Coaches Handboek. Seizoen

Transcriptie

1 Coaches Handboek Seizoen door Michel klein Wassink 1

2 Inhoudsopgave 1 Deelname spelers aan wedstrijden Startkaarten/Caps/Afdeling en Speeltijden Startkaarten Caps Afdelingen Wedstrijdformulier Letsel Vervoer Vervoer naar uitwedstrijden Slechte weersomstandigheden Declaraties Het lenen van speler(ster)s van andere teams Speler(ster)s lenen van andere teams Algemene bepalingen voor het spelen voor meer dan één ploeg Boetes UMV en UMV/4 (tuchtzaken) Het verplaatsen van wedstrijden Scheidsrechter afwezig PROTEST Protesten Zelf Protesteren! Protest door tegenpartij Waterpolocommissie Wie zitten er in de waterpolocommssie Verlenen dispensatie voor het waterpoloën met hulpmiddelen Bijlage wedstrijd formulier

3 1 Deelname spelers aan wedstrijden De coach/aanvoerder is er verantwoordelijk voor dat er voldoende spelers aanwezig zijn bij de wedstrijd. Bij de jeugdteams verdienen een aantal zaken de aandacht, zoals: - tijdig afmelden, - regelmatige herinnering bij wedstrijden, - bij twijfel contact opnemen met speler/ouders. Mocht het bovenstaande niet naar wens verlopen dan kun je overgaan tot het uitdelen van persoonlijke uitnodigingskaarten, per wedstrijd. Als wedstrijden afwijken van de gegevens in de nieuwsbrief, laat je team dan duidelijk weten wat wel de juiste gegevens zijn!! Druk de speler(ster)s op het hart om zich bij verhindering tijdig af te melden, zodat je tijd hebt om zijn/haar plaats op te vullen. Ook de reden van afmelding is een nuttige vraag. Het is belangrijk dat iedereen bij het opkomen van het bad de juiste clubkleding aanheeft. 2 Startkaarten/Caps/Afdeling en Speeltijden 2.1 Startkaarten Voor alle deelnemende speler(ster)s moet je een geldige startkaart kunnen tonen. Mocht je een kaart hebben vergeten, dan kun je volstaan met een startnummer en een geldige legitimatie (paspoort o.i.d.). Spelen op aanvraag is niet toegestaan! Het polosecretariaat kan online een legitimatienummer aanvragen dat op het wedstrijdformulier vermeld kan worden. Mail of bel (bij spoed bellen): waterpolo@schuurman-bzc.nl, (Sandra van Puffelen). 2.2 Caps Voor alle teams is er een set blauwe caps die door de vereniging beschikbaar gesteld wordt. Aan het begin van het seizoen worden deze uitgereikt aan de aanvoerder of coach. Het is de bedoeling dat deze set aan het einde van het seizoen weer compleet terug gegeven wordt. Bij thuis wedstrijden zijn er twee sets caps aanwezig. Zo kunnen de caps om en om gebruikt worden. De laatste 2 teams hangen de natte caps op aan de waslijn in het hok. Er zijn teams die hun eigen witte caps hebben. Deze teams doen niet mee met het door wisselen. Wil je team een eigen set witte caps, zoek dan een sponsor. Voor 275 EUR heb je eigen set. Het is niet de bedoeling dat deze caps tijdens trainingen gebruikt worden! Op dit moment zijn er voldoende oude caps beschikbaar die als trainingscap gebruikt kunnen worden. Bij vragen over caps kun je contact opnemen met Marcel Geverink: Afdelingen Naam BZC 30 s? TO DAMES Schuurman BZC 1 4 X 6 Ja Ja Schuurman BZC 2 4 X 6 Ja Ja Schuurman BZC 3 4 X 5 Ja Nee Schuurman BZC 4 4 X 5 Ja Nee Schuurman BZC 5 4 X 5 Ja Nee HEREN Schuurman BZC 1 4 x 8 Ja Ja Schuurman BZC 2 4 x 8 Ja Ja Schuurman BZC 3 4 X 7 Ja Ja Schuurman BZC 4 4 X 6 Ja Ja Schuurman BZC 5 4 x 5 Ja Nee Schuurman BZC 6 4 x 5 Ja Nee Schuurman BZC 7 4 x 5 Ja Nee Schuurman BZC 8 4 x 5 Ja Nee Schuurman BZC 9 4 x 5 Ja Nee 3

