Een BWK-eenheid kan een Europees habitattype, een natuurstreefbeeld van regionaal belang, vermeld in bijlage 4, of een andere vegetatie zijn.

Vergelijkbare documenten
Analyse van een aantal eenheden van de Biologische waarderingskaart

BIOLOGISCHE WAARDERINGSKAART versie 2 LIJST VAN DE KARTERINGSEENHEDEN. Klassen van de karteringseenheden

Referentiewaarden grondwaterpeilen grondwaterafhankelijke habitats volgens dataset van NICHE

Bomen, vegetatie en kleine landschapselementen verwijderen of aanpassen

Het natuurbeheerplan. Beheerteamdag,

CASUS: Beheer- en monitoringsubsidie voor Erkende Natuurreservaten Dieter Mortelmans, Rolinde Demeyer en Francis Turkelboom.

Een kluwen van bostypes, bosindelingen. Ecopedia wijst de weg.

Handleiding natuurbeheerplan DEEL 2 Inventaris

Advies over de verenigbaarheid van het leefgebied van enkele habitattypische soorten met Natura 2000-habitats en regionaal belangrijke biotopen

Handleiding invulformulier_natuurbeheerplan_subsidies

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP

Handleiding Rekenblad subsidies Versie 13/03/2018

Natuurstreefbeelden bos. Natuurmanagement: natuurstreefbeelden bos

Europees beschermde natuur

Voortoets rapport Datum: 14/09/2016

Actualisatie van de Biologische Waarderingskaart en Natura 2000 Habitatkaart in Mol-Postel

BIJLAGE: Kritische depositiewaarden voor stikstof voor Natura 2000 habitattypen

Ministerieel besluit houdende de uitbreiding van het erkend natuurreservaat Heidebos (nr. E-147)

uw kenmerk ons kenmerk Bijlagen 6 IN/A/2002/237 vragen naar / telefoonnummer Datum 28/11/2002

De biologische waarderingskaart en habitatkaart. Natuurmanagement: kaartmateriaal

45718 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

De biologische waarderingskaart en habitatkaart. Natuurmanagement: kaartmateriaal, BWK en Habitatkaart

Advies betreffende de toegekende bemestingsklassen in het gewestelijk RUP Herstructurering Vissenakker en omgeving in uitvoering van het Mestdecreet

BIJLAGE: Kritische depositiewaarden voor verzuring voor Natura 2000 habitattypen

Actualisatie van de Biologische Waarderingskaart en Natura 2000 Habitatkaart i.h.k.v. het GRUP 'Uitbreiding transportbedrijf H.

DE VEGETATIES van NEDERLAND - Schaminée e.a. Overzicht van de Klassen van Plantengemeenschappen

Advies over de toegekende bemestingsklassen in het gewestelijk RUP Zwinpolders in uitvoering van het Mestdecreet

9 Bijlagen 222. Bij de opmaak van de kwetsbaarheidskaart voor ecotoopverlies werd volgende werkwijze gevolgd:

Advies betreffende de toegekende bemestingsklassen in het gewestelijk RUP Erfgoedlandschap Abdij van Westmalle in uitvoering van het Mestdecreet

Biotoop heide. Cursus natuurmanagement, 2019

Code goede praktijk Beheermonitoring

Advies over de toegekende bemestingsklassen in het gewestelijk RUP Poelberg - Meikensbossen in uitvoering van het Mestdecreet

VR DOC.0722/3

Officiële naam regeling: Openstellingsbesluit 2018 Subsidieverordening Natuur- en Landschapsbeheer Limburg 2016

Advies over de toegekende bemestingsklassen in het gewestelijk RUP Volvo Trucks Gent wijziging deelplan 18 in uitvoering van het Mestdecreet

PROVINCIAAL BLAD. Openstellingsbesluit 2018 Subsidieverordening Natuur- en Landschapsbeheer Limburg 2016

