Sanctiestrategie Kwalibo. Datum 30 november 2010 Status Definitief

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Sanctiestrategie Kwalibo. Datum 30 november 2010 Status Definitief"

Transcriptie

1 Datum 30 november 2010 Status Definitief

2 Colofon VROM-Inspectie Directie Uitvoering Programma Bodem en Afval nationaal Rijnstraat 8 Postbus BD Den Haag Inspectie Verkeer en Waterstaat / Waterbeheer Noorderwagenplein 6 Postbus AB Lelystad Deze publicatie is te downloaden via en Publicatienummer: VI Pagina 2 van 79

3 Inhoud 1 Inleiding Doelstellingen Uitgangspunten Reikwijdte en afstemming Leeswijzer en disclaimer 5 2 Wettelijk kader 6 3 Bevoegdheid tot handhaving Bestuursrechtelijke handhaving Strafrechtelijke handhaving Privaatrechtelijk instrumentarium 10 4 Interventiestrategie Stap 1: Totaalscore voor omstandigheden en gedrag Stap 2: Interventietabel Toelichting interventietabel Hoogte dwangsombedragen Afwijkingen van interventietabel Schorsen/intrekken Zienswijze Informatie-uitwisseling Afstemming inzet interventiemiddelen 24 Bijlage 1: Definities 26 Bijlage 2: Beschrijving wettelijk kader 30 Bijlage 3: Beschrijving bevoegdheden tot bestuursrechtelijke handhaving 39 Bijlage 4: Beschrijving interventiemiddelen 44 Bijlage 5: Standaardbrieven en -beschikkingen 58 Pagina 3 van 79

4 1 Inleiding Deze Sanctiestrategie Bodem beschrijft de werkwijze van de VROM-Inspectie (VI) en de Inspectie Verkeer en Waterstaat (IVW) ten aanzien van hun taak om hoofdstuk 2 van het Besluit bodemkwaliteit (Kwalibo) te handhaven. 1.1 Doelstellingen Deze sanctiestrategie heeft de volgende doelstellingen: Bieden van een richtlijn voor het optreden na constatering van overtredingen van verplichtingen die bij of krachtens hoofdstuk 2 van het Bbk zijn gesteld. Bevorderen van de uniformiteit en eenduidigheid bij het handhaven. 1.2 Uitgangspunten Aan deze sanctiestrategie liggen de volgende uitgangspunten ten grondslag: De handhaving van het Bbk is van wezenlijk belang voor de geloofwaardigheid van de Ministeries van VROM en VenW (inmiddels samengevoegd tot het ministerie van Infrastructuur en Milieu) en van de regels die zij hebben gesteld. Handhaving vormt een essentieel onderdeel van succesvol beleid. De inspecties staan een eenduidige en uniforme handhaving voor die is gericht op het zo volledig mogelijk naleven van de regels die bij of krachtens hoofdstuk 2 van het Bbk zijn gesteld. Handhaving geschiedt zoveel mogelijk gestandaardiseerd. De VI en de IVW volgen in beginsel deze sanctiestrategie. Dit komt de efficiëntie, duidelijkheid, transparantie en voorspelbaarheid van het optreden ten goede en het bevordert de gelijke behandeling. Toch moet altijd rekening worden gehouden met specifieke omstandigheden. Afwijken van de standaard werkwijze is mogelijk als de situatie daartoe noopt. Dit moet uiteraard wel goed worden gemotiveerd. Daar waar het de strafrechtelijke aanpak betreft, stemmen de inspecties afwijkingen af met het Openbaar Ministerie (OM). De wijze waarop de VI en de IVW reageren op een regelovertreding is afgestemd op de aard en ernst van de overtreding. Wanneer deze bekend zijn spelen ook de houding en beweegredenen (instelling en goede wil) van de regelovertreder een rol. Bestuursrechtelijke handhaving en strafrechtelijke handhaving zijn complementair. Doel van handhaving is om overtredingen ongedaan te maken, strijdige situaties op te heffen of de overtreder te straffen. Afhankelijk van de situatie wordt het bestuursrecht, het strafrecht of een combinatie van beide ingezet. De effectiviteit van het in te zetten handhavingsinstrument is daarbij het uitgangspunt. Met het toepassen van de sanctiestrategie wordt beoogd om naleving van de regelgeving te bevorderen en beleidsdoelstellingen te realiseren. Handhaving wordt daarbij niet gezien als doel maar uitsluitend als middel. Conform het landelijke gedoogbeleid wordt alleen van bestuursrechtelijke handhaving afgezien in tijdelijke overgangs- of overmachtsituaties, wanneer het doel beter gediend is met gedogen of een ander zwaarwegend belang gedogen rechtvaardigt. In verband met de geloofwaardigheid van de overheid handhaven de VI en de IVW andere overheden en eigen diensten op dezelfde wijze als private bedrijven en personen. Bij overtredingen begaan door Rijkswaterstaat zelf, treedt de IVW op middels een ambtelijk/bestuurlijk opschaalmodel. Tegen overtredingen begaan door derden die in opdracht van Rijkswaterstaat werken uitvoeren, worden de gangbare handhavingsinstrumenten ingezet. In de sanctiestrategie worden de ervaringen verwerkt die zijn opgedaan met de sanctiestrategie uit Dat betekent in de sanctiestrategie opnemen van duidelijke definities van gehanteerde begrippen, duidelijker aangeven welke reactie volgt op een geconstateerde overtreding (welke zaken zijn belangrijk genoeg om handhavend tegen op te treden), beschrijving van bevoegdheden, aandacht voor de strafrechtelijke aanpak en informatieuitwisseling met certificeringsinstellingen en de Raad voor Accreditatie, beschrijving wettelijk pagina 4 van 79

5 kader (inclusief normdocumenten), opnemen richtlijnen voor het bepalen van de hoogte van op te leggen dwangsommen en standaardbrieven en beschikkingen. 1.3 Reikwijdte en afstemming De sanctiestrategie heeft alleen betrekking op de inzet van een interventiemiddel na een geconstateerde overtreding van een wettelijke verplichting die bij of krachtens hoofdstuk 2 van het Bbk is gesteld. Het stuk gaat dus niet over de handhaving van andere hoofdstukken van het Bbk en gaat ook niet over de fase die aan de inzet van een interventiemiddel voorafgaat, te weten de validatie van bodemsignalen en toezicht/controle door inspectiemedewerkers. Omdat de VI en de IVW voor de handhaving van het Bbk samenwerken met hun handhavingspartners is deze sanctiestrategie afgestemd met het Functioneel Parket van het Openbaar Ministerie en is een conceptversie voorgelegd aan de VNG, het IPO, de Unie van Waterschappen, Rijkswaterstaat en een aantal vertegenwoordigers van het bedrijfsleven. 1.4 Leeswijzer en disclaimer De sanctiestrategie bestaat uit 4 hoofdstukken en 5 bijlagen. Hoofdstuk 2 bevat een verkorte weergave van het wettelijk kader. In hoofdstuk 3 zijn de handhavingsbevoegdheden op hoofdlijnen beschreven. In hoofdstuk 4 komt de interventiestrategie aan de orde. Bijlage 1 bevat een lijst met definities van begrippen die in de sanctiestrategie worden gebruikt. In bijlage 2 is een uitgebreide beschrijving opgenomen van het wettelijk kader. Een beschrijving van de bevoegdheden tot bestuursrechtelijke handhaving is opgenomen in bijlage 3. Bijlage 4 bevat een juridische beschrijving van de interventiemiddelen. Standaardbrieven en beschikkingen zijn opgenomen in bijlage 5. De sanctiestrategie is bedoeld als richtlijn, de verstrekte informatie is beperkt en biedt geen complete weergave van de wet- en regelgeving voor bodemintermediairs. In specifieke gevallen kunnen uitzonderingen of aanvullende regels van toepassing zijn die in het kader van deze sanctiestrategie niet aan de orde komen. Er kunnen aan de sanctiestrategie geen rechten worden ontleend. pagina 5 van 79

6 2 Wettelijk kader Dit hoofdstuk bevat een verkorte weergave van de wet- en regelgeving waarop deze sanctiestrategie betrekking heeft. Een uitgebreidere beschrijving is opgenomen in bijlage 2. Hoofdstuk 2 van het Bbk (de Kwalibo-regeling) bevat verplichtingen voor degenen die handelingen verrichten op of in de (water)bodem en met grond of baggerspecie. De volgende normadressaten kunnen worden onderscheiden: bodemintermediairs certificeringsinstellingen (CI s) Raad voor Accreditatie bestuursorganen opdrachtgevers/eigenaren Sommige verplichtingen gelden voor iedereen. De tabel hieronder bevat een overzicht met de wettelijke voorschriften en degenen die deze verplichtingen moeten naleven (de normadressaten). Wettelijk voorschrift Artikel 15, eerste lid Besluit bodemkwaliteit: Erkenning verplicht voor werkzaamheden die bij ministeriële regeling zijn aangewezen. Artikel 15, tweede lid Besluit bodemkwaliteit: Natuurlijke personen die monsterneming bij partijkeuringen, veldwerk of milieukundige begeleiding uitvoeren moeten op erkenning zijn geregistreerd. Artikel 16 Besluit bodemkwaliteit: Het is verboden een resultaat van een werkzaamheid te gebruiken dat geen betrouwbaar beeld verschaft. Artikel 17 Besluit bodemkwaliteit: Uitvoerder moet onafhankelijk zijn van opdrachtgever. Artikel 18 Besluit bodemkwaliteit: Het handelen in strijd met normdocument is verboden. Normdocumenten bevatten: voorschriften met een puur administratief of procedureel karakter; voorschriften waarbij de niet naleving (nadelige) invloed kan hebben op het milieu, de veiligheid, de gezondheid of het resultaat van de werkzaamheid (kritische afwijking); voorschriften waarbij de niet naleving de controlemogelijkheden kan beïnvloeden van de overheid of certificeringsinstellingen/raad voor Accreditatie. Artikel 19 Besluit bodemkwaliteit. Een uitgesproken faillissement of surseance van betaling moet worden gemeld aan Bodem+. Artikel 20 Besluit bodemkwaliteit: Een schorsing of intrekking certificaat/accreditatie moet worden gemeld aan Bodem+. Artikel 21 Besluit bodemkwaliteit: Aanvraag moet buiten behandeling worden gelaten. Artikel 22 Besluit bodemkwaliteit: Het is verboden om aan een bestuursorgaan gegevens te verstrekken van niet erkende intermediair. Normadressaat Bodemintermediair en CI Bodemintermediair en CI Iedereen Bodemintermediair en CI Bodemintermediair en CI Bodemintermediair en CI CI en RvA Bestuursorgaan Iedereen pagina 6 van 79

7 3 Bevoegdheid tot handhaving De bevoegdheid om hoofdstuk 2 van het Bbk te handhaven is neergelegd bij verschillende organisaties. Dit hoofdstuk beschrijft welke organisaties bevoegd zijn tot handhaving. Daarbij maken we onderscheid tussen bestuursrechtelijke en strafrechtelijke handhaving en het gebruik maken van het privaatrechtelijke instrumentarium. Bijlage 3 bevat een uitgebreidere beschrijving van de bestuursrechtelijke bevoegdheden. 3.1 Bestuursrechtelijke handhaving De tabel hieronder geeft weer welke wettelijke interventiemiddelen kunnen worden toegepast en wie het bevoegd gezag is. Buiten het toepassen van de in de tabel weergegeven middelen is het ook mogelijk om een waarschuwingsbrief te versturen naar de overtreder. Wettelijk voorschrift Interventiemiddel Bevoegd gezag Artikel 11 Besluit bodemkwaliteit: geheel of gedeeltelijk weigeren van een erkenning. Besluit waarmee erkenning geheel of gedeeltelijk wordt geweigerd Bodem+ Artikel 15, eerste lid Besluit bodemkwaliteit: Erkenning verplicht voor werkzaamheden die bij ministeriële regeling zijn aangewezen. Dwangsom / bestuursdwang (opleggen aan intermediair) VI en IVW BG Wbb* Artikel 15, tweede lid Besluit bodemkwaliteit: Natuurlijke personen die monsterneming bij partijkeuringen, veldwerk of milieukundige begeleiding uitvoeren moeten op erkenning zijn geregistreerd. Artikel 16 Besluit bodemkwaliteit: Het is verboden een resultaat van een werkzaamheid te gebruiken dat geen betrouwbaar beeld verschaft. Artikel 17 Besluit bodemkwaliteit: Uitvoerder moet onafhankelijk zijn van opdrachtgever. Artikel 18 Besluit bodemkwaliteit: Het handelen in strijd met normdocument is verboden. Normdocumenten bevatten: voorschriften met een puur administratief of procedureel karakter; voorschriften waarbij de niet naleving (nadelige) invloed kan hebben op het milieu, de veiligheid, de gezondheid of het resultaat van de werkzaamheid (kritische afwijking); voorschriften waarbij de niet naleving de controlemogelijkheden kan beïnvloeden van de overheid of certificeringsinstellingen/rva. Erkenning schorsen of intrekken Dwangsom / bestuursdwang (opleggen aan intermediair) Dwangsom / bestuursdwang (opleggen aan intermediair) Erkenning schorsen of intrekken Dwangsom / bestuursdwang (opleggen aan intermediair) Erkenning schorsen of intrekken Dwangsom / bestuursdwang (opleggen aan intermediair) Erkenning schorsen of intrekken VI en IVW VI en IVW BG Wbb* VI en IVW VI en IVW VI en IVW Artikel 19 Besluit bodemkwaliteit: Een uitgesproken faillissement of surseance van betaling moet worden gemeld aan Bodem+. Artikel 20 Besluit bodemkwaliteit: Een schorsing of intrekking certificaat/accreditatie moet worden gemeld Erkenning intrekken Erkenning van de intermediair schorsen of intrekken Bodem+ VI of IVW VI of IVW pagina 7 van 79

