VADEMECUM RATIONEEL ENERGIEVERBRUIK - REG



Vergelijkbare documenten
Percen- tage. 8. TOTAAL (nrs. 1 tot 7)... (A)... Afschrijfbare aanschaffings- of beleggingswaarde. 3. TOTAAL (nrs. 1 en 2)... (B)...

A. Eenmalige aftrek voor vaste activa die zijn verkregen of tot stand gebracht door NATUURLIJKE PERSONEN. Percentage 13,5 % 13,5 % 13,5 % 3,5 %

AGENDA. Energiepremies 2008 en financiële hulpen voor de tertiaire sector in het Brussel Hoofdstedellijk Gewest. Xavier Meersseman

PREMIE NR. 15 ACTIES VAN EEN FEDERATIE TER BEVORDERING VAN DE ENERGIE-EFFICIËNTIE

Nieuwe Energiepremies «Om onze energierekening te verlichten en het klimaat te beschermen!»

Federale Overheidsdienst FINANCIEN. Investeringsaftrek

Opleiding van Energieverantwoordelijke in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Energiepremies Energiepremies De drie bedragcategorieën voor de energiepremies. A - Energiestudies. B - Isolatie en verluchting

niet uitsluitend voor het beroep gebruikte activa; activa die geen rechtstreeks verband houden met de bestaande of geplande economische werkzaamheid

FOLLOW-UP VAN HET ENERGIEVERBRUIK

Energieverbruik gemeentelijke gebouwen

Opleiding «Duurzaam gebouw : ENERGIE»

energieprestatiecertificaat

Voor investeringen die gedaan zijn tijdens het belastbare tijdperk dat aan het aanslagjaar 2011 verbonden is, gelden de volgende percentages.

I. Berekening van de investeringsaftrek voor vennootschappen die NIET opteren voor het belastingkrediet voor onderzoek en ontwikkeling.

energieprestatiecertificaat

PREMIE 13 ZONNEBOILER Nieuwbouw + Renovatie

energiedeskundige / Dit certtficaat is geldig tot en met 27 juni 2021 berekend energieverbruik (kwh/m 2):

energieprestatiecertificaat

Energiebesparende investeringen. Inkomsten 2008 (aanslagjaar 2009) Federale Overheidsdienst FINANCIEN

Investeringsaftrek 2014: percentages zakken opnieuw

energieprestatiecertificaat

energieprestatiecertificaat

DE ENERGIEPRESTATIES EN HET BINNENKLIMAAT VAN GEBOUWEN (EPB)

ALGEMENE VOORWAARDEN ENERGIEPREMIES VOOR DE INDIVIDUELE WONINGEN

Wedstrijd : Haalbaarheidsstudie Hernieuwbare Energie Toelichtingsnota

P.L.A.G.E. Balans en vooruitzichten. Evelyne Huytebroeck, Brussels minister van Leefmilieu, Energie en Stadsvernieuwing

Persconferentie «Ecobouw stimuleren» 8 februari 2007 Toespraak van Evelyne Huytebroeck

Het EPB certificaat openbaar gebouw vernieuwt Departement EPB certificatie

16 oktober Vorming Energieadviseur Woonsector. Procedure van de energieaudit. Spreker

ENERGIEBALANS VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

Energieboekhouding BRISE. Thomas Deville. Facilitator Duurzame gebouwen voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

PREMIE NR. 5: INSTALLATIE VAN EEN KWALITATIEVE WARMTEKRACHTKOPPELING

energieprestatiecertificaat bestaand gebouw met woonfunctie

ENERGIEPREMIE 2012 VOOR GEBOUWEN VAN DE RESIDENTIËLE SECTOR

Europese best practices Inspirerende modellen voor Brussel. Christophe BARBIEUX

Sinds meerdere jaren schommelden de aanvragen voor energiepremies tussen 10 miljoen en 12 miljoen euro per jaar.

Ondersteuningspakket Werken rond kleine terugverdientijden in de gemeente

GEBRUIKSAANWIJZING VAN COGENCALC.XLS

Energiezorg. Een zorg voor de toekomst. Wettelijke en aanvullende dienstverlening voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

energieprestatiecertificaat

Energiezorgsysteem + premies voor gemeenten. Brussel, 29 juni 2007 Ronny Thevis

Hoge energieprijzen. Mazout blijft een voordelige brandstof.

Wonen & energie. Beleidsinstrumenten op federaal en gewestelijk niveau. Provinciehuis Vlaams-Brabant Bart Martens 26 juni 2006

FAQ belastingvermindering voor uitgaven voor de beveiliging van een woning tegen diefstal of brand

Kandidatuur voor een gratis haalbaarheidsstudie: Hernieuwbare Energie 2010

Federale Overheidsdienst FINANCIEN. Algemene administratie van de FISCALITEIT Inkomstenbelastingen. Investeringsaftrek

energieprestatiecertificaat

DE BEREKENING VAN DE GROENESTROOMCERTIFICATEN

ENERGIEBALANS VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST Samenvatting

Federale Overheidsdienst FINANCIEN. Algemene administratie van de Fiscaliteit Inkomstenbelastingen. Investeringsaftrek

energieprestatiecertificaat

energieprestatiecertificaat

OPLEIDING ENERGIEADVISEUR 2009 VOOR DE WOONSECTOR

Energiebesparende uitgaven Groene lening. Inkomsten 2009 (aanslagjaar 2010) Federale Overheidsdienst FINANCIEN

voor energie- en milieu-investeringen Katrien De Maeyer

energieprestatiecertificaat

NOTA: De EPC score is geen weergave van het effectieve verbruik in dii appartement.

bestaand gebouw met woonfunctie

energieprestatiecertificaat

385 De energiescore laat toe om de energiezuinigheid van appartementen te vergelijken.

energieprestatiecertificaat

TOELICHTING 275 U. Voorafgaande opmerkingen. Uitgesloten investeringen. Algemeen. Toelichting bij de vakken. Bedoelde artikelen:

TOELICHTING 275 U. Voorafgaande opmerkingen. Uitgesloten investeringen. Algemeen. Bedoelde artikelen: Wie moet deze opgave invullen?

