Inspelen op innovaties



Vergelijkbare documenten
ARBO, kwaliteitszorg en hulpverlening geschikt voor niveau 4

Verdieping oogzorg: binoculair zien en anamnese

ARBO, kwaliteitszorg en hulpverlening geschikt voor niveau 2

Inspelen op innovaties geschikt voor niveau 4

Kerntaak 2: Verricht verkoop- en advieswerkzaamheden

Keuzedeel mbo. Zorg en technologie. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0137

Mensen met niet-aangeboren hersenletsel

Mensen met niet-aangeboren hersenletsel

Zorginnovaties en technologie

Keuzedeel mbo. Arbeidsparticipatie. behorend bij één of meerdere kwalificaties mbo

Security in systemen en netwerken 1

Assisteren bij Sport en Recreatie

Mensen met licht verstandelijke beperking met moeilijk verstaanbaar gedrag

Geneesmiddelenkennis

Logistiek in het MKB

Onderhoud kleine verbrandingsmotoren (buitenboordmotoren, tuin- en parkmachines)

Keuzedeel mbo. Voorbereiding hbo. behorend bij één of meerdere kwalificatiedossiers mbo. Geldig vanaf 1 augustus Crebonr.

Keuzedeel mbo. Elektrisch wikkelen. behorend bij één of meerdere kwalificaties mbo

Verantwoordingsdocument

Kerntaak 1: Begeleidt en verzorgt spreekuren

Kerntaak B1-K1: Voert dienstverlenende werkzaamheden uit

Trajectlijn keuzedeel Zorg en Technologie Code K SBU - niveau 3 Gekoppeld aan Verzorgende- IG (3) en Maatschappelijke Zorg (3)

Keuzedeel mbo. Gebouwenbeheer. behorend bij één of meerdere kwalificaties mbo

Competenties. Overzicht

Keuzedeel mbo. Triage. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0289

Security in systemen en netwerken 2

Kerntaak 1: Ontwerpt producten of systemen

Keuzedeel mbo. Casco Lijmwerk. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0671

Keuzedeel mbo. Verdieping software. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code

Digitale vaardigheden basis

Ondernemend gedrag (geschikt voor niveau 1 en 2)

Eenvoudige reparaties en onderhoudswerkzaamheden aan gevelelementen

Kerntaak 1: Repareert, onderhoudt en maakt standaard revalidatiehulpmiddelen afleveringsklaar

Formulier ontwikkelingsgericht beoordelen en begeleiden Technicus elektrotechnische installaties woning en utiliteit, Niveau 4, crebo 25263

Keuzedeel mbo. 3D-tekenen. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0280

Kenniselementen KD Onderwerp Aantal vragen. Kan de opbouw en werking van het voorste oogsegment en adnexa benoemen en beschrijven

Formulier ontwikkelingsgericht beoordelen en begeleiden Technicus elektrotechnische industriële installaties en systemen, niveau 4, crebo 25262

Basisvaardigheden metaalbewerken

Trajectlijn keuzedeel Zorginnovaties en technologie Code K SBU - niveau 4 Gekoppeld aan MBO - Verpleegkundige (4) en Maatschappelijke Zorg (4)

Kerntaak 1: Beheersen productieproces

Toelichting bij de Voortgangsrapportage Maatschappelijke Zorg

Medisch technische handelingen

VOORTGANGSRAPPORTAGE Pedagogisch Werk Jeugdzorg BOL Leerjaar 2 Praktijk

Formulier ontwikkelingsgericht beoordelen en begeleiden Technicus engineering, crebo

Renovatiewerkzaamheden voor de Schilder

Examenplan EXAMEN EXAMENEENHEID VERSIE

Verantwoordingsdocument

Digitale vaardigheden basis

T: Instructies en procedures opvolgen. 1.2.Bereidt de uitvoering

Kerntaak 1: Onderhoud en modificaties uitvoeren

Kerntaak 1: Onderhoud en modificaties uitvoeren

Kerntaak 1: Voert en verzorgt dieren

Keuzedeel mbo. Voorbereiding hbo. behorend bij één of meerdere kwalificatiedossiers mbo. Geldig vanaf 1 augustus 2013.

Formulier ontwikkelingsgericht beoordelen en begeleiden Technicus elektrotechnische installaties woning en utiliteit, crebo 25263

Carrosserieschade herstellen met behulp van scheidende en verbindende technieken

Keuzedeel mbo. Duurzaam stukadoren. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0027

Formulier ontwikkelingsgericht beoordelen en begeleiden Commercieel technicus engineering, crebo

Kerntaak 1: Installeert technische installaties

Kerntaak 1: Vervaardigt elektrotechnische (deel-)producten

Kerntaak 1: Voert onderhoud uit

Competentie en component(en) Prestatie-indicator. Analyseren Informatie genereren uit gegevens Informatie uiteenrafelen

Formulier Ontwikkelingsgerichte beoordeling

Verrijking leervaardigheden

Kerntaak 1: Vervaardigt onderdelen voor vliegtuigen en verricht reparaties en modificaties.

Verdieping sociale zekerheid

Bereiden en aseptisch handelen

Overzicht kerntaken, werkprocessen, prestatie-indicatoren gekoppeld aan examenproducten

Examenplan EXAMEN EXAMENEENHEID VERSIE

Klantcontact en verkoop

Formulier Ontwikkelingsgerichte beoordeling

Model Praktijkbeoordelaar

Kerntaak 1: Ontwerpt producten of systemen

2. Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken. Oordeel voldoende / onvoldoende * Instelling: Fase: 1 2 3*

Intra- en transmurale zorg

Kerntaak 1: Werkt met natuurlijke/levende/plantaardige producten

Ouder wordende mensen met een verstandelijke beperking

Agile game productie

Formulier Ontwikkelingsgerichte beoordeling

gestructureerd activiteitenprogramma, zodat dit goed leesbaar en hanteerbaar is.

Specificaties. Medewerker maatschappelijke zorg. Verdieping doelgroepen

Formulier ontwikkelingsgericht beoordelen en begeleiden Eerste monteur service en onderhoud elektrotechniek en instrumentatie - niveau 3, crebo 25304

Model Praktijkbeoordelaar

Dak- en gevelbegroening

Examenmatrijs Proeve van Bekwaamheid

Voortplanting en fokkerij

Kerntaak 1: Voert onderhoud uit

De CBP: Competentie Beoordeling Praktijk

Werken op de internationale arbeidsmarkt

Kerntaak 1: Neemt reparatieopdrachten aan

Eisen mbo-certificaat. Ondersteuning thuis

Opleidingsgebied ICT. Niveau Beginnend *zie omschrijving beoordelingscriteria Gevorderd* Bekwaam* Werkproces(sen) Beoordeling* 1 e 2 e eind

Online marketing en het toepassen van e-commerce

Toelichting bij de Voortgangsrapportage Maatschappelijke Zorg

BPV. Profiel praktijkopleider. Norm. Toelichting. Aanpak. Prestatie

1. Algemene informatie over de kwalificatie. A. Functienaam Wellnessmasseur (NGS) 1

Methodisch ontwerpen

Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL

Oriëntatie op ondernemerschap

Kerntaak 1: Bedienen en bewaken van installaties

Beoordelingsformulieren: Uitleg Beoordeling. A: Is in ontwikkeling, maar nog niet op het reproductieve niveau

Transcriptie:

Keuzedeel mbo Inspelen op innovaties behorend bij één of meerdere kwalificatiedossiers mbo Geldig vanaf 1 augustus 2013 Crebonr. Vastgesteld door de minister van [OCW/EZ] op 01-07-2014

Kwalificatiedossier Inspelen op innovaties, dit dossier is een conceptversie. Penvoerder: Ontwikkeld door: 2 van 7

Kwalificatiedossier Inspelen op innovaties, dit dossier is een conceptversie. 1. Algemene informatie D1: Inspelen op innovaties niveau 1 niveau 2 niveau 3 niveau 4 Van toepassing op niveau(s) x x x Studielast 240 240 240 Branche-erkenning nee Behorend bij kwalificatiedossier(s)/profiel(en) Zie www.kwalificatiesmbo.nl Toelichting 3 van 7