PROVINCIAAL BLAD. Hoofdstuk 1 Natuur- en landschapsbeheer binnen een natuurterrein

Bijlage 1 behorende bij artikel 23, lid 1 van het Openstellingsbesluit 2017 SNL onderdeel natuur en SKNL

Natuurbeheerplan en kaartmateriaal. Natuurmanagement: natuurbeheerplan

Gelet op artikel 3, tweede lid en artikel 5, tweede lid, van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013;

PROVINCIAAL BLAD. Openstellingsbesluit Fryslân 2017 Natuurbeheer en aanvullend openstellingsbesluit 2017 Agrarisch Natuurbeheer

PROVINCIAAL BLAD. Provincie Overijssel Subsidiestelsel Natuur- en Landschapsbeheer Openstelling Natuurbeheer 2018

Bijlage tarieven begrotingsjaar 2016 in euro s per eenheid De jaarvergoeding voor de natuurbeheertypen, opgenomen in bijlage 1

Respect voor schoonheid. Oog voor detail

Toelichting 2: Kwetsbaar gebied natuur door gewestplannen

Brakelbos (Brakel) Yves Adams

Natuurstreefbeelden inleiding

PROVINCIE FLEVOLAND Provinciaal Bla(j

PROVINCIAAL BLAD. Openstellingsbesluit Natuurbeheer /26 Nummer

Openstellingsbesluit 2017 SNL onderdeel Natuur

Ontwerp Natuurbeheerplan 2017

GWATE s: het punt in Afrika waar Habitatrichtlijn en kaderrichtlijn Water elkaar ontmoeten?

PROVINCIAAL BLAD. Nr. 7229

Hoofdstuk 4 Opmerkingen en aanvullingen bij de lijst van karteringseenheden

Natuurbeheerplan Wolfsputten en Park Renbaan

Index Natuur en Landschap versie feb 2009

Natura 2000 gebied Savelsbos

De Brusselse Hoofdstedelijke Regering,

PROVINCIAAL BLAD. Dit besluit treedt in werking op de dag na publicatie in het Provinciaal Blad.

Vilda / Yves Adams. Wegwijs in het natuurbeheerplan AGENTSCHAP NATUUR & BOS

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP

Biologische Waarderingskaart en Natura 2000 Habitatkaart, uitgave 2014

PROVINCIAAL BLAD. Provincie Zeeland - Openstellingsbesluit Subsidiestelsel natuur en landschapsbeheer Zeeland 2017

Bijlage 1 CODE VOOR GOEDE NATUURPRAKTIJK I.F.V. WIJZIGING VAN VEGETATIE EN VAN KLEINE LANDSCHAPSELEMENTEN

Addendum Natuurtoets Natuurbeschermingswet. Aanpassing fietspad Rozendijk; kruising Bakkenweg Westerslag

Karteringseenheden Biologische Waarderingskaart

Natuurmanagement specialisatie boswachter

Instandhoudingsdoelen Nederlandse Natura gebieden

PROVINCIE FLEVOLAND Provinciaal Blad

Advies over de ecologische impact van het project waterberging Bosbeek- Witbeek stroomopwaarts Neeroeteren

Provincie Antwerpen Gemeenten Grobbendonk, Vorselaar, Herentals, Lille, Kasterlee, Olen

Natuurmanagement 25/01/2018. Wijziging van vegetatie en KLE. Deel 1: Natuurbehoud en bescherming in Vlaanderen buiten de beschermde gebieden

NATUURVERGUNNINGSAANVRAAG

15.6. Legenda. Antwerpen. Vlaams Brabant

BOEKBESPREKING. Een nieuw overzicht van bosgemeenschappen

Bijlage 13: Koppeling tussen Natura2000-habitattypen en EHSbeheertypen

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

Provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan RWZI BREE. Libost-Groep nv. ontwerp- en adviesbureau NOT01B doc augustus 2008 pag.

Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek - Kliniekstraat Brussel - T.: +32 (0) F.: +32 (0)

Dit document is een bijlage bij het toestemmingsbesluit als bedoeld in artikel 2.7 eerste lid, van het Besluit natuurbescherming.

Paragraaf 1 Continuering natuur- en landschapsbeheer door gecertificeerde beheerders

Dit document is een bijlage bij het toestemmingsbesluit als bedoeld in artikel 2.7 eerste lid, van het Besluit natuurbescherming.

Dit document is een bijlage bij het toestemmingsbesluit als bedoeld in artikel 2.7 eerste lid, van het Besluit natuurbescherming.

Inventarisatie biomassastromen Vlaanderen en Noord-Brabant

Instituut voor Natuurbehoud

Grasland en Heide. Hoofdstuk 2.2 en 2.4

Wilt u verder rekenen of gegevens wijzigen? Importeer de pdf dan in de Calculator.

Dit document is een bijlage bij het toestemmingsbesluit als bedoeld in artikel 2.7 eerste lid, van het Besluit natuurbescherming.

Bron: De Biologische Waarderingskaart. Biotopen en hun verspreiding in Vlaanderen en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. INBO 2011

BRIEFADVIES. 19 april 2012

Natuurmanagement specialisatie beleidsadviseur

Gelet op artikel 3, tweede lid en artikel 5, tweede lid, van de Algemene subsidieverordening Zuid- Holland 2013;

DE VLAAMSE MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR DE VLAAMSE MINISTER VAN FINANCIEN, BEGROTING, WERK, RUIMTELIJKE ORDENING EN SPORT

Voorstel van resolutie. betreffende het behoud van de poldergraslanden en de andere historische permanente graslanden

Cursusmap Natuurmanagement

Dit document is een bijlage bij het toestemmingsbesluit als bedoeld in artikel 2.7 eerste lid, van het Besluit natuurbescherming.

17. Het Duinendecreet: onze kustduinen beschermd...113

Transcriptie:

Bijlage 3. eefbeelden die in aanmerking komen voor terreinen van type, type drie en, en regels voor de beoordeling of het terrein van type voldoende oppervlakte heeft om op duurzame wijze de aanwezige of de te ontwikkelen natuurstreefbeelden in stand te houden vermeld in artikel 23 De natuurstreefbeelden die in aanmerking komen voor terreinen van type, type drie en kunnen bestaan uit natuurstreefbeelden zo bedoeld in de onderdelen A, B of C van deze bijlage, of uit een combinatie ervan. A. eefbeelden In de onderstaande tabel wordt voor terreinen van type, type drie en type vier weergegeven welke in aanmerking komen voor opname in het natuurbeheerplan een te realiseren natuurstreefbeeld. In de eerste kolom in de tabel wordt telkens aangegeven welke de zogenaamde BWK-eenheid is. Met de BWK-eenheid wordt een eenheid bedoeld vermeld in de biologische waarderingskaart die het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek heeft opgesteld. Een BWK-eenheid kan een Europees type, een natuurstreefbeeld van regionaal belang, vermeld in bijlage 4, of een andere vegetatie zijn. In de de kolom wordt bij de betreffende BWK-eenheid gespecifieerd welke aanmerking kunnen komen voor de terreinen van type of type. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen: 1, vermeld in bijlage I van het decreet van 21 oktober 1997; 3 andere dan of regionaal belangrijk biotoop. Voor type drie en komen enkel s of regionaal belangrijke biotopen in aanmerking natuurstreefbeeld. In type kunnen naast de s en regionaal belangrijke biotopen ook andere ecologisch waardevolle in aanmerking komen, die desgevallend in de de kolom van de tabel gespecifieerd worden. Het aankruisen van de betreffende vegetatie, overeenkomstig de BWK-eenheid in de eerste kolom en de specifieke vegetatie vermeld in de de kolom, in de derde of de vierde kolom betekent dat die vegetatie aanmerking komt voor het betreffende terreintype Het te realiseren natuurstreefbeeld kan ook over het geheel van de in het beheerplan opgenomen percelen gedefinieerd worden en uit een combinatie van meerdere uit de onderstaande tabel bestaan. Pagina 1 van 14

