Economische vooruitzichten 2012

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Economische vooruitzichten 2012"

Transcriptie

1 Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2012 Februari 2012 Kunstlaan Brussel E mail: contact@plan.be

2 Overname wordt toegestaan, behalve voor handelsdoeleinden, mits bronvermelding. Verantwoordelijke uitgever: Henri Bogaert Wettelijk Depot: D/2012/7433/8 Disponible en français

3 Inhoudstafel Woord vooraf... 1 Samenvatting De internationale omgeving Evolutie van de wereldeconomie Conjunctuur bij onze drie belangrijkste handelspartners Evolutie op de financiële markten Rentevoeten Wisselkoersen Onzekerheden Het bbp en zijn belangrijkste bestedingscomponenten Economische groei Consumptieve bestedingen van de particulieren Bedrijfsinvesteringen Investeringen in woongebouwen Overheidsconsumptie en -investeringen Voorraadwijzigingen Uitvoer en invoer Ontwikkeling van prijzen en lonen Binnenlands prijsverloop Indexering overheidslonen en sociale uitkeringen Loonontwikkeling in de marktsector Ontwikkeling van de loonkosten Werkgeversbijdrageverminderingen, loonsubsidies en werkbonus Ontwikkeling van de loonquote Arbeidsmarkt Bijlage... 28

4 Lijst van tabellen Tabel 1 Opbouw van de uurloonkosten in de marktsector 21 Tabel 2 Ex ante loonlastenverlagingen voor de ondernemingen en de gezinnen 22 Lijst van figuren Figuur 1 Kwartaalverloop van de wereldhandel 6 Figuur 2 Economic sentiment indicator eurozone 6 Figuur 3 Kwartaalverloop van het bbp in volume 7 Figuur 4 Kwartaalverloop van het bbp in volume 8 Figuur 5 Verloop van de rentevoeten: eurozone en Verenigde Staten 9 Figuur 6 Renteverschillen op overheidsobligaties t.o.v. Duitsland 10 Figuur 7 Kwartaalverloop van het Belgische bbp in volume 12 Figuur 8 Particuliere consumptie in volume 13 Figuur 9 Particuliere consumptie, beschikbaar inkomen en spaarquote 13 Figuur 10 Bedrijfsinvesteringen in volume 14 Figuur 11 Investeringsquote en rendabiliteit van de ondernemingen 14 Figuur 12 Investeringen in woongebouwen in volume 15 Figuur 13 Uitvoer van goederen en diensten 16 Figuur 14 Inflatie: verloop op kwartaalbasis 18 Figuur 15 Opsplitsing van het indexcijfer der consumptieprijzen 19 Figuur 16 Ontwikkeling van de loonquote 23 Figuur 17 Toegevoegde waarde, werkgelegenheid en productiviteit in de marktsector 24 Figuur 18 Ontwikkeling van de werkgelegenheid en de werkgelegenheidsgraad 26 Figuur 19 Ontwikkeling van de werkende bevolking, de werkloosheid en de beroepsbevolking 27

5 Woord vooraf Overeenkomstig de wet van 21 december 1994 heeft het Instituut voor de Nationale Rekeningen (INR) de cijfers van de economische begroting meegedeeld aan de minister van Economie. Volgens de gangbare procedure heeft het Federaal Planbureau (FPB) een voorstel van economische begroting voorgelegd aan het wetenschappelijk comité en aan de raad van bestuur van het INR. Laatstgenoemde keurt de definitieve cijfers goed en draagt de eindverantwoordelijkheid. Het wetenschappelijk comité heeft een gunstig advies uitgebracht over de economische begroting. Deze vooruitzichten houden rekening met de jaaraggregaten die gepubliceerd werden in deel 2 van de Nationale rekeningen 2010 ( Gedetailleerde rekeningen en tabellen ), alsook met de voornaamste aggregaten tot het derde kwartaal van 2011 en met de bbp flashraming voor het vierde kwartaal. De hypothesen in verband met de internationale omgeving zijn gebaseerd op recente consensusvooruitzichten (Consensus Economics) en kwartaalramingen van de wereldgoederenhandel die opgesteld werden door het Nederlandse Centraal Planbureau. De evolutie van de financiële variabelen (wisselkoersen, rentevoeten, olieprijzen) werd afgeleid uit de verwachtingen van de financiële markten van eind januari. De vooruitzichten voor België werden gegenereerd aan de hand van de jaar en de kwartaalversie van het Modtrim model, dat op het FPB werd ontwikkeld. Deze vooruitzichten werden voltooid op 9 februari H. Bogaert R. Massant Commissaris van het Federaal Planbureau Voorzitter van de Raad van Bestuur van het Instituut voor de Nationale Rekeningen 1

6 Kerncijfers voor de Belgische economie Wijzigingspercentages in volume - tenzij anders vermeld Consumptieve bestedingen van de particulieren 0,8 2,5 0,8-0,1 Consumptieve bestedingen van de overheid 0,8 0,2 0,9 0,9 Bruto vaste kapitaalvorming -8,1-0,7 5,4 0,7 Totaal van de nationale bestedingen -2,4 1,2 2,1 0,3 Uitvoer van goederen en diensten -11,2 9,9 5,0 0,5 Invoer van goederen en diensten -10,7 8,7 5,4 0,7 Netto-uitvoer (bijdrage tot de groei van het bbp) -0,5 1,1-0,2-0,2 Bruto binnenlands product -2,8 2,3 1,9 0,1 Nationaal indexcijfer der consumptieprijzen -0,1 2,2 3,5 2,7 Gezondheidsindex 0,6 1,7 3,1 2,7 Reëel beschikbaar inkomen van de particulieren 2,9-0,5 1,2-1,0 Spaarquote van de particulieren (in % van het beschikbaar inkomen) 18,4 16,2 16,5 15,7 Binnenlandse werkgelegenheid (jaargemiddelde verandering, in duizendtallen) -7,6 37,0 56,2 6,4 Werkloosheidsgraad (Eurostatstandaard, jaargemiddelde) 7,9 8,3 7,2 7,5 Saldo lopende rekening (betalingsbalans, in % van het bbp) -1,7 1,5-0,4-1,0 Wisselkoers van de euro in dollar (aantal dollars voor 100 euro) 139,3 132,7 139,2 131,5 Korte rente (Euribor, 3 maanden) (%) 1,2 0,8 1,4 0,9 Lange rente (OLO, 10 jaar) (%) 3,9 3,4 4,2 3,8 2

7 Samenvatting Sinds de zomer van 2011 wordt de ontwikkeling van de Europese conjunctuur in grote mate bepaald door het verloop van de schuldencrisis en de aanpak ervan door de Europese beleidsmakers. Het wantrouwen van de financiële markten tegenover de financiële situatie van een aantal lidstaten en de vrees voor een nieuwe bankencrisis bereikten in het najaar een hoogtepunt. De aanslepende crisis woog sterk op ondernemers en consumentenvertrouwen. Samen met het restrictieve begrotingsbeleid van de lidstaten en de hoge olieprijzen zou dat in de eurozone leiden tot een negatieve bbp groei in het vierde kwartaal van 2011 en het eerste kwartaal van Sinds het begin van 2012 zijn de spanningen op de geld en obligatiemarkten in de meeste eurolanden wat afgenomen, o.m. dankzij de bijkomende kredietverstrekking van de ECB aan de banken. Mede daardoor lijkt het Europees bbp stilaan uit te bodemen, getuige het prille herstel van een aantal vertrouwensindicatoren. In de veronderstelling dat de schuldencrisis niet heropflakkert, zou de economische activiteit in de eurozone als geheel licht aantrekken vanaf het tweede semester. Niettemin impliceert dat op jaarbasis een negatieve bbp groei van 0,3 %, wat een fors neerwaartse herziening betekent t.o.v. onze septembervooruitzichten (1,2 %). Bovenstaand scenario blijft uitermate onzeker, met hernieuwde onrust op de financiële markten als voornaamste risico. Dat zou de financieringskosten van de overheden opdrijven, de kapitaalpositie van de banken aantasten en tot algemeen vertrouwensverlies leiden. In een dergelijk scenario komt het geleidelijk herstel van de Europese economieën in het gedrang, wat zou resulteren in een groter dan voorziene terugval van de economische activiteit in De Belgische economie zette in het eerste kwartaal van 2011 nog een sterke groeiprestatie neer (0,9 %), maar koelde daarna sterk af in navolging van de internationale conjunctuur. In het tweede kwartaal werd nog een bescheiden groei opgetekend (0,3 %), maar de economische activiteit viel licht terug in de tweede jaarhelft. Op jaarbasis kwam de economische groei daardoor uit op 1,9 %. De kwartaalgroei van de Belgische economie zou in 2012 uiterst bescheiden blijven, dit tegen de achtergrond van een Europese conjunctuur die slechts geleidelijk herneemt en van de reeds genomen besparingsmaatregelen van de federale overheid. De economische activiteit zou zich stabiliseren in het eerste kwartaal en vervolgens een lichte, uitvoergeleide groei laten optekenen (tot 0,2 % in het vierde kwartaal). Op jaarbasis blijft de economische groei in 2012 beperkt tot 0,1 %. De Belgische uitvoer nam in het eerste kwartaal van 2011 nog fors toe. Door de tegenvallende ontwikkeling van de buitenlandse afzetmarkten daalde de uitvoer in de rest van het jaar. In de loop van 2012 zou de uitvoer geleidelijk hernemen, maar door een ongunstig startpunt zou de jaargroei slechts 0,5 % bedragen, t.o.v. 5 % in Het saldo op de lopende rekening van de betalingsbalans wordt in 2011 en 2012 sterk aangetast door de hoge olieprijzen en de beperkte uitvoergroei. Dat resulteert in een lopend tekort van 1 % van het bbp in Het reëel beschikbaar gezinsinkomen nam in 2011 toe met 1,2 %. De koopkrachtontwikkeling werd ondersteund door de toename van de werkgelegenheid en de relatief beperkte stijging van het netto 3

