patiënteninformatie Dienst Cardiologie Elektrofysiologie en ablatie G e z o n d h e i d s Z o r g m e t e e n Z i e l



Vergelijkbare documenten
patiënteninformatie Dienst Cardiologie Elektrofysiologie en ablatie GezondheidsZorg met een Ziel

patiënteninformatie Ablatie als behandeling van voorkamerfibrilleren DIENST CARDIOLOGIE G e z o n d h e i d s Z o r g m e t e e n Z i e l

Elektrofysiologisch onderzoek (EFO) en ablatie INFORMATIE VOOR PATIËNTEN

Wat wij echter nu reeds willen stellen is dat uw betrokkenheid en medewerking van groot belang zijn voor uw herstel.

Elektrofysiologisch onderzoek. patiënteninformatie

Elektrofysiologisch onderzoek (EFO) en radiofrequentieablatie

Elektrofysiologisch onderzoek en ablatie

Elektrofysiologisch onderzoek (EFO) en ablatie. Informatiebrochure

Electrofysiologie en Ablatie

Informatiebrochure ablatie. Patiënteninformatie

INFORMATIE voor de patiënt ELEKTROFYSIOLOGISCH ONDERZOEK EN ABLATIE

Informatiebrochure. voor patiënten en familie. Electrofysiologisch onderzoek en radiofrequentie ablatie

Elektrofysiologisch onderzoek en ablatie

ANGIOGRAFIE AFSPRAAK OP: / / CONSULTATIE OP: / / AARD ONDERZOEK: NUCHTER VANAF: AANMELDEN OP: Straat 60, opnamedienst: angiografieonderzoek?

patiënteninformatie Lumbale epidurale infiltratie DAGZIEKENHUIS GezondheidsZorg met een Ziel

Elektrische cardioversie

patiënteninformatie Pijnkliniek Cervicale epidurale infiltratie G e z o n d h e i d s Z o r g m e t e e n Z i e l

Dienst hartziekten Cardioversie. Informatiebrochure voor de patiënt

Elektrofysiologisch onderzoek (EFO) en ablatie

HARTKATHETERISATIE 920

PATIËNTENINFO. U wordt opgenomen voor de implantatie van een. pacemaker of defibrillator. Cardiologie

EFO: elektrofysiologisch onderzoek

DAGZIEKENHUIS CAMPUS MARIA MIDDELARES

HARTRITMESTOORNISSEN DE BEHANDELING DOOR MIDDEL VAN ELEKTRONISCHE CARDIOVERSIE FRANCISCUS VLIETLAND

Elektrofysiologisch onderzoek (EFO) na een ritme-operatie

Diagnostische katheterisatie

patiënteninformatie Dienst Cardiochirugie Maze-operatie G e z o n d h e i d s Z o r g m e t e e n Z i e l

Hoe wordt het normale hartritme tot stand gebracht?

Coronarografie of hartcatheterisatie

ELEKTROFYSIOLOGISCH. onderzoek

I Autonome verzorgingsinstelling. Informatiebrochure EFO/ABLATIE. Dr. G. De Meyer - Dr. S. Vandamme

patiënteninformatie Dagziekenhuis campus Sint-Jozef Onthaalbrochure GezondheidsZorg met een Ziel

HARTKATHETERISATIE CORONAROGRAFIE

Coronarografie. Informatiebrochure

CARDIOVERSIE. Voorwoord. Beste,

Cardioversie. patiënteninformatie

Informatiebrochure patiënten. Herstel van het hartritme. Elektrische cardioversie bij voorkamerfibrillatie/-flutter

Bij u wordt een cardioversie gepland.

Coronarografie of hartcatheterisatie

Electro-Cardioversie (ECV) Afdeling Cardiologie

In te vullen door de poli-assistent: Datum cardioversie: Aanwezig om: Locatie melden: Vast voedsel zes uur, water (+medicatie) twee uur

Boezemfibrilleren. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!

