NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Transcriptie

1 DE VLAAMSE MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE, DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING, DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN, EN DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van diverse besluiten, wat betreft de kilometerheffing, de invordering van niet-fiscale schuldvorderingen, de geïntegreerde woonbonus, de energieheffing en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2007 tot regeling van de werking van het Vlaams Toekomstfonds - Principiële goedkeuring 1. INHOUDELIJK Dit ontwerp van besluit: 1 zet een vergetelheid i.v.m. de geïntegreerde woonbonus recht; 2 breidt de bevoegdheid van de Centrale Invorderingscel (hierna CIC ) uit m.b.t. een aantal bijkomende gemeenschapsaangelegenheden en een bijkomende gewestelijke aangelegenheid. Op die manier wordt stelselmatig verder gewerkt aan de overheidsbrede dienstverlening van de CIC; 3 voert de procedure van het vereenvoudigd derdenbeslag in voor onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen, voor administratieve geldboeten en voor toebehoren; 4 schept duidelijkheid over de bevoegdheid van de CIC m.b.t. de invordering van administratieve geldboeten en de invordering van toebehoren; 5 remedieert een aantal juridisch technische tekortkomingen in de bestaande CIC-besluiten; 6 wijzigt het besluit Vlaamse Codex Fiscaliteit van 20 december 2013, ingevolge de vervanging van het eurovignet door de kilometerheffing; 7 wijzigt het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juli 2015 tot aanduiding van de bevoegde controle-ambtenaren m.b.t. de rapportering door de toeganghouders in het kader van de energieheffing en heft de bepalingen i.v.m de vernietigde energieheffing op; 8 heft het besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2007 tot regeling van de werking van het Vlaams Toekomstfonds op Rechtzetting in verband met de geïntegreerde woonbonus Artikel 63 18/13, KB/WIB 92 bepaalt dat de premies betreffende een contract met kosteloze of betalende deelneming in de winst, voor de Vlaamse woonbonus (artikel WIB 92) en Vlaamse belastingvermindering voor het lange termijnsparen (artikel WIB 92) ten belope van hun nominale bedrag in aanmerking worden genomen, ook wanneer het winstaandeel van de premie Pagina 1 van 16

2 wordt afgetrokken. Voor hypothecaire leningen aangegaan vanaf 1 januari 2016 werd de geïntegreerde woonbonus ingevoerd. Het is dan ook aangewezen om het artikel uit te breiden met artikel /2 WIB 92, zijnde het artikel dat betrekking heeft op de geïntegreerde woonbonus. Op die manier wordt de regelgeving aangepast aan de praktijk waarbij de verzekeraars hetzelfde bedrag voor alle belastingverminderingen op de attesten vermelden, zodat de bepaling de facto ook wordt toegepast voor de geïntegreerde woonbonus Aanpassing van het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap en van het BVR CIC Vlaamse Gewest Legistieke wijzigingen In zowel het besluit van de Vlaamse regering van 16 mei 1995 betreffende de invordering van niet-fiscale schuldvorderingen voor de Vlaamse Gemeenschap en de instellingen die eronder ressorteren (hierna BVR CIC Vlaamse Gemeenschap ) als in het besluit van de Vlaamse regering van 16 mei 1995 betreffende de invordering van niet-fiscale schuldvorderingen voor het Vlaamse Gewest en de instellingen die eronder ressorteren (hierna BVR CIC Vlaamse Gewest ) wordt het meer generieke begrip personeelsleden i.p.v. ambtenaren ingevoerd (artikel 2, 1, artikel 3, en artikel 6, 1, van het ontwerpbesluit). De terminologie wordt afgestemd op het decreet van 22 februari 1995 tot regeling van de invordering van niet-fiscale schuldvorderingen voor de Vlaamse Gemeenschap en de instellingen die eronder ressorteren (hierna decreet CIC Vlaamse Gemeenschap ), op het decreet van 22 februari 1995 tot regeling van de invordering van nietfiscale schuldvorderingen voor het Vlaamse Gewest en de instellingen die eronder ressorteren (hierna decreet CIC Vlaamse Gewest ) en op de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 (hierna VCF ). In onder meer het besluit van de Vlaamse Regering van 13 januari 2006 houdende vaststelling van de rechtspositie van het personeel van de diensten van de Vlaamse overheid (BS 27 maart 2006 (eerste uitg.)) wordt bepaald dat de verloning van de personeelsleden van de diensten van de Vlaamse overheid bestaat uit het salaris, de toelagen, de vergoedingen en de sociale voordelen. In het eerste lid van artikel 1 van het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap dient de omschrijving van de verloning te worden geactualiseerd omdat er nu enkel naar de onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen inzake salarissen, toelagen en vergoedingen een verwijzing wordt gemaakt. De term sociale voordelen moet worden toegevoegd (artikel 2, 2, van het ontwerpbesluit). De vergoeding voor begrafeniskosten, maaltijdcheques en de fietsvergoeding zijn voorbeelden van sociale voordelen. Daarnaast moet de verwijzing naar artikel 116, septies, 1, 4, van de gecoördineerde decreten van 25 januari 1995 betreffende de radio-omroep en de televisie worden geschrapt in het eerste lid van artikel 1 van het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap aangezien dit artikel werd opgeheven. In het eerste lid van artikel 1 van het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap dient een verwijzing te worden gemaakt naar de bepalingen die heden van toepassing zijn, meer bepaald artikel 228, eerste lid, 4, en artikel 229, eerste lid, 4, van het decreet van 27 maart 2009 betreffende radioomroep en televisie (artikel 2, 3, van het ontwerpbesluit) Uitbreiding van de bevoegdheid van de CIC Algemeen De CIC is binnen het agentschap Vlaamse Belastingdienst (hierna IVA VLABEL ) bevoegd voor de invordering van onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen, voor de invordering van administratieve geldboeten en voor de invordering van toebehoren voor de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest en de instellingen die eronder ressorteren. Haar bevoegdheden ontleent zij aan twee decreten van 22 februari 1995: het decreet van 22 Pagina 2 van 16