8 bedrag aan personenbelastingen (als gevolg van een versnelde inkohiering). Het aangetaste consumentenvertrouwen deed de spaarquote oplopen tot 16,5 %, waardoor de groei van de particuliere consumptie beperkt bleef tot 0,8 %. De koopkracht zou in 2012 afnemen ( 1 %), gelet op de zwakke conjunctuur en de recente begrotingsmaatregelen. Bovendien heeft de versnelde inkohiering een sterk opwaarts effect op het nettobedrag aan personenbelastingen in De daling van de particuliere consumptie blijft beperkt ( 0,1 %) doordat de inkomensdaling opgevangen wordt door een terugval van de spaarquote. De investeringen van de ondernemingen zetten nog tot midden 2011 een sterke groeiprestatie neer. Door de stevige economische groei verbeterde de rendabiliteit van de ondernemingen en lag de industriële capaciteitsbezettingsgraad in de eerste helft van 2011 boven zijn langetermijngemiddelde. Dankzij dat sterke eerste semester kwam de jaargroei van de bedrijfsinvesteringen in 2011 uit op 8,8 %, ook al daalde de investeringsactiviteit in de tweede jaarhelft door de tegenvallende afzetperspectieven. In de loop van 2012 zouden de bedrijfsinvesteringen licht aantrekken in lijn met de economische activiteit, maar blijft hun jaargroei beperkt tot 0,9 %. Na een korte herstelbeweging in 2010 schroefden de gezinnen hun investeringen in woongebouwen in 2011 fors terug ( 3,7 %). De gunstige effecten van de tijdelijke btw verlaging voor projecten ingediend vóór april 2010 doofden immers uit, de hypothecaire tarieven stegen geleidelijk en de economische onzekerheid tastte het vertrouwen van de gezinnen aan. In 2012 zorgen die factoren, samen met de ongunstige koopkrachtontwikkeling, voor een verdere terugval van de woningbouw ( 3,2 %). De volumegroei van de overheidsconsumptie zou beperkt blijven tot 0,9 % in De overheidsinvesteringen zouden daarentegen met bijna 12 % toenemen als gevolg van de investeringen van de lokale besturen in de aanloop naar de gemeente en provincieraadsverkiezingen van dit najaar en van de investeringen van de federale overheid. In de loop van 2010 en tijdens de eerste helft van 2011 nam de binnenlandse werkgelegenheid aanzienlijk toe. Die gunstige evolutie verklaart de sterke netto toename van de werkgelegenheid met gemiddeld personen in Door de zwakke conjunctuur viel de jobcreatie midden vorig jaar echter stil. In de loop van dit jaar zou ze slechts licht hernemen en bijgevolg beperkt blijven tot gemiddeld personen in Ongeveer een kwart van de netto werkgelegenheidscreatie tijdens de jaren is toe te schrijven aan een verdere toename van het aantal dienstenchequebanen. De werkgelegenheid nam in 2011 sterker toe dan de beroepsbevolking, waardoor het aantal werklozen gemiddeld met ruim afnam. Hun aantal zou dit jaar echter toenemen met De geharmoniseerde Eurostat werkloosheidsgraad stijgt daardoor van 7,2 % in 2011 tot 7,5 % in De Belgische inflatie, gemeten aan de hand van de jaar op jaargroei van het indexcijfer van de consumptieprijzen, liep in 2011 op tot gemiddeld 3,5 %. Die inflatieversnelling was grotendeels toe te schrijven aan de prijsstijgingen voor energieproducten als gevolg van de duurdere aardolie. Bovendien hadden de hogere grondstoffenprijzen met enige vertraging een opwaarts effect op de prijzen van andere goederen en diensten, waardoor ook de onderliggende inflatie aantrok. 4

9 De Brentolieprijs noteert momenteel onder zijn piekniveau van eind april 2011 en zou volgens de huidige termijnmarktnoteringen verder afbrokkelen. Bijgevolg zouden de consumptieprijzen voor energieproducten in 2012 minder sterk toenemen dan vorig jaar. Anderzijds zou de onderliggende inflatie dit jaar aantrekken tot gemiddeld 2,2 % (t.o.v. 2 % in 2011) en zouden enkele begrotingsmaatregelen een opwaarts effect hebben op de inflatie van 0,2 procentpunt. Al bij al zou de consumptieprijsinflatie dit jaar licht afkoelen tot gemiddeld 2,7 %. De toename van de gezondheidsindex, die niet beïnvloed wordt door het prijsverloop van benzine en diesel, zou eveneens 2,7 % bedragen. De spilindex voor de overheidswedden en sociale uitkeringen (119,62) zou overschreden worden in oktober

10 1. De internationale omgeving 1.1. Evolutie van de wereldeconomie 1 Figuur Bron: CPB Kwartaalverloop van de wereldhandel Jaar-op-jaargroei Q1 07Q1 08Q1 09Q1 10Q1 11Q1 De wereldeconomie kende een sterke groei van midden 2009 tot het eerste kwartaal van 2011, maar vertraagde daarna sterk door o.m. de hoge grondstoffenprijzen, de tragere groei van de opkomende economieën (als gevolg van monetaire verstrakking) en vooral de onrust op de financiële markten over de Europese schuldencrisis. Die tastte het consumenten en producentenvertrouwen sterk aan. Het groeiprofiel van de wereldeconomie wordt ook weerspiegeld in de evolutie van de wereldhandel (zie figuur 1), hoewel die laatste doorgaans gekenmerkt wordt door meer uitgesproken bewegingen. De Amerikaanse economie groeide bijzonder traag in de eerste helft van Dat was vooral toe te schrijven aan de zwakke groei van de particuliere consumptie, die gedrukt werd door de oplopende inflatie, de hoge werkloosheid, schuldafbouw en vermogensverliezen. In de tweede jaarhelft trok de economische groei echter aan dankzij de particuliere consumptie, de bedrijfsinvesteringen en de investeringen in woongebouwen. Op jaarbasis leverden de overheidsconsumptie en de voorraadvorming een negatieve bijdrage tot de economische groei in 2011 (1,7 %). Dit jaar zou de bbp groei, vooral geruggesteund door de investeringen, ongeveer 0,5 % per kwartaal bedragen en op jaarbasis uitkomen op 2,2 %. Dat cijfer ligt aanzienlijk hoger dan de groeivooruitzichten voor de andere westerse economieën. Figuur Bron: Europese Commissie Economic sentiment indicator eurozone Index, gecorrigeerd voor seizoensinvloeden 65 06M1 07M1 08M1 09M1 10M1 11M1 12M1 De economische activiteit in de eurozone nam nog sterk toe in het eerste kwartaal van 2011 (0,8 %) onder impuls van de investeringen en de uitvoer, maar de groei viel sterk terug in het tweede (0,2 %) en het derde kwartaal (0,1 %). Meerdere factoren liggen aan de oorsprong van die afkoeling: de hoge olieprijzen, besparingsmaatregelen, de tragere groei van de opkomende economieën en vooral de aanslepende schuldencrisis en de ermee gepaard gaande onrust op de financiële markten. Die onrust tastte ook het vertrouwen van de ondernemers en de consumenten sterk aan, wat zou resulteren in een negatieve bbp groei 1 De in dit hoofdstuk vermelde jaargroeicijfers voor het bbp in 2012 zijn gebaseerd op consensusvooruitzichten van Consensus Economics (januari 2012). 6

11 in het vierde kwartaal van 2011 en het eerste kwartaal van Sedert begin 2012 is de situatie op de financiële markten echter verbeterd (zie paragraaf 1.3). In de veronderstelling dat de schuldencrisis niet opnieuw verergert, kan de economische activiteit in de eurozone licht aantrekken in de tweede jaarhelft, mede dankzij de afkoelende inflatie en de eurodepreciatie, die het herstel van de Europese uitvoer kan ondersteunen. Niettemin impliceert dat een negatieve bbp groei op jaarbasis ( 0,3 %, tegenover 1,7 % in 2011). De economische situatie voor de verschillende lidstaten blijft zeer uiteenlopend: terwijl Duitsland nog een licht positieve groei zou boeken, kampen de landen die het sterkst door de schuldencrisis getroffen worden met een diepe recessie. Figuur 3 3 Kwartaalverloop van het bbp in volume Kwartaal-op-kwartaalgroei, gecorrigeerd voor seizoensinvloeden en kalendereffecten Q1 07Q1 08Q1 09Q1 10Q1 11Q1 Eurozone Verenigde Staten Japan Bron: Nationale bronnen, Eurostat De Japanse economie kromp fors in de eerste jaarhelft (gemiddeld 1,1 % per kwartaal) als gevolg van de tsunami en de nucleaire ramp die een deel van de productiecapaciteit vernietigden, tot stroompannes leidden en zo de uitvoer, de consumptie en de investeringen drukten. Het heropstarten van de productielijnen en de wederopbouw resulteerden in een positieve groei in de tweede jaarhelft. Terwijl de binnenlandse vraag fundamenteel zwak blijft, zou de uitvoer in de tweede helft van 2012 aan kracht winnen door een aantrekkende invoervraag van zijn handelspartners (China, de VS en Europa). Op jaarbasis zou de Japanse economische groei uitkomen op 1,9 %, na een krimp van 0,8 % in Ook de Chinese economische groei vertraagde in de loop van Die afkoeling werd door de Chinese autoriteiten beoogd om de hoge inflatie te bestrijden en om de vastgoedzeepbel te bedwingen. De afkoeling lijkt zich echter sterker door te zetten dan gepland, waardoor de monetaire politiek sinds eind vorig jaar terug werd versoepeld. Al bij al zou de groei van de Chinese economie vertragen van 9,3 % in 2011 tot ongeveer 8,5 % in

12 1.2. Conjunctuur bij onze drie belangrijkste handelspartners Net als Duitsland, Frankrijk en Nederland kende België nog een sterke economische groei in het eerste kwartaal van 2011, maar nadien vertraagde de ontwikkeling van de economische activiteit. Wanneer het tweede en het derde kwartaal samen worden beschouwd, leverde de Belgische economie een gelijkaardige groeiprestatie als Frankrijk en Nederland (gemiddelde kwartaalgroei van ongeveer 0,1 %), maar deed de Duitse economie het beduidend beter (gemiddeld 0,4 %). In jaar op jaartermen lag het Duitse bbp 2,6 % hoger in het derde kwartaal van 2011 tegenover 1,6 % voor België, 1,5 % voor Frankrijk en 1,3 % voor Nederland. In het vierde kwartaal daalde de Belgische economische activiteit met 0,2 %, maar ook bij onze belangrijkste handelspartners werd een krimp verwacht bij het afsluiten van deze vooruitzichten. Figuur 4 3 Kwartaalverloop van het bbp in volume Kwartaal-op-kwartaalgroei, gecorrigeerd voor seizoensinvloeden en kalendereffecten Q1 07Q1 08Q1 09Q1 10Q1 11Q1 België Duitsland Frankrijk Nederland Bron: Nationale bronnen, INR Na vijf kwartalen van uitzonderlijk sterke groei (gemiddeld 1 %) kende de Duitse economie een aanzienlijke groeivertraging in het tweede (0,3 %) en het derde kwartaal (0,5 %) van Dat was vooral te wijten aan de zwakke groei van de investeringen en van de particuliere consumptie. Samen met de slabakkende wereldhandel heeft dat in het laatste kwartaal van 2011 vermoedelijk geleid tot een negatieve bbp groei. Toch zou de Duitse economie snel weer aanknopen met positieve kwartaalgroeicijfers. De Duitse werkloosheidsgraad bevindt zich op het laagste niveau sinds 1991 (5,5 %), terwijl de hoge capaciteitsbezettingsgraad wijst op de nood aan uitbreidingsinvesteringen. Bovendien zou de groei in de tweede jaarhelft ook ondersteund worden door het aantrekken van de buitenlandse vraag. Op jaarbasis zou de bbp groei 0,5 % bedragen, na 3 % in De Franse economie kende een zigzagpatroon in Na een robuust eerste kwartaal (0,9 %) volgde een bescheiden bbp daling ( 0,1 %) die vooral te wijten was aan een forse daling van de particuliere consumptie door het schrappen van de schrootpremie. In het derde kwartaal trok de groei weer aan (0,3 %) doordat de gezinsuitgaven terug opveerden. De vertrouwensindicatoren, die aanzienlijk daal 8

