INSTRUCTIEHANDLEIDING

INSTRUCTIEHANDLEIDING NEDERLANDS INSTRUCTIEHANDLEIDING

Bedant voor het open van een Canon-product. De EOS 350D DIGITAL is een hoogwaardige, digitale AF SLR-camera waarmee u snel veelzijdige opnamen unt maen. De camera heeft een CMOS-sensor van 8 megapixels met hoge resolutie en is compatibel met alle EF-lenzen van Canon (inclusief de EF-S-lenzen). De camera is ontworpen voor het maen van snelle opnamen op ieder moment en beschit over opnamemodi voor alle vormen van fotografie. Deze omvatten volautomatische opnamen, handmatige opnamen, rechtstrees afdruen en nog veel meer. Lees voordat u de camera gaat gebruien de Instructiehandleiding zodat u ermee vertrouwd raat. Lees de Veiligheidsmaatregelen (p. 6,7) en Tips en waarschuwingen voor het gebrui (p. 8,9) om slechte foto's en ongeluen te vooromen. Camera testen voor gebrui Maa voordat u de camera gaat gebruien een aantal proefopnamen en controleer of deze goed op de geheugenaart worden opgeslagen. Wanneer de camera of de geheugenaart gebreen vertoont en de beelden niet op de aart unnen worden opgeslagen of gelezen door een pc, is Canon niet verantwoordelij voor eventueel verlies van data. Copyright Mogelij verbiedt de wet op het auteursrecht in uw land het gebrui van opnamen van mensen en bepaalde onderwerpen anders dan voor privé-gebrui. Het maen van opnamen van bepaalde openbare optredens, exposities en dergelije an zelfs voor privé-gebrui verboden zijn. Canon en EOS zijn handelsmeren van Canon Inc. Adobe is een handelsmer van Adobe Systems Incorporated. ArcSoft, ArcSoftlogo, ArcSoft PhotoStudio zijn geregistreerde handelsmeren of handelsmeren van ArcSoft, Inc. CompactFlash is een handelsmer van SanDis Corporation. Windows is een geregistreerd handelsmer of handelsmer van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en overige landen. Macintosh is een geregistreerd handelsmer van Apple Corporation in de Verenigde Staten en andere landen. Alle overige bedrijfsnamen en handelsmeren die in deze handleiding worden genoemd, zijn eigendom van de respectieve eigenaren. * Deze digitale camera ondersteunt Design rule for Camera File System 2.0 en Exif 2.21 (oo wel Exif Print genoemd). Exif Print is een standaard voor een verbeterde compatibiliteit tussen digitale camera's en printers. Als de camera wordt aangesloten op een printer die voldoet aan Exif Print, wordt informatie over de opnamen opgenomen om de afdruwaliteit te optimaliseren. 2

Controlelijst onderdelen Controleer of alle onderstaande onderdelen van de camera aanwezig zijn. Neem contact op met uw dealer als er iets ontbreet. EOS 350D DIGITAL / Camerabehuizing (met oogdop, cameradop en lithiumbatterij als bac-up voor datum en tijd) EF-S18-55mm f/3,5-5,6 II / Lens (met lensdop en stofap) * Alleen lensset. Batterij NB-2LH (inclusief beschermdesel) Batterijoplader CB-2LT/CB-2LTE *CB-2LT of CB-2LTE wordt meegeleverd. Voedingsabel voor batterijoplader * Voor CB-2LTE. Interfaceabel IFC-400PCU Videoabel VC-100 Brede draagriem EW-100DBII (met oculairdop) EOS DIGITAL Solution Dis (cd-rom) ArcSoft PhotoStudio Dis (cd-rom) Software-instructies (cd-rom, PDF) Benopte gebruiershandleiding Benopte gebruiershandleiding voor het maen van opnamen. EOS 350D DIGITAL-INSTRUCTIEHANDLEIDING (dit boeje) Softwarehandleiding Geeft een overzicht van de meegeleverde software en uitleg over het installeren hiervan. Instructies batterij NB-2LH Instructies lens *Alleen lensset. Garantieaart van camera Garantieaart van lens *Alleen lensset. *Bewaar bovengenoemde zaen zorgvuldig. * Geen CF-aart (voor het maen van opnamen) meegeleverd. U moet deze apart aanschaffen. CF-aarten van Canon worden aanbevolen. 3

Inhoudsopgave 4 1 2 3 4 Inleiding Controlelijst onderdelen... 3 Tips en waarschuwingen voor het gebrui... 8 Benopte gebruiershandleiding... 10 Namen van de onderdelen... 12 Symbolen en afspraen die in deze handleiding worden gebruit... 18 Aan de slag 19 De batterij opladen... 20 De batterij plaatsen en verwijderen... 22 Een gewone wandcontactdoos gebruien... 24 Een lens bevestigen en verwijderen... 25 De CF-aart installeren en verwijderen... 26 Basisgebrui... 28 Menugebrui... 31 De taal instellen... 36 De datum en tijd instellen... 37 De batterij voor datum/tijd vervangen... 38 De CMOS-sensor reinigen... 39 Uitschaeltijd/Uitschaelen instellen... 41 CF-aartherinnering... 41 Dioptrische aanpassing... 42 De camera vasthouden... 42 Volautomatische opnamen 43 Volautomatisch gebruien... 44 Basisgebrui-modi... 46 Bediening met de zelfontspanner... 48 De draadloze afstandsbediening... 49 De oculairdop gebruien... 50 De pieptoon uitzetten... 50 Opname-instellingen 51 De opnamewaliteit instellen... 52 De ISO-waarde instellen... 55 De witbalans instellen... 56 Handmatige witbalans... 57 Witbalanscorrectie... 59 Automatische reesopnamen op basis van de witbalans... 60 De leurruimte instellen... 62 De beweringsparameters selecteren... 63 De beweringsparameters instellen... 64 Methoden voor bestandsnummering... 67 De camera-instellingen controleren... 68 De AF-, lichtmeet- en transportmodi instellen 69 De AF-modus selecteren... 70

Inhoudsopgave 5 6 7 8 9 10 11 AF-punten selecteren...73 De focusvergrendeling gebruien...75 Als autofocus niet wert (handmatige focus)...76 De meetmodus selecteren...77 De transportmodus selecteren...78 Geavanceerde functies 79 AE-programma...80 AE-sluiterprioriteit...82 AE-diafragmaprioriteit...84 Preview scherptediepte...85 Handmatige belichting...86 Automatische AE-scherptediepte...88 De belichtingscompensatie instellen...89 Reesopnamen met automatische belichting (AEB)...90 AE-vergrendeling...92 Opnamen bij lamplicht...93 De spiegel oplappen...94 Flitsfotografie 95 De ingebouwde flitser gebruien...96 Speciale (externe) EOS-Speedlites gebruien...101 Flitsers gebruien van een ander mer...102 LCD-paneelverlichting...102 Opnameweergave 103 De ijtijd instellen...104 Opnamen automatisch roteren...105 De LCD-helderheid instellen...106 Opnameweergave...107 Weergave enele opname, Indexweergave, Vergrote weergave... 107-110 Opnamesprong, Automatisch afspelen, Een afbeelding roteren... 111-113 De afbeeldingen weergeven op tv...114 Afbeeldingen beveiligen...115 Afbeeldingen wissen...116 De CF-aart formatteren...118 Rechtstrees vanaf de camera afdruen 119 Het afdruen voorbereiden...120 Eenvoudig afdruen...123 PictBridge / CP Direct / Bubble Jet Direct... 125-134 DPOF: Digital Print Order Format 137 De camera aanpassen aan uw persoonlije vooreuren 145 11 Referentie 151 5 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