8 Wettelijk voorschrift Interventiemiddel Bevoegd gezag aan Bodem+. Dwangsom opleggen aan certificeringsinstelling of RvA Artikel 21 Besluit bodemkwaliteit: Aanvraag moet buiten behandeling worden gelaten. Artikel 22 Besluit bodemkwaliteit: Het is verboden om aan een bestuursorgaan gegevens te verstrekken van niet erkende intermediair. Dwangsom (opleggen aan bestuursorgaan) Dwangsom (opleggen aan degene die de gegevens heeft verstrekt) VI of IVW VI of IVW * Het bevoegd gezag Wbb is voor BUS-saneringen bevoegd om de erkennings- en vermeldingsverplichting te handhaven (o.g.v. artikel 2.2 en 2.3 van de Regeling uniforme saneringen). Voor reguliere Wbb-saneringen is het bevoegd gezag Wbb alleen bevoegd om deze verplichtingen te handhaven indien dat is opgenomen in de saneringsbeschikking. Overigens is het feit dat in het Besluit bodemkwaliteit al de erkennings- en vermeldingsverplichting is opgenomen geen beletsel om dit ook in de saneringsbeschikking op te nemen. Deze beschikking richt zich namelijk, in tegenstelling tot hoofdstuk 2 van het Besluit bodemkwaliteit, primair tot de saneerder (initiatiefnemer/eigenaar). De verplichting in deze beschikking houdt dan in dat hij alleen opdracht moet verlenen aan erkende bedrijven. Dit is een aanvulling op hoofdstuk 2 van het Besluit bodemkwaliteit dat zich namelijk primair richt tot de bodemintermediairs. Verdeling verantwoordelijkheden bevoegde bestuursorganen In het besluit bodemkwaliteit is aangegeven wie bevoegd gezag is en wie belast is met de bestuursrechtelijke handhaving van bepaalde onderdelen. De bevoegdhedenverdeling is in de nota van toelichting bij dat besluit als volgt schematisch weergegeven: Producent Transporteur Leverancier Transporteur Aannemer Opdrachtgever OP OF IN DE BODEM Bevoegd bezag en bestuursrechtelijke handhaving: VROM-Inspectie Bevoegd gezag: Lokaal bevoegd gezag (meestal gemeente) Bestuursrechtelijke handhaving: VROM-Inspectie Bevoegd gezag en bestuursrechtelijke handhaving: Lokaal bevoegd gezag (meestal gemeente) IN BODEM OF OEVER VAN EEN OPPERVLAKTEWATERLICHAAM Bevoegd gezag en bestuursrechtelijke handhaving: Inspectie Verkeer en Waterstaat Bevoegd gezag en bestuursrechtelijke handhaving: Lokaal bevoegd gezag (beheerder o.g.v. Waterwet) In de nota van toelichting is aangegeven dat omwille van de leesbaarheid dit schema vereenvoudigd is en daarom gebruik maakt van de begrippen opdrachtgever en aannemer. Degene die zelf bouwstoffen, grond of baggerspecie toepast is in deze beschrijving gelijk gesteld met de opdrachtgever. Interventiemiddelen en bevoegd gezag overige wettelijke verplichtingen pagina 8 van 79

9 Naast de hiervoor genoemde wettelijke verplichtingen zijn er nog andere verplichtingen die weliswaar buiten de reikwijdte van deze sanctiestrategie vallen maar daarvoor wel van belang zijn. Deze zijn in de tabel hieronder weergegeven. Wettelijk voorschrift Interventiemiddel Bevoegd gezag Artikel 1.5, 2.2 en 2.3 Regeling uniforme saneringen: Dwangsom / bestuursdwang BG Wbb alleen erkende bedrijven mogen veldwerk uitvoeren en (uniforme) bodemsaneringen uitvoeren en milieukundig begeleiden. De personen die het (opleggen aan eigenaar/saneerder) veldwerk en de milieukundige begeleiding feitelijk Dwangsom / bestuursdwang BG Wbb uitvoeren moeten zijn vermeld op de erkenning. (opleggen aan intermediair) en VI Artikel 39, tweede lid, Wet bodembescherming i.c.m. de saneringsbeschikking en artikel 39a Wet bodembescherming: degene die een bodemsanering feitelijk uitvoert (de aannemer) moet beschikken over een erkenning. Dwangsom / bestuursdwang (opleggen aan eigenaar/saneerder) Dwangsom / bestuursdwang (opleggen aan intermediair) BG Wbb BG Wbb en VI Artikel 39, tweede lid, Wet bodembescherming i.c.m. de saneringsbeschikking: de milieukundig begeleider moet beschikken over een erkenning. Diverse artikelen van de Regeling algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenregeling) waaruit volgt dat bodemonderzoeken en het keuren en installeren/aanleggen van bodembeschermende voorzieningen en ondergrondse tanks moeten plaatsvinden door erkende bedrijven. Dwangsom / bestuursdwang (opleggen aan eigenaar/saneerder) Dwangsom / bestuursdwang (opleggen aan intermediair) Dwangsom / bestuursdwang (opleggen aan eigenaar) Dwangsom / bestuursdwang (opleggen aan intermediair) BG Wbb VI BG Wm VI De krachtens de artikelen 6.2, eerste lid, onder b, 6.6 en 6.7 van de Waterwet gestelde regels. Dwangsom / bestuursdwang opleggen aan degene die stoffen brengt in een oppervlaktewaterlichaam Beheerder Waterwet 3.2 Strafrechtelijke handhaving Strafrechtelijke handhaving van het Bbk geschiedt bij milieuzaken op basis van de Wet op de economische delicten (WED) en/of artikel 225 van het Wetboek van strafrecht (Valsheid in geschrift). Overtredingen van hoofdstuk 2 van het Bbk zijn als economisch delict aangewezen in artikel 1a, onder 2 van de WED. Dat betekent dat er sprake is van een misdrijf wanneer deze delicten opzettelijk zijn begaan (er kan een maximale gevangenisstraf worden opgelegd van twee jaren, een taakstraf of een geldboete van de vierde categorie ( ,-)). Is er geen sprake van opzet dan wordt het delict aangemerkt als een overtreding (maximale straf is hechtenis van zes maanden, taakstraf of een geldboete van de vierde categorie (zie artikel 2, eerste lid en 6, eerste lid, WED). Met het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar Inspectoraat-Generaal VROM 2007 heeft de Minister van Justitie toezichthoudende ambtenaren van het IG-VROM aangewezen als buitengewoon opsporingsambtenaar (BOA). Het gaat dan om de toezichthouders die de BOA opleiding hebben voltooid. Ook toezichthouders die alleen technische processen-verbaal opmaken waarbij geen verklaringen van verdachten of getuigen behoeven te worden opgenomen zijn BOA. De medewerkers van de VROM Inlichtingen- en Opsporingsdienst (IOD) zijn aangewezen als pagina 9 van 79

10 algemeen opsporingsambtenaar en zijn bevoegd voor alle wetten en in heel Nederland, voor zover het gaat om de opsporing van strafbare feiten op het beleidsterrein van VROM (Artikel 141 Wetboek van Strafvordering jo artikel 2 van de Wet op de bijzondere opsporingsdiensten). De medewerkers van de IVW zijn niet als opsporingsambtenaar aangewezen voor de opsporing van overtredingen van de wetgeving waarop deze sanctiestrategie betrekking heeft. 3.3 Privaatrechtelijk instrumentarium Certificatie en accreditatie zijn vormen van particuliere dienstverlening die worden beheerst door privaatrechtelijke overeenkomsten. Certificatie en accreditatie richten zich op processen of personen 1. Certificatie- en accreditatierichtlijnen (beoordelingsrichtlijnen, protocollen etc.) omschrijven de gewenste kwaliteit van werkzaamheden van bodemintermediairs. Certificeringsinstellingen en de Raad voor Accreditatie zien erop toe dat de certificatie- en accreditatiehouders aan deze richtlijnen voldoen. Met product- en procescertificatie wordt de minimale kwaliteit, zoals vastgelegd in de beoordelingsrichtlijn, van een product of werkzaamheid (proces) geborgd door de certificaathouder, zodat fouten worden voorkomen. Hierop vindt periodiek toezicht plaats door een certificatie-instelling. De handelwijze na geconstateerde afwijkingen is geregeld in de normdocumenten. Certificeringsinstellingen en de Raad voor Accreditatie zijn uiteraard alleen bevoegd om certificaten en accreditaties in te trekken of te schorsen van bodemintermediairs waarmee zij een overeenkomst hebben gesloten. Tot slot wordt hier vermeld dat ook de beheerders van logo s, zoals de SIKB, de verplichtingen omtrent het gebruik van logo s handhaven. Ook dit kan worden gezien als een vorm van privaatrechtelijke handhaving. 1 Daarnaast is er nog de systeem- en productcertificatie. pagina 10 van 79

11 4 Interventiestrategie Dit hoofdstuk beschrijft op welke wijze de VI en de IVW bepalen welk interventiemiddel wordt toegepast na constatering van een overtreding. Welk interventiemiddel wordt toegepast is afhankelijk van de omstandigheden waaronder de overtreding heeft plaatsgevonden, het gedrag van de overtreder en het wettelijk voorschrift dat is overtreden. Het toe te passen interventiemiddel vloeit voort uit het doorlopen van twee stappen: 1. Bepalen van de totaalscore voor omstandigheden en gedrag (paragraaf 4.1). 2. Raadplegen van de interventietabel (paragraaf 4.2). Paragraaf 4.3 bevat een toelichting op de interventietabel. Een beschrijving van de verschillende interventiemiddelen en de juridische aspecten die daarmee samenhangen is opgenomen in bijlage Stap 1: Totaalscore voor omstandigheden en gedrag In deze stap stelt u per overtreding de totaalscore vast. De omstandigheden waaronder de overtreding is gepleegd en het gedrag van de overtreder worden gescoord en gewogen. Er zijn twee verschillende soorten van scores mogelijk. Voor de eerste geldt hoe hoger de score hoe zwaarder de overtreding (verzwarende omstandigheden en gedrag). Voor de tweede geldt hoe hoger de score hoe lichter de overtreding (verzachtende omstandigheden en gedrag). Scores Scores worden als volgt toegekend: Score Wanneer 0 Een omstandigheid/gedrag doet zich niet voor of is niet aangetoond (bewezen)* 1 Een omstandigheid/gedrag doet zich aantoonbaar (bewezen) in beperkte mate voor** 2 Een omstandigheid/gedrag doet zich volledig voor en is aangetoond (bewezen)*** Toelichting * Als uit de feiten en het onderzoek niet onomstotelijk is vast komen te staan dat een omstandigheid of gedrag van de overtreder zich heeft voorgedaan, moet in de tabel bij de score een 0 worden ingevuld. Voorbeelden: Fraude (bijvoorbeeld vervalsing van een document of het achterwege laten van informatie) is niet aan de orde: vul een 0 in bij Fraudeaspecten zijn aan de orde bij de overtreding. De toezichthouders van de VI doen overigens geen diepgaand onderzoek naar fraude. Wel maken zij bij vermoeden van fraude een procesverbaal op. Diepgaand onderzoek naar fraude is een taak voor opsporingsambtenaren, bijvoorbeeld van de VROM-IOD. De overtreder is niet onverschillig m.b.t. de gevolgen van de overtreding, hij heeft bijvoorbeeld direct maatregelen getroffen om herhaling te voorkomen: vul een 0 in bij De overtreder heeft een moet kunnen houding en de gevolgen laten hem onverschillig en neemt hij op de koop toe. ** Een score van 1 kan alleen worden ingevuld bij de punten 1, 3, 4 en 7 van het onderdeel verzwarende omstandigheden en gedrag en punt 1 van het onderdeel verzachtende omstandigheden en gedrag. Ook hiervoor geldt dat de aanwezigheid van deze omstandigheden/gedrag uit de vastgestelde feiten moet blijken. Er moet dus voldoende bewijs voor zijn. pagina 11 van 79