Kwalificatiedossier Inspelen op innovaties, dit dossier is een conceptversie. 2. Uitwerking D1-K1: Speelt in op innovatie en verandering binnen de branche Complexiteit De beginnend beroepsbeoefenaar heeft in zijn werk binnen de branche te maken met verschillende factoren die aan verandering onderhevig zijn. Dit kunnen zowel maatschappelijke als technische innovaties en veranderingen zijn die hun weerslag hebben op het product, de bedrijfsvoering, de relatie met de consument, enzovoort. De beginnend beroepsbeoefenaar wordt geacht op een passende manier te reageren op veranderingen. Vaak bestaat dit uit het opvolgen van nieuwe regels/instructies of het omgaan met nieuwe producten. Na enige gewenning is meestal sprake van een routinematige aanpak, waarvoor basiskennis nodig is. Voor niveau 3 geldt aanvullend: De beginnend beroepsbeoefenaar wordt geacht relevante veranderingen in de branche zelf te signaleren. Om vervolgens ook passend te kunnen reageren is kennis en inzicht nodig. De mate van complexiteit verschilt per verandering/innovatie. Soms is bij vernieuwingen sprake van een routinematige aanpak (na enige gewenning), soms gaat het om het aanleren en inzetten van volledig nieuwe handelingen/inzichten. Voor niveau 4 geldt aanvullend: De beginnend beroepsbeoefenaar signaleert relevante veranderingen in de branche tijdig. Om passend te kunnen reageren op veranderingen is (specialistische) kennis en strategisch inzicht nodig. De beginnend beroepsbeoefenaar voorziet ook de mogelijke effecten van vernieuwingen op de bedrijfsvoering en anticipeert hierop. Dit is in de meeste gevallen complex: hij combineert bestaande oplossingen/procedures en bedenkt waar nodig een nieuwe aanpak. Verantwoordelijkheid en zelfstandigheid De beginnend beroepsbeoefenaar heeft een uitvoerende rol. Hij is verantwoordelijk voor het actueel houden van zijn kennis en vaardigheden en de verdere ontwikkeling van zijn vakmanschap. In de praktijk betekent dit, dat hij regelmatig met hulp van zijn leidinggevende terugkijkt op zijn eigen (beroepsmatig) handelen. Voor niveau 3 geldt aanvullend: De beginnend beroepsbeoefenaar selecteert zelfstandig welke vormen van deskundigheidsbevordering voor hem het meeste geschikt en gewenst zijn. Eventueel kan hij daarbij de hulp van zijn leidinggevende inroepen. Voor niveau 4 geldt aanvullend: De beginnend beroepsbeoefenaar reflecteert zelfstandig op zijn eigen (beroepsmatig) handelen. Hij selecteert zelfstandig welke vormen van deskundigheidsbevordering voor hem en het bedrijf het meest geschikt en gewenst zijn. Hij begeleidt en evalueert met verkoop- en allround medewerkers hoe de deskundigheidsbevordering is verlopen. Vakkennis en vaardigheden De beginnend beroepsbeoefenaar: heeft basiskennis van relevante beurzen, vakbladen en scholingsmogelijkheden binnen de branche. heeft basiskennis van manieren om informatie te delen (online, workshops, lezingen en dergelijke). kan met hulp reflecteren op het eigen beroepsmatig handelen. kan professioneel omgaan met positieve en negatieve feedback (geven en ontvangen). kan met hulp relevante scholing, beurzen en vakbladen selecteren uit het totale aanbod. kan omgaan met veranderingen van technische aard die van invloed zijn op zijn functie. kan eigen kennis delen met anderen. kan leren van collega's. 4 van 7

Kwalificatiedossier Inspelen op innovaties, dit dossier is een conceptversie. D1-K1: Speelt in op innovatie en verandering binnen de branche Voor niveau 3 geldt aanvullend: heeft kennis van relevante beurzen, vakbladen en scholingsmogelijkheden binnen de branche. heeft kennis van manieren om informatie te delen (online, workshops, lezingen en dergelijke). Voor niveau 4 geldt aanvullend: heeft kennis van relevante beurzen, vakbladen en scholingsmogelijkheden binnen de branche. heeft kennis van manieren om informatie te delen (online, workshops, lezingen en dergelijke). kan zelfstandig actie ondernemen om de eigen beroepscompetenties verder te ontwikkelen. kan zelfstandig relevante scholing, beurzen en vakbladen selecteren uit het totale aanbod. kan informatie over ontwikkelingen binnen de branche begrijpen en op waarde schatten. kan de vertaalslag maken van gesignaleerde ontwikkelingen naar de eigen beroepspraktijk. kan omgaan met veranderingen van maatschappelijke aard die van invloed zijn op het werken in de branche. kan zelfstandig actie ondernemen om de eigen beroepscompetenties verder te ontwikkelen. kan zelfstandig relevante scholing, beurzen en vakbladen selecteren uit het totale aanbod. kan informatie over ontwikkelingen binnen de branche begrijpen en op waarde schatten. kan de vertaalslag maken van gesignaleerde ontwikkelingen naar de eigen beroepspraktijk. kan de vertaalslag maken van gesignaleerde ontwikkelingen naar gevolgen voor de bedrijfsvoering. kan omgaan met veranderingen van maatschappelijke aard die van invloed zijn op het werken in de branche. kan leren van andere disciplines binnen de branche. D1-K1-W1: Reflecteert op het eigen beroepsmatig handelen in het kader van innovatie. De beginnend beroepsbeoefenaar zorgt dat hij op de hoogte blijft van ontwikkelingen en innovaties die van invloed zijn op zijn beroepsuitoefening. Hij bezoekt in dit kader bijvoorbeeld beurzen en lezingen en leest relevante vakbladen. Hij maakt gebruik van de mogelijkheid om van anderen te leren. Voor niveau 3 geldt aanvullend: De beginnend beroepsbeoefenaar schat in hoe veranderingen/innovaties de branche zijn eigen werk zullen beïnvloeden. Hij deelt informatie en ideeën met vakgenoten. Hij brengt in kaart welke beroepscompetenties hij verder moet ontwikkelen om bij te blijven. Na een inventarisatie van het aanbod selecteert hij, met hulp van zijn leidinggevende, scholing en/of andere activiteiten die passen bij zijn eigen ontwikkeldoelen. Voor niveau 4 geldt aanvullend: De beginnend beroepsbeoefenaar schat in hoe veranderingen/innovaties de branche zijn eigen werk zullen beïnvloeden, op welke termijn dit zal zijn en op welk vlak (medisch, technisch, maatschappelijk, commercieel). Hij signaleert de mogelijke kansen en bedreigingen die hieruit voortvloeien. Hij deelt informatie en ideeën met vakgenoten. Hij brengt in kaart welke beroepscompetenties hij verder moet ontwikkelen om bij te blijven. Na een inventarisatie van het aanbod selecteert hij scholing en/of andere activiteiten die passen bij zijn eigen ontwikkeldoelen. De beginnend beroepsbeoefenaar heeft goed in beeld wat er van hem verwacht wordt. Voor niveau 3 geldt aanvullend: Hij weet welke beroepscompetenties hij verder moet ontwikkelen gezien de ontwikkelingen/innovaties in de branche en onderneemt daarbij passende acties. Voor niveau 4 geldt aanvullend: De beginnend beroepsbeoefenaar heeft een compleet beeld van de veranderingen/innovaties in de branche en onderneemt de benodigde acties, zowel m.b.t. de eigen ontwikkeling als de bedrijfsvoering. - Toont d.m.v. zijn handelen aan te leren van anderen. - Maakt met hulp van de leidinggevende een realistische inschatting van de eigen ontwikkelpunten. De onderliggende competenties zijn: leren, omgaan met verandering en aanpassen 5 van 7