3 februari 1995 tot regeling van de invordering van niet-fiscale schuldvorderingen voor de Vlaamse Gemeenschap en de instellingen die eronder ressorteren ( decreet CIC Vlaamse Gemeenschap ), en het decreet van 22 februari 1995 tot regeling van de invordering van niet-fiscale schuldvorderingen voor het Vlaamse Gewest en de instellingen die eronder ressorteren ( decreet CIC Vlaamse Gewest ). Deze decreten machtigen de Vlaamse Regering om personeelsleden van IVA VLABEL aan te stellen en hen te belasten met de invordering van de onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen, met de invordering van de administratieve geldboeten en met de invordering van de toebehoren. De met invordering belaste personeelsleden zijn gemachtigd om een dwangschrift uit te vaardigen. Het dwangschrift wordt geviseerd en uitvoerbaar verklaard door het daartoe door de Vlaamse Regering aangewezen personeelslid van IVA VLABEL en wordt betekend bij exploot van een gerechtsdeurwaarder. De concrete materies waarvoor de CIC belast is met de gedwongen invordering zijn terug te vinden in twee uitvoeringsbesluiten: het besluit van de Vlaamse regering van 16 mei 1995 betreffende de invordering van niet-fiscale schuldvorderingen voor de Vlaamse Gemeenschap en de instellingen die eronder ressorteren ( BVR CIC Vlaamse Gemeenschap ), en het besluit van de Vlaamse regering van 16 mei 1995 betreffende de invordering van niet-fiscale schuldvorderingen voor het Vlaamse Gewest en de instellingen die eronder ressorteren ( BVR CIC Vlaamse Gewest ). De hierna vermelde entiteiten willen een beroep doen op de diensten van de CIC voor de invordering van bepaalde onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen, administratieve geldboeten en toebehoren. De invorderingsdossiers van deze entiteiten worden overgemaakt aan de CIC, die zal instaan voor de gedwongen invordering. Niet alle entiteiten die hierna worden vermeld maken deel uit van een Vlaams ministerie. Twee van de hierna vermelde entiteiten zijn intern verzelfstandigde agentschappen met rechtspersoonlijkheid. Eén van de entiteiten is een publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap. De invorderingsdossiers van deze openbare instellingen die afhangen van de Vlaamse Gemeenschap betreffen gemeenschapsaangelegenheden. Art. 28, 1, eerste lid, van het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli 2003 stelt het volgende: Op verzoek van een publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap en met akkoord van de Vlaamse regering kunnen de door de Vlaamse regering aangestelde personeelsleden belast worden met het invorderen van de onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen in naam en voor rekening van dit agentschap. Artikel 28, 1, eerste lid, van het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli 2003 verwijst enkel naar de publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigde agentschappen, doch artikel 10, 4, van hetzelfde decreet bepaalt dat artikel 28 ook van toepassing is op de intern verzelfstandigde agentschappen met rechtspersoonlijkheid. In artikel 1bis van het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap wordt er vermeld dat de personeelsleden van IVA VLABEL gemachtigd worden, in naam en voor rekening van de openbare instellingen die afhangen van de Vlaamse Gemeenschap, tot het invorderen van onbetwiste en opeisbare nietfiscale schuldvorderingen onder de voorwaarden, vermeld in artikel 2, tweede lid, van het decreet CIC Vlaamse Gemeenschap, en onder de voorwaarden, vermeld in artikel 28, 1, eerste lid, van het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli Als daartoe grond bestaat, vorderen de personeelsleden van IVA VLABEL voor de openbare instellingen die afhangen van de Vlaamse Gemeenschap, vermeld in artikel 1bis van het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap, niet alleen de onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen in, maar ook de administratieve geldboeten en de toebehoren (artikel 4 van het ontwerpbesluit). De gedwongen invordering is dus mogelijk van onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen, van administratieve geldboeten en van toebehoren in naam en voor rekening Pagina 3 van 16

4 van een intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid en van een publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap op voorwaarde dat er een verzoek werd gedaan door deze openbare instelling en er een akkoord is van de Vlaamse Regering. Als bijlage wordt er een kopie van de verzoeken toegevoegd. In het voorstel van beslissing wordt aan de Vlaamse Regering haar akkoord gevraagd om in te gaan op de verzoeken Samenwerking tussen de CIC en het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, het agentschap Zorg en Gezondheid, het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden en het Vlaams Agentschap voor Samenwerking rond Gegevensdeling tussen de Actoren in de Zorg Vanuit het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin doen het Agentschap voor Vlaamse Sociale Bescherming (artikel 1, tweede lid, BVR CIC Vlaamse Gemeenschap) en Kind en Gezin (artikel 1, achtste lid, BVR CIC Vlaamse Gemeenschap) reeds beroep op de diensten van de CIC. Daarnaast vertrouwde het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin al de opvolging van de gedwongen invordering van de onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen inzake salarissen, toelagen en vergoedingen van de personeelsleden van het Vlaams Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin toe aan de CIC (artikel 1, eerste lid, BVR CIC Vlaamse Gemeenschap). Het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin wenst de procedures tot invordering binnen hun beleidsdomein zoveel mogelijk te uniformiseren. De hierna vermelde entiteiten willen in eerste instantie volgende invorderingsdossiers overmaken aan de CIC voor gedwongen invordering: - het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin: o de terugvordering van subsidies: b.v. Een Centrum voor Algemeen Welzijnswerk ontvangt een subsidie voor de financiering van de werkingskosten. Er wordt vastgesteld dat deze subsidie volledig of gedeeltelijk onterecht werd verleend. De onterecht ontvangen subsidie moet worden teruggevorderd. o de invordering van kosten i.v.m. het elektronisch toezicht (vóór 01/01/2015 een bevoegdheid van de federale overheid): Enerzijds gaat het om vergoedingen voor schade/verlies van het bewakingsmateriaal (enkelbanden). Anderzijds gaat het om de terugvordering van onterecht uitbetaalde leefvergoedingen. Dit zijn vergoedingen aan personen die onder elektronisch toezicht staan en over onvoldoende bestaansmiddelen beschikken en niet in aanmerking komen voor een leefloon van het OCMW. De vergoedingen die onterecht werden uitbetaald (b.v. persoon gaat naar de gevangenis, persoon is niet meer onder elektronisch toezicht geplaatst en ontvangt een leefloon van het OCMW) moeten worden teruggevorderd. - het agentschap Zorg en Gezondheid: o de terugvordering van subsidies: b.v. Een Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg ontvangt een subsidie voor de financiering van de werkingskosten. Er wordt vastgesteld dat deze subsidie volledig of gedeeltelijk onterecht werd verleend. De onterecht ontvangen subsidie moet worden teruggevorderd. o de invordering van administratieve geldboeten: b.v. De administratieve geldboete die werd opgelegd aan een persoon die beroepshalve activiteiten van zorg- en bijstandsverlening heeft verricht in het natuurlijke thuismilieu van de gebruiker zonder te voldoen aan de kwalificatievereisten voor het verzorgend personeel van de diensten voor gezinszorg en aanvullende thuiszorg, wordt niet betaald. - het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden (hierna IVA VIPA ): o de terugvordering van subsidies: b.v. Een kinderdagverblijf heeft niet langer een bestemming binnen de sector van persoonsgebonden aangelegenheden. Op moment van de vervreemding is er sinds de initiële ingebruikname als kinderdagverblijf minder dan 25 jaar verstreken. IVA VIPA vordert de integrale Pagina 4 van 16

