SER-Wijzer BROCHURE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD. Bezuidenhoutseweg 60. Postbus LK Den Haag T E

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "SER-Wijzer BROCHURE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD. Bezuidenhoutseweg 60. Postbus LK Den Haag T E"

Transcriptie

1 BROCHURE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD Bezuidenhoutseweg 60 Postbus LK Den Haag T E communicatie@ser.nl , Sociaal-Economische Raad ISBN SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD

2

3 Sociaal-Economische Raad De Sociaal-Economische Raad (SER) adviseert het kabinet en het parlement over de hoofdlijnen van het te voeren sociaal en economisch beleid en over belangrijke wetgeving op sociaal-economisch terrein. Ook is de SER betrokken bij de uitvoering van enkele wetten. De SER is in 1950 bij wet ingesteld. Zitting in de SER hebben vertegenwoordigers van ondernemers en van werknemers, en kroonleden (onafhankelijke deskundigen). De raad is een onafhankelijk orgaan. Financiering van de SER verloopt via een lump sum uitname uit het AWf (Algemeen Werkloosheidsfonds). Doordat het bedrijfsleven (en niet de overheid) bijdraagt aan het Awf, wordt de SER door het gezamenlijke Nederlandse bedrijfsleven gefinancierd. De adviezen en andere rapporten van de SER worden voorbereid door vaste en tijdelijke commissies. Enkele vaste commissies kunnen onder bepaalde voorwaarden ook zelfstandig adviseren. Actuele informatie over de samenstelling en de werkzaamheden van de SER en zijn commissies, persberichten en het laatste nieuws zijn te vinden op de website van de SER ( Ook alle adviezen die sinds 1950 zijn verschenen, zijn daar te vinden. SERmagazine brengt maandelijks nieuws en achtergrondinformatie over de SER, de overlegeconomie en belangrijke sociaal-economische ontwikkelingen. 2

4 Inhoudsopgave 1. Inleiding De Sociaal-Economische Raad in het kort Geledingen Lidmaatschap van de raad Taken Adviserende taak Bestuurlijke taken en zelfregulering Medebewindstaken Platform en dialoog Werkwijze van de SER Raad Voorzitter en dagelijks bestuur Raadsvergaderingen Commissies en werkgroepen Commissies gebaseerd op de Wet op de SER Overige commissies Lidmaatschap van (sub)commissies en werkgroepen Vergaderingen van (sub)commissies en werkgroepen De adviesprocedure Procedure behandeling adviesaanvraag Voorbereiding in commissies en vaststelling door de raad Publiciteit rond adviezen en nazorg Openbaarheid, beslotenheid en geheimhouding Vergoedingen Organisatie Rechtspersoon Financiering en financiële verantwoording Samenstelling en organisatie van het secretariaat Overige SER en SER in de provincie SER in Europa SER buiten Europa Bijlage: Plattegrond raadzaal 37 3

5 4

6 1. Inleiding De Sociaal-Economische Raad (SER) is in 1950 opgericht en de taken en bevoegdheden zijn verankerd in de Wet op de Sociaal-Economische Raad (Wet op de SER), voorheen Wet op de Bedrijfsorganisatie. De SER wil als advies- en overlegorgaan van ondernemers, werknemers en kroonleden (onafhankelijke deskundigen) een bijdrage leveren aan de maatschappelijke welvaart. Maatschappelijke welvaart betekent naast economische groei ook sociale vooruitgang en een betere leefomgeving. De SER adviseert dan ook over nationale en internationale onderwerpen op breed sociaal-economisch terrein. De SER streeft hierbij naar kwaliteit en draagvlak: grote deskundigheid in combinatie met breed gedragen overeenstemming en steun in de samenleving. Daarnaast biedt de SER een platform om sociaal-economische vraagstukken te bespreken. Kortom: de SER levert denkwerk voor draagvlak door dialoog. Deze brochure is opgezet als wegwijzer en naslagwerk voor een snel inzicht in de SER. De brochure bevat gedetailleerde informatie over de SER, zijn organisatie, taken en werkwijze. De is vooral bedoeld voor raads- en commissieleden van de SER, medewerkers van het secretariaat, en ministeriële vertegenwoordigers. Actuele informatie over de SER is te vinden op de uitgebreide website (ook in het Engels). 5

7 2. De Sociaal-Economische Raad in het kort De Sociaal-Economische Raad (SER) adviseert de regering en het parlement over de hoofdlijnen van het te voeren sociale en economische beleid en over belangrijke wetgeving op sociaal-economisch terrein. Daarnaast heeft de SER bestuurlijke taken en vervult hij steeds meer een platformfunctie. In hoofdstuk 3 is meer informatie opgenomen over de taken van de SER. 2.1 Geledingen De SER is uit drie geledingen (tripartiet) samengesteld en telt in totaal 33 leden: elf ondernemersleden, elf werknemersleden en elf kroonleden (onafhankelijke deskundigen). Elk lid heeft een plaatsvervanger. De kroonleden zijn deskundigen (veelal hoogleraren) op economisch, financieel, juridisch, en/of sociaalwetenschappelijk terrein en beschikken meestal ook over relevante bestuurlijke ervaring. Ze zijn benoemd door de Kroon en zijn onafhankelijk. De zetelverdeling voor ondernemers- en werknemersorganisaties is momenteel als volgt: Ondernemersleden Vereniging VNO-NCW Koninklijke Vereniging MKB-Nederland Land- en Tuinbouw Organisatie Nederland (LTO) 7 leden 3 leden 1 lid Werknemersleden Federatie Nederlandse Vakbeweging (FNV) Christelijk Nationaal Vakverbond (CNV) VCP, Vakcentrale voor professionals 7 leden 2 leden 2 lid Kroonleden 11 leden De samenstelling van de raad is te vinden op de SER-website ( 6

8 2.2 Lidmaatschap van de raad In de Wet op de SER staan bepalingen over het lidmaatschap van de raad. Een samenvatting van deze regels volgt hieronder. Benoeming van raadsleden en voorzitter De centrale organisaties van ondernemers en werknemers benoemen ieder zelf respectievelijk de ondernemers- en werknemersleden die namens hun organisatie zitting hebben in de SER. Om als centrale organisatie benoemingsgerechtigd te zijn, moeten deze organisaties eerst formeel zijn aangewezen als representatief. Welke organisaties hiervoor in aanmerking komen, staat omschreven in de Wet op de SER en wordt elke twee jaar opnieuw bekeken en besloten (door het Kabinet, mede op basis van een advies vanuit de SER zelf). Kroonleden worden op voordracht van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) via een kabinetsbesluit benoemd door de Kroon. Kroonleden zijn echter geen verantwoording schuldig aan de regering. Tot de kroonleden behoren ook qualitate qua vertegenwoordigers van De Nederlandsche Bank (DNB) en het Centraal Planbureau (CPB). De voorzitter van de raad is in de praktijk altijd een kroonlid en wordt net als de andere kroonleden door de Kroon benoemd. De raad krijgt gelegenheid om over de benoeming van een nieuwe voorzitter advies uit te brengen. De twee plaatsvervangende voorzitters van de raad worden benoemd door de raad zelf; in de praktijk gaat het om de voorzitters van de grootste werknemers- en ondernemersorganisatie (FNV en VNO-NCW). Om het jaar is één van hen eerste plaatsvanger. Deze vervangt de voorzitter bij afwezigheid. De raadsleden hebben een zittingsperiode van twee jaar welke voor iedereen gelijk loopt. Raadsleden kunnen direct worden herbenoemd. Als een raadslid tijdens de zittingsperiode zijn lidmaatschap wil of moet beëindigen, blijft zijn plaatsvervanger als zodanig in functie. Voor benoeming in een tussentijds ontstane vacature geldt dezelfde procedure als bij reguliere benoemingen. Leden van de raad moeten bij aanvang van hun lidmaatschap een curriculum vitae en een overzicht van betaalde en onbetaalde functies indienen bij het secretariaat van de SER. Hiertoe ontvangen zij een schriftelijk verzoek van het algemeen secretariaat. De gegevens worden geplaatst op de persoonlijke pagina van het raadslid op de SER-website. 7

9 Vereisten voor het lidmaatschap Een lid van de raad mag niet uitgesloten zijn van het kiesrecht. Iemand die is ontzet uit het recht bepaalde ambten of bepaalde beroepen of functies te bekleden, mag geen lid van de raad zijn1. Verder zijn bepaalde functies onverenigbaar met het lidmaatschap van de raad. Een lid of plaatsvervangend lid van de SER dat een van deze functies gaat bekleden, is daardoor van rechtswege geen (plaatsvervangend) lid meer van de raad. Zulke functies zijn: minister, staatssecretaris of vicepresident of lid van de Raad van State; gewoon lid, bijzonder lid, gerechtsauditeur, griffier of substituut-griffier van het College van Beroep voor het bedrijfsleven; secretaris of een ander lid van het personeel van de Sociaal-Economische Raad. In de regel wordt het lidmaatschap van de raad ook niet verenigbaar geacht met het lidmaatschap van de Tweede of Eerste Kamer omdat deze advies aan de raad kunnen vragen. Als een lid niet langer voldoet aan deze eisen (zoals gesteld in artikel 5 van de Wet op de SER), of een functie aanvaardt die met het lidmaatschap onverenigbaar is, dan moet hij dit melden aan de voorzitter van de raad. 1 8 Artikel 5 Wet op de SER.

10 3. Taken De SER adviseert de regering en het parlement over de hoofdlijnen van het te voeren sociaal en economische beleid en over belangrijke wetgeving op sociaal-economisch terrein. Daarnaast heeft de SER bestuurlijke taken. Zo voert de SER enkele wetten mede uit die belangrijk zijn voor het bedrijfsleven, zoals de Wet op de ondernemingsraden (WOR) en de Wet op de medische keuringen (Wmk). Ook heeft de SER tot taak een goede werking van het bedrijfsleven te bevorderen alsmede het bedrijfsleven te stimuleren om het algemeen belang in het oog te houden. In dit kader voert de SER zelf regulerende taken uit, zoals toezicht op de naleving van Fusiegedragsregels en zelfregulering op consumententerrein. In de onderstaande paragrafen wordt nader ingegaan op de huidige taken van de SER. 3.1 Adviserende taak De bekendste taak van de SER is het adviseren van de regering en het parlement2 over de hoofdlijnen van het sociaal en economisch beleid. De adviserende taak van de SER is geregeld in de Wet op de SER. De SER adviseert gevraagd (op verzoek) en ongevraagd (uit eigen beweging). Aan de adviezen van de SER liggen sociaal-economische doelstellingen ten grondslag. De raad hanteert in zijn advisering de volgende uitgangspunten voor wenselijk beleid3: een evenwichtige economische groei (binnen het kader van het streven naar duurzame ontwikkeling en prijsstabiliteit); een zo groot mogelijke arbeidsparticipatie; en de totstandkoming van een redelijke inkomensverdeling. Deze uitgangspunten worden ook kortweg aangeduid als het brede welvaartsbegrip. Welvaart impliceert niet alleen materiële vooruitgang 2 3 Zowel de Tweede als de Eerste Kamer heeft een protocol opgesteld voor adviesaanvragen aan de SER. In zijn advies Convergentie en overlegeconomie van 20 november 1992 (nr. 1992/15) heeft de SER zijn doelstellingen laatstelijk geherformuleerd. Deze doelstellingen gelden momenteel, en bieden een gezamenlijk ankerpunt voor advisering. 9