Kwalificatiedossier Inspelen op innovaties, dit dossier is een conceptversie. D1-K1-W1: Reflecteert op het eigen beroepsmatig handelen in het kader van innovatie. Voor niveau 3 geldt aanvullendd: - Onderneemt proactief actie om zich verder te ontwikkelen en bij te blijven in het beroep. - Begrijpt welke kansen en bedreigingen de aankomende verandering/innovatie biedt voor de eigen beroepsuitoefening. - Deelt informatie en kennis met anderen binnen en buiten de organisatie op een begrijpelijke manier. De onderliggende competenties zijn: leren, omgaan met verandering en aanpassen Voor niveau 4 geldt aanvullendd: - Onderneemt proactief actie om zich verder te ontwikkelen en bij te blijven in het beroep. - Maakt consequent gebruik van relevante, gerenommeerde informatiebronnen. - Volgt ontwikkelingen/innovaties (medisch, technisch, maatschappelijk en commercieel) nauwgezet. - Signaleert mogelijke kansen en bedreigingen voor de eigen beroepsuitoefening en voor de bedrijfsvoering op tijd. - Schat kansen en bedreigingen goed in. - Maakt zelfstandig een realistische inschatting van de eigen ontwikkelpunten. - Deelt informatie en kennis met anderen binnen en buiten de organisatie op een begrijpelijke manier. De onderliggende competenties zijn: analyseren, leren, omgaan met verandering en aanpassen 6 van 7

Kwalificatiedossier Inspelen op innovaties, dit dossier is een conceptversie. 7 van 7

Keuzedeel mbo ARBO en kwaliteitszorg behorend bij één of meerdere kwalificatiedossiers mbo Geldig vanaf 1 augustus 2013 Crebonr. Vastgesteld door de minister van [OCW/EZ] op 01-07-2014

Kwalificatiedossier ARBO en kwaliteitszorg, dit dossier is een conceptversie. Penvoerder: Ontwikkeld door: 2 van 9

Kwalificatiedossier ARBO en kwaliteitszorg, dit dossier is een conceptversie. 1. Algemene informatie D1: ARBO en kwaliteitszorg niveau 1 niveau 2 niveau 3 niveau 4 Van toepassing op niveau(s) x x x Studielast 240 240 240 Branche-erkenning nee Behorend bij kwalificatiedossier(s)/profiel(en) Zie www.kwalificatiesmbo.nl Toelichting 3 van 9

Kwalificatiedossier ARBO en kwaliteitszorg, dit dossier is een conceptversie. 2. Uitwerking D1-K1: Draagt bij aan kwaliteitszorg en arbeidsomstandigheden Complexiteit Het werken volgens vastgestelde procedures is niet complex en kan veelal op routinematige wijze worden uitgevoerd (dit staat los van het feit dat de te verrichten handeling die in de procedure is beschreven wel complex kan zijn). Dit vraagt veelal om basiskennis rond kwaliteitszorg en arbeidsomstandigheden. Voor niveau 3 geldt aanvullend: Het in kaart brengen van werkprocedures en vooral het begrijpen van verbanden tussen de diverse werkprocedures is complexer. Dat geldt ook voor het signaleren en analyseren van knelpunten binnen het kwaliteitszorgsysteem. Er zijn niet altijd standaardoplossingen voorhanden om een knelpunt op te heffen. Het vraagt om creatief en oplossingsgericht denken en om kennis rond kwaliteitszorg en arbeidsomstandigheden. Voor niveau 4 geldt aanvullend: Het in kaart brengen van werkprocedures en vooral het begrijpen van verbanden tussen de diverse werkprocedures is complexer. Dat geldt ook voor het signaleren en analyseren van knelpunten binnen het kwaliteitszorgsysteem. Er zijn niet altijd standaardoplossingen voorhanden om een knelpunt op te heffen. Het vraagt om creatief en oplossingsgericht denken en om kennis rond kwaliteitszorg en arbeidsomstandigheden. Nieuwe procedures in het kader van kwaliteitszorg en arbo moeten worden beschreven en vastgelegd. Bestaande procedures moeten indien nodig en wenselijk worden verbeterd. Verantwoordelijkheid en zelfstandigheid De beginnend beroepsbeoefenaar werkt zelfstandig binnen aangegeven kaders. Wanneer dat nodig is, kan hij een beroep doen op zijn leidinggevende of een meer ervaren collega. Hij is verantwoordelijk voor de kwaliteit van zijn eigen werk. Voor niveau 3 geldt aanvullend: Geen aanvulling. Voor niveau 4 geldt aanvullend: Hij werkt zelfstandig. Vakkennis en vaardigheden De beginnend beroepsbeoefenaar: heeft basiskennis van geldende wet- en regelgeving (Arbowet, Arbeidsomstandighedenbesluit). heeft basiskennis van sociale wetgeving (Verzuim, Wet Poortwachter, WIA). heeft basiskennis van veiligheidsaspecten van arbeid. heeft kennis van gezondheidsaspecten van arbeid. kan zijn werk uitvoeren met inachtneming van de voorgeschreven procedures en kaders. Voor niveau 3 geldt aanvullend: heeft basiskennis van relevante certificeringen en keurmerken ( ISO, branchekeurmerken). heeft kennis van doel en hoofdkenmerken van kwaliteitszorgsystemen. heeft kennis van het kwaliteitszorgsysteem binnen de organisatie, in relatie tot bedrijfsprocessen. heeft kennis van rollen en verantwoordelijkheden, rechten en plichten van de betrokkenen. heeft kennis van welzijnsaspecten van arbeid. Voor niveau 4 geldt aanvullend: heeft basiskennis van relevante certificeringen en keurmerken ( ISO, branchekeurmerken). heeft kennis van doel en hoofdkenmerken van kwaliteitszorgsystemen. heeft kennis van het kwaliteitszorgsysteem binnen de organisatie, in relatie tot bedrijfsprocessen. heeft kennis van rollen en verantwoordelijkheden, rechten en plichten van de betrokkenen. heeft kennis van welzijnsaspecten van arbeid. kan knelpunten op het gebied van kwaliteitszorg of arbeidsomstandigheden signaleren. kan onderbouwde verbetervoorstellen presenteren in het kader van kwaliteitszorg en arbo. kan knelpunten op het gebied van kwaliteitszorg of arbeidsomstandigheden signaleren. kan onderbouwde verbetervoorstellen presenteren in het kader van kwaliteitszorg en arbo. kan (losse) procedures beschrijven, vastleggen, evalueren en verbeteren binnen een kwaliteitszorgsysteem. D1-K1-W1: Levert een bijdrage aan de inrichting van het kwaliteitszorgsysteem 4 van 9