5 subsidie terug. - het Vlaams Agentschap voor Samenwerking rond Gegevensdeling tussen de Actoren in de Zorg (hierna EVA VASGAZ ): o de invordering van administratieve geldboeten: b.v. Aan een zorgverlener die een verplichting die voortvloeit uit het decreet d.d. 25 april 2014 betreffende de organisatie van het netwerk voor de gegevensdeling tussen de actoren in de zorg niet naleeft, wordt een administratieve geldboete opgelegd en deze geldboete wordt niet betaald. Momenteel worden de dossiers inzake de terugvordering van subsidies overgemaakt aan de Algemene Administratie van de Inning en de Invordering van de FOD Financiën. Voor de andere invorderingsdossiers wordt bij niet-betaling enkel een herinneringsbrief, een aanmaning en een ingebrekestelling verstuurd. De dossiers die in behandeling zijn bij de Algemene Administratie van de Inning en de Invordering van de FOD Financiën zullen door hen worden afgehandeld. Het aantal over te dragen invorderingsdossiers aan de CIC die louter een gemeenschapsaangelegenheid betreffen wordt op jaarbasis geraamd op maximaal 50. Het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden is een intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid en het Vlaams Agentschap voor Samenwerking rond Gegevensdeling tussen de Actoren in de Zorg is een publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap. Mevr. Karine Moykens, leidend ambtenaar van het IVA VIPA en gedelegeerd bestuurder van het EVA VASGAZ, heeft op 10 november 2017 een schriftelijk verzoek gericht aan IVA VLABEL omtrent de invordering van onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen, de invordering van administratieve geldboeten en de invordering van toebehoren in naam en voor rekening van IVA VIPA en EVA VASGAZ. Teneinde de CIC bevoegd te maken om de gedwongen invorderingen van het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, het agentschap Zorg en Gezondheid, het IVA VIPA en het EVA VASGAZ te behandelen, dient het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap te worden aangevuld. In het achtste lid wordt tussen het woord Gezin en het woord worden de zinsnede, het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, het agentschap Zorg en Gezondheid, het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden en het Vlaams Agentschap voor Samenwerking rond Gegevensdeling tussen de Actoren in de Zorg, ingevoegd (artikel 2, 4, van het ontwerpbesluit) Samenwerking tussen de CIC en het agentschap Facilitair Bedrijf Het agentschap Facilitair Bedrijf, een intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid van het Vlaams Ministerie Kanselarij en Bestuur, ondersteunt de organisatie-entiteiten binnen de beleidsdomeinen van de Vlaamse overheid en de provinciale en lokale besturen met facilitaire dienstverlening. Het agentschap bouwt een kwaliteitsvol, effectief, marktconform en zuinig aanbod uit aan patrimonium, ICT-diensten, producten en advies en draagt zo bij aan de optimale werking van de Vlaamse overheid als geheel (artikel 3 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 11 juni 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap agentschap Facilitair Bedrijf (hierna BVR agentschap Facilitair Bedrijf )). Het agentschap Facilitair Bedrijf wil een beroep doen op de ervaring en de expertise van de CIC voor de invordering van bepaalde onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen en toebehoren. In eerste instantie betreft het de gedwongen invordering van: - niet-betaalde facturen inzake catering. Het agentschap Facilitair Bedrijf levert na bestelling broodjes, koffie, frisdrank,. De factuur wordt door de afnemer niet (volledig) betaald. - niet-betaalde huur van onroerende goederen. Het agentschap Facilitair Bedrijf verhuurt een onroerend goed van de Vlaamse administratie. De huurder leeft de huurovereenkomst niet na door de huur niet (volledig) te betalen. - de verkoopprijs van onroerende goederen. Het agentschap Facilitair Bedrijf verkoopt een Pagina 5 van 16

