Sinds 1 januari 2003 zijn, conform het Bouwbesluit, rookmelders verplicht gesteld in nieuwbouwwoningen en renovatieprojecten. De wet geeft aan dat dit niet-ioniserende melders (optische melders) moeten zijn, aangesloten op het lichtnet (primaire energievoorziening) en voorzien zijn van een batterij back-up (secondaire energievoorziening). Bij (huis-)rookmelders heeft u met diverse normen en wettelijke voorschriften te maken: IIWoningwet IIBouwbesluit IINEN 2555 IINEN-EN 14604 IIKwaliteitsnorm (BRL) IIKOMO Keur 2 Woningwet De Woningwet regelt alle wetgeving rondom ruimtelijke ordening en bouwwerken. Deze Woningwet wijst onder andere het Bouwbesluit aan voor de uitvoering van deze wet. Bouwbesluit Het Bouwbesluit bevat bouwtechnische voorschriften waaraan alle bouwwerken, zoals woningen, kantoren, winkels e.d. in Nederland minimaal moeten voldoen. Verbouwingen vallen ook onder het Bouwbesluit. De eisen hebben betrekking op (brand-) veiligheid, bruikbaarheid, energiezuinigheid en milieu. In het Bouwbesluit wordt voor gebouwen met een woonfunctie vermeld dat rookmelders moeten voldoen aan de NEN 2555. Met betrekking tot rookmelders wordt aandacht besteed aan woningen, maar ook aan rookmelders in pensions en studentenhuizen. De laatste versie van het Bouwbesluit is van kracht geworden in 2012. Regelmatig worden aanpassingen en aanvullingen op dit Bouwbesluit doorgevoerd. NEN 2555 De NEN 2555 (Brandveiligheid van gebouwen/rookmelders voor woonfuncties) is de Nederlandse norm voor (huis-)rookmelders. In de NEN 2555 staat, naast de producteisen die in de Europese norm NEN-EN 14604 beschreven zijn: IIMelders moeten een primaire energievoorziening hebben (230Vac / lichtnet) en voorzien zijn van batterij back-up (secondaire energievoorziening). IIHet moeten niet-ioniserende melders zijn. Optische melders zijn zeer effectief voor het detecteren van smeulbranden en ze signaleren eerder brand in woningen. Rookmelders met detectie op ionisatie zijn niet meer toegestaan vanwege een kleine hoeveelheidaanwezigheid van radioactief materiaal. IIProjecteringseisen: over het waar en hoe rookmelders te plaatsen (vluchtroute, verblijfsruimte als onderdeel van de vluchtroute) IIPrestatie-eis met betrekking tot het geluidsniveau van het alarmeringssignaal van de rookmelder(s). Oftewel: 65dB geluidsdruk in verblijfsruimte(n) en vluchtroute(s) en 75dB geluidsdruk in bedruimte(s) / slaapkamer(s). Deze prestatie-eis kan het installeren van extra rookmelders en/of het koppelen van rookmelders tot gevolg hebben. Let op: batterijgevoede melders worden niet in de NEN 2555 benoemd. Daarvoor wordt in Nederland alleen de productnorm NEN-EN 14604 gehanteerd. Importeur met kennis en sterke merken
NEN-EN 14604 In de NEN 2555 norm wordt de NEN-EN 14604 aangewezen als voorschrift waaraan zowel lichtnet (bijv. 230Vac) als batterijgevoede (bijv. 9V) rookmelders producttechnisch moeten voldoen. Deze Europese norm is van kracht sinds augustus 2008. Ei Electronics voldoet met haar rookmelders al veel langer aan deze Europese norm, want ook daarmee wil Ei voorloper zijn: het gaat tenslotte om veiligheidsproducten. Aan de NEN-EN 14604 kan de fabrikant ook zijn CE-teken voor de rookmelders herleiden. Deze CE markering is verplicht sedert 2013. Daarnaast moet er volgens de Europese regelgeving voor rookmelders een Prestatieverklaring/DoP beschikbaar zijn (Prestatieverklaring = DoP = Declaration of Performance). Vanzelfsprekend heeft Ei deze op aanvraag beschikbaar voor netgevoede melders zowel als voor batterijgevoede melders. Melders met Vebon label Nieuw is het Vebon kwaliteitslabel voor (huis)rookmelders. Dit keur mag alleen op rookmelders worden aangebracht wanneer aan uitgebreide eisen wordt voldaan. IIDe melders: voldoen aan Europese en Nederlandse product- en milieu eisen zijn veelal voorzien van duurzame, long-life batterijen bieden gebruiksgemak en zijn duurzaam hebben een goede beschrijving op het product geven de installateur en/of bewoner duidelijkheid over kwaliteit en garantie IIEr is een duidelijke en goed leesbare gebruiksaanwijzing (digitaal) beschikbaar IIDe onderneming die de rookmelders op de Nederlandse markt brengt, is