Veiligheidsmaatregelen Voorom letsel, dodelije ongevallen of schade aan materiaal door deze veiligheidsmaatregelen op te volgen en de apparatuur op de juiste manier te gebruien. Vooromen van ernstig letsel en dodelije ongevallen Voorom brand, oververhitting, leage van chemische stoffen en explosies door onderstaande veiligheidsmaatregelen op te volgen: - Gebrui geen batterijen, voedingsbronnen of accessoires die niet in deze handleiding worden genoemd. Gebrui geen zelfgemaate of aangepaste batterijen. - Sluit de batterij en de bac-upbatterij niet ort en probeer ze niet te demonteren of aan te passen. Verhit de batterij of de bac-upbatterij niet en probeer deze niet te solderen. Stel de batterij of de bac-upbatterij niet bloot aan vuur of water. Stel de batterij of de bacupbatterij oo niet bloot aan grote fysiee schoen. - Installeer de batterij en de bac-upbatterij op de juiste manier (+ ). Plaats nooit oude en nieuwe of verschillende soorten batterijen bij elaar. - Laad de batterij niet op bij een temperatuur die buiten het toegestane berei ligt van 0 C - 40 C. Overschrijd de oplaadtijd niet. - Stee geen vreemde metalen voorwerpen in de eletrische contacten van de camera, de accessoires, de verbindingsabels en dergelije. Houd de bac-upbatterij buiten het berei van inderen. Waarschuw direct een arts als een ind een batterij heeft doorgeslit. (De chemicaliën in de batterij unnen de maag en ingewanden beschadigen.) De de eletrische contacten van de batterij of de bac-upbatterij af voordat u deze wegdoet, om te vooromen dat deze contact maen met andere metalen voorwerpen of batterijen. Zo vooromt u brand of explosies. Voorom brand door de oplader direct uit de wandcontactdoos te halen en te stoppen met opladen, als er bij het opladen van de batterij grote hitte, roo of schadelije damp vrijomt. Verwijder de batterij of de bac-upbatterij onmiddellij als deze let, van leur of vorm verandert, of als er roo of giftige damp vrijomt. Pas op dat u hierbij geen brandwonden oploopt. Voorom dat de inhoud van de batterij in aanraing omt met ogen, huid en leding. Dit an blindheid en huidaandoeningen tot gevolg hebben. Als de inhoud van de batterij in contact omt met uw ogen, huid of leding, moeten deze direct met overvloedig water worden afgespoeld zonder te wrijven. Ga daarna meteen naar een huisarts. Houd de apparatuur tijdens het opladen buiten berei van inderen. Kinderen unnen stien als zij het snoer rond hun ne rijgen of een eletrische scho rijgen. Houd snoeren altijd uit de buurt van hittebronnen. Door de hitte an het snoer vervormen en het isolatiemateriaal smelten, wat brand of eletrische schoen an veroorzaen. Flits niet in het gezicht van automobilisten. Door de verblinding unt u een ongelu veroorzaen. Flits niet vlabij iemands ogen. Het gezichtsvermogen an hierdoor beschadigd raen. Houd altijd minimaal 1 meter afstand als u met de flitser een ind fotografeert. Verwijder de batterij en haal de steer uit de wandcontactdoos als u de camera of een accessoire langere tijd niet gebruit. Zo vooromt u eletrische schoen, warmteontwieling en brand. Gebrui de apparatuur niet in de buurt van ontvlambaar gas. Zo vooromt u een explosie of brand. 6

Als u de apparatuur laat vallen en de behuizing zodanig beschadigd raat dat de inwendige onderdelen bloot omen te liggen, raa deze dan niet aan. Deze onderdelen staan mogelij onder stroom. Demonteer de apparatuur niet en pas deze oo niet aan. Er staat een hoge spanning op de interne onderdelen en deze unnen een eletrische scho veroorzaen. Kij niet door de camera of de lens naar de zon of een andere felle lichtbron. Uw gezichtsvermogen an hierdoor worden aangetast. Houd de camera buiten het berei van leine inderen. De nedraagriem an bij inderen tot verstiing leiden. Berg de apparatuur niet op in een vochtige of stoffige ruimte. Hierdoor vooromt u brand en eletrische schoen. Vraag toestemming voordat u de camera in een vliegtuig of zieenhuis gebruit. De eletromagnetische golven die door de camera worden afgegeven, unnen storingen veroorzaen in de instrumenten van vliegtuigen of de medische apparatuur in zieenhuizen. Voorom brand en eletrische schoen door onderstaande veiligheidsmaatregelen in acht te nemen: - Stee de steer altijd helemaal in de wandcontactdoos. - Pa het netsnoer nooit met natte handen vast. - Tre altijd aan de steer en niet aan het snoer als u de steer uit de wandcontactdoos haalt. - Voorom beschadigingen van het netsnoer door er niet in te rassen of te snijden, en het niet te nien of er een zwaar voorwerp op te plaatsen. Draai of noop de netsnoeren niet. - Sluit niet teveel steers aan op één contactpunt. - Gebrui geen snoeren waarvan het isolatiemateriaal is beschadigd. Haal zo nu en dan de steer uit de wandcontactdoos en haal met een droge doe het stof rond de wandcontactdoos weg. In een stoffige, vochtige of vette omgeving an het stof op de wandcontactdoos vochtig worden en ortsluiting veroorzaen, wat weer an leiden tot brand. Letsel en schade aan apparatuur vooromen Laat de apparatuur niet in een auto achter die in de zon staat of in de nabijheid van een warmtebron. De apparatuur an heet worden en brandwonden veroorzaen. Loop niet met de camera als deze op een statief is bevestigd. Dit an letsel veroorzaen. Controleer of het statief stevig genoeg is om de camera en de lens te dragen. Laat een lens of een camera met lens niet zonder lensdop in de zon staan. De zonnestralen unnen door de lens worden gebundeld en brand veroorzaen. Bede de batterijoplader niet en wiel deze oo niet in een doe. Hierdoor an de warmte niet weg en an de behuizing vervormen of in brand vliegen. Verwijder de batterij en de bac-upbatterij direct als u de camera in het water laat vallen of als er water in de camera omt. Verwijder de batterijen oo als er metaaldeeltjes in de camera omen. Hierdoor vooromt u brand en eletrische schoen. Gebrui en plaats de batterij en de bac-upbatterij niet in een hete omgeving. Hierdoor an de batterij gaan leen en an de levensduur van de batterij afnemen. De batterij of de bacupbatterij an oo te heet worden en brandwonden veroorzaen. Gebrui geen verfverdunner, benzeen of andere organische oplosmiddelen om de apparatuur schoon te maen. Deze stoffen unnen brand veroorzaen en zijn schadelij voor de gezondheid. Neem contact op met uw dealer of het dichtstbijzijnde Canon Service Center als het product niet naar behoren functioneert of moet worden gerepareerd. 7