Pacemaker voor het hart

Longaderisolatie Pulmonaal Vene Isolatie

EFO elektrofysiologisch onderzoek

Cryo-ablatie Radboud universitair medisch centrum

PATIËNTENINFO Endovasculaire behandeling van een varicocoele

Implanteerbare hartritme-monitor

Inleiding Hoe werkt het hart? Wat gebeurt er bij een normaal hartritme?

patiënteninformatie Hartcentrum Meer weten over de pacemaker GezondheidsZorg met een Ziel

Cardiologie/ Cardio-Thoracale Chirurgie (CCTC) Elektrofysiologisch onderzoek (EFO) na een ritme-operatie

INFOBROCHURE Cardioversie (of reconversie) Verpleegeenheid inwendige Route 290

Cardioversie. Informatie voor patiënten. F oktober Bronovo Medisch Centrum Haaglanden

Dienst hartziekten Cardioversie. Informatiebrochure voor de patiënt

patiënteninformatie Dienst Cardiochirugie Maze-operatie GezondheidsZorg met een Ziel

Coronarografie/ ballondilatatie

Hartkatetherisatie. Ballondilatatie

Drukmeting in het hart en de longen

patiënteninformatie Dienst Anesthesie Meer weten over de pijnpomp G e z o n d h e i d s Z o r g m e t e e n Z i e l

Cardiologie. Elektrofysiologisch

Boezemfibrilleren. De bouw en werking van het hart

Inleiding. Afbeelding 1: Het hart

CARDIOLOGIE/HART-LONG CHIRURGIE. Maze-operatie BEHANDELING

Informatiebrochure patiënten. U wordt opgenomen voor een elektrofysiologisch onderzoek of ablatie

Boezemfibrilleren. Cardiologie

CARDIOLOGIE. HOCM-ablatie BEHANDELING

Hartkatheterisatie. Polikliniek hart-long-sport & dagbehandeling

Renale denervatie. in ziekenhuislocatie Scheper

Informatie. Boezemfibrilleren

VERTEBROPLASTIE. Opname. Wat is vertebroplastie? Voorbereiding thuis

U wordt opgenomen voor de implantatie van een pacemaker of defibrillator. Informatiebrochure patiënten

PATIËNTENINFO. Endovasculaire behandeling van een varicocoele INTERVENTIONELE RADIOLOGIE

Hartcentrum Hasselt. Sluiting. linkerhartoortje. (left atrial appendage = L.A.A) bij paroxysmale of permanente voorkamerfibrillatie

Biventriculaire therapie. Scheper Ziekenhuis. Emmen

patiënteninformatie Slaaponderzoek SLAAPKLINIEK GezondheidsZorg met een Ziel

Elektrofysiologisch onderzoek (EFO) en ablatiebehandeling

patiënteninformatie Hartcentrum De defibrillator GezondheidsZorg met een Ziel

patiënteninformatie Kunstnierafdeling Nierbiopsie GezondheidsZorg met een Ziel

Drukmeting in het hart en de longen

Dienst hartziekten De pacemaker. Informatiebrochure voor de patiënt

Aortaklepinsufficiëntie

Cardioversie Radboud universitair medisch centrum

Op kunt u ook een video bekijken van een hartkatheterisatie.

Elektrische cardioversie

Boezemfibrilleren. Atriumfibrilleren. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op

Behandeling ritmestoornis (EFO en/of ablatie) Locatie Molengracht Breda

Hartkatheterisatie. Poli Cardiologie

FISTULOGRAFIE dialysefistel

Elektrofysiologisch onderzoek (EFO) en Ablatiebehandeling

Hartkatheterisatie met coronarografie

Inleiding Wat is een cardioversie? Voorbereiding thuis

Angiografie. Röntgenonderzoek van de bloedvaten

Electrofysiologie en ablatie

Percutane mitralisklep clipping

Boezemfibrillatie (atriumfibrillatie)

Centrale katheter via de arm (PICC)

Pacemaker. In deze informatie leest u wat een pacemaker is, hoe het inbrengen gebeurt en wanneer de pacemaker gecontroleerd wordt.

H Angiografie via de lies Röntgenonderzoek van de bloedvaten

Wilhelmina Ziekenhuis Assen. Vertrouwd en dichtbij. Informatie voor patiënten. Boezemfibrilleren

Atriumfibrillatie polikliniek

Transcriptie:

i patiënteninformatie Dienst Cardiologie Elektrofysiologie en ablatie G e z o n d h e i d s Z o r g m e t e e n Z i e l

