i

4

5 Inhoud Beoogde gebruikers i Bijbehorende handleidingen i Nagaan of er updates zijn voor deze handleiding i Veiligheid...1 Overzicht Waarschuwingen Installatie/onderhoud Onderhoud dat wordt uitgevoerd terwijl de PDU ingangsstroom krijgt 2 Procedure voor het volledig uitschakelen van de voeding GEVAAR risico van elektrische schok! Nooduitschakeling van de voeding (EPO) EMI Overzicht...5 Onderdelen van de PDU met systeemomloop Vooraanzicht Vooraanzicht (binnenkant) Achteraanzicht (binnenkant) PDU-bewakingseenheid Gebruikersaansluitingsplaat De display-interface van de PDU...11 Overzicht Hoofdstatusschermen Hoofdmenuscherm Door de schermen navigeren Met een wachtwoord beveiligde schermen Scherm Load-Meter (belastingmeter) Scherm Volt-Meter (spanningsmeter) PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud iii

6 Het scherm Contacts Overzicht Contacten aansluiten op de PDU-bewakingseenheid Scherm Breakers (onderbrekers) Scherm Alarms (alarmtoestanden) View Active Alarms (actieve alarmtoestanden weergeven) Alarm/Event Log (alarm-/gebeurtenissenlogboek) Alarm Setup (alarmen instellen) Alarm Beeper (alarmsignaal) Alarmsignalen van de PDU Scherm Panel (paneel) Branch Ckt Loading (belasting takcircuit) Branch Ckt Limits (limieten takcircuit) Panel Configuration (paneelconfiguratie) Global Panel Config (algemene paneelconfiguratie) Scherm Config System/Network (systeem/netwerk) Electrical Config (elektrische configuratie) Manufacturer Data (gegevens producent) Product Data (productgegevens) Factory Defaults (fabrieksinstellingen) Firmware Updates (firmware-updates) Bediening De UPS in de omloopstand voor onderhoud zetten Terugkeren uit de omloopstand voor onderhoud De apparatuur volledig uitschakelen Voeding naar het systeem inschakelen Communicatieconfiguratie Beheersopties InfraStruXure PDU Overzicht InfraStruXure Manager Netwerkbeheerinterfaces iv PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud

7 Configuratie van de InfraStruXure Manager Sluit de InfraStruXure PDU aan op de InfraStruXure Manager. 44 Configuratie van de netwerkbeheerinterface Sluit de InfraStruXure PDU aan op uw netwerk Configuratieoverzicht TCP/IP-configuratiemethoden IP configuratiewizard voor het apparaat BOOTP- & DHCP-configuratie Lokale toegang tot de besturingsconsole Externe toegang tot de besturingsconsole Besturingsconsole Toegang tot een netwerkbeheerinterface op een geconfigureerde InfraStruXure PDU Webinterface Telnet en SSH SNMP FTP en SCP Een kwijtgeraakt wachtwoord voor de Network Management Card herstellen Het aanpassen van en het Bijwerken van PDU...55 Belangrijke veiligheidsinstructies Bestellijst voor PDU-onderdelen Onderbrekers en voedingskabels toevoegen Een onderbreker toevoegen aan de PDU Een voedingskabel toevoegen aan de (PDU) Gebruikersingangscontacten en -relaisuitgangen aansluiten op de gebruikersaansluitingsplaat van de PDU Overzicht Contacten aansluiten op de PDU-bewakingseenheid Testen van de schakelaar voor nooduitschakeling van de voeding61 Overzicht De schakelaar testen Veiligheidswaarschuwingen Firmware-updates downloaden Vanaf een lokale computer PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud v

8 Specificaties kW PDU met systeemomloop Productinformatie InfraStruXure standaardgarantie Beleid ten aanzien van apparatuur voor instandhouding van de levensfuncties Service aanvragen

9 Veiligheid Overzicht Veiligheidssymbolen die in deze handleiding worden gebruikt Electrical Kans op elektrische Hazard schokken Geeft een risico aan dat, als het niet wordt vermeden, letsel of de dood tot gevolg kan hebben. Waarschuwing Warning Geeft een risico aan dat, als het niet wordt vermeden, schade aan het product of aan andere voorwerpen tot gevolg kan hebben. Geeft belangrijke informatie aan. Heavy Zwaar Geeft aan dat het betreffende voorwerp erg zwaar is en niet zonder hulp mag worden opgetild. Geeft aan dat in een ander deel van deze handleiding meer informatie wordt gegeven over hetzelfde onderwerp. See Zie ook also Geeft aan dat in een andere handleiding meer informatie wordt gegeven over hetzelfde onderwerp. Geeft de stand-bystand aan. In de stand-bystand werkt de eenheid niet, maar kan deze nog steeds een gevaarlijk hoog spanningsniveau bevatten. Het is niet veilig onderhoud te verrichten aan de apparatuur zolang deze niet is losgekoppeld van alle bronnen van elektrische stroom. BEWAAR DEZE INSTRUCTIES. Deze handleiding bevat belangrijke instructies die u moet opvolgen tijdens de installatie, de bediening en het onderhoud van de PDU met systeemomloop. PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud 1

10 Waarschuwingen Installatie/onderhoud Alleen een erkende elektricien mag: de PDU met systeemomloop aansluiten op het elektriciteitsnet; een schakelaar aansluiten op de EPO-interface op de PDU met systeemomloop. Alleen een erkende elektricien of een buitendienstmonteur van APC mag: de PDU met systeemomloop aansluiten op de Symmetra PX UPS; onderhoud verrichten aan de PDU met systeemomloop. Wanneer u de PDU met systeemomloop aansluit op het lichtnet, moet u een stroomonderbreker van (minimaal) 100 A installeren om de PDU met systeemomloop te beveiligen tegen overstroom. Deze stroomonderbreker moet zijn voorzien van een CE-markering en een certificeringskeurmerk van een officieel erkende instantie, zoals VDE, SEV, BSI, KEMA of Semko. Onderhoud dat wordt uitgevoerd terwijl de PDU ingangsstroom krijgt APC raadt u aan geen onderhoud te verrichten aan de PDU terwijl deze ingangsstroom krijgt. Dit kan echter vanwege het grote belang van bedrijfscontinuïteit in een datacenter toch voorkomen. Als u onderhoud moet verrichten terwijl de PDU ingangsstroom krijgt, moet u de volgende voorzorgsmaatregelen in acht nemen om het risico van een elektrische schok te beperken: 1. Werk nooit alleen. 2. Verricht het onderhoud alleen als u een erkende elektricien bent die ervaring heeft met de gevaren van onder stroom staande elektrische installaties. 3. Zorg ervoor dat u de procedure kent voor het in een noodgeval loskoppelen van elektriciteit naar de PDU en het datacenter. 4. Draag de juiste kleding en hulpmiddelen voor lichamelijke bescherming. 5. Gebruik dubbelgeïsoleerde gereedschappen. 6. Volg altijd de plaatselijke voorschriften en bedrijfsregels op wanneer u werkt aan de PDU. 2 PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud

11 Veiligheid: Waarschuwingen Procedure voor het volledig uitschakelen van de voeding 1. Zet de schakelaar System Enable (aan/uit) van de Symmetra PX UPS op Standby. 2. Zet de schakelaar DC Disconnect (uitschakelen gelijkstroom) van de Symmetra PX UPS op Off (uit). 3. Zet de onderbreker (of schakelaar) Main Input (hoofdvoeding) van de PDU met systeemomloop op Off. 4. Zet de onderbreker DC Disconnect van elke XR-accubehuizing op Off. 5. Zet de stroomopwaartse Mains (lichtnet)-stroomonderbreker op Off. 6. Koppel de accu s in de UPS los door ze ongeveer 2,5 cm uit hun normale positie te trekken. 7. Koppel de accu s in de XR-accubehuizing los door ze ongeveer 2,5 cm uit hun normale positie te trekken. GEVAAR risico van elektrische schok! Gevaarlijke, onder stroom staande onderdelen in de Symmetra PX UPS worden van stroom voorzien door de accutoevoer, ook wanneer de netvoeding is uitgeschakeld. Er kunnen gevaarlijke, onder stroom staande onderdelen zijn in de PDU met systeemomloop ten gevolge van de inverter van de Symmetra PX UPS, ook wanneer de netvoeding is losgekoppeld. Test elektrische onderdelen altijd voordat u ze aanraakt. PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud 3

12 Veiligheid: Waarschuwingen Nooduitschakeling van de voeding (EPO) Deze PDU met systeemomloop en Symmetra PX UPS zijn voorzien van Emergency Power Offschakeling (nooduitschakeling van de voeding). Wanneer deze EPO-schakelaar wordt geactiveerd, wordt de elektrische stroom naar de eenheden uitgeschakeld en schakelt het systeem niet over naar werking op de accu. De voeding kan in noodsituaties volledig worden uitgeschakeld met een contactsluiter of door inschakeling van een externe 24 VAC of 24 VDC SELV- of PELV-bron. Het is belangrijk dat gevaarlijke netspanning wordt geïsoleerd van de contactsluiter, 24 VAC of 24 VDC. De contactsluiter van het EPO-circuit, de 24 VAC en de 24 VDC worden beschouwd als een SELV-circuit zoals gedefinieerd in de norm EN Apparatuur voor informatietechniek of als PELV-circuit zoals gedefinieerd in de norm IEC Elektrische installatie van gebouwen; Beschermingsmaatregelen; Bescherming tegen elektrische schokken. SELV is een afkorting van Safety Extra Low Voltage (extra lage spanning voor veiligheid). PELV is een afkorting van Protective Extra Low Voltage (extra lage spanning voor bescherming). SELV- en PELV-circuits worden geïsoleerd van het lichtnet met een isolerende veiligheidstransformator en zijn zo ontworpen dat de spanning onder normale omstandigheden beperkt wordt tot 42,4 Vpiek of 60 VDC. EMI WAARSCHUWING dit is een Klasse A-product. In een woonomgeving kan dit product radiostoring veroorzaken. In dat geval moet de gebruiker de benodigde maatregelen nemen. Deze apparatuur is getest en voldoet aan de normen EN55022 (1998) en EN PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud

13 Overzicht Onderdelen van de PDU met systeemomloop Vooraanzicht De PDU-Afschermingsgoot biedt ruimte aan de voedingskabels die uit de bovenkant van de PDU komen en scheidt de voedingskabels van de datakabels. De PDU-voedingskabels voorzien de apparatuurrekken van stroom; zij lopen door uitsparingen in de bovenkant van de PDU. Uw systeemconfiguratie bepaalt hoeveel voedingskabels zijn geïnstalleerd in de PDU. Elke voedingskabel loopt uit in een IEC 309-aansluiting, die geschikt is voor een groot aantal verschillende InfraStruXurerekaccessoires voor voedingsverdeling van APC. Kabelgaten bieden de mogelijkheid van in- en uitgangsbedrading voor de Symmetra PX UPS. Bij de installatie verwisselt de buitendienstmonteur van APC de zijpanelen tussen de PDU en de UPS, zodat de aangrenzende kanten van de twee eenheden een paneel met kabelgaten hebben. Stelpootjes zijn in te stellen om de behuizing waterpas te zetten. Alle behuizingen moeten waterpas staan voordat u het systeem installeert. De display-interface biedt een lokale interface waarmee u statusgegevens kunt bekijken. De interface bestaat uit een lcd-scherm met vijf knoppen, basisstatuslampjes en een geluidsignaal. PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud 5

14 Overzicht: Onderdelen van de PDU met systeemomloop Vooraanzicht (binnenkant) De stroomonderbrekerpanelen met 42 posities geven in totaal 84 enkele poolposities. Elke enkele pool levert voeding van 230 V L-N. De stroomsterkte die elke positie levert, is afhankelijk van het ampèrage van de gebruikte stroomonderbreker. In het documentatievakje kunt u documenten opbergen die bij de stroomonderbrekerpanelen horen, zoals het onderhoudsschema voor de PDU-paneelkaarten (meegeleverd). Het wraparound-omlooppaneel voor onderhoud heeft drie stroomonderbrekers waarmee de UPS elektrisch geïsoleerd kan worden van het lichtnet tijdens onderhoud van de voedingspanelen. De ingangsstroomonderbreker heeft de aanduiding Q1, de uitgangsstroomonderbreker heeft de aanduiding Q2 en de omloopstroomonderbreker voor onderhoud heeft de aanduiding Q3. Het etiket op het omlooppaneel voor onderhoud van de PDU laat zien hoe de stroom loopt en de lampjes H2 en H3 geven aan wanneer het veilig is om de stroomonderbrekers Q2 en Q3 te bedienen. 6 PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud

15 Overzicht: Onderdelen van de PDU met systeemomloop Achteraanzicht (binnenkant) Met de belastingstestpoort kunt u een UPS-systeem onder belasting testen om er zeker van te zijn dat het systeem in overeenstemming met de specificaties werkt als de stroom uitvalt. (Dit is een optioneel onderdeel.) De Main Input Switch is aangesloten op het lichtnet. De schakelaar is geschikt voor een ingangsspanning van 400 V en er zijn L1, L2 en L3 ingangsstroomdraden vereist voor PDU s met transformator en L1, L2, L3 en N ingangsstroomdraden voor PDU s zonder transformator. De PDU-bewakingseenheid heeft verschillende kaarten voor de bewaking van stroom en spanning die informatie doorgeven aan een centrale kaartmodule in de PDUbewakingseenheid. De PDU-bewakingseenheid heeft één 10BaseT (CAT-5)-verbinding met de Informatie-controller-hub (of switch), vier contactsluitingsverbindingen voor door de gebruiker te definiëren contacten en een keuze uit drie verschillende verbindingen (contactsluiting, 24VAC, 24VDC) voor een EPO-schakelaar. Deze zekeringen beveiligen de siliciumgelijkrichters in de statische-omloopschakelaar van de UPS. De zekeringen bevinden zich uitsluitend op PDU s zonder transformator. De uitvoer van de optionele isolatie-ingangstransformator voedt de ingangsstroomonderbreker van het omlooppaneel voor onderhoud. Let op: De secundaire zijde van de optionele isolatie-ingangstransformator moet zijn uitgerust met een geschikte, aparte aansluiting naar een aarde-elektrode. De in- en uitgangskabelsvan de UPS verbinden de PDU met de UPS en liggen bij levering opgerold op de bodem van de PDU. De ingangskabels bestaan uit vijf draden: L1, L2, L3, N en PE. De uitgangskabel bestaat uit vier draden: L1, L2, L3 en N. Elke draad is voorzien van een label en komt overeen met een contactklem op de Symmetra PX UPS. Bij de installatie zal de buitendienstmonteur de PDU aansluiten op de UPS. PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud 7

16 Overzicht: Onderdelen van de PDU met systeemomloop PDU-bewakingseenheid Deze aansluiting levert de ingangsvoeding aan de PDUbewakingseenheid vanaf de onderbreker aan de voorkant van de PDU. Als het paneel aan staat en de stroomonderbreker van de bewakingseenheid is gesloten, dan krijgt de bewakingseenheid voeding. Verbonden met sensors die waarden meten zoals spanning, stroomsterkte en vermogen. Digitale ingangsdetectie voor bewaking van bijvoorbeeld onderbrekerstatus, temperatuur transformator, ventilatoren enz. De displaypoort (RJ-45) zorgt voor de verbinding tussen de PDU-bewakingseenheid en de display-interface van de PDU. De Power-led geeft aan of de bewakingseenheid voeding ontvangt. Via de Consolepoort (DB-9) kunt u een laptopcomputer aansluiten op de bewakingseenheid, met behulp van de juiste communicatiekabel. Deze poort wordt gebruikt voor het configureren van service-instellingen in de PDU. EPO-DIP-schakelaars configureren de EPO-ingang op het type EPO-schakelaar dat is aangesloten - normaal open (NO) of normaal gesloten (NC). Als de EPO-Arm/Test-tuimelschakelaar in de teststand staat leidt activeren van de EPO-schakelaar niet tot uitschakelen van de voeding naar de belasting. Als de tuimelschakelaar in de stand Armed staat, wordt bij activeren van de EPO-schakelaar de hoofdvoedingsschakelaar van de PDU naar UIT geschakeld. De led EPO Armed is groen als de tuimelschakelaar in de stand Armed staat. De led is donker wanneer de tuimelschakelaar in de stand Test staat. De led EPO Tripped is rood als de EPO-schakelaar wordt ingeschakeld (de EPO-knop wordt ingedrukt), onafhankelijk van de status van de EPO-Arm/Test-tuimelschakelaar. De reset-knop reset de netwerkprocessor; hij reset NIET de PDU of de PDU-bewakingseenheid. Sluit aan op de InfraStruXure Manager via de networkpoort. De To UPS-poort verbindt de PDU-bewakingseenheid met de onderhoudsomloop/pcb-print en de EPOprint in de Symmetra PX UPS. Deze poort wordt aangesloten op draadbomen die vast zijn gezet binnen de PDU en die tijdens de installatie van het systeem worden aangesloten op de Symmetra PX UPS. De optionele poort User/EPO Contacts is aangesloten op draadbomen die in verbinding staan met de gebruikersaansluitingsplaat in de bovenkant (of onderkant) van de PDU. Deze poort biedt ruimte aan relaisuitgangen (4), ingangscontacten (4) en een EPO-ingang (1). 8 PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud

17 Overzicht: Onderdelen van de PDU met systeemomloop Gebruikersaansluitingsplaat Zie voor een beschrijving en de locatie van de gebruikersaansluitingsplaat ( ) op pagina 9. Raadpleeg ter verduidelijking de onderstaande illustratie waarop de gebruikersaansluitingsplaat gedetailleerder is weergegeven. USER INTERFACE 2001 APC MADE IN USA Contact Inputs Contact Outputs ATS 0 AT S 1 ATS 2 ATS EN + EPO 24V EPO AC/DC Contact Sluit de InfraStruXure PDU aan op het netwerk of op de InfraStruXure Manager via de ethernetpoort. De gebruikersaansluitingsplaat heeft vier ingangscontactaansluitingen voor de bewaking van normaal open (NO) of normaal gesloten (NC) droge contacten. De gebruikersaansluitingsplaat heeft vier relaisuitgangsaansluitingen voor de aansluiting van normaal open (NO) of normaal gesloten (NC) droge contacten. Sluit een Emergency Power Off (EPO)-schakelaar (voor nooduitschakeling van de voeding) aan op een van de drie opties voor een EPO-aansluiting (24VDC, 24VAC of contactsluiting). PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud 9

