Studiekeuze van Amsterdamse VWO-leerlingen



Vergelijkbare documenten
Enquêteresultaten QSK & studiekeuzetevredenheid

Studeren in Nederland

Rapportage Enquête StudieKeuze 2015

Terugblik. - stedenreizen / EEPD / stadswandeling. - lustrum

Monitor schoolloopbanen voortgezet onderwijs

Zoek het uit! Opdrachten. Studiekeuze123.nl

Zoek het uit! Studiekeuze123

Vragenlijst leerlingen nameting

Revisie Keuzegids Universiteiten 2015

Algemene informatie. Beste aanstaande student,

Overzicht Lotingstudies WO Laatste wijziging: 30-aug-2016

Overzicht Lotingstudies WO Laatste wijziging:

ADVANCED TECHNOLOGY UNIVERSITEIT TWENTE TECHNISCHE WETENSCHAPPEN % 100 % 100 % Voorbeeld

Koninklijk Nederlands Instituut van Registeraccountants

STUDIE-EN BEROEPSKEUZE 5 (T)VWO COLLEGE DEN HULSTER 1

Aantal ingeschreven studenten per universiteit naar onderwijstaal, studiejaar

Programma LOB in klas 6 VWO

Overzicht Lotingstudies WO

Stapelaars in het voortgezet onderwijs

Wel of niet naar het buitenland?

Van mbo en havo naar hbo

Schoolloopbanen middelbare scholieren Amsterdam. Lotje Cohen Merel van der Wouden Esther Jakobs

1 of 7 12/23/ :44 PM

Nieuws uit t decanaat 18 september 2018

Informatie-avond vwo4. Welkom

Schoolloopbanen. Deel twee: Een verdieping naar basisschooladvies. In opdracht van: DMO. Projectnummer: Lotje Cohen MSc

Overzicht fixusopleidingen met selectie

AANTAL AANMELDINGEN BACHELOR STUDIEJAAR: 2014 VOLGNUMMER: 22 WEEK: 10

Code opleiding Internationaal en Europees Recht

AANTAL AANMELDINGEN BACHELOR STUDIEJAAR: 2014 VOLGNUMMER: 23 WEEK: 11

DECANAAT OUDERAVOND 5 VWO. 12 september 2017

21PE - Erasmus Universiteit Rotterdam. 21PB - Universiteit Leiden

21PE - Erasmus Universiteit Rotterdam. 21PB - Universiteit Leiden

21PE - Erasmus Universiteit Rotterdam. 21PB - Universiteit Leiden

21PE - Erasmus Universiteit Rotterdam. 21PB - Universiteit Leiden

21PE - Erasmus Universiteit Rotterdam. 21PB - Universiteit Leiden

European Public Administration Namen toetsen

AANTAL AANMELDINGEN BACHELOR STUDIEJAAR: 2014 VOLGNUMMER: 27 WEEK: 15

AANTAL AANMELDINGEN BACHELOR STUDIEJAAR: 2014 VOLGNUMMER: 26 WEEK: 14

*) Dit is ook het aantal respondenten waarop de cijfers en grafieken in dit rapport zijn gebaseerd, tenzij anders aangegeven.

FACTSHEET. Toptalenten VO in het vervolgonderwijs

Wat weet jij over het leenstelsel?!

HET APOLLO MODEL. Figuur 1: Ontwikkeling aantal studenten HBO en WO, Nederland,

HET APOLLO MODEL. Figuur 1: Ontwikkeling aantal studenten HBO en WO, Nederland,

TUSSENBERICHT SELECTIE VAN VOLTIJD MASTEROPLEIDINGEN IN HET WETENSCHAPPELIJK ONDERWIJS EN STUDENTENSTROMEN

Studenten aan lerarenopleidingen

Subsector sociale wetenschappen

Het profiel van West

Onderzoek Alumni Bètatechniek

céáíéå=éå=åáàñéêë= HBO-Monitor 2012: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo juni 2013

Feiten en cijfers. HBO-Monitor 2015: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo. Juni 2016

Overzicht fixusopleidingen met selectie

Overzicht fixusopleidingen met selectie. Hogescholen. d.d. 3 oktober 2016

Programma. Veel veranderd. Wie doen er mee? Studiekeuze: Henk Petrie en oud-leerlingen

Rapportage Toplijsten

Schoolloopbanen in het Amsterdamse voortgezet onderwijs

FACTSHEET. Instroom en succes in de opleiding tot leerkracht. Platform Beleidsinformatie Mei 2013

Overzicht fixusopleidingen met selectie studiejaar Hogescholen. d.d. 1 december 2017

Programma studiekeuzeavond leerjaar 5 & uur Start ronde uur Start ronde uur Start ronde uur individuele vragen

Factsheet persbericht

Nieuwe regels. Inschrijven vóór 1 mei van het examenjaar. Voor numerus fixus opleidingen is de loting afgeschaft

Deficiënties. bij de overstap van vwo naar universiteit voor de opleidingen Geneeskunde Tandheelkunde Diergeneeskunde.