6 onroerend goed van de Vlaamse administratie en de verkoopakte wordt niet nageleefd door de koper door de verkoopprijs niet (volledig) te betalen. - niet-betaalde facturen inzake de verkoop van tweedehands voertuigen en meubilair. De koper van een tweedehands voertuig of meubilair, dat werd verkocht door het agentschap Facilitair Bedrijf, laat na de factuur (volledig) te betalen. -. De opvolging van de openstaande niet-fiscale schuldvorderingen en toebehoren beperkt zich momenteel tot het versturen van automatische aanmaningen. De invorderingsdossiers van het agentschap Facilitair Bedrijf worden overgemaakt aan de CIC, die zal instaan voor de gedwongen invordering. Het aantal over te dragen invorderingsdossiers wordt op jaarbasis geraamd op 8. Er is reeds een samenwerking met onder meer het Agentschap Binnenlands Bestuur, het agentschap Informatie Vlaanderen en het Eigen Vermogen Informatie Vlaanderen van het beleidsdomein Kanselarij en Bestuur. Het agentschap Facilitair Bedrijf bezit geen eigen rechtspersoonlijkheid en het agentschap treedt op namens de rechtspersoon Vlaamse Gemeenschap of de rechtspersoon Vlaamse Gewest afhankelijk van de behandelde materie waarvoor het agentschap bevoegd is (artikel 6 van het BVR agentschap Facilitair Bedrijf). Bijgevolg dient de bevoegdheid van de CIC voor de gedwongen invordering van de dossiers van het agentschap Facilitair Bedrijf zowel te worden opgenomen in het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap als in het BVR CIC Vlaamse Gewest. Het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap wordt aangepast door aan artikel 1 een tiende lid toe te voegen (artikel 2, 5, van het ontwerpbesluit). In het BVR CIC Vlaamse Gewest wordt aan artikel 1 een vierde lid toegevoegd (artikel 6, 5, van het ontwerpbesluit). Beide nieuwe leden beogen de CIC bevoegd te maken om invorderingsdossiers van het agentschap Facilitair Bedrijf te behandelen Samenwerking tussen de CIC en het agentschap Sport Vlaanderen inclusief NADO Vlaanderen Vanaf 1 januari 2016 is het Departement Cultuur, Jeugd en Media niet langer bevoegd voor het opleggen en het innen van administratieve geldboeten opgelegd op grond van artikel 41 en 45 van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012 en op grond van artikel 17 van het decreet van 20 december 2013 inzake gezond en ethisch sporten. Deze taak werd overgeheveld naar het agentschap Sport Vlaanderen bij het decreet van 4 december 2015 tot wijziging van diverse decreten, wat betreft de integratie van de beleidsondersteunende opdracht inzake sport in het agentschap Sport Vlaanderen, en tot wijziging van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012 (BS 21 december 2015 (ed. 1)). Ook NADO Vlaanderen, de administratie van de Vlaamse Gemeenschap die bevoegd is voor de uitvoering van het antidopingbeleid, werd ondergebracht in het agentschap Sport Vlaanderen en geniet volledige operationele autonomie (artikel 2, enig lid, 5, en artikel 5, 1, van het decreet van 7 mei 2004 betreffende het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Sport Vlaanderen (hierna decreet van 7 mei 2004 )). Zo worden de opbrengsten van de administratieve geldboeten opgelegd overeenkomstig het Antidopingdecreet van 25 mei 2012 enkel aangewend voor de werking van NADO Vlaanderen. De opbrengst van administratieve geldboeten inzake sportaangelegenheden (andere dan deze van in het Antidopingdecreet van 25 mei 2012) komt toe aan het agentschap Sport Vlaanderen (artikel 7, 1, van het decreet van 7 mei 2004). Volgens artikel 4 van het decreet van 7 mei 2004 omvat de missie van het agentschap Sport Vlaanderen het Vlaamse sportbeleid voor te bereiden, uit te voeren en te evalueren conform de taken, vermeld in artikel 5, om de sportparticipatie en de kwaliteit van het sportaanbod te verhogen. Pagina 6 van 16

7 Het Departement Cultuur, Jeugd en Media (voorheen Cultuur, Jeugd, Sport en Media) werkt reeds samen met de CIC. Het agentschap Sport Vlaanderen en dus ook NADO Vlaanderen wensen gebruik te maken van gelijkaardige invorderingsmaatregelen en willen voor de administratieve geldboeten die onbetaald blijven beroep doen op de CIC. Daarnaast kunnen de onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen inzake sportaangelegenheden die heden tot het takenpakket van het agentschap Sport Vlaanderen behoren tevens worden overgemaakt aan de CIC om gedwongen in te vorderen. Meer bepaald betreft het de invordering van allerlei bedragen (onterecht ontvangen subsidies, niet betalen van het gebruik van een sportaccommodatie, niet betalen van een concessievergoeding, ) waarop het agentschap Sport Vlaanderen recht heeft op basis van een overeenkomst of regelgeving. Het agentschap Sport Vlaanderen is een intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid. Dhr. Philippe Paquay, administrateur-generaal van het agentschap Sport Vlaanderen, heeft op 9 november 2017 een schriftelijk verzoek gericht aan IVA VLABEL omtrent de invordering van onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen, de invordering van administratieve geldboeten en de invordering van toebehoren in naam en voor rekening van dit agentschap. De invorderingsdossiers die louter een gemeenschapsmaterie betreffen en die aan de CIC worden overgemaakt worden op jaarbasis geraamd op 100 dossiers. Teneinde de CIC bevoegd te maken voor de gedwongen invordering van dossiers van het agentschap Sport Vlaanderen inclusief NADO Vlaanderen, dient het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap te worden gewijzigd door aan artikel 1 van het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap een elfde lid toe te voegen (artikel 2, 5, van het ontwerpbesluit) Samenwerking tussen de CIC en het Departement Werk en Sociale Economie IVA VLABEL vordert heden dossiers in voor het Departement Werk en Sociale Economie. Het betreft onder de meer de terugvordering van onrechtmatig verkregen premies in het kader van werkgelegenheidsmaatregelen (b.v. de terugvordering van een aanmoedigingspremie) en de gedwongen invordering van administratieve geldboeten (b.v. de gedwongen invordering van een administratieve geldboete die werd opgelegd naar aanleiding van een Vlaamse sociaalrechtelijke inspectie). De dossiers worden enkel overgemaakt als deze onbetwist en opeisbaar zijn. Vanaf 1 januari 2016 is de afdeling Europees Sociaal Fonds binnen het Departement Werk en Sociale Economie bevoegd voor het beheer, de voortgangsbewaking, de monitoring, de evaluatie evenals de bijsturing van het Operationeel Programma Europees Sociaal Fonds en het Operationeel Programma met betrekking tot het Vlaams integratieluik uit het Europees Fonds voor Asiel, Migratie en Integratie. De afdeling Europees Sociaal Fonds verleent onder meer subsidies om de werkgelegenheid te vergroten en de Vlaamse arbeidsmarkt te stimuleren en te versterken. Subsidies die onterecht werden toegekend, moeten worden teruggevorderd. Nadat de rechtspersonen in kennis werden gesteld van de terugvordering van de volledige of een gedeelte van de subsidie worden momenteel bij niet-betaling twee aanmaningen en een ingebrekestelling verstuurd. Het Departement Werk en Sociale Economie wenst een beroep te doen op de ervaring en de expertise van de CIC voor de terugvordering van Europees Sociaal Fonds subsidies. De terugvorderingsdossiers kunnen zowel vallen onder de gewestelijke aangelegenheid tewerkstellingsbeleid als de gemeenschapsaangelegenheid beroepsopleiding. Voor de terugvorderingsdossiers inzake het Europees Sociaal Fonds is de CIC op dit moment enkel bevoegd in het geval het een gewestmaterie betreft omdat de aangelegenheid werkgelegenheid wordt opgenomen in artikel 1, eerste lid, 7, van het BVR CIC Vlaamse Gewest. Opdat de CIC via Pagina 7 van 16