1 ; of regionaal Strand en duinen dz: zandbank of zandplaat type 1130 of 1140 dl: strand dla: strand met kunstwerken (golfbrekers, pier) dla*: met embryonale duinontwikkeling en/of rechtstreeks overgaand in duinen dls: strand zonder kunstwerken dls*: met embryonale duinontwikkeling en/of rechtstreeks overgaand in duinen dl*: met embryonale duinontwikkeling en/of rechtstreeks overgaand in duinen type 1130, 1140 of 2110 dd: stuifduinen aan de kust type 2120 hd: droog duingrasland van kalkrijke milieus type 2130 had: droog duingrasland van kalkarme milieus type 2130 of 2150 mp: duinpannevegetatie van kalkrijke vochtige milieus type 2170 of 2190 mz: zeebiesvegetatie type 1130 of 1330 sd: duinstruweel type 2160 qd zuur duinbos type 2180 Slikken en schorren ds: slik type 1130 of 1140 Pagina 2 van 14

1 ; of regionaal da: schorre type 1310, 1320 of 1330 Stilstaande wateren ae: eutrofe plas (diverse plantengemeenschappen) aer: recente, eutrofe plas aev: eutrofe plas met slibrijke bodem (voorbehouden voor natuurlijk ontstane plassen) ah: brakke plas of zilt water (rbbah) ao: oligotroof tot mesotroof water aoo: oligotrofe plas, oligotroof ven (eclusief Littorellion) aom: mesotrofe plas, mesotroof ven (Littorellion) type 2190, 3140, 3150, eutrofe plas (ae, aerr of aev) met (matig) soortenrijke waterplantenvegetatie die geen is rbbah, vermeld in bijlage 4 brakke plas of zilt water (ah) dat geen regionaal belangrijk biotoop is type 3110, 3130, 3140 of 3160 oligotrofe tot mesotrofe plas (ao, aoo of aom) met matig soortenrijke waterplantenvegetatie, die geen is plas (ap of apo) met (matig) soortenrijke waterplantenvegetatie die geen of regionaal belangrijk biotoop is ap: diep of zeer diep water (kunstmatig ontstaan; met water gevulde ontginningsput) apo: diep water met zacht hellende oevers met vegetatie app: diep water met steile vegetatieloze oevers Stromende wateren ds: slik of spuikom type 3270 geen overeenkomstige BWKeenheid Moerassen type 3260 Pagina 3 van 14

1 ; of regionaal mr: rietland (ook andere Phragmition-) mrb: rietland met struik- of boomopslag mru: verruigd rietland mz: brak tot zilt moeras met heen (zeebiesvegetatie) mc: grote zeggenvegetatie (Magnocaricion) type 1130, 1330, 2190, 6430, 7140 rbbmr, vermeld in bijlage 4 rietvegetatie (mr) die geen of regionaal belangrijk biotoop is type 1130 of 1330 brak tot zilt moeras (mz) dat geen of regionaal belangrijk biotoop is type 2190 md: drijfzoom en/of drijftil (afh. van vegetatie of drijftil kan dit of rbb zijn) rbbmc, vermeld in bijlage 4 grote zeggenvegetatie (mc) die geen of regionaal belangrijk biotoop is type afhankelijk van vegetatie op drijftil rbb vermeld in bijlage 4, afhankelijk van vegetatie op drijftil andere vegetatie uit deze kolom die geen Europees te beschermen of regionaal belangrijk biotoop is, afhankelijk van vegetatie op drijftil Pagina 4 van 14