Mevrouw Mijnheer Binnenkort wordt u in het AZ Maria Middelares opgenomen voor een elektrofysiologisch onderzoek of een ablatie. In deze brochure trachten we u zo duidelijk mogelijk uit te leggen wat dit precies inhoudt. De bedoeling hiervan is dat u zo goed mogelijk geïnformeerd bent voordat u uw toestemming geeft om de onderzoeken uit te voeren. De juridische term hiervoor is informed consent. In bijlage kan u een formulier vinden om uw toestemming te geven. Mocht u echter na het lezen van deze brochure nog vragen hebben, aarzel dan niet om contact op te nemen met uw arts of de verpleegkundigen. Zij zullen u graag te woord staan. Het hartkatheterisatieteam campus Maria Middelares 3

Inhoud 1 Het hart...6 1.1 De mechanische werking van het hart...6 1.2 De elektrische werking van het hart...7 2 Elektrofysiologie en ablatie...9 2.1 Wat is een elektrofysiologisch onderzoek (EFO)?...9 2.2 Wat is een ablatie?...10 2.3 Wat is cardioversie en defibrillatie?...10 3 Voorbereidende onderzoeken...11 4 De dag van het onderzoek...11 4.1 Wat heeft u nodig bij opname?...11 4.2 Voorbereiding op de verpleegafdeling...12 4.3 Voorbereiding op het onderzoek...12 4.4 Uitvoering van het elektrofysiologisch onderzoek...13 4.5 Uitvoering van de ablatie...14 4.6 Na het onderzoek...15 4.7 De dag na het onderzoek...16 5 Respect voor de privacy van de patiënt...17 6 Financiële implicaties...17 7 Database en kwaliteitscontrole...18 In bijlage: Formulier Akkoord en toestemming 5

1 Het hart 1.1 De mechanische werking van het hart Het hart is een holle spier, die ongeveer de grootte heeft van een vuist. Het bevindt zich in de borstkas net achter en iets links van het borstbeen. Het hart wordt onderverdeeld in een rechter- en een linkerdeel, die op hun beurt onderverdeeld zijn in een voorkamer (atrium) en een kamer (ventrikel). De hoofdfunctie van het hart is het rondpompen van zuurstofrijk bloed in ons lichaam. Daarom trekt het hart 60 tot 100 maal per minuut samen. Het zuurstofarme bloed (bloed terugkerend uit het gehele lichaam: hersenen, spieren organen, ) komt in het hart via de rechtervoorkamer. De rechtervoorkamer pompt het bloed naar de rechterkamer, die het op zijn beurt naar de longen stuwt waar het bloed terug van zuurstof wordt voorzien. Dit van zuurstof verzadigde bloed komt via de linkervoorkamer in de linkerkamer, waar het via de grote lichaamsslagader (aorta) terug naar het lichaam wordt gestuwd. 6

De bloedstroom doorheen het hart: Longslagader Lichaamsslagader Long Linkervoorkamer Zuurstofarm bloed Rechtervoorkamer Zuurstofrijk bloed Linkerkamer Rechterkamer 1.2 De elektrische werking van het hart Het hart pompt ongeveer 5 liter bloed per minuut door het lichaam. Voor een efficiënte pompwerking is een evenredig verdeelde en gecoördineerde werking van de hartspier noodzakelijk. De gangmaker van het hart is de sinusknoop. Van hieruit vertrekt gemiddeld 70 keer per minuut een elektrische stroom doorheen de beide voorkamers van het hart, die hierdoor worden geactiveerd en het bloed pompen in de kamers van het hart. De 2 voorkamers en de 2 kamers van het hart zijn elektrisch geïsoleerd. De verbinding tussen beiden gebeurt ter hoogte van de atrioventriculaire knoop (AV - knoop). 7

Deze knoop ontvangt de elektrische stroom vanuit de voorkamers en geeft ze met enige vertraging door aan de Bundel van His, die zich opsplitst in een linker- en rechterbundeltak. Via dit geleidingsweefsel en een fijn vertakt netwerk van kleinere zenuwvezels, de Purkinjevezels, worden de beide kamers geactiveerd en zullen ze samentrekken. Sinusknoop Linkervoorkamer Rechtervoorkamer AV-knoop Rechterkamer Hisbundel Linkerkamer Rechterbundeltak Linkerbundeltak Purkinjevezels Binnen dit hele geleidingssysteem kunnen zich problemen voordoen die kunnen leiden tot verschillende vormen van hartritmestoornissen: a. Gestoorde hartfrequentie: te snel, te traag of onregelmatig. b. Hartgeleidingsstoornissen: blok in het geleidingsweefsel, waardoor een te trage hartslag ontstaat. Afhankelijk van de diagnose kunnen via medicatie, of via ablatie (= doorbranden van bepaalde kortsluitingen in het hart), of via een pacemaker heel wat ritmestoornissen worden verholpen 8