12 Voorbeelden: Door een verkeerde bemonstering is een beperkte verontreiniging in de bodem van een industrieterrein achtergebleven: vul een 1 in bij punt 3 van het onderdeel verzwarende omstandigheden en gedrag. Door de overtreding is een terrein iets minder waard geworden: vul een 1 in bij punt 7 van het onderdeel verzwarende omstandigheden en gedrag. *** Als uit de feiten en het onderzoek onomstotelijk is vast komen te staan dat een omstandigheid of gedrag van de overtreder zich heeft voorgedaan, moet in de tabel bij de score een 2 worden ingevuld. Voorbeelden: Uit het onderzoek blijkt dat de overtreder een document heeft vervalst: vul een 2 in bij Fraudeaspecten zijn aan de orde bij de overtreding. In het onderzoek is vastgesteld dat 20m 3 grond is verzet: vul een 2 in bij punt 4 van het onderdeel verzachtende omstandigheden en gedrag. Wegingsfactoren In de wegingsfactoren komt tot uitdrukking welke belangen de VI en de IVW toekennen aan de verschillende omstandigheden waaronder de overtredingen hebben plaatsgevonden en het gedrag van de overtreder. Eindscore De score maal de wegingsfactor bepaalt de eindscore. De resultaten worden opgenomen in de tabel volgens het model dat hieronder is opgenomen. Deze tabel wordt ingevuld per overtreding. Per overtreding wordt namelijk het interventiemiddel vastgesteld. pagina 12 van 79

13 Verzwarende omstandigheden en gedrag Score Wegingsfactor Eindscore 1 Fraudeaspecten zijn aan de orde bij de overtreding (vervalsen 0, 1 9* 0, 9 of 18 certificaten, analysestaten, rapporten etc. of het opzettelijk achterwege laten van informatie). of 2 2 Er is sprake van recidive. Dat wil zeggen: de overtreding van hetzelfde artikel van het Bbk of hetzelfde voorschrift in het normdocument is in de drie jaren voorafgaande aan de overtreding al eerder geconstateerd en de intermediair draagt kennis van de overtreding (die kennis kan blijken uit een eerdere correctie door een certificeringsinstelling of de Raad voor Accreditatie, een eerder toegepast interventiemiddel door de VI, de IVW of het bevoegde gezag Wbb/Wm of een mededeling, blijkende uit een toezichtsverslag, van een toezichthouder in het veld). 0 of of 8 3 De overtreding heeft geleid (wegingsfactor = 4) of kan zonder nader te treffen maatregelen leiden tot (wegingsfactor = 2) één of meer van de volgende situaties 2 : verslechtering van de bodemkwaliteit, het ten onrechte in stand houden van een slechte bodemkwaliteit (niet volledig gesaneerd) of vermenging van grondstromen met verschillende kwaliteit, of verslechtering van de kwaliteit van een oppervlaktewaterlichaam, of een illegale lozing in de bodem, het riool of op het oppervlaktewaterlichaam, of het in strijd met de regelgeving vervoeren, afgeven, reinigen, verwerken, opslaan of storten van bouwstoffen, grond, baggerspecie of afvalstoffen, of het aanleggen, installeren of in stand houden van voorzieningen, tanks of installaties waarvan de goede bodembeschermende werking niet (meer) is verzekerd. (Wanneer zich twee of meer situaties voordoen wordt de score in de eerste kolom verdubbeld. De eindscore is maximaal 8.) 4 De overtreding kan de gezondheid schaden van omwonenden of toezichthouders. 5 De overtreder heeft een moet kunnen houding, de gevolgen laten hem onverschillig en neemt hij op de koop toe. 6 De overtreding heeft geleid tot een onjuist beeld of onjuiste besluitvorming door het bevoegde gezag. 7 De overtreding heeft geleid tot financiële schade voor de overheid of heeft belangen van derden (omwonenden, concurrerende bedrijven) geschaad. 8 Door de overtreding zijn de controle- of handhavingsmogelijkheden nadelig beïnvloed. Subtotaal 0, 1 of 2 2 of 4 0, 2, 4 of 8 0, 1 4 0, 4 of 8 of 2 0 of of 4 0 of of 4 0, 1 of 2 1 0, 1 of 2 0 of of 2 A 2 Voorbeeld. Als uit handhavingsonderzoek alleen blijkt dat een saneringsonderzoek slecht is uitgevoerd dan kan dit hebben geleid tot het ten onrechte in stand houden van een slechte bodemkwaliteit (niet volledig gesaneerd). In dat geval is de wegingsfactor dus een 2. Als echter het handhavingsonderzoek aantoont dat vanwege het slecht uitgevoerde bodemonderzoek de sanering onvolledig is geweest dan is de wegingsfactor 4. pagina 13 van 79

14 Verzachtende omstandigheden en gedrag Score Wegingsfactor Eindscore 1 De overheid heeft een actieve rol gespeeld en is daardoor 0, 1 2 0, 2 of 4 medeverantwoordelijk voor het ontstaan van de overtredingen. of 2 2 Het bevoegd gezag, de certificeringsinstelling of de Raad voor Accreditatie heeft al handhavend opgetreden tegen de intermediair. Bij handhavend optreden gaat het om een daadwerkelijk opgelegde sanctie. Een waarschuwing van het bevoegd gezag of een verklaring van nonconformiteit van een certificeringsinstelling is dus niet voldoende. 0 of of 6 3 De overtreder heeft direct, nadat hij kennis droeg van de niet opzettelijk begane overtreding**, maatregelen getroffen om gevolgen te beperken of ongedaan te maken of om herhaling te voorkomen. Als de overtreding een (eenmalig) incident betrof dan is de score 2. Als de overtreding vaker heeft plaatsgevonden dan is de score 1. 4 Er is sprake van werkzaamheden met een geringe omvang (grondverzet van minder dan 25m 3 ). 0, 1 of 2 4 0, 4 of 8 0 of of 4 Subtotaal B Totaalscore A B * Wanneer fraude aan de orde is zal altijd proces-verbaal worden opgemaakt. ** Onder opzettelijk handelen wordt verstaan het willens en wetens handelen. Hieronder valt ook het handelen waarbij de gevolgen op de koop toe worden genomen. Zoals hiervoor al aangegeven wordt per overtreding de totaalscore bepaald. De totaalscore wordt vermeerderd met 4 punten wanneer aantoonbaar is gebleken dat de overtreder meerdere overtredingen heeft begaan (er is sprake van cumulatie). Na het vaststellen van de totaalscore kan met behulp van de interventietabel in de volgende paragraaf worden bepaald welk(e) interventiemiddel(len) word(t)(en) ingezet. pagina 14 van 79

15 4.2 Stap 2: Interventietabel De tabel kan pas worden gebruikt na het bepalen van de totaalscore in stap 1 (paragraaf 4.1). Wettelijk voorschrift Overtreder Situatie Totaalscore Interventiemiddel Bestuursrechtelijk Strafrechtelijk Artikel 15, eerste lid Besluit bodemkwaliteit: Erkenning verplicht voor werkzaamheden die bij ministeriële regeling zijn aangewezen Intermediair Tijdens uitvoering werkzaamheid wordt geconstateerd dat uitvoerder niet beschikt over erkenning n.v.t. Last onder bestuursdwang zonder voorafgaande last (stillegging werkzaamheden) PV Artikel 15, tweede lid Besluit bodemkwaliteit: Natuurlijke personen die monsterneming bij partijkeuringen, veldwerk of milieukundige begeleiding uitvoeren moeten op erkenning zijn geregistreerd Intermediair Na uitvoering wordt geconstateerd dat uitvoerder niet beschikte over erkenning Tijdens uitvoering werkzaamheid wordt geconstateerd dat persoon niet staat vermeld op erkenning Na uitvoering wordt geconstateerd dat persoon niet stond vermeld op erkenning 0-16 Last onder dwangsom: ,- voor iedere keer dat een werkzaamheid wordt uitgevoerd zonder daartoe verleende erkenning met een maximum van , (Gedeeltelijke) schorsing voor ten hoogste 3 mnd of (gedeeltelijke) intrekking (Dit is alleen aan de orde als de intermediair voor een ander normdocument wel beschikt over een erkenning) n.v.t. Last onder bestuursdwang zonder voorafgaande last (stillegging werkzaamheden) 0-16 Last onder dwangsom: 5.000,- voor iedere keer dat een werkzaamheid wordt uitgevoerd zonder daartoe verleende erkenning met een maximum van PV PV PV PV pagina 15 van 79

16 Wettelijk voorschrift Overtreder Situatie Totaalscore Interventiemiddel Bestuursrechtelijk Strafrechtelijk , (Gedeeltelijke) schorsing PV voor ten hoogste 3 mnd of (gedeeltelijke) intrekking Artikel 16 Besluit bodemkwaliteit: Het Particulier 3 Resultaat gebruiken n.v.t. Geen Geen is verboden een resultaat van een Bedrijf 4 Idem 0-11 Waarschuwingsbrief Geen werkzaamheid te gebruiken dat geen Last onder dwangsom: Geen betrouwbaar beeld verschaft 7500,- voor iedere keer dat dit artikel wordt overtreden met een maximum van ,- Last onder bestuursdwang bij (dreigend) gevaar voor het milieu, de veiligheid of de gezondheid 17 - (Gedeeltelijke) schorsing voor ten hoogste 3 mnd of (gedeeltelijke) intrekking PV Artikel 17 Besluit bodemkwaliteit: Uitvoerder moet onafhankelijk zijn van opdrachtgever Intermediair of certificeringsinstelling Geen functiescheiding in acht genomen 0-11 Waarschuwingsbrief Geen Last onder dwangsom: Geen 5000,- voor iedere keer dat dit artikel wordt overtreden met een maximum van ,- Last onder bestuursdwang bij (dreigend) gevaar voor het milieu, de veiligheid of de gezondheid (Gedeeltelijke) schorsing voor ten hoogste 3 mnd of PV 3 Een particulier is een natuurlijke persoon die zijn activiteiten niet in de uitoefening van beroep of bedrijf uitvoert. De VI en IVW treden in principe niet handhavend op tegen particulieren. 4 Artikel 16 kan ook worden overtreden door een opdrachtgever. Als deze opdrachtgever een bedrijf is zullen de VI en de IVW ook tegen deze opdrachtgever handhavend optreden. pagina 16 van 79

17 Wettelijk voorschrift Overtreder Situatie Totaalscore Interventiemiddel Bestuursrechtelijk Strafrechtelijk (gedeeltelijke) intrekking Artikel 18 Besluit bodemkwaliteit: Het handelen in strijd met normdocument is verboden. Voorschriften met een puur administratief of procedureel karakter Intermediair of certificeringsinstelling Niet naleven normdocument n.v.t. Geen, wel eventueel richting CI of RvA (heeft wellicht normdocument niet nageleefd) Geen Voorschriften waarbij de niet naleving (nadelige) invloed kan hebben op het milieu, de veiligheid, de gezondheid of het resultaat van de werkzaamheid (kritische afwijking) Voorschriften waarbij de niet naleving de controlemogelijkheden kan beïnvloeden van de overheid of certificeringsinstellingen/raad voor Accreditatie Intermediair of certificeringsinstelling Intermediair of certificeringsinstelling Idem 0-11 Waarschuwingsbrief Geen Last onder dwangsom: Geen 7500,- voor iedere keer dat dit voorschrift wordt overtreden met een maximum van ,- Last onder bestuursdwang bij (dreigend) gevaar voor het milieu, de veiligheid of de gezondheid 17 - (Gedeeltelijke) schorsing voor ten hoogste 3 mnd of (gedeeltelijke) intrekking PV Idem 0-11 Waarschuwingsbrief Geen Last onder dwangsom: Geen 5000,- voor iedere keer dat dit voorschrift wordt overtreden met een maximum van ,- Last onder bestuursdwang bij (dreigend) gevaar voor het milieu, de veiligheid of de gezondheid 17 - (Gedeeltelijke) schorsing PV pagina 17 van 79

