Uitkomst controlebezoek Ontbreken energiegegevens (x facultatief indien geen energiegegevens zijn overlegd)

Transcriptie

1 Op xxx controleerde de heer xx van de DCMR Milieudienst Rijnmond uw organisatie aan de xxx in xxxxx. Xx werd hierbij te woord gestaan door uw contactpersoon, de heer xx. Tijdens het controlebezoek is gecontroleerd op de naleving van het Activiteitenbesluit en de bijbehorende Regeling. Daarbij is met name gekeken naar het energiegebruik en de mate waarin u energiebesparende maatregelen heeft genomen. Uitkomst controlebezoek Tijdens het controlebezoek is geconstateerd dat u een artikel uit het Activiteitenbesluit en de bijbehorende Regeling overtreedt. Om deze overtredingxx ongedaan te maken, moet het volgende gebeuren. - U moet energiebesparende maatregelen treffen (artikel 2.15 van het Activiteitenbesluit). De letterlijke tekst van de artikelen vindt u in de bijlage bij deze brief. Via de website van de DCMR ( kunt u de integrale tekst van het Activiteitenbesluit en de Regeling vinden. Ontbreken energiegegevens (x facultatief indien geen energiegegevens zijn overlegd) De energiegebruiken van gas en elektriciteit van het afgelopen jaar konden tijdens het bezoek niet worden getoond. U moet deze informatie op grond van artikel 5.16 van de Algemene Wet Bestuursrecht overleggen. Op basis van deze gegevens beoordeelt de DCMR of u wettelijk verplicht bent energiebesparende maatregelen te nemen. Het ontbreken van deze informatie is voor de DCMR geen reden aan te nemen dat u voldoet aan uw verplichtingen. Vooralsnog ga ik er van uit dat u artikel 2.15 van het Activiteitenbesluit overtreedt en dat u verplicht bent genoemde besparingsmaatregelen te treffen. Energiebesparende maatregelen (x facultatief bij complexe inrichtingen als de maatregelen niet dekkend zijn voor de energiehuishouding) Tijdens het bezoek is geconstateerd dat er mogelijkheden zijn om energiebesparende maatregelen te treffen. Om vast te stellen welke maatregelen bij uw bedrijf rendabel zijn, is het noodzakelijk een energieonderzoek uit te voeren (artikel 2.15 van het Activiteitenbesluit). U moet in het onderzoek ten minste de maatregelen behandelen die zijn vermeld op de website van Infomil: [databank Energiebesparing en Winst]. Tevens moet het onderzoek voldoen aan de Handleiding Energiebesparingsonderzoeken (Den Haag 2003, InfoMil E16). Omdat voor veel energiebesparende maatregelen een investering nodig is, is het lastig om alle maatregelen tegelijk uit te voeren. Ik verzoek u dan ook om, naast het energieonderzoek, een plan van aanpak op te sturen naar de DCMR. Hierin kunt u aangeven welke maatregelen u binnen welke termijn gaat treffen. Energiebesparende maatregelen (x standaardinstelling) U moet besparingsmaatregelen te treffen die zich binnen vijf jaar terugverdienen. Tijdens het controlebezoek is geconstateerd dat het daarbij om de volgende besparingsmaatregelen gaat: - maatregel 1: Weersafhankelijk regelen van de CV-ketel; - maatregel 2: Weersafhankelijk regelen van de CV-groepen; - maatregel 3: Instellen van de stookgrens van de CV- ketel; - maatregel 4: Automatische verlaging van de binnentemperaturen in de nacht; - maatregel 5: Isoleren van de CV-leidingen; - maatregel 6: Isoleren van flenzen en afsluiters van de CV-installatie; - maatregel 10: Tapwater verwarmen met aparte ketel; - maatregel 12: Pas vrije koeling toe; - maatregel 14: Isoleren van de spouwmuur; - maatregel 15: Isoleren van de platte daken; - maatregel 16: Goede luchtstroming langs condensor; - maatregel 17: Automatische schuifdeuren in de winter als tochtsluis gebruiken; - maatregel 18: Buitenverlichting energiezuinig uitvoeren; - maatregel 21: Gloeilampen vervangen door spaarlampen;