2 Elektrofysiologie en ablatie 2.1 Wat is een elektrofysiologisch onderzoek (EFO)? Ritmestoornissen kunnen zowel een trage als een snelle hartslag veroorzaken. Ze gaan vaak gepaard met klachten van hartkloppingen, duizeligheid of zelfs bewustzijnsverlies. Ook pijn op de borst of kortademigheid kan voorkomen. Dit onderzoek, waarbij katheters naar het hart worden opgeschoven, laat toe terugkerende ritmestoornissen op te sporen en / of uit te lokken. Zo kan de elektrofysioloog, de specialist in ritmestoornissen, een correcte diagnose maken en een aangepaste behandeling instellen. Het elektrofysiologisch onderzoek (EFO) gebeurt op hartkatheterisatie 9

2.2 Wat is een ablatie? Ritmestoornissen met snelle hartslag ontstaan vaak door een kortsluiting in het geleidingsweefsel van het hart. Tijdens het elektrofysiologisch onderzoek zoekt de elektrofysioloog het soort ritmestoornis, de oorzaak en de precieze plaats ervan op. Door de tip van de katheter dan tegen deze locatie op te warmen (50 à 70 C) wordt de kortsluiting opgeheven. Deze behandeling wordt ablatie genoemd. Op die manier kunnen verschillende soorten ritmestoornissen definitief worden genezen met een hoog succespercentage en een laag risico op verwikkelingen. 2.3 Wat is cardioversie en defibrillatie? Cardioversie zorgt door middel van een elektrische stroomstoot door het hart voor het beëindigen van snelle ritmestoornissen en herstellen van het normale hartritme. Meestal wordt cardioversie toegepast bij fibrilleren van de voorkamers (fibrilleren = het zeer snel en ongecoördineerd samentrekken van de hartspiervezels). De patiënt wordt hiervoor kortstondig verdoofd en zal verder behandeld moeten worden met anti-aritmische medicatie. Door het opwekken van snelle ritmestoornissen kan de patiënt wegdraaien 10

3 Voorbereidende onderzoeken 1 Bloedonderzoek 2 EKG-afname (= elektrokardiogram) 3 RX-thorax (= foto van hart en longen) Deze onderzoeken gebeuren poliklinisch (= op consultatie) of tijdens uw opname, waarvoor je één dag en nacht wordt opgenomen in het ziekenhuis op de afdeling hartziekten of op hartbewaking. 4 De dag van het onderzoek Op de afgesproken dag en tijd meldt u zich aan bij de opnamedienst van het ziekenhuis. 4.1 Wat heeft u nodig bij uw opname? 1. Identiteitskaart, bloedgroepkaart, SIS-kaart en mutualiteitklevers. 2. Adres en telefoonnummer van een bereikbaar persoon (familie). 3. Documenten die de arts u eventueel voor de opname (bloedresultaat, RX-foto s, verwijsbrief, ) bezorgde. 4. Lijst van uw thuismedicatie. 5. Verwijzing naar eventuele allergieën of dieetvoorschriften. 11

4.2 Voorbereiding op de verpleegafdeling 1. 4 à 8 uur voor het onderzoek ben je nuchter (eten noch drinken na ontbijt). 2. De gebruikelijke medicatie mag ingenomen worden. Opgelet, soms kan de cardioloog afspreken welbepaalde medicijnen enkele dagen voorafgaand aan het onderzoek te staken, dit om de op te zoeken hartritmestoornissen gemakkelijker op te kunnen wekken. 3. Bij suikerziekte en gebruik van insuline, geeft u dit door aan uw arts, die de dosering eventueel zal aanpassen op de dag van het onderzoek. 4. Wanneer u overgevoelig bent voor jodium, meldt u dit. 5. Indien u mogelijk zwanger bent, geeft u dit best tijdig door, zodat het onderzoek na de zwangerschap kan worden gepland: röntgenstralen zijn dan immers gevaarlijk. 6. Vertel aan het bezoek wanneer het onderzoek plaatsvindt omdat u tijdens het onderzoek niet bereikbaar bent. Dit bespaart ongerustheid wanneer zij u niet op uw kamer vinden. 7. Een halsketting hindert het onderzoek en laat u best thuis. 8. Een bril / contactlenzen of kunstgebit zijn geen bezwaar. 9. Het is belangrijk voor het onderzoek nog naar het toilet te gaan. 10. U krijgt een operatiehemd aan (sluiting achteraan). Enkel korte kousen mag u aanhouden. 11. Kort voor het onderzoek krijgt u een kalmerend middel om u volledig te ontspannen. 4.3 Voorbereiding op het onderzoek 12 De verpleegkundige plaatst een infuus in de rechterarm, om tijdens het onderzoek medicatie te kunnen toedienen indien dit nodig zou blijken.