13 den in 2011, bodemden recent uit en lijken te wijzen op een korte, bescheiden recessie. In de tweede jaarhelft zou de economische groei terug aantrekken dankzij de daling van de inflatie, de lage interestvoeten en de herneming van de buitenlandse vraag. Op jaarbasis zou het bbp dit jaar stagneren t.o.v. een groei van 1,6 % in In Nederland werd een sterke groeivertraging opgetekend in het tweede kwartaal en een krimp in het derde kwartaal. Ook in het laatste kwartaal van vorig jaar wordt op een negatieve bbp groei gerekend. De koopkracht stond onder druk van een relatief lage loongroei, een stijgende inflatie en een aanzienlijke verhoging van de zorgpremie. Ook in 2012 zou de koopkracht verder dalen. Door de lage capaciteitsbezettingsgraad zullen ook de investeringen niet bijdragen tot de economische groei. De Nederlandse economie zou in de loop van het jaar een uitvoergeleide herneming kennen, maar het bbp zou op jaarbasis toch dalen ( 0,3 %) t.o.v. een toename van 1,4 % in Evolutie op de financiële markten Rentevoeten De Europese centrale bank verlaagde de beleidsrente twee keer op het einde van vorig jaar (tot een niveau van 1 %). Bovendien stelde ze in december een omvangrijk bedrag aan goedkope kredieten ter beschikking van de Europese banken voor een periode van drie jaar. Daardoor kunnen ze niet alleen kredieten blijven geven aan de consumenten en de bedrijven, maar ook overheidspapier kopen van de eurolanden en deels aan hun eigen financieringsbehoeften voldoen. De actie heeft de vrees voor een nieuwe bankencrisis teruggedrongen en daardoor de spanningen op de financiële markten doen afnemen. Dit jaar zou een gelijkaardige ECB interventie plaatsvinden en ook verdere renteverlagingen lijken waarschijnlijk. Figuur 5 6 Verloop van de rentevoeten: eurozone en Verenigde Staten Kwartaalgemiddelden in procent Q1 08Q1 09Q1 10Q1 11Q1 12Q1 Bron: Thomson Reuters Datastream, INR Korte rente eurozone (euribor, 3 maanden) Lange rente eurozone (overheidsobligaties, 10 jaar) Korte rente Verenigde Staten (interbankenrente, 3 maanden) Lange rente Verenigde Staten (overheidsobligaties, 10 jaar) 9

14 De Amerikaanse centrale bank houdt de beleidsrente onveranderd tussen 0 en 0,25 %. De Fed gaf eind vorig jaar aan dat die rente tot eind 2014 dicht bij 0 % zou blijven. Bovendien voerde ze een operatie uit waarbij kortlopend overheidspapier werd verkocht en langlopende obligaties gekocht om de lange rente te drukken. Samen met de nog steeds grote risico aversie op de financiële markten bleef de Amerikaanse langetermijnrente daardoor bijzonder laag ondanks het aantrekken van de economische groei in de tweede helft van Figuur Bron: Thomson Reuters Datastream Renteverschillen op overheidsobligaties t.o.v. Duitsland Overheidsobligaties op 10 jaar, verschillen in procentpunt Nederland Frankrijk België Spanje Italië augustus 2011 november 2011 januari 2011 De Europese langetermijnrente schommelde in de loop van 2011 tussen 3,5 % en 4 %, maar dat gemiddelde verbergt enorme verschillen tussen de landen. De langetermijnrente van de probleemlanden liep sterk op in de maand november (tot boven 7 % in Italië en boven 6 % in Spanje), terwijl de Duitse langetermijnrente een laagterecord bereikte (1,8 %). Ook voor de overheidsobligaties van andere eurolanden steeg het renteverschil met Duitsland (in België tot ruim 350 basispunten). Sinds de ECB operatie in december namen de spanningen duidelijk af op de obligatiemarkten, wat zich vertaalde in aanzienlijk lagere renteniveaus Wisselkoersen In de eerste helft van vorig jaar apprecieerde de euro t.o.v. de Amerikaanse dollar door de relatief zwakke Amerikaanse economische groei. In de tweede jaarhelft deed zich het omgekeerde voor. Bovendien zochten de beleggers hun toevlucht tot de dollar door een gestegen wantrouwen als gevolg van de eurocrisis. De euro verloor toen ook aanzienlijk terrein t.o.v. de meeste andere munten met uitzondering van de Zwitserse frank en de Oost Europese munten. Op basis van de termijnmarktnoteringen zou de euro niet verder depreciëren in de loop van 2012, maar door het lage startpunt zou de nominale effectieve wisselkoers voor België (de gemiddelde wisselkoers van de euro t.o.v. de munten van onze belangrijkste handelspartners gewogen op basis van hun aandeel in de Belgische uitvoer) op jaarbasis 0,8 % lager uitkomen in Onzekerheden Meerdere factoren kunnen de bovenstaande groeivooruitzichten voor de eurozone in het gedrang brengen. Het voornaamste risico bestaat in een hernieuwde onrust op de financiële markten. Dat zou de financieringskosten van de overheden opdrijven, de kapitaalpositie van de banken aantasten en tot een algemeen vertrouwensverlies leiden. In een dergelijk scenario komt het geleidelijk herstel van de Europese economieën in het gedrang, wat zou resulteren in een groter dan voorziene terugval van de economische activiteit in

15 De hier voorgestelde vooruitzichten houden rekening met een stabilisering van de olieprijs op een hoog niveau. Bijkomende prijsstijgingen zouden de mondiale economische groei kunnen afremmen door hogere productiekosten en door een verlies aan koopkracht. Het voornaamste opwaarts risico bestaat in een sterker dan verwachte herneming van de wereldeconomie in de loop van 2012 onder impuls van het soepel monetair beleid. Ook in een aantal eurolandenlanden lijkt het bbp momenteel uit te bodemen, getuige het prille herstel van een aantal vertrouwensindicatoren. Een meer uitgesproken dynamiek van de investeringen en van de particuliere consumptie kan in die landen bijgevolg niet uitgesloten worden. 11

16 2. Het bbp en zijn belangrijkste bestedingscomponenten 2.1. Economische groei De Belgische economische groei zette in het eerste kwartaal van 2011 nog een sterke prestatie neer (0,9 %), maar koelde daarna sterk af in navolging van de internationale conjunctuur. In het tweede kwartaal werd nog een bescheiden groei opgetekend (0,3 %), maar de economische activiteit viel licht terug in de tweede jaarhelft. Op jaarbasis kwam de economische groei uit op 1,9 %. De kwartaalgroei van de Belgische economie zou in 2012 uiterst bescheiden blijven, dit tegen de achtergrond van een Europese conjunctuur die slechts geleidelijk herneemt en van de reeds genomen besparingsmaatregelen van de federale overheid. De economische activiteit zou zich stabiliseren in het eerste kwartaal en vervolgens een lichte, uitvoergeleide groei laten optekenen (tot 0,2 % in het vierde kwartaal). Op jaarbasis blijft de economische groei in 2012 beperkt tot 0,1 %. Figuur 7 1,5 1,0 0,5 0,0-0,5-1,0-1,5 Kwartaalverloop van het Belgische bbp in volume Gegevens gecorrigeerd voor seizoensinvloeden en kalendereffecten ,0-2,5 07Q1 08Q1 09Q1 10Q1 11Q1 12Q1 Kwartaal-op-kwartaalgroei Q1 08Q1 09Q1 10Q1 11Q1 12Q1 Voortschrijdende gemiddelde groei over 4 kwartalen Voorlopende indicator FPB Bron: INR, FPB 2.2. Consumptieve bestedingen van de particulieren Het reëel beschikbaar gezinsinkomen nam in 2011 toe met 1,2 %. De koopkrachtontwikkeling werd ondersteund door de toename van de werkgelegenheid, door het inkomen uit vermogen en door een relatief beperkte stijging van het totaalbedrag aan personenbelastingen. De versnelde inkohiering tijdens de tweede helft van 2011 (aanslagjaar 2010) zorgde immers voor een aanzienlijk hoger bedrag aan terugbetalingen aan de particulieren. Het consumentenvertrouwen stabiliseerde zich aanvankelijk op een hoog niveau, maar viel sterk terug in de tweede helft van 2011 door ongerustheid over de economische situatie in België (mede als gevolg van de eurocrisis) en door de vrees voor een werkloosheidstoename. Het aangetaste consumentenvertrouwen deed de spaarquote oplopen tot 16,5 %, waardoor de toename van de particuliere consumptie op jaarbasis beperkt bleef tot 0,8 %. Dat groeicijfer wordt volledig verklaard door een positief overloopeffect uit 2010, want op kwartaalbasis stagneerde de particuliere consumptie in de loop van

17 Ondanks een nog steeds aanzienlijke inflatie, zou Figuur 8 Particuliere consumptie in volume Kwartaal-op-kwartaalgroei, gecorrigeerd voor seizoensinvloeden en kalendereffecten de koopkracht van de lonen en de uitkeringen in 1, behouden blijven dankzij de indexering, die 1,0 met enige vertraging reageert op de hoge inflatie 0,8 van De indexering van de lonen in de overheidssector en van de uitkeringen stemt ongeveer 0,6 0,4 overeen met de inflatie, terwijl de loonindexering 0,2 in de marktsector de inflatie overtreft 2. Toch zou 0,0 het reëel beschikbaar inkomen in 2012 afnemen -0,2 met 1 % door de zwakke conjunctuur (die de -0,4-0,6 werkloosheid doet oplopen) en door een daling -0,8 van het inkomen uit vermogen in reële termen. 2007Q1 2008Q1 2009Q1 2010Q1 2011Q1 2012Q1 Daarnaast remmen de recente begrotingsmaatregelen de toename van de sociale uitkeringen af en Bron: INR, FPB verhogen ze de belastingen op inkomen en vermogen. Ten slotte heeft de versnelde inkohiering in 2011 een sterk opwaarts effect op de groeivoet van de betaalde personenbelastingen in De particuliere consumptie houdt al bij al nog goed stand ( 0,1 %) doordat de inkomensdaling opgevangen wordt door een terugval van de spaarquote. Figuur 9 Particuliere consumptie, beschikbaar inkomen en spaarquote 3,5 3,0 2,5 2,0 1,5 1,0 0,5 0,0-0,5-1,0-1, Particuliere consumptie in volume (groeivoeten) Reëel beschikbaar inkomen particulieren (groeivoeten) Spaarquote particulieren (in % van het beschikbaar inkomen, rechterschaal) 19,0 18,5 18,0 17,5 17,0 16,5 16,0 15,5 15,0 Bron: INR, FPB 2 Zie tabel B.4 in de bijlage. 3 In de veronderstelling dat het tempo van inkohieren in 2011 wordt gehandhaafd in de daaropvolgende jaren, heeft het hogere bedrag aan terugbetalingen in 2011 een eenmalig karakter. Daardoor speelt een aanzienlijk niveau effect: de groeivoet van het nettobedrag aan betaalde personenbelasting vertraagt sterk in 2011, maar versnelt aanzienlijk in