2 - maatregel 22: Ruimte leeg, licht uit door bewegingssensor; - maatregel 23: Buitenzonwering voor gekoelde ruimten; - maatregel 24: Waterbesparende douchekoppen installeren; - maatregel 25: Tochtstrippen en andere kierdichting controleren of vervangen; - maatregel 27: Zwembad afdekken na gebruik; - maatregel 28: Ruimten met veel vochtproductie drogen met warmtepomp; - maatregel 30: Registratie en monitoring van energie. De volgende maatregelen moet u treffen bij een eventuele toekomstige renovatie of nieuwbouw of een ander natuurlijk vervangingsmoment: - maatregel 7: Frequentie geregelde CV-pomp plaatsen; - maatregel 8: Energiezuinige HR-ketel plaatsen; - maatregel 9: Afwijkende ruimtes op een apart geregelde groep of CV-ketel; - maatregel 11: Warmteterugwinning uit ventilatielucht toepassen; - maatregel 13: Koelmachine vervangen door koude opslag in de bodem; - maatregel 19: Toepassen hoogfrequent verlichting; - maatregel 20: Verlichting daglichtafhankelijk regelen; - maatregel 26: Elektrische verwarmde apparatuur vervangen door gasgestookte apparatuur; - maatregel 29: Bij nieuwbouw onderzoeken van Zeer Lage Temperatuur Verwarming. Tijdens het controlebezoek is een brochure overhandigd waarin per maatregel uitleg wordt gegeven over de uitvoering, de investering en de besparing binnen uw inrichting. Plan van aanpak (x standaardbrief) Het is vaak niet mogelijke om alle energiebesparende maatregelen tegelijk uit te voeren. Daarom wordt u in de gelegenheid gesteld om een plan van aanpak te overleggen waarin u zelf de termijnen voor de maatregelen kunt bepalen. U moet alle hierboven vermelde maatregelen in het plan opnemen. Een voorgedrukt plan van aanpak treft u in de bijlage. Wanneer u zelf al een energiebesparingsplan heeft opgesteld waarin de genoemde maatregelen worden behandeld, kunt u dat opsturen. Te nemen acties Om de overtreding ongedaan te maken, moet u het volgende doen: 1. U moet binnen één maand na dagtekening van deze brief uw energie verbruikgegevens van het afgelopen jaar toe sturen. Op basis van deze gegevens beoordeelt de DCMR of u wettelijk verplicht bent aanvullende energiebesparende maatregelen te nemen. Als blijkt dat u na deze periode de gevraagde actie niet heeft uitgevoerd, zal de DCMR passende maatregelen treffen. 2. U moet binnen drie maanden na dagtekening van deze brief een plan van aanpak aanleveren, waarin u aangeeft welke energiebesparende maatregelen binnen welke termijn u gaat nemen. Hiervoor kunt u gebruik maken van het invulformulier in de bijlage. Als blijkt dat u na deze periode de gevraagde actie niet heeft uitgevoerd, dan bepaalt de DCMR binnen welke periode u de maatregelen dient te nemen. De gevraagde gegevens kunt u sturen naar de gemeente Xxxxx, ter attentie van de directeur van de DCMR Milieudienst Rijnmond, Postbus 843, 3100 AV Schiedam. Meer informatie Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de heer xx onder bovenvermeld doorkiesnummer.

3 Plan van aanpak energiebesparende maatregelen zorginstellingen. Bedrijfsgegevens: Datum: Naam inrichting: Adres: Contactpersoon Per maatregel heeft u op deze lijst drie mogelijkheden: * De maatregel is inmiddels toegepast. Zet een kruisje bij aanwezig. * De maatregel is niet toegepast, maar deze wordt gerealiseerd (verplicht bij een terugverdientijd van minder dan 5 jaar). Vul hier een datum in wanneer de maatregel genomen zal zijn. * De maatregel wordt niet toegepast. In dit geval moet u (door berekening) aantonen dat de terugverdientijd meer dan vijf jaar is. In individuele gevallen kan een andere reden ook worden geaccepteerd. Wanneer u deze mogelijkheid invult, dient u altijd een toelichting te geven onder aan deze lijst. Indien een vierkantje voor deze mogelijkheden staat, moet u de maatregel uitvoeren bij vervanging van de oude apparatuur. Indien bekend is wanneer deze wordt vervangen, vult u hier het tijdstip van vervanging in. In de technische ruimte 1. Is er een weersafhankelijke regeling van de ketelwatertemperatuur? 2. Is er een weersafhankelijke regeling van de CV-groepen? 3. Is er een goede stookgrens ingesteld? 4. Is er automatische verlaging van de binnentemperaturen in de nacht? 5. Zijn cv-leidingen geïsoleerd? 6. Zijn appendages en afsluiters geïsoleerd? 7. Zijn de cv-pompen frequentiegeregeld?

4 Bijlage 1 8. Is de cv-ketel een HR-ketel? 9. Wordt aparte cv-groep voor afwijkende toegepast? 10. Is er een aparte ketel voor warm tapwater? 11. Wordt warmte teruggewonnen uit ventilatielucht? 12. Wordt koude buitenlucht gebruikt voor koeling? 13. Wordt mogelijkheid van warmte/koude opslag in bodem onderzocht? </B LK >1 4. Buiten Is de spouwmuur geïsoleerd? 15. Is het platte dak geïsoleerd? 16. Is er optimale luchtstroming langs condensor? 17. Worden automatische deuren in de winter als tochtsluis gebruikt? 18. Wordt energiezuinige buitenverlichting gebruikt? In de te werkruimten </B LK >1 9. Worden ruimtes verlicht d.m.v. hoog frequente verlichting? 20 Is de verlichting daglicht- of bewegingsafhankelijk geregeld? ontbreekt, maar wordt gerealiseerd bij vervanging 21. Zijn spaarlampen geplaatst i.p.v. Blad 4 van 4

5 Bijlage 1 gloeilampen? 22. Wordt verlichting in onregelmatig gebruikte ruimten geschakeld d.m.v. bewegingssensor? 23. Is er buitenzonwering voor gekoelde ruimten? 24. Worden waterbesparende douchekoppen gebruikt? ontbreekt, maar wordt gerealiseerd in bij vervanging. 25. Is er een goede kierdichting? 26. Is er gasgestookte apparatuur aanwezig in de grootkeuken? 27. Is er een afdekking voor het oefenbad? 28. Is er een warmtepomp om ruimten met veel vochtproductie te drogen? 29. Is er een onderzoek gedaan naar Zeer Lage Temperatuur Verwarming? 30. Vindt er monitoring van het energieverbruik plaats? ontbreekt, maar wordt gerealiseerd bij nieuwbouw of renovatie. niet van toepassing altijd toepasbaar natuurlijk vervangingsmoment (renovatie / verbouw) TOELICHTING: (Indien maatregelen niet toegepast gaan worden) Maatregel Maatregel Blad 5 van 4

6 Bijlage 1 Maatregel Maatregel Blad 6 van 4

7 Bijlage 2 Bijlage behorende bij brief met kenmerk:. Artikel 2.15 luidt: Artikel luidt: Blad 1 van 1