11 (welvaart en productiegroei), maar ook aspecten van sociale vooruitgang (welzijn, emancipatie en sociale cohesie) en een goede kwaliteit van de leefomgeving (ruimtelijke inrichting en mobiliteit, milieu en energie). Een belangrijke basis voor het SER-(advies)werkprogramma is de brief die de minister van SZW elk najaar stuurt. Deze brief bevat een overzicht van de belangrijkste beleidsvoornemens en -vraagstukken waarover het kabinet de SER het komende parlementaire jaar om advies vraagt. De onderwerpen zijn afkomstig van diverse ministeries. Het werkterrein van de SER strekt zich namelijk uit over de volle breedte van het sociaaleconomische beleid. Over de te ontvangen adviesaanvragen vindt veelal afstemming met de betrokken ministeries plaats. Overigens is het heel gebruikelijk dat kabinet en parlement gedurende het jaar ook andere adviesaanvragen indienen, die niet zijn genoemd in deze brief. Vaak gaat het dan om onderwerpen die in de (politieke) actualiteit spelen en waarvoor inbreng van de SER gewenst wordt. De SER heeft zich vanaf het begin uitgesproken over onderwerpen die op het eerste gezicht niet behoren tot de klassieke sociaal-economische onderwerpen zoals bijvoorbeeld de sociale zekerheid. Zo verschenen al in de jaren vijftig adviezen over de huren, het landbouwbeleid en het vervoersbeleid. In de loop der jaren is het aandeel van dergelijke adviezen toegenomen. Daarbij ging het dan met name om ruimtelijke inrichting en mobiliteit, duurzaamheid en energie, gezondheidszorg en onderwijs. Het gemeenschappelijke criterium voor de adviesonderwerpen is dat het beleid op de genoemde terreinen van grote invloed is op het sociaal-economisch functioneren van Nederland. Steeds vaker is een integrale analyse en beoordeling van ontwikkelingen en voornemens nodig. De SER kijkt bij dergeliike brede onderwerpen dan met name naar de sociaal-economische aspecten, en niet zozeer naar de domein-inhoudelijke aspecten (zoals bijvoorbeeld welke geneesmiddelen in het zorgverzekeringspakket horen). De adviserende taak leidt tot verschillende soorten producten zoals adviezen, verkenningen, signaleringen en rapporten. Deze verschillende uitingen worden altijd openbaar gemaakt (digitaal, via de SER-website). Verder vindt van tijd tot tijd consultatief overleg plaats met bewindspersonen om over actuele onderwerpen van gedachten te wisselen. 10

12 3.2 Bestuurlijke taken en zelfregulering Naast het voorbereiden van adviezen over bredere sociaal-economische vraagstukken verricht de SER ook andere taken. Deze activiteiten komen voort uit bestuurlijke taken en zelfregulering. In artikel 2 van de Wet op de SER wordt de raad opgedragen een het algemeen belang dienende werkzaamheid van het bedrijfsleven te bevorderen en de belangen van het bedrijfsleven en de mensen die daarin werken te behartigen. Dat houdt mede in dat de SER tot taak heeft de goede werking van het bedrijfsleven te bevorderen en het bedrijfsleven te stimuleren om het algemeen belang in het oog te houden. Onder deze noemer vallen de volgende zelfreguleringsactiviteiten van de SER: de borging van de uitvoering en implementatie van het Energieakkoord; het bevorderen en monitoren van het Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (IMVO); taken op het terrein van arbeidsomstandigheden; het (opstellen en) uitvoering geven aan de SER Fusiegedragsregels; het faciliteren van totstandkoming algemene consumentenvoorwaarden; de bemiddeling in geschillen op grond van de Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds (Wet bpf); het verstrekken van subsidies aan bijvoorbeeld de Stichting van de Arbeid; het voordragen van leden van enkele Europese adviesorganen. Borging Energieakkoord De SER heeft in 2013 de totstandkoming van het Energieakkoord voor duurzame groei begeleid en gefaciliteerd. Na ondertekening van dit akkoord draagt de SER op verzoek van de partijen zorg voor de monitoring en borging ervan. Vertegenwoordigers van alle partijen die het Energieakkoord hebben ondertekend, vormen samen de SER-Commissie Borging Energieakkoord. Het gaat om werkgevers, werknemers, natuur- en milieuorganisaties, maatschappelijke organisaties, centrale en decentrale overheden. De commissie, onder leiding van een onafhankelijk voorzitter, draagt zorg voor de borging van het Energieakkoord voor duurzame groei. De commissie komt met een zekere regelmaat bijeen voor de actualisering van de voortgang en eventuele bijstelling van maatregelen met het oog op de overeengekomen doelstellingen. 11

13 De partijen van het Energieakkoord zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de aan hen toebedachte onderdelen, en nemen gezamenlijk verantwoordelijkheid voor de succesvolle uitvoering en uitwerking van het akkoord, inclusief de maatschappelijke betrokkenheid. Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (IMVO) Sinds 2008 werken de centrale werkgevers- en werknemersorganisaties in de SER samen aan het bevorderen van internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen (IMVO). In zijn advies IMVO-convenanten (2014) bepleitte de SER dat sectoren en bedrijven het initiatief nemen convenanten te sluiten met de overheid, vakbonden en maatschappelijke organisaties over IMVO. Met deze IMVO-convenanten is een nieuw instrument ontstaan om risico s op schendingen van mensenrechten en schade aan milieu in de keten substantieel aan te pakken. De SER faciliteert de totstandkoming en implementatie van dergelijke convenanten, zoals bij het Convenant Duurzame Kleding en Textiel (2016), het Bankenconvenant (2016) en het Convenant Verantwoord Goud (2017). Arbeidsomstandigheden Een van de aandachtsgebieden van de SER betreft de gezondheid en het welzijn in verband met de arbeid. In dit kader geeft de SER onder meer voorlichting aan werkgevers en werknemers over het werken met chemische stoffen. Informatie hierover is te vinden op de databank Grenswaarden en de digitale leidraad Veilig werken met chemische stoffen. De SER onderhoudt deze databanken en houdt ze actueel. De Subcommissie Grenswaarden Stoffen op de Werkplek adviseert over grenswaarden voor kankerverwekkende en mutagene stoffen zonder drempelwaarde. De Commissie Arbeidsomstandigheden brengt adviezen uit op het beleidsterrein van arbeidsomstandigheden. SER Fusiegedragsregels Ondernemers- en werknemersorganisaties en kroonleden hebben in de SER een gedragscode afgesproken voor ondernemingen die met een fusie te maken krijgen. Deze code is vastgelegd in de Fusiegedragsregels. Hierin staan regels die de belangen van werknemers moeten beschermen bij een (voorgenomen) fusie. Het gaat erom dat de betrokken vakorganisaties tijdig worden geïnformeerd, nog vóórdat er een openbare mededeling 12

14 wordt gedaan over de op handen zijnde fusie. De SER-Geschillencommissie Fusiegedragsregels behandelt klachten over overtredingen van de Fusiegedragsregels. Indien de geschillencommissie de klacht gegrond acht, kan zij tot een openbare berisping overgaan. Deze vorm van zelfregulering is sinds 1970 bij de SER ondergebracht. De huidige Fusiegedragsregels zijn in 2015 herzien. Algemene consumentenvoorwaarden De SER begeleidt en ondersteunt ondernemers- en consumentenorganisaties bij hun onderhandelingen over evenwichtige algemene voorwaarden bij goederen of diensten. Dit zijn de kleine lettertjes die ondernemers hanteren bij de koop van goederen of diensten door de consument. Sluitstuk van deze vorm van zelfregulering is het instellen van een geschillencommissie waarin ondernemers én consumenten zitting hebben. In meer dan vijftig branches zijn zulke afspraken in SER-verband gemaakt en dit aantal groeit nog steeds. Deze voorwaarden worden bij tijd en wijle ook geactualiseerd. Bemiddeling geschillen Wet verplichte deelneming bedrijfstakpensioenfonds (Wet bpf) Sinds 2001 bestaat een SER-regeling voor bemiddeling in geschillen bij de Wet bpf. Het gaat hierbij om geschillen over de toepassing van de vrijstellingsregeling die in die wet is opgenomen. In die vrijstellingsregeling zijn criteria opgenomen op grond waarvan individuele ondernemingen dispensatie kunnen krijgen van de verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds. De SER-regeling voorziet in een onafhankelijke bemiddelaar om bij geschillen over de toepassing van deze criteria te bemiddelen. Subsidieverstrekking De taak van de SER kan tevens inhouden het financieel ondersteunen van andere organisaties en instellingen, indien dat gelet op de overige door de raad uit te oefenen taken als hierboven genoemd, doelmatig en functioneel is. De SER heeft daartoe een subsidiekader opgesteld. Als uitgangspunt geldt dat de SER zeer terughoudend is bij het verlenen van subsidies. De SER gaat slechts tot subsidiëring over in het licht van zijn taakopdracht en indien de subsidie het algemeen sociaal-economisch overleg bevordert. De SER verstrekt momenteel zogeheten exploitatiesubsidies (voor kosten van de reguliere en vaste activiteiten van de betreffende organisatie) aan de Stichting van de Arbeid, de Stichting voor de Jaarverslaggeving en de provinciale SER en. 13

15 Voordracht leden adviesorganen Europese Unie Ten slotte kan de SER personen voordragen ten behoeve van de samenstelling van enkele adviesorganen, met name van de Europese Unie, waaronder het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC), als daartoe een verzoek wordt ontvangen. 3.3 Medebewindstaken De uitvoering van wetten die voor het bedrijfsleven belangrijk zijn, valt onder de medebewindstaken van de SER. Dit zijn taken van de overheid die zij voor een deel door de SER laat uitvoeren. In dit verband wordt gesproken van medebewind, omdat de overheid uiteindelijk verantwoordelijk is. De SER heeft een medebewindstaak ten aanzien van de Wet op de ondernemingsraden (WOR) en de (uitvoering van de) Wet op de medische keuringen (Wmk). Wet op de ondernemingsraden (WOR) De taken die de SER in het kader van de WOR onder meer verricht zijn: Bevorderen van medezeggenschap. Sinds 2013 is dit als taak aan de SER toegewezen in de WOR. De SER heeft hiertoe de Commissie Bevordering Medezeggenschap (CBM) in het leven geroepen. De kerntaak van de CBM is het in brede zin bevorderen van de medezeggenschap en de kwaliteit daarvan in ondernemingen. Verder is zij onder andere belast met het voorbereiden van adviezen aan regering en parlement over medezeggenschap en diverse taken inzake scholing en vorming van OR-leden. Het instellen van de bedrijfscommissies en het regelen van hun samenstelling en werkwijze (zie ook paragraaf 4.2.2). De bedrijfscommissies, waarin ondernemers- en werknemersvertegenwoordigers vertegenwoordigd zijn, zijn betrokken bij de naleving van de WOR. De belangrijkste taak van de bedrijfscommissies is op verzoek te bemiddelen tussen partijen bij een geschil dat is te herleiden op (de naleving van) de WOR. Voor zover bemiddeling niet slaagt, adviseren de bedrijfscommissies partijen bij een geschil. Het secretariaat van de bedrijfscommissies Markt I en Markt II is ondergebracht bij de SER. Het beslissen over verzoeken van ondernemingen om ontheffing van de OR-instellingsplicht. De vaststelling van richtbedragen voor de kosten van scholing en vorming van OR-leden van voldoende kwaliteit. Dit gebeurt jaarlijks op voordracht van de CBM. 14

16 Wet op de medische keuringen (Wmk) De Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (CKA) is ingesteld om de juiste toepassing en naleving van de Wmk te bevorderen. Bij de CKA kan men ook terecht met vragen en klachten over aanstellingskeuringen. Zie ook paragraaf De instelling van de CKA is op grond van de Wmk aan de SER opgedragen. De Wmk bepaalt onder welke voorwaarden een keuring mag worden verricht en aan welke procedurevoorschriften de keuring moet voldoen. Voor de aanstellingskeuring worden deze vereisten aangevuld door het Besluit aanstellingskeuringen van 23 november Platform en dialoog Naast bovengenoemde taken rekent de SER het ook tot zijn taak om een platform te zijn waar relevante sociaal-economische vragen besproken worden, soms als onderdeel van een adviestraject, soms juist ter verkenning en agendering van een onderwerp. De SER zoekt informatie en visies van betrokkenen op, ook van partijen die niet vertegenwoordigd zijn in de raad. In het verlengde hiervan organiseert de SER regelmatig bijvoorbeeld symposia en expertmeetings over actuele onderwerpen. Soms resulteren deze bijeenkomsten in een publicatie. 15