18 2.3. Bedrijfsinvesteringen De investeringen van de ondernemingen zetten in de loop van 2010 en vooral in de eerste helft van 2011 een sterke groeiprestatie neer. Door de stevige economische groei verbeterde de rendabiliteit van de ondernemingen, herstelde het ondernemersvertrouwen Figuur 10 Bedrijfsinvesteringen in volume Kwartaal-op-kwartaalgroei, exclusief aankoop van overheidsgebouwen, gegevens gecorrigeerd voor seizoensinvloeden en kalendereffecten 4 zich en lag de industriële capa citeitsbezettingsgraad in de tweede helft van en de eerste helft van 2011 boven zijn langetermijngemiddelde 6 5. De investeringsactiviteit ver minderde in de tweede jaarhelft doordat de tegenvallende 4 afzetperspectieven het onderne 2 mersvertrouwen aantastten. Op jaarbasis boekten 0 de bedrijfsinvesteringen in 2011 niettemin een robuuste groei van 8,8 % Q1 2008Q1 2009Q1 2010Q1 2011Q1 2012Q1 Bron: INR, FPB In de loop van 2012 zouden de bedrijfsinvesteringen licht aantrekken in lijn met de economische activiteit, temeer daar de huidige overcapaciteit relatief beperkt lijkt. De industriële capaciteitsbezettingsgraad brokkelde weliswaar af in het tweede semester van 2011, maar bleef met 78,4 % in de buurt van zijn langetermijngemiddelde. Tegen die achtergrond zou de volumegroei van de bedrijfsinvesteringen in 2012 uitkomen op 0,9%. Het nominale aandeel van de bedrijfsinvesteringen steeg aanzienlijk in 2011 (tot 13,5 %, t.o.v. 12,7 % in 2010), maar zou dit jaar nauwelijks toenemen (13,6 %). Figuur 11 Investeringsquote en rendabiliteit van de ondernemingen 15,5 15,0 14,5 14,0 13,5 13,0 12,5 12, ,5 Bron: INR, FPB Rendabiliteit (2-jaarlijks voortschrijdend gemiddelde, rechterschaal) Investeringsquote (bedrijfsinvesteringen in % van het bbp tegen lopende prijzen) 32 4 De NBB conjunctuurindicator bereikte in het eerste kwartaal van 2011 zijn hoogste niveau sinds midden De industriële capaciteitsbezettingsgraad bedroeg in die periode gemiddeld 80,2 % t.o.v. een langetermijngemiddelde van 79 %. 14

19 2.4. Investeringen in woongebouwen De gezinnen schroefden hun investeringen in woongebouwen fors terug van begin 2008 tot het derde kwartaal van In het vierde kwartaal van 2009 en in de loop van 2010 liet de woningbouw positieve groeivoeten optekenen onder impuls van de Figuur 12 Investeringen in woongebouwen in volume Kwartaal-op-kwartaalgroei, gegevens gecorrigeerd voor seizoensinvloeden en kalendereffecten lage hypothecaire rente en de btw verlaging voor projecten ingediend vóór april Op jaarbasis 3 bleef het herstel in 2010 echter beperkt tot 1,6 % 6. 2 De woningbouwactiviteit viel in 2011 opnieuw 1 sterk terug ( 3,7 %) doordat de rentetarieven geleidelijk 0 aantrokken, de gunstige effecten van de -1 tijdelijke btw verlaging uitdoofden en de economische -2 onzekerheid het vertrouwen van de ge zinnen aantastte. Mede door de ongunstige ontwikkeling -3 van het beschikbaar inkomen zouden -4 de investeringen in woongebouwen zich pas in de Q1 2008Q1 2009Q1 2010Q1 2011Q1 2012Q1 tweede helft van dit jaar aarzelend herstellen, Bron: INR, FPB maar op jaarbasis betekent dat ook in 2012 een aanzienlijke volumedaling ( 3,2 %). Het aandeel van de gezinsinvesteringen in het bbp (in lopende prijzen) zou in 2012 voor het vierde opeenvolgende jaar afbrokkelen en op 5,3 % uitkomen, d.i. onder zijn gemiddelde van de voorbije 20 jaar (5,5 %) Overheidsconsumptie en -investeringen Net als in 2011 zou de volumegroei van de overheidsconsumptie dit jaar 0,9 % bedragen. De groei van de sociale uitkeringen in natura 7 zou vertragen van 3,6 % tot 2,4 %, maar de netto aankoop van goederen en diensten zou minder fors dalen ( 4,5 % t.o.v. 8,1 % in 2011) als gevolg van een beperktere toename van de aan de financiële instellingen verleende garanties. De volumegroei van de overheidsinvesteringen zou in 2012 uitkomen op 11,6 % (t.o.v. 11 % in 2011) en daardoor de economische groei licht ondersteunen. Die dynamiek is grotendeels toe te schrijven aan de investeringen van de lokale besturen in de aanloop naar de gemeente en provincieraadsverkiezingen van 2012 en aan de investeringen van de federale overheid Voorraadwijzigingen Tegen de achtergrond van de sombere afzetmogelijkheden hebben de bedrijfsleiders hun inschatting van de voorraden duidelijk gewijzigd in de tweede helft van Uit de maandelijkse conjunctuurenquête van de NBB blijkt dat het aantal ondernemers dat zijn voorraden als te hoog bestempelt in die periode sterk toenam. Niettemin leverden de voorraadveranderingen in 2011 een positieve bijdrage tot 6 Na een aanzienlijke krimp van resp. 2,7 % en 9,2 % in 2008 en Sociale uitkeringen in natura bestaan hoofdzakelijk uit uitgaven voor gezondheidszorg. 15

20 de bbp groei van 0,3 procentpunt als gevolg van een gunstig startpunt. Voor 2012 wordt een nulbijdrage van de voorraadveranderingen tot de economische groei vooropgesteld Uitvoer en invoer In lijn met het profiel van de wereldhandel viel de groei van de buitenlandse afzetmarkten van België zo goed als stil sinds het tweede kwartaal van Pas in de loop van 2012 zou de groei geleidelijk aantrekken, maar beduidend onder zijn langetermijngemiddelde blijven. Samen met het ongunstige overloopeffect uit 2011 zou de jaargroei van de buitenlandse afzetmarkten in 2012 daardoor beperkt blijven tot 1,6 %, t.o.v. 5,3 % in De effectieve wisselkoers voor België zou in 2012 met 0,8 % depreciëren (na een toename van 0,5 % vorig jaar) en een gunstige invloed uitoefenen op de prijscompetitiviteit van de Belgische uitvoer. Figuur Uitvoer van goederen en diensten Voortschrijdende gemiddelde groei over 4 kwartalen Q1 08Q1 09Q1 10Q1 11Q1 12Q1 Uitvoer van goederen en diensten Buitenlandse afzetmarkten - goederen en diensten Bron: INR, FPB Tot en met het eerste kwartaal van 2011 kende de Belgische uitvoer een krachtige groei dankzij de sterke economische groei van Belgiës belangrijkste handelspartners. Vanaf het tweede kwartaal kromp de uitvoer echter. In het zog van de herneming van de buitenlandse afzetmarkten zou de Belgische uitvoer zich wat herstellen vanaf het tweede kwartaal van 2012, maar door het ongunstige startpunt blijft de jaargroei beperkt tot 0,5 %, tegenover 5 % in Dat impliceert een meer trendmatig verlies aan marktaandelen in 2012, na een zeer beperkt groeiverschil tussen uitvoer en uitvoermarkten in Door de groeivertraging van de finale vraag (binnenlandse vraag plus uitvoer) zou de invoergroei vertragen van 5,2 % in 2011 tot 0,7 % in De internationale prijzen zonder energie, uitgedrukt in euro, zouden dit jaar aantrekken met 2 % vooral onder invloed van de depreciatie van de effectieve wisselkoers van de euro. De Belgische invoerprijzen zouden dit jaar echter enigszins sneller stijgen (2,5 %) door de toename van de olieprijzen 16

21 in euro (4,4 %). Aangezien het aandeel van energieproducten kleiner is in de Belgische uitvoer dan in de invoer, zouden de uitvoerprijzen iets minder toenemen (2,2 %) dan de invoerprijzen, wat net als in 2011 resulteert in een ruilvoetverlies ( 0,3 %). Het saldo op de lopende rekening van de betalingsbalans wordt in 2011 en 2012 sterk aangetast door de toename van de olieprijzen en de beperkte uitvoergroei. Dat resulteert in een lopend tekort van 1 % van het bbp in

22 3. Ontwikkeling van prijzen en lonen 3.1. Binnenlands prijsverloop Midden 2008 bereikte de Belgische inflatie 8 met 5,9 % haar hoogste niveau sinds de eerste helft van de jaren 80. Daarna koelde de inflatie snel af en was ze zelfs negatief van mei tot november Sindsdien versnelde de consumptieprijsgroei geleidelijk tot gemiddeld 3,6 % tijdens de tweede helft van Die schommelingen zijn merkbaar groter dan tijdens de periode , toen de inflatie zich situeerde tussen 0,9 % en 3,4 %. De toegenomen volatiliteit heeft vooral te maken met de evolutie van de consumptieprijzen voor energieproducten, die Figuur 14 Inflatie: verloop op kwartaalbasis Jaar-op-jaargroei beïnvloed worden door de noteringen op de internationale grondstoffenmarkten en door een 6 5 methodologische wijziging in de registratie van 4 gas en elektriciteitsprijzen in het indexcijfer. 3 2 Na de daling die opgetekend werd van eind tot midden 2010, evolueert de onderliggende inflatie 0 10 terug in stijgende lijn. Dat is in de eerste plaats te wijten aan de (vertraagde) doorsijpeling -1 van de toename van de olieprijzen in de prijzen -2 07Q1 08Q1 09Q1 10Q1 11Q1 12Q1 Nationaal indexcijfer der consumptieprijzen van andere goederen en diensten sinds de eerste Onderliggende inflatie helft van Die doorsijpeling wordt verklaard Bron: FOD Economie, FPB doordat energieproducten nodig zijn om tal van goederen en diensten te produceren, maar ook doordat de prijzen van heel wat diensten geïndexeerd worden op basis van de inflatie uit het verleden, die deels bepaald wordt door het verloop van de energieprijzen. Daarnaast wordt de onderliggende inflatie ook beïnvloed door de evolutie van de loonkosten per eenheid product, waarvan de jaar op jaargroei sterk vertraagde in de loop van 2009, maar opnieuw aantrekt sinds midden Die beweging wordt verklaard door de (conjunctuurgebonden) evolutie van de productiviteitsgroei en door de loonindexering, die duidelijk terugviel van midden 2009 tot midden 2010 en vervolgens snel aan kracht won. Deze vooruitzichten gaan ervan uit dat de olieprijzen zich nagenoeg stabiliseren in de loop van Bovendien zou de groei van de loonkosten per eenheid product enigszins verzwakken naarmate de economische groei zich herstelt. Die factoren zouden leiden tot een stabilisering van de onderliggende inflatie op 2,2 % in de loop van Vorig jaar bedroeg de inflatie 3,5 %, een versnelling met 1,3 procentpunt t.o.v die deels verklaard werd door de hogere onderliggende inflatie, maar vooral door de sterkere groei van de prijzen voor energieproducten. De groei van de Brentprijs in euro noteerde nochtans iets lager in 2011 (33 %) dan in 8 De inflatie wordt gemeten als de jaar op jaargroei van het nationaal indexcijfer der consumptieprijzen (NICP). 9 In juli 2009 was de inflatie het sterkst negatief ( 1,7 %). 10 De onderliggende inflatie wordt berekend door het NICP te zuiveren voor de impact van prijsveranderingen van administratieve aard en het prijsverloop van traditioneel sterk volatiele componenten. Daarom worden het effect van btw wijzigingen, accijnzen en andere indirecte belastingen, de verkeersbelasting en het prijsverloop van waterverbruik, energie, tabak, alcoholhoudende dranken, vleesproducten en verse groenten en fruit uitgesloten bij de berekening van de onderliggende inflatie. 18