Tips en waarschuwingen voor het gebrui Omgaan met de camera Deze camera is een precisie-instrument. Laat de camera niet vallen en stel deze niet bloot aan fysiee schoen. De camera is niet waterdicht en an niet onder water worden gebruit. Neem direct contact op met het dichtstbijzijnde Canon Service Center als u de camera per ongelu in het water laat vallen. Droog de camera af met een droge doe als er waterspatten op de camera zijn geomen. Wrijf de camera grondig schoon met een licht vochtige doe als deze in aanraing is geomen met zoute lucht. Houd de camera buiten het berei van apparaten met stere magnetische velden, zoals magneten of eletrische motoren. Houd de camera eveneens uit de buurt van apparaten die stere radiogolven uitzenden, zoals grote antennes. Stere magnetische velden unnen storingen veroorzaen en opnamegegevens beschadigen. Laat de camera niet achter in een extreem warme omgeving, zoals in een auto die in direct zonlicht staat. Door de hoge temperaturen an de camera defect raen. De camera bevat eletronische precisieschaelingen. Probeer nooit de camera te demonteren of zelf reparaties of onderhoud uit te voeren. Gebrui een blower om stof van lens, zoeer, spiegel of focusscherm te blazen. Gebrui geen reinigingsmiddelen die organische oplosmiddelen bevatten om de camerabehuizing of lens schoon te vegen. Neem voor het verwijderen van hardneig vuil contact op met een Canon Service Center. Raa de eletrische contacten van de camera nooit met uw vingers aan. Als u dat wel doet, unnen de contacten gaan roesten. Roest op de contacten an ertoe leiden dat de camera niet goed meer functioneert. Als de camera plotseling van een oude in een warme omgeving terechtomt, an zich condens vormen op de camera en op de inwendige delen. Voorom condensvorming door de camera eerst in een afgesloten plastic tas te plaatsen. Laat de camera zich aanpassen aan de hogere temperatuur voordat u hem uit deze tas haalt. Gebrui de camera niet als zich hierop condens heeft gevormd. Zo vooromt u beschadiging van de camera. Als zich condens heeft gevormd, verwijdert u de lens en haalt u de CF-aart en de batterij uit de camera. Wacht vervolgens tot de condens is verdampt. Verwijder de batterij en berg de camera op een oele, droge en goed geventileerde plaats op als u deze gedurende langere tijd niet gaat gebruien. Oo als de camera is opgeborgen moet u de sluiter zo nu en dan enele malen bedienen om te controleren of de camera nog goed functioneert. Vermijd opslag op plaatsen waar bijtende chemicaliën worden gebruit, zoals een donere amer of een laboratorium. Als de camera langere tijd niet is gebruit, test u alle functies voordat u de camera weer gaat gebruien. Als u de camera langere tijd niet hebt gebruit en u opnamen wilt gaan maen van een belangrije gebeurtenis, is het raadzaam de camera te laten controleren door uw Canon-dealer of zelf te controleren of de camera goed functioneert. 8

Tips en waarschuwingen voor het gebrui LCD-paneel en LCD-scherm Hoewel het LCD-scherm is gefabriceerd met hogeprecisietechnologie en meer dan 99,99% actieve pixels heeft, unnen er onder de maximaal 0,01% resterende pixels enele dode pixels vooromen. Dode pixels hebben altijd dezelfde leur, bijvoorbeeld zwart of rood. Dit is geen defect. De dode pixels zijn oo niet van invloed op de opgeslagen opnamen. Bij lage temperaturen unnen het LCD-scherm en het LCD-paneel trager reageren. Bij hoge temperaturen an het scherm zwart worden. In beide gevallen zullen het scherm en het paneel bij amertemperatuur weer normaal functioneren. De CF-aart De CF-aart is een precisie-instrument. Laat de geheugenaart niet vallen en stel deze niet bloot aan trillingen. De op de aart opgeslagen opnamen unnen hierdoor namelij worden beschadigd. Gebrui of bewaar geheugenaarten niet in de buurt van objecten met stere magnetische velden zoals tv's, luidspreers of magneten. Mijd oo plaatsen met statische eletriciteit. Anders unnen de afbeeldingen op de CF-aart verloren gaan. Plaats geheugenaarten niet in direct zonlicht of in de buurt van hittebronnen. De aarten unnen hierdoor vervormen, waardoor ze onbruibaar worden. Mors geen vloeistoffen op CF-aart. Bewaar uw CF-aarten altijd in een houder ter bescherming van de opgeslagen gegevens. Met CF-aarten van een ander mer dan Canon unt u mogelij geen opnamen opslaan en afspelen. Het gebrui van CF-aarten van Canon wordt aanbevolen. Buig de aarten niet en stel ze niet bloot aan grote rachten of fysiee schoen. Bewaar CF-aarten niet op hete, stoffige of vochtige plaatsen. De eletrische contacten van de lens Nadat u de lens hebt losgedraaid van de camera, bevestigt u de lensdoppen of plaatst u de lens met de achterant naar boven om rassen op het lensoppervla en de eletrische contacten te vooromen. Contacten 9

Benopte gebruiershandleiding 1 Plaats de batterij. (p. 22) Ga voor meer informatie over het opladen van batterijen naar pagina 20. 2 Voor EF-S-lens Voor EF-lens Plaats de lens. (p. 25) Als u een EF-S-lens gebruit, plaatst u deze zo dat de marering op de lens op gelije hoogte is met de witte stip op de camera. Bij andere lenzen dient de marering op gelije hoogte te zijn met de rode stip. 3 Stel de focusinstellingsnop op de lens in op <AF>. (p. 25) 4 Open het desel van de CF-aartsleuf en plaats de CF-aart. (p. 26) Houd de etietzijde naar u toe en schuif de ant met de leine openingen in de camera. 5 Zet de aan-uitschaelaar op <1>. (p. 28) 10

Benopte gebruiershandleiding 6 7 Stel het programmaeuzewiel in op <1> (volautomatisch). (p. 44) Alle camera-instellingen worden automatisch ingesteld. Stel scherp op het onderwerp. (p. 28) Richt het AF-punt op het onderwerp en dru de ontspannop half in. 8 Maa de opname. (p. 28) Dru de ontspannop helemaal in om een opname te maen. 9 Beij de opname op het LCD-scherm. (p. 104) De opname wordt ongeveer 2 seconden op het LCD-scherm weergegeven. Zie Opnameweergave (p. 107) voor het beijen van de opnamen die u tot nu toe gemaat hebt. Ga voor meer informatie over het verwijderen van een afbeelding naar Afbeeldingen wissen (p. 116). 11

Namen van onderdelen Voor gedetailleerde informatie worden tussen haajes referentiepaginanummers gegeven (p. **). Programmaeuzewiel (p. 16) Aan-/uitschaelaar (p. 28) Ingebouwde flitser/af-hulplicht (p. 96, 74) EF-lensbevestigingsmarering (p. 25) EF-S-lensbevestigingsmarering (p. 25) <6> Hoofdinstelwiel (p. 29) Flitssynchronisatiecontacten Cameraschoen (p. 101) Ontspannop (p. 28) Draagriemhouder (p. 19) Rode ogen-reductie/ Zelfontspannerlampje (p. 98/48) Sensor afstandsbediening (p. 49) Greep Spiegel (p. 39, 94) Contacten (p. 9) Previewnop scherptediepte (p. 71) Lensvergrendelingpin <D> Flitsnop (p. 96) Klepje camera-aansluitingen Lensontgrendelingsnop (p. 25) Lensbevestiging Video OUT-aansluitbus (p. 114) Aansluitbus afstandbediening (voor afstandsbediening RS-60E3) Cameradop (p. 25) Digitale-aansluitbus (p. 121) 12