Kwalificatiedossier ARBO en kwaliteitszorg, dit dossier is een conceptversie. D1-K1-W1: Levert een bijdrage aan de inrichting van het kwaliteitszorgsysteem De beginnend beroepsbeoefenaar stelt zich op de hoogte van het kwaliteitszorgsysteem binnen de organisatie. Wanneer een reeds voorgeschreven procedure een belemmering vormt voor een optimale werkuitvoering, kaart hij dit aan bij zijn leidinggevende of een meer ervaren collega. Voor niveau 3 geldt aanvullend: Hij evalueert de bestaande procedures en voert gesprekken met belanghebbenden. Wanneer een procedure ontbreekt maakt hij hier melding van bij zijn leidinggevende. Voor niveau 4 geldt aanvullend: Hij evalueert de bestaande procedures en voert gesprekken met belanghebbenden. Hij beschrijft nieuwe procedures en/of voert indien nodig aanpassingen door in bestaande procedures. Hij legt de procedures vast. De beginnend beroepsbeoefenaar is op de hoogte van het kwaliteitszorgsysteem en eventuele belemmeringen zijn aangekaart. Voor niveau 3 geldt aanvullend: De procedures binnen het kwaliteitszorgsysteem zijn geëvalueerd en waar nodig zijn verbeterpunten aangekaart. Voor niveau 4 geldt aanvullend: De procedures binnen het kwaliteitszorgsysteem zijn geëvalueerd. Nieuwe of aangepaste procedures zijn beschreven en vastgelegd. - Verdiept zich grondig in de bestaande werkprocedures. - Werkt consequent en nauwkeurig volgens de voorgeschreven procedures. - Signaleert tijdig eventuele knelpunten in de werkuitvoering en kaart deze helder aan bij de juiste persoon. De onderliggende competenties zijn: samenwerken en overleggen, instructies en procedures opvolgen Voor niveau 3 geldt aanvullendd: - Voert overleg met belanghebbenden, stelt gerichte vragen en geeft verkregen informatie juist weer. - Komt met onderbouwde, haalbare verbetervoorstellen voor vastgestelde knelpunten. - Levert een actieve bijdrage aan verbeteractiviteiten. De onderliggende competenties zijn: samenwerken en overleggen, formuleren en rapporteren Voor niveau 4 geldt aanvullendd: - Ziet de verbanden tussen verschillende procedures en houdt hier rekening mee. - Ziet de impact van het kwaliteitssysteem op de bedrijfsvoering en houdt hier rekening mee. - Voert overleg met belanghebbenden, stelt gerichte vragen en geeft verkregen informatie juist weer. - Beschrijft nieuwe procedures volledig en correct. De onderliggende competenties zijn: samenwerken en overleggen, formuleren en rapporteren, instructies en procedures opvolgen D1-K1-W2: Voert een risico-inventarisatie en -evaluatie uit en realiseert vebeterpunten De beginnend beroepsbeoefenaar werkt op basis van een aangereikt plan van aanpak mee aan het realiseren van verbeterpunten n.a.v. een reeds uitgevoerde risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E). Voor niveau 3 geldt aanvullend: De beginnend beroepsbeoefenaar voert een RI&E uit. Voor niveau 4 geldt aanvullend: De beginnend beroepsbeoefenaar voert een RI&E uit. Hij analyseert de resultaten, trekt conclusies en formuleert verbeterpunten. Hij bespreekt de uitkomsten met relevante belanghebbenden (leidinggevende(n), ondernemingsraad). Hij stelt een plan van aanpak op, waarin beschreven is welke verbeteringen zullen worden gerealiseerd, welke acties daarvoor ondernomen worden, wie dit gaat doen en binnen welke termijn dit gerealiseerd moet zijn. Hij bespreekt met de betrokkenen welke bijdrage van hen wordt verwacht in dit verband. Verbeterpunten voortkomend uit de RI&E zijn gerealiseerd. 5 van 9

Kwalificatiedossier ARBO en kwaliteitszorg, dit dossier is een conceptversie. D1-K1-W2: Voert een risico-inventarisatie en -evaluatie uit en realiseert vebeterpunten Voor niveau 3 geldt aanvullend: Een juist uitgevoerde RI&E. Voor niveau 4 geldt aanvullend: Een juist uitgevoerde RI&E, op basis waarvan een plan van aanpak wordt geformuleerd en verbeterpunten worden gerealiseerd. - Werkt actief en constructief mee aan het realiseren van verbeteringen. De onderliggende competenties zijn: instructies en procedures opvolgen Voor niveau 3 geldt aanvullendd: - Werkt gestructureerd volgens een beproefde RI&E methodiek. De onderliggende competenties zijn: instructies en procedures opvolgen Voor niveau 4 geldt aanvullendd: - Werkt gestructureerd volgens een beproefde RI&E methodiek. - Analyseert de bevindingen nauwkeurig en trekt logische conclusies. - Rapporteert schriftelijk, formuleert duidelijk en geeft een bondige maar volledige weergave van de resultaten. - Geeft een duidelijke toelichting over de werkwijze en de bevindingen aan de relevante belanghebbenden. - Formuleert een helder plan van aanpak in samenspraak met de relevante belanghebbenden. - Stemt benodigde acties duidelijk af met de personen die een bijdrage moeten leveren. De onderliggende competenties zijn: samenwerken en overleggen, formuleren en rapporteren, analyseren, instructies en procedures opvolgen 6 van 9

Kwalificatiedossier ARBO en kwaliteitszorg, dit dossier is een conceptversie. D1-K2: Verleent EHBO en BHV Complexiteit De hulp die de beginnend beroepsbeoefenaar kan en mag verlenen wordt uitgevoerd in de vorm van standaardhandelingen en volgens vaste procedures die nauwgezet gevolgd moeten worden. De situatie waarin de hulpverlening plaatsvindt kan met zich meebrengen dat onder hoge druk gewerkt moet worden. De beginnend beroepsbeoefenaar moet ook onder druk doelgericht en weloverwogen handelen en overzicht bewaren. De uitvoering van de handelingen is dus niet complex, maar de situatie waarin de handelingen verricht worden is dat vaak wel. Kennis rond EHBO en BHV is vereist. Voor niveau 3 geldt aanvullend: Geen aanvulling. Voor niveau 4 geldt aanvullend: Geen aanvulling. Verantwoordelijkheid en zelfstandigheid De beginnend beroepsbeoefenaar is verantwoordelijk voor het adequaat ingrijpen in situaties waar EHBO of BHV wordt gevraagd. Hij verleent de gevraagde hulp zelfstandig. In situaties waarin meerdere mensen EHBO of BHV verlenen, levert hij een bijdrage aan goede samenwerking en neemt hij zo nodig het voortouw. Voor niveau 3 geldt aanvullend: Geen aanvulling. Voor niveau 4 geldt aanvullend: Geen aanvulling. Vakkennis en vaardigheden De beginnend beroepsbeoefenaar: heeft kennis van de manieren om te voorkomen dat er nog meer slachtoffers vallen. heeft kennis van de manier om een slachtoffer te benaderen en relevante gegevens te verzamelen. heeft kennis van de ABC-methode bij EHBO. heeft kennis van de werking en het belang van de vitale organen. heeft kennis van het gevaar is van ernstig bloedverlies en de verschijnselen die daarbij kunnen optreden. heeft kennis van de gevaren van een uitwendige (open) wond. heeft kennis van de begrippen besmetting, ontsteking en infectie. heeft kennis van de gevolgen van een tekenbeet. kan de vijf belangrijke punten bij het verlenen van eerste hulp toepassen. kan kneuzing en verstuiking behandelen. kan ontwrichting en botbreuken behandelen. kan elektriciteitsongevallen behandelen. kan letsels door koude behandelen. kan letsels door warmte behandelen. kan iemand met letsel over korte afstand vervoeren. kan een beginnende brand bestrijden met behulp van kleine blusmiddelen. kan samenwerken met andere BHV-ers (van binnen en buiten de eigen organisatie). 7 van 9