18 Wettelijk voorschrift Overtreder Situatie Totaalscore Interventiemiddel Bestuursrechtelijk Strafrechtelijk voor ten hoogste 3 mnd of (gedeeltelijke) intrekking Artikel 19 Besluit bodemkwaliteit. Een uitgesproken faillissement of surseance van betaling moet worden gemeld aan Bodem+ Intermediair of certificeringsinstelling Geen melding gedaan n.v.t. Aan Bodem+ melden dat erkenning moet worden ingetrokken op grond van artikel 23, eerste lid, onder d. Geen Artikel 20 Besluit bodemkwaliteit: Een schorsing of intrekking certificaat/accreditatie moet worden gemeld aan Bodem+ Artikel 21 Besluit bodemkwaliteit: Aanvraag moet buiten behandeling worden gelaten Certificeringsinstelling Idem 0-11 Waarschuwingsbrief Geen Last onder dwangsom: Geen 5000,- voor iedere keer dat dit artikel wordt overtreden met een maximum van ,- Last onder bestuursdwang bij (dreigend) gevaar voor het milieu, de veiligheid of de gezondheid 17 - (Gedeeltelijke) schorsing PV voor ten hoogste 3 mnd of (gedeeltelijke) intrekking Raad voor Accreditatie Idem n.v.t. Gesprek met directeur Geen Bestuursorgaan Aanvraag van bepaalde genoemde beschikkingen niet buiten behandeling gelaten terwijl daarbij gegevens zijn gevoegd van een niet erkende intermediair n.v.t. Gesprek met bestuursorgaan Bij herhaling zal de Minister van VROM geadviseerd worden om een aanwijzing te geven Artikel 22 Besluit bodemkwaliteit: Het Particulier 5 Ter voldoening aan n.v.t. Geen Geen Geen 5 Een particulier is een natuurlijke persoon die zijn activiteiten niet in de uitoefening van beroep of bedrijf uitvoert. De VI en IVW treden in principe niet handhavend op tegen particulieren. pagina 18 van 79

19 Wettelijk voorschrift Overtreder Situatie Totaalscore Interventiemiddel Bestuursrechtelijk Strafrechtelijk is verboden om aan een bestuursorgaan gegevens te verstrekken van niet erkende intermediair wettelijke verplichting zijn gegevens aan bestuursorgaan verstrekt afkomstig van niet erkende intermediair Bedrijf 6 Idem 0-11 Waarschuwingsbrief Geen Last onder dwangsom: Geen 5000,- voor iedere keer dat dit artikel wordt overtreden met een maximum van ,- Last onder bestuursdwang bij (dreigend) gevaar voor het milieu, de veiligheid of de gezondheid 17 - Idem PV Intermediair Idem 0-11 Waarschuwingsbrief Geen Last onder dwangsom: Geen 5000,- voor iedere keer dat dit artikel wordt overtreden met een maximum van ,- Last onder bestuursdwang bij (dreigend) gevaar voor het milieu, de veiligheid of de gezondheid 17 - (Gedeeltelijke) schorsing voor ten hoogste 3 mnd of (gedeeltelijke) intrekking PV 6 Artikel 16 kan ook worden overtreden door een opdrachtgever. Als deze opdrachtgever een bedrijf is zullen de VI en de IVW ook tegen deze opdrachtgever handhavend optreden. pagina 19 van 79

20 pagina 20 van 79

21 4.3 Toelichting interventietabel Hoogte dwangsombedragen De hoogte van de bedragen moet in een redelijke verhouding staan tot de zwaarte van het geschonden belang en tot de beoogde werking van de dwangsom (artikel 5:32b Awb). Daarbij zal rekening kunnen worden gehouden met het financiële voordeel dat de overtreder heeft bij voortzetting of herhaling van de overtreding (zie bijlage 4, par. 4.2). De kosten die zijn gemoeid met de naleving van de erkenningsverplichting (artikel 15 Bbk) zijn in 2005 berekend door VROM (mede op basis van een onderzoek uitgevoerd door PriceWaterhouseCoopers). Deze kosten lopen per bedrijf uiteen van 5000,- tot 8000,- euro per jaar. Het niet naleven van de (erkennings)verplichting levert dan ook voor een bedrijf een financieel voordeel op van tussen de 5000,- en 8000,- euro per jaar. Om van een dwangsom een voldoende prikkel te laten uitgaan zal deze in principe op ,- euro worden gezet voor iedere keer dat een werkzaamheid wordt uitgevoerd zonder erkenning met een maximum van ,- euro. Deze bedragen worden hoger of lager gesteld wanneer het financiële voordeel dat de overtreder heeft behaald duidelijk hoger of lager is. Indien een aannemer zonder erkenning een bodemsanering uitvoert voor een totaalbedrag van 2000,- euro dan ligt een dwangsom van 3000,- euro per overtreding meer voor de hand dan ,- euro per overtreding. Ten aanzien van de overige verplichtingen zijn geen berekeningen bekend. In de interventietabel zijn hiervoor indicatieve bedragen opgenomen. Over het algemeen kunnen deze worden gehanteerd. In specifieke situaties kan daarvan gemotiveerd worden afgeweken. In iedere casus zal in elk geval moeten worden bekeken wat het financiële voordeel voor de overtreder was en of dit voordeel niet teveel afwijkt van het in de tabel genoemde normbedrag Afwijkingen van interventietabel Tegen overtredingen door de Raad voor Accreditatie (= bestuursorgaan) wordt opgetreden via de contactpersoon bij VROM (gesprek met directeur en nadere afspraken maken). Tegen overtredingen van artikel 16 of 22 van het Besluit bodemkwaliteit begaan door particulieren wordt niet opgetreden. Wel zal in die zaken handhavend worden opgetreden tegen de betrokken bodemintermediairs conform de hiervoor beschreven aanpak. Particulieren zijn natuurlijke personen die hun activiteiten niet in de uitoefening van beroep of bedrijf uitvoeren. Er wordt geen sanctie opgelegd wanneer voor de overtreding een rechtvaardigingsgrond bestond (zie artikel 5:5 van de Algemene wet bestuursrecht). Rechtvaardigingsgronden zijn bijvoorbeeld overmacht, handelen ter uitvoering van een wettelijk voorschrift en handelen ter uitvoering van een bevoegd gegeven ambtelijk bevel. Als zich een rechtvaardigingsgrond voordoet, is de gedraging in het concrete geval niet in strijd met het recht en kan er niet worden gehandhaafd. pagina 21 van 79

22 Als zich een van de volgende uitzonderlijke gevallen voordoet wordt in afwijking van de interventietabel geen bestuursrechtelijke sanctie toegepast 7 : o Handhaving zou leiden tot aperte onbillijkheden. Dit kan het geval zijn in overmacht- en overgangsituaties. Bij overmachtsituaties heeft handhaving van de wettelijke regels bijvoorbeeld ongewenste consequenties uit een oogpunt van milieubeheer. Een voorbeeld van overmacht (uit het gezamenlijk beleidskader gedogen) is een geval waarbij toeleveranciers van afval, als gevolg van een tijdelijke storing bij een afvalverwerkingsbedrijf, in de onmogelijkheid verkeren zich te houden aan de maximum duur van opslag die hun bij vergunningvoorschrift is toegestaan. In een overgangssituatie kan gedogen aanvaardbaar zijn, indien de consequenties van o o handhaving niet in een redelijke verhouding staan tot de belangen die met (onmiddellijke) handhaving zouden zijn gediend. Dat kan het geval zijn wanneer er sprake is van een op handen zijnde wijziging van de regelgeving of een normdocument waarmee de gedraging binnen afzienbare tijd niet meer is aan te merken als een overtreding. Het achterliggende belang is evident beter gediend met gedogen. Het belang, dat de norm primair beoogt te beschermen, is doorgaans gediend met een grote mate van naleving en zonodig daartoe strekkende handhaving. Echter in uitzonderingsgevallen, die de wetgever niet heeft voorzien, kan het voorkomen dat dit achterliggende belang evident beter is gediend met (tijdelijk) en al dan niet onder voorwaarden afzien van handhaven. Een zwaarder wegend belang rechtvaardigt gedogen. Volgens de jurisprudentie moet telkens worden bezien of er andere betrokken belangen zijn die zouden zijn gediend bij afzien van handhaving en of deze belangen zwaarder dienen te wegen dan de belangen die met handhaving zijn gediend. Uit de jurisprudentie blijkt echter tevens dat de uitkomst van die belangenafweging er slechts in uitzonderlijke gevallen toe noopt om te gedogen Schorsen/intrekken In alle gevallen waarbij de totaalscore 17 punten of meer bedraagt volgt een gehele of gedeeltelijke schorsing van de erkenning. Deze schorsing wordt voor maximaal 3 maanden opgelegd. De duur van de schorsing is afhankelijk van de termijn die het bedrijf nodig heeft om de nodige herstelmaatregelen te treffen teneinde herhaling van de overtreding(en) te voorkomen. Deze herstelmaatregelen kunnen betrekking hebben op de organisatie, het in te zetten personeel, de apparatuur etc. Wanneer het bedrijf binnen de gestelde schorsingstermijn niet alle vereiste maatregelen heeft getroffen volgt gehele of gedeeltelijke intrekking van de erkenning. Wanneer vast komt te staan dat de noodzakelijke herstelmaatregelen meer dan 3 maanden vergen wordt de erkenning niet geschorst maar (geheel of gedeeltelijk) 7 Deze gevallen zijn gebaseerd op de kabinetsnota Grenzen aan gedogen (Kamerstukken II , nr ), het gezamenlijk beleidskader gedogen dat is neergelegd in een brief van de Ministers van VROM en van V&W (Kamerstukken II , nr ), de brief van 4 december 2003 van de Minister van VROM die mede namens de Minister van V&W en Justitie aan de Tweede Kamer is aangeboden (Kamerstukken II 2003/04, 22343, nr. 82) en jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State inzake de beginselplicht tot handhaving. pagina 22 van 79

23 ingetrokken. Intrekking vindt ook plaats indien het niet aannemelijk is dat de intermediair de noodzakelijke maatregelen treft. In dat geval heeft het namelijk geen zin om het bedrijf nog ruimte te bieden om zelf orde op zaken te stellen. Of de erkenning geheel of gedeeltelijk moet worden geschorst of ingetrokken zal per geval worden bepaald. Een schorsing/intrekking van de gehele erkenning (voor alle werkzaamheden, persoonsvermeldingen en vestigingen) is alleen aan de orde wanneer het voor alle activiteiten van alle vestigingen niet aannemelijk is dat de regels worden nageleefd. Over het algemeen zal een schorsing/intrekking alleen betrekking hebben op een bepaalde vestiging en op een bepaalde werkzaamheid of persoon Zienswijze In de meeste gevallen zal aan de betrokkene zijn zienswijze worden gevraagd (met een voornemen brief) voordat een sanctie wordt opgelegd. De zienswijze kan er toe leiden dat de stappen beschreven in de paragrafen 4.1 en 4.2 opnieuw doorlopen moeten worden. Er zijn dan namelijk meer gegevens bekend waardoor (mogelijk) meer of juist minder scores kunnen worden toegekend. De zienswijze en het opnieuw doorlopen van de stappen kunnen er derhalve toe leiden dat geen of een ander interventiemiddel wordt toegepast. Dezelfde werkwijze wordt toegepast bij de verplichte heroverweging naar aanleiding van een ingediend bezwaarschrift. In spoedeisende situaties zal direct een besluit tot schorsing of intrekking worden genomen zonder dat de betrokken intermediair in de gelegenheid wordt gesteld om eerst zijn zienswijze daarover te geven (zie artikel 4:11 Awb). Van een spoedeisende situatie is sprake wanneer de overtreding(en) qua aard of omvang zeer ernstig is/zijn, zoals meerdere vervalsingen van documenten of certificaten of het structureel niet naleven van een protocol. 4.4 Informatie-uitwisseling De betrokken organisaties (gemeenten, provincies, waterschappen, Bodem+, het Regionaal Milieu Team, het Openbaar Ministerie, certificeringsinstellingen, de Raad voor Accreditatie en de beheerder van het normdocument) krijgen een afschrift van een waarschuwingsbrief, last onder bestuursdwang/dwangsom en een besluit tot schorsing en intrekking van een erkenning. Indien dat voor het uitvoeren van de handhavingstaak nodig is zal bij certificeringsinstellingen en de Raad voor Accreditatie actief informatie worden ingewonnen. Ook bij bodemintermediairs (bijvoorbeeld laboratoria) vindt dat zonodig plaats. Indien deze organisaties niet vrijwillig medewerking verlenen zal de informatie op grond van de Algemene wet bestuursrecht worden gevorderd. In het uiterste geval zal deze vordering met een dwangsombeschikking worden ondersteund 8. Wanneer de geconstateerde overtredingen daartoe aanleiding geven, bijvoorbeeld omdat deze kunnen leiden tot ondergraving van het publiekprivate-systeem, zal de VI of de IVW een klacht indienen bij de desbetreffende certificeringsinstelling. 8 De inspecties zijn in gesprek met de RvA en certificeringsinstellingen om op een juiste manier, met in achtneming van de bevoegdheden en verantwoordelijkheden, afspraken te maken over informatie uitwisseling. In principe zijn certificeringsinstellingen niet zondermeer genegen hun bevindingen over een certificaathouder over te dragen aan de VI of de IVW. pagina 23 van 79