17 4. Werkwijze van de SER Dit hoofdstuk gaat nader in op: de werkwijze van de raad (4.1); de werkwijze van commissies en werkgroepen (4.2); de adviesprocedure (4.3); vergoedingen (4.4); Openbaarheid, vertrouwelijkheid en geheimhouding (4.5). 4.1 Raad De SER heeft bij verordening nadere regels over zijn werkwijze vastgelegd in zijn Reglement van Orde. Dit reglement is te vinden op de website van de SER ( In deze paragraaf komt een aantal van de regels daaruit aan bod die betrekking hebben op de raad Voorzitter en dagelijks bestuur Voorzitter De voorzitter is belast met de leiding van de raad. De voorzitter overlegt regelmatig met de beide plaatsvervangende voorzitters. Dagelijks bestuur Het dagelijks bestuur (DB) van de SER regelt de werkwijze en beheert het werkprogramma en de financiën. Verder heeft de raad het DB gemachtigd bepaalde besluiten te nemen. Het DB bestaat uit twaalf leden, vier uit elk van de drie geledingen. De voorzitter van de raad is tevens voorzitter van het DB en de beide plaatsvervangende voorzitters zijn leden van het DB. Het DB vergadert in de regel een keer per maand. Het DB bepaalt bij ontvangst van een adviesaanvraag of deze in behandeling wordt genomen en, zo ja, de wijze waarop zal worden geadviseerd (bijvoorbeeld op hoofdlijnen / beperkt tot een aantal onderdelen). Het DB wijst de behandeling van de adviesaanvragen toe aan een vaste commissie of stelt een ad-hoccommissie in. 16

18 4.1.2 Raadsvergaderingen De voltallige raad vergadert in beginsel eenmaal per maand op de derde vrijdag van de maand. De vergaderingen vinden plaats in de raadzaal van het SER-gebouw. Hoofdpunten op de agenda zijn adviezen, rapporten en verordeningen die in de raad worden vastgesteld. Dit is aan het eind van een traject; soms wordt in een raadsvergadering juist ook de start van een adviesonderwerp besproken. Een vast onderdeel van elke vergadering zijn actualiteiten waarbij raadsleden zelf of een externe gast ingaat op een actuele zaak. Ook worden regelmatig presentaties over lopende SER-werkzaamheden gegeven. In principe zijn de vergaderingen van de voltallige raad openbaar, maar ze kunnen ook achter gesloten deuren plaatsvinden, bijvoorbeeld als er over personen gesproken wordt. Belangstellenden die een openbare vergadering willen bijwonen, hoeven zich niet van tevoren aan te melden. Ze kunnen vanaf de publieke tribune het overleg volgen. Ontwerpadviezen die door de raad worden besproken, zijn soms al voor de raadsvergadering openbaar (soms worden deze stukken al openbaar op het moment dat ze de achterbanprocedure ingaan; informatie over de achterbanprocedure is te vinden in paragraaf 4.3.2). Belangstellenden kunnen ontwerpadviezen, agenda s en verslagen van de raadsvergaderingen bekijken op de website ( Per kalenderjaar wordt een vergaderrooster opgesteld. Verschuiving van de vergaderdatum of afgelasting van een vergadering wordt tijdig aan de raadsleden medegedeeld. De leden en de plaatsvervangende leden krijgen de agenda van de vergadering met de bijbehorende stukken zoveel mogelijk circa tien dagen voorafgaand aan de raadsvergadering toegezonden. Soms is deze termijn korter, met name als er nog hard wordt gewerkt aan de afronding van een ontwerpadvies. Het secretariaat maakt een presentielijst op en legt deze vóór de aanvang van een vergadering bij de ingang van de vergaderzaal ter tekening gereed. Deelname door leden en plaatsvervangende raadsleden De ondernemers- en werknemersorganisaties bepalen zelf, per vergadering, wie van de (plaatsvervangende) leden deelneemt. Kruislingse vervanging is daarbij mogelijk, er wordt dus niet strikt vastgehouden aan duo s van lid en plaatsvervangend lid. Deze regeling is getroffen om, gelet op ieders specifieke deskundigheid, in de vergaderingen een werkverdeling tussen leden en plaatsvervangend leden mogelijk te maken. 17

19 Plaatsvervanging kroonledenpool Kroonleden en plaatsvervangende kroonleden draaien mee in de zogeheten kroonledenpool. Dat betekent in de praktijk dat ook voor kroonleden kruislingse plaatsvervanging mogelijk is en er niet strikt wordt vastgehouden aan duo s van kroonlid en plaatsvervanger. Kroonleden en plaatsvervangende kroonleden kunnen zodoende in gelijke mate en rekening houdend met ieders specifieke expertise en betrokkenheid bij de voorbereiding van een onderwerp deelnemen aan de raadsvergaderingen. De (plaatsvervangende) kroonleden namens het CPB en DNB blijven buiten de pool. Zij blijven wel werken onder het strikte principe van onderlinge plaatsvervanging. Dit past ook bij het bijzondere karakter van hun qualitate qua kroonlidmaatschap. Uitnodiging commissieleden Leden van commissies van de raad die geen lid zijn van de raad, kunnen door de voorzitter worden uitgenodigd aan een raadsvergadering deel te nemen, bijvoorbeeld als onderwerpen op het terrein van de commissie worden besproken. Deze commissieleden hebben dan een raadgevende stem. Derden De voorzitter van de raad kan derden uitnodigen om deel te nemen aan de raadsvergadering en hen het woord geven. Dat gebeurt ook regelmatig, bijvoorbeeld om zodoende het geluid uit een praktijkveld waarover het advies gaat aan bod te laten komen. Of om andere betrokken partijen bij een advies hun inbreng te laten toelichten. Deelnamezonder last of ruggespraak Alle leden van de raad nemen deel aan activiteiten van de SER zonder last of ruggespraak 4. Al oordeelt elk lid zelfstandig, het staat hem/haar vrij advies in te winnen bij zijn organisatie of bij derden. De kroonleden zijn voor hun optreden in de raad en de commissies in geen enkel opzicht verantwoording schuldig aan de centrale overheid en kunnen dus naar eigen inzicht hun standpunt bepalen. Vaststelling adviezen Bij het voorbereiden van adviezen spreken raadsleden en commissieleden op basis van inhoudelijke argumenten. Zij streven naar breed gedragen oplossingen voor maatschappelijke problemen. Om die reden zoekt de raad altijd naar de mogelijkheid van een unaniem advies. Dat lukt in de praktijk in het (ruime) merendeel van de adviezen ook. Dan hoeft er niet gestemd te worden over een advies Artikel 22 Wet op de SER.

20 Als de leden van de raad het echter op bepaalde punten niet eens kunnen worden, komen hun verschillende standpunten apart in het advies te staan. Bij de vaststelling van adviezen die verdeeld zijn, vindt registratie van standpunten plaats. De essentie daarvan is dat aangegeven wordt dat een deel van de raad één van de in het advies verwoordde standpunten/ opvattingen/meningen onderschrijft. Ook wordt aangegeven hoe dat deel is samengesteld. Daarbij wordt de volgende terminologie gebruikt: Aantal leden voor een standpunt Omschrijving in de tekst meer dan 4, maar minder dan 29* één lid (van de raad) enkele leden (van de raad) een deel van de raad een ander deel van de raad nog een ander deel van de raad de raad 29* of meer * afhankelijk van het aantal aanwezigen. Aan deze omschrijving in de hoofdtekst wordt in een voetnoot in het advies toegevoegd hoe de samenstelling blijkt te zijn, met de volgende omschrijvingen5: de ondernemersleden; de werknemersleden; de kroonleden; de ondernemersleden benoemd door de Vereniging VNO-NCW/ MKB-Nederland/LTO Nederland; de werknemersleden benoemd door de FNV/het CNV; het werknemerslid benoemd door de VCP; de kroonleden (bij naam). Vaststelling verordeningen De Wet op de SER kent de raad verordenende bevoegdheid toe. Verordeningen worden in een openbare raadsvergadering vastgesteld6. Voor de vaststelling van verordeningen is ten minste tweederde van de uitgebrachte stemmen vereist. De raad stelt verordeningen zelf vast. Deze taak kan hij niet delegeren. 5 6 Bij leden wordt geen onderscheid gemaakt tussen leden en plaatsvervangende leden. Artikel 38, tweede lid, Wet op de SER. 19

21 Een verordening met algemeen bindende regels kan alleen worden vastgesteld, nadat de raad ten minste vier weken tevoren het ontwerp voor een dergelijke verordening in de Staatscourant heeft bekendgemaakt; gedurende die termijn moet er gelegenheid zijn om schriftelijke bezwaren daartegen in te dienen7. Deze verordeningen worden, nadat zij zo nodig door de desbetreffende minister(s) zijn goedgekeurd, afgekondigd in de Staatscourant Commissies en werkgroepen Een belangrijk deel van de werkzaamheden van de SER wordt verricht en/ of voorbereid in commissies. Deze commissies zijn niet allemaal hetzelfde. De meeste commissies zijn gebaseerd op de artikelen 19, 42 en 43 van de Wet op de SER. Dit zijn commissies die adviezen voorbereiden of specifieke beleidsonderwerpen behandelen. Deze worden besproken in paragraaf Daarnaast zijn er nog andere SER-commissies. Deze komen aan de orde in paragraaf Commissies gebaseerd op de Wet op de SER Commissies ex artikel 42 Wet op de SER: voorbereiden van adviezen Commissies voor de voorbereiding van adviezen komen op eenvoudige wijze tot stand. De raad kan deze commissies op basis van artikel 42 van de Wet op de SER zonder bijzondere formaliteiten instellen. In de praktijk is dit gemandateerd aan het DB. In de commissies kunnen de leden van de raad, maar ook personen buiten de raad worden benoemd. Tot deze commissies behoren zowel commissies ad hoc (ten behoeve van een specifiek onderwerp) als vaste commissies ter voorbereiding van adviezen over eenzelfde onderwerp of een samenhangend geheel van onderwerpen. De meeste SER-commissies zijn artikel 42-commissies; voorbeelden zijn de Commissie Sociaal-Economische Aangelegenheden (SEA), de Commissie Duurzame Ontwikkeling (DUO), de Commissie Arbeidsmarkten Onderwijsvraagstukken (AMV), en de Commissie Sociale Zekerheid en Gezondheidszorg (SZG). Commissies ex artikel 43 Wet op de SER: op verzoek minister(s)/staatssecretaris(sen) Commissies ex artikel 43 worden door de raad (in de praktijk gemandateerd aan het DB) ingesteld op verzoek van een of meer ministers of staatssecretarissen. Ook de samenstelling gebeurt in overleg met de desbetreffende minister of staatssecretaris Artikel 38, eerste lid, Wet op de SER. Artikel 38, derde lid, Wet op de SER.