Kwalificatiedossier ARBO en kwaliteitszorg, dit dossier is een conceptversie. D1-K2: Verleent EHBO en BHV Voor niveau 3 geldt aanvullend: heeft kennis van de oorzaken van shock (voor zover relevant voor de te verlenen eerste hulp). heeft kennis van de kenmerken van eerste-, tweede- en derdegraads brandwonden. heeft kennis van de gevaren van elektriciteit, de mogelijke schade en de (on)zichtbaarheid daarvan. heeft kennis van de gevaren van (open) botbreuken en ontwrichtingen. heeft kennis van de gevaren van wervelletsel. heeft kennis van de gevaren bij oververhitting / onderkoeling. heeft kennis van de kenmerken van eerste-, tweede- en derdegraads bevriezing. Voor niveau 4 geldt aanvullend: heeft kennis van de oorzaken van shock (voor zover relevant voor de te verlenen eerste hulp). heeft kennis van de kenmerken van eerste-, tweede- en derdegraads brandwonden. heeft kennis van de gevaren van elektriciteit, de mogelijke schade en de (on)zichtbaarheid daarvan. heeft kennis van de gevaren van (open) botbreuken en ontwrichtingen. heeft kennis van de gevaren van wervelletsel. heeft kennis van de gevaren bij oververhitting / onderkoeling. heeft kennis van de kenmerken van eerste-, tweede- en derdegraads bevriezing. kan adequaat handelen bij stoornissen in het bewustzijn. kan stoornissen van de ademhaling vaststellen en behandelen. kan stilstand van de bloedsomloop vaststellen en behandelen. kan ernstige uitwendige bloedingen behandelen. kan adequaat handelen in geval van shock. kan uitwendige wonden behandelen. kan brandwonden behandelen. kan oogletsels behandelen. kan adequate maatregelen nemen bij vergiftiging. kan doeltreffend communiceren tijdens een calamiteit. kan een gebouw ontruimen en evacueren. kan adequaat handelen bij stoornissen in het bewustzijn. kan stoornissen van de ademhaling vaststellen en behandelen. kan stilstand van de bloedsomloop vaststellen en behandelen. kan ernstige uitwendige bloedingen behandelen. kan adequaat handelen in geval van shock. kan uitwendige wonden behandelen. kan brandwonden behandelen. kan oogletsels behandelen. kan adequate maatregelen nemen bij vergiftiging. kan doeltreffend communiceren tijdens een calamiteit. kan een gebouw ontruimen en evacueren. D1-K2-W1: Verleent hulp bij calamiteiten De beginnend beroepsbeoefenaar verleent eerste hulp bij ongelukken. Hij let op of er (nog steeds) sprake is van een gevaarlijke situatie en neemt zo nodig maatregelen. Hij gaat na wat er is gebeurd en onderzoekt wat het slachtoffer mankeert. Hij stelt het slachtoffer gerust en helpt hem. Vervolgens roept hij (indien nodig) professionele hulp in. In geval van een beginnende brand blust hij het vuur of schakelt hij professionele hulp in. Als dat nodig is, slaat hij alarm en zorgt hij dat het gebouw wordt ontruimd. Er is bij een incident of calamiteit zo gehandeld, dat letsel bij personen of schade aan materiële zaken is voorkomen of zoveel mogelijk beperkt is. - Reageert snel en doortastend in situaties waarin om EHBO of BHV wordt gevraagd. - Maakt een juiste inschatting van de ernst van de verwonding of de omvang van de brand. - Schakelt tijdig professionele hulp in wanneer dat nodig is. - Volgt nauwgezet de procedures en instructies die gelden voor het verlenen van EHBO en BHV. De onderliggende competenties zijn: beslissen en activiteiten initiëren, materialen en middelen inzetten, instructies en procedures opvolgen, samenwerken en overleggen, met druk en tegenslag omgaan 8 van 9

Kwalificatiedossier ARBO en kwaliteitszorg, dit dossier is een conceptversie. 9 van 9

Keuzedeel mbo Basiswerkplaatsvaardigheden optiek behorend bij één of meerdere kwalificatiedossiers mbo Geldig vanaf 1 augustus 2013 Crebonr. Vastgesteld door de minister van [OCW/EZ] op 01-07-2014

Kwalificatiedossier Basiswerkplaatsvaardigheden optiek, dit dossier is een conceptversie. Penvoerder: Ontwikkeld door: 2 van 7

Kwalificatiedossier Basiswerkplaatsvaardigheden optiek, dit dossier is een conceptversie. 1. Algemene informatie D1: Basiswerkplaatsvaardigheden optiek niveau 1 niveau 2 niveau 3 niveau 4 Van toepassing op niveau(s) Studielast x 240 Branche-erkenning nee Behorend bij kwalificatiedossier(s)/profiel(en) Zie www.kwalificatiesmbo.nl Toelichting 3 van 7

Kwalificatiedossier Basiswerkplaatsvaardigheden optiek, dit dossier is een conceptversie. 2. Uitwerking D1-K1: Basiswerkplaatsvaardigheden optiek Complexiteit De beginnend beroepsbeoefenaar werkt aan standaard enkelvoudige brillen uitgevoerd in metaal of kunststof. Voor een deel van de werkzaamheden in de werkplaats van een optiekbedrijf bestaan standaard werkwijzen, zoals het standaard uitrichten van brillen. Andere werkzaamheden, zoals bij het assembleren en repareren van brillen, zijn complexer aangezien ze veel keuzemomenten kennen. Kennis van de mogelijkheden is hierbij van belang. Daarbij maakt de beginnend beroepsbeoefenaar gebruik van diverse gereedschappen, hulpmiddelen en machines. Indien nodig schakelt hij zijn leidinggevende in. Verantwoordelijkheid en zelfstandigheid De beginnend beroepsbeoefenaar heeft een uitvoerende rol. De werkzaamheden voert hij zelfstandig onder verantwoordelijkheid van de opticien uit. Vakkennis en vaardigheden De beginnend beroepsbeoefenaar: heeft basiskennis van montagevoorschriften/mogelijkheden. heeft basiskennis van slijp-/facetteermogelijkheden (standaard enkelvoudige glazen). kan de juiste hulpmiddelen, gereedschappen en materialen gebruiken. kan een tolerantietabel gebruiken m.b.t. standaard enkelvoudige glazen in metalen of kunststof monturen. kan montagetechnieken toepassen. kan montagefouten vaststellen en corrigeren. kan een bril standaard uitrichten. kan de relevante apparatuur bedienen. kan de geleverde glazen controleren. kan brillenglazen in monturen monteren (standaard enkelvoudige glazen in metalen of kunststof monturen). D1-K1-W1: Voorbereiden montage (glazen en montuur) De beginnend beroepsbeoefenaar verwerkt de geleverde goederen van de klantbestelling. Hij vergelijkt de specificaties van de geleverde glazen met de klantbestelling en beoordeelt of deze overeenkomen. De geleverde brillenglazen zijn klaar voor het op maat slijpen. Het juiste montuur is geleverd. - Vergelijkt of de specificaties van de geleverde glazen overeenkomen met de bestelling. - Hanteert de juiste norm bij het beoordelen van de geleverde brillenglazen en monturen. - Rapporteert tijdig afwijkingen van de levering ten opzichte van de geplaatste bestelling. De onderliggende competenties zijn: vakdeskundigheid toepassen, kwaliteit leveren D1-K1-W2: Op maat slijpen, facetteren en monteren van brillenglazen in montuur De beginnend beroepsbeoefenaar stelt de slijpapparatuur in en slijpt de brillenglazen op maat van het montuur. Hij facetteert ze en brengt eventueel groeven aan. Hij controleert of het bewerkingsproces goed verlopen is en voegt brillenglazen en montuur samen tot een bril. Een juist gemonteerde bril met enkelvoudige glazen, ingeslepen volgens het voorschrift. 4 van 7

Kwalificatiedossier Basiswerkplaatsvaardigheden optiek, dit dossier is een conceptversie. D1-K1-W2: Op maat slijpen, facetteren en monteren van brillenglazen in montuur - Brengt het juiste facet aan in de brillenglazen. - Monteert de brillenglazen binnen de tolerantiegrenzen, volgens het brilvoorschrift in het montuur. - Kiest de juiste apparatuur, gereedschappen en materialen. - Hanteert de slijp- en groefmachine op correcte wijze en gebruikt ze effectief. - Werkt snel, precies en bedreven. - Past de geslepen brillenglazen nauwkeurig in het montuur, daarbij beschadigingen voorkomend. - Past tijdig de maat van de geslepen glazen aan als het nodig is. - Levert het werk van de hoogst mogelijke kwaliteit, binnen de gestelde normen. De onderliggende competenties zijn: vakdeskundigheid toepassen, materialen en middelen inzetten, kwaliteit leveren D1-K1-W3: Bril controleren en standaard uitrichten De beginnend beoefenaar controleert de bril op sterkte en montagegegevens. Hij controleert of de montage van de brillenglazen in het montuur moet worden gecorrigeerd. Indien nodig voert hij correcties uit. Vervolgens richt hij de geassembleerde bril standaard uit. Een standaard uitgerichte bril die klaar is om afgepast te worden op de klant. - Controleert aan de hand van de montagegegevens of de brillenglazen en onderdelen volgens de norm zijn gemonteerd. - Bewaakt de kwaliteit van het werk en geeft afwijkingen tijdig aan. - Werkt snel, precies en bedreven. - Levert het werk van de hoogst mogelijke kwaliteit, binnen de gestelde normen. De onderliggende competenties zijn: vakdeskundigheid toepassen, kwaliteit leveren D1-K1-W4: Brillen en zonnebrillen repareren De beginnend beroepsbeoefenaar achterhaalt het probleem, draagt oplossingen aan voor de reparatie van de bril of zonnebril, geeft advies en overlegt met de klant. Hij repareert de bril of zonnebril. Hij vervangt onderdelen en brengt indien nodig aanpassingen aan. Een gerepareerde bril of zonnebril. - Geeft voor de klant begrijpelijke informatie en formuleert een passend advies over reparatiemogelijkheden. - Voldoet zoveel mogelijk aan de verwachtingen van de klant en controleert dat bij de klant. - Geeft duidelijk en correct aan wat de reparatiekosten zullen zijn. - Repareert de bril of zonnebril accuraat. - Werkt snel, precies en bedreven. De onderliggende competenties zijn: presenteren, vakdeskundigheid toepassen, op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten D1-K1-W5: Apparatuur en gereedschappen onderhouden 5 van 7