4.4 Uitvoering van het elektrofysiologisch onderzoek 1. U wordt met het bed de katheterisatiekamer binnengereden en gevraagd, met of zonder hulp, op de onderzoekstafel te gaan liggen. 2. Er worden elektroden aangebracht om het hartritme (EKG) te volgen tijdens het onderzoek. Een elektrocardiogram wordt afgenomen om vergelijking voor en na de hartkatheterisatie mogelijk te maken. 3. Om infecties te voorkomen wordt de huid waar de katheter(s) word(t)en ingebracht geschoren en ontsmet. Deze lichaamszone mag nu niet meer aangeraakt worden met de handen. Je laat de armen rustig liggen op de armsteunen naast je lichaam. 4. Het operatiehemd wordt verwijderd en u wordt bedekt met een grote steriele doek. De elektrofysioloog is eveneens steriel gekleed. 5. De huid in de lies wordt verdoofd voor het plaatsen van (een) buisje(s) in de ader (vergelijkbaar met de prik bij de tandarts). Eenmaal het (de) buisje(s) geplaatst, is het pijnlijkste achter de rug. 6. Door middel van röntgenstralen worden één of meerdere katheters geplaatst in het rechterhart. Elektrische signalen worden op verschillende plaatsen waargenomen en laten toe om het geleidingsweefsel te evalueren. Er wordt gebruikt gemaakt van lichte elektrische prikkels om het geleidingsweefsel te prikkelen en zo ritmestoornissen op gecontroleerde wijze op te wekken. Katheters vanuit de lies naar het hart 13

7. Indien er tijdens het onderzoek iets is, mag u het steeds vragen. Het onderzoek duurt gemiddeld 1 uur, maar kan ook wat uitlopen. 8. Naargelang de ritmestoornissen die de elektrofysioloog al dan niet vindt, kan het verdere beleid worden bepaald. Hier zijn verschillende mogelijkheden: - Medicamenteuze behandeling - Ablatie of doorbranden van een kortsluiting in het hart - Elektrische cardioversie of elektrische stroomstoot door het hart - Implantatie van een pacemaker - Implantatie van een pacemaker / defibrillator 4.5 Uitvoering van de ablatie 1. Bij elektrofysiologisch onderzoek is de ritmestoornis vastgesteld en de elektrofysioloog zal deze onderbreken door middel van ablatie. 2. De ritmestoornis is nauwkeurig in kaart gebracht, de kritische zone is nauwkeurig gelokaliseerd. 3. Er wordt een plaat gekleefd ter hoogte van de schouder die dient als tegenpool. 4. De tip van de ablatiekatheter wordt op de kritische zone geplaatst en opgewarmd door radiofrequentie-energie tot een maximale temperatuur van 70 C. Dit veroorzaakt een zeer gelokaliseerd en goed afgelijnd brandvlekje. 5. Tussendoor wordt gecontroleerd of de ritmestoornis is verdwenen door het geleidingsweefsel te prikkelen en zo de ritmestoornis terug te trachten opwekken. 6. Er worden brandvlekjes gemaakt totdat de ritmestoornis is gestopt. 14