24 4.5 Afstemming inzet interventiemiddelen In sommige gevallen kan er sprake zijn van een overtreding waarbij zowel de VI/IVW als het bevoegd gezag Wbb bevoegd zijn om daartegen handhavend op te treden. Denk bijvoorbeeld aan een overtreding van artikel 15 Bbk (zonder erkenning of vermelding uitvoeren van een bodemsanering). Als er sprake is van zo n overlap in bevoegdheden zal worden bezien waar het zwaartepunt ligt. Bij een geconstateerde overtreding van het BUS, RUS, het saneringsplan of de saneringsbeschikking ligt het primaat bij het bevoegd gezag Wbb. Dat orgaan zal daar dan ook tegen moeten optreden. In deze gevallen, waarbij er vaak ook sprake is van een overtreding van een normdocument, zal de VI of de IVW in beginsel dus niet optreden. Alleen wanneer het bevoegd gezag om wat voor reden dan ook niet optreedt zal de VI/IVW zelf overeenkomstig deze sanctiestrategie handhavend optreden. Uit de kwaliteitseisen voor de milieuhandhaving vloeit voort dat de VI/IVW zijn handhavingsactiviteiten moet afstemmen met het bevoegd gezag Wbb. Voor de hiervoor genoemde gevallen waar er sprake is van overlap in bevoegdheden is dat in elk geval nodig. Al is het maar om te voorkomen dat terzake dezelfde gedraging tweemaal een bestuurlijke sanctie wordt opgelegd (zie ook art. 5:6 Awb dat dit verbiedt). Voordat de VI/IVW een handhavingsbrief of -beschikking stuurt naar de overtreder zal eerst afstemming plaatsvinden met het bevoegd gezag Wbb. Als dat bevoegde gezag ook voornemens is om handhavend op te treden zal in onderling overleg worden bepaald wie wat doet. In daarvoor in aanmerking komende gevallen zou de VI/IVW aan het bevoegde gezag kunnen voorstellen om in hun handhavingsbrief of - beschikking een passage op te nemen dat betrekking heeft op het registreren van de overtreding in Holmes. Overigens zal in alle gevallen in ogenschouw moeten worden genomen dat bodemintermediairs over het algemeen gemeente- en provinciegrenzen overschrijdend handelen. Ook als het bevoegd gezag optreedt is het dus gerechtvaardigd dat de VI/IVW zijn verantwoordelijkheid neemt en daar waar nodig zelf ook intervenieert.\ Tot slot wordt opgemerkt dat voor het werkveld van de IVW waarschijnlijk niet snel sprake zal zijn van overlap in bevoegdheden. pagina 24 van 79

25 pagina 25 van 79

26 Bijlage 1: Definities Accreditatie Bestuursrechtelijke handhaving BUS-sanering Certificaat Bewijs waarmee de Raad voor Accreditatie kenbaar maakt dat gedurende een bepaalde periode een gerechtvaardigd vertrouwen bestaat dat de hierin genoemde persoon of instelling competent is voor het uitvoeren van de desbetreffende werkzaamheid. Het, na een geconstateerde overtreding, toepassen van een bestuursrechtelijk interventiemiddel dat is gericht op beëindiging van die overtreding of het voorkomen van herhaling (herstelsanctie). Sanering die wordt uitgevoerd onder het regime van het Besluit en de Regeling uniforme saneringen. Verklaring waarmee een certificeringsinstelling kenbaar maakt dat gedurende een bepaalde periode een gerechtvaardigd vertrouwen bestaat dat de hierin genoemde (rechts)persoon voldoet aan het voor de certificering geldende normdocument Erkenning Beschikking, afgegeven door Agentschap NL/Bodem+ (met mandaat van de Ministers van VROM en VenW), waarbij wordt vastgesteld dat een persoon of een instelling voldoet aan de wettelijke voorwaarden voor erkenning (o.a. gecertificeerd of geaccrediteerd, niet in staat van faillissement of surseance van betaling en geen overtredingen begaan in de drie jaren voorafgaande aan de aanvraag). Fraude Gedogen Interventiemiddel Kwalibo Niet juridische term. In deze sanctiestrategie verstaan we hieronder het verwijtbaar niet, onvolledig of onjuist behandelen van gegevens in het kader van wet- en regelgeving. De gedraging moet daarbij als oogmerk of gevolg hebben het verminderen of tenietdoen van een plicht (nadeel) of het ontstaan of vergroten van een recht (voordeel). Voorbeelden van fraude zijn: het vervalsen van een document (certificaat, analysestaat, bodemrapport etc.) en het bewust achterwege laten van informatie die van invloed is op het resultaat. Het afzien van handhaving. Waarschuwingsbrief, last onder bestuursdwang, last onder dwangsom, schorsing van een erkenning, intrekking van een erkenning en een proces-verbaal. Staat voor KWALIteitsborging BOdembeheer. Met deze term wordt veelal de wettelijke regeling bedoeld die is opgenomen in hoofdstuk 2 van het Besluit en de Regeling bodemkwaliteit. pagina 26 van 79

Eerste ervaringen met Kwalibo

Eerste ervaringen met Kwalibo Eerste ervaringen met Kwalibo Platform Toezicht Bodem 22 november 2007 Martin Keve VROM-Inspectie, Directie Bestuurszaken Opbouw presentatie Wie is waarvoor bevoegd? Taken Inspecties Eerste ervaringen

Nadere informatie

LEIDRAAD BIJ DE LANDELIJKE HANDHAVINGSSTRATEGIE

LEIDRAAD BIJ DE LANDELIJKE HANDHAVINGSSTRATEGIE LEIDRAAD BIJ DE LANDELIJKE HANDHAVINGSSTRATEGIE foto provincie Utrecht Versie: maart 2015 Inhoud Inleiding... 3 Gebruik van de Leidraad... 3 Bestuursrecht... 3 Naamgeving... 3 Stappen... 4 Last onder dwangsom

Nadere informatie

Compare Hoofdstuk 16 Toetsversie Hoofdstuk 18 Wetsvoorstel

Compare Hoofdstuk 16 Toetsversie Hoofdstuk 18 Wetsvoorstel HOOFDSTUK 16 BESTUURSRECHTELIJKE18 HANDHAVING EN UITVOERING Afdeling 16.1 Algemene bepalingen18.1 Bestuursrechtelijke handhaving 18.1.1 Bestuursrechtelijke handhavingstaak en handhavingsbevoegdheid Artikel

Nadere informatie

Integraal Handhavingsbeleidsplan De Ronde Venen, 26 september 2012. Bijlage VI Toelichting op de bestuursrechtelijke sanctiemiddelen

Integraal Handhavingsbeleidsplan De Ronde Venen, 26 september 2012. Bijlage VI Toelichting op de bestuursrechtelijke sanctiemiddelen Bijlage VI Toelichting op de bestuursrechtelijke sanctiemiddelen 76 Bestuursrechtelijke sanctiemiddelen De gemeente De Ronde Venen kan tegen overtreders met meerdere verschillende sanctiemiddelen, al dan

Nadere informatie

Casus workshop 3 Boaregistratiesysteem op PTB 9 november 2010

Casus workshop 3 Boaregistratiesysteem op PTB 9 november 2010 Casus workshop 3 Boaregistratiesysteem op PTB 9 november 2010 1. Voorbereiding en uitvoering sanering Er wordt een Busmelding ingediend, waarin wordt aangegeven dat op 1 november wordt gestart met een

Nadere informatie

Algemene toelichting. Hoofdstuk 2 Herstellend traject

Algemene toelichting. Hoofdstuk 2 Herstellend traject Algemene toelichting Hoofdstuk 2 Herstellend traject In een herstellend traject zijn verschillende stappen te onderscheiden. Indien de aard van de overtreding hiertoe aanleiding geeft, kan het college

Nadere informatie

Bij het beoordelen van een overtreding en het bepalen van het juiste sanctiemiddel wordt rekening gehouden met:

Bij het beoordelen van een overtreding en het bepalen van het juiste sanctiemiddel wordt rekening gehouden met: 1. Middelen In Nederland bestaat de algemene beginselplicht tot handhaving. Gelet op het algemeen belang dat gediend is met handhaving, zal in geval van overtreding van een wettelijk voorschrift het bestuursorgaan

Nadere informatie

Hieronder vind u onze bevindingen. Ter verduidelijking zijn de meest relevante onderdelen van wetsteksten in kaders toegevoegd.

Hieronder vind u onze bevindingen. Ter verduidelijking zijn de meest relevante onderdelen van wetsteksten in kaders toegevoegd. Retouradres Postbus 2232 3500 GE UTRECHT BodemenergieNL Martin Bloemendaal Postbus 1072 3430 BB Nieuwegein Nederland Rijkswaterstaat Water, Griffioenlaan 2 3526 LA Utrecht UTRECHT Postbus 2232 3500 GE

Nadere informatie

Toelichting bij de Sanctiematrix Drank- en Horecawet en verwante artikelen uit de Algemene plaatselijke verordening gemeente Leidschendam-Voorburg

Toelichting bij de Sanctiematrix Drank- en Horecawet en verwante artikelen uit de Algemene plaatselijke verordening gemeente Leidschendam-Voorburg Bijlage 8.6 Toelichting bij de Sanctiematrix Drank- en Horecawet en verwante artikelen uit de Algemene plaatselijke verordening gemeente Leidschendam-Voorburg De in de sanctiematrix Drank- en Horecawet

Nadere informatie

Toelichting. Algemene toelichting. Hoofdstuk 2 Herstellend traject

Toelichting. Algemene toelichting. Hoofdstuk 2 Herstellend traject Toelichting Algemene toelichting Hoofdstuk 2 Herstellend traject In een herstellend traject zijn verschillende stappen te onderscheiden. Stap 1: aanwijzing, artikel 1.65 lid 1 Wet kinderopvang Het college

Nadere informatie

BIJLAGE 2. Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

BIJLAGE 2. Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen BIJLAGE 2. Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Certificering: Workshop hoe werkt dat? Regionale Bodemdagen Ketenhandhaving 2010 door SIKB en CI (Kiwa-Intron-Eerland)

Certificering: Workshop hoe werkt dat? Regionale Bodemdagen Ketenhandhaving 2010 door SIKB en CI (Kiwa-Intron-Eerland) Certificering: Workshop hoe werkt dat? Regionale Bodemdagen Ketenhandhaving 2010 door SIKB en CI (Kiwa-Intron-Eerland) Inleiding Beleid overheid Wet: Bodemkwaliteit Toezicht CI's en bevoegd gezag Normen

Nadere informatie

gelet op artikel 24, zesde lid, van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme;

gelet op artikel 24, zesde lid, van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme; Besluit van de deken in het arrondissement Oost-Brabant van 11 mei 2016 tot vaststelling van de beleidsregel handhaving Wwft 2016 in het arrondissement Oost- Brabant De deken van de orde in het arrondissement

Nadere informatie

Bestuursvoorstel Invoering bestuurlijke strafbeschikking voor waterschappen

Bestuursvoorstel Invoering bestuurlijke strafbeschikking voor waterschappen Bijlage Bijlage Bestuursvoorstel Invoering bestuurlijke strafbeschikking voor waterschappen 1. Inleiding Als gevolg van de invoering van nieuwe wetgeving wordt aan de decentrale overheden, waaronder de

Nadere informatie

gelet op artikel 24, zesde lid, van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme;

gelet op artikel 24, zesde lid, van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme; Besluit van de deken in het arrondissement Zeeland-West-Brabant van 12 april 2017 tot vaststelling van de beleidsregel handhaving Wwft 2017 in het arrondissement Zeeland-West- Brabant De deken van de orde

Nadere informatie

Handhavingsbeleid Wet lokaal spoor. 1. Inleiding

Handhavingsbeleid Wet lokaal spoor. 1. Inleiding Handhavingsbeleid Wet lokaal spoor 1. Inleiding De Wet lokaal spoor (Wls) treedt in werking op 1 december 20015. Deze wet beoogt de wetgeving inzake de lokale spoorwegen te moderniseren en zorgt ervoor

Nadere informatie

Handhavingsinstrumenten

Handhavingsinstrumenten Bijlage 2 Handhavingsinstrumenten Privaatrechtelijk De gemeente is naast een bestuursorganisatie ook rechtspersoon. Als rechtspersoon heeft de gemeente privaatrechtelijke mogelijkheden om te handhaven.