Kwalificatiedossier Basiswerkplaatsvaardigheden optiek, dit dossier is een conceptversie. D1-K1-W5: Apparatuur en gereedschappen onderhouden De beginnend beroepsbeoefenaar voert periodiek onderhoud uit aan apparatuur en gereedschappen. Waar nodig wordt de apparatuur gereinigd en/of gekalibreerd. De apparatuur functioneert binnen de gestelde eisen en gereedschappen zijn in goede conditie beschikbaar voor dagelijks gebruik. - Zorgt ervoor dat te gebruiken materialen en middelen op ieder moment goed onderhouden zijn. - Volgt instructies en aanwijzingen met betrekking tot het onderhouden, reinigen en kalibreren. - Houdt zich aan voorgeschreven (werk)procedures. - Voert onderhoud veilig en volgens de voorschriften uit. De onderliggende competenties zijn: materialen en middelen inzetten, instructies en procedures opvolgen 6 van 7

Kwalificatiedossier Basiswerkplaatsvaardigheden optiek, dit dossier is een conceptversie. 7 van 7

Keuzedeel mbo Verdieping Oogzorg behorend bij één of meerdere kwalificatiedossiers mbo Geldig vanaf 1 augustus 2013 Crebonr. Vastgesteld door de minister van [OCW/EZ] op 01-07-2014

Kwalificatiedossier Verdieping Oogzorg, dit dossier is een conceptversie. Penvoerder: Ontwikkeld door: 2 van 12

Kwalificatiedossier Verdieping Oogzorg, dit dossier is een conceptversie. 1. Algemene informatie D1: Verdieping Oogzorg niveau 1 niveau 2 niveau 3 niveau 4 Van toepassing op niveau(s) Studielast x 720 Branche-erkenning nee Behorend bij kwalificatiedossier(s)/profiel(en) Zie www.kwalificatiesmbo.nl Toelichting 3 van 12

Kwalificatiedossier Verdieping Oogzorg, dit dossier is een conceptversie. 2. Uitwerking D1-K1: Sferische contactlenzen Complexiteit De beginnend beroepsbeoefenaar houdt zich met name bezig met standaardprocedures en methoden, die hij, wanneer de situatie dat vereist, combineert. Hij maakt zelf de inschatting wanneer hij welke procedures gebruikt. De werkzaamheden zijn divers maar gestructureerd, omdat er vaste stappen en volgordes zijn bij het handelen. Wel heeft hij te maken met verschillende typen klanten, die hij steeds moet inschatten en waarop hij zijn gedrag tot op zekere hoogte moet aanpassen. Voor de uitvoering van het werk is kennis van sferische contactlenzen nodig (zowel voor wat betreft sterkte als geometrie), die verder gaat dan de kennis van de opticien die dit keuzedeel niet heeft doorlopen, maar die minder ver gaat dan de kennis van de contactlensspecialist (post mbo). Afbreukrisico schuilt in verkeerd uitgevoerde metingen, verkeerde interpretatie van meetresultaten en/of niet passende adviezen, waardoor de klant ontevreden is en/of mogelijk klachten krijgt. Verantwoordelijkheid en zelfstandigheid De beginnend beroepsbeoefenaar heeft een uitvoerende en analyserende rol binnen vastgestelde kaders. Hij voert de werkzaamheden zelfstandig uit, onder toezicht van een optometrist of contactlensspecialist en speelt daarbij in op wisselende omstandigheden. Vakkennis en vaardigheden De beginnend beroepsbeoefenaar: heeft kennis van externe parameters bij toepassing van contactlenzen (lidspleethoogte, corneadiameter, pupildiameter). heeft kennis van sferische contactlenstypen en -materialen. heeft kennis van zachte sferische lenzen (parameters, pasvorm). heeft kennis van vormstabiele sferische lenzen (parameters, pasvorm). kan de radius van de cornea meten (centraal) met behulp van een keratometer. kan de vorm van de cornea vaststellen met behulp van een topograaf. kan spleetlamponderzoek uitvoeren m.b.v. verschillende belichtingsmethodieken. kan berekeningen met betrekking tot contactlenzen uitvoeren (omrekenen sterktes, V-factor, referentiewaarde, traanlens, overrefractie). kan contactlenzen hanteren (inzetten, uithalen, onderhoud). kan het belang van onderhoud en compliance bij contactlensgebruik overbrengen aan de klant. kan een BUT-meting uitvoeren. kan instructie m.b.t. contactlenzen geven (inzetten, uithalen en onderhoud) D1-K1-W1: Voert vooronderzoek uit in relatie tot sferische contactlenzen. De beginnend beroepsbeoefenaar bepaalt de geschiktheid van het oog en de mogelijkheden voor het dragen van sferische contactlenzen. Hij voert een visuele controle van het oog uit en verricht verschillende metingen en berekeningen. Hij meet de oogsterkte, de cornearadii, het traanvolume en hij bepaalt de kwaliteit van het traanvocht en beoordeelt de kwaliteit van de traanlaag. Hij onderzoekt het voorste oogsegment en controleert het op afwijkingen. Hij bepaalt of het oog geschikt is voor sferische contactlenzen op basis van het vooronderzoek en registreert de klantgegevens. Hij adviseert de klant. De gegevens zijn verzameld en een passend advies met betrekking tot sferische contactlenzen is geformuleerd. - Voert de metingen m.b.t. de cornea nauwkeurig en juist uit. - Inspecteert oog en adnexa volgens protocol. - Beoordeelt nauwkeurig de kwaliteit van de traanlaag door middel van een BUT-meting. - Hanteert de apparatuur op voorgeschreven wijze. - Voert berekeningen met betrekking tot sferische contactlenzen correct uit. - Bepaalt de geschiktheid van het oog voor sferische contactlenzen op basis van de gegevens uit het vooronderzoek. - Registreert de klantgegevens volgens het bedrijfsvoorschrift/soep-protocol. 4 van 12