actief op het gebeid van Brandveiligheid en heeft volop kennis in huis omtrent de regelgeving voor (huis)rookmelders Hemmink voldoet met de Ei rookmelder producten aan deze kwaliteitsnorm die door Vebon (www.vebon.org) wordt uitgegeven. Huidige ontwikkelingen / veranderingen in regelgeving De Europese norm NEN-EN 14604 is in 2005 in werking getreden. Deze norm voor (huis-)rookmelders bevat de voorschriften voor de fabrikanten waaraan de rookmelders moeten voldoen. Momenteel wordt deze productnorm EN 14604 herschreven en aan de huidige eisen van de tijd en technische ontwikkelingen aangepast. De verwachting is dat deze in 2015 is afgerond. Ondertussen wordt het (Nederlandse) Bouwbesluit van 2012 continu aangepast. De Nederlandse norm NEN 2555 is in 2008 herschreven en van kracht geworden bij het nieuwe Bouwbesluit van 2012. Kenmerk van deze norm is dat er projecterings- en prestatie-eisen voor rookmelders zijn opgenomen. De geluidsdruk niveau s voor vluchtroutes en verblijfruimtes worden er in benoemd. Vooruitlopend op de aanpassing van de Europese productnorm zijn in de NEN 2555 (informatieve) bepalingen opgenomen m.b.t. het draadloos koppelen van (huis-) rookmelders. Ei Electronics en Hemmink zijn, door deelname in Europese en Nederlandse normcommissies, steeds op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Daarmee worden vroegtijdig eventueel noodzakelijke productaanpassingen doorgevoerd. Voor de laatste informatie kunt u altijd bij Hemmink terecht. De afdeling verkoop staat u graag tot dienst of kijk regelmatig op onze website: www.eirookmelders.nl
Melders op één lichtgroep IIbedraad gekoppeld L 230V N Naar eventueel andere gekoppelde melders BEKABELING Ei 140RC serie Ei 140RC serie Ei 140RC serie = Fase = Koppeldraad = Nul Melders op één lichtgroep IIbedraad gekoppeld IIuitgebreid met extra controlefuncties L 230V N Naar eventueel andere gekoppelde melders Ei 140RC serie FIRE BREAK GLASS BEKABELING = Fase = Koppeldraad = Nul PRESS HERE HANDMELDER MCP 401RC REMOTE CONTROL SWITCH Ei 1529RC Melders op verschillende lichtgroepen IIper lichtgroep bedraad gekoppeld IItussen de verschillende lichtgroepen een draadloze (RF) koppeling L 230V N Lichtgroep 1 Ei 140 serie Ei 140 serie RF SOKKELVOET Ei 168RC EI 450 RF CONTROLE-UNIT L 230V N Lichtgroep 2 BEKABELING = Fase = Koppeldraad = Nul Importeur met kennis en sterke merken
Selectief inleren van RF melders (draadloos koppelbaar) Hieronder vindt u een voorbeeld van een appartementencomplex waarbij het selectief inleren van RF melders wordt toegepast. Dit zorgt ervoor dat een alarm beperkt blijft binnen een zone zodat onnodige paniek voorkomen wordt. appartement A appartement B appartement C appartement D A1 B1 C1 D1 A2 B2 C2 D2 H1 centrale hal / trappenhuis H2 Voorbeeld: 4 appartementen met centrale hal/trappenhuis. Voorwaarden: 1. Indien een melder in een appartement in alarm gaat, dient alléén de tweede melder in dat appartement ook in alarm te gaan. De melders in de overige appartementen en in de centrale hal dienen niet geactiveerd te worden. 2. Indien in de centrale hal één van de melders in alarm gaat, dienen alle melders in alle appartementen en in de hal in alarm te gaan. (De centrale hal is nl. de vluchtroute). Deze voorwaarden zijn te realiseren door de melders op de volgende manier selectief in te leren: Stap 1 Zet de melders A1, A2, H1 en H2 in de inleerstand: deze 4 melders zullen nu allemaal hun eigen unieke huiscode uitzenden en de codes van elkaar opslaan in het eigen geheugenregister. Zet de melders vervolgens weer uit de inleerstand (de melders stoppen dan met uitzenden en sluiten het geheugen). Herhaal deze procedure achtereenvolgens bij de melders B1, B2, H1 en H2, bij de melders C1, C2, H1 en H2 en tenslotte bij de melders D1, D2, H1 en H2. Als dit gebeurd is, zijn de melders binnen één appartement samen met de melders in de centrale hal op elkaar ingeleerd. Stap 2 Wis het geheugen van de melders H1 en H2 in de centrale hal (H1 en H2 dienen immers niet te reageren op de melders van de appartementen) en zet vervolgens deze melders in de inleermodus zodat H1 en H2 elkaars codes weer uitwisselen. Op deze manier zijn de RF melder