Nadere informatie

Toelichting op de Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Heemstede 2014

Toelichting op de Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Heemstede 2014 Toelichting op de Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Heemstede 2014 Algemene toelichting Hoofdstuk 2 Herstellend traject In een herstellend traject zijn verschillende

Nadere informatie

Resultaten handhavingsactie Kwalibo bij bodemsaneringen het naleefgedrag van aannemers en milieukundig begeleiders

Resultaten handhavingsactie Kwalibo bij bodemsaneringen het naleefgedrag van aannemers en milieukundig begeleiders Resultaten handhavingsactie Kwalibo bij bodemsaneringen het naleefgedrag van aannemers en milieukundig begeleiders Datum 17 december 2008 Status Definitief Voorwoord Een van de aandachtsvelden van de

Nadere informatie

ALGEMENE WET BESTUURSRECHT

ALGEMENE WET BESTUURSRECHT ALGEMENE WET BESTUURSRECHT Besluitvorming Toezicht Sancties Rechtsgebied bestuursrecht oktober 2011 Rechtsgebied bestuursrecht Verhoudingen tussen bestuursorgaan/belanghebbende - stelt het bestuur is staat

Nadere informatie

INTERVENTIEBELEID ALCOHOL, DRANK- EN HORECAWET

INTERVENTIEBELEID ALCOHOL, DRANK- EN HORECAWET INTERVENTIEBELEID ALCOHOL, DRANK- EN HORECAWET 1. DOEL Deze procedure beschrijft de lijn die door de gemeente Kaag en Braassem wordt toegepast om geconstateerde overtredingen van de Drank- en Horecawet

Nadere informatie

BIJLAGE 2. Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

BIJLAGE 2. Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen BIJLAGE 2. Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen 202 Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Beleidsregels Boete Participatiewet/Bbz, IOAW en IOAZ Sociale Dienst Oost Achterhoek 2015 en volgende jaren.

Beleidsregels Boete Participatiewet/Bbz, IOAW en IOAZ Sociale Dienst Oost Achterhoek 2015 en volgende jaren. Beleidsregels Boete Participatiewet/Bbz, IOAW en IOAZ Sociale Dienst Oost Achterhoek 2015 en volgende jaren. Artikel 1. Gebruikmaking van de wettelijke bevoegdheid. 1. Het college maakt gebruik van de

Nadere informatie

BOETEBELEIDSREGELS WET KINDEROPVANG EN KWALITEITSEISEN PEUTERSPEELZALEN GEMEENTE WESTVOORNE

BOETEBELEIDSREGELS WET KINDEROPVANG EN KWALITEITSEISEN PEUTERSPEELZALEN GEMEENTE WESTVOORNE BOETEBELEIDSREGELS WET KINDEROPVANG EN KWALITEITSEISEN PEUTERSPEELZALEN GEMEENTE WESTVOORNE Bijlage 2 bij Toezicht en Handhavingsbeleid kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen gemeente Westvoorne IZ/OWO

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste lid, van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3698-22 Betreft zaak: natuurlijke persoon Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste

Nadere informatie

Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet 1998

Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet 1998 JU Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet 1998 Categorie: Strafvordering Rechtskarakter: Aanwijzing i.d.z.v. artikel 130 lid 4 Wet RO Afzender: College van procureurs-generaal Adressaat:

Nadere informatie

Op de voordracht van de Minister van Infrastructuur en Milieu van, nr., Directie Bestuurlijke en Juridische Zaken;

Op de voordracht van de Minister van Infrastructuur en Milieu van, nr., Directie Bestuurlijke en Juridische Zaken; Besluit van tot wijziging van het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer, het Besluit bodemkwaliteit, het Besluit lozen buiten inrichtingen, het Besluit omgevingsrecht en het Waterbesluit

Nadere informatie

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Hoofdstuk 5. Bestuursrechtelijke handhaving Algemene bepalingen

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Hoofdstuk 5. Bestuursrechtelijke handhaving Algemene bepalingen Wet algemene bepalingen omgevingsrecht Hoofdstuk 5. Bestuursrechtelijke handhaving 5.1. Algemene bepalingen Artikel 5.1 Dit hoofdstuk is van toepassing met betrekking tot de handhaving van het bij of krachtens

Nadere informatie

Ons kenmerk Uw kenmerk Aantal bijlagen Datum _ november 2016

Ons kenmerk Uw kenmerk Aantal bijlagen Datum _ november 2016 AANTEKENEN Handelsonderneming Bepo B.V. T.a.v. de directie Ceintuurbaan 124 3051 KD ROTTERDAM Parallelweg 1 Postbus 843 3100 AV Schiedam T 010-246 80 00 F 010-246 82 83 E info@dcmr.nl W www.dcmr.nl Ons

Nadere informatie

Zó handhaven we in Laarbeek Regels, overtredingen en de gevolgen

Zó handhaven we in Laarbeek Regels, overtredingen en de gevolgen Zó handhaven we in Laarbeek Regels, overtredingen en de gevolgen Regels, overtredingen en de gevolgen De overheid heeft regels gemaakt om de omgeving waarin we wonen, werken en recreëren zo schoon, mooi

Nadere informatie

Handhaving. naleving, toezicht en sanctionering na de wabo

Handhaving. naleving, toezicht en sanctionering na de wabo Handhaving naleving, toezicht en sanctionering na de wabo Handhaving naleving, toezicht en sanctionering na de wabo Mr.drs.D.vanderMeijden Mr. T.H.H.A. van der Schoot(eindredactie) HANDHAVING Berghauser

Nadere informatie

Voorwoord 11. Afkortingen 13

Voorwoord 11. Afkortingen 13 Inhoud Voorwoord 11 Afkortingen 13 1 Inleiding en afbakening 15 1.1 Drie handhavingswegen 15 1.1.1 Strafrechtelijke handhaving 16 1.1.2 Bestuurlijke handhaving 18 1.1.3 Het verschil tussen strafrechtelijke

Nadere informatie

Beleidsregel handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen gemeente Venlo

Beleidsregel handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen gemeente Venlo CVDR Officiële uitgave van Venlo. Nr. CVDR326948_1 30 april 2018 Beleidsregel handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen gemeente Venlo Burgemeester en wethouders van de gemeente Venlo;

Nadere informatie

Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang gemeente Enschede. Gelet op de artikelen 1.61 lid 1, 1.65 lid 1, 1.66 en 1.72 lid 1 Wet kinderopvang;

Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang gemeente Enschede. Gelet op de artikelen 1.61 lid 1, 1.65 lid 1, 1.66 en 1.72 lid 1 Wet kinderopvang; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Enschede Nr. 132605 21 juni 2018 Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang gemeente Enschede Burgemeester en wethouders van gemeente Enschede Gelet op artikel

Nadere informatie

Beleidsregel handhaving wet Damocles gemeente Beverwijk 2018

Beleidsregel handhaving wet Damocles gemeente Beverwijk 2018 Beleidsregel handhaving wet Damocles gemeente Beverwijk 2018 Artikel 1 Algemeen Binnen gemeentegrenzen is sprake van drugshandel. Drugshandel wordt binnen gemeenten alleen gedoogd vanuit een coffeeshop.

Nadere informatie

Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang gemeente Bunnik Gelet op de artikelen 1.61 lid 1, 1.65 lid 1, 1.66 en 1.72 lid 1 Wet kinderopvang;

Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang gemeente Bunnik Gelet op de artikelen 1.61 lid 1, 1.65 lid 1, 1.66 en 1.72 lid 1 Wet kinderopvang; CVDR Officiële uitgave van Bunnik. Nr. CVDR611797_1 23 juli 2018 Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang gemeente Bunnik 2018 Burgemeester en wethouders van de gemeente Bunnik Gelet op artikel 4:81 Algemene

Nadere informatie

Bijlage 1. Stappenschema met toelichting: geen vergunning groot evenement SCHEMA:

Bijlage 1. Stappenschema met toelichting: geen vergunning groot evenement SCHEMA: Bijlage 1. Stappenschema met toelichting: geen vergunning groot evenement SCHEMA: 1 TOELICHTING: De gemeentelijk toezichthouder of de gemeentelijke opsporingsambtenaar constateert, veelal naar aanleiding

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. 34 *** Voorstel van wet van de leden Ploumen, Özütok, Jasper van Dijk en Van Brenk tot wijziging van de Wet gelijke behandeling mannen en vrouwen in verband met de invoer van een certificaat als bewijs

Nadere informatie

Besluit van 1 februari 2006, houdende regels voor uniforme saneringen (Besluit uniforme saneringen)

Besluit van 1 februari 2006, houdende regels voor uniforme saneringen (Besluit uniforme saneringen) (Tekst geldend op: 11-03-2010) Besluit van 1 februari 2006, houdende regels voor uniforme saneringen (Besluit uniforme saneringen) Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van

Nadere informatie

Samenvoegen van grond op eigen terrein. Voorlichting Cumela 30 november 2010 Eindhoven. 1 december 2010. Michiel Gadella

Samenvoegen van grond op eigen terrein. Voorlichting Cumela 30 november 2010 Eindhoven. 1 december 2010. Michiel Gadella Samenvoegen van grond op eigen terrein Voorlichting Cumela 30 november 2010 Eindhoven 1 december 2010 Michiel Gadella MENU Kwalibo achtergrond en doelstelling Erkenningsregeling wat betekent dat Werkzaamheid

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 157 Voorstel van wet van de leden Ploumen, Özütok, Jasper van Dijk en Van Brenk tot wijziging van de Wet gelijke behandeling mannen en vrouwen

Nadere informatie

Handhaven is goed, voorkomen is beter! Handhaving van milieuwetgeving in Enschede

Handhaven is goed, voorkomen is beter! Handhaving van milieuwetgeving in Enschede Handhaven is goed, voorkomen is beter! Handhaving van milieuwetgeving in Enschede Handhaven is goed, voorkomen is beter! Handhaving van milieuwetgeving in Enschede In deze brochure vindt u informatie over

Nadere informatie

Kwaliteit: zorg of zegen?