22 Meestal zal het hierbij gaan om vaste commissies. Voorbeelden van artikel 43-commissies zijn: de Commissie Arbeidsomstandigheden (ARBO), de Commissie Europa (EU), de Commissie Bevordering Medezeggenschap (CBM), de Commissie Consumentenaangelegenheden (CCA), de Coördinatiegroep Zelfreguleringsoverleg (CZ) en de Commissie Borging Energieakkoord (BEA). Subcommissies Naast commissies kent de SER ook subcommissies. Subcommissies ressorteren doorgaans onder een bepaalde commissie en bereiden meestal adviezen voor die commissie voor. Zij kunnen die adviezen (veelal uitvoeringsadviezen) zelf afdoen als zij daartoe zijn gemachtigd. Subcommissies worden op initiatief van de desbetreffende commissie door het DB ingesteld. De website van de SER bevat een actueel overzicht van de vaste commissies en subcommissies en hun personele samenstelling ( Overige commissies Geschillencommissie Fusiegedragsregels (GF) Als vakbonden of fusiepartijen een klacht hebben over niet- of niet behoorlijke naleving van de Fusiegedragsregels, dan kunnen zij deze klacht indienen bij de Geschillencommissie Fusiegedragsregels (GF). Partijen kunnen er ook voor kiezen gebruik te maken van de mogelijkheid tot bemiddeling (zie paragraaf 3.2)9. De GF bestaat uit vijf leden en plaatsvervangende leden (drie onafhankelijke leden, een werknemerslid en een ondernemerslid). De leden en plaatsvervangende leden van de GF worden op grond van het SER Besluit Fusiegedragsregels 2015 namens de raad benoemd door het DB voor een periode van vier jaar. De uitspraken van de GF worden gepubliceerd op de website van de SER ( Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (CKA) De instelling van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellings keuringen (CKA) wordt op grond van de Wet op de medische keuringen (Wmk) aan de SER opgedragen. De Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen is conform de Instellingsverordening CKA van 2012 samengesteld uit een namens de raad door het DB benoemde onafhankelijke geleding van juristen en (bedrijfs)artsen, en overige leden. Deze overige leden worden benoemd op voordracht van de centrale organisaties van 9 Artikel 19 SER Besluit Fusiegedragsregels

23 ondernemers en van werknemers. De CKA bewaakt en bevordert de kwaliteit van de aanstellingskeuringen als bedoeld in de Wmk. De commissie geeft advies bij vragen over aanstellingskeuringen, geeft voorlichting over aanstellingskeuringen en oordeelt over klachten. Bedrijfscommissie De Wet op de ondernemingsraden (WOR) bepaalt dat de SER voor groepen van ondernemingen bedrijfscommissies instelt die aangelegenheden betreffende de ondernemingsraad behandelen. De belangrijkste taak van de bedrijfscommissie is desgevraagd te bemiddelen tussen partijen bij een geschil dat is te herleiden op de WOR. De bedrijfscommissie wordt samengesteld uit vertegenwoordigers van ondernemers- en werkgeversorganisaties. De bedrijfscommissies zijn voor een bepaalde sector van het bedrijfsleven bevoegd. Er zijn twee bedrijfscommissies voor het bedrijfsleven: een voor ondernemingen in commerciële sectoren (Bedrijfscommissie Markt I), en een voor ondernemingen in zorg en welzijn en sociaal-culturele sectoren (Bedrijfscommissie Markt II). Het secretariaat van deze bedrijfscommissies berust bij de SER. Naast bovengenoemde bedrijfscommissies (ingesteld door de SER) bestaat er een Bedrijfscommissie voor de Overheid, ingesteld door de minister van Binnenlandse Zaken. Het secretariaat hiervoor wordt niet door de SER, maar door het CAOP gevoerd. Commissie Bezwaarschriften Het is mogelijk om tegen bestuursrechtelijke beslissingen van de SER bezwaar te maken op basis van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Commissie Bezwaarschriften (CBS) neemt dergelijke bezwaarschriften in behandeling. De CBS, met een onafhankelijke voorzitter, hoort betrokkene en brengt advies uit alvorens op het bezwaarschrift wordt beslist Lidmaatschap van (sub)commissies en werkgroepen Samenstelling en deelname aan commissies De commissies die de adviezen voorbereiden, bestaan doorgaans uit drie groeperingen (zogenoemde tripartiete samenstelling: ondernemersleden, werknemersleden en onafhankelijke deskundigen, waaronder kroonleden). De Commissie voor Consumentenaangelegenheden (CCA) en de Bedrijfscommissies (BC) vormen hierop een uitzondering. De CCA telt drie geledingen, maar in plaats van werknemersleden is hier sprake van consumentenleden. De BC zijn paritair samengesteld uit werkgevers- en werknemersorganisaties. 22

24 Verder zijn er commissies met adviserende commissieleden die specifieke deskundigheid inbrengen, bijvoorbeeld vertegenwoordigers van het Centraal Planbureau, De Nederlandsche Bank, de Sociale Verzekeringsbank, het Sociaal en Cultureel Planbureau en het Planbureau voor de Leefomgeving. Tot slot kennen enkele commissies waarnemende leden van bijvoorbeeld de Stichting van de Arbeid. Juist als het gaat om onderwerpen die buiten het klassieke sociaal-economische terrein liggen, kan de inbreng van andere groeperingen die niet direct in de SER vertegenwoordigd zijn, van belang zijn. Zo kan een advies winnen aan kwaliteit én draagvlak. Organisaties die op het desbetreffende terrein een specifieke invalshoek hebben of een specifiek belang behartigen, kunnen worden betrokken bij de voorbereiding van een advies in een commissie. Deze groeperingen kunnen op verschillende manieren betrokken worden: Via een hoorzitting, panelgesprek of werkbezoek. Dit komt zeer regelmatig voor. Op ad-hocbasis (voor een bepaald adviesproject), als lid van de commissie. Op structurele basis, als lid van een commissie, waarmee ze in principe betrokken worden bij alle adviesprojecten op het betreffende beleidsterrein. Zo is de Consumentenbond lid van de Commissie voor Consumentenaangelegenheden en zijn natuur- en milieuorganisaties lid van de Commissie Duurzame Ontwikkeling. Benoeming van leden Deelname van onafhankelijke leden (kroonleden en anderen) in commissies en subcommissies wordt door de raad bepaald. De ondernemers- en werknemersorganisaties bepalen zelf wie zij als lid afvaardigen in commissies, subcommissies en werkgroepen. In vacatures die in commissies of subcommissies ontstaan, wordt zo spoedig mogelijk voorzien. Zodoende kan degene die ter vervulling van een vacature is voorgedragen, in de regel direct aan de werkzaamheden van de commissie deelnemen. De benoeming vindt dan plaats met terugwerkende kracht vanaf het moment waarop de benoemde zijn werkzaamheden is begonnen. Ook voor de subcommissies en werkgroepen is deze regeling toe te passen. Beëindiging van het lidmaatschap gebeurt door een kennisgeving aan de commissie en melding aan de raad. Plaatsvervanging In commissies en subcommissies van de raad kunnen plaatsvervangers worden aangewezen. Voor de geledingen van de sociale partners is het aan 23

25 de organisaties om te beoordelen of zij plaatsvervangers willen aanwijzen. Indien voor onafhankelijke leden plaatsvervangers wenselijk worden geacht, dan wordt dit in het behandelingsvoorstel (over het betreffende advies) aan het DB voorgesteld. Leden én plaatsvervangende leden ontvangen alle vergaderstukken. Het plaatsvervangend lid kan tegelijkertijd met het lid aan vergaderingen deelnemen. Wel moet deze deelname vooraf gemeld worden aan de secretaris van de (sub)commissie. Een plaatsvervangend lid heeft geen stemrecht of recht op een vergoeding tenzij het lid dat wordt vervangen, afwezig is. Voor elk lid kan één plaatsvervanger worden aangewezen. Wel kan een plaatsvervanger meerdere leden vervangen. Adviserende leden Naast stemgerechtigde leden zijn er ook adviserende leden. Dit zijn deskundigen of groeperingen die niet direct in de SER vertegenwoordigd zijn. De voorzitter van een commissie, subcommissie of werkgroep kan één of meer deskundigen uitnodigen om als adviseur aan de werkzaamheden deel te nemen. De adviserende leden hebben vooral in de beginfase van een adviestraject een belangrijke rol. Door het inbrengen van relevante informatie, inzichten en kennis dragen zij bij aan de analyse en verkenning van de te behandelen problematiek en de mogelijke oplossingsrichtingen. In de latere fase, bij het werken aan de formulering van standpunten, stellen de adviserende leden zich terughoudender op. Ministeriële vertegenwoordigers Bij de commissie- en werkgroepvergaderingen zijn in beginsel ministeriële vertegenwoordigers als waarnemers aanwezig. Dit zijn ambtenaren die nauw betrokken zijn bij de onderwerpen die aan de orde zijn. Zij vertegenwoordigen de betreffende bewindspersonen. De ministeriële vertegenwoordigers hebben een raadgevende stem. Zij zien erop toe dat informatie die voor een commissie van belang kan zijn, ook beschikbaar is/wordt gesteld. Desgevraagd kunnen zij zaken toelichten. Benoemingsperiode Het lidmaatschap van vaste commissies van de raad is niet strak gebonden aan een benoemingstermijn. Dit loopt stilzwijgend door, totdat de benoemende organisatie aangeeft iemand anders als lid van een commissie aan te wijzen. Voor kroonleden geldt dat het lidmaatschap van een commissie eindigt met het aflopen van de benoeming als kroonlid. Tussentijds kan het DB onder andere in het kader van taakverdeling tussen de kroonleden 24

26 wijzigingen aanbrengen in de samenstelling van de onafhankelijke geleding. Het lidmaatschap van een commissie ad hoc eindigt bij de opheffing van die commissie. In de praktijk is dat veelal na het uitbrengen van het advies. Voorzitters Het voorzitterschap van een (sub)commissie wordt in beginsel door een kroonlid of plaatsvervangend kroonlid van de raad vervuld. Het DB benoemt de voorzitter van een (sub)commissie. In geval van een commissie ex artikel 43 Wet op de SER vindt de benoeming plaats in overleg met de betrokken minister of staatssecretaris. Voor werkgroepen gebeurt de aanwijzing van de voorzitter door de betrokken commissie. Is de voorzitter van een commissie verhinderd een vergadering bij te wonen, dan wijst de commissie uit haar midden iemand aan die het voorzitterschap voor die vergadering waarneemt. Hetzelfde geldt voor subcommissies en werkgroepen Vergaderingen van (sub)commissies en werkgroepen De volgorde van spreken in commissievergaderingen wordt bepaald door de voorzitter. Meestal is de volgorde: eerst de sociale partners, dan de onafhankelijke leden, dan de adviserende leden. Behalve de vergaderstukken ontvangen de leden en de plaatsvervangende leden van (sub)commissies/werkgroepen: ontwerpadviezen en adviezen waaraan bij de voorbereiding is meegewerkt; persberichten over de (werkzaamheden van) commissies waaraan medewerking is/wordt verleend; een uitnodiging voor de raadsvergadering waarin een advies van de desbetreffende commissie wordt vastgesteld. 25

27 4.3 De adviesprocedure Procedure behandeling adviesaanvraag Aanvang adviesprocedure Bij ontvangst van een adviesaanvraag bepaalt het DB of de adviesaanvraag in behandeling wordt genomen en, zo ja, de wijze waarop de SER zal adviseren (bijvoorbeeld advisering op hoofdlijnen, advisering beperkt tot een aantal onderdelen). Bij de beoordeling van adviesaanvragen maakt het DB gebruik van uiteenlopende criteria. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om de beleidsrelevantie van een adviesproject, het adviesdomein van de raad, het stadium van politieke besluitvorming waarin een aanvraag wordt voorgelegd, de haalbaarheid van de adviestermijn, de toegevoegde waarde ten opzichte van eerder uitgebrachte adviezen, de mate van concreetheid van de adviesaanvraag en tot slot de beschikbare capaciteit van de geledingen van de raad. Tevens bepaalt het dagelijks bestuur welke commissie de adviesaanvraag gaat behandelen. Dat kan een vaste commissie of een commissie ad hoc zijn Voorbereiding in commissies en vaststelling door de raad Werkwijze van de commissie De commissie van voorbereiding bepaalt in hoge mate zelf haar werkwijze, zoals het eventueel instellen van een werkgroep om bepaalde werkzaamheden voor te bereiden. In een aantal vergaderingen komt een ontwerpadvies tot stand, de zogeheten witte versie met de voorlopige standpuntbepaling. Deze versie wordt voorgelegd aan de achterbannen (zie pagina 28). De commissievergaderingen vinden plaats op basis van een vergaderagenda. Het secretariaat stelt deze agenda op, veelal in overleg met de voorzitter van de commissie. Het secretariaat verzorgt ook de vergaderstukken. Hierbij wordt gebruikgemaakt van Sharepoint. Dit is een besloten webomgeving waarop alle vergaderstukken worden geplaatst. De besprekingen in commissies en werkgroepen hebben een vertrouwelijk karakter; daarom mag men uit commissies in beginsel niets inhoudelijks naar buiten brengen. Dit betekent dat datgene wat in vergaderingen wordt besproken, zoals de inbreng van partijen en het verloop van discussies en dergelijke, strikt vertrouwelijk is. Ook eventuele meelezers uit de betrokken organisaties mogen geen zaken over het advies of het adviesproces naar buiten brengen. Buiten de formele, plenaire commissievergaderingen om kan ook informeel overleg over de adviesvoorbereiding plaatsvinden. Ook hier staat vertrouwelijkheid voorop. 26