8 gedwongen invordering ook de dossiers inzake het Europees Sociaal Fonds die betrekking hebben op de gemeenschapsaangelegenheid beroepsopleiding zou kunnen invorderen, dient deze opdracht uitdrukkelijk in het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap te worden opgenomen. Een voorbeeld van een subsidie inzake beroepsopleiding kan worden teruggevonden in de oproep Opleidingen in bedrijven. De afdeling Europees Sociaal Fonds wil via deze oproep het levenslang leren in bedrijven en organisaties aanmoedigen en ondersteunen. Organisaties krijgen via deze oproep de kans om hun werknemers sterker te maken op de arbeidsmarkt. De onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen van het Departement Werk en Sociale Economie die een gemeenschapsmaterie betreffen worden bijkomend overgemaakt aan de CIC, die zal instaan voor de gedwongen invordering. Er wordt geraamd dat er op jaarbasis maximaal 5 invorderingsdossiers aan de CIC worden overgemaakt. Er wordt een aanpassing aangebracht aan het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap door aan artikel 1 van het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap een twaalfde lid toe te voegen teneinde de CIC bevoegd te maken om de onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen als gevolg van de taken van het Departement Werk en Sociale Economie in te vorderen (artikel 2, 5, van het ontwerpbesluit) Vereenvoudigd derdenbeslag De bevoegde entiteit van de Vlaamse administratie kan voor de invordering van de belastingen en toebehoren die worden vermeld in de VCF gebruik maken van de mogelijkheid van vereenvoudigd fiscaal derdenbeslag. De procedure van vereenvoudigd derdenbeslag wordt omschreven in artikel en artikel van het besluit Vlaamse Codex Fiscaliteit van 20 december 2013 (hierna BVCF ) en gebeurt met aangetekende brieven (het vereenvoudigd derdenbeslag met aangetekende brieven) of door middel van een procedure waarbij informatietechnieken worden gebruikt (het elektronisch vereenvoudigd derdenbeslag). De procedure van vereenvoudigd derdenbeslag, zowel deze via aangetekende brieven als het elektronisch vereenvoudigd derdenbeslag, is niet alleen nuttig voor de invordering van de belastingen en toebehoren die worden vermeld in de VCF, maar ook voor de onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen, de administratieve geldboeten en de toebehoren die door de CIC binnen IVA VLABEL worden ingevorderd. In het decreet van 23 december 2016 houdende diverse fiscale bepalingen en bepalingen omtrent de invordering van niet-fiscale schuldvorderingen werd een rechtsgrond gecreëerd voor de regeling van de onrechtstreekse vervolging, de bijhorende onderzoeksbevoegdheden en de regels in verband met de vervolgingskosten. Naar aanleiding van een advies van de Raad van State van 2 maart 2017 (advies /3) werd in het decreet van 8 december 2017 houdende bepalingen tot verdere regeling van de invordering van niet-fiscale schuldvorderingen voor de Vlaamse Gemeenschap en voor het Vlaamse Gewest en de instellingen die eronder ressorteren, diverse fiscale bepalingen, en de overname van de dienst van de belasting op spelen en weddenschappen, de automatische ontspanningstoestellen en de openingsbelasting op slijterijen van gegiste dranken (hierna decreet van 8 december 2017 ), onder meer de rechtsgrond voor de regeling van de onrechtstreekse vervolging uitdrukkelijk uitgebreid tot de administratieve geldboeten en de toebehoren en werd de rechtsgrond voor het gebruik van het identificatienummer van de Kruispuntbank van Ondernemingen, het rijksregisternummer en het identificatienummer van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid voorzien. Teneinde de modaliteiten van de procedure van vereenvoudigd derdenbeslag, de bijhorende onderzoeksbevoegdheden en de regels in verband met de vervolgingskosten vast te leggen, dienen het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap en het BVR CIC Vlaamse Gewest, te worden aangevuld. Het leggen van een beslag onder derden door het personeelslid van IVA VLABEL voor de onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen, de administratieve geldboeten en de toebehoren zal gebeuren door toepassing te maken van artikel en van het Pagina 8 van 16

9 BVCF (artikel 5 en 8 van het ontwerpbesluit). De bevoegde entiteit van de Vlaamse administratie en het bevoegde personeelslid moeten gelezen worden als respectievelijk de Vlaamse Belastingdienst ( IVA VLABEL ) en het personeelslid van de Vlaamse Belastingdienst ( IVA VLABEL ). In artikel 5 en 8 van het ontwerpbesluit wordt er tevens bepaald dat de schuldenaar van de onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvordering, van de administratieve boete en van de toebehoren in kennis wordt gesteld van het dwangschrift dat hierop betrekking heeft voordat er een vereenvoudigd derdenbeslag wordt gelegd. Het dwangschrift zal ofwel samen betekend worden met het dwangbevel ofwel door het personeelslid van IVA VLABEL aan de schuldenaar worden verzonden in het geval er geen dwangbevel wordt of kon worden betekend. Voordat er beslag onder derden kan worden gelegd moet het personeelslid van IVA VLABEL op de hoogte zijn van de sommen en zaken die aan de schuldenaar verschuldigd zijn of toebehoren. Bij bijvoorbeeld mogelijke derde-beslagenen (werkgevers, bankinstellingen, huurders, openbare instellingen, ) zullen er inlichtingen of stukken op schriftelijke of op elektronische wijze moeten worden opgevraagd teneinde de vermogenssituatie van de schuldenaar te bepalen. Om dezelfde regels inzake de onderzoeksbevoegdheden bij het bepalen van de vermogenssituatie toe te passen wordt er een verwijzing gemaakt naar de bevoegdheden die worden vermeld in artikel VCF. Op basis van de gegevens die worden ingewonnen zal het personeelslid van IVA VLABEL voor de onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen, de administratieve geldboeten en de toebehoren kunnen nagaan of een vereenvoudigd derdenbeslag mogelijk is. De vervolgingskosten, met inbegrip van de kosten voor de aangetekende brieven en de kosten voor de verklaring van de derde-beslagene, die niet kunnen worden verhaald op de schuldenaar, worden gedragen door de entiteit die beroep doet op de CIC Invordering van administratieve geldboeten, invordering van toebehoren en verwijzing naar de voorwaarden, vermeld in artikel 28, 1, eerste lid, van het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli 2003 in artikel 2 van het BVR CIC Vlaamse Gewest In het decreet van 8 december 2017 werd de rechtsgrond in het decreet CIC Vlaamse Gemeenschap en het decreet CIC Vlaamse Gewest uitgebreid tot de administratieve geldboeten en de toebehoren (cf. Parl.St. Vl.Parl , nr. 1301/1, p.4 en 5). In het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap en in het BVR CIC Vlaamse Gewest dient te worden verduidelijkt dat ook administratieve geldboeten en toebehoren door personeelsleden van IVA VLABEL worden ingevorderd. Het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap en het BVR CIC Vlaamse Gewest dienen dan ook te worden aangevuld met een verwijzing naar de invordering van administratieve geldboeten en de invordering van toebehoren. Op deze manier wordt een mogelijke betwisting rond de vraag of de administratieve geldboete al dan niet onder het begrip onbetwiste en opeisbare nietfiscale schuldvordering valt naar de toekomst toe vermeden. Met toebehoren worden de toebehoren, vermeld in artikel 1/1 van het decreet CIC Vlaamse Gemeenschap en in artikel 1/1 van het decreet CIC Vlaamse Gewest, bedoeld. Onderstaande besluiten worden in volgende zin gewijzigd: Het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap: 1) In het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap wordt er voor geopteerd om een nieuw artikel toe te voegen waarin wordt verduidelijkt dat, als daartoe grond bestaat, ook administratieve geldboeten en toebehoren door de CIC worden ingevorderd (cf. artikel 4 van het ontwerpbesluit). Voor de nieuwe bevoegdheden van de CIC die louter een gemeenschapsmaterie betreffen en waarbij er naast onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen administratieve geldboeten en toebehoren moeten worden ingevorderd, geldt deze bepaling eveneens. Pagina 9 van 16