Namen van onderdelen LCD-paneel (p. 14) <M> Menunop (p.31) <B> Knop info/ afsteloriëntatie (p. 68, 107/135) Knop dioptrische aanpassing (p. 42) Oculairdop (p. 50) Oculair <Q/i> Selectienop transportmodus (p. 78) <O> Knop diafragma/belichtingscompensatie (p. 86/ 89) <A/I> Knop AE-/FEvergrendeling/index/verleinen (p. 92/99/109/110, 135) <S/u> Knop AFpuntselectie/vergroten (p. 73/110, 135) <C> Jumpnop (p. 111) <x> Opnameweergavenop (p. 107) <L> Wisnop (p.116) LCD-scherm (p. 34) <l/u> Knop rechtstrees afdruen/ LCD-paneelverlichting (p. 123/102) Statiefhouder Lees-/schrijfindicator (p. 27) Pijltjestoetsen (p. 30) <WZ> ISO-waardenop (p. 55) <XB> Selectienop witbalans (p. 56) <Yq> Selectienop lichtmeetmodus (p. 77) <ZE> Selectienop AF-modus (p. 70) CF-aartsleufdesel (p. 26) Ontgrendelnop batterijcompartiment (p. 22) Desel batterijcompartiment (p. 22) <0> Instelnop (p. 31) Gat voor gelijstroomsnoer (p. 24) CF-aartsleuf (p. 26) Uitwerpnop CF-aart (p. 26) 13

Namen van onderdelen LCD-paneel Sluitertijd Bezig (busy) Ingebouwde flitser herstellen (busy) Witbalans Q Auto W Daglicht E Schaduw R Bewolt Y Lamplicht U TL-licht I Flitser O Aangepast Diafragma AF-puntselectie ([ - - - - - ]) Waarschuwing CF-aart vol (FuLL CF) Waarschuwing CF-aartfout (Err CF) Waarschuwing geen CF-aart (no CF) Foutcode (Err) Beeldsensor reinigen (CLEA n) haeb yflitsbelichtingscompensatie Indicator belichtingsniveau Waarde belichtingscompensatie AEB-berei Schrijfstatus CF-aart Resterende opnamen Resterende opnamen tijdens reesopnamen op basis van witbalans Timer zelfontspanner/afstandsbediening Belichtingstijd lamplicht Lichtmeetmodus qevaluatieve meting wdeelmeting egemiddelde meting met nadru op het midden Opnamewaliteit 73 Groot/Fijn 83 Groot/Normaal 74 Middel/Fijn 84 Middel/Normaal 76 Klein/Fijn 86 Klein/Normaal 173 RAW+Groot/Fijn 1RAW KPersoonlije vooreuze Transportmodus u Enele opname i Continu-opname QZelfontspanner/ afstandsbediening 0Zwartwitopnamen AF-modus X One-Shot AF 9 AI Focus AF Z AI Servo AF Batterijcontrole zxn Bij werelij gebrui worden alleen de symbolen weergegeven die in die situatie van toepassing zijn. 14

Namen van onderdelen Zoeerinformatie Focusscherm AF-puntindicator < > AF-punten <A> AE-/FE-vergrendeling AEB in wering <o> Focusbevestigingslampje <D> Flitser gereed Waarschuwing FE-vergrendeling onjuist < > High-speed flitssynchronisatie (FP-flits) <y> Flitsbelichtingscompensatie Maximale opnamerees Indicator belichtingsniveaur Waarde belichtingscompensatie AEB-berei Indicator rode-ogenreductielamp <L> Rode ogen-reductie Sluitertijd Flitsbelichtingsvergrendeling (FEL) Bezig (busy) Ingebouwde flitser herstellen (D busy) Waarschuwing CF-aart vol (FuLL CF) Waarschuwing CF-aartfout (Err CF) Waarschuwing geen CF-aart (no CF) Diafragma Bij werelij gebrui worden alleen de symbolen weergegeven die in die situatie van toepassing zijn. 15

Standaardgebrui Namen van onderdelen Programmaeuzewiel Het programmaeuzewiel is ingedeeld in twee functiezones. Creatief gebrui Volautomatisch Basisgebrui q Basisgebrui U hoeft alleen maar de ontspannop in te druen. 1 : Volautomatisch (p. 44) Voor volautomatische opnamen. Standaardgebrui Volautomatisch opnamen maen voor specifiee onderwerpen. 2 : Portret (p. 46) 3 : Landschap (p. 46) 4 : Close-up (p. 46) 5 : Sport (p. 47) 6 : Nachtopname (p. 47) 7 : Flits uit (p. 47) w Creatief gebrui Stel de camera naar eigen wens in. d : AE-programma (p. 80) s : AE-sluiterprioriteit (p. 82) f : AE-diafragmaprioriteit (p. 84) a : Handmatige belichting (p. 86) 8 : Automatische AE-scherptediepte (p. 88) 16

Namen van onderdelen Batterijoplader CB-2LT Dit is een batterijoplader (p. 20) Batterijcompartiment Oplaadlampje Steer Index batterijcompartiment Batterijoplader CB-2LTE Dit is een batterijoplader (p. 20) Batterijcompartiment Oplaadlampje Netsnoer Netsnoeraansluiting 17

Symbolen en afspraen die in deze handleiding worden gebruit De pictogrammen en mareringen die in deze handleiding verwijzen naar noppen, instelwielen en instellingen op de camera corresponderen met de pictogrammen en mareringen op de camera zelf. Voor gedetailleerde informatie worden tussen haajes referentiepaginanummers gegeven (p. **). De asteris M rechts naast de paginatitel geeft aan dat de respectieve functie alleen beschibaar is in de Creatief gebrui-modi (d, s, f, a, 8). Bij alle handelingen die in deze instructiehandleiding worden beschreven, wordt ervan uitgegaan dat de aan-/uitschaelaar al is ingesteld op <1>. De Canon EF-S18-55 mm f/3,5-5,6 ll-lens wordt in deze instructiehandleiding als voorbeeldlens gebruit. In de procedurebeschrijvingen wordt ervan uitgegaan dat de menufuncties en persoonlije vooreuren staan ingesteld op de standaardinstellingen. Het pictogram 3 geeft aan dat de instelling in het menu an worden gewijzigd. De pictogrammen (0), (9) en (8) geven aan dat de beschreven functie gedurende 4, 6 of 16 seconden nadat u de nop loslaat actief blijft. In deze handleiding worden de volgende waarschuwingssymbolen gebruit: : Bij het waarschuwingssymbool wordt een waarschuwing gegeven om te vooromen dat er opnameproblemen ontstaan. 18 6 0 Het pictogram <6> staat voor het hoofdinstelwiel. De pictogrammen <S>, <V> en <U> geven de pijltjestoetsen aan. De pictogrammen <W>, <X>, <Y> en <Z> staan respectievelij voor de pijltjestoetsen omhoog, omlaag, lins en rechts. In de test staat het pictogram <0> voor de SET-nop. Deze nop wordt gebruit voor menufuncties en aangepaste functies. : Bij het opmeringssymbool wordt aanvullende informatie gegeven.