COMMUNICATIE EN INFORMATIE ONDER JONGEREN

Feiten en cijfers. HBO-Monitor 2013: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo. juni 2014

Programma studiekeuzeavond leerjaar 6

Top-50 opleidingen op Qompas StudieKeuze Top-50 favoriete Open Dagen op Qompas StudieKeuze. Surrounded by Talent

Overzicht fixusopleidingen met selectie. Hogescholen. d.d. 17 november Opleidingscode Studiejaar Opleidingsomschrijving Instelling

DECAAN F. Bouwhuis 1

Overzicht opleidingen

Highlights Nationale Studenten Enquête 2015

Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs

LOB De weg naar een vervolgopleiding

Belangstelling van vwo ers voor een bacheloropleiding Nanobiologie

Waarom ga je dat doen volgend jaar?

Decentrale selectie Klinische Technologie

r ipboek voor ouders over studiekeuze

NSKO 2010 Nationaal Studiekeuze Onderzoek Markteffect B.V. Juli 2010

Gap Year onderzoek. 1. Uitkomsten Jongeren

Belangstelling van vwo ers voor de bacheloropleiding Klinische Technologie

Factsheet. HBO-Monitor De arbeidsmarktpositie van hbo-afgestudeerden

Arbeidsmarkt. Bedrijfskunde. Technische bedrijfskunde

Bijlagenummer GV 507

Factsheet. HBO-Monitor De arbeidsmarktpositie van hbo-afgestudeerden

Factsheet. Totale hbo-instroom, inschrijvingen en diploma s

Decentrale selectie. bij de opleiding geneeskunde. Roland Laan

Initiatiefvoorstel Fractie Front Verhogen bedrag bestuursbeurzen

Aanmelden bij de opleiding Media & Entertainment Management (MEM) INHOLLAND Rotterdam

Als je op een site bent, klik dan op vorige en vervolgens op openen om terug te gaan naar het bestand interessante sites.

Factsheet. Samenvatting

Fact sheet. dat de segregatie in het voortgezet onderwijs

De Studiekeuzecheck: voor wie werkt het?

Op welke school zitten onze oud-werkers vmbo nu?

Hier komt de titel van de presentatie

Bijlage 1: Vragenlijst factoren en items

Onderzoeksrapport. Commissie bachelor-master. Robel Michael

Vragenlijst voor minorstudenten

Tussen wens en werkelijkheid: carrièreperspectieven van jonge onderzoekers

Veelgestelde vragen opleiding Tandheelkunde

Mijn rol als decaan op 5 en 6 (t)vwo

Transcriptie:

Studiekeuze van Amsterdamse VWO-leerlingen Foto: FNWI (Interieur), fotograaf Harry van Veenendaal (2012) Projectnummer: 13156 Lotje Cohen MSc Merel van der Wouden MSc drs. Carine van Oosteren drs. Jeroen Slot Bezoekadres: Oudezijds Voorburgwal 300 Telefoon 020 251 0305 Postbus 658, 1000 AR Amsterdam www.os.amsterdam.nl algemeen@os.amsterdam.nl Amsterdam, juni 2014

Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek Inhoud Inleiding 3 Studeren in Amsterdam populair bij Amsterdamse VWO-leerlingen 5 1.1 Vooral leerlingen met profiel N&T trekken Amsterdam uit 5 1.2 Reden om weg te gaan: studie niet in Amsterdam aanwezig 6 1.3 Eerst kiezen voor een studie en dan voor de stad 8 1.4 Vanwege afschaffen studiefinanciering geen tussenjaar 9 1.5 Respons 10 2