10 Het BVR CIC Vlaamse Gewest: 1) In het BVR CIC Vlaamse Gewest wordt in artikel 1, eerste lid na de woorden onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen de woorden, de invordering van administratieve geldboeten en de invordering van toebehoren ingevoegd (cf. artikel 6, 2, van het ontwerpbesluit); 2) Het tweede en het derde lid van artikel 1 van het BVR CIC Vlaamse Gewest dienen te worden aangevuld met de toebehoren (cf. artikel 6, 3 en 4, van het ontwerpbesluit); 3) In artikel 2 van het BVR CIC Vlaamse Gewest wordt verduidelijkt dat ook de administratieve geldboeten van de openbare instellingen die afhangen van het Vlaamse Gewest en de toebehoren kunnen worden ingevorderd door de personeelsleden van IVA VLABEL (cf. artikel 7 van het ontwerpbesluit). Daarnaast wordt in artikel 7 van het ontwerpbesluit artikel 2 van het BVR CIC Vlaamse Gewest vervangen waarbij er wordt rekening gehouden met het advies /1 van 27 december 2006 (p.4) van de Raad van State en met artikel 1bis van het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap. De Raad van State suggereerde: Gelet op het gegeven dat de ontworpen regeling ook van toepassing is op de publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigde agentschappen en de intern verzelfstandigde agentschappen met rechtspersoonlijkheid, kan - naast de referentie aan de voorwaarden, vermeld in artikel 2, tweede lid, van het decreet van 22 februari 1995 tot regeling van de invordering van niet-fiscale schuldvorderingen voor de Vlaamse Gemeenschap en de instellingen die eronder ressorteren - duidelijkheidshalve beter ook worden verwezen naar de voorwaarden vermeld in artikel 28, 1, eerste lid, van het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli Daarnaast worden een paar legistieke aanpassingen doorgevoerd Wijzigingen aan het besluit Vlaamse Codex Fiscaliteit van 20 december 2013 Hoofdstuk 4 van titel 2 van het besluit Vlaamse Codex Fiscaliteit van 20 december 2013 betreft nog steeds het eurovignet terwijl deze heffing in de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 bij decreet van 3 juli 2015 werd vervangen door de kilometerheffing. Om de tekst in overeenstemming te brengen met deze wijziging wordt het opschrift van hoofdstuk 4 van titel 2 van het besluit Vlaamse Codex Fiscaliteit van 20 december 2013 vervangen en luidt nu Hoofdstuk 4. Kilometerheffing (art. 9). Bovendien worden volgende technische wijzigingen aangebracht aan art en art (art. 10) van het besluit Vlaamse Codex Fiscaliteit van 20 december 2013: - de bepalingen omtrent het rittenblad werden voorzien voor de vrijstelling occasioneel vervoer bij het eurovignet. Inzake de kilometerheffing is er geen sprake meer van een vrijstelling occasioneel vervoer, waardoor deze bepaling opgeheven kan worden. - art BVCF verwees naar het wegennet waarop het eurovignet van toepassing was. Door de invoering van de kilometerheffing, werd het eurovignet afgeschaft waardoor deze bepaling opgeheven kan worden. Tenslotte kan de bijlage 1 bij het besluit Vlaamse Codex Fiscaliteit van 20 december 2013 worden opgeheven (art. 11). Bijlage 1 omschreef de belastingverhogingen die van toepassing waren op inbreuken tegen de bepalingen met betrekking tot het eurovignet. Door de invoering van de kilometerheffing, werd het eurovignet afgeschaft waardoor deze bepaling opgeheven kan worden het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juli 2015 tot aanduiding van de bevoegde controleambtenaren In het huidige artikel 1 van het voormelde besluit wordt bepaald dat het overzicht wordt aangeleverd voor de in het vorige trimester aangerekende heffingen. Artikel van het Energiedecreet van 8 mei 2009 werd gewijzigd bij decreet van 8 juli 2016 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2016 en sindsdien geldt de verplichting om dit Pagina 10 van 16