1 Aan de slag In dit hoofdstu worden een aantal voorafgaande stappen en de basisbediening van de camera uitgelegd. De riem bevestigen Haal het einde van de riem van onderaf door de draagriemhouder. Haal deze daarna door de gesp van de riem zoals afgebeeld in de illustratie. Tre de riem stra en zorg ervoor dat hij goed vastzit in de gesp. De oculairdop is oo bevestigd aan de riem. (p. 50) Oculairdop 19

De batterij opladen Raadpleeg de instructies voor batterij NB-2LH voor gedetailleerde informatie over de batterij. Verwijder het desel. 1 Marering batterijcompartiment CB-2LT CB-2LTE 2 3 Plaats de batterij. Plaats de voorant van de batterij precies op de mareringslijn van de oplader. Terwijl u de batterij naar beneden duwt, schuift u deze in de richting van de pijl. Om de batterij te verwijderen, herhaalt u de bovenstaande procedure in omgeeerde volgorde. Voor de CB-2LT Klap de uitsteesels naar buiten en laad de batterij op. Klap de uitsteesels van de batterijoplader naar buiten, in de richting van de pijl. Stee de uitsteesels in de wandcontactdoos. Voor de CB-2LTE Sluit het netsnoer aan en laad de batterij op. Sluit het netsnoer aan op de oplader en stee de steer in de wandcontactdoos. s Het opladen begint automatisch en het oplaadlampje licht rood op. s Als de batterij geheel is opgeladen, wordt het oplaadlampje groen. Het duurt ongeveer 90 minuten om een lege batterij op te laden. 20

De batterij opladen Gebrui de oplader alleen voor het opladen van batterij NB-2LH. Laad de batterij niet langer dan 24 uur achter elaar op, om te vooromen dat de batterij minder gaat presteren. Als de batterij langere tijd in de camera zit zonder dat de camera wordt gebruit, an een lage eletrische stroom zich ontladen en de levensduur van de batterij verorten. Verwijder de batterij als u de camera niet gebruit en plaats het desel om ortsluiting te vooromen. Laad de batterij op voordat u de camera weer gebruit. U unt het desel op de batterij bevestigen en de richting van de marering instellen, zodat u unt zien of de batterij is opgeladen. Verwijder de batterij na het opladen en haal het netsnoer uit de wandcontactdoos. De vereiste oplaadtijd van de batterij is afhanelij van de omgevingstemperatuur en het oplaadniveau. De batterij wert bij temperaturen tussen 0 C en 40 C. Voor een optimale wering wordt echter een temperatuurberei tussen de 10 C en 30 C aanbevolen. In een oude omgeving zoals sigebieden, nemen de prestaties van de batterij tijdelij af en an de effectieve gebruisduur orter zijn. Als de effectieve gebruisduur zelfs na het opladen ster is verminderd, is de batterij wellicht versleten. Vervang de batterij door een nieuwe. 21

De batterij plaatsen en verwijderen De batterij plaatsen Plaats een volledig opgeladen batterij NB-2LH in de camera. 1 Open het desel van het batterijcompartiment. Schuif de hendel in de richting van de pijl en open het desel. 2 3 Plaats de batterij. De contactpunten van de batterij moeten omlaag wijzen. Schuif de batterij in de camera totdat deze vastzit. Sluit het desel. Dru op het desel totdat dit dichtlit. Het batterijniveau controleren Als de aan-/uitschaelaar op <1> staat (p. 28), wordt het batterijniveau op een van de drie niveaus weergegeven: z : Batterijniveau OK. x : Batterijniveau is laag. n : Batterij moet worden opgeladen. 22

De batterij plaatsen en verwijderen Levensduur batterij [aantal opnamen] Temperatuur Opnameomstandigheden Geen flits 50% flits Bij 20 C Ongeveer 600 Ongeveer 400 Bij 0 C Ongeveer 450 Ongeveer 350 De bovenstaande cijfers zijn gebaseerd op een volledig opgeladen NB-2LH en de testcriteria van de CIPA (Camera & Imaging Products Association). Het feitelije aantal opnamen an lager zijn dan hierboven is aangegeven, afhanelij van de opnameomstandigheden. Het aantal mogelije opnamen neemt af naarmate het LCD-scherm vaer wordt gebruit. Als u de ontspannop vaa half indrut of als u alleen de autofocus gebruit, wordt het maximumaantal opnamen oo leiner. Lensbewegingen osten de batterij oo stroom. Bij bepaalde lenzen wordt het maximumaantal opnamen dan oo leiner. De batterij verwijderen 1 2 Open het desel van het batterijcompartiment. Schuif de hendel in de richting van de pijl en open het desel. Verwijder de batterij. Schuif de batterijvergrendelnop in de richting van de pijl, zoals aangegeven in de afbeelding, en open het desel. Plaats het desel om ortsluiting te vooromen. 23

Een gewone wandcontactdoos gebruien Met de wisselstroomadapterset ACK700 (optioneel) unt u de camera aansluiten op een gewone wandcontactdoos en hoeft u het batterijniveau niet in de gaten te houden. 1 2 3 Sluit het netsnoer aan. Sluit het netsnoer aan op de compacte stroomadapter. Stee de steer in de wandcontactdoos. Haal de steer uit de wandcontactdoos als u laar bent. Sluit de gelijstroomoppeling aan. Stee de gelijstroomsteer van de compacte stroomadapter in de aansluitbus van de gelijstroomoppeling. Plaats de gelijstroomoppeling. Open het desel en plaats de gelijstroomoppeling zo dat deze vastzit. 4 Dru het gelijstroomsnoer naar beneden. Open het desel van het gat voor het gelijstroomsnoer en dru het snoer erin vast. Sluit het desel. 24 Plaats of verwijder het snoer nooit terwijl de aan-/uitschaelaar van de camera op <1> staat.

Een lens bevestigen en verwijderen Een lens bevestigen 1 2 Verwijder de doppen. Verwijder de achterste lensdop en de cameradop door ze los te draaien in de richting die door de pijl wordt aangegeven. EF-S-lensbevestigingsmarering Plaats de lens. Plaats de EF-S-lens op de camera precies boven de lensbevestigingsmarering en draai de lens in de door de pijl aangegeven richting totdat de lens op zijn plaats lit. Als u een andere lens plaatst dan de EF-lensbevestigingsmarering EF-S-lens, plaats deze dan boven de rode EF-lensbevestigingsmarering. Stel op de lens de 3 focusinstellingsnop in op <AF>. Als deze is ingesteld op <MF> is autofocus niet mogelij. Verwijder de voorste lensdop. 4 De lens verwijderen Dru op de lensontgrendelingsnop en draai de lens in de richting van de pijl. Draai de lens totdat deze niet meer verder an, en oppel hem los. Als u de lens plaatst of verwijdert, dient u ervoor te zorgen dat er geen stof in de camera omt via de lensbevestiging. 25

De CF-aart installeren en verwijderen De opname wordt opgeslagen op de CF-aart (optioneel). Hoewel de dite verschillend is, unt u zowel een CF-aart van type I als van type II in de camera plaatsen. De camera is oo compatibel met microdrive- en CF-aarten met een capaciteit van 2 GB of hoger. De aart plaatsen Boven CF-aart uitwerpnop Resterende opnamen 1 2 3 Open het desel. Schuif het desel in de door de pijl aangegeven richting om het te openen. Plaats de CF-aart. Het gebrui van CF-aarten van Canon wordt aanbevolen. Als de CF-aart vereerd wordt geplaatst, an deze de camera beschadigen. Plaats de ant met de leine openingen in de camera met de etietzijde naar u toe, zoals aangegeven in de illustratie. s De uitwerpnop van de CF-aart omt naar buiten. Sluit het desel. Sluit het desel en schuif het in de richting die door de pijl wordt aangegeven totdat het dicht lit. Als u de aan-/uitschaelaar op <1> zet, wordt het aantal resterende opnamen weergegeven op het LCD-paneel. 26 Het aantal resterende opnamen is afhanelij van de resterende capaciteit van de CF-aart en de ingestelde ISO-waarde.