Studiekeuze van Amsterdamse VWO'ers Inleiding De reputatie van de kwaliteit van de Amsterdamse universiteiten staat ter discussie. Zo wordt bijvoorbeeld in het verkiezingsprogramma van de Amsterdamse VVD een onvoldoende gegeven aan de Amsterdamse universiteiten: Ze trekken VWO-ers aan met relatief lage examencijfers. Het studieaanbod leidt bovendien tot een slechter dan gemiddeld arbeidsmarktperspectief. 1 Uit een onderzoek naar excellente VWO-leerlingen blijkt dat deze leerlingen minder vaak op een Amsterdamse universiteit zitten. Vooral technische universiteiten en universiteiten met een bèta profiel weten de top 20% excellente Nederlandse VWO-leerlingen aan te trekken. 2 Ook blijkt uit het oordeel van de Keuzegids24 van 2013 dat Amsterdamse universiteiten lager scoren dan gemiddeld, zowel op bachelor- als op masterniveau. 3 De UvA en de VU bachelorstudies hebben beide de laagste totaalscore onder alle Nederlandse universiteiten: 52 punten tegenover de gemiddelde 63 punten. Ook op masterniveau staan de UvA en de VU op de twee onderste plaatsen: 54,5 en 54 punten respectievelijk. Aan de andere kant zijn er regelmatig berichten over behaalde goede resultaten op ranglijsten van Amsterdamse universiteiten. Zo behoren de UvA en de VU in de Academic Ranking of World Universities, ook wel de Shanghai ranking genoemd, samen met nog vijf andere Nederlandse universiteiten tot de 150 beste instellingen wereldwijd. 4 De VU staat in de top 100 op het gebied van levens- en landbouwwetenschappen en sociale wetenschappen. De UvA staat 43e op het gebied van klinische geneeskunde en farmacie en 50e op het gebied van sociale wetenschappen. Daarnaast investeert de gemeente samen met de universiteiten in de aantrekkelijkheid van het studeren in Amsterdam door o.a. het oprichten van het Amsterdam University College en de steun voor het nieuwe Amsterdam Institute of Advanced Metropolitan Solutions, een samenwerking van de TU Delft, Wageningen University en het Massachusetts Institute of Technology (MIT). Dan volgt de vraag: Hoe is het gesteld met de aantrekkelijkheid van de Amsterdamse universiteiten? Om antwoord te geven op deze vraag kun je uit twee gezichtspunten kiezen. De eerste is te kijken naar de instroom, het gezichtspunt van de toekomstige studenten: vinden zij de universiteiten in Amsterdam een aantrekkelijke en kwalitatief hoogwaardige optie? Het tweede gezichtspunt zou zijn vanuit de uitstroom, de mening van werkgevers: vinden zij de afgestudeerden aan een Amsterdamse universiteit een aantrekkelijke kandidaat? 1 VVD Werk voor iedereen, een liberale economische agenda voor werk, werk, werk in een mooier Amsterdam, verkiezingsprogramma VVD Amsterdam 2014-2018 2 School aan zet/platform Bèta techniek Drieluik excellentie, top 20% VWO-leerlingen, december 2012. Excellentie wordt in dit onderzoek gedefinieerd als de 20% VWO-leerlingen met de hoogste eindexamenresultaten. 3 Keuzegids 24 beoordeelt onderwijsinstellingen op basis van accreditaties van het NVAO, studentoordelen en studiesucces. 4 Bron: www.arwu.org 3

Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek In een grootschalig onderzoek onder werkgevers in negen landen is gekeken naar de uitstroomkant. 5 Hierbij is onderzocht welke kenmerken van sollicitanten werkgevers aantrekkelijk vinden. Werkgevers nodigen vooral sollicitanten uit met een relevante vooropleiding en/of werkervaring. Ook is het voor de werkgever aantrekkelijk als de student een gedeelte van de studie in het buitenland heeft gevolgd. Uit dit onderzoek blijkt verder dat de reputatie van een universiteit (of preciezer van een faculteit) van invloed kan zijn op de selectie van sollicitanten. De reputatie van de universiteit is vooral van invloed op het keuzegedrag van werkgevers in combinatie met cijfers van studenten. Sollicitanten die op een universiteit met een lage reputatie hebben gezeten gecombineerd met een (onder) gemiddeld cijfer zijn duidelijk minder aantrekkelijk, zoals een werkgever het verwoordde: Er zijn universiteiten die hebben een lage reputatie, en als de betreffende persoon dan ook nog eens gemiddelde cijfers heeft, dan betekent dit dat het niet een erg slim persoon is. Er is geen reden om aan te nemen dat werkgevers in de regio Amsterdam zouden afwijken van de werkgevers die in dit onderzoek zijn meegenomen. We nemen dan ook het perspectief van de VWO-leerlingen. VWO-leerlingen die vorig jaar eindexamen hebben gedaan hebben we gevraagd naar hun studiekeuze (studie en universiteit), de redenen die ze daarvoor hebben en naar hun eindexamenresultaten. Zo kunnen we antwoord geven op de vraag: trekken de goede Amsterdamse VWO-leerlingen de stad uit om te gaan studeren, of kiezen ze voor een Amsterdamse studie? Hierbij definiëren we goede Amsterdamse scholieren als scholieren met hogere eindexamencijfers, namelijk hoger dan een 7,5 gemiddeld. In dit onderzoek wordt dus enkel gekeken naar de studiekeuze van Amsterdamse VWOleerlingen. Er kan ook gekeken worden naar de studiekeuze van VWO-leerlingen uit de rest van het land: waarom kiest een deel van hen voor een studie aan de UvA of de VU? En neemt het aantal bèta studenten eigenlijk toe in Amsterdam net als in de rest van Nederland? Dit zijn interessante onderzoeksvragen voor vervolgonderzoek. 5 R. van der Velden, ROA Arbeidsmarktkansen van afgestudeerden: het perspectief van werkgevers, Brugconferentie, 27-11-2013 4

Studiekeuze van Amsterdamse VWO'ers Studeren in Amsterdam populair bij Amsterdamse VWO-leerlingen In dit hoofdstuk beschrijven we de resultaten van het onderzoek onder VWO-leerlingen die examen deden in schooljaar 2012/ 13. Hierbij is de hoofdvraag: Gaan goede Amsterdamse VWO-leerlingen buiten Amsterdam studeren? Hierbij definiëren we goede Amsterdamse scholieren als scholieren met hogere eindexamencijfers, namelijk hoger dan een 7,5 gemiddeld. 1.1 Vooral leerlingen met profiel N&T trekken Amsterdam uit Het behaalde examencijfer beïnvloedt niet of een leerling in Amsterdam gaat studeren of juist uit de stad trekt: het gemiddelde examencijfer van de leerlingen die blijven is een 6,8 en van de vertrekkers 6,9. De plannen van de leerlingen voor na het examen hangen wel samen met het gevolgde profiel van de leerlingen, zie figuur 1. 6 Vooral leerlingen die het profiel N&T hebben gevolgd op de middelbare school trekken Amsterdam uit, met name om aan de Technische Universiteit Delft met een technische studie te starten. Figuur 1 Plan voor volgend jaar, naar profiel op middelbare school (procenten) % 100 80 niet studeren 60 overig buiten A'dam technische universiteit 40 in A'dam 20 0 N&T (n=27) E&M en C&M (n=38) C&M (n=55) N&T en N&G (n=92) E&M (n=69) N&G (n=40) 6 Er zijn vier profielen op de middelbare school: Natuur en Techniek (N&T), Natuur en Gezondheid (N&G), Economie en Maatschappij (E&M) en Cultuur en Maatschappij (C&M). Leerlingen kunnen ook meerdere profielen volgen, dit gebeurt vooral bij een combinatie van N&T en N&G (97 leerlingen) en bij een combinatie van E&M en C&M (40 leerlingen). 5

Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek Zoals we in figuur 1 zagen, starten leerlingen met profiel N&T vaker met een studie ergens anders in Nederland (56% tegenover 26%) en minder vaak met een studie in Amsterdam (33% tegenover 55%). Ook leerlingen met een combinatie van de profielen N&T en N&G starten vaker dan gemiddeld met een studie ergens anders in Nederland (32%), ook bij hen zijn de technische studies in Delft populair. Hiernaast gaat echter een grote groep van deze leerlingen een medische studie volgen in Amsterdam. Leerlingen met een combinatie van de profielen E&M en C&M starten ook minder vaak met een studie in Amsterdam (39%) en vaker met een studie ergens anders in Nederland (34%). Veel van deze leerlingen gaan naar de Universiteit Utrecht of naar Leiden University College The Hague. Daarnaast gaat een aanzienlijk deel van de Amsterdamse VWOleerlingen naar de Rijksuniversiteit Groningen of naar de Universiteit Leiden. Figuur 2 Plan voor volgend jaar, naar profiel op middelbare school (procenten) E&M (n=70) N&G (n=42) N&T en N&G (n=95) C&M (n=58) E&M en C&M (n=38) N&T (n=27) totaal (n=336) % 0 20 40 60 80 100 starten met een studie in Amsterdam starten met een studie in het buitenland anders starten met een studie ergens anders in Nederland tussenjaar nemen 1.2 Reden om weg te gaan: studie niet in Amsterdam aanwezig Leerlingen die ergens anders in Nederland of in het buitenland gaan studeren geven als belangrijkste reden dat de opleiding niet in Amsterdam aanwezig is (57% van de leerlingen noemt dit), zie figuur 3. Daarnaast worden als belangrijke redenen genoemd dat ze naar een kwalitatief goede faculteit of universiteit gaan (52%) of een kwalitatief goede opleiding gaan volgen (51%). Leerlingen met het profiel N&T (of met een combinatie van de profielen N&T en N&G) starten vaker met een studie ergens anders in Nederland. Zij doen dit vooral omdat de opleiding die ze willen volgen niet in Amsterdam aanwezig is (68% van hen noemt dit als reden). 6