11 overzicht maandelijks te bezorgen. Om die reden worden de woorden het vorige trimester vervangen door de woorden de vorige maand. In het kader van de energieheffing dienen de toegangshouders maandelijks aan de Vlaamse Belastingdienst het overzicht te bezorgen van de in de vorige maand aangerekende heffingen. In artikel 1 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 3 juli 2015 tot aanduiding van de bevoegde controle-ambtenaren, vermeld in artikel , eerste lid, van het Energiedecreet van 8 mei 2009, tot vaststelling van de verplichte gegevens die de toegangshouders moeten overmaken, vermeld in artikel , 2, tweede lid, van het Energiedecreet van 8 mei 2009 en tot bepaling van het uitstel van doorstorting van de heffing, vermeld in artikel van het Energiedecreet van 8 mei 2009 bij de heffing op de afnamepunten van elektriciteit wordt bepaald welke gegevens dit overzicht dient te bevatten. Aan dit artikel wordt een nieuw punt 7 toegevoegd m.n. het aantal afnamepunten per tarief, vermeld in artikel , van het Energiedecreet van 8 mei 2009, waarvoor de heffing wordt doorgestort. Deze rapportering per categorie maakt een efficiënte opvolging en controle van de energieheffing mogelijk. In hetzelfde besluit worden de artikelen 3 en 5 opgeheven aangezien deze van toepassing waren op de vernietigde energieheffing. Deze artikelen zijn bijgevolg niet meer van toepassing Slotbepalingen Opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2007 tot regeling van de werking van het Vlaams Toekomstfonds Het Vlaams Toekomstfonds, in het leven geroepen door de artikelen 93 tot en met 97 van het Vlaams decreet van 22 december 2006, werd vanaf 31 december 2015 opgeheven door artikel 93 van het Vlaamse decreet van 18 december 2015 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting Hierdoor mist het besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2007 tot regeling van de werking van het Vlaams Toekomstfonds haar bestaansreden. Dit besluit wordt daarom opgeheven (art.14) Uitvoering en inwerkingtreding Artikel 15 regelt de uitvoering van het besluit. Dit besluit volgt de algemene regel wat het tijdstip van inwerkingtreding betreft Het besluit treedt aldus in werking de tiende dag na de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad. 2. WEERSLAG VAN HET VOORSTEL OP DE BEGROTING VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP De dossiers die voor gedwongen invordering aan de CIC zullen worden overgemaakt vertegenwoordigen voor: - het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, het agentschap Zorg en Gezondheid, het IVA VIPA en het EVA VASGAZ een jaarlijks totaal bedrag van minimum ,00 EUR en maximum ,00 EUR; - het agentschap Facilitair Bedrijf een jaarlijks totaal bedrag van ,00 EUR; - het agentschap Sport Vlaanderen inclusief NADO Vlaanderen volgens raming een jaarlijks totaal bedrag van ,00 EUR; - het Departement Werk en Sociale Economie een jaarlijks totaal bedrag van ,00 EUR. Pagina 11 van 16

12 De sommen die via de gedwongen invordering zullen worden gerecupereerd, zullen op volgende ontvangstenartikelen van de middelenbegroting worden geboekt: - Voor het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin: o Subsidies: op begrotingsartikel GB0-9GCDAAD-OW ontvangsten werking en o toelagen welzijnswerk; Leefvergoedingen en kosten i.v.m. het elektronisch toezicht: op begrotingsartikel GB0-9GCDAAK-OW ontvangsten werking en toelagen justitiehuizen en elektronisch toezicht. - Voor het agentschap Zorg en Gezondheid: Subsidies en administratieve geldboeten: op begrotingsartikel GE0-9GDDAAF-OW ontvangsten werking en toelagen thuis- en ouderenzorgbeleid (exclusief de diensten van GE0-1GDD2AI-WT). - Voor het IVA VIPA: Subsidies en administratieve geldboeten: op begrotingsartikel GBK-BGIDAAA-OW ontvangsten werking en toelagen welzijns- en verzorgingsinfrastructuur. - Voor het EVA VASGAZ: Subsidies en administratieve geldboeten: op begrotingsartikel GL0-BGCDAZZ-OW ontvangsten werking en toelagen. - Voor het agentschap Facilitair Bedrijf niet-betaalde facturen/contracten die niet worden nageleefd: o op begrotingsartikel PH0-9PACAZZ-OW ontvangsten werking en toelagen; o op begrotingsartikel PH0-9PACTZZ-OW ontvangsten werking en toelagen; o op begrotingsartikel PH0-9PKCAPA-OW ontvangsten werking en toelagen facilities uitbating gebouwen, onderhoud gebouwen en logistiek; o op begrotingsartikel PH0-9PKCTQB-OW ontvangsten werking en toelagen vastgoed vastgoedbeheer; o op begrotingsartikel PHC-2PKCAPB-OW ontvangsten werking en toelagen facilities catering en schoonmaak; o op begrotingsartikel PHE-2PKCARA-OW ontvangsten werking en toelagen ICT gemeenschappelijke ICT-diensten. - Voor het Departement Werk en Sociale Economie: Subsidies: op begrotingsartikel JB0-9JDGTAT-OW (huidige benaming begrotingsartikel) / vanaf 2018: JB0-9JDGTAD-OW ontvangsten werking en toelagen thema-overschrijdend ESF OP Voor het agentschap Sport Vlaanderen zullen de sommen die via de gedwongen invordering zullen worden gerecupereerd op de ontvangstenzijde van de begroting van het agentschap Sport Vlaanderen worden geboekt. Het voorstel om de invorderingspiste van het vereenvoudigd derdenbeslag mogelijk te maken voor onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen, voor administratieve geldboeten en voor toebehoren, heeft een gunstige budgettaire impact. Dit werd reeds bevestigd in het advies d.d. 26 september 2016 van de Inspectie van Financiën (MAV/KMI/16/335/104) bij het voorontwerp van decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting Aangezien de bepaling op vraag van de Raad van State uit het programmadecreet is gelicht, werd ze opgenomen in het decreet van 23 december 2016 houdende diverse fiscale bepalingen en bepalingen omtrent de invordering van niet-fiscale schuldvorderingen. Dit effect kan nog worden versterkt door ook bij de CIC voor het elektronisch vereenvoudigd derdenbeslag te opteren. De verwijzing naar het begrip personeelsleden in het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap en in het BVR CIC Vlaamse Gewest betreft enkel een wijziging in terminologie en heeft geen budgettaire weerslag. Aan de aanpassingen in het eerste lid van artikel 1 van het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap m.b.t. de Pagina 12 van 16