De CF-aart installeren en verwijderen De aart verwijderen Lees-/schrijfindicator 1 2 Open het desel. Zet de aan-/uitschaelaar op <2>. Controleer of het bericht busy niet op het LCD-paneel verschijnt. Zorg dat de lees-/schrijfindicator uitstaat en open vervolgens het desel. Verwijder de CF-aart. Dru op de uitwerpnop. s De CF-aart wordt uitgeworpen. Sluit het desel. Als de lees-/schrijfindicator nippert geeft dit aan dat gegevens op de CF-aart worden overgebracht, gelezen, geschreven of gewist. Voer de volgende handelingen nooit uit als de lees-/schrijfindicator brandt of nippert. Anders unt u de opnamegegevens beschadigen. Oo an de CF-aart of de camera beschadigd raen. De camera schudden of ergens tegenaan stoten. Het desel van de CF-aartsleuf openen. De batterij verwijderen. Als op een CF-aart al opnamen zijn opgeslagen, unt u nieuwe opnamen opslaan met opeenvolgende bestandsnummers volgend op de reeds opgeslagen nummers. Als u de bestanden wilt nummeren vanaf 0001, stel dan [Auto reset] in voor de bestandsnummering (p. 67), en gebrui vervolgens een pas geformatteerde CF-aart. Zie pagina 118 als Err CF (CF-fout) wordt weergegeven op het LCD-paneel. Als u een CF-aart met een lage capaciteit gebruit, an deze mogelij geen grote afbeeldingen opslaan. Microdrive-aarten zijn gevoeliger voor trillingen en fysiee schoen dan CF-aarten. Als u een microdrive gebruit, dient u extra op te letten dat de camera tijdens het opslaan of weergeven van opnamen niet wordt blootgesteld aan trillingen of fysiee schoen. Stel in het menu [c Foto zonder CF] in op [Uit] om te vooromen dat u opnamen maat zonder CF-aart. (p. 41) 27

Basisgebrui Aan-/uitschaelaar De camera wert alleen als de aan-/uitschaelaar is ingeschaeld. <1> : De camera wert. <2>: De camera is uitgeschaeld en wert niet. Stel de camera hierop in als u deze niet gebruit. Om de batterij te sparen, wordt de camera automatisch uitgeschaeld nadat deze 1 minuut niet is gebruit Om de camera weer in te schaelen, drut u gewoon de ontspannop in. U unt de automatische uitschaeltijd wijzigen door middel van de menu-instelling [c Uitschaelen]. (p. 41) Als u de aan-/uitschaelaar op <2> instelt terwijl de opnamen worden opgeslagen op de CF-aart, wordt het resterende aantal opnamen dat moet worden opgeslagen, weergegeven op het bovenste LCD-paneel met de symbolen voor aantal <N>. Als alle opnamen zijn opgeslagen, worden het scherm en de camera uitgeschaeld. Ontspannop De ontspannop heeft twee stappen. U unt de ontspannop half indruen. Vervolgens unt u de ontspannop helemaal indruen. Half indruen Hiermee activeert u de automatische focus (AF) en het automatische belichtingsmechanisme (AE), waarmee de sluitertijd en het diafragma worden bepaald. De belichtingsinstelling (sluitertijd en diafragma) wordt weergegeven op het LCD-paneel en in de zoeer. (0) Helemaal indruen De sluiter ontspant en de opname wordt gemaat. 28

Basisgebrui Als u de ontspannop half indrut en (0) zijn verstreen, moet u de nop nogmaals half indruen en een moment wachten voordat u volledig indrut voor een opname. Als u de ontspannop helemaal indrut zonder deze eerst half in te druen of als u de ontspannop half indrut en direct daarna volledig, zal de opname toch nog een moment worden vertraagd. Ongeacht hoe de camera is ingesteld (opnameweergave, menugebrui, opnameopslag, enz.), u unt meteen weer fotograferen door de ontspannop half in te druen (behalve tijdens rechtstrees afdruen). Camerabewegingen tijdens het belichtingsmoment wordt camera shae genoemd. Volg de onderstaande instructies om dit te vooromen. Raadpleeg oo De camera vasthouden (p. 42). Houd de camera stevig vast. Plaats het topje van uw vinger op de ontspannop, houd de camera met uw rechterhand vast en dru daarna zachtjes de ontspannop in. Het instelwiel <6> gebruien Het instelwiel <6> wordt vooral gebruit voor opname-instellingen. (1) Dru op een nop en draai aan het instelwiel <6>. Als u op een nop drut, blijft de functie ervan zes seconden lang (9) actief. Kij tijdens het draaien van het instelwiel <6> naar de instelling in de zoeer of op het bovenste LCD-paneel. Als de timer afloopt of als u de ontspannop half indrut, is de camera laar om een opname te maen. U unt het AF-punt selecteren. Draai na het druen op de nop <M> aan het instelwiel <6> om het gewenste menu-item te selecteren. (2) Draai alleen aan het instelwiel <6>. Kij op het LCD-paneel of in de zoeer en draai aan het instelwiel <6> om de gewenste instelling te selecteren. Op die manier unt u de sluitertijd, het diafragma, enz. instellen. 29

Basisgebrui De pijltjestoetsen <S> gebruien De <S>-toets wordt vooral gebruit voor opname-instellingen en het selecteren van menu-items op het LCD-scherm. (1) Dru onafhanelij op de <S>-toets. Als de camera gereed is voor opname, unt u op een <S>-toets druen om de bijbehorende menufunctie snel te gebruien. <WZ> ISO-waarde <XB> Witbalans <YQ> Lichtmeetmodus <ZE> AF-modus Dru op de toets <S> om de gewenste instelling te selecteren en dru vervolgens op <0>. (2) Dru op een nop en vervolgens op de toets <S>. Als de camera gereed is voor opname en u op een nop drut, blijft de functie ervan zes seconden lang (9) actief. Dru in deze zes seconden op de <S>-toets en ij tegelij oo in de zoeer of op het LCD-paneel. Als de functietimer afloopt of als u de ontspannop half indrut, is de camera laar om een opname te maen. U unt het AF-punt selecteren. Op het LCD-scherm (zonder displaytimer) unt u menu-items of opnamen voor weergave selecteren. 30