1 ; of regionaal mk: alkalisch laagveen (Caricion davallianae) type 7140 of 7230 mm: galigaanvegetatie type 2190 of 7210 ms: zuur laagveen (Caricion curto-nigrae) kalktufbronnen met tufsteenformatie (Cratoneurion): geen BWKeenheid Heiden en hoogveen dm: binnenlands vegetatiearm stuifduin cg: droge struikheidevegetatie (Calluno-Genistetum, struikheidegemeenschap) cgb: droge struikheidevegetatie met struik- of boomopslag cv: droge heide met bosbes (Calluno-Vaccinietum) ce: vochtige tot natte dopheidevegetatie (Ericetum tetralicis, dopheidegemeenschap) ceb: vochtige tot natte dopheidevegetatie met struikof boomopslag ces: vochtige of natte dopheidevegetatie met elementen uit de hoogveenflora cm: gedegradeerde heide met dominantie van pijpenstrootje type 7140 rbbbms, vermeld in bijlage 4 type 7220 type 2330 type 2310 of 4030 type 4030 type 4010, 6230, 7140 of 7150 Pagina 5 van 14

1 ; of regionaal cmb: door pijpenstrootje gedomineerde heide met struik- of boomopslag cp: gedegradeerde heide met dominantie van adelaarsvaren cpb: door adelaarsvaren gedomineerde heide met struik- of boomopslag cd: gedegradeerde heide met dominantie van bochtige smele cdb: door bochtige smele gedomineerde heide met struik- of boomopslag ct: venige heide met bosbes (Vaccinio-Ericetum) ctm venige heide met bosbes, met dominantie van pijpenstrootje type 4010, 4030, 2310 of 2330 gedegradeerde heide met pijpenstrootje (cm of cmb) die geen is type 4030 gedegradeerde heide met dominantie van adelaarsvaren (cp of cpb) die geen Europees te beschermen is type 4030 of 6230 gedegradeerde heide met bochtige smele (cd) die geen is type 4010 t: hoogveen type 7110 Halfnatuurlijke graslanden ha: struisgrasvegetatie hab struisgrasvegetatie op zure bodem met struik- of boomopslag type 2330 of 6230 rbbha soortenrijke struisgrasvegetatie (ha of hab) die geen Europees te beschermen is Pagina 6 van 14

1 ; of regionaal hc :dotterbloemgrasland (vochtig, licht bemest grasland) hk: graslanden met kalkminnende soorten hkb: graslanden met kalkminnende soorten en met struik- of boomopslag hm: niet bemest, vochtig (hei)schraal grasland - pijpenstrootjesgrasland (Molinion) hme: niet bemest, vochtig pijpenstrootjesgrasland - eutroof type, basiclien (kalkrijk Molinion) hmm: niet bemest, vochtig pijpenstrootjesgrasland - mesotroof type (neutroclien Molinion) hmo: niet bemest, vochtig pijpenstrootjesgrasland - oligotroof type (zuur Molinion) hn: droog heischraal grasland (zure borstelgrasvegetatie (Nardetea)) hnb: zure borstelgrasvegetatie met struik- of boomopslag hu: mesofiel hooiland hub: mesofiel hooiland met struik- of boomopslag Habitattype 2190 of 6410 rbbhc, vermeld in bijlage 4 type 6210 type 6230, 6410 type 6230 type 6120 of 6510 rbbhu soortenrijk mesofiel hooiland (hu of hub) dat geen Europees te beschermen is Pagina 7 van 14

1 ; of regionaal Soortenrijke permanente graslanden hj: vochtig, licht bemest grasland gedomineerd door russen (pitrus en zeegroene rus; geen veldrus) hjb: door russen gedomineerd grasland met boom- of struikopslag hp*: soortenrijk permanent cultuurgrasland met relicten van halfnatuurlijke graslanden hpr*: soortenrijk weilandcomple met veel sloten en/of microreliëf hpr + da: poldergrasland met zilte elementen hpr* + da: soortenrijk poldergrasland met zilte elementen da/hpr*: zilt grasland Ruigten en pionier hf: natte ruigte met moerasspirea (Filipendulion) hfb: natte moerasspirearuigte met struik- of boomopslag hfc: natte moerasspirearuigte met moesdistel hft: natte moerasspirearuigte met poelruit Habitattype 2190 soortenrijk licht bemest grasland (hj of hjb) dat geen is type 2190 of 6510 rbbkam of rbbzil, vermeld in bijlage 4 soortenrijk permanent cultuurgrasland met relicten van halfnatuurlijke graslanden (hp* of hpr*) dat geen of regionaal belangrijk biotoop is type 1310, 1330 type 2190 of 6430 rbbhf vermeld in bijlage 4 hr: verruigd grasland Pagina 8 van 14