4 JEUGD Schuurman BZC A O17 4 x 8 Ja Ja Schuurman BZC B 4 x 5 Ja Nee Schuurman BZC A O15 4 x 6 Ja Ja Schuurman BZC B 4 x 5 Nee Nee Schuurman BZC A O13 4 x 5 Ja Nee Schuurman BZC B 4 x 5 Nee Nee Schuurman BZC A O11 4 x 4 Nee Nee Schuurman BZC B 4 x 4 Nee Nee 3 Wedstrijdformulier Het wedstrijdformulier is vanaf dit seizoen volledig vervangen door een nieuw programma van Sportlink. De wedstrijden worden vanaf heden met een Android tablet geregistreerd. Het oude DWF systeem komt hiermee te vervallen. Aanvoerders kunnen vooraf hun teamopgave doen via een applicatie (app) op de mobiele telefoon. De app heet Sportlinked. Deze app is beschikbaar in de Google Playstore en de Apple App Store. Je hebt je spelerscode nodig om in te loggen. Deze is te vinden onder de volgende link: Een uitgebreide handleiding is te vinden onder: strijd_formulier dwf_/ Let op! De teamopgave kan meer één keer geaccepteerd worden. Dit betekent dat je zorgvuldig hiermee om moet gaan. Als aanvoerder moet je bij alle wedstrijden ook de teamopgave inleveren bij de jurytafel waarop de spelers vermeld staan. Net als bij de uitwedstrijden moeten hierop vermeld worden: - Startnummer - Namen(voorletters + achternaam) - Cap-nummers - Coach + assistent coach, indien aanwezig Maak dit papier thuis al in orde. Opmerking: Geef duidelijk aan op het spelerslijstje wat de veranderingen moeten worden ten opzichte van het standaard team zoals dit opgegeven is in het DWF. Op deze manier kan de jurytafel ook de wijzigingen snel en goed verwerken. Bij starten van de wedstrijd worden alle gegevens automatisch opgehaald uit Sportlink Na afloop bij de jury tafel controleren of de spelers die niet gespeeld hebben van de lijst worden gehaald, of de opgegeven spelers wijzigingen goed zijn doorgevoerd en de eindstand klopt. Je hoeft geen handtekening meer te zetten, mondeling akkoord is genoeg. Dit moet je wel doen in het bijzijn van de scheidsrechter en de aanvoerder van de tegenpartij. Het wedstrijdformulier wordt daarna digitaal verzonden. Indien een wedstrijd niet digitaal geklokt kan worden en op papier wordt uitgewerkt, moet na de wedstrijd het wedstrijdformulier zo snel mogelijk, dat wil zeggen dezelfde dag nog ingeleverd worden. Dit kan in bij Sandra van Puffelen, Kerkegaarden 3, Borculo Deze formulieren worden op zondagavond nog opgestuurd naar de bond. Wordt dit te laat opgestuurd dan krijgt de vereniging een flinke boete! We krijgen er meerdere keren een boete voor dus denk niet ik ben te laat dus ik lever maar niet in. Als je te laat bent, toch z.s.m. het formulier inleveren. 4

5 3.1 Letsel Wanneer iemand met letsel het water moet verlaten, hoe onschuldig dit in eerste instantie ook lijkt (bloedneus blijkt enkele dagen later een gebroken neus), laat dit dan altijd door de scheidsrechter op het wedstrijdformulier zetten. Wanneer later namelijk blijkt dat iemand met de klachten naar huisarts/ziekenhuis moet staat er in ieder geval iets op papier als er verzekeringstechnisch nog iets geregeld moet worden. 4 Vervoer 4.1 Vervoer naar uitwedstrijden Het is raadzaam om voor het gehele seizoen een vervoersrooster te maken zodat iedereen tijdig op de hoogte is wanneer er gereden moet worden. Let op de volgende punten: - Zorg voor een juiste verdeling van het aantal keren dat iemand moet rijden (Hierbij rekening houdend met het aantal kilometers). - 4-personen per auto (KNZB-Verzekering) (5-personen in overleg met de bestuurder). - Telefoonnummers e.d. vermelden. - Onderling ruilen bij verhindering. - Tijdige afmelding bij de coach. 4.2 Slechte weersomstandigheden Als er sprake is van slecht weer (gladheid/mist) pas dan de vertrektijden aan. Je moet 20 minuten voor aanvang van de wedstrijd speelklaar staan. Neem bij extreem slechte weersomstandigheden (of als dit verwacht wordt), contact op met het waterpolosecretariaat. 4.3 Declaraties Geef aan dat mensen die rijden de kosten kunnen declareren bij de penningmeester. 5