Studiekeuze van Amsterdamse VWO'ers Figuur 3 Redenen om voor studie buiten Amsterdam te kiezen, n=100 (procenten) 80 % 70 60 50 40 30 20 10 0 opleiding is niet in Amsterdam aanwezig kwalitatief goede faculteit (of universiteit) kwalitatief goede opleiding wil graag op wil graag in een kamers in een echte andere stad studentenstad wonen anders Amsterdam geen leuke stad om te wonen moest zich geen andere ergens voor reden inschrijven, dus dan maar voor deze studie reden 1 reden 2 reden 3 reden 1, 2 en 3 samen De leerlingen die in Amsterdam gaan studeren doen dit vooral omdat ze Amsterdam een leuke stad vinden om te wonen (71% noemt dit als reden) en omdat ze dan bij hun ouders kunnen blijven wonen en geen kamer hoeven te betalen (62%). Als derde en vierde reden wordt genoemd dat ze naar een kwalitatief goede faculteit of universiteit gaan (47%) en dat het een kwalitatief goede opleiding is (37%). Figuur 4 Redenen om voor studie in Amsterdam te kiezen, n=186 (procenten) 80 % 70 60 50 40 30 20 10 0 Amsterdam kan bij ouders kwalitatief leuke stad om wonen en hoef goede faculteit te wonen geen kamer te (of universiteit) betalen kwalitatief goede opleiding andere steden zijn minder leuk dan Amsterdam vrienden blijven ook in Amsterdam anders moest zich geen andere ergens voor reden inschrijven, dus dan maar voor deze studie reden 1 reden 2 reden 3 reden 1, 2 en 3 samen 7

Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek Zes van de tien leerlingen (59%) willen bij hun ouders blijven wonen als ze volgend jaar starten met een studie in Amsterdam. Een kwart van de leerlingen (26%) wil op kamers wonen maar is nog aan het zoeken naar een kamer en 10% heeft al een kamer gevonden. Vijf procent van de leerlingen geeft een ander antwoord op deze vraag. Deze leerlingen zeggen vooral dat ze wel op kamers willen, maar dat het makkelijker en goedkoper is om bij hun ouders te blijven wonen: Het handigste is om bij mijn ouders te wonen maar het liefst zou ik op kamers gaan. Dit kost helaas veel moeite en tijd om te regelen in Amsterdam. Ik wil graag op kamers, maar mijn huis is op 15 in fietsen van de UVA, en bovendien zijn kamers veel te duur. Hangt er vanaf of ik een goedkoop appartement met vrienden kan gaan bewonen. Zes van de tien leerlingen (61%) die in Amsterdam gaan studeren, gaan naar de Universiteit van Amsterdam (UvA) en 32% gaat naar de Vrije Universiteit (VU). Daarnaast gaat een klein deel naar de Amsterdam University College (3%), Hogeschool van Amsterdam (2%) en Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten (1%). 1.3 Eerst kiezen voor een studie en dan voor de stad Bij de keuze van een studie spelen zowel de stad als de universiteit/opleiding een rol. Het grootste deel van de leerlingen (72%) kiest eerst de studie en daarna de stad waar ze willen studeren en 21% kiest eerst de stad en dan de studie (zie figuur 5). Leerlingen die met een studie starten ergens anders in Nederland, kiezen vaker eerst de studie en dan pas de stad (97%) en leerlingen die gaan studeren in Amsterdam kiezen vaker eerst de stad en dan pas de studie (31%). Figuur 5 Manier van kiezen, naar keuze voor volgend jaar (procenten) studie ergens anders in Nederland (n=88) studie in het buitenland (n=12) studie in Amsterdam (n=186) totaal % 0 20 40 60 80 100 kiest eerst de studie, dan de stad kiest eerst de stad, dan de studie weet niet De leerling hebben vooral open dagen van de UvA (66%) en VU (54%) bezocht, zie figuur 6. Buiten Amsterdam worden vooral Leiden, Utrecht en Delft bezocht. Elf procent van de leerlingen heeft geen enkele open dag bezocht. Leerlingen met profiel natuur (N&G en/of 8