Menugebrui Via de menu's unt u diverse instellingen bepalen, zoals de opnamewaliteit, beweringsparameters, datum/tijd en persoonlije vooreuze. U ijt naar het LCD-scherm en gebruit de nop <M>, de pijltjestoetsen <S> en de nop <0> op de achterzijde van de camera. <M>-nop <C>-nop LCD-scherm <0>-nop <S>-pijltjestoetsen Opnamemenu 2 Opnamemenu 1 Tab Weergavemenu Instellingenmenu 1 Instellingenmenu 2 Menu-items Menu-instellingen Pictogram Kleur Categorie Omschrijving z/m Rood Opnamemenu Opnamemenu. x Blauw Weergavemenu Opnameweergavemenu. c /b Geel Instellingenmenu Basisinstellingen camera. Dru op de nop <C> om van menutab te veranderen. Als een van de Basisgebrui-modi is ingesteld, worden bepaalde menu-items niet weergegeven. (p. 33) U unt het instelwiel <6> oo gebruien om menu-items te selecteren of opnamen te beijen. Oo als een menu wordt weergegeven, unt u direct teruggaan naar de opnamemodus door de ontspannop half in te druen. 31

Menugebrui Procedure menu-instelling 32 1 2 3 4 5 6 Geef het menu weer. Dru op de nop <M> om het menu weer te geven. Om het menu weer af te sluiten, drut u nogmaals op de nop. Selecteer een tab. Dru op de nop <C> om een menutab te selecteren. Als de vijf tabs zijn gemareerd, unt u oo op de toetsen <U> druen om een tab te selecteren. Selecteer een menu-item. Dru op de toets <V> om het gewenste menu-item te selecteren en dru vervolgens op <0>. Als u nu op de nop <C> drut, wordt een andere tab geselecteerd. Selecteer de menu-instelling. Dru op de toets <V> of <U> om de instelling te selecteren. (Voor sommige instellingen an alleen de toets <V> of de toets <U> worden gebruit.) Stel de gewenste instelling in. Dru op <0> om de instelling in te stellen. Sluit het menu af. Dru op de nop <M> om de menuweergave af te sluiten. In de beschrijvingen van de menufuncties wordt er hierna vanuit gegaan dat u op de nop <M> hebt gedrut om het menuscherm weer te geven. Menugebrui wert oo nadat de opname is gemaat en de afbeelding op de CF-aart wordt opgeslagen (lees-/schrijfindicator nippert).

Menugebrui Menu-instellingen (1) <z> Opnamemenu 1 (rood) Referentie pagina's Kwaliteit 73/83/74/84/76/86/ RAW+7L / RAW 52 R.ogen Aan/Uit Uit/Aan 98 Pieptoon Aan/Uit 50 AF Mode ONE SHOT / AI FOCUS / AI SERVO 70 Lichtmeeting q: Evaluatief / w: Deelmeting / e: Gemiddelde meting nadru op midden 77 ISO waarde 100 / 200 / 400 / 800 / 1600 55 <m> Opnamemenu 2 (rood) AEB Verhogingen in tussenstappen van 1/3, ±2 stappen 90 Flits exp comp Verhogingen in tussenstappen van 1/3, ±2 stappen 100 Wit Balans Q / W / E / R / Y / U / I / O 56 WB SHIFT/BKT Witbalanscorrectie: B/A/M/G-correctie, el 9 niveaus WB-BKT: B/A- en M/G-correctie 1 niveau, ±3 niveaus Handmatige witbalans Handmatige instelling van de witbalans 57 Kleurruimte srgb / Adobe RGB 62 Parameters Parameter 1, 2 / Set 1, 2, 3 / B/W 63 64 <x> Weergavemenu (blauw) Beveilig Opname beveiligen tegen wissen 115 Roteren Verticale opname roteren 113 Print Opties Geeft aan wele afbeeldingen moeten worden afgedrut (DPOF) 137 Autom. Afspelen Automatische weergave van afbeeldingen 112 Kijtijd Uit / 2 sec. / 4 sec. / 8 sec. / Vastzetten 104 59 60 <m> Schermen en tabs van Opnamemenu 2 worden niet weergegeven in de Basisgebrui-modi. De grijze menu-items worden niet weergegeven in de Basisgebrui-modi. In de Basisgebrui-modi worden de opnamewaliteitmodi RAW+7L en RAW niet weergegeven. 33

Menugebrui Menu-instellingen (2) <c> Instellingenmenu 1 (geel) Referentie pagina's Uitschaelen 1min. / 2 min. / 4 min. / 8 min. / 15 min. / 30 min. / Uit 41 Beeldomeren Aan/Uit 105 LCD Helderheid 5 niveaus 106 Datum/Tijd Datum/tijd instellen 37 Bestandnr. Continu/Auto reset 67 Formatteren Initialiseert en wist de aart 118 Foto zonder CF Aan/Uit 50 <b> Instellingenmenu 2 (geel) 15 talen (Engels, Duits, Frans, Nederlands, Deens, Fins, Taal Italiaans, Noors, Zweeds, Spaans, Vereenvoudigd 36 Chinees, Russisch, Traditioneel Chinees, Koreaans en Japans.) Video Systeem NTSC / PAL 114 Communicatie Print/PTP / PC verbinding 120 Persoonlije vooreuze(c.fn) Hiermee past u de camera aan 146 Wis camera instellingen (zet de camera terug op de standaardinstellingen.) 35 Wis instellingen Wis persoonlije vooreuze (zet alle vooreuze-instellingen terug op de 147 standaardinstellingen.) Sensor reinigen Selecteer om de sensor te reinigen. 39 Firmware versie Selecteer om de firmware te updaten. - De grijze menu-items worden niet weergegeven in de Basisgebrui-modi. Het LCD-scherm U unt het LCD-scherm niet als zoeer gebruien om opnamen te maen. Stel de helderheid van het LCD-scherm in op een van de vijf niveaus via het menu [c LCD Helderheid]. (p. 106) 34

Menugebrui De standaardinstellingen van de camera herstellenn 1 2 3 Opname-instellingen AF Mode ONE SHOT AF-puntselectie Automatische AF-puntselectie Lichtmeeting q (Evaluatieve lichtmeting) Transportmodus u (Enele opname) Belichtingscompensatie 0 (Nul) AEB Uit Flitsbelichtingscompensatie 0 (Nul) Persoonlije vooreuze Huidige instellingen bewaard Selecteer [Wis instellingen]. Selecteer tab [b]. Dru op de toets <V> om [Wis instellingen] te selecteren en dru vervolgens op <0>. Selecteer [Wis camera instellingen]. Dru op de toets <V> om [Wis camera instellingen] te selecteren en dru vervolgens op <0>. Selecteer [OK]. Dru op de toets <U> om [OK] te selecteren en dru vervolgens op <0>. De standaardinstellingen van de camera worden hersteld. De standaardinstellingen van de camera zijn als volgt. Beeldregistratie-instellingen Kwaliteit 73 ISO waarde 100 Kleurruimte srgb Wit Balans Q (Autom. WB) Witbalanscorrectie Uit Reesopnamen op basis van Uit witbalans Parameters Parameter 1 In de Basisgebrui-modi unnen de camera-instellingen niet worden teruggezet naar de standaardinstellingen. 35