1 ; of regionaal hrb verruigd grasland met struik- of boomopslag hr*: verruigd grasland met minder algemene soorten (bv. enkele elementen van halfnatuurlijke graslanden) hrb* verruigd grasland met minder algemene soorten en met boomopslag ku: ruderale ruigte of pioniersvegetatie ook ku*: pionier allerlei en soortenrijke ruigten kub en kub* met boomopslag hv: zinkgrasland (Violion calaminariae) Struwelen sp: doornstruweel (Rubion subatlanticum)(rbbsp) sk: struweel op kalkhoudende bodem (Berberidion) sz: opslag van allerlei aard (vaak op sterk gestoorde gronden) sg: bremstruweel sgb: bremstruweel met boomopslag sgu: gaspeldoornstruweel sf: vochtig wilgenstruweel op voedselrijke bodem type 1130 of 6430 soortenrijk verruigd grasland (hr, hrb, hr* of hrb*) dat geen is type 1130, 3270 of 6430 soortenrijke ruderale ruigte of pioniervegetatie (ku, ku*, kub of kub*) die geen Europees te beschermen is Zinkgrasland met zinkviooltje (hv) type 6430 rbbsp vermeld in bijlage 4 type 6210 of 9150 Soortenrijk natuurlijk struweel (sz) type 2130, 2310, 2330, 4030 of 6230 rbbsg vermeld in bijlage 4 type 2180 of 91E0 rbbsf vermeld in bijlage 4 Pagina 9 van 14

1 ; of regionaal so: vochtig wilgenstruweel op venige of zure grond (rbbso) rbbso, vermeld in bijlage 4 vochtig wilgenstruweel op venige of zure grond (rbbsp) dat geen regionaal belangrijk biotoop is sm: gagelstruweel (Myricetum gale) type 4010, 7140, 7230 rbbsm vermeld in bijlage 4 jun: jeneverbesstruweel type 5130 Vallei- en moerasbossen ru: ruderaal olmenbos (Violo odoratae-ulmetum)r rud: ruderaal olmenbos aan de binnenduinrand vc: elzen-essenbos van bronnen en bronbeken (Carici-Frainetum en Cardamino-Alnetum) va: alluviaal essen-olmenbos (Ulmo-Frainetum) vf: vochtig of vrij vochtig elzen-eikenbos (eventueel met Haagbeuk) vm: mesotroof elzenbos met zeggen (Carici elongatae- Alnetum) vn: nitrofiel alluviaal elzenbos (Macrophorbio-Alnetum) vo: oligotroof elzenbos met veenmossen (Sphagno- Alnetum) vt: venig berkenbos (Vaccinio-Betuletum pubescentis) Eiken- en beukenbossen qe: eiken-haagbeukenbos met Wilde hyacint type 2180 of 91F0 type 91E0 type 91D0 of 91E0 Pagina 10 van 14