6 5 Het lenen van speler(ster)s van andere teams 5.1 Speler(ster)s lenen van andere teams Moet je gebruik maken van spelers van andere teams houdt dan rekening met het volgende: - Overleg met de coach van het team waarvan je leent of dit akkoord is, - registreer nauwkeurig welke spelers je laat invallen. 5.2 Algemene bepalingen voor het spelen voor meer dan één ploeg 1 Speler en vereniging Een speler(ster) mag in de competitie slechts spelen in een ploeg van een vereniging waarvan de speler(ster) lid is. 2 Uitkomen in een lagere ploeg Het is niet toegestaan om voor een lagere ploeg uit te komen dan waarvoor men is opgegeven. 3 Invallen in een hogere ploeg Een speler(ster), opgegeven voor een bepaalde ploeg, mag maximaal vijf maal in (een) hoger(e) ploeg(en) in dezelfde leeftijdscategorie invallen, zonder het recht te verliezen uit te komen in de ploeg waarvoor hij/zij als vaste speler(ster)is opgegeven. 4 Vastspelen in een hogere ploeg Indien een speler(ster) meer dan vijf maal heeft deelgenomen aan één of meer wedstrijden van een hogere ploeg dan waarin hij/zij is opgegeven, mag hij/zij niet meer deelnemen aan wedstrijden van de ploeg waarin hij/zij is opgegeven. Dan wordt hij/zij aangemerkt als vaste speler van een hogere ploeg. De wedstrijden gespeeld in een opvolgend hogere ploeg blijven aangemerkt worden als gespeeld in een hogere ploeg. Voorbeeld 1: een speler uit heren 6, heeft 1 keer ingevallen in heren 3, 2 keer in heren 4 en 2 keer in heren 5. Hij is dus 5 keer ingevallen in een hoger team en mag dan nog steeds spelen in heren 6. Vervolgens valt deze speler toch nog 1 keer in bij een hoger team maar nu in heren 2. Deze speler is dan 6 keer ingevallen in een hoger team. Daarna mag deze speler niet meer in heren 6 spelen, maar nog wel in heren 5. De invalbeurten in heren 2 (1x), 3 (1x)en 4 (2x) blijven gewoon staan! Deze speler mag dus nog 1 keer invallen in heren 1, 2, 3 of 4 en dan nog steeds spelen in heren 5. Voorbeeld 2: een speler bij een vereniging met 6 herenteams die niet in de ploegopgave voorkomt van een van de zes teams. Deze speler is geacht te zijn opgegeven in heren 6. Deze speler speelt 6 keer mee met heren 1. Hij mag daarna in geen enkel ander team dan heren 1 spelen. 5 Invallersregeling senioren 1. Jeugdspelers uit de leeftijdscategorie A en B en C die zijn opgegeven in de ploegopgave van een seniorenteam mogen altijd blijven spelen in het team waarvoor zij zijn opgegeven. Indien een jeugdspeler staat opgegeven bij Heren 5 en vervolgens invalt in heren 1 (4x) en heren 2 (2x) mag nog steeds uitkomen in Heren 5. Hij mag echter niet meer spelen in Heren 3 en 4. Leeftijdsindeling Binnen de invallersregeling voor de jeugd wordt gewerkt met de volgende leeftijdsindeling: - A - jeugd: spelers geboren in 1996 of 1997 (onder 19) - B - jeugd: spelers geboren in 1998 of 1999 (onder 17) - C - jeugd: spelers geboren in 2000 of 2001 (onder 15) - D - jeugd: spelers geboren in 2002 of 2003 (onder 13) - E - jeugd: spelers geboren in 2004 of 2005 (onder 11) - F - jeugd: spelers geboren in 2006 of 2007 (onder 9) 6