volgens de gestelde voorwaarden selectief ingeleerd. Opmerking: Het is aan te bevelen om op een centrale plaats in de hal een centrale controle schakelaar van Ei te plaatsen. Daarmee kan in geval van (vals) alarm de bron (de melder die rook detecteert) gelokaliseerd worden. Ei heeft hiervoor de test schakelaars Ei 450 in het programma; voor meer details zie deze catalogus of kijk op www.eirookmelders.nl In dat geval dient u deze controleschakelaar (die ook met een eigen code uitzendt) in stap 1 mee te nemen. Heeft u hulp nodig bij het selectief inleren van uw rookmelders? De productspecialisten van Hemmink denken graag met u mee en werken graag een advies voor u uit. Neem daarvoor contact op met de afdeling verkoop 038-4698200 of e-mail: info@hemmink.nl
Voorschriften in de praktijk (volgens NEN 2555:2008) Hieronder vindt u de praktische uitwerking van de nieuwe norm NEN 2555:2008 die vanuit het Bouwbesluit geldig is voor nieuwbouw en groot renovatie van gebouwen met een woonfunctie (hier: woningen, appartementen). Energievoorziening De rookmelder (optische melder 230Vac gevoed met back-up voorziening) dient rechtstreeks op het lichtnet te worden aangesloten. Tussen de groepsschakelaar en de rookmelder(s) mogen dus geen schakelaar, scheider of wandcontactdoos zijn aangebracht. De groene LED op de melder geeft de aanwezigheid 230V netspanning aan. Dode lucht plekken Ideaal in het midden van het plafond afb. 1 Opmerking: Om te worden gewaarschuwd bij eventuele uitval van desbetreffende eindgroep, is het aan te bevelen de rookmelders aan te sluiten op een eindgroep waarop een (klein) deel van de verlichting van de woning is aangesloten. Wanneer rookmelders onderling met een koppeldraad zijn gekoppeld, dan behoren deze melders uiteraard op dezelfde eindgroep te zijn aangesloten. Projectering van rookmelders Op iedere verdieping of bouwlaag moet in de verkeersruimten (hal, overloop) minstens één rookmelder geplaatst worden. Maakt een andere ruimte deel uit van de vluchtroute, dan dient ook in deze ruimte een rookmelder te worden geplaatst (zie afb. 1). Aanvullende prestatie-eis In iedere verblijfsruimte en vluchtroute in de woning, moet het minimale geluidsniveau van het alarmsignaal, gemeten op enig punt in die ruimte, minimaal 65dB en in iedere slaapruimte minimaal 75dB bedragen. Plaatsing rookmelder De rookmelder moet aan het plafond en bij voorkeur in het midden van de ruimte worden geplaatst. Tevens moet rekening worden gehouden met de maximale bewakingsoppervlakte van de melder. Deze bedraagt 80 m 2 waarbij de grootste afstand tussen een willekeurig punt op het plafond tot de rookmelder niet groter mag zijn dan 6,7 m (of 7,5 m indien de ruimte niet breder is dan 3 m) (zie afb. 2). De afstand tussen de rookmelder en de wand dient minimaal 50 cm te bedragen. Tevens moet een rookmelder minimaal 50 cm uit een hoek geplaatst worden (zie afb. 3). Dit moet omdat anders rook de melder moeilijk kan bereiken en daarmee kostbare (vlucht-)tijd verloren gaat. Indien zich aan het plafond obstakels (zoals balken) bevinden die meer dan 15 cm onder het plafond uitsteken dan moeten deze obstakels als wanden worden beschouwd (zie afb. 4). Altijd 50 cm uit de hoek 2 max. 80m / max. 6,7 mtr. Minimale afstand 50 cm Minimale afstand 50 cm afb. 2 afb. 3 afb. 4 Bij schuine plafonds in ruimtes met een hoogte tot 6 meter dient de rookmelder horizontaal en afhankelijk van de dakhelling op een bepaalde afstand vanuit de nok geplaatst te worden. Hiervoor heeft Hemmink een verstelbare universele rookmelderpendel ontwikkeld. Hiermee zijn de rook-, hitte- of multisensormelders fraai en eenvoudig op de juiste afstand in de nok/vide te monteren. (zie afb. 6). Zelfs horizontale montage vanuit de wand is daarmee mogelijk. Deze varieert van 20 tot 50 cm. Voor overzicht van de afstanden (zie afb. 5). Plaats geen rookmelder (om ongewenste meldingen te voorkomen): IIop locaties waar luchtstromingen kunnen voorkomen van meer dan 1 m/sec. zoals in de directe nabijheid van deuren, ramen, ventilatoren en airco s IIop locaties waar een luchttemperatuur boven 40 C of beneden 5 C kan optreden IItegen een plafond dat onvoldoende is geïsoleerd