18

19 De display-interface van de PDU Overzicht U kunt de display-interface gebruiken om instellingen te configureren, alarmdrempels in te stellen en hoorbare en zichtbare alarmsignalen af te geven. Load Powered Check Log Bypass ESC? Alarm LED Load Powered (belasting onder stroom) LED Check Log (logboek controleren) LED Bypass (omloop) Wanneer dit lampje groen brandt, zijn alle uitgangsfasen binnen de limieten die zijn ingesteld bij de drempels voor uitgangsalarmlimieten. Wanneer dit lampje geel brandt, is er minimaal één nieuwe alarmconditie geregistreerd. Wanneer dit lampje geel brandt, komt de voeding voor de belasting rechtstreeks van het openbare elektriciteitsnet. De UPS is uit het circuit gehaald, voor onderhoud of vervanging. Omlooponderbrekers op de PDU functioneren als stroomonderbrekers om de belaste apparatuur te beveiligen. LED Alarm Wanneer dit lampje rood brandt, is er een alarmconditie. Lcd-scherm Hierop kunt u alarmsignalen, statusgegevens, instructies en configuratie-opties weergeven. Navigatietoetsen omhoog en omlaag Hiermee selecteert u menuopties en heeft u toegang tot informatie. Toets ENTER Hiermee opent u menu-opties en voert u wijzigingen in systeemparameters in. Toets HELP Hiermee geeft u contextafhankelijke help-informatie weer. Druk op HELP voor informatie over elke optie op het scherm en voor instructies voor de uitvoering van bepaalde taken (bijvoorbeeld de UPS in de omloopstand voor onderhoud zetten). Toets ESC Hiermee gaat u terug naar het vorige scherm dat was weergegeven. PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud 11

20 De display-interface van de PDU: Overzicht Hoofdstatusschermen Wanneer het systeem wordt opgestart, wordt een korte tijd het opstartscherm weergegeven. Hierna worden automatisch achtereenvolgens vier schermen met elementaire statusinformatie op de displayinterface weergegeven. Druk op de pijl omhoog of omlaag om het automatisch bladeren te onderbreken en een specifiek statusscherm te bekijken. Volts In L1-2: 000 L2-3: 000 L3-1: 000 Volts Out L1: 000 L2: 000 L3: 000 Load Current L1: 000 L2: 000 L3: 000 Neut: 000 Total Output Loading kw: 000 PF: 000 kva: 000 %LD: 000 Freq: 00.0 No Active Alarms System Date/TIme: Jun :58 Hoofdmenuscherm Wanneer u op een hoofdstatusscherm op ENTER drukt, opent u het hoofdmenuscherm. Load-Meter Volt-Meter Contacts Breakers Alarms Panel Config Help Als de display-interface inactief blijft gedurende de tijd die is opgegeven als Time-out, worden de eerste basisbewakingsschermen weer weergegeven. Zie de gedeelten over de afzonderlijke menu-opties vanaf pagina 14 voor een beschrijving van de opties van het hoofdmenu. Door de schermen navigeren Als u een scherm wilt openen, drukt u op de pijl omhoog of omlaag totdat de selectiepijl ( ) naast de gewenste selectie staat. Druk op ENTER om het geselecteerde scherm weer te geven. Load-Meter Volt-Meter Contacts Breakers Alarms Panel Config Help Contacts In: 02of04 Name: User Switch #2 Normal: Open Status: Open Voor het configureren van instellingen drukt u op de pijl omloog of Contacts In: 02of04 omlaag totdat de selectiepijl ( ) naast de instelling staat die u wilt Name: User Switch #2 Normal: Open wijzigen en drukt u op ENTER. Als voor een bepaalde instelling een Status: Open lijst met opties beschikbaar is, verschijnt er een invoerpijl ( ) naast de instelling. Druk op de pijl omhoog of omlaag totdat de gewenste optie wordt weergegeven. Druk op ENTER om de optie voor de instelling te selecteren. 12 PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud

21 De display-interface van de PDU: Overzicht Op sommige schermen geven vervolgpijlen ( ) aan dat binnen deze categorie meer schermen zijn die u kunt weergeven. Druk op de pijl omhoog of omlaag om de extra schermen weer te geven. System/Network Electrical Configuration Panel Configuration Manufacturer Data Product Data Factory Defaults Firmware Updates Met een wachtwoord beveiligde schermen Wanneer u instellingen configureert of wijzigt, wordt u gevraagd om uw wachtwoord in te voeren. U voert als volgt een wachtwoord in: 1. Druk op de pijl omhoog of omlaag totdat de juiste letter wordt weergegeven en druk vervolgens op ENTER. Wanneer u op ENTER heeft gedrukt, wordt het teken dat u heeft ingevoerd als een sterretje weergegeven en gaat de invoerpijl naar de volgende positie, zodat u het volgende teken van het wachtwoord kunt selecteren. Enter Password: ******* 2. Druk tweemaal op ENTER nadat u uw wachtwoord heeft ingevoerd. Zie System Password (systeemwachtwoord) op pagina 26 als u uw wachtwoord wilt wijzigen. PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud 13

22 Scherm Load-Meter (belastingmeter) Op het scherm Load-Meter kunt u de volgende opties selecteren: Total Load by Phase (totale belasting per fase) Total Load Summary (overzicht totale belasting) Power Factor (vermogensfactor) De belasting die door elke fase wordt ondersteund in kva, in effectieve (RMS) stroom (Irms), en als een percentage van de maximaal toegestane belasting (%LD). Voor de totale ondersteunde belasting: kw: de geleverde stroom, in kilowatt kva: de feitelijk door de belasting afgenomen stroom, in kilovolt-ampère Freq: frequentie PF: de vermogensfactor (kw/kva), die gevolgen heeft voor het vermogen dat beschikbaar is voor de belasting. %LD: de belasting als percentage van de maximaal toegestane belasting. Voor elke fase: kva: de feitelijk door de belasting afgenomen stroom, in kilovolt-ampère (kva). kw: het vermogen, in kilowatt geleverd door de fase. PF: de vermogensfactor (kw/kva), die gevolgen heeft voor het vermogen dat beschikbaar is voor de belasting. 14 PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud

23 Scherm Volt-Meter (spanningsmeter) Op het scherm Volt-Meter kunt u de volgende opties selecteren: Output Voltage (uitgangsspanning) Input Voltage (ingangsspanning) Geeft elke uitgangsspanning van fase tot fase weer (bijv. L1-2 voor fase L1 naar fase L2) en elke uitgangsspanning van fase naar neutraal (bv. L1 voor fase L1 naar neutraal). Geeft elke ingangsspanning van fase tot fase weer (bv. L1-2 voor fase L1 naar L2) of elke ingangsspanning van fase naar neutraal (bv. L1 voor fase L1 naar neutraal). PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud 15