Kwaliteit: zorg of zegen? Kwaliteit: zorg of zegen? Toezicht en kwaliteitsborging bij het beheer van de waterbodem Themadag Baggernet op 30 januari 2008 In samenwerking met SIKB (Stichting Infrastructuur Kwaliteitsborging Bodembeheer),

Nadere informatie

Bijlage 9: Begrippenlijst

Bijlage 9: Begrippenlijst Bijlage 9: Begrippenlijst Begrip Ambtelijke waarschuwing of constateringsbrief Beginselplicht tot handhaving Brief naar aanleiding van een controle waarbij wel een overtreding is vastgesteld. In de brief

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Gelet op artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht;

PROVINCIAAL BLAD. Gelet op artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht; PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van de provincie Noord-Holland Nr. 5651 30 juli 2018 Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 17 juli 2018 tot vaststelling van de Beleidsregel openbaarmaking

Nadere informatie

Drank- en Horecawet 2013

Drank- en Horecawet 2013 Onderwerp : Bijlage02: Handhavingsprotocol Drank- en Horecawet 2013 Registratienummer : at13003237 Registratiecode : *at13003237* Auteur : Saskia Wilmink Drank- en Horecawet 2013 Handhavingsprotocol gemeenten

Nadere informatie

Bijtprotocol Amsterdam. concept

Bijtprotocol Amsterdam. concept Bijtprotocol Amsterdam concept Inhoud 1 Inleiding... 3 2 Doel... 3 3 Bevoegd gezag... 4 4 Bijtincidenten... 4 4.1 Licht bijtincident... 5 4.2 Ernstig bijtincident... 5 5 Uitvoering... 5 5.1 Licht bijtincident,

Nadere informatie

Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten

Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten Eind 2013 is er een tweetal incidenten geweest in midden Limburg, waarbij door graafwerkzaamheden een ondergrondse leiding is geraakt. Hierdoor verontreinigde

Nadere informatie

Bijlage 3. Toelichting en procedures sanctiemiddelen

Bijlage 3. Toelichting en procedures sanctiemiddelen Bijlage 3 Toelichting en procedures sanctiemiddelen 1. Aanwijzing Grond : het niet voldoen aan de voorschriften van hoofdstuk 3, paragrafen 2 en 3 van de Wet Kinderopvang. Wettelijke basis : artikel 65,

Nadere informatie

Wet op de bijzondere opsporingsdiensten Geldend van t/m heden

Wet op de bijzondere opsporingsdiensten Geldend van t/m heden Wet op de bijzondere opsporingsdiensten Geldend van 01-01-2013 t/m heden Wet van 29 mei 2006 tot vaststelling van regels met betrekking tot de bijzondere opsporingsdiensten en de instelling van het functioneel

Nadere informatie

Algemeen. Bijlage 1. Bijlage behorende bij mandaatverlening milieubevoegdheden aan DCMR van 8 oktober 2013

Algemeen. Bijlage 1. Bijlage behorende bij mandaatverlening milieubevoegdheden aan DCMR van 8 oktober 2013 Bijlage 1: MANDAATLIJST Goeree-Overflakkee aan DCMR Milieudienst Rijnmond 2013 Algemeen A01 A02 A03 A04 A05 A06 Proceshandelingen op grond van: a) art. 4:5 en 4:6 Awb (vereenvoudigde wijze van afdoen en

Nadere informatie

Examencommissie Milieu Status: Vastgesteld. Kennisonderdeel Toetsvorm Hulpmiddelen Duur Cesuur

Examencommissie Milieu Status: Vastgesteld. Kennisonderdeel Toetsvorm Hulpmiddelen Duur Cesuur ennisonderdeel Toetsvorm Hulpmiddelen Duur Cesuur Wettelijke aders Milieu Specifiek Gesloten vragen Geen 70 minuten 55% + gokkans Deze toetstermen worden zo mogelijk specifiek bevraagd Onderwerp Artikel/begrip

Nadere informatie

Beleidsregel handhaving Drank- en Horecawet (2013) Vaststelling 19 december 2013

Beleidsregel handhaving Drank- en Horecawet (2013) Vaststelling 19 december 2013 Gemeenteblad Nijmegen Jaartal / nummer 2013 / 123 Naam Beleidsregel handhaving Drank- en Horecawet (2013) Publicatiedatum 18 december 2013 Opmerkingen - Vaststelling van de beleidsregel bij besluit van

Nadere informatie

Ondermandaatbesluit Directeur RUD Zuid-Limburg bevoegdheden. burgemeester en wethouders en burgemeester van de gemeente Roermond mei 2014.

Ondermandaatbesluit Directeur RUD Zuid-Limburg bevoegdheden. burgemeester en wethouders en burgemeester van de gemeente Roermond mei 2014. Ondermandaatbesluit Directeur RUD Zuid-Limburg bevoegdheden burgemeester en wethouders en burgemeester van de gemeente Roermond mei 2014 2014/27356 De directeur van de Regionale Uitvoeringsdienst Zuid-Limburg

Nadere informatie

: LANDSVERORDENING van 28 maart 2013 houdende vaststelling van nieuwe regels inzake de handhaving van de arbeidswetgeving

: LANDSVERORDENING van 28 maart 2013 houdende vaststelling van nieuwe regels inzake de handhaving van de arbeidswetgeving Intitulé : LANDSVERORDENING van 28 maart 2013 houdende vaststelling van nieuwe regels inzake de handhaving van de arbeidswetgeving Citeertitel: Landsverordening bestuurlijke handhaving arbeidswetgeving

Nadere informatie

Afwijken van Bbk Beoordelingsrichtlijnen

Afwijken van Bbk Beoordelingsrichtlijnen Afwijken van Bbk Beoordelingsrichtlijnen Definitieve versie d.d. 22 december 2009 (in januari 2010 gepubliceerd op site WEKA Bouw. www.weka-bouw.nl) Auteur: mr. A.M.C.C. (Annemiek) Tubbing, http://www.tubbingmilieuadvies.nl

Nadere informatie

Register behorende bij het Besluit mandaat, (sub)volmacht en machtiging RUD Limburg-Noord versie 2017

Register behorende bij het Besluit mandaat, (sub)volmacht en machtiging RUD Limburg-Noord versie 2017 Register behorende bij het Besluit mandaat, (sub)volmacht en machtiging RUD Limburg-Noord versie 2017 Nr: Bevoegdheid: Grondslag: Specifieke bepalingen / Intern RUD A1 A2 A3 Het opstellen van het regionaal

Nadere informatie

Besluit tot openbaarmaking

Besluit tot openbaarmaking Besluit als bedoeld in artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur Zaak: OB/001 Kenmerk: 00.061.063 Openbaarmaking onder kenmerk: Besluit tot openbaarmaking Besluit tot openbaarmaking van de besluiten

Nadere informatie

Toetsmatrijs Wettelijke Kaders Milieu Specifiek

Toetsmatrijs Wettelijke Kaders Milieu Specifiek walificatiedossier: Domein II Milieu Toetsvorm: 50 Gesloten vragen ennisonderdeel: Wettelijke aders Milieu Specifiek Toetsduur: 80 minuten Cesuur: 67% (55% met correctie voor de gokkans) Deze toetstermen

Nadere informatie

A 2014 N 55 (G.T.) PUBLICATIEBLAD. De Gouverneur van Curaçao, de Algemene overgangsregeling wetgeving en bestuur Land Curaçao;

A 2014 N 55 (G.T.) PUBLICATIEBLAD. De Gouverneur van Curaçao, de Algemene overgangsregeling wetgeving en bestuur Land Curaçao; A 2014 N 55 (G.T.) PUBLICATIEBLAD LANDSBESLUIT van de 3 de juni 2014, no. 14/1188, houdende vaststelling van de geconsolideerde tekst van de Sanctielandsverordening. De Gouverneur van Curaçao, Op de voordracht

Nadere informatie

Besluit tot openbaarmaking

Besluit tot openbaarmaking Besluit als bedoeld in artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur Zaak: 10826 Kenmerk: 12517 / 01.038.932 Openbaar gemaakt onder kenmerk Besluit tot openbaarmaking Besluit tot openbaarmaking van het

Nadere informatie

Wijzigingen in versie 1.1 ten opzichte van versie 1.0 (d.d. 21 juni 2016) van de toetstermen voor Wettelijke Kaders Milieu Specifiek:

Wijzigingen in versie 1.1 ten opzichte van versie 1.0 (d.d. 21 juni 2016) van de toetstermen voor Wettelijke Kaders Milieu Specifiek: Wijzigingen in versie 1.1 ten opzichte van versie 1.0 (d.d. 21 juni 2016) van de toetstermen voor Wettelijke aders Milieu Specifiek: Tijdsduur: De tijdsduur is verlengd van 70 naar 80 minuten. Cesuur:

Nadere informatie

Een last onder dwangsom wordt opgelegd met als doel herstel van de overtreding en/of voorkoming van herhaling van de overtreding.

Een last onder dwangsom wordt opgelegd met als doel herstel van de overtreding en/of voorkoming van herhaling van de overtreding. Toelichting Algemene toelichting Hoofdstuk 2 Herstellend traject Stap 1: aanwijzing (artikel 1.65, eerste lid en artikel 2.23, eerste lid van de Wko) Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente

Nadere informatie

Beleidsregels boeteoplegging Participatiewet,IOAW en IOAZ 2015 gemeente Heemskerk, eerste wijziging

Beleidsregels boeteoplegging Participatiewet,IOAW en IOAZ 2015 gemeente Heemskerk, eerste wijziging Beleidsregels boeteoplegging Participatiewet,IOAW en IOAZ 2015 gemeente Heemskerk, eerste wijziging 1 december 2015 BIVO/2015/30166 *Z01AEE43B8E* Inhoudsopgave Artikel 1 Begrippen 5 Artikel 2 Waarschuwing

Nadere informatie

Ontwerpbesluit inzake de Wet verontreiniging oppervlaktewateren

Ontwerpbesluit inzake de Wet verontreiniging oppervlaktewateren Ontwerpbesluit inzake de Wet verontreiniging oppervlaktewateren Nummer : 2009.09833V Venlo, Bijlage(n) : Het Dagelijks Bestuur heeft op 12 augustus 2009 een aanvraag om vergunning op grond van de Wet verontreiniging

Nadere informatie

Bijlage 2 Toelichting op het afwegingsmodel handhaving kinderopvang en peuterspeelzalen

Bijlage 2 Toelichting op het afwegingsmodel handhaving kinderopvang en peuterspeelzalen Bijlage 2 Toelichting op het afwegingsmodel handhaving kinderopvang en peuterspeelzalen Paragraaf 1 Algemeen Het college hanteert het Afwegingsmodel Handhaving Kinderopvang en Peuterspeelzalen bij het

Nadere informatie

Ons kenmerk Uw kenmerk Aantal bijlagen Datum _ februari 2018

Ons kenmerk Uw kenmerk Aantal bijlagen Datum _ februari 2018 Beschikking AANTEKENEN Tank Services Pernis B.V. T.a.v. de directie Propaanweg 27 3196 KH VONDELINGENPLAAT RT Parallelweg 1 Postbus 843 3100 AV Schiedam T 010-246 80 00 F 010-246 82 83 E info@dcmr.nl W

Nadere informatie

Bijlage 4: Sanctietabel Drank en Horeca

Bijlage 4: Sanctietabel Drank en Horeca Bijlage 4: Sanctietabel Drank en Horeca Overtreding artikel Drank- en Artikel 2, tweede lid Drank- en : Maken van reclame voor alcoholhoudende drank in strijd met de regels gesteld krachtens het eerste

Nadere informatie

Gemeenteblad nr. 299, 28 april 2016 BIJTINCIDENTEN HONDEN

Gemeenteblad nr. 299, 28 april 2016 BIJTINCIDENTEN HONDEN Gemeenteblad nr. 299, 28 april 2016 BIJTINCIDENTEN HONDEN 2016 2016 1 INHOUD H1. JURIDISCH KADER... 3 1.1 OVERIGE RELEVANTE REGELGEVING... 3 1.2 KORTE SAMENVATTING VAN WERKAFSPRAKEN EN PROCEDURES... 3

Nadere informatie

Gelet op de artikelen 1.61 lid 1, 1.65 lid 1, 1.66 en 1.72 lid 1 Wet kinderopvang; Het Toezicht - en handhavingsbeleid kinderopvang vast te stellen.

Gelet op de artikelen 1.61 lid 1, 1.65 lid 1, 1.66 en 1.72 lid 1 Wet kinderopvang; Het Toezicht - en handhavingsbeleid kinderopvang vast te stellen. GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Zaanstad Nr. 9555 16 januari 2019 Toezicht- en handhavingsbeleid kinderopvang Burgemeester en wethouders van Gemeente Zaanstad Gelet op artikel 4:81 Algemene

Nadere informatie

Organisatie FP. Specialistisch OM: milieu en fraude

Organisatie FP. Specialistisch OM: milieu en fraude Functioneel parket Organisatie FP Specialistisch OM: milieu en fraude Landelijke OM organisatie: 4 handhavingseenheden. Zwolle, Den Bosch Rotterdam en Amsterdam. Den Haag HO, beleid Ongeveer 21 ovj s en

Nadere informatie

ZUID. lan Gedeputeerde Staten. Last onder dwangsom. Geachte directie.