Kwalificatiedossier Verdieping Oogzorg, dit dossier is een conceptversie. D1-K1-W1: Voert vooronderzoek uit in relatie tot sferische contactlenzen. - Formuleert een passend advies in relatie tot sferische contactlenzen. De onderliggende competenties zijn: vakdeskundigheid toepassen, materialen en middelen inzetten D1-K1-W2: Voert een basale inspectie uit van lens en oog. De beginnend beroepsbeoefenaar voert een basale inspectie uit bij een contactlensdragende klant, om te achterhalen of de contactlenzen nog aan de wensen van de klant voldoen en/of er afwijkingen zijn ten aanzien van de status. Hij voert een visuscontrole, overrefractie en spleetlamponderzoek uit met contactlenzen en (indien nodig) zonder contactlenzen. De beginnend beroepsbeoefenaar zet de lenzen in en neemt deze uit bij de klant. Hij adviseert de klant. Indien nodig maakt hij een vervolgafspraak met de contactlensspecialist of optometrist. Hij beschrijft zijn bevindingen in de status. De klant is geïnformeerd of hij de lenzen wel of niet kan blijven dragen en zo nodig is een vervolgafspraak gemaakt bij de contactlensspecialist of optometrist. - Inspecteert met behulp van de juiste belichtingstechnieken het voorste oogsegment en de contactlens. - Hanteert de apparatuur op de voorgeschreven wijze. - Neemt, indien nodig, zelfstandig de lenzen uit bij de klant en zet ze ook weer in. - Formuleert een passend advies. - Verwerkt de bevindingen en legt deze volgens protocol vast. De onderliggende competenties zijn: vakdeskundigheid toepassen, materialen en middelen inzetten, op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten 5 van 12

Kwalificatiedossier Verdieping Oogzorg, dit dossier is een conceptversie. D1-K2: Binoculair zien Complexiteit Ten opzichte van de standaardprocedures beschreven in het profieldeel gaan de kennis en vaardigheden in dit keuzedeel verder en dieper. De beginnend beroepsbeoefenaar maakt zelf de inschatting wanneer hij welke procedures gebruikt. De werkzaamheden zijn divers maar gestructureerd, omdat er vaste stappen en volgordes zijn bij het handelen. Wel heeft hij te maken met verschillende typen klanten, die hij steeds moet inschatten en waarop hij zijn gedrag tot op zekere hoogte moet aanpassen. Voor de uitvoering van het werk is specialistische kennis nodig. Afbreukrisico schuilt in verkeerd uitgevoerde metingen, verkeerde interpretatie van meetresultaten en/of niet passende adviezen, waardoor de klant ontevreden is en mogelijk klachten krijgt. Verantwoordelijkheid en zelfstandigheid De beginnend beroepsbeoefenaar voert zijn werkzaamheden zelfstandig uit en speelt in op wisselende omstandigheden. Hij heeft een analyserende en uitvoerende rol binnen vastgestelde kaders. Hij interpreteert zelfstandig de uitkomsten van onderzoeken, maar kent zijn grenzen en overlegt indien nodig met een hoger opgeleide collega. Vakkennis en vaardigheden De beginnend beroepsbeoefenaar: heeft specialistische kennis van binoculair zien (waaronder tropie en forie). heeft specialistische kennis van accommodatie en convergentie en hun relatie (fysiologie, stoornis, pathologie). heeft specialistische kennis van oogbewegingen (neurologisch, mechanisch, fysiologisch/pathologisch). heeft specialistische kennis van prismatische correcties (heteroforie correctie). kan binoculaire testen uitvoeren: covertest, spierbalanstesten met en zonder fusie, motiliteit (versies en ducties), accommodatie amplitude (AA), nabijpuntconvergentie (NPC), stereopsistest. kan binoculaire testen en technieken hanteren (roodgroen, gepolariseerde balanstest, binoculair nevelen). D1-K2-W1: Voert refractie uit met behulp van de skiascoop. De beginnend beroepsbeoefenaar verricht een objectieve oogmeting (refractie) met behulp van de skiascoop. Hij legt de procedure uit aan de klant en geeft instructie. Hij zorgt dat de meting accommodatievrij wordt verricht en zorgt dat de klant tijdens de metingen niet onnodig wordt belast. Hij corrigeert de sferische component en bepaalt de exacte asrichting en de sterkte van de cilinder. Hij legt de objectieve correctie vast in de status. De objectieve refractie is op een correcte wijze uitgevoerd, de gegevens zijn juist bepaald en eenduidig vastgelegd in de status. - Hanteert de skiascoop op de voorgeschreven wijze. - Plaatst het juiste werkglas. - Biedt de juiste optotypen aan op een goede afstand. - Bepaalt de sterkte in beide hoofdrichtingen op de juiste wijze. - Verrekent werkglas of werkafstand correct. - Legt de objectieve meting eenduidig vast in de status. De onderliggende competenties zijn: vakdeskundigheid toepassen, materialen en middelen inzetten, op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten, instructies en procedures opvolgen D1-K2-W2: Verricht een binoculaire oogmeting. De beginnend beroepsbeoefenaar verricht een subjectieve oogmeting onder binoculaire omstandigheden. Legt aan de klant de procedure uit en geeft een instructie. Hij maakt een keuze uit diverse testen en technieken en meet de visus. Hij bepaalt de ideale (binoculaire)correctie en adviseert de klant hierover. Hij bepaalt of de gevonden correctie comfortabel zien tot gevolg heeft. Indien nodig verrekent hij afstanden in het voorschrift. Hij legt de gevonden correctie vast in de status. 6 van 12

Kwalificatiedossier Verdieping Oogzorg, dit dossier is een conceptversie. D1-K2-W2: Verricht een binoculaire oogmeting. De juiste correctie is vastgesteld en het advies is naar tevredenheid van de klant. - Maakt een bewuste keuze uit de voorhanden zijnde testen en technieken (Worth Four Dot, Humphriss, Binoculaire balanstest, etc.). - Verricht de binoculaire refractie volgens protocol. - Verrekent indien nodig nauwkeurig afstanden (vertex, werkafstand) in het voorschrift. - Hanteert de apparatuur volgens protocol. - Formuleert een passend advies en bespreekt dit op een begrijpelijke manier met de klant. - Verwerkt de bevindingen en legt deze eenduidig vast in de status. De onderliggende competenties zijn: vakdeskundigheid toepassen, materialen en middelen inzetten, op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten, instructies en procedures opvolgen D1-K2-W3: Verricht aanvullende binoculaire onderzoeken. De beginnend beroepsbeoefenaar verricht aanvullende binoculaire onderzoeken. Hij legt de klant de te volgen procedure uit en geeft een instructie. Hij maakt aan de hand van het basisonderzoek een gefundeerde keuze uit de beschikbare testen en technieken. Hij voert de onderzoeken uit en interpreteert de onderzoeksgegevens. De beginnend beroepsbeoefenaar vraagt indien nodig door naar aanvullende gegevens. Hij adviseert de klant en roept zo nodig hulp in van een hoger opgeleide collega. Hij legt de gevonden onderzoeksgegevens vast in de status. De aanvullende binoculaire onderzoeken zijn op een juiste wijze uitgevoerd en vastgelegd en de klant heeft een passend advies ontvangen. - Maakt een gefundeerde keuze uit de beschikbare testen (Graefe-prisma, Haase-gerelateerde testen, etc.). - Voert de gekozen testen volgens protocol uit. - Legt de onderzoeksgegevens eenduidig vast in de status. - Schakelt op het juiste moment de hulp in van een hoger opgeleide collega. De onderliggende competenties zijn: vakdeskundigheid toepassen, materialen en middelen inzetten, op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten 7 van 12