24 Het scherm Contacts Overzicht De PDU is in staat om externe contactsluitingsgebeurtenissen te detecteren. Een aantal van de mogelijke toepassingen: magnetische contactschakelaars raambeveiligingsfolie schakelaars tegen onbevoegde handelingen hittedetectors watersensors druksensors rook- en brandmeldingssystemen van het gebouw U kunt de ingangscontacten zo instellen dat ze een alarmtoestand teweegbrengen op basis van hun huidige status in relatie tot een door de gebruiker gedefinieerde normale status. De relaisuitgangen kunnen de interne alarmtoestanden en gebeurtenissen doorgeven aan externe apparatuur. Op het scherm Contacts (Contacten) kunt u informatie over de ingangscontacten en relaisuitgangen weergeven en configureren. U kunt in het scherm Contacts de volgende opties selecteren: Input Contacts (ingangscontacten) Relay Outputs (relaisuitgangen) Blader door de lijst om informatie weer te geven over elk van de geïnstalleerde ingangscontacten. Met 02of04 geeft u bijvoorbeeld informatie weer over de tweede van vier geïnstalleerde ingangscontacten. Name - De naam van dit ingangscontact (maximum: 14 alfanumerieke tekens). Normal - De normale stand van dit ingangscontact, Open dan wel Closed (gesloten). Status - De stand van dit ingangscontact. Als deze stand niet de normale stand is, treedt er een alarmtoestand op. Blader door de lijst om informatie weer te geven over elk van de geïnstalleerde relaisuitgangen. Met 04of04 geeft u bijvoorbeeld informatie weer over de vierde van de vier beschikbare relaisuitgangen. Name - De naam van deze relaisuitgang (maximum: 14 alfanumerieke tekens). Normal - De normale stand deze relaisuitgang, Open dan wel Closed (gesloten). Status - De stand van deze relaisuitgang. Zie Relaisuitgangen op pagina 70 voor de specificaties van de relaisuitgangen. 16 PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud

25 De display-interface van de PDU: Het scherm Contacts Alarm Relay Map (alarmrelaismapping) Configureer de Alarm Map: 01 of 04 relaisuitgangen met behulp [Vo, By, C4] Map: Input Voltage van alarmrelais-mapping. Apply Now Elke Alarm Map correspondeert met een relaisuitgang. Alarm Map 01of04 correspondeert bijvoorbeeld met de eerste van vier relaisuitgangen. In de tweede regel staat tussen vierkante haken [ ] aangegeven welke items u in verband hebt gebracht met het geselecteerde relais. In de derde regel kunt u de alarmen selecteren die u in verband wilt brengen met het relais: Any Load (elke belasting) (L) - Geeft zowel over- als onderstroomalarm voor stroomonderbrekerpanelen en takcircuits. Overload (elke belasting) (O) - Geeft overstroomalarmen voor stroomonderbrekerpanelen, takcircuits en SYSGND (systeemaarde). Input Voltage (ingangsspanning) (Vi) - Kan in verband worden gebracht met een ingangsspanningsalarm. Output Voltage (uitgangsspanning) (Vo) - Kan in verband worden gebracht met een uitgangsspanningsalarm. PDU in Bypass (PDU in omloopstand) (By) - Bij deze instelling wordt de relaisuitgang geactiveerd als de Q3- onderbreker wordt gesloten. Any Breaker (elke onderbreker) (Br) - Bij deze optie wordt de relaisuitgang geactiveerd als de ingang, de omloopingang (Q10), dan wel de uitgangsonderbreker van de dwarsverbinding niet in zijn normale staat is. Contacts 1-4 (C1, C2, C3, C4) - Legt een verbinding met de ingangscontactalarmen. Voordat u het scherm afsluit, moet u om de wijzigingen op te slaan de optie Apply Now (nu toepassen) op de onderste regel van het scherm selecteren. U wordt dan gevraagd om uw wijzigingen te bevestigen. PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud 17

26 De display-interface van de PDU: Het scherm Contacts Contacten aansluiten op de PDU-bewakingseenheid 1. Kies een of meer contactnummers op de poort User/EPO contacts op de gebruikersaansluitingsplaat waar u de contacten op gaat aansluiten. De gebruikersaansluitingsplaat staat in verbinding met de PDU-bewakingseenheid. 2. Doe het volgende vanaf de display-interface van de PDU: a. Druk op ESC of ENTER om naar het hoofdmenuscherm te gaan. b. Selecteer Contacts in het hoofdmenu en druk op ENTER. Load-Meter Volt-Meter Contacts Breakers Alarms Panel Config Help c. Selecteer Contact Inputs (contactingangen), dan wel Relay Outputs (relaisuitgangen) en druk op ENTER om het scherm contactingangen (of relaisuitgangen) weer te geven. > Contact Inputs > Relay Outputs > Alarm Relay Map d. Selecteer Contact In en druk op ENTER om het nummer te selecteren van het contact waarop u wilt aansluiten. De vervolgpijl verschijnt naast het contactnummer. Contact In: 01of04 Name: UserContact1 Normal: Open Status: Closed e. Druk op de pijl-omhoog of -omlaag om het juiste contactnummer te selecteren en druk vervolgens op ENTER. f. Druk op de pijl-omlaag om een unieke Name (naam) voor het contact in te voeren en om de normale status van het contact (Open of Closed) te configureren. De standaardstatus voor Normal is Open. Druk op ENTER om het item dat u wilt configureren te selecteren. 3. Sluit de contactdraden (u hebt voor 300V geschikte kabels nodig) aan op het contactklemblok User Contacts op de gebruikersaansluitingsplaat. U heeft hiervoor een gewone 2,5 mmschroevendraaier nodig. 4. Leid de draden vanuit het contactklemblok uit de bovenkant of onder de bodem van de PDU door naar de locatie van het contact. Waarschuwing Warning Controleer of de draden goed vast zitten en niet in de buurt van hoogspanningslijnen en onderbrekers komen. 18 PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud

27 Scherm Breakers (onderbrekers) Op het scherm Breakers kunt u de status van het systeem en de stroomonderbrekers van de PDU bekijken. UPS & System Bypass (UPS en systeemomloop) Main Input (ingang netspanning) Geeft informatie over de werkstand van de UPS en de status van de stroomonderbrekers Q1, Q2 en Q3 op de PDU. Geeft informatie over de status van de Main Input Switch van de PDU (Open (open) of Closed (gesloten)). Bij normaal gebruik is deze schakelaar Closed. PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud 19