3 De taal instellen De interfacetaal van het LCD-scherm an op een van de vijftien talen worden ingesteld. 1 2 Selecteer [Taal]. Selecteer tab [b]. Dru op de toets <V> om [Taal] te selecteren en dru vervolgens op <0>. s Het scherm Taal verschijnt. Stel de gewenste taal in. Dru op de toets <S> om de gewenste taal te selecteren en dru vervolgens op <0>. s De interfacetaal verandert. English Deutsch Français Nederlands Dans Suomi Italiano Nors Svensa Español Engels Duits Frans Nederlands Deens Fins Italiaans Noors Zweeds Spaans Vereenvoudigd Chinees Russisch Traditioneel Chinees Koreaans Japans 36

3 De datum en tijd instellen Stel de datum en de tijd in zoals hierna beschreven. 1 2 3 4 Selecteer [Datum/Tijd]. Selecteer tab [c]. Dru op de toets <V> om [Datum Tijd] te selecteren en dru vervolgens op <0>. s Het scherm Datum/Tijd verschijnt. Stel de datum en tijd in. Dru op de toets <V> om het cijfer te selecteren en dru vervolgens op <0>. De selectie schaelt dan over naar het volgende item. Stel de indeling van de datumweergave in. Dru op de toets <V> om de datumindeling in te stellen op [dd mm/jj], [mm/dd/jj] of [jj/mm/dd]. Dru op <0>. s De datum en de tijd worden ingesteld en het menu verschijnt weer. Iedere opname wordt opgeslagen met de datum en de tijd waarop de opname is gemaat. Als de datum en de tijd niet juist zijn ingesteld, wordt de vereerde datum/tijd opgeslagen bij de opnamen. Zorg ervoor dat u de datum en de tijd correct instelt. 37

De batterij voor datum/tijd vervangen De datum/tijd-batterij (bac-up) onderhoudt de datum en tijd van de camera. De levensduur van de batterij is ongeveer 5 jaar. Als de datum/ tijd wordt gereset wanneer de batterij wordt vervangen, vervangt u de bac-upbatterij door een nieuwe CR2016-lithiumbatterij, zoals hieronder wordt uitgelegd. De datum/tijd-instelling wordt oo gereset, zodat u de correcte datum/tijd moet instellen. 1 2 Zet de aan-/uitschaelaar op <2>. Open het desel en verwijder de batterij. 3 Neem de batterijhouder uit de camera. (+) ( ) 4 Vervang de batterij. Zorg dat de batterij in de juiste + stand wordt geplaatst. 5 Plaats de batterijhouder en sluit het desel. 38 Zorg ervoor dat de datum/tijd-batterij een lithiumbatterij van het type CR2016 is.

3 De CMOS-sensor reinigenn De beeldsensor is te vergelijen met de film in een gewone filmcamera. Iedere vorm van stof of vreemde deeltjes die op de beeldsensor achterblijven, unnen als donere spiels op de afbeelding zichtbaar worden. Om dit te vooromen moet de hierna beschreven procedure voor de reiniging van de beeldsensor worden opgevolgd. Let op: de beeldsensor is zeer gevoelig. Indien mogelij moet u de beeldsensor laten reinigen door een Canon Service Center. De camera moet zijn ingeschaeld als u de beeldsensor reinigt. Het wordt aanbevolen om de wisselstroomadapterset ACK700 (optioneel, zie pagina 158) te gebruien. Als u een batterij gebruit, let er dan op dat deze voldoende is opgeladen. Haal de lens van de camera voordat u de sensor reinigt. 1 2 3 Plaats de gelijstroomoppeling (p. 24) of een batterij en zet de aan-/uitschaelaar op <1>. Selecteer [Sensor reinigen]. Selecteer tab [b]. Dru op de toets <V> om [Sensor reinigen] te selecteren en dru vervolgens op <0>. s Als u een batterij gebruit die voldoende is opgeladen, verschijnt het scherm dat in stap 3 is weergegeven. Als de batterij leeg is, verschijnt er een waarschuwing, waarna u niet meer verder unt met de reiniging. Vervang óf de batterij óf gebrui een gelijstroomoppeling en begin weer vanaf stap 1. Selecteer [OK]. Dru op de toets <U> om [OK] te selecteren en dru vervolgens op <0>. s De spiegel wordt opgelapt en de sluiter wordt geopend. s CLEA n nippert op het LCD-paneel. 39

3 De CMOS-sensor reinigenn 4 5 Reinig de beeldsensor. Gebrui een blaasbuisje (in de handel verrijgbaar) om stof op het oppervla van de CMOS-sensor voorzichtig te verwijderen. Stop met reinigen. Zet de aan-/uitschaelaar op <2>. s De camera wordt uitgeschaeld, de sluiter gaat dicht en de spiegel wordt weer dichtgelapt. Zet de aan-/uitschaelaar op <1>. U unt weer opnamen gaan maen. 40 Tijdens het reinigen van de beeldsensor moet u geen van de volgende handelingen verrichten. De stroom wordt dan uitgeschaeld. Als de stroom wordt uitgeschaeld, gaat de sluiter dicht, waardoor de sluitergordijnen en de beeldsensor beschadigd unnen raen. De aan-/uitschaelaar op <OFF> zetten. Het desel van de CF-aartsleuf openen. Het desel van het batterijcompartiment openen. Stee het blaasbuisje niet verder dan de lensbevestiging in de camera. Als de stroom wordt uitgeschaeld, zal de sluiter dichtgaan, waardoor de sluitergordijnen en de beeldsensor beschadigd unnen raen. Gebrui een blaasbuisje zonder borsteltje. Een borsteltje an het oppervla van de sensor beschadigen. Gebrui nooit lucht of gas uit flessen om de sensor schoon te maen. De dru an de sensor beschadigen of de spray an de sensor bevriezen. Als de batterij leeg is, lint er een pieptoon en nippert het pictogram <c> op het LCD-paneel. Zet de aan-/uitschaelaar op <2>, vervang de batterij en begin opnieuw. U unt de sensor niet reinigen als batterijgreep BG-E3 (optioneel) op de camera is bevestigd en AA-batterijen de stroomtoevoer verzorgen. Gebrui wisselstroomadapterset ACK700 (optioneel) of gebrui een batterij die voldoende is opgeladen.

3 Uitschaeltijd/Uitschaelen instellen U unt de automatische uitschaeltijd instellen zodat de camera automatisch wordt uitgeschaeld als deze een bepaalde tijd niet is gebruit. Als u niet wilt dat de camera automatisch wordt uitgeschaeld, zet u deze functie op [Uit]. Als de camera automatisch uitschaelt, drut u de ontspannop half in om hem weer in te schaelen. 1 2 Selecteer [Uitschaelen]. Selecteer tab [c]. Dru op de toets <V> om [Uitschaelen] te selecteren en dru vervolgens op <0>. Stel de gewenste tijd in. Dru op de toets <V> om de gewenste tijd te selecteren en dru vervolgens op <0>. 3 CF-aartherinnering Hierdoor wordt vooromen dat er opnamen worden gemaat als er geen CF-aart in de camera zit. Deze instelling an in alle opnamemodi worden geozen. 1 2 Selecteer [Foto zonder CF]. Selecteer tab [c]. Dru op de toets <V> om [Foto zonder CF] te selecteren en dru vervolgens op <0>. Selecteer [Uit]. Dru op de toets <V> om [Uit] te selecteren en dru vervolgens op <0>. Als [Uit] is ingesteld en u op de ontspannop drut terwijl er geen CF-aart in de camera zit, wordt no CF (Geen CF-aart) weergegeven in de zoeer. 41