28 Een minister of staatssecretaris Hoe komt een advies tot stand? of het parlement vraagt de SER per brief om advies. Het dagelijks bestuur van de SER beslist welke commissie het advies gaat voorbereiden. Deze commissie stelt in enkele vergaderingen een ontwerpadvies op. Deze tekst is soms al openbaar en via de website te raadplegen. De organisaties van sociale partners bespreken het concept in eigen kring ( achterbanberaad ) en komen met een reactie De reacties worden besproken in de commissie en verwerkt in het ontwerpadvies. Het ontwerpadvies wordt naar de raad gestuurd. De raad bespreekt het ontwerpadvies in zijn openbare vergadering en stelt het vast. Het vastgestelde advies wordt aangeboden aan de adviesvrager, veelal een of meerdere bewindspersonen. 27

29 Betrokkenheid van derden De commissie kan gebruikmaken van bijzondere werkvormen om kennis van derden mee te nemen, iets wat met grote regelmaat gebeurt. Zo kunnen organisaties die op het desbetreffende terrein een specifieke invalshoek hebben of een specifiek belang behartigen gevraagd worden voor een panelgesprek, een hoorzitting, een expertmeeting of rondetafelgesprekken. Ook kunnen er werkbezoeken worden georganiseerd. Soms is het wenselijk aanvullend onderzoek te verrichten. Omdat dit kosten met zich meebrengt, is de beslissing daartoe voorbehouden aan de algemeen secretaris. Achterbanraadpleging en opstellen finale ontwerpversie De organisaties van ondernemers en werknemers bespreken het ontwerpadvies in eigen kring (de achterbanraadpleging ). Deze organisaties zijn zelf verantwoordelijk voor het organiseren van de achterbanraadpleging. Eventuele knelpunten in de achterbanraadpleging melden zij zo spoedig mogelijk aan het secretariaat. De vertegenwoordigers van de organisaties brengen ieder de reacties uit hun eigen kring in bij de afsluitende commissievergadering. Ook de kroonleden kennen een soort achterbanraadpleging, namelijk de raadpleging van de kroonleden die niet direct betrokken zijn geweest in het commissiewerk. Gedurende het adviestraject ontvangen kroonleden zogenoemde voortgangsrapportages die hen op hoofdlijnen informeren over de ontwikkelingen. De ontwerpadviezen bespreken de kroonleden in het zogeheten kroonledenoverleg dat in de regel maandelijks plaatsvindt of zoveel vaker als nodig. Hun commentaar wordt eveneens in de commissie ingebracht. Bespreking en bewerking van deze reacties leiden tot een zogenaamde groene versie (groen omdat het voorheen werd geprint op groen papier) van het ontwerpadvies. De groene versie wordt naar de raad gestuurd voor openbare vaststelling in de raadsvergadering. Behandeling en vaststelling van adviezen De voltallige raad vergadert in beginsel eenmaal per maand, op de derde vrijdag van de maand. Dat gebeurt in de raadzaal van het SER-gebouw. Het belangrijkste onderdeel van de raadsvergadering is de behandeling en vaststelling van adviezen. Deze worden voorbereid door een commissie. De plenaire raad spreekt zich in een openbare vergadering over het ontwerp advies uit en stelt het advies ter vergadering meestal ongewijzigd vast. Als de partijen het op bepaalde punten niet eens zijn, komen de verschillende standpunten in het advies te staan. Namens iedere geleding voert iemand het woord. Soms zijn dat meerdere personen. De vergaderingen van 28

30 de raad zijn in de regel openbaar voor publiek en pers. Soms brengt een commissie zelf een advies uit namens de raad. Dit kan wanneer de raad of het dagelijks bestuur de commissie daartoe heeft gemachtigd, of bij een commissie die de raad op verzoek van een minister heeft ingesteld10. De status van adviezen van commissies ex artikelen 19 en 42 is als volgt: Wanneer de raad een algemene machtiging heeft gegeven kan rechtstreeks, hetzij gevraagd, hetzij ongevraagd, worden geadviseerd hierbij houdt de commissie rekening met de voorwaarden waaronder deze machtiging is verleend. Adviezen die rechtstreeks met machtiging zijn uitgebracht, lenen zich niet voor behandeling in de raad of voor een nadere standpuntbepaling van de raad. De raad krijgt de gelegenheid om (als ingekomen stuk) kennis te nemen van de namens hem uitgebrachte adviezen. Een commissie en de raad kunnen te kennen geven de verleende machtiging voor een bepaald advies niet te laten gelden; in zo n geval stelt de raad het advies op voordracht van het DB vast. De status van adviezen van commissies ex artikel 43 is als volgt: Een advies naar aanleiding van een adviesaanvraag die rechtstreeks aan de commissie is gericht, is niet een advies namens de raad. Wel moet de raad van een dergelijk advies op de hoogte worden gebracht. Naar aanleiding daarvan kan de raad eventueel zijn eigen zienswijze formuleren en aan de desbetreffende minister(s) mededelen. Voor alle andere adviezen geldt wat hierboven is weergegeven bij de adviezen van commissies ex artikelen 19 en 42. Zie ook het schema op pagina Publiciteit rond adviezen en nazorg Voor elk adviestraject wordt een communicatieplan gemaakt (door de afdeling Communicatie van de SER) met te ondernemen activiteiten om het advies bij openbaarmaking bredere bekendheid te geven. De voorzitter speelt hier een belangrijke rol, als boegbeeld van de SER. Voor elk traject wordt in ieder geval een persbericht gemaakt. Afhankelijk van de zwaarte van een advies kan een scala aan andere activiteiten ingezet worden, zoals een persconferentie of -gesprek, interviews in kranten of voor radio/tv, berichtgeving op sociale media. Vastgestelde adviezen en andersoortige rapporten zijn allemaal via de SER-website beschikbaar en openbaar. 10 Een commissie ex artikel 43 Wet op de SER, zie ook paragraaf

Reglement van orde van de Raad voor Cultuur 2014

Reglement van orde van de Raad voor Cultuur 2014 Reglement van orde van de Raad voor Cultuur 2014 De Raad voor Cultuur, Gelet op: artikel 21 van de Kaderwet adviescolleges, Overwegende: dat dat het wenselijk is dat in een Reglement van orde nadere voorschriften

Nadere informatie

1 Voorzitter en dagelijks bestuur

1 Voorzitter en dagelijks bestuur Verordening Reglement van orde van de Sociaal-Economische Raad (Tekst bijgewerkt tot en met de eerste wijziging bij verordening van 20 februari 2015) Verordening van de Sociaal-Economische Raad van 25

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van ; gehoord de Commissie Burgerzaken van 18 juni 2003;

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van ; gehoord de Commissie Burgerzaken van 18 juni 2003; De Raad van de gemeente Sint Anthonis; gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 29-4- 2003; gehoord de Commissie Burgerzaken van 18 juni 2003; BESLUIT: Vast te stellen de

Nadere informatie

Vooraf. Artikel 1 Vergaderingen en vergaderorde HUISHOUDELIJK REGLEMENT. Brede Sociaal Maatschappelijke Raad gemeente Doesburg

Vooraf. Artikel 1 Vergaderingen en vergaderorde HUISHOUDELIJK REGLEMENT. Brede Sociaal Maatschappelijke Raad gemeente Doesburg HUISHOUDELIJK REGLEMENT Brede Sociaal Maatschappelijke Raad gemeente Doesburg Vooraf De Brede Sociaal Maatschappelijke Raad (BSMR) van de gemeente Doesburg adviseert het College van Burgemeester en Wethouders

Nadere informatie

Medezeggenschap & Fusiegedragsregels pagina 1/x Afdeling Communicatie

Medezeggenschap & Fusiegedragsregels pagina 1/x Afdeling Communicatie Medezeggenschap & Fusiegedragsregels 00-00-2009 pagina 1/x Afdeling Communicatie Even voorstellen... mr. Christiaan de Koning Senior Beleidsmedewerker SER Directie Bestuurszaken - Commissie Bevordering

Nadere informatie

Advies van de Raad van Opdrachtgevers uit de vergadering 9 maart 2015: akkoord

Advies van de Raad van Opdrachtgevers uit de vergadering 9 maart 2015: akkoord Agendapunt 'oor de vergadering van het algemeen bestuur RUD-Drenthe Vergadering van 30 maart 2015 Datum: 18 februari 2015 Opsteller: R.G.J. Derksen (1 Johan Vogelaar, directeur RUD Drenthe Openbaar ja

Nadere informatie

12 Overleg met organisaties van overheidspersoneel. Algemene bepalingen

12 Overleg met organisaties van overheidspersoneel. Algemene bepalingen 12 Overleg met organisaties van overheidspersoneel Algemene bepalingen Artikel 12:1 1 Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder: a de commissie: de in artikel 12:2 bedoelde commissie voor

Nadere informatie

Verordening op de bezwaarschriften SNN

Verordening op de bezwaarschriften SNN Verordening op de bezwaarschriften SNN (geconsolideerde versie, geldend vanaf 21-6-2007) Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie provincie Drenthe Officiële naam regeling Verordening op de bezwaarschriften

Nadere informatie

vast te stellen de navolgende Verordening Georganiseerd Overleg Hefpunt

vast te stellen de navolgende Verordening Georganiseerd Overleg Hefpunt Verordening Georganiseerd Overleg Hefpunt Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Hefpunt, overwegende dat: - het in het kader van de Sectorale Arbeidsvoorwaardenregeling Waterschapspersoneel

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Het Algemeen Bestuur van de Omgevingsdienst Groningen; gelet op het bepaalde in hoofdstuk 12 van de CAR-UWO; B E S L U I T : vast te stellen de Overlegregeling commissie voor Georganiseerd Overleg Hoofdstuk

Nadere informatie

Regeling Bezwarencommissie personele aangelegenheden Universiteit Twente

Regeling Bezwarencommissie personele aangelegenheden Universiteit Twente Regeling Bezwarencommissie personele aangelegenheden Universiteit Twente Gelet op artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht; Besluit het College van Bestuur van de Universiteit Twente tot het instellen

Nadere informatie

Huishoudelijk Reglement van de Stichting Seniorenraad Haarlemmermeer

Huishoudelijk Reglement van de Stichting Seniorenraad Haarlemmermeer Artikel 1 Krachtens het gestelde in artikel 10 van de Statuten heeft de Stichting Seniorenraad Haarlemmermeer, dit Huishoudelijk Reglement vastgesteld. Artikel 2 Doelstelling 1. De Seniorenraad stelt zich