7 Invallen in een hogere ploeg voor jeugd: - Jeugdspelers mogen nooit uitkomen in een lagere leeftijdscategorie dan waartoe zij behoren. - Een jeugdspeler mag, in zijn eigen leeftijdscategorie, nooit in een lager team uitkomen dan in het team waarvoor hij staat opgegeven. - Indien jeugdspelers worden opgegeven in een hogere leeftijdscategorie dan gelden de regels van hun eigen leeftijdscategorie. - Wedstrijden die jeugdspelers invallen in de seniorencompetitie tellen niet mee voor het aantal hoger gespeelde wedstrijden binnen de jeugdcompetitie. Een speler opgegeven in C2 mag invallen bij de A en B - jeugd en het C1 Hij mag dus niet invallen in het C3 team. A en B- jeugd Deze spelers mogen invallen in de senioren competitie zonder het recht te verliezen uit te komen in het team waarvoor zij in de ploegopgave staan vermeld. Bij het uitkomen in de seniorencompetitie vallen de jeugdspelers onder de normale regeling Indien een B- jeugdspeler bijv. 4x invalt in Heren 1 en 2 keer in Heren 2, dan mag hij blijven uitkomen voor het B -team maar mag hij niet meer spelen in Heren 3 of lager. C- jeugd Deze spelers mogen invallen in de A en B jeugdcompetitie en de seniorencompetitie zonder het recht te verliezen uit te komen in het team waarvoor zij in de ploegopgave (C- jeugd) staan vermeld. Bij het uitkomen in de A en B competitie vallen de jeugdspelers onder de normale regeling Indien een C- jeugdspeler 6x invalt in bij de A- jeugd dan mag hij blijven uitkomen voor zijn eigen C- team maar mag hij niet meer spelen in de B- jeugd. D, E en F- jeugd Jeugdspelers uit de D, E en F -categorie mogen maximaal één leeftijdscategorie hoger spelen dan ze op grond van hun leeftijd zijn. Deze regeling is opgenomen ter bescherming van hele jonge spelers. een speler uit de F -categorie (onder 9), mag niet invallen in de D -categorie (onder 13) ook al heeft een vereniging geen team in de E- categorie. 6 Boetes UMV en UMV/4 (tuchtzaken) Als een van jouw speler(ster)s uit het water wordt gezonden met een UMV of UMV/4 en de scheidsrechter maakt hiervan een rapport op, dan moet dit na de wedstrijd worden doorgegeven aan waterpolosecretariaat. De speler zelf krijgt bericht via het secretariaat (Thea Voordouw. waterpolo@schuurman-bzc.nl) over de klacht van de zwembond. Daarop volgende kan de desbetreffende persoon binnen 10 werkdagen na de betreffende wedstrijd een schriftelijk verweer indienen. Na uitspraak kan er een boete volgen, deze zal voldaan moeten worden bij de penningmeester van de vereniging. 7 Het verplaatsen van wedstrijden Dit is in principe niet mogelijk. Het kost veel tijd en geld, want per verzette wedstrijd moet een bedrag aan de bond betaald worden en de badhuur komt er meestal extra bij. Raadpleeg het secretariaat voor vragen. 7