Kwalificatiedossier Verdieping Oogzorg, dit dossier is een conceptversie. D1-K3: Anamnese en oogonderzoek Complexiteit In vergelijking tot de gelijke klinische onderdelen uit het profieldeel van de opticien gaat de kennis en het inzicht bij dit keuzedeel verder. Zo moet de beginnend beroepsbeoefenaar meer specialistische kennis bezitten. De aard van de werkzaamheden is gestructureerd als het gaat om de uitvoering van metingen. Hij is echter ook in staat om op basis van een diversiteit aan (meet)gegevens verbanden te leggen en de juiste conclusies te trekken. Voor de uitvoering van het werk is kennis nodig, die verder gaat dan de kennis van de opticien die dit keuzedeel niet heeft doorlopen, maar die minder ver gaat dan de kennis van de optometrist. De beginnend beroepsbeoefenaar moet bovendien vaktaal met betrekking tot oogzorg in het Engels kunnen lezen en begrijpen. Afbreukrisico schuilt in verkeerd uitgevoerde metingen, verkeerde interpretatie van meetresultaten en/of niet passende adviezen, waardoor de klant ontevreden is en mogelijk klachten krijgt. Verantwoordelijkheid en zelfstandigheid De beginnend beroepsbeoefenaar werkt zelfstandig binnen vastgestelde kaders. Hij is verantwoordelijk voor zijn eigen werk en handelen. Hij voert de anamnese en onderzoeken zelfstandig uit en interpreteert de uitkomsten, maar kent zijn grenzen en overlegt indien nodig met een hoger opgeleide collega. Vakkennis en vaardigheden De beginnend beroepsbeoefenaar: heeft specialistische kennis van anatomie/fysiologie van het oog (kenmerken, bouw en functioneren). heeft kennis van systemische pathologie: diabetes, hypertensie, reuma. heeft kennis van pathologie van het oog: cataract, glaucoom, maculadegeneratie, netvliesloslating, retinitis pigmentosa. kan klinische testen uitvoeren en interpreteren: gezichtsveldonderzoek (confrontatievelden), non-contact tonometrie (NCT), amslerkaart, pupilreacties. kan fundusscopie uitvoeren (oogspiegelen). kan Engelse vaktaal omtrent oogzorg lezen en begrijpen. D1-K3-W1: Voert een anamnese uit. De beginnend beroepsbeoefenaar benadert de klant en stelt hem op zijn gemak. Hij neemt op basis van zijn kennis en inzicht een anamnese af. Hij observeert de klant en verzamelt informatie over relevante algemene of oogheelkundige ziekten/aandoeningen. Hij beschrijft de informatie en legt de informatie vast in de status van de klant. Hij stelt een plan op ten aanzien van de uit te voeren (klinische) testen. De analyse is op een juiste wijze uitgevoerd en de uitkomsten zijn in de status vastgelegd. - Werkt tijdens de anamnese volgens protocol. - Legt bijzonderheden eenduidig vast in de status. - Legt de antwoorden van de klant eenduidig vast in de status. - Gebruikt de gegevens uit de anamnese om tot een plan ten aanzien van de uit te voeren (klinische) testen te komen. De onderliggende competenties zijn: formuleren en rapporteren, vakdeskundigheid toepassen, op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten, instructies en procedures opvolgen D1-K3-W2: Meet en beoordeelt oog en adnexa. De beginnend beroepsbeoefenaar meet oog en adnexa op bij de klant. Hij beoordeelt de uitkomsten van de metingen en legt deze vast in de status. Hij legt de bevindingen uit aan de klant en zo nodig aan een hoger opgeleide collega. Hij weet goed in te schatten wanneer het inschakelen van een hoger opgeleide nodig of gewenst is. 8 van 12

Kwalificatiedossier Verdieping Oogzorg, dit dossier is een conceptversie. D1-K3-W2: Meet en beoordeelt oog en adnexa. De metingen met betrekking tot het oog en adnexa zijn juist uitgevoerd, beoordeeld en vastgelegd. - Maakt de hulpmiddelen voor het opmeten goed schoon/gebruiksklaar. - Meet het oog en adnexa volgens protocol. - Legt de uitkomsten van de metingen en beoordeling eenduidig vast in de status. - Schakelt op het juiste moment de hulp in van een hoger opgeleide collega. De onderliggende competenties zijn: formuleren en rapporteren, vakdeskundigheid toepassen, materialen en middelen inzetten, op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten, instructies en procedures opvolgen D1-K3-W3: Voert klinische testen uit en interpreteert deze. De beginnend beroepsbeoefenaar voert naar aanleiding van de anamnese relevante klinische testen uit. Hij interpreteert de uitkomst van de testen en legt deze vast in de status van de klant. Hij legt de bevindingen uit aan de klant en zo nodig aan een hoger opgeleide collega. De relevante klinische testen zijn correct uitgevoerd, geïnterpreteerd en vastgelegd. - Bereidt de klinische testen juist voor (middelen en apparatuur schoongemaakt, gebruiksklaar). - Voert de klinische testen volgens protocol uit. - Interpreteert de testen juist. - Legt de uitkomsten van de testen eenduidig vast in de status. - Legt de uitkomsten op een voor de klant begrijpelijke manier uit. - Schakelt op het juiste moment hulp in van een hoger opgeleide collega. De onderliggende competenties zijn: formuleren en rapporteren, vakdeskundigheid toepassen, materialen en middelen inzetten, op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten, instructies en procedures opvolgen 9 van 12

Kwalificatiedossier Verdieping Oogzorg, dit dossier is een conceptversie. D1-K4: Low-vision Complexiteit Vergeleken met het profiel van de opticien gaan de kennis en vaardigheden in dit keuzedeel verder en dieper. De aard van de werkzaamheden is gestructureerd. Variatie in het werk heeft vooral betrekking op de specifieke kenmerken van verschillende klanten (klachten, wensen en verwachtingen). Voor de uitvoering van het werk is specialistische kennis nodig. Afbreukrisico schuilt in niet-passende adviezen of onvolledige voorlichting, waardoor het probleem van de klant niet (helemaal) wordt opgelost en/of de klant teleurgesteld is over de bereikte resultaten. Verantwoordelijkheid en zelfstandigheid De beginnend beroepsbeoefenaar voert zijn werkzaamheden zelfstandig uit en speelt in op variërende omstandigheden. Hij heeft een analyserende en uitvoerende rol en werkt binnen vastgestelde kaders. Hij interpreteert zelfstandig de uitkomsten van onderzoeken, maar kent zijn grenzen en overlegt indien nodig met een hoger opgeleide collega. Vakkennis en vaardigheden De beginnend beroepsbeoefenaar: heeft kennis van fysische en theoretische optica. heeft specialistische kennis van slechtziendheid (definitie, oorzaken en prevalentie). heeft specialistische kennis van gezichtshulpmiddelen bij slechtziendheid (loep, leesglas, prismaloepenbril, telescoopbril). heeft specialistische kennis van de mogelijkheden, maar vooral ook de onmogelijkheden van een vergrotend hulpmiddel. kan adviseren een specialist te raadplegen. kan advies geven omtrent de aanpassing van een vergrotend hulpmiddel. D1-K4-W1: Bepaalt de benodigde vergroting De beginnend beroepsbeoefenaar doet navraag bij de klant over de gewenste werkzaamheden en de visuele beperkingen die hij hierbij ervaart. Hij legt de klant de procedure uit en geeft een instructie. Hij bepaalt het gezichtsvermogen (visus) met behulp van relevante testen. Hij interpreteert de verzamelde gegevens en bepaalt de benodigde vergroting. Hij controleert of de bepaalde vergroting het gewenste resultaat geeft. Hij bespreekt de conclusie met de klant en legt deze vast in de status. De benodigde vergroting is correct en passend bij de wensen van de klant bepaald en de gegevens zijn eenduidig vastgelegd in de status. - Bepaalt de visus monoculair en binoculair juist. - Biedt de juiste optotypen aan op de gewenste afstand(en). - Bepaalt de juiste benodigde vergroting. - Legt de onderzoeksgegevens eenduidig vast in de status. De onderliggende competenties zijn: vakdeskundigheid toepassen, materialen en middelen inzetten, op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten D1-K4-W2: Adviseert over vergrotende hulpmiddelen. De beginnend beroepsbeoefenaar adviseert de slechtziende klant over een vergrotend hulpmiddel. Hij geeft informatie hoe de vergroting bereikt kan worden en/of hoe beperkingen zijn te verminderen. Hij adviseert over een methode van vergroten die past bij de beperking en werkzaamheden van de klant en geeft informatie over de kenmerken van het vergrotende hulpmiddel. De beginnend beroepsbeoefenaar demonstreert de mogelijkheden van - en werkwijze bij- het geadviseerde vergrotende hulpmiddel. Hij stelt een leveringsvoorschrift op van het te bestellen hulpmiddel (loep, leesglas). De beginnend beroepsbeoefenaar geeft uitleg over kijkersystemen. Hij legt uit hoe de klant een low-vision-specialist of patiëntenvereniging kan raadplegen. 10 van 12