Nadere informatie

Verordening Adviescommissie Bezwaarschriften Baanbrekers

Verordening Adviescommissie Bezwaarschriften Baanbrekers Verordening Adviescommissie Bezwaarschriften Baanbrekers 1 Verordening adviescommissie bezwaarschriften Inhoudsopgave HOOFDSTUK 1 BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN... 3 HOOFDSTUK 2 DE COMMISSIE... 3 HOOFDSTUK 3 BEHANDELING

Nadere informatie

Reglement Centrale ouderraad Kids2b

Reglement Centrale ouderraad Kids2b Reglement Centrale Ouderraad Pagina 1 van 5 Reglement Centrale ouderraad Kids2b Preambule Zowel ouders als ondernemers in de kinderopvang vinden het belangrijk dat ouders kunnen adviseren bij belangrijke

Nadere informatie

Federatie NVVS FOSS SH-Jong, Huishoudelijk reglement (definitief) d.d

Federatie NVVS FOSS SH-Jong, Huishoudelijk reglement (definitief) d.d HUISHOUDELIJK REGLEMENT Dit huishoudelijk reglement is opgesteld op basis van het gestelde in artikel 16 van de statuten. In dit reglement zijn in aanvulling op de statuten spelregels opgenomen voor een

Nadere informatie

Ondernemingsraad gemeente Nissewaard - REGLEMENT VAN DE ONDERNEMINGSRAAD GEMEENTE NISSEWAARD

Ondernemingsraad gemeente Nissewaard - REGLEMENT VAN DE ONDERNEMINGSRAAD GEMEENTE NISSEWAARD GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Nissewaard Nr. 43180 1 maart 2018 Ondernemingsraad gemeente Nissewaard - REGLEMENT VAN DE ONDERNEMINGSRAAD GEMEENTE NISSEWAARD De ondernemingsraad van de

Nadere informatie

PUBLIEKSBROCHURE De Sociaal-Economische Raad

PUBLIEKSBROCHURE De Sociaal-Economische Raad PUBLIEKSBROCHURE De Sociaal-Economische Raad SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD De Sociaal-Economische Raad Een eerste kennismaking Missie van de SER De Sociaal-Economische Raad wil als advies- en overlegorgaan

Nadere informatie

Reglement Centrale Cliëntenraad Rivas Zorggroep vastgesteld in de overlegvergadering Raad van Bestuur - Centrale Cliëntenraad 21 december 2016

Reglement Centrale Cliëntenraad Rivas Zorggroep vastgesteld in de overlegvergadering Raad van Bestuur - Centrale Cliëntenraad 21 december 2016 Reglement Centrale Cliëntenraad Rivas Zorggroep vastgesteld in de overlegvergadering Raad van Bestuur - Centrale Cliëntenraad 21 december 2016 Naam en adres: Centrale Cliëntenraad van Stichting Rivas Zorggroep,

Nadere informatie

HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN HET VERANTWOORDINGSORGAAN

HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN HET VERANTWOORDINGSORGAAN HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN HET VERANTWOORDINGSORGAAN STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE DRANKINDUSTRIE mei 2009 B EGRIPSBEPALINGEN Artikel 1 Definities Dit reglement verstaat onder: fonds: bestuur:

Nadere informatie

Reglement Klachtencommissie

Reglement Klachtencommissie Reglement Klachtencommissie Artikel 1 Definities Klager: De verbruiker die een klacht aan de commissie voorlegt. Warmte: Warm water of tapwater bestemd voor ruimteverwarming of -koeling, sanitaire doeleinden

Nadere informatie

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT Medezeggenschapsreglement van Samenwerkingsverband Passend Primair Onderwijs Rotterdam ( het samenwerkingsverband ). Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen

Nadere informatie

gelet op artikel 60, eerste lid, van de Zorgverzekeringswet en artikel 11 van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen,

gelet op artikel 60, eerste lid, van de Zorgverzekeringswet en artikel 11 van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen, Referentie 2014012798 Bestuursreglement Zorginstituut Nederland De Raad van Bestuur van Zorginstituut Nederland, gelet op artikel 60, eerste lid, van de Zorgverzekeringswet en artikel 11 van de Kaderwet

Nadere informatie

Reglement Centraal College van Deskundigen IKB Vleeskalveren 2008

Reglement Centraal College van Deskundigen IKB Vleeskalveren 2008 Reglement Centraal College van Deskundigen Besluit van het bestuur van de Stichting Brancheorganisatie Kalversector van 12 februari 2014 houdende de vaststelling van een reglement ter zake van het functioneren

Nadere informatie

Vrijwilligerscentrum/ vrijwilligersbeleid/ MHO & CMO augustus 2011 1

Vrijwilligerscentrum/ vrijwilligersbeleid/ MHO & CMO augustus 2011 1 Reglement Vrijwilligersraad Welzijn Rijswijk Het belang van inspraak Betrokkenheid van medewerkers is belangrijk voor het goed functioneren van de organisatie. Dat geldt ook voor vrijwillige medewerkers.

Nadere informatie

HUISHOUDELIJK REGLEMENT CLIËNTENRAAD LISTER

HUISHOUDELIJK REGLEMENT CLIËNTENRAAD LISTER HUISHOUDELIJK REGLEMENT CLIËNTENRAAD LISTER September 2015 Doelstelling Het doel van de Cliëntenraad is het, binnen het kader van de doelstelling van Lister, behartigen van de gemeenschappelijke belangen

Nadere informatie

Verordening. Participatieraad Sociaal Domein. (WMO, Participatiewet en Jeugdwet)

Verordening. Participatieraad Sociaal Domein. (WMO, Participatiewet en Jeugdwet) Verordening Participatieraad Sociaal Domein (WMO, Participatiewet en Jeugdwet) Aalten 2015 Verordening Participatieraad Sociaal Domein (WMO, Participatiewet en Jeugdwet) Aalten 2015. Artikel 1. Begripsbepalingen

Nadere informatie

De Regieraad Techniek Flevoland verbindt Flevolandse personen, partijen en projecten en stimuleert initiatieven om te zorgen dat

De Regieraad Techniek Flevoland verbindt Flevolandse personen, partijen en projecten en stimuleert initiatieven om te zorgen dat De Regieraad Techniek Flevoland verbindt Flevolandse personen, partijen en projecten en stimuleert initiatieven om te zorgen dat de Flevolandse arbeidsmarkt ook in 2025 kan beschikken over voldoende en

Nadere informatie

Reglement Raad van Toezicht

Reglement Raad van Toezicht Reglement Raad van Toezicht ter uitvoering van artikel 14, lid 3, van de statuten van de Vereniging voor Christelijk Voortgezet Onderwijs te Ermelo Begrippen In dit reglement wordt onder Raad verstaan

Nadere informatie

Reglement Dienstraden

Reglement Dienstraden Reglement Dienstraden Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen Hoofdstuk 2: Samenstelling, zittingstermijn en verkiezing Hoofdstuk 3: Functie, taak en bevoegdheden van de Dienstraad Hoofdstuk 4: Werkwijze van

Nadere informatie

Registratiecommissie Tandheelkundige Specialismen

Registratiecommissie Tandheelkundige Specialismen Registratiecommissie Tandheelkundige Specialismen Besluit van 28 juni 2018 tot vaststelling van het Reglement van orde van de Registratiecommissie Tandheelkundige Specialismen (Reglement van orde RTS)

Nadere informatie

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD (PO) VAN DE STICHTING SAMENWERKINGSVERBAND SWV PO 20.01

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD (PO) VAN DE STICHTING SAMENWERKINGSVERBAND SWV PO 20.01 MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD (PO) VAN DE STICHTING SAMENWERKINGSVERBAND SWV PO 20.01 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen a. wet: de Wet medezeggenschap op scholen

Nadere informatie

Klager: Een klant of deelnemer aan het leerwerktraject van de Stichting TVZ

Klager: Een klant of deelnemer aan het leerwerktraject van de Stichting TVZ K LACHTENREGLEMENT STICHTING TAFELVANZEVEN ROTTERDAM Artikel 1 Begrippen In dit reglement wordt verstaan onder: Commissie: Bestaande uit 4 onafhankelijke leden, hierna te noemen klachtencommissie Stichting

Nadere informatie

VERORDENING ADVIESRAAD SOCIAAL DOMEIN

VERORDENING ADVIESRAAD SOCIAAL DOMEIN VERORDENING ADVIESRAAD SOCIAAL DOMEIN De raad van de gemeente... overwegende dat er een verordening adviesraad sociaal domein moet komen, gelet op artikel 47 van de Participatiewet, artikel 2.1.3 derde

Nadere informatie

Deel 2: basisregelingen

Deel 2: basisregelingen Deel 2: basisregelingen Inhoudsopgave 1. Overlegregeling 2. Regeling Tijd- en Plaatsonafhankelijk Werken Landelijk Arbeidsvoorwaardenoverleg Waterschappen 2013 1 Overlegregeling Overlegregeling Artikel

Nadere informatie

Huishoudelijk reglement oudercommissie

Huishoudelijk reglement oudercommissie A. Werkwijze oudercommissie Huishoudelijk reglement oudercommissie 1. Samenstelling oudercommissie a) Maximaal één ouder per huishouden kan lid zijn van de oudercommissie; b) Bij de samenstelling wordt

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van Burgemeester en wethouders;

gelezen het voorstel van het college van Burgemeester en wethouders; De raad van de gemeente Menterwolde; gelezen het voorstel van het college van Burgemeester en wethouders; gelet op artikel 2.1.3 van de Wmo 2015; gelet op artikel 47 van de Participatiewet; BESLUIT: Vast

Nadere informatie

Kiwa Reglement voor het: Algemeen Beleidscollege Sectorspecifieke Beleidscolleges Colleges van Deskundigen

Kiwa Reglement voor het: Algemeen Beleidscollege Sectorspecifieke Beleidscolleges Colleges van Deskundigen 1 mei 2014 Kiwa Reglement voor het: Algemeen Beleidscollege Sectorspecifieke Beleidscolleges Colleges van Deskundigen 1 mei 2014 Kiwa Reglement voor het: Algemeen Beleidscollege Sectorspecifieke Beleidscolleges

Nadere informatie

Vastelling Regeling Bijzonder Georganiseerd Overleg (BGO) Shared Service Center Zuid-Limburg

Vastelling Regeling Bijzonder Georganiseerd Overleg (BGO) Shared Service Center Zuid-Limburg GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Sittard-Geleen. Nr. 7033 16 januari 2017 Vastelling Regeling Bijzonder Georganiseerd Overleg (BGO) Shared Service Center Zuid-Limburg De colleges van burgemeester

Nadere informatie

Overlegverordening commissie voor Georganiseerd Overleg gemeente Haren

Overlegverordening commissie voor Georganiseerd Overleg gemeente Haren GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Haren. Nr. 125599 22 december 2015 Overlegverordening commissie voor Georganiseerd Overleg gemeente Haren 2015 Burgemeester en wethouders van de gemeente Haren,

Nadere informatie

Reglement van het Verantwoordingsorgaan

Reglement van het Verantwoordingsorgaan Reglement van het Verantwoordingsorgaan Per 3 december 2014 Inhoudsopgave Hoofdstuk I Algemene bepalingen 3 Artikel 1 Begripsbepalingen 3 Artikel 2 Voorzitter en plaatsvervangend voorzitter 4 Artikel 3

Nadere informatie

Toegelaten instelling De vereniging/stichting is werkzaam binnen het werkgebied in de zin van artikel 70 van de Woningwet.

Toegelaten instelling De vereniging/stichting is werkzaam binnen het werkgebied in de zin van artikel 70 van de Woningwet. Reglement Regionale Klachtencommissie Ingesteld door RWS partner in wonen en Stichting tot Behoud en Ondersteuning van Monumenten, beiden te Goes, R&B Wonen te Heinkenszand en Castria Wonen te St. Maartensdijk.