7. Het branden zelf kan een warmtegevoel / zelden echte pijn veroorzaken naar de schouders toe. Als de pijn echt niet houdbaar is, wordt een pijnstiller gegeven. 8. De effectiviteit van deze behandeling is 90 à 100 % al naargelang de ritmestoornis. 9. Verwikkelingen zijn weinig voorkomend. Bij sommige ritmestoornissen ligt het door te branden gebied dichtbij een belangrijke vitale elektrische geleiding; dan bestaat het risico dat deze ook wordt aangetast ( 1%). In dit geval moet een pacemaker worden geplaatst. De arts legt uit wanneer dit het geval is. 4.6 Na het onderzoek 1. De verpleegkundige verwijdert het (de) buisje(s) uit de lies en drukt ongeveer 5 à 10 minuten de ader of slagader af totdat de bloeding is gestopt. De aanprikplaats mag niet terug beginnen bloeden. Daarom wordt naargelang ader of slagader, of de dikte van het buisje een drukverband aangelegd en gevraagd: - het been met of zonder drukverband stil te laten liggen en zeker niet te plooien. - zich niet recht te zetten of recht te trekken in bed. - onmiddellijk de verpleegkundige te bellen indien de wonde terug begint te bloeden. Dit kan u merken door een warmtegevoel ter hoogte van de aanprikplaats, bloedsijpeling of pijn in de lies. Bedrust dient behouden te blijven zolang de arts dit adviseert. Indien het drukverband te hard spant, verwittig dan de verpleegkundige die het los zal maken en zachter zal aanleggen. Verwijder het verband nooit zelf. 2. De volgende uren controleert de verpleegkundige je bloeddruk, pols, de punctieplaats, eventuele ongemakken. 15

3. Plassen of ontlasting gebeurt in een bedpan of urinaal. 4. Het infuus blijft ter plaatse. Het betekent niet alleen extra vocht, maar stelt arts en verpleegkundige in staat medicatie toe te dienen indien dit nodig zou zijn. 5. Ongeveer een uur na het onderzoek mag u eten en drinken. 4.7 De dag na het onderzoek 16 1. Na controle wordt het drukverband verwijderd, evenals het infuus. Het drukverband wordt aangerekend en wordt meegenomen naar huis. Indien het onderzoek ooit nog eens moet gebeuren brengt u het drukverband best terug mee. 2. U mag opstaan en u wassen. 3. De verpleegkundige neemt nog een elektrocardiogram af. 4. De cardioloog komt voor een laatste controle en bespreking van de bevindingen van het onderzoek. U krijgt eventueel een afspraak mee voor de opvolging. 5. Het is verstandig te zorgen voor vervoer en niet zelf te rijden. 6. Er wordt aangeraden de eerste week niet te baden, douchen mag wel. 7. Matig de activiteiten: 1 week geen zware inspanningen doen, geen gewicht opheffen van meer dan 5 kg, vermijden om lange afstanden te rijden. 8. U dient uw huisarts te raadplegen indien volgende symptomen zich voordoen: Koorts (vanaf 38 C) Bloeding Blijvende pijngevoeligheid of zwelling in de lies Roodheid en / of warm aanvoelen Pijn of gevoelloosheid in de benen bij rondlopen Lekkage van de wonde Huiduitslag

5 Respect voor de privacy van de patiënt Enkel personen waarvan de aanwezigheid verantwoord is in het kader van de dienstverstrekking van de beroepsbeoefenaar mogen aanwezig zijn bij de onderzoeken en behandelingen in de hartkatheterisatiezaal. Hieronder verstaat men: verpleegkundigen in opleiding, studenten geneeskunde, doktersassistenten in opleiding, mensen van de medische industrie. 6 Financiële implicaties De onderzoeken en behandelingen worden in regel terugbetaald door de ziekteverzekering. 17

7 Database en kwaliteitscontrole Alle gegevens van het onderzoek worden geregistreerd in een specifieke database eigen aan het centrum. Deze gegevens zijn nodig voor kwaliteitsonderzoek alsook voor een vergoeding van het gebruikte materiaal door uw ziekteverzekering. Conform de wetgeving over de bescherming en de privacy van de persoonsgegevens, dient u zich akkoord te verklaren dat de gegevens van uw onderzoek in de database worden opgenomen (Informed Consent). Het EFO - team Tel.: 09 260 64 75 18

April 2009-368 AZ Maria Middelares vzw en haar artsen hebben deze informatiefolder met de grootste zorg opgemaakt. De inhoud ervan is echter algemeen en indicatief. De folder omvat niet alle medische aspecten. Ze vervangt geenszins het artsenconsult. Mocht deze folder vergissingen, tekortkomingen of onvolledigheden bevatten dan zijn AZ Maria Middelares, haar personeel en haar artsen hiervoor niet aansprakelijk. Tel. 09 260 60 60 - www.azmmsj.be - info@azmmsj.be campus Maria Middelares: Kortrijksesteenweg 1026-9000 Gent campus Sint-Jozef: Kliniekstraat 27-9050 Gentbrugge