23 2010 (36 %), maar doordat elektriciteits en aardgasprijzen met enige vertraging reageren op de Brentprijs, namen die sterker toe in 2011 dan in Bovendien duwden enkele binnenlandse factoren de consumptieprijzen van energieproducten omhoog. Ten eerste werden de distributienettarieven op elektriciteit en aardgas sterker verhoogd dan initieel voorzien. Ten tweede werd de bijzondere accijns op diesel, net als in 2010, verhoogd via het zogenaamde kliksysteem 11. Om de gevolgen van de hogere energieprijzen voor de consument enigszins te temperen werd het omgekeerde kliksysteem 12 opnieuw geactiveerd in mei Dat leidde in november tweemaal tot een daling van de bijzondere accijns op diesel, die ruim 10 % van de accijnstoename eerder op het jaar ongedaan maakte. Voor benzine trad het systeem niet in werking. Figuur 15 5 Opsplitsing van het indexcijfer der consumptieprijzen Bijdrage (in %) tot de consumptieprijsinflatie Onderliggende inflatie Energieproducten Andere componenten Consumptieprijsinflatie Bron: FOD Economie, FPB In 2012 zou de inflatie 2,7 % bedragen en dus 0,8 procentpunt lager uitkomen dan in Dat is uitsluitend te danken aan een daling van de bijdrage van de energieprijzen tot de inflatie die vooral veroorzaakt wordt door een tragere groei van de Brentprijs in euro (4% op jaarbasis). De prijzen voor benzine en diesel zouden in 2012 niet beïnvloed worden door accijnswijzigingen aangezien zowel het kliksysteem als het omgekeerde kliksysteem dit jaar opgeheven werden. Wat de consumptieprijzen voor elektriciteit en aardgas betreft, toont recent onderzoek door de Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas (CREG) niet alleen aan dat die prijzen in België hoger liggen dan in de ons omringende landen, maar het roept ook vragen op over de manier waarop de energieproducenten hun prijzen bepalen. Een eerste wetgevend initiatief is er gekomen met de wet van 8 januari die o.a. het aantal prijswijzigingen beperkt in de tijd en die aanpassingen onderwerpt aan een voorafgaande controle. Aangezien het bij het afsluiten van de vooruitzichten onvoldoende duidelijk was welke ef 11 Het kliksysteem zorgde er in 2010 en 2011 voor dat bij elke prijsdaling van diesel van fossiele oorsprong, de helft van de prijsdaling gecompenseerd werd door een verhoging van de bijzondere accijns tot de drempel van 4 eurocent per liter per jaar bereikt werd. 12 Bij een prijsstijging van benzine (octaangetal 95) of diesel boven respectievelijk 1,7 of 1,5 euro per liter, wordt met dit systeem een deel van de prijsstijging omgezet in een accijnsdaling. 13 Zie Belgisch Staatsblad van 11 januari 2012, blz

24 fecten deze bepalingen kunnen hebben op de prijsvorming, werd aangenomen dat de prijzen zich in 2012 zouden ontwikkelen in lijn met de bestaande mechanismen. De beperktere bijdrage van de energieprijzen tot de inflatie in 2012 wordt deels gecompenseerd door een hogere bijdrage van de onderliggende inflatie en vooral van de andere componenten. Die andere componenten worden opwaarts beïnvloed door de prijzen voor verse groenten en fruit, die na een daling in 2011 terug zouden aanknopen met een normaler groeipad, en door enkele begrotingsmaatregelen. Bij de opmaak van de begroting voor 2012 werd immers beslist om notarissen en gerechtsdeurwaarders te onderwerpen aan de btw 14, om de btw op digitale televisie aan te passen van 12 % tot 21 % en om de accijnzen op tabaksproducten te verhogen. Die maatregelen zouden een opwaarts effect van 0,2 procentpunt hebben op de inflatie in De gezondheidsindex houdt geen rekening met het prijsverloop van benzine, diesel, alcoholhoudende dranken en tabaksproducten. De sterke toename van de prijzen voor benzine en diesel in 2011 had dus geen effect op de gezondheidsindex, waardoor die slechts toenam met 3,1 %, tegenover een stijging van het NICP met 3,5 %. Dit jaar zou de groei van de benzine en de dieselprijs in de buurt van de inflatie uitkomen, waardoor zowel het NICP als de gezondheidsindex met 2,7 % zouden toenemen Indexering overheidslonen en sociale uitkeringen De spilindex voor de overheidssector werd laatst overschreden in januari Overeenkomstig de maandvooruitzichten voor de gezondheidsindex zou de volgende overschrijding van de spilindex (die momenteel 119,62 bedraagt) plaatsvinden in oktober Als gevolg daarvan zouden de sociale uitkeringen in november en de lonen en wedden van het overheidspersoneel in december met 2 % aangepast worden aan de toegenomen levensduurte Loonontwikkeling in de marktsector Ontwikkeling van de loonkosten In het interprofessioneel akkoord voor de periode werd bepaald dat de loononderhandelingen op sectoraal en op ondernemingsvlak aanleiding mochten geven tot een nettoloonsverhoging bovenop de indexering en baremieke verhogingen van maximaal 250 euro per voltijdse werknemer tegen , maar dat die specifieke loonsverhogingen niet mochten leiden tot bijkomende lasten voor de werkgevers 16. Die bepalingen impliceerden een gecumuleerde groei van de bruto uurlonen vóór indexering van 0,6 %. Op basis van de recentste gegevens uit de nationale rekeningen blijken de bruto uurlonen vóór indexering gedaald te zijn tijdens de periode (gecumuleerd 0,6 %), vooral door een sterk negatieve loondrift 17 in De indexering weerspiegelt de evolutie van de gezond 14 Merk op dat enkel de notariskosten verbonden met het afsluiten van een hypothecaire lening opgenomen zijn het NICP. De btw die betaald wordt op andere diensten geleverd door notarissen of gerechtsdeurwaarders, heeft geen effect op de inflatie. 15 Bovendien mocht maximaal 125 van de 250 euro toegekend worden in Dat werd verkregen door de loonsverhogingen toe te kennen in de vorm van maaltijdcheques, mobiliteitsvergoedingen en ecocheques. Daarop moeten immers geen bedrijfsvoorheffing of werkgeversbijdragen betaald worden. 17 De loondrift bevat loonsverhogingen en premies die toegekend worden bovenop de collectieve overeenkomsten. Daarnaast kunnen ook wijzigingen in de werkgelegenheidsstructuur en meetfouten de loondrift beïnvloeden. 20

25 heidsindex met vertraging: terwijl de indexering in 2009 nog aanzienlijk was (2,7 %) als gevolg van sterke prijsstijgingen in 2008, weerspiegelde de beperkte indexering in 2010 (0,5 %) de zwakke groei van de gezondheidsindex in De totale werkgeversbijdragen leverden zowel in 2009 als in 2010 een positieve bijdrage tot de groei van de uurloonkosten. In 2009 was dat te wijten aan een forse stijging van de wettelijke bijdragen als gevolg van een daling van de bijdrageverminderingen (zie paragraaf 3.3.2) en een uitgesproken toename van de toegerekende bijdragen. In 2010 wordt die evolutie eerder verklaard door een herstel van de extralegale bijdragen, die in 2009 terugvielen. Al bij al bedroeg de gecumuleerde groei van de nominale uurloonkosten 3,5 % tijdens de periode Tabel 1 Opbouw van de uurloonkosten in de marktsector Bijdragen in procentpunt aan de groei van de nominale uurloonkosten Interprofessioneel akkoord a Bruto-uurloonstijging vóór indexering b 0,6 0,0 0,3 Realisaties/vooruitzichten Groei nominale uurloonkosten 2,6 0,9 2,5 3,4 - Indexering 2,7 0,5 2,5 3,3 - Bruto-uurloonstijging vóór indexering b -0,7 0,1 0,2 0,1 - Totale werkgeversbijdragen c 0,6 0,2-0,2 0,0 a. Periodes en b. Conventionele loonstijgingen vóór indexering plus loondrift c. Wettelijke, extralegale en toegerekende werkgeversbijdragen Overeenkomstig de wet van 26 juli 1996 ter bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen sloten de sociale partners midden januari 2011 een ontwerp van interprofessioneel akkoord voor de periode Dat ontwerp werd niet goedgekeurd door alle sociale partners, maar de regering besloot het ontwerp uit te voeren. Naar aanleiding daarvan trad op 1 april 2011 een Koninklijk Besluit in werking dat bepaalt dat de loononderhandelingen op sectoraal en ondernemingsvlak enkel in 2012 aanleiding mogen geven tot een beperkte loonsverhoging (0,3 %) bovenop de loonindexering. Dat betekent dat de loonnorm in 2011 en 2012 niet indicatief, maar bindend is voor alle partijen. Op basis van de beschikbare gegevens voor 2011 wordt de groei van de nominale uurloonkosten in de marktsector geraamd op 2,5 %, een groei die overeenstemt met de indexering. Door de beperkte groei van de wettelijke werkgeversbijdragen leverden de totale werkgeversbijdragen een negatieve bijdrage tot de groei van de uurloonkosten. Dat impliceert (per saldo) een toename van de bruto uurlonen vóór indexering van 0,2 %. Aangezien de conventionele lonen stabiel bleven in 2011, moet die toename begrepen worden als loondrift, die vermoedelijk vooral verband hield met de sterke toename van de werkgelegenheid in de loop van 2010 en het eerste kwartaal van Voor 2012 wordt verondersteld dat de loonsverhoging van 0,3 % toegekend zal worden, maar dat de laagconjunctuur gepaard gaat met een licht negatieve loondrift ( 0,2 %). Dat zou de toename van de bruto uurlonen vóór indexering beperken tot 0,1 %. De loonindexering zou dit jaar nog versnellen (tot 3,3 %) als gevolg van de forse toename van de gezondheidsindex in 2011 en Over beide jaren zou de gecumuleerde loonindexering (5,8 %) nagenoeg overeenkomen met de toename van de gezondheidsindex (5,9 %). Ondanks een toename van de werkgeversbijdragevoet in strikte zin 18 die vooral 18 De wettelijke werkgeversbijdragen (betaald aan de sociale zekerheid en de federale overheid) uitgedrukt in procent van de brutolonen. 21

De economische groei zou 1,6 % bedragen in 2008 en 1,2 % in 2009

De economische groei zou 1,6 % bedragen in 2008 en 1,2 % in 2009 Communiqué 12 september 2008 plan.be Instituut voor de Nationale Rekeningen Federaal Federaal Planbureau Planbureau Economische analyses en vooruitzichten De economische groei zou 1,6 % bedragen in 2008

Nadere informatie

Economische vooruitzichten ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen.