Nadere informatie

Het dagelijks bestuur van de Vervoerregio Amsterdam; Overwegende:

Het dagelijks bestuur van de Vervoerregio Amsterdam; Overwegende: Besluit van het dagelijks bestuur van de Vervoerregio Amsterdam tot vaststelling van de Regeling voor de Reizigers Advies Raad van de Vervoerregio Amsterdam 2019 Het dagelijks bestuur van de Vervoerregio

Nadere informatie

Doel cliëntenparticipatie (Bergeijk, Bladel, Eersel en Oirschot)

Doel cliëntenparticipatie (Bergeijk, Bladel, Eersel en Oirschot) Verordening cliëntenparticipatie ISD de Kempen 2015 Artikel 1 Begripsbepalingen 1. Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als

Nadere informatie

Verordening Wmo-raad

Verordening Wmo-raad Verordening Wmo-raad De raad van de gemeente Enschede; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 4 juni 2013, gelet op de artikelen 11 en 12 van de Wet maatschappelijke ondersteuning,

Nadere informatie

Regeling van werkzaamheden van het Verantwoordingsorgaan van de. lnstelling Pensioenfonds van de Nederlandse Bisdommen;

Regeling van werkzaamheden van het Verantwoordingsorgaan van de. lnstelling Pensioenfonds van de Nederlandse Bisdommen; Regeling van werkzaamheden van het Verantwoordingsorgaan van de lnstelling Pensioenfonds van de Nederlandse Bisdommen Het bestuur, gelet op artikel 33 van de Pensioenwet; gelet op de Code Pensioenfondsen,

Nadere informatie

VERORDENING WERKGEVERSCOMMISSIE EX ARTIKEL 83 GEMEENTEWET. De raad van de gemeente Leeuwarden;

VERORDENING WERKGEVERSCOMMISSIE EX ARTIKEL 83 GEMEENTEWET. De raad van de gemeente Leeuwarden; VERORDENING WERKGEVERSCOMMISSIE EX ARTIKEL 83 GEMEENTEWET De raad van de gemeente Leeuwarden; gelet op artikel 83, eerste lid, de artikelen 107 tot en met 107e, artikel 156 van de Gemeentewet en afdeling

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam,

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam, GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Rotterdam Nr. 122443 17 juli 2017 Regeling Brede Raad 010 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam, gelezen het voorstel van de

Nadere informatie

Artikel 2 De Voorzitter stelt in overleg met de secretaris de agenda voor de vergaderingen van de Commissie op.

Artikel 2 De Voorzitter stelt in overleg met de secretaris de agenda voor de vergaderingen van de Commissie op. Bestuursreglement van de Technische commissie bodembeweging als bedoeld in artikel 121 juncto 109 van de Mijnbouwwet. Vergaderingen Plaats en tijd Artikel 1 De Voorzitter belegt na overleg met de secretaris

Nadere informatie

reglement voor de centrale oudercommissie van Kinderopvang Heyendael

reglement voor de centrale oudercommissie van Kinderopvang Heyendael Reglement van de centrale oudercommissie Preambule Februari 2007 (bijgesteld 24 maart 2010) Zowel ouders als Kinderopvang Heyendael vinden het belangrijk dat ouders kunnen adviseren bij belangrijke onderwerpen

Nadere informatie

Gemeente Den Haag BSD/ RIS

Gemeente Den Haag BSD/ RIS Gemeente Den Haag BSD/2015.92 RIS 280743 Het college van Burgemeester en wethouders van de gemeente Den Haag, het college van Burgemeester en wethouders van de gemeente Leidschendam-Voorburg, en het college

Nadere informatie

Verordening begeleidingscommissie Werk, Zorg en Inkomen Zoetermeer

Verordening begeleidingscommissie Werk, Zorg en Inkomen Zoetermeer Verordening begeleidingscommissie Werk, Zorg en Inkomen 2010 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Zoetermeer Officiële naam regeling Verordening begeleidingscommissie

Nadere informatie

Model Samenwerkingsovereenkomst organisatie en de vrijwilligersraad!

Model Samenwerkingsovereenkomst organisatie en de vrijwilligersraad! organisatie en de vrijwilligersraad Artikel 1. Begripsbepaling 1.1 De organisatie (Naam van de organisatie of instelling waarbinnen de vrijwilligersraad functioneert als zelfstandig orgaan). 1.2 De directie

Nadere informatie

Gelet op artikel 44 van de Wet op de bedrijfsorganisatie en artikel 10:3, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht; 1 Begripsbepalingen

Gelet op artikel 44 van de Wet op de bedrijfsorganisatie en artikel 10:3, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht; 1 Begripsbepalingen Algemeen machtigingsbesluit SER Besluit van de Sociaal-Economische Raad van 6 februari 2009, houdende machtiging aan het dagelijks bestuur en enkele commissies (Algemeen machtigingsbesluit SER) De Sociaal-Economische

Nadere informatie

CAO voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf. Reglement Geschillencommissie Vastgesteld op 27 maart 2012

CAO voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf. Reglement Geschillencommissie Vastgesteld op 27 maart 2012 CAO voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf Vastgesteld op 27 maart Versie 0.2 Mvw 21/2/ Inhoud Artikel 1. Begripsbepalingen 3 Artikel 2. Samenstelling van de Geschillencommissie 3 Artikel 3.

Nadere informatie

Kiwa Reglement voor het: - Algemeen Beleidscollege - Sectorspecifieke Beleidscolleges - Colleges van Deskundigen.

Kiwa Reglement voor het: - Algemeen Beleidscollege - Sectorspecifieke Beleidscolleges - Colleges van Deskundigen. Versie 01-05-2014 Versie 01-05-2014 2014 Kiwa N.V. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in

Nadere informatie

Verordening Adviesraad Sociaal Domein 2016

Verordening Adviesraad Sociaal Domein 2016 Verordening Adviesraad Sociaal Domein 2016 Vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 16 december 2015 Gepubliceerd als: Gemeenteblad Texel 2016 nr 17 datum 23-12-2015 Verordening Adviesraad Sociaal

Nadere informatie

Reglement deelnemersraad BPF Bouw

Reglement deelnemersraad BPF Bouw Reglement deelnemersraad BPF Bouw Artikel 1 Begripsomschrijvingen In dit reglement wordt verstaan onder: Stichting: Bestuur: Statuten: Pensioenreglement: Deelnemers: Pensioengerechtigden: Stichting Bedrijfstakpensioenfonds

Nadere informatie

gelet op de wenselijkheid over te gaan tot instelling van een Adviescommissie Bezwaar en Beroep;

gelet op de wenselijkheid over te gaan tot instelling van een Adviescommissie Bezwaar en Beroep; Het algemeen bestuur van de ISD Midden Langstraat gevestigd te Waalwijk gelet op de wenselijkheid over te gaan tot instelling van een Adviescommissie Bezwaar en Beroep; mede gelet op artikelen 84 en 165

Nadere informatie

Overlegverordening Georganiseerd Overleg BSR. Het algemeen bestuur van Belastingsamenwerking Rivierenland;

Overlegverordening Georganiseerd Overleg BSR. Het algemeen bestuur van Belastingsamenwerking Rivierenland; Overlegverordening Georganiseerd Overleg BSR Het algemeen bestuur van Belastingsamenwerking Rivierenland; gelet op artikel 125, tweede lid, juncto artikel 125, eerste lid, onder m, van de Ambtenarenwet

Nadere informatie

Geschillenregeling Arbeidsverhoudingen (GRA) 2012

Geschillenregeling Arbeidsverhoudingen (GRA) 2012 Geschillenregeling Arbeidsverhoudingen (GRA) 2012 De Rabobank heeft een regeling getroffen voor de behandeling van geschillen tussen een medewerker en de bank omtrent de arbeid, de arbeidsomstandigheden

Nadere informatie

KLACHTEN OVER WONEN BOMMELERWAARD?

KLACHTEN OVER WONEN BOMMELERWAARD? KLACHTEN OVER WONEN BOMMELERWAARD? De drie woningcorporaties in de Bommelerwaard verdelen gezamenlijk hun huurwoningen onder de naam Wonen Bommelerwaard. Het kan voorkomen dat een ingeschreven woningzoekende

Nadere informatie

Reglement Territoriaal Adviescommissie Wageningse Eng (TAWE)

Reglement Territoriaal Adviescommissie Wageningse Eng (TAWE) Reglement Territoriaal Adviescommissie Wageningse Eng (TAWE) Vastgesteld door B en W, d.d. 18-03-2014 NAAM EN INSTELLING Artikel 1 Onder de naam "Territoriaal Adviescommissie Wageningse Eng" (hierna ook

Nadere informatie

4 Modelreglement COR; Modelreglement GOR

4 Modelreglement COR; Modelreglement GOR 4 Modelreglement COR; Modelreglement GOR 4.1 Algemene toelichting aantekening 1 COR en GOR In het geval van een samenwerkingsverband van ondernemingen (door één ondernemer in stand gehouden of deel uitmakend

Nadere informatie

Medezeggenschapsreglement van RSV Breda e.o. te Breda ( het samenwerkingsverband )

Medezeggenschapsreglement van RSV Breda e.o. te Breda ( het samenwerkingsverband ) Medezeggenschapsreglement van RSV Breda e.o. te Breda ( het samenwerkingsverband ) Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen a. wet: de Wet medezeggenschap op scholen (Stb. 2006, 658);

Nadere informatie

Verordening Adviescommissie Bezwaarschriften Baanbrekers

Verordening Adviescommissie Bezwaarschriften Baanbrekers Verordening Adviescommissie Bezwaarschriften Baanbrekers 1 Inhoudsopgave HOOFDSTUK 1 BEGRIPSOMSCHRIJVING... 3 HOOFDSTUK 2 SAMENSTELLING VAN DE COMMISSIE... 4 HOOFDSTUK 3 ZITTINGSDUUR... 4 HOOFDSTUK 4 BENOEMING...

Nadere informatie

Huishoudelijk reglement van het Mondriaan Fonds

Huishoudelijk reglement van het Mondriaan Fonds Huishoudelijk reglement van het Mondriaan Fonds Ter uitwerking van de statuten d.d. 30 december 2011 van de Stichting Mondriaan Fonds, stimuleringsfonds voor beeldende kunst en cultureel erfgoed (hierna

Nadere informatie

Verordening op de Auditcommissie gemeente Schinnen 2014

Verordening op de Auditcommissie gemeente Schinnen 2014 CVDR Officiële uitgave van Schinnen. Nr. CVDR347695_1 27 juni 2017 Verordening op de Auditcommissie gemeente Schinnen 2014 DE RAAD VAN DE GEMEENTE SCHINNEN Gelezen het voorstel van het presidium van 11-11-2014;

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1996 378 Wet van 3 juli 1996, houdende algemene regels over de advisering in zaken van algemeen verbindende voorschriften of te voeren beleid van

Nadere informatie

Artikel 2 Naam commissie Er wordt een commissie van advies aan het college ingesteld, genaamd seniorenraad.

Artikel 2 Naam commissie Er wordt een commissie van advies aan het college ingesteld, genaamd seniorenraad. CVDR Officiële uitgave van Wijchen. Nr. CVDR106303_1 25 oktober 2016 Verordening seniorenraad Artikel 1 Begripsbepalingen Deze verordening verstaat onder: Gemeente de gemeente Wijchen College het college

Nadere informatie

Verordening organisatie griffie en ondersteuning raad gemeente Maastricht

Verordening organisatie griffie en ondersteuning raad gemeente Maastricht GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Maastricht. Nr. 99763 26 oktober 2015 Verordening organisatie griffie en ondersteuning raad gemeente Maastricht 2015 DE RAAD DER GEMEENTE MAASTRICHT, gezien

Nadere informatie

gelet op het bepaalde in artikel 24 van de Wet gemeenschappelijke regelingen en artikel 23 van de Gemeenschappelijke regeling Holland Rijnland;

gelet op het bepaalde in artikel 24 van de Wet gemeenschappelijke regelingen en artikel 23 van de Gemeenschappelijke regeling Holland Rijnland; VERORDENING INZAKE VASTE COMMISSIES VAN ADVIES AAN HET DAGELIJKS BESTUUR (PORTEFEUILLEHOUDERSOVERLEGGEN HOLLAND RIJNLAND) Het Algemeen Bestuur Holland Rijnland; gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur;

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr. 2729

GEMEENTEBLAD. Nr. 2729 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Leeuwarden. Nr. 2729 22 januari 2014 Huishoudelijk Reglement 2014 van de overlegvergadering van de Cliëntenraad Werk en Inkomen Leeuwarden en het college van

Nadere informatie

Overlegverordening van het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard.