28 Scherm Alarms (alarmtoestanden) View Active Alarms (actieve alarmtoestanden weergeven) Met deze optie op het scherm Alarms geeft u de actieve alarmtoestanden (voor situaties die nog niet zijn verholpen) weer. Blader door de lijst om alle actieve alarmtoestanden weer te geven. Alarm/Event Log (alarm-/gebeurtenissenlogboek) Via deze selectie op het scherm Alarms geeft u de volgende opties weer: New Logged Items (nieuw geregistreerde items) Geef een beschrijving weer en de datum en tijd van elke alarmtoestand die is opgetreden sinds de vorige keer dat deze optie is gekozen. De datum-/tijdnotatie is mm/dd/jjjj uu:mm:ss. Bovenaan staat de meest recente alarmtoestand. Als het logboek geen alarmmeldingen bevat, staat op het scherm de tekst Alarm Log Empty (alarmlogboek leeg). Entire Log (volledig logboek) All Possible Alarms (alle mogelijke alarmtoestanden) Clear Log (logboek wissen) Geeft een beschrijving en de datum en tijd weer van elke alarmmelding in het alarmlogboek. De datum-/tijdnotatie is mm-dd jjjj uu:mm:ss. Bovenaan staat de meest recente alarmmelding. Druk op de pijl omlaag om naar de vorige alarmmelding te gaan. Druk op de pijl omhoog om naar de volgende, recentere alarmmelding te gaan. Als het logboek geen alarmmeldingen bevat, staat op het scherm de tekst Alarm Log Empty. Geeft een beschrijving weer van elke alarmmelding die kan voorkomen. Druk op de pijl omhoog of omlaag om door de lijst te bladeren. Wist de inhoud van het alarmlogboek. 20 PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud

29 De display-interface van de PDU: Scherm Alarms (alarmtoestanden) Alarm Setup (alarmen instellen) Met deze optie op het scherm Alarms geeft u de volgende opties weer: Loading Limits (limieten belasting) Voltage Limits (spanningslimieten) Other Limits (andere limieten) Global Alarm Config (algemene alarmconfiguratie) Configureer de volgende instellingen in ampères en als een percentage van de volledige belasting: Out High (uitgang hoog): de bovenlimiet voor uitgangsstroom Out Low (uitgang laag): de onderlimiet voor uitgangsstroom Out Neut (uit neutraal): de bovenlimiet voor stroom op de neutrale draad voor de uitgangsfasen Configureer de volgende instellingen als een percentage onder of boven de nominale spanning: Input (ingang): het toegestane bereik voor ingangsspanning Output (uitgang): het toegestane bereik voor uitgangsspanning Configureer de volgende limieten: Frequency (frequentie): de variatie in de frequentie, in hertz, die acceptabel is voor de uitgangsstroom. Stel alle belastinglimieten of alle spanningslimieten gelijktijdig in als een percentage van de volledige belasting: Load Limits (belastinglimieten): stel hetzelfde percentage in voor de bovenlimiet van de uitgangsstroom, de onderlimiet voor de uitgangsstroom en de bovenlimiet voor de stroom op de neutrale draad voor de uitgangsfasen. (Gebruik de optie Loading Limits als u deze drempels afzonderlijk wilt instellen). Volt Limits (spanningslimieten): stel hetzelfde percentage in voor de boven- en onderdrempels voor in- en uitgangsspanning in. (Gebruik de optie Voltage Limits als u deze drempels apart wilt instellen). Selecteer achtereenvolgens Apply Now (nu toepassen) en YES om de wijzigingen door te voeren. Alarm Beeper (alarmsignaal) Met deze optie op het scherm Alarms krijgt u toegang tot de volgende twee opties: Activate Beeper (geluidsignaal activeren) Silence Alarms (geluidsignalen uitzetten) Schakel het geluidsignaal in als u dit eerder heeft uitgeschakeld met de optie Silence All Alarms (alle geluidsignalen uitzetten). Configureer een van de volgende opties: Silence All Alarms (alle geluidsignalen uitzetten): schakel het geluidsignaal voor het huidige alarm en alle toekomstige alarmmeldingen uit. Silence Active Alarms (actieve geluidsignalen uitschakelen): schakel alleen het geluidsignaal voor de huidige alarmtoestand uit. Als de toestand opnieuw optreedt, klinkt het geluidsignaal weer. PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud 21

30 De display-interface van de PDU: Scherm Alarms (alarmtoestanden) Alarmsignalen van de PDU Deze tabel geeft een overzicht van alle alarmsignalen die kunnen worden gegenereerd door de PDU met systeemomloop, zoals u ze kunt weergeven met de optie All Possible Alarms (alle mogelijke alarmsignalen), waarbij numerieke variabelen staan tussen de tekens < >. Bij alarmmeldingen in het logboek staan in plaats hiervan specifieke getallen. Alarmconditie Input V <Ln-N> =<waarde> Voltage Under Limit Input V <Ln-N> =<waarde> Voltage Over Limit Output V <Ln-N> =<waarde> Voltage Under Limit Output V <Ln-N>=<waarde> Voltage Over Limit Output I L<n>=<waarde> Current Over Limit Output I L<n>=<waarde> Current Under Limit Output Neut=<waarde> Current Over Limit Output FDev=<waarde> Freq Out of Range Input Transformer Temperature Too High, if applicable Main Breaker Open Alarm Active <gebruikerscontactnaam> Alarm Active No UPS Input Breaker Q1 Open No Panel Feed Breakers Q2&Q3 Open Atypical Bypass Mode Alarm Active Branch Ckt Pos: <nn> Current Over Limit Branch Ckt Pos: <nn> Current Under Limit Fan Rotation Failure Alarm Active, indien van toepassing Verklaring Ingangsspanning van de aangegeven fase is onder de geconfigureerde onderlimiet gedaald. Ingangsspanning van de aangegeven fase heeft de geconfigureerde bovenlimiet overschreden. Uitgangsspanning fase-naar-neutraal voor fase <F-N> is onder de geconfigureerde limiet gedaald. Uitgangsspanning fase-naar-neutraal voor fase <F-N> heeft de geconfigureerde limiet overschreden. Stroom van uitgangsfase <N> heeft de geconfigureerde limiet overschreden. Stroom van uitgangsfase <N> is onder de geconfigureerde limiet gedaald. Stroom op de neutrale draad voor de uitgangsfasen heeft de geconfigureerde limiet overschreden. De frequentie van de uitgangsstroom ligt boven of onder het bereik dat is geconfigureerd als acceptabel. De temperatuur van de transformator van de PDU heeft de normale limiet overschreden. De Main Input-schakelaar staat op uit. Een door een gebruiker geconfigureerd contact dat is verbonden met de PDU-bewakingseenheid meldt een alarmconditie. Circuitonderbreker Q1 is open en de PDU krijgt geen voeding van de UPS. De circuitonderbrekers Q2 & Q3 zijn open en de PDU ondersteunt de aangesloten apparatuur niet. De systeemstatus zoals ingesteld door de onderbrekers Q1, Q2 en Q3 levert een omloopstand op. De stroom op een van de polen van de takcircuitonderbreker nn heeft de geconfigureerde limiet overschreden. De stroom op een van de polen van de takcircuitonderbreker nn is onder de geconfigureerde limiet gedaald. Er is een storing in een van de ventilatoren. De ventilator moet worden vervangen. 22 PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud

31 Scherm Panel (paneel) Branch Ckt Loading (belasting takcircuit) U kunt de status Branch Ckt Loading (belasting takcircuit) weergeven als de optie om de stroom te meten bij de verdeelcircuitonderbrekers is geïnstalleerd. U kunt gegevens voor elke afzonderlijke paneelpositie op het verdeelpaneel bekijken. Als u de status van een paneelpositie wilt weergeven, selecteert u de reeks die die positie bevat. Branch Ckt Loading Select Range [01..41] [02..42] [43..83] [44..84] De bovenste regel met selecties op het scherm geldt voor het bovenste verdeelcircuitonderbrekerspaneel op de PDU. De onderste regel van de selecties geldt voor het onderste verdeelcircuitonderbrekerspaneel op de PDU. De paneelpositienummers op het scherm komen overeen met de nummers op het verdeelpaneel (oneven nummers staan links, even nummers rechts). Als u het juiste bereik heeft geselecteerd, drukt u op de pijl omhoog of omlaag om door de lijst met circuitonderbrekers in het geselecteerde bereik te bladeren. Polen die met elkaar zijn verbonden, worden op hetzelfde scherm weergegeven. Ckt: 03of21 Irms %LD 05: 16A In bovenstaand voorbeeld wordt de derde onderbreker van 21 onderbrekers binnen de geselecteerde reeks weergegeven. Dit is een enkelpolige onderbreker, die paneelpositie 05 inneemt. De onderbreker is geschikt voor maximaal 16 ampère. De volgende gegevens worden weergegeven voor elke pool: Irms: gemeten effectieve (RMS) stroom van de poolpositie %LD (%BL): huidige belasting als percentage van de nominale belasting van de paneelpositie. Branch Ckt Limits (limieten takcircuit) De optie Branch Ckt Limits (limieten takcircuit) is alleen beschikbaar als de optie om afzonderlijke stromen te meten is geïnstalleerd en geeft toegang tot een lijst met de stroomonderbrekers in het paneel waar u doorheen kunt bladeren. Voor elke stroomonderbreker wordt op het scherm in de kolom Loading (belasting) de stroom op elke paneelpositie weergegeven als een percentage van de nominale stroom. In de kolom Load Alarm (alarmmelding belasting) kunt u de boven- en onderdrempels voor de stroomonderbreker configureren als percentage van de nominale stroom ervan. Als u bijvoorbeeld 80% instelt als de bovendrempel van een enkelpolige 16 ampère stroomonderbreker, treedt er een alarmconditie op als de stroom oploopt tot 12,8 ampère. PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud 23

32 De display-interface van de PDU: Scherm Panel (paneel) Panel Configuration (paneelconfiguratie) Configureer de takmeterinstellingen voor elke stroomonderbreker Panel Configuration op het verdeelpaneel of configureer beide panelen gelijktijdig. Select Range [01..41] [02..42] Als u een stroomonderbreker wilt configureren, selecteert u het bereik dat de onderbreker bevat. De bovenste regel met selecties op het scherm geldt voor het bovenste verdeelcircuitonderbrekerspaneel op de PDU. De onderste regel met selecties geldt voor het onderste verdeelcircuitonderbrekerspaneel op de PDU. De paneelpositienummers op het scherm komen overeen met de nummers op het verdeelpaneel (oneven nummers staan links, even nummers rechts). Als u het juiste bereik heeft geselecteerd, configureert u de instellingen voor elke stroomonderbreker in het bereik: Pos: de paneelposities in het geselecteerde bereik. Breaker (onderbreker): twee configureerbare opties: De nominale waarde van de stroomonderbreker in ampère. De koppelingsindicator van de stroomonderbreker: definieer het aantal gekoppelde paneelposities. U kunt posities koppelen aan stroomonderbrekers, wat u in staat stelt de status weer te geven voor elke onderbreker. Bovendien krijgt u in dat geval een alarmmelding wanneer een van de polen van een onderbreker boven of onder de geconfigureerde limiet voor het takcircuit komt. U kunt ook paneelposities verbinden die een logische relatie met elkaar hebben. U kunt bijvoorbeeld de paneelposities koppelen voor drie afzonderlijke stroomonderbrekers die zijn aangesloten op hetzelfde PDU-netsnoer en die voeding geven aan dezelfde apparatuurbehuizing. U configureert de waarden op dit scherm als volgt : 1. Blader in de eerste kolom met de pijltoetsen naar boven of beneden naar de poolpositie die u wilt configureren. 2. Druk op ENTER om naar het element te gaan dat u wilt configureren in de derde kolom (de nominale waarde van de stroomonderbreker of de koppelingsindicator van de stroomonderbreker). 3. Blader weer naar de waarde die u wilt instellen voor de nominale waarde van de stroomonderbreker of de koppelingsindicator van de stroomonderbreker. Als u een paneelpositie wilt koppelen aan de volgende positie in de lijst, kiest u het teken + als koppelingsindicator direct na de nominale waarde van de stroomonderbreker. Als u wilt aangeven dat de positie niet is gekoppeld met de volgende positie in de lijst, kiest u het teken ] als koppelingsindicator direct na de nominale waarde van de stroomonderbreker. Wanneer u het teken + of ] na de nominale waarde van de stroomonderbreker in één rij wijzigt, verandert ook het teken + of [ voor de nominale waarde van de stroomonderbreker in de volgende rij om wijziging in de koppelingen tussen de paneelposities aan te geven. In dit scherm bijvoorbeeld worden drie enkelpolige 16A gekoppelde stroomonderbrekers in de posities 08, 10 en 12 op het verdeelpaneel rechtsboven weergegeven. Pos Breaker [ 16A A A ] 24 PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud

33 De display-interface van de PDU: Scherm Panel (paneel) Global Panel Config (algemene paneelconfiguratie) Hiermee configureert u voor alle stroomonderbrekers op beide verdeelpanelen tegelijk hetzelfde aantal polen of dezelfde nominale waarde voor de stroomonderbrekers. Als uw systeem bijvoorbeeld alleen driepolige, 16A stroomonderbrekers gebruikt, kiest u deze optie, schuift u naar waarde 3 voor Poles (polen) en naar 16 voor Amp Rating, (nominaal ampèrage) en selecteert u achtereenvolgens Apply Now en YES om de wijzigingen te verwerken. PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud 25

34 Scherm Config System/Network (systeem/netwerk) Met deze optie op het scherm Config krijgt u toegang tot de volgende opties: System Password (systeemwachtwoord) Date/Time (datum/tijd) Local Interface (lokale interface) Password (wachtwoord): hiermee wijzigt u het systeemwachtwoord dat nodig is om toegang te krijgen tot beveiligde schermen en velden in de display-interface. Voer een reeks van maximaal acht alfanumerieke tekens in, gevolgd door het onderstrepingsteken (_) om het einde van de string aan te geven. Het standaardwachtwoord is APC. Time-out: hiermee stelt u in hoelang de display-interface wacht op invoer van de gebruiker voordat weer de achtereenvolgende hoofdstatusschermen worden weergegeven. Selecteer 1, 2, 5, 10 (de standaardwaarde) of 30 minuten; of 1, 2 of 4 uur of Forever (oneindig). Invalidate NOW (nu ongeldig maken): voer opnieuw het systeemwachtwoord in voor het weergeven van schermen die met een wachtwoord zijn beveiligd. Date (datum): stel deze in in de notatie dd-mmm-jjjj. Time (tijd): stel deze in in de notatie uu:mm:ss. Contrast (contrast): stelt het schermcontrast in voor het lcdscherm. Selecteer een waarde van 1 (sterk contrast) tot en met 8 (gering contrast). Key Click (toetsklik): kies On (aan) voor een hoorbare klik wanneer u op een navigatietoets drukt. Kies Off (uit) als u de toetsklik wilt uitschakelen. Beeper (geluidsignaal): selecteer High (hoog), Medium (normaal), Low (laag) of Off (uit) om het volume van het geluidsignaal en de toetsklik bij te stellen. 26 PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud

35 De display-interface van de PDU: Scherm Config Network Address (netwerkadres) De volgende waarden worden tijdens de eerste configuratie ingesteld door de Informatie-controller: IP: het IP-adres van het systeem, dat door de domeinnaamserver wordt vertaald in een domeinnaam. Mask (masker): het subnetmasker, dat het subnetwerk identificeert waarop de PDU met systeemomloop werkt. MAC: het MAC-adres (Media Access Control). Dit is het fysieke adres van de PDU met systeemomloop, in de vorm van een 48-bits hexadecimaal getal. Electrical Config (elektrische configuratie) Deze optie op het scherm Config geeft informatie weer over de elektrische voorziening die zorgt voor de ingangsstroom voor de PDU met systeemomloop. Alle waarden op dit scherm zijn in de fabriek ingesteld. Gebruik deze informatie wanneer u alarmsignalen weergeeft en instelt. Input Config (ingangsconfiguratie) Output Config (uitgangsconfiguratie) Configureer de volgende items: Main Input (hoofdvoeding): de spanning van de elektrische voorziening van het gebouw die in de hoofdingangsschakelaar van de PDU komt. 3W: driefasen Delta, gemeten van leiding naar leiding 4W: driefasen WYE, gemeten van leiding naar neutraal Transformer (transformator): Geeft aan of de PDU met systeemomloop is uitgerust met de optionele isolatieingangstransformator. Bypass Input (omloopingang) geeft aan of de PDU een omloopingangsschakelaar heeft (B). Fuse (zekering): geeft aan of de PDU zekeringen heeft die de siliciumgelijkrichters in de UPS beveiligen. De zekeringen bevinden zich uitsluitend op PDU s met enkele voeding zonder transformator. Configureer de volgende items: Panel Voltage (spanning paneel): de nominale spanning van de verdeelpanelen die voeding leveren aan de belaste apparatuur (dit wordt gemeten van leiding naar neutraal). Panel Breaker (onderbreker paneel): de nominale waarde (in ampère) van de stroomonderbreker die de verdeelpanelen voedt. PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud 27

36 De display-interface van de PDU: Scherm Config Other Config Items (andere configuratieopties) Configureer de volgende items: Load Test Port (belastingtestpoort): geeft aan of in de PDU een belastingtestpoort is geïnstalleerd. Max Power (maximaal vermogen): maximaal vermogen van de PDU met systeemomloop (40 of 80 kw). Manufacturer Data (gegevens producent) Met deze optie op het scherm Config kunt u een lijst met informatie over de PDU met systeemomloop bekijken, waar u doorheen kunt bladeren. Deze informatie is handig bij verzoeken om service of productupdates. De volgende gegevens worden weergegeven: Manufacturer Name (naam van de producent) Date of Manufacture (productiedatum) Date of Calibration (kalibratiedatum) Hardware Revision (hardwareversie) Firmware Revision (firmareversie voor bewaking en meetfuncties van de PDU) Serial Number (serienummer) Model Number (modelnummer) Product Data (productgegevens) Met deze optie op het scherm Config kunt u uw PDU met systeemomloop identificeren. U kunt de volgende velden configureren: Device Name (apparaatnaam) Product Location (productlocatie) Product Contact (contactpersoon product) Stel een unieke naam in voor de PDU met systeemomloop. Geef een naam op voor de fysieke locatie van het product in uw datacenter. Geef op welke persoon op de hoogte moet worden gesteld bij vragen of problemen met betrekking tot dit product. Factory Defaults (fabrieksinstellingen) Met deze optie op het scherm Config zet u alle instellingen van de PDU met systeemomloop terug naar de standaard fabrieksinstellingen. 28 PDU met systeemomloop: bediening en onderhoud