Economische vooruitzichten ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen. Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2012-2013 September 2012 Kunstlaan 47-49 1000 Brussel E-mail: contact@plan.be

Nadere informatie

ECONOMISCHE VOORUITZICHTEN 2003

ECONOMISCHE VOORUITZICHTEN 2003 Brussel, 10 maart 2003 Federaal Planbureau /03/HJB/bd/2027_n ECONOMISCHE VOORUITZICHTEN 2003 Veelbelovend herstel wereldeconomie in eerste helft van 2002 werd niet bevestigd in het tweede halfjaar In het

Nadere informatie

plan.be Economische begroting 2009 (begrotingscontrole)

plan.be Economische begroting 2009 (begrotingscontrole) Communiqué 29 januari 29 plan.be Instituut voor de Nationale Rekeningen Federaal Federaal Planbureau Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Economische begroting 29 (begrotingscontrole) Overeenkomstig

Nadere informatie

Economische vooruitzichten

Economische vooruitzichten Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2011-2012 September 2011 Kunstlaan 47 49 1000 Brussel E mail: contact@plan.be

Nadere informatie

Communiqué. Verloop van de Belgische uitvoermarkten

Communiqué. Verloop van de Belgische uitvoermarkten INSTITUT DES COMPTES NATIONAUX INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN BUREAU FÉDÉRAL DU PLAN FEDERAAL PLANBUREAU Communiqué 20.06.2003 Economische Begroting 2004 Overeenkomstig de wet van 21 december 1994

Nadere informatie

Economische vooruitzichten 2015 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen. Februari 2015

Economische vooruitzichten 2015 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen. Februari 2015 Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2015 Februari 2015 Kunstlaan 47-49 1000 Brussel E-mail: contact@plan.be http://www.plan.be

Nadere informatie

Economische vooruitzichten 2014 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen. Februari 2014

Economische vooruitzichten 2014 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen. Februari 2014 Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2014 Februari 2014 Kunstlaan 47-49 1000 Brussel E-mail: contact@plan.be http://www.plan.be

Nadere informatie

Economische vooruitzichten 2013 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen. Februari 2013

Economische vooruitzichten 2013 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen. Februari 2013 Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2013 Februari 2013 Kunstlaan 47-49 1000 Brussel E-mail: contact@plan.be http://www.plan.be

Nadere informatie

COMMUNIQUE. De economische groei zou 1,4 % bedragen in 2005 en 2,2 % in 2006. Kwartaalverloop van het Belgische bbp tegen constante prijzen

COMMUNIQUE. De economische groei zou 1,4 % bedragen in 2005 en 2,2 % in 2006. Kwartaalverloop van het Belgische bbp tegen constante prijzen INSTITUT DES COMPTES NATIONAUX INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN BUREAU FÉDÉRAL DU PLAN FEDERAAL PLANBUREAU COMMUNIQUE Brussel, september 5 De economische groei zou,4 % bedragen in 5 en, % in 6 Overeenkomstig

Nadere informatie

Economische vooruitzichten 2011

Economische vooruitzichten 2011 Federaal Planbureau Kunstlaan 47-49, 1000 Brussel http://www.plan.be ECONOMISCHE BEGROTING Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2011 Januari 2011 Overname wordt toegestaan,

Nadere informatie

Economische vooruitzichten

Economische vooruitzichten Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2013-2014 September 2013 Kunstlaan 47-49 1000 Brussel E-mail: contact@plan.be

Nadere informatie

Persbericht. Datum: Economische groei in 2001 en 2002 sterk naar beneden herzien

Persbericht. Datum: Economische groei in 2001 en 2002 sterk naar beneden herzien Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Persbericht Datum: 26.10.2001 Economische Begroting 2002 - Najaarsherziening Omwille van de verslechtering van het economische klimaat op internationaal

Nadere informatie

Economische vooruitzichten 2008 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen

Economische vooruitzichten 2008 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen ECONOMISCHE BEGROTING Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2008 Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Kunstlaan 47-49 B-1000 Brussel Tel.: (02)507.73.11

Nadere informatie

Economische vooruitzichten 2010-2011

Economische vooruitzichten 2010-2011 Federaal Planbureau Kunstlaan 47-49, 1000 Brussel http://www.plan.be ECONOMISCHE BEGROTING Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2010-2011 Februari 2010 Overname wordt toegestaan,

Nadere informatie

Consumptieve bestedingen van de particulieren 2.0 2.6 1.4 Consumptieve bestedingen van de overheid 0.0 2.1 2.6 Bruto vaste kapitaalvorming 4.2 5.9 4.

Consumptieve bestedingen van de particulieren 2.0 2.6 1.4 Consumptieve bestedingen van de overheid 0.0 2.1 2.6 Bruto vaste kapitaalvorming 4.2 5.9 4. Kerncijfers voor de Belgische economie Wijzigingspercentages in volume - tenzij anders vermeld Consumptieve bestedingen van de particulieren 2.0 2.6 1.4 Consumptieve bestedingen van de overheid 0.0 2.1

Nadere informatie

Economische vooruitzichten 2014-2015 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen.

Economische vooruitzichten 2014-2015 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen. Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2014-2015 September 2014 Kunstlaan 47-49 1000 Brussel E-mail: contact@plan.be

Nadere informatie

Perscommuniqué. Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de Belgische economie

Perscommuniqué. Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de Belgische economie Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Perscommuniqué Brussel, 15 september 2000 Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2017 neemt het bbp met 1,7 % toe

De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2017 neemt het bbp met 1,7 % toe Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 2018-04-27 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van 2018 Over het hele jaar 2017

Nadere informatie

Economische vooruitzichten 2018 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de nationale rekeningen. Februari 2018

Economische vooruitzichten 2018 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de nationale rekeningen. Februari 2018 Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Instituut voor de nationale rekeningen Economische vooruitzichten 2018 Februari 2018 Kunstlaan 47-49 1000 Brussel e-mail: contact@plan.be http://www.plan.be

Nadere informatie

De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2018 nam het bbp met 1,4 % toe

De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2018 nam het bbp met 1,4 % toe Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 2019-04-29 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van 2019 Over het hele jaar 2018

Nadere informatie

Economische vooruitzichten 2009

Economische vooruitzichten 2009 Federaal Planbureau Kunstlaan 47-49, 1000 Brussel http://www.plan.be Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2009 September 2008 Overname wordt toegestaan, behalve voor handelsdoeleinden,

Nadere informatie

Economische vooruitzichten ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen.

Economische vooruitzichten ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen. Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2017-2018 September 2017 Kunstlaan 47-49 1000 Brussel e-mail: contact@plan.be

Nadere informatie

Economische vooruitzichten 2006 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen

Economische vooruitzichten 2006 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen ECONOMISCHE BEGROTING Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2006 Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Kunstlaan 47-49 B-1000 Brussel Tel.: (02)507.73.11

Nadere informatie

Perscommuniqué van het Federaal Planbureau

Perscommuniqué van het Federaal Planbureau Brussel, 19/05/06 Meer informatie Francis Bossier (F), fb@plan.be, 02/507.74.43 Ingrid Bracke (NL), ib@plan.be, 02/507.74.45 Vincent Geortay vg@plan.be 02/507.73.39 0478/283.487 Kunstlaan 47-49 1000 Brussel

Nadere informatie

Economische vooruitzichten 2006 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen

Economische vooruitzichten 2006 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen ECONOMISCHE BEGROTING Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2006 Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Kunstlaan 47-49 B-1000 Brussel Tel.: (02)507.73.11

Nadere informatie

De macro-economische vooruitzichten voor de wereldeconomie: evenwichtige groei in Europa, terugval in de Verenigde Staten en Japan

De macro-economische vooruitzichten voor de wereldeconomie: evenwichtige groei in Europa, terugval in de Verenigde Staten en Japan Economie en onderneming De macro-economische vooruitzichten 2006-2012 voor de wereldeconomie: evenwichtige groei in Europa, terugval in de Verenigde Staten en Japan Meyermans, E. & Van Brusselen, P. (2006).

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,5 % in het eerste kwartaal van 2017

De economische groei bedraagt 0,5 % in het eerste kwartaal van 2017 Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 28-4-2017 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,5 % in het eerste kwartaal van 2017 Over het hele jaar 2016

Nadere informatie

Economische vooruitzichten 2017 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen. Februari 2017

Economische vooruitzichten 2017 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen. Februari 2017 Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2017 Februari 2017 Kunstlaan 47-49 1000 Brussel e-mail: contact@plan.be http://www.plan.be

Nadere informatie

Hoe (slecht) gaat het met de conjunctuur? Edwin De Boeck Fedustria 13 oktober 2011

Hoe (slecht) gaat het met de conjunctuur? Edwin De Boeck Fedustria 13 oktober 2011 Hoe (slecht) gaat het met de conjunctuur? Edwin De Boeck Fedustria 3 oktober Grote Recessie was geen Grote Depressie Wereldhandel Aandelenmarkt 9 8 7 8 VS - S&P-5 vergelijking met crash 99 Wereld industriële

Nadere informatie

Economische vooruitzichten 2008

Economische vooruitzichten 2008 Federaal Planbureau Kunstlaan 47-49, 1000 Brussel http://www.plan.be Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2008 Januari 2008 Overname wordt toegestaan, behalve voor handelsdoeleinden,

Nadere informatie

Economische vooruitzichten 2016 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen. Februari 2016

Economische vooruitzichten 2016 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen. Februari 2016 Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2016 Februari 2016 Kunstlaan 47-49 1000 Brussel e-mail: contact@plan.be http://www.plan.be

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,2 % in het eerste kwartaal van 2016

De economische groei bedraagt 0,2 % in het eerste kwartaal van 2016 Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 28-4-2016 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,2 % in het eerste kwartaal van 2016 Over het hele jaar 2015

Nadere informatie

Economische vooruitzichten

Economische vooruitzichten Federaal Planbureau Kunstlaan 47-49, 1000 Brussel http://www.plan.be ECONOMISCHE BEGROTING Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2010-2011 September 2009 Overname wordt toegestaan,

Nadere informatie

Economische vooruitzichten 2007 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen

Economische vooruitzichten 2007 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen ECONOMISCHE BEGROTING Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2007 Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Kunstlaan 47-49 B-1000 Brussel Tel.: (02)507.73.11

Nadere informatie

Kerncijfers voor de Belgische economie Wijzigingspercentages in volume - tenzij anders vermeld 2006 2007 2008 2009

Kerncijfers voor de Belgische economie Wijzigingspercentages in volume - tenzij anders vermeld 2006 2007 2008 2009 Kerncijfers voor de Belgische economie Wijzigingspercentages in volume - tenzij anders vermeld Consumptieve bestedingen van de particulieren 2.0 2.6 1.4 0.8 Consumptieve bestedingen van de overheid 0.0

Nadere informatie

Economische vooruitzichten ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen.