ZUID. lan Gedeputeerde Staten. Last onder dwangsom. Geachte directie. Gedeputeerde Staten DCMR Milieudienst Rijnmond Afdeling Inspectie en Handhaving Contact provincie j ^ Q j ^ L A N D ZUID TOIO-246 F 010-246 82 83 info@dcmr.nl Postadres DCMR Postbus 843 3100 AV Schiedam

Nadere informatie

Samen werken aan morgen.

Samen werken aan morgen. Samen werken aan morgen. Risico s aantreffen bodemverontreiniging Henk Vorsteveld directeur BK Bouw- en Milieuadvies Regionale kennis, landelijke ondersteuning. - 200 medewerkers - acht vestigingen in

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. Bijgewerkt t/m nr. 13 (Tweede NvW d.d. 18 januari 2017) 34 453 Wijziging van de Woningwet, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en het Burgerlijk Wetboek in verband met de invoering van een nieuw

Nadere informatie

mr. P.C. Cup mr.ing. C.R. van den Berg Kamer D0353 Directoraat-Generaal Milieu Interne postcode 880 Directie Strategie en Bestuur

mr. P.C. Cup mr.ing. C.R. van den Berg Kamer D0353 Directoraat-Generaal Milieu Interne postcode 880 Directie Strategie en Bestuur Gemeenschappelijke Dienst Directie Juridische Zaken AJBZ mr. P.C. Cup mr.ing. C.R. van den Berg Kamer D0353 Directoraat-Generaal Milieu Interne postcode 880 Directie Strategie en Bestuur Telefoon 070 339

Nadere informatie

Naam Beleidsregel handhaving Horeca-inrichtingen, waarop de vergunningplicht van artikel 3 Dranken Horecawet van toepassing is (2007)

Naam Beleidsregel handhaving Horeca-inrichtingen, waarop de vergunningplicht van artikel 3 Dranken Horecawet van toepassing is (2007) Gemeenteblad Nijmegen Jaartal / nummer 2007 / 83 Naam Beleidsregel handhaving Horeca-inrichtingen, waarop de vergunningplicht van artikel 3 Dranken van toepassing is (2007) Publicatiedatum 30 mei 2007

Nadere informatie

Gezamenlijke aanpak heling Rotterdam

Gezamenlijke aanpak heling Rotterdam Gezamenlijke aanpak heling Rotterdam Portefeuillehouder politie: K. van Moorsel Auteurs: T.M. Timmers (politie), M.B. Verhoef (gemeente Rotterdam), A. van den Brand (OM) Status: Definitief 2015 Politie,

Nadere informatie

Besluit kwaliteitseisen handhaving milieubeheer - kwaliteitscriteria - Besluit omgevingsrecht

Besluit kwaliteitseisen handhaving milieubeheer - kwaliteitscriteria - Besluit omgevingsrecht Besluit kwaliteitseisen handhaving milieubeheer - kwaliteitscriteria - Besluit omgevingsrecht, (1 sept 2009) Artikel Kwaliteitscriteria Artikel Bor art. 2, eerste lid Het bestuursorgaan stelt het handhavingsbeleid

Nadere informatie

B&W 01 juli 2008 Gemeenteblad BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL OPIUMWET M.B.T. WONINGEN HELMOND 2008

B&W 01 juli 2008 Gemeenteblad BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL OPIUMWET M.B.T. WONINGEN HELMOND 2008 Jaar: 2008 Nummer: 44 Besluit: B&W 01 juli 2008 Gemeenteblad BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL OPIUMWET M.B.T. WONINGEN HELMOND 2008 Burgemeester en wethouders van Helmond; Besluit Vast te stellen de Beleidsregel

Nadere informatie

Behandeld door de heer G.J. Ambachtsheer Afdeling Toezicht en Handhaving

Behandeld door de heer G.J. Ambachtsheer Afdeling Toezicht en Handhaving A A N T E K E N E N B.V. Vurense Snack Industrie t.a.v. de directie Gildenstraat 36 4143 HS LEERDAM Uw brief van Verzenddatum 14 juli 2016 Uw kenmerk Dossier D-00026929 Reactie op Zaaknummer Z-16-304957

Nadere informatie

VASTGESTELDE TEKST ZOALS DIE IN HET STAATBLAD ZAL WORDEN GEPLAATST

VASTGESTELDE TEKST ZOALS DIE IN HET STAATBLAD ZAL WORDEN GEPLAATST VASTGESTELDE TEKST ZOALS DIE IN HET STAATBLAD ZAL WORDEN GEPLAATST Besluit van houdende regels inzake de kwaliteit van werkzaamheden in het bodembeheer en de integriteit van degenen die deze werkzaamheden

Nadere informatie

************************* AB 2007 no. 24 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 16 april 2014 *************************

************************* AB 2007 no. 24 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 16 april 2014 ************************* Intitulé : LANDSVERORDENING houdende regels met betrekking tot het treffen van maatregelen ter voldoening aan of uitvoering van internationale verplichtingen Citeertitel: Sanctieverordening 2006 Vindplaats

Nadere informatie

Besluit. Petrogas E&P Netherlands B.V. Laan van Zuid Hoorn DE RIJSWIJK. Datum 17 mei 2018 Betreft Wnb-vergunning; Boring A18-A05; Doggersbank

Besluit. Petrogas E&P Netherlands B.V. Laan van Zuid Hoorn DE RIJSWIJK. Datum 17 mei 2018 Betreft Wnb-vergunning; Boring A18-A05; Doggersbank > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag Petrogas E&P Netherlands B.V. Laan van Zuid Hoorn 14 2289 DE RIJSWIJK Directie en Biodiversiteit Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres

Nadere informatie

Sluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet

Sluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet Sluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet Juridisch kader Op basis van de artikelen 2 en 3 van de Opiumwet is het verboden een middel als bedoeld in de bij deze wet behorende lijst I en lijst II, dan wel

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR412641_1. Beleid bijtincidenten honden H1. Juridisch kader. 31 juli Officiële uitgave van Deurne.

CVDR. Nr. CVDR412641_1. Beleid bijtincidenten honden H1. Juridisch kader. 31 juli Officiële uitgave van Deurne. CVDR Officiële uitgave van Deurne. Nr. CVDR412641_1 31 juli 2018 Beleid bijtincidenten honden 2016 H1. Juridisch kader - Gemeentewet (Gw), artikel 125 - Gemeentewet (Gw), artikel 172 - Algemene Plaatselijke

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 12932 29 juni 2012 Besluit van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 27 juni 2012, nr. AV/SDA/2012/10097,

Nadere informatie

Enkele type certificaten: Procescertificaat NL-BSB en KOMO certificaat Productcertificaat Systeemcertificaat Certificaat van vakbekwaamheid

Enkele type certificaten: Procescertificaat NL-BSB en KOMO certificaat Productcertificaat Systeemcertificaat Certificaat van vakbekwaamheid Enkele type certificaten: Procescertificaat NL-BSB en KOMO certificaat Productcertificaat Systeemcertificaat Certificaat van vakbekwaamheid CE-markering managementsysteemcertificaat Fabrikant eigen verklaring

Nadere informatie

Inhoudsopgave. 4.1 Niet samenvoegen Samenwerken met certificaathouder, onder de vlag van erkend intermediair 3

Inhoudsopgave. 4.1 Niet samenvoegen Samenwerken met certificaathouder, onder de vlag van erkend intermediair 3 Informatiebrochure Opslag, bewerking en levering grond op eigen terrein Een handreiking die toelicht hoe te voldoen aan de eisen zoals opgenomen in het Besluit bodemkwaliteit Aanleiding Reeds op 1 januari

Nadere informatie

Toezicht ILT Bodemenergie. Maarten Busstra (ILT)

Toezicht ILT Bodemenergie. Maarten Busstra (ILT) Toezicht ILT Bodemenergie Maarten Busstra (ILT) Programma 1. Rol, positie en werkwijze ILT 2. Inspecties in 2015 & 2016 bij bedrijven die zonder erkenning werken 3. Inspecties vanaf 2016 bij bedrijven

Nadere informatie

Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Hoofdstuk 1 Algemeen Artikel 1 Toepassing Deze beleidsregels zijn van toepassing op de handhaving naar aanleiding van overtreding

Nadere informatie

PREVENTIEVE DWANGSOM BIJ OVERLASTGEVEND GEDRAG

PREVENTIEVE DWANGSOM BIJ OVERLASTGEVEND GEDRAG PREVENTIEVE DWANGSOM BIJ OVERLASTGEVEND GEDRAG Doel van de beleidsregel preventieve dwangsom bij overlastgevend gedrag. Met deze preventieve dwangsom wordt getracht het gedrag van overlastgevende personen

Nadere informatie

Mandaatbesluit Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant (OMWB)

Mandaatbesluit Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant (OMWB) Mandaatbesluit Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant (OMWB) 1. Het college verleent aan de Directie van de OMWB de bevoegdheid tot het nemen van alle besluiten (zoals vermeld in onderstaande bevoegdheidsgrondslag)

Nadere informatie

Bijlagen. Bijlage 1: Nalevingsstrategie

Bijlagen. Bijlage 1: Nalevingsstrategie Bijlagen Bijlage 1: Nalevingsstrategie A. Preventiestrategie De preventiestrategie richt zich op de vergroting van bewustwording bij burgers, bedrijven en instellingen dat bepaalde regels gelden en dat

Nadere informatie

WET OP DE MEDISCHE HULPMIDDELEN

WET OP DE MEDISCHE HULPMIDDELEN WET OP DE MEDISCHE HULPMIDDELEN Tekst zoals deze geldt op 22 januari 2010 WET van 15 januari 1970, houdende regelen met betrekking tot medische hulpmiddelen WIJ JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der

Nadere informatie

Stappenplannen voor de handhaving van de exploitatievergunning en vergunningen ingevolge de Dranken Horecawet en Wet op de Kansspelen.

Stappenplannen voor de handhaving van de exploitatievergunning en vergunningen ingevolge de Dranken Horecawet en Wet op de Kansspelen. Bijlage 2: Stappenplannen voor de handhaving van de exploitatievergunning en vergunningen ingevolge de Dranken Horecawet en Wet op de Kansspelen. Er worden informatiebrieven verstuurd naar alle ondernemingen

Nadere informatie

29-5-2013. Inhoud presentatie. Immobilisaten. Taken BG s uit Bbk. Taken Bbk art 28

29-5-2013. Inhoud presentatie. Immobilisaten. Taken BG s uit Bbk. Taken Bbk art 28 Inhoud presentatie Immobilisaten Vast en (on)zeker Richard Welling OMWB Chris Schuurbiers ILT Taken van bevoegde gezagen bij productie en toepassing van immobilisaten Taken Bbk art 28 / memo NBr Eisen

Nadere informatie

Bevoegdheid burgemeester/college

Bevoegdheid burgemeester/college Vergunning / ontheffing Artikel 1:4, tweede lid, van de Apv - Voorschriften De aan de vergunning/ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen worden niet nagekomen. Exploitatie openbare inrichtingen

Nadere informatie

Beleidsregel Wet maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast (Wet MBVEO)

Beleidsregel Wet maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast (Wet MBVEO) / Bijlage 3.2 Beleidsregel Wet maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast (Wet MBVEO) 7 juni 2012 Inhoudsopgave Artikel 1 Bevoegdheden op grond van artikel 172a Gemeentewet 2 Artikel

Nadere informatie

Sanctiestrategie Drank en Horecawet Almere 2014

Sanctiestrategie Drank en Horecawet Almere 2014 Sanctiestrategie Drank en Horecawet Almere 2014 Deze sanctiestrategie uit 2014 is in 2015 ongewijzigd bijgevoegd aan het Werkplan, om de volgende reden: Bij het optreden tegen ernstige en mag van de gemeente

Nadere informatie

Bijlage 2. Toezicht/controle procedure en schema Handhavingsstappenplan

Bijlage 2. Toezicht/controle procedure en schema Handhavingsstappenplan Bijlage 2 Toezicht/controle procedure en schema Handhavingsstappenplan Procedure stappen In het onderstaande schema worden de hoofdstappen beschreven zoals zij zijn opgenomen in de werkprocessen van handhaving.

Nadere informatie