351 De energiescore laat toe om de energiezuinigheid van appartementen te vergelijken.

RICHTLIJNEN VOOR EEN GEÏNTEGREERDE HAALBAARHEIDSSTUDIE

energieprestatiecertificaat

energiedeskundige Dit certificaat is geldig tot en met 8juni 2020 land België

energieprestatiecertificaat

energieprestatiecertificaat

Vlaamse premie voor energiebesparende investeringen. folder niet-belastingbetalers vo1 1

energieprestatiecertificaat

energieprestatiecertificaat

energieprestatiecertificaat

Energiebesparende uitgaven Groene lening. Inkomsten 2011 (aangifte 2012) Federale Overheidsdienst FINANCIEN

156 De energiescore laat toe om de energiezuinigheid van appartementen te vergelijken.

energieprestatiecertificaat

energieprestatiecertificaat

energieprestatiecertificaat

272 De energiescore laat toe om de energiezuinigheid van appartementen te vergelijken.

energieprestatiecertificaat

energieprestatiecertificaat

DE RENDABILITEIT VAN HERNIEUWBARE ENERGIE (HE 03)

energieprestatiecertificaat

energieprestatiecertificaat

energieprestatiecertificaat

326 De energiescore laat toe om de energiezuinigheid van appartementen te vergelijken.

PREMIE NR. 8 THERMISCHE ISOLATIE VAN DE WANDEN VAN HET GEBOUW

TOELICHTING 275U. Uitgesloten investeringen. Voorafgaande opmerkingen. Algemeen. Toelichting bij de vakken. Gebruikte afkortingen

energieprestatiecertificaat

energieprestatiecertificaat

energieprestatiecertificaat

387 De energiescore laat toe om de energiezuinigheid van appartementen te vergelijken.

energieprestatiecertificaat

energieprestatiecertificaat

energieprestatiecertificaat

energieprestatiecertificaat

Transcriptie:

Dienstensector > voor beheerders VADEMECUM RATIONEEL ENERGIEVERBRUIK - REG Inleiding tot de problematiek van de energiebesparing in de dienstensector Versie maart 2007 Informatie : www.leefmilieubrussel.be > ondernemingen > energie facilitator tertiaire sector: facilitator.tertiair@ibgebim.be 0800 85 775

INHOUD Waarom een REG-Vademecum? 3 Het einde van "overvloedige en goedkope" energie 3 Energie in de tertiaire sector in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 4 Waarom de energieprestatie van gebouwen verbeteren? 4 Besparingen 4 Comfortverbetering voor de gebruikers 5 Verbetering van het bedrijfsimago 6 Voorbereiding op de Norm over de Energieprestatie van gebouwen 6 Een actief energiebeheer in een gebouw vandaag 7 Hulpmiddelen, methodes en raadgevers 7 De drie pijlers van een REG-aanpak 8 I Ken uw energieverbruik 9 Verbruiksgegevens manueel verzamelen 14 Verbruiksgegevens automatisch verzamelen 14 II Verbetering van de energieprestatie van uw gebouwen 16 III De gebruikers informeren en sensibiliseren voor REG 18 Bijlage 1: De Energiefacilitator voor de Tertiaire Sector (publieke en privé-sector) 19 Bijlage 2: De REG-referentiedocumenten: een zekere manier om uw projecten te doen slagen 20 Bijlage 3: De WKK-Facilitator 21 Bijlage 4: Energie premies 2007 22 Bijlage 5 : Investeringsaftrek 23 Samenstelling 27 2

Waarom een REG-Vademecum? Als beheerder van een bedrijf of van een openbaar gebouw hebt u maar weinig vat op de energieprijzen, maar kan u wel invloed uitoefenen op de energie-efficiëntie van uw gebouw. Om u te helpen bij het rationeel energiegebruik en bij de verbetering van de energieprestatie van uw gebouwenpark heeft het Brussels Gewest een reeks hulpmiddelen tot uw beschikking gesteld en een Energiefacilitator aangeduid die u gratis helpt bij uw projecten (zie fiche Facilitator in bijlage). Dit vademecum geeft een overzicht over de belangrijkste hulpmiddelen, diensten en premies die ter beschikking staan van de beheerders van gebouwen in de tertiaire sector in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en legt u uit hoe en waarom u het rationeel energiegebruik (REG) in uw onderneming kan invoeren en ontwikkelen. Het einde van "overvloedige en goedkope" energie Als we het willen hebben over de mogelijkheden tot vermindering van het energieverbruik, moeten we ook ingaan op de invloed van de evolutie van de energieprijs op de werkingskosten van een gebouw. U hebt het mis als u denkt dat de energieprijs enkel tijdelijk zo hoog is en dat de prijs van het vat ruwe olie op lange termijn weer zal dalen. Een reeks betrouwbare macro-economische indicatoren wijzen er namelijk op dat het tijdperk van de overvloedige en goedkope energie definitief voorbij is. In 2004 et 2005 heeft de prijs van een vat ruwe olie meermaals de grens van 50 US$ overschreden en heeft zo zelfs de meest pessimistische scenario s over de prijsontwikkeling aan diggelen geslagen. De prijsstijging van aardolie van meer dan 100 % tussen februari 2002 en februari 2005 weerspiegelt de groeiende kloof tussen de vraag