8 8 Scheidsrechter afwezig Als de scheidsrechter niet aanwezig is, dan moet je in principe akkoord gaan met elke andere scheidsrechter die wel aanwezig is. Voor de wedstrijd moet je op het wedstrijdformulier aangeven dat je akkoord gaat met deze scheidsrechter. Is er geen scheidsrechter aanwezig, dan kun je toch spelen onder leiding van iemand die toevallig aanwezig is. Beide partijen moeten ook dan, voor aanvang van de wedstrijd, akkoord geven Als club gaan we er in principe vanuit, dat er gespeeld wordt. Wij verzoeken de coaches/aanvoerders aan waterpolosecretariaat door te geven wanneer een wedstrijd niet is gespeeld vanwege het niet aanwezig zijn van een scheidsrechter. 9 PROTEST 9.1 Protesten Protesten zijn alleen mogelijk tegen foutieve toepassingen van spelregels. Protesten tegen waarnemingen c.q. beoordelingen worden afgewezen. Als je protesteert moet er, voordat het wedstrijdformulier wordt verzonden, een kruis worden gezet in het vak "Protest". Een protest moet binnen 15 min. na afloop van de wedstrijd, op een officieel protestformulier worden ingediend. Het formulier moet worden ondertekend door beide aanvoerders en scheidsrechter(s). 9.2 Zelf Protesteren! NIET DOEN!!! NIET DOEN!!! NIET DOEN!!! NIET DOEN!!! Want: - je hebt niet het juiste formulier, - de spelregelkennis is meestal onvoldoende, - een afgewezen protest wordt flink beboet, - zelfs een protest dat wordt toegekend kost de vereniging geld. 9.3 Protest door tegenpartij Werk in het geval dat de tegenpartij protesteert volledig mee. Het niet zetten van een handtekening voorkomt een geldig protest toch niet. 10 Waterpolocommissie 10.1 Wie zitten er in de waterpolocommssie De PC wil iedereen zoveel mogelijk helpen bij het uitvoeren van zijn/haar taak. Mocht je vragen hebben dan kun je altijd bij de volgende mensen terecht: Voorzitter Michel klein Wassink michel.klein.wassink@gmail.com Secretariaat Sandra van Puffelen & Carine Heutinck waterpolo@schuurman-bzc.nl Thea Verdouw tmvoordouw@live.nl W-officials Borculo Linda Gotink w-officials@schuurman-bzc.nl Scheidsrechter Gerard Berendsen gwberendsen@kickxl.nl 8

9 11 Verlenen dispensatie voor het waterpoloën met hulpmiddelen. Inleiding: Het gebruik van zwembrilletjes, een brace e.d. leidt vaak tot discussie. Vergroot dit voorwerp de kans op letsel voor de speler zelf of een medespeler en/of tegenstander, of niet. De uiteindelijke beoordeling ligt bij de scheidsrechter. Maar dit kan tot gevolg hebben dat de ene scheidsrechter geen bezwaar ziet bij het gebruik van dit hulpmiddel en de andere scheidsrechter mogelijk wel. Daarnaast is het voor scheidsrechters ook soms moeilijk vast te stellen of het voorwerp noodzakelijk is voor de speler of niet. Deze regeling moet het mogelijk maken dat aan die onzekerheid bij de scheidsrechter alsmede de speler een eind wordt gemaakt. Spelers kunnen ter goedkeuring het hulpmiddel voorleggen aan de KNZB, om zodoende dispensatie hiervoor te krijgen. Procedure: Spelers dienen een verzoek tot dispensatie in bij de bondarts van de KNZB. Het verzoek voor dispensatie wordt door de bondsarts bekeken en voorgelegd aan de verantwoordelijke voor reglement zaken en een waterpoloscheidsrechter. Bij de beoordeling moet dit middel worden getoond. Het hulpmiddel kan worden opgestuurd, maar ook kan de aanvrager met dit hulpmiddel op een afgesproken tijd langskomen op het bondsbureau. Wanneer de bondarts vaststelt dat met het hulpmiddel mag worden gespeeld, wordt het betreffende middel van een KNZB stempel voorzien en/of wordt er een foto gemaakt van het middel en daarbij wordt aangegeven dat hiermee mag worden gespeeld. Spelers dienen dit document vervolgens te tonen aan de betreffende scheidsrechter, indien gewenst. Samenvattend: Inmiddels zal er een bestand zijn opgebouwd bij de KNZB met hulpmiddelen, dus wij gaan er van uit dat hulpmiddelen opsturen of bij de KNZB langskomen niet noodzakelijk is. Voor degene die bij BZC tijdens het waterpoloën bijvoorbeeld een sportbril moet dragen kan hiervan in eerste instantie een foto met merknaam en type opsturen naar de KNZB voor verificatie. Ingeval deze niet bekend is bij de KNZB zal men uiteindelijk toch de procedure moeten volgen. 9

10 12 Bijlage wedstrijd formulier 10