1 ; of regionaal type 9130 qa: eiken-haagbeukenbos type 9130 of 9160 qk: eiken-haagbeukenbos op mergel ql: eikenbos met Witte veldbies qs: zuur eikenbos (vaak met ruderale ondergroei) qs*: zuur eikenbos met Lelietje-van-dalen en Dalkruid type 9150 type 9110 type 9120 qb: eiken-berkenbos type 9190 fe: beukenbos met Wilde hyacint fa: beukenbos met voorjaarsflora, zonder Wilde hyacint fm: beukenbos met Parelgras en Lievevrouwebedstro type 9130 type 9120 of 9130 type 9130 fk: beukenbos op mergel type 9150 fl: beukenbos met Witte Veldbies type 9110 fs: zuur beukenbos type 9120 Overige bossen, aanplanten en parken ppmb: aanplant van Grove den met ondergroei van struiken en bomen (rbbppm) ppms: aanplant van Grove den met lage ondergroei rbbppm vermeld in bijlage 4 rbbppm vermeld in bijlage 4 Pagina 11 van 14

1 ; of regionaal (bramen, brem, heide, varens) (rbbppm) Akkers b..* akker met veel en/of zeldzame akkerkruiden Rotsachtige s en grotten niet voor het publiek opengestelde grotten: geen BWK-eenheid soortenrijke akker met veel en/of zeldzame akkerkruiden (b..*) type 8310 B. eefbeelden leefgebieden Een leefgebied van een soort kan in de volgende gevallen in aanmerking komen natuurstreefbeeld: 1 voor type drie en : een ander vegetatie dan die vermeld in onderdeel A, kolom eefbeeld of een klein landschapselement, die vegetatie of dat klein landschapselement van belang is leefgebied en overeenkomt met de ecologische vereisten van het leefgebied van een soort, van een soort die typisch is voor een of van een soort waarvoor er een goedgekeurd soortenbeschermingsprogramma bestaat; 2 voor type a) een andere vegetatie dan die vermeld in onderdeel A of een klein landschapselement die vegetatie of dat klein landschapselement van belang is leefgebied en overeenkomt met de ecologische vereisten van het leefgebied van een soort, van een soort die typisch is voor een of van een soort waarvoor er een goedgekeurd soortenbeschermingsprogramma bestaat; b) een vegetatie vermeld in onderdeel A of een klein landschapselement dat van belang is leefgebied en overeenkomt met de ecologische vereisten van het leefgebied van een overeenkomstig het Soortenbesluit van 15 mei 2009 beschermde soort, die geen soort is. C. eefbeelden procesgestuurde natuur Pagina 12 van 14

In het geval van procesgestuurde natuur kan het te realiseren natuurstreefbeeld ook gedefinieerd worden of bestaan uit een combinatie van meerdere of leefgebieden vermeld in de onderdelen A en B. Daarbij wordt een onderscheid gemaakt tussen mozaïeklandschappen die ontstaan zijn door etensieve begrazing en onbeheerde clima. D. Regels voor de beoordeling van het oppervlaktecriterium bij terreinen van type drie en Het oppervlaktecriterium bij terreinen van type wordt op basis van de volgende elementen beoordeeld: 1 minstens één van de vooropgestelde natuurstreefbeelden moet in één ecologisch aaneengesloten geheel gerealiseerd worden over de minimale oppervlakte vermeld in de volgende opsomming: a) strand en duinen: 5 ha; b) slikken en schorren: 5 ha; c) stilstaande wateren: 0,5 ha; d) moerassen: 0,5 ha; e) heiden en hoogveen: 5 ha; f) halfnatuurlijke graslanden: 0,5 ha; g) soortenrijke permanente graslanden: 5 ha; h) ruigten en pionier: 0,5 ha; i) struwelen: 5 ha; j) bossen: 10 ha; Pagina 13 van 14

2 voor de leefgebieden van soorten, die minder duidelijk afhankelijk zijn van één specifieke uit de lijst in deze bijlage, en die ook niet vallen onder een cluster van vermeld in punt 1, wordt de minimaal nodige oppervlakte bepaald aan de hand van de beoordelingstabellen voor soorten van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek. Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering van <datum> betreffende de natuurbeheerplannen en de erkenning van natuurreservaten. Brussel, <datum> De minister-president van de Vlaamse Regering, Geert BOURGEOIS De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, Joke SCHAUVLIEGE Pagina 14 van 14