Economische vooruitzichten ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen. Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2016-2017 September 2016 Kunstlaan 47-49 1000 Brussel e-mail: contact@plan.be

Nadere informatie

Economische vooruitzichten 2009

Economische vooruitzichten 2009 Federaal Planbureau Kunstlaan 47-49, 1000 Brussel http://www.plan.be ECONOMISCHE BEGROTING Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2009 Februari 2009 Overname wordt toegestaan,

Nadere informatie

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van 2014

De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van 2014 Instituut voor de nationale rekeningen 2014-04-30 Links Publicatie BelgoStat On-line Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van 2014 Bij een stijging van 0,3 % in

Nadere informatie

Hoofdstuk 2: Het Taylor-Romer model

Hoofdstuk 2: Het Taylor-Romer model Hoofdstuk 2: Het Taylor-Romer model 1. Opbouw van de AV-lijn A. Relatie tussen reële bbp en rente Fragment: Belgische glansprestatie (Tijd, 31/12/2004) Bestedingen De consumptie van de gezinnen groeide

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,3 % in het eerste kwartaal van 2015. De economische activiteit stijgt met 1,1 % over het hele jaar 2014

De economische groei bedraagt 0,3 % in het eerste kwartaal van 2015. De economische activiteit stijgt met 1,1 % over het hele jaar 2014 Instituut voor de nationale rekeningen 2015-04-29 Links: Publicatie NBB.stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,3 % in het eerste kwartaal van 2015 De economische activiteit stijgt met

Nadere informatie

Vooruitzichten Belgische economie Herstel zet zich gematigd voort maar blijft fragiel

Vooruitzichten Belgische economie Herstel zet zich gematigd voort maar blijft fragiel Vooruitzichten Belgische economie Herstel zet zich gematigd voort maar blijft fragiel Johan Van Gompel 9 mei 216 Economische groei Herstel Belgische economisch activiteit in lijn met die in Duitsland Reëel

Nadere informatie

COMMUNIQUE. De wereldeconomie klimt langzaam uit het dal waarin het vorig jaar verzeild was geraakt.

COMMUNIQUE. De wereldeconomie klimt langzaam uit het dal waarin het vorig jaar verzeild was geraakt. INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN INSTITUT DES COMPTES NATIONAUX Federaal Planbureau Bureau fédéral du Plan Economische Begroting 2003 Overeenkomstig de wet van 21 december 1994 heeft het Instituut

Nadere informatie

Perscommuniqué. Het Federaal Planbureau actualiseert zijn economische vooruitzichten voor de periode

Perscommuniqué. Het Federaal Planbureau actualiseert zijn economische vooruitzichten voor de periode Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Perscommuniqué 26 mei 2003 Het Federaal Planbureau actualiseert zijn economische vooruitzichten voor de periode 2003-2008 Wereldwijde en Europese

Nadere informatie

Voorjaarsprognoses : Europees herstel houdt aan ondanks nieuwe risico's

Voorjaarsprognoses : Europees herstel houdt aan ondanks nieuwe risico's IP/11/565 Brussel, 13 mei 2011 Voorjaarsprognoses 2011-2012: Europees herstel houdt aan ondanks nieuwe risico's Het geleidelijke herstel van de EU-economie zet door, zo blijkt uit de vooruitzichten voor

Nadere informatie

verslag CRB

verslag CRB verslag CRB 2019-0440 Actualisering van het Technisch verslag over de maximaal beschikbare marge ingevolge de herziening van de inflatie- en groeivooruitzichten in februari 2019 CRB 2018-0440 Actualisering

Nadere informatie

E conomische Begroting 2000

E conomische Begroting 2000 E conomische Begroting 2000 Woord vooraf 1 Samenvatting 3 De Belgische conjunctuur in internationaal perspectief 6 Internationale conjunctuur in 1999 en 2000 Conjunctuur in België en de drie buurlanden

Nadere informatie

ECONOMISCHE BEGROTING. Instituut voor de Nationale Rekeningen. Economische vooruitzichten 2005

ECONOMISCHE BEGROTING. Instituut voor de Nationale Rekeningen. Economische vooruitzichten 2005 ECONOMISCHE BEGROTING Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2005 September 2004 Inhoudstafel 1 Inhoudstafel Woord vooraf 1 Samenvatting 3 1. De Belgische conjunctuur in internationaal

Nadere informatie

1. Synthese. Het herstel van de wereldeconomie zou bescheiden zijn in 2015, maar zou vervolgens verstevigen...

1. Synthese. Het herstel van de wereldeconomie zou bescheiden zijn in 2015, maar zou vervolgens verstevigen... 1. Synthese Het herstel van de wereldeconomie zou bescheiden zijn in 2015, maar zou vervolgens verstevigen... De groei van de wereldhandel zou, na een vrij matige prestatie in 2014, licht aantrekken in

Nadere informatie

Regionale economische vooruitzichten 2014-2019

Regionale economische vooruitzichten 2014-2019 2014/6 Regionale economische vooruitzichten 2014-2019 Dirk Hoorelbeke D/2014/3241/218 Samenvatting Dit artikel geeft een bondig overzicht van enkele resultaten uit de nieuwe Regionale economische vooruitzichten

Nadere informatie

Centraal Economisch Plan 2019

Centraal Economisch Plan 2019 Economische groei terug naar normaal Internationale risico s raken de Nederlandse economie Centraal Economisch Plan bbp-groei, in % 2,9 1,5 2,5 2,2 2016 2017 2018 1,5 1,5 Krappe arbeidsmarkt met hogere

Nadere informatie

Perscommuniqué. Het Federaal Planbureau actualiseert zijn economische vooruitzichten voor de periode

Perscommuniqué. Het Federaal Planbureau actualiseert zijn economische vooruitzichten voor de periode Federaal Planbureau Economischeanalysesenvooruitzichten Perscommuniqué 6 juni 2002 Het Federaal Planbureau actualiseert zijn economische vooruitzichten voor de periode 2002-2007 De wereldeconomie zou zich

Nadere informatie

Economische vooruitzichten 2005 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen

Economische vooruitzichten 2005 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen ECONOMISCHE BEGROTING Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2005 Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Kunstlaan 47-49 B-1000 Brussel Tel.: (02)507.73.11

Nadere informatie

Oktober 2015. Macro & Markten. 1. Rente en conjunctuur :

Oktober 2015. Macro & Markten. 1. Rente en conjunctuur : Oktober 2015 Macro & Markten 1. Rente en conjunctuur : VS Zoals al aangegeven in ons vorig bulletin heeft de Amerikaanse centrale bank FED de beleidsrente niet verhoogd. Maar goed ook, want naderhand werden

Nadere informatie

NATIONALE REKENINGEN Derde kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen

NATIONALE REKENINGEN Derde kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen NATIONALE REKENINGEN 1999 - Derde kwartaal Kwartaalaggregaten Instituut voor de Nationale Rekeningen Dienst Financiële en Economische Statistieken Nationale Bank van België, Brussel Inhoud van de publicatie

Nadere informatie

Consumptieprijsindex en inflatie in september 2012

Consumptieprijsindex en inflatie in september 2012 Consumptieprijsindex en inflatie in september 2012 1. Consumptieprijsindex Brussel, 27 september 2012 De consumptieprijsindex stijgt in september 2012 met 0,21 punt ten opzichte van vorige maand en bedraagt

Nadere informatie

Datum : 3 juli 2003 Aan : De Minister van Economische Zaken

Datum : 3 juli 2003 Aan : De Minister van Economische Zaken CPB Notitie Datum : juli Aan : De Minister van Economische Zaken Economierapportage juli De Nederlandse economie blijft ondermaats presteren. Na de oorlog in Irak zijn de internationale spanningen afgenomen

Nadere informatie

CRB CCR SR/LVN Conclusies van de sociale gesprekspartners op basis van de documentatienota Macro economische context

CRB CCR SR/LVN Conclusies van de sociale gesprekspartners op basis van de documentatienota Macro economische context CRB 2016-0510 SR/LVN 03.02.2016 Conclusies van de sociale gesprekspartners op basis van de documentatienota Macro economische context 2 CRB 2016-0510 Overzicht groei sinds 1996 Onder invloed van de conjuncturele

Nadere informatie

DOOR MEDEWERKERS VAN HET EUROSYSTEEM OPGESTELDE MACRO-ECONOMISCHE PROJECTIES VOOR HET EUROGEBIED

DOOR MEDEWERKERS VAN HET EUROSYSTEEM OPGESTELDE MACRO-ECONOMISCHE PROJECTIES VOOR HET EUROGEBIED DOOR MEDEWERKERS VAN HET EUROSYSTEEM OPGESTELDE MACRO-ECONOMISCHE PROJECTIES VOOR HET EUROGEBIED Op basis van de tot 24 november 2006 beschikbare informatie hebben medewerkers van het Eurosysteem projecties

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 5 december 2014

PERSBERICHT Brussel, 5 december 2014 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 5 december 2014 Geharmoniseerde consumptieprijsindex

Nadere informatie

INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN. Economische vooruitzichten 2002 FEBRUARI 2002 E CONOMISCHE BEGROTING F EDERAAL PLANBUREAU

INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN. Economische vooruitzichten 2002 FEBRUARI 2002 E CONOMISCHE BEGROTING F EDERAAL PLANBUREAU INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN E CONOMISCHE BEGROTING Economische vooruitzichten 2002 FEBRUARI 2002 F EDERAAL PLANBUREAU E conomische Begroting 2002 Woord vooraf 1 Samenvatting 3 1. De Belgische

Nadere informatie

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2 Hans Langenberg In het tweede kwartaal van 2005 vond voor het eerst in twee jaar geen verdere daling plaats van het aantal banen. Ook is de werkloosheid gestabiliseerd. Wel was er een stagnatie in de toename

Nadere informatie

NATIONALE REKENINGEN Eerste kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen

NATIONALE REKENINGEN Eerste kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen NATIONALE REKENINGEN 1999 Eerste kwartaal Kwartaalaggregaten Instituut voor de Nationale Rekeningen Dienst Financiële en Economische Statistieken Nationale Bank van België, Brussel Inhoud van de publicatie

Nadere informatie

Regionale economische vooruitzichten

Regionale economische vooruitzichten 2015/2 Regionale economische vooruitzichten 2015-2020 Dirk Hoorelbeke D/2015/3241/213 Samenvatting Dit webartikel geeft een bondig overzicht van de nieuwe regionale economische vooruitzichten tot 2020.