Studiekeuze van Amsterdamse VWO'ers N&T) bezochten vaker een open dag van de VU, Technische Universiteit Delft en Technische Universiteit Eindhoven. Figuur 6 Bezoek van open dagen, naar profiel natuur of maatschappij (procenten) Universiteit van Amsterdam Vrije Universiteit Technische Universiteit Delft Universiteit Leiden Universiteit Utrecht Hogeschool Inholland Technische Universiteit Eindhoven Amsterdam University College Rijksuniversiteit Groningen Hogeschool van Amsterdam Wageningen University Universiteit Twente Radboud Universiteit Nijmegen University College Utrecht Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten Erasmus Universiteit Rotterdam Maastricht University Leiden University College The Hague University College Maastricht Tilburg University University College Roosevelt anders heeft geen open dag bezocht % 0 10 20 30 40 50 60 70 80 N&G en N&T (n=164) E&M en C&M (n=166) 1.4 Vanwege afschaffen studiefinanciering geen tussenjaar Al enige tijd wordt gepraat over het afschaffen van de studiefinanciering. Komend schooljaar wordt dit waarschijnlijk doorgevoerd, maar vorig jaar beïnvloedde dit ook al de plannen van leerlingen voor na het VWO examen. Vier van de tien VWO ers (42%) gaven toen aan dat deze maatregel invloed had op hun beslissing over het jaar na hun eindexamen. Dit had voornamelijk als effect dat ze meteen zijn begonnen met studeren in plaats van een tussenjaar te nemen. Als ik vooraf wist dat de maatregel nog een jaar op zich laat wachten had ik een tussenjaar genomen en gaan werken/reizen. Eerst wilde ik een tussenjaar nemen en gaan reizen. Doordat de studiefinanciering afgeschaft zou worden heb ik toch voor een studie gekozen. Nu wil ik dan tussen mijn bachelor en master een tussenjaar nemen. Omdat de studiefinanciering aanvankelijk al na aankomend schooljaar zou worden afgeschaft, heb ik besloten geen tussenjaar te nemen, hoewel ik dat eigenlijk wel wilde. Ik was eigenlijk van plan een tussenjaar te nemen, maar door het vooruitzicht van het niet hebben van studiefinanciering voelde ik me genoodzaakt toch te studeren, waar ik achteraf eerlijk gezegd heel blij mee ben. Hoogstwaarschijnlijk zullen als gevolg van de invoering van het sociaal leenstelsel ook het komend jaar minder leerlingen (de huidige examenleerlingen) een tussenjaar nemen en zal de instroom op de Nederlandse universiteiten groter zijn. 9

Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek 1.5 Respons In totaal hebben 1431 leerlingen een brief thuis ontvangen met een persoonlijke inlogcode om de vragenlijst online in te kunnen vullen. Van hen hebben 349 VWO leerlingen de vragenlijst ingevuld, dit is een respons van 24%. Het grootste deel van deze leerlingen, 336 leerlingen, is geslaagd voor het VWO eindexamen en dertien leerlingen zijn gezakt. Zes van de tien respondenten (63%) zijn meisjes en 37% jongens. Vergeleken met de verdeling onder VWO-6 leerlingen in schooljaar 2012/ 13 in Amsterdam, hebben er (iets) meer meisjes meegedaan (63% tegenover 56%) en minder jongens (37% tegenover 44%). 7 Het grootste deel van de leerlingen (42%) was achttien jaar oud bij het invullen van de vragenlijst en 21% was zeventien jaar. Eén op de tien was ouder dan achttien. Tabel 7 Respons naar achtergrondkenmerken leerlingen (aantallen en procenten) abs. % 17 74 21 18 145 42 19 29 8 20 3 1 geen antwoord 98 28 jongen 130 37 meisje 219 63 totaal 349 100 7 Statline.cbs.nl 10