Overlegverordening van het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard. Overlegverordening van het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard. De verenigde vergadering van het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard; op voordracht van de dijkgraaf en

Nadere informatie

Medezeggenschapsreglement van de Ondersteuningsplanraad

Medezeggenschapsreglement van de Ondersteuningsplanraad Stichting Samenwerkingsverband Passend Primair Onderwijs Hoeksche Waard Medezeggenschapsreglement van de Ondersteuningsplanraad Vastgesteld door het algemeen bestuur d.d. 21 januari 2014 na instemming

Nadere informatie

gemeente Bronckhorst Raadsbesluit besluit: Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Behorende bij raadsvoorstel met nummer: 141127/11

gemeente Bronckhorst Raadsbesluit besluit: Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Behorende bij raadsvoorstel met nummer: 141127/11 gemeente Bronckhorst Raadsbesluit Behorende bij raadsvoorstel met nummer: 141127/11 De raad van de gemeente Bronckhorst; gelezen het voorstel van 1 oktober 2014; Gelet op de bespreking in de commissievergadering

Nadere informatie

Zittingsduur Artikel 3 1. De leden van de ondernemingsraad treden om de jaar tegelijk af. 2. De aftredende leden zijn terstond herkiesbaar.

Zittingsduur Artikel 3 1. De leden van de ondernemingsraad treden om de jaar tegelijk af. 2. De aftredende leden zijn terstond herkiesbaar. Verkiezingsreglement Begripsbepalingen Artikel 1 Dit reglement verstaat onder: a. de ondernemer: b. de onderneming: c. de wet: de Wet op de ondernemingsraden (WOR); d. bedrijfscommissie: de bedrijfscommissie:

Nadere informatie

Huishoudelijk reglement oudercommissie

Huishoudelijk reglement oudercommissie Huishoudelijk reglement oudercommissie 27 augustus 2014 1 2 A. Werkwijze oudercommissie 1. Samenstelling oudercommissie a) Maximaal één ouder per huishouden kan lid zijn van de oudercommissie; b) Bij de

Nadere informatie

Bezwarenregeling Veiligheidsregio Limburg-Noord

Bezwarenregeling Veiligheidsregio Limburg-Noord Bezwarenregeling Veiligheidsregio Limburg-Noord Artikel 1 Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. Awb: Algemene wet bestuursrecht; b. Commissie: De ingevolge artikel 7:13 Algemene wet

Nadere informatie

RAAD SPORT NEDER LANDSE. Reglement van orde van de Nederlandse Sportraad Hoofdstuk 2. De Nederlandse Sportraad, Gelet op:

RAAD SPORT NEDER LANDSE. Reglement van orde van de Nederlandse Sportraad Hoofdstuk 2. De Nederlandse Sportraad, Gelet op: artikel 21 van de Kaderwet adviescolleges, Begr(psbepalin gen Hoofdstuk 1 tot vaststelling van het Reglement van orde van de Nederlandse Sportraad 2018. Besluit: Gelet op: De Nederlandse Sportraad, NEDER

Nadere informatie

R1 Reglement van de centrale oudercommissie

R1 Reglement van de centrale oudercommissie R1 Reglement van de centrale oudercommissie 1. Begripsomschrijving Kinderopvangorganisatie: Houder: Bestuur: Directie: Kindercentrum: Locatiemanager: Beroepskracht: Ouder: Oudercommissie: Stichting Kinderopvang

Nadere informatie

WET van 3 maart 2004, houdende instelling van de Sociaal Economische Raad (Wet Sociaal Economische Raad) (S.B no. 41).

WET van 3 maart 2004, houdende instelling van de Sociaal Economische Raad (Wet Sociaal Economische Raad) (S.B no. 41). WET van 3 maart 2004, houdende instelling van de Sociaal Economische Raad (Wet Sociaal Economische Raad) (S.B. 2004 no. 41). BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1 In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt

Nadere informatie

voorzitter, een secretaris en een plaatsvervangende secretaris.

voorzitter, een secretaris en een plaatsvervangende secretaris. 4.1 Personeelsbeleid: 1.5.4.1 Or reglement 1 van 7 Reglement ondernemingsraad Artikel 1 2.1 Begripsbepalingen 1 Dit reglement verstaat onder: a. De ondernemer: S. Romijn b. De ondernemingen: KDV De Drie

Nadere informatie

Reglement Oudercommissie Groene Kinderopvang t Werkel

Reglement Oudercommissie Groene Kinderopvang t Werkel Reglement Oudercommissie Groene Kinderopvang t Werkel Versie 27 oktober 2016 1 INHOUDSOPGAVE 1. Reglement oudercommissie 2 2. Huishoudelijk reglement oudercommissie 5 Deel A. Werkwijze oudercommissie 6

Nadere informatie

Provinciaal blad van Noord-Brabant

Provinciaal blad van Noord-Brabant Provinciaal blad van Noord-Brabant ISSN: 0920-1408 Onderwerp Verordening Commissie Regionaal Overleg luchthaven Budel Noord-Brabant Provinciale Staten van Noord-Brabant Gelezen het voorstel van Gedeputeerde

Nadere informatie

Reglement Participatieraad sociaal domein gemeente Noordoostpolder

Reglement Participatieraad sociaal domein gemeente Noordoostpolder GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Noordoostpolder Nr. 59064 12 april 2017 Reglement Participatieraad sociaal domein gemeente Noordoostpolder No. 462260/468021 Het college van burgemeester

Nadere informatie

Reglement Klachtencommissie

Reglement Klachtencommissie Reglement Klachtencommissie Artikel 1 Definities Klager: De huurder of woningzoekende die een klacht aan de commissie voorlegt. Huurder: Een huurder van een woning of woonruimte van Leystromen. Voor de

Nadere informatie

Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Fryslân

Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Fryslân Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Fryslân gelet op: - artikel 24 van de Wet Gemeenschappelijke Regelingen; - artikel 17 van de Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio

Nadere informatie

Gelet op artikel 14 van de gemeenschappelijke regeling Randstedelijke Rekenkamer,

Gelet op artikel 14 van de gemeenschappelijke regeling Randstedelijke Rekenkamer, Voorstel aan Provinciale Staten Van Fractievoorzittersoverleg Vergadering Oktober 2016 Nummer 6943 Onderwerp Wijziging Verordening Programmaraad Randstedelijke Rekenkamer 1 Ontwerpbesluit Provinciale Staten

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Avery Dennison. Reglement Verantwoordingsorgaan

Stichting Pensioenfonds Avery Dennison. Reglement Verantwoordingsorgaan Reglement Verantwoordingsorgaan Versie 01-07-2014 Artikel 1. Definities Bestuur: Intern Toezicht: Verantwoordingsorgaan: Het bestuur van het pensioenfonds. De visitatiecommissie van het pensioenfonds.

Nadere informatie

Centraal College van Deskundigen VCA

Centraal College van Deskundigen VCA Centraal College van Deskundigen VCA Reglement Centraal College van Deskundigen VCA Doelstelling Artikel 1 Het Centraal College van Deskundigen VCA (CCVD-VCA, hierna te noemen: College) is conform artikel

Nadere informatie

vast te stellen de Verordening Burgertafel Sociaal Domein Zeewolde 2017.

vast te stellen de Verordening Burgertafel Sociaal Domein Zeewolde 2017. Documentnummer V206 De raad van de gemeente Zeewolde, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. ; gehoord de commissie Onderwijs en Welzijn d.d. 17 mei 2017; gelet op artikel 147 en 150

Nadere informatie

VOORWOORD BEGRIPPEN. 1. WOR Wet op de ondernemingsraden.

VOORWOORD BEGRIPPEN. 1. WOR Wet op de ondernemingsraden. VOORWOORD Om het functioneren van een ondernemingsraad mogelijk te maken, zullen de ondernemer en de werknemers de nodige voorbereidende werkzaamheden moeten verrichten. Om overzichtelijk te maken hoe

Nadere informatie

Bijlage behorende bij Eilandsverordering vaststelling diverse ontwerp-landsverordeningen land Curaçao (A.B no. 87)

Bijlage behorende bij Eilandsverordering vaststelling diverse ontwerp-landsverordeningen land Curaçao (A.B no. 87) Bijlage behorende bij Eilandsverordering vaststelling diverse ontwerp-landsverordeningen land Curaçao (A.B. 2010 no. 87) Landsverordening van de regelende de instelling, inrichting, samenstelling en bevoegdheid

Nadere informatie

PUBLIEKSBROCHURE De Sociaal-Economische Raad

PUBLIEKSBROCHURE De Sociaal-Economische Raad PUBLIEKSBROCHURE De Sociaal-Economische Raad SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD De Sociaal-Economische Raad Een eerste kennismaking Missie van de SER De Sociaal-Economische Raad wil als advies- en overlegorgaan

Nadere informatie

REGLEMENT KLACHTEN(ADVIES)COMMISSIE STICHTING EIGEN BOUW

REGLEMENT KLACHTEN(ADVIES)COMMISSIE STICHTING EIGEN BOUW REGLEMENT KLACHTEN(ADVIES)COMMISSIE STICHTING EIGEN BOUW Artikel 1: Begrippen In dit reglement wordt verstaan onder: Stichting: Raad van Toezicht: Bestuur: Medewerker: Commissie: Klager: De Stichting Eigen

Nadere informatie

Huishoudelijk reglement oudercommissie

Huishoudelijk reglement oudercommissie Huishoudelijk reglement oudercommissie INHOUD: 1. A Benoemen van oudercommissie in functie B. Zittingsduur van de leden 2. Taken voorzitter, secretaris, en lid/ leden 3. Vergaderfrequentie 4. A Adviesrecht

Nadere informatie

WERKGROEP REGLEMENT VAN ORDE VAN DE EURO-MEDITERRANE PARLEMENTAIRE VERGADERING

WERKGROEP REGLEMENT VAN ORDE VAN DE EURO-MEDITERRANE PARLEMENTAIRE VERGADERING WERKGROEP REGLEMENT VAN ORDE VAN DE EURO-MEDITERRANE PARLEMENTAIRE VERGADERING Athene, 22 maart 2004 REGLEMENT VAN ORDE VAN DE EURO-MEDITERRANE PARLEMENTAIRE VERGADERING door het medevoorzitterschap van

Nadere informatie

Regeling Geschillen- en Bezwarencommissie Orionis Walcheren WSW

Regeling Geschillen- en Bezwarencommissie Orionis Walcheren WSW Regeling Geschillen- en Bezwarencommissie Orionis Walcheren WSW Het Algemeen Bestuur van Orionis Walcheren, hierna te noemen Orionis Walcheren, te Vlissingen gehoord de Ondernemingsraad gelet op de bepalingen

Nadere informatie

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD (PO)

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD (PO) MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD (PO) Medezeggenschapsreglement van Stichting samenwerkingsverband de Liemers po te Zevenaar (samenwerkingsverband 25-04). Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Nadere informatie

verordening op het raadspresidium

verordening op het raadspresidium nummer 1.1.6 regeling verordening op het raadspresidium nr. 1.1.6 de raad van de gemeente Gouda Gelezen het voorstel van het presidium van 28 juni 2014; Gelet op artikel 4 van het Reglement van Orde voor

Nadere informatie