en dat aan de bovenkant aan de buitenlucht is blootgesteld IIop locaties waar (water)damp kan ontstaan en/of een verhoogde luchtvochtigheid voorkomt zoals in de nabijheid van een douche, badkamer of keuken IIop zeer stoffige en vervuilde plaatsen; in geval een(tijdelijke) verbouwing plaats dan de blauwe stofkap op de rookmelder IIop moeilijk bereikbare plaatsen in verband met testen, vervangen van de batterij en schoonmaken IIop een rookmeldergroep in een woning mag geen externe apparatuur worden ingekoppeld (bijv. warmtewisselaar, mechanische ventilatie o.i.d.) h dakhelling < 15 -> tussen 3 cm en 20 cm dakhelling 15 tot 30 -> tussen 20 cm en 30 cm dakhelling > 30 -> tussen 30 cm en 50 cm h α α afb. 5 afb. 6 Importeur met kennis en sterke merken
Onderhouds- en gebruikersvoorschriften Blauwe stofhoes Tot aan de oplevering is de rookmelder beschermd tegen binnendringend bouwstof door middel van de bijgeleverde stofhoes. Bewaar deze stofhoes en maak er later gebruik van indien u de kamer stoffeert of als er andere (verbouwings)werkzaamheden plaatsvinden waarbij veel stof vrij komt. Vergeet de hoes niet te verwijderen zodra de klus geklaard is. Reinigen Rookmelders zijn gevoelig voor stof. Ter voorkoming van ongewenst alarm is het dus zaak om de melder afhankelijk van de omstandigheden, maar minstens twee keer per jaar goed schoon te maken. Gebruik hiervoor de stofzuiger met het zachte borstelgedeelte. Testen Om de goede werking van rookmelders te kunnen waarborgen is het noodzakelijk de melders regelmatig te controleren: IIcontroleer of de groene LED, die aangeeft dat de netspanning aanwezig is, brandt. IIcontroleer of de rode LED 1 keer per 40 sec. knippert. Dit geeft aan dat melder goed functioneert. IIcontroleer het alarmgeluid door de testknop in te drukken totdat de melder in alarm gaat. IIcontroleer of gekoppelde melders ook in alarm gaan en herhaal de test afzonderlijk bij iedere melder. Ongewenst alarm Het kan zijn dat een rookmelder een ongewenst alarm geeft doordat de rookmelder reageert op bijvoorbeeld stof in combinatie met een grote luchtcirculatie. Bij gekoppelde melders wordt de melder die het alarm heeft veroorzaakt herkend aan het snel knipperen van de rode LED. Reinig vervolgens de betreffende rookmelder. Lage batterijspanning of vervuiling Indien de melder iedere 40 sec. een kort piepsignaal geeft waarbij tegelijkertijd de rode LED 1 keer knippert, dient de batterij te worden vervangen. Gebruik hiervoor hetzelfde type en test de rookmelder op de goede werking nadat de batterij is vervangen. Indien de melder iedere 40 sec. een kort piepsignaal geeft (zonder dat tegelijkertijd de rode LED 1 keer knippert) heeft de melder een probleem met de rookkamer geconstateerd. Reinig de rookmelder Gebruiksaanwijzing bewaren Raadzaam is om de Gebruiksaanwijzing, die standaard met elke Ei rook- hitte- of koolmonoxidemelder wordt meegeleverd, te bewaren. Hierin staat heldere informatie over de melder: waar te plaatsen, hoe te onderhouden, hoe te testen en hoe eventueel te koppelen. Vervangingsmarkt. Alle rook- en hittemelders hebben een technische levensduur van 10 jaar. Dit is de periode waarin de meeste fabrikanten kunnen garanderen dat de producten functioneren en dat er nauwelijks kans is op valse meldingen (door bijv. stofophoping in de rookkamer in de melder). Het zijn per slot van rekening veiligheidsproducten. Producten die bewoners moeten helpen sneller de woning te kunnen verlaten in geval brand of koolmonoxide. Na 10 jaar moeten melders dan ook vervangen worden. De vervangingsdatum wordt door Ei standaard op elke melder aangeven door middel van een sticker met de tekst vervangen voor... en Ei melders zijn zeer eenvoudig en veilig te vervangen. Website en instructiefilms Op de website eirookmelders.nl vindt u nog veel meer aanvullende informatie, zoals handleidingen en installatievoorschriften, veel gestelde vragen en instructiefilms voor bijvoorbeeld het selectief inleren van rookmelders.
Hemmink is importeur van Ei Electronics voor Nederland Hemmink B.V. Postbus 40013 8004 DA Zwolle Tel. 038-4698200 E-mail: info@hemmink.nl www.eirookmelders.nl Importeur met kennis en sterke merken