Nadere informatie

2. Macro-economische evoluties

2. Macro-economische evoluties 2. Macro-economische evoluties 2.1. Internationale omgeving Groeiversnelling van de wereldeconomie. FIGUUR 1-6 5 4 3 Groei van de wereldeconomie Na een eerder gematigde prestatie in 2014 zou de groei van

Nadere informatie

Perscommuniqué. De evolutie van de Belgische economie tegen 2006, bestudeerd door het Federaal Planbureau

Perscommuniqué. De evolutie van de Belgische economie tegen 2006, bestudeerd door het Federaal Planbureau Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Perscommuniqué 18 mei 2001 De evolutie van de Belgische economie tegen 2006, bestudeerd door het Federaal Planbureau De groei van de wereldeconomie

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 7 november 2014

PERSBERICHT Brussel, 7 november 2014 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 7 november 2014 Geharmoniseerde consumptieprijsindex

Nadere informatie

Statistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012

Statistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012 Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012 Inleiding Lorette Ford De economische ontwikkeling van een land kan door middel van drie belangrijke economische indicatoren

Nadere informatie

Macro-economische Ontwikkelingen

Macro-economische Ontwikkelingen Macro-economische Ontwikkelingen e kwartaal 8 Overall conclusie De kredietcrisis zorgt voor een terugval van de economische bedrijvigheid in Nederland die sinds het begin van de jaren tachtig niet is voorgekomen.

Nadere informatie

plan.be Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Economische vooruitzichten

plan.be Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Economische vooruitzichten Communiqué 11 mei 27 plan.be Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Economische vooruitzichten 27-212 Dit scenario gaat uit van een groei van de Belgische economie met 2,3 % in 27 en

Nadere informatie

E conomische Begroting 2002

E conomische Begroting 2002 E conomische Begroting 2002 Woord vooraf 1 Samenvatting 3 De Belgische conjunctuur in internationaal perspectief 7 Internationale conjunctuur in 2001 en 2002 De Belgische conjunctuur en de drie buurlanden

Nadere informatie

Voorjaarsprognose : naar een licht herstel

Voorjaarsprognose : naar een licht herstel EUROPESE COMMISSIE - PERSBERICHT Voorjaarsprognose 2012-13: naar een licht herstel Brussel, 11 mei 2012 Na de productiekrimp eind 2011 wordt de EU-economie nu geacht in een milde recessie te verkeren.

Nadere informatie

DOOR MEDEWERKERS VAN HET EUROSYSTEEM OPGESTELDE MACRO-ECONOMISCHE PROJECTIES VOOR HET EUROGEBIED

DOOR MEDEWERKERS VAN HET EUROSYSTEEM OPGESTELDE MACRO-ECONOMISCHE PROJECTIES VOOR HET EUROGEBIED DOOR MEDEWERKERS VAN HET EUROSYSTEEM OPGESTELDE MACRO-ECONOMISCHE PROJECTIES VOOR HET EUROGEBIED Op basis van de tot 24 mei 2007 beschikbare informatie hebben medewerkers van het Eurosysteem projecties

Nadere informatie

Module 8 havo 5. Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging

Module 8 havo 5. Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging Module 8 havo 5 Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging Economische conjunctuur hoogconjunctuur Reëel binnenlands product groeit procentueel sterker dan gemiddeld. laagconjunctuur Reëel binnenlands product groeit

Nadere informatie

Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 3 e kwartaal Bron: Reuters

Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 3 e kwartaal Bron: Reuters In onze eerste nieuwsbrief nieuwe stijl willen wij terugblikken op het afgelopen kwartaal, lichten wij ons beleggingsbeleid nader toe en uiteraard geven wij onze visie op de financiële markten. Terugblik

Nadere informatie

Een scenario van krachtige groei van de economische activiteit en vooral van de werkgelegenheid in België

Een scenario van krachtige groei van de economische activiteit en vooral van de werkgelegenheid in België Perscommuniqué 12 mei 2011 Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Een scenario van krachtige groei van de economische activiteit en vooral van de werkgelegenheid in België De nieuwe

Nadere informatie

Datum : 2 april 2002 Aan : De Minister van Economische Zaken

Datum : 2 april 2002 Aan : De Minister van Economische Zaken CPB Notitie Datum : 2 april 2002 Aan : De Minister van Economische Zaken Economierapportage april 2002 1 De internationale conjunctuur lijkt door het dieptepunt heen. In de Verenigde Staten en Zuidoost-Azië

Nadere informatie

BIJLAGE. bij de DISCUSSIENOTA OVER DE VERDIEPING VAN DE ECONOMISCHE EN MONETAIRE UNIE

BIJLAGE. bij de DISCUSSIENOTA OVER DE VERDIEPING VAN DE ECONOMISCHE EN MONETAIRE UNIE EUROPESE COMMISSIE Brussel, 31.5.2017 COM(2017) 291 final ANNEX 3 BIJLAGE bij de DISCUSSIENOTA OVER DE VERDIEPING VAN DE ECONOMISCHE EN MONETAIRE UNIE NL NL Bijlage 3. Voornaamste economische tendensen

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 16 januari 2017

PERSBERICHT Brussel, 16 januari 2017 PERSBERICHT Brussel, 16 januari 2017 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - december 2016 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex bedraagt in december 2,2% ten

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 14 januari 2015

PERSBERICHT Brussel, 14 januari 2015 PERSBERICHT Brussel, 14 januari 2015 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - december 2014 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex daalt in december naar -0,4%,

Nadere informatie

DOOR MEDEWERKERS VAN HET EUROSYSTEEM SAMENGESTELDE MACRO- ECONOMISCHE PROJECTIES VOOR HET EUROGEBIED

DOOR MEDEWERKERS VAN HET EUROSYSTEEM SAMENGESTELDE MACRO- ECONOMISCHE PROJECTIES VOOR HET EUROGEBIED DOOR MEDEWERKERS VAN HET EUROSYSTEEM SAMENGESTELDE MACRO- ECONOMISCHE PROJECTIES VOOR HET EUROGEBIED Op basis van de tot 20 mei 2005 beschikbare informatie hebben medewerkers van het Eurosysteem projecties

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 29 maart 2018

PERSBERICHT Brussel, 29 maart 2018 01/2007 07/2007 01/2008 07/2008 01/2009 07/2009 01/2010 07/2010 01/2011 07/2011 01/2012 07/2012 01/2013 07/2013 01/2014 07/2014 01/2015 07/2015 01/2016 07/2016 01/2017 07/2017 01/2018 Index (2013 = 100)

Nadere informatie

BEHEERSVERSLAG Transparantinvest Portfolio Fund juli 2015

BEHEERSVERSLAG Transparantinvest Portfolio Fund juli 2015 BEHEERSVERSLAG Transparantinvest Portfolio Fund juli 015 Macro & Markten 1. Rente en conjunctuur : Europa Griekenland heeft een akkoord kunnen bereiken met zijn schuldeisers waardoor de rentevoeten in

Nadere informatie

Koufront vanuit het westen

Koufront vanuit het westen Koufront vanuit het westen De Nederlandse economie heeft twee zeer mooie jaren achter de rug. In 8 zal de BBP-groei door de verslechterde externe omgeving gedurende het jaar fors terugvallen. Voor 9 verwachten

Nadere informatie

MACRO-VRAAG EN MACRO-AANBOD

MACRO-VRAAG EN MACRO-AANBOD pdf18 MACRO-VRAAG EN MACRO-AANBOD De macro-vraaglijn of geaggregeerde vraaglijn geeft het verband weer tussen het algemeen prijspeil en de gevraagde hoeveelheid binnenlands product. De macro-vraaglijn

Nadere informatie

Voorjaarsprognoses 2013: EU-economie herstelt langzaam van een aanhoudende recessie

Voorjaarsprognoses 2013: EU-economie herstelt langzaam van een aanhoudende recessie EUROPESE COMMISSIE PERSBERICHT Brussel, 3 mei 2013 Voorjaarsprognoses 2013: EU-economie herstelt langzaam van een aanhoudende recessie Na in 2012 in een recessie te hebben verkeerd, zal de EU-economie

Nadere informatie

Economie in 2015 Kans of kater?

Economie in 2015 Kans of kater? Economie in 2015 Kans of kater? Nico Klene Economisch Bureau Doorwerth 6 november 2014 Wat verwacht ú: - kans? - kater? 2 Opbouw - Buitenland: mondiale groei houdt aan - Nederland 3 VS: groei weer omhoog

Nadere informatie

technisch verslag CRB 2012-1603

technisch verslag CRB 2012-1603 technisch verslag CRB 2012-1603 CRB 2012-1603 DEF CM/V/CVC/SDh Technisch verslag van het secretariaat over de maximale beschikbare marges voor de loonkostenontwikkeling 21 december 2012 2 CRB 2012-1603

Nadere informatie

Marktaandelen, concurrentievermogen en de lopende rekening

Marktaandelen, concurrentievermogen en de lopende rekening Federaal Planbureau Kunstlaan 47-49, 1000 Brussel http://www.plan.be WORKING PAPER 6-09 Marktaandelen, concurrentievermogen en de lopende rekening Mei 2009 Bart De Ketelbutter, bdk@plan.be Abstract Deze

Nadere informatie

Economische najaarsprognoses 2013: geleidelijk herstel, externe risico's

Economische najaarsprognoses 2013: geleidelijk herstel, externe risico's EUROPESE COMMISSIE PERSBERICHT Brussel, 5 november 2013 Economische najaarsprognoses 2013: geleidelijk herstel, externe risico's In de afgelopen maanden zijn er een aantal bemoedigende signalen geweest

Nadere informatie

GEEN AARDSCHOK IN DE BOUW, MAAR HERSTEL IS NIET VOOR MORGEN!

GEEN AARDSCHOK IN DE BOUW, MAAR HERSTEL IS NIET VOOR MORGEN! GEEN AARDSCHOK IN DE BOUW, MAAR HERSTEL IS NIET VOOR MORGEN! De balans 2008 ziet er nog goed uit De productie heeft stand gehouden... Volgens de ramingen van het Instituut voor de Nationale Rekeningen

Nadere informatie

Nederlandse economie in zicht

Nederlandse economie in zicht Nederlandse economie in zicht Groei boven 2% Economisch Bureau Nederland 2 juni 2015 Groei versnelt tot meer dan 2% in 2015 en 2016 De Nederlandse economie heeft de laatste twee kwartalen een behoorlijke

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 13 oktober 2016

PERSBERICHT Brussel, 13 oktober 2016 PERSBERICHT Brussel, 13 oktober 2016 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - september 2016 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex bedraagt in september 1,8% ten

Nadere informatie

Door staf van het Eurosysteem samengestelde macro-economische projecties voor het eurogebied

Door staf van het Eurosysteem samengestelde macro-economische projecties voor het eurogebied Door staf van het Eurosysteem samengestelde macro-economische projecties voor het eurogebied Op basis van de tot 20 november 2004 beschikbare informatie hebben stafleden van het Eurosysteem projecties

Nadere informatie

Economische vooruitzichten 2004 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen

Economische vooruitzichten 2004 ECONOMISCHE BEGROTING. Federaal Planbureau. Instituut voor de Nationale Rekeningen ECONOMISCHE BEGROTING Instituut voor de Nationale Rekeningen Economische vooruitzichten 2004 Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Kunstlaan 47-49 B-1000 Brussel Tel.: (02)507.73.11

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 11 december 2015

PERSBERICHT Brussel, 11 december 2015 PERSBERICHT Brussel, 11 december 2015 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - november 2015 De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex stijgt in november naar 1,4%, ten

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016

PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016 PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - november 2016 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex bedraagt in november 1,7% ten

Nadere informatie