13 toevoeging van de term sociale voordelen en de verwijzing naar artikel 228, eerste lid, 4, en artikel 229, eerste lid, 4, van het decreet van 27 maart 2009 betreffende radio-omroep en televisie is er tevens geen budgettaire weerslag verbonden omdat de aanpassingen enkel tot doel hebben om de meest recente regelgeving weer te geven. Het voorstel om een expliciete verwijzing te maken naar de invordering van administratieve geldboeten en de invordering van toebehoren, heeft louter tot doel om duidelijkheid te scheppen over de bevoegdheid van de CIC voor de invordering van administratieve geldboeten en voor de invordering van toebehoren en heeft geen budgettaire weerslag aangezien deze in realiteit reeds worden ingevorderd. De verwijzing naar de voorwaarden vermeld in artikel 28, 1, eerste lid, van het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli 2003 in artikel 2 van het BVR CIC Vlaamse Gewest heeft tevens geen budgettaire weerslag doch betreft een vervollediging van het juridisch kader. De wijzigingen i.v.m. het Vlaams Toekomstfonds en de wijzigingen aan de BVCF i.v.m. het eurovignet betreffen louter technische wijzigingen en brengen de regelgeving in overeenstemming met de realiteit. Hieraan is geen budgettaire weerslag verbonden. Aan de wijziging i.v.m. de geïntegreerde woonbonus is geen budgettaire weerslag verbonden aangezien de Vlaamse woonbonus en de geïntegreerde woonbonus niet gecombineerd kunnen worden. De huidige toevoeging van de geïntegreerde woonbonus is een verderzetting van het oude systeem (Vlaamse woonbonus). Aan de wijziging in het kader van de energieheffing is geen budgettaire weerslag verbonden. Het betreft de specificering van de rapportering door de toeganghouders; Het gunstig advies van de Inspectie van Financiën werd verleend op 29 januari Het begrotingsakkoord werd verleend op 7 februari WEERSLAG VAN HET VOORSTEL OP DE LOKALE BESTUREN Het voorstel heeft geen weerslag op het gebied van personeelsinzet, werkingsuitgaven, investeringen en schuld en ontvangsten van de lokale besturen. 4. WEERSLAG VAN HET VOORSTEL OP HET PERSONEELSBESTAND EN DE PERSONEELSBUDGETTEN De wijzigingen door dit ontwerp van besluit hebben op zich geen weerslag op het personeelsbestand en de personeelsbudgetten. De CIC wordt bijkomend bevoegd om dossiers van volgende entiteiten in te vorderen (cf van deze nota): - het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin - het agentschap Zorg en Gezondheid - het IVA VIPA - het EVA VASGAZ - het agentschap Facilitair Bedrijf - het agentschap Sport Vlaanderen inclusief NADO Vlaanderen - het Departement Werk en Sociale Economie Gelet op het beperkt aantal bijkomende dossiers die gedwongen dienen te worden ingevorderd voor voormelde entiteiten is een bijkomende werving voor de CIC niet direct noodzakelijk en kan de werklast binnen het huidig personeelsbestand van de CIC worden opgevangen. Pagina 13 van 16

14 Uiteraard zal het personeelsluik opnieuw worden bekeken indien het aantal dossiers voor gedwongen invordering significant zou toenemen. Daarom wordt voorgesteld dat, indien mocht blijken dat het aantal dossiers (en dito werklast) significant groter is dan nu wordt geraamd, de entiteiten vermeld in van de nota, in overleg met IVA VLABEL, ter gelegenheid van de eerstvolgende begrotingsronde de nodige kredieten inzake personeels-, werkings- en investeringskosten kan en zal overhevelen. Tevens zal dan het personeelsbestand van IVA VLABEL in die verhouding dienen verhoogd te worden. 5. KWALITEIT VAN DE REGELGEVING 1. Het bijgaande ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering werd aangepast aan het wetgevingstechnisch en taalkundig advies nr. 2017/423 van 1 december 2017 en 12 januari Ontwerpen van besluit inzake fiscaliteit zijn vrijgesteld van een RIA indien de fiscale regeling geen wijziging van gedrag als doelstelling heeft (Omzendbrief VR2014/13). De nieuwe bepalingen voor het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap en voor het BVR CIC Vlaamse Gewest hebben onder meer tot doel een aantal nieuwe bevoegdheden voor de CIC juridisch te onderbouwen. De aanpassing van het BVR CIC Vlaamse Gemeenschap, het BVR CIC Vlaamse Gewest en de opheffing van het Vlaams Toekomstfonds betreft regelgeving die de werking van de overheid zelf regelt en is evenmin aan een RIA onderworpen. 6. VOORSTEL VAN BESLISSING De Vlaamse Regering beslist: 1 haar principiële goedkeuring te hechten aan het bijgaande ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van diverse besluiten, wat betreft de kilometerheffing, de invordering van niet-fiscale schuldvorderingen, de geïntegreerde woonbonus, de energieheffing en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2007 tot regeling van de werking van het Vlaams Toekomstfonds; 2 haar akkoord te verlenen aan het verzoek van het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden ( IVA VIPA ), het Vlaams Agentschap voor Samenwerking rond Gegevensdeling tussen de Actoren in de Zorg ( EVA VASGAZ ) en het agentschap Sport Vlaanderen opdat de met invordering belaste personeelsleden van het agentschap Vlaamse Belastingdienst in naam en voor rekening van IVA VIPA, EVA VASGAZ en het agentschap Sport Vlaanderen de onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen, de administratieve geldboeten en de toebehoren kunnen invorderen; Pagina 14 van 16

15 3 de Vlaamse minister van Begroting, Financiën en Energie, 3.1 te gelasten over het ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering, vermeld in punt 1, het advies in te winnen van de SERV met het verzoek het advies mee te delen binnen een termijn van dertig dagen; 3.2 te machtigen te beoordelen of voornoemde advies aanleiding kan geven tot aanpassing van de heden door de Vlaamse Regering principieel goedgekeurde tekst; 3.3 te gelasten over voornoemd besluit het advies in te winnen van de Raad van State, met verzoek het advies mee te delen binnen een termijn van 30 dagen, met toepassing van artikel 84, 1, eerste lid, 2, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State als de Vlaamse minister oordeelt dat voornoemde adviezen geen aanleiding geven tot aanpassing van de heden door de Vlaamse Regering principieel goedgekeurde tekst. De Vlaamse minister van Begroting, Financiën en Energie Bart TOMMELEIN De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding Liesbeth HOMANS De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Jo VANDEURZEN De Vlaamse minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport Philippe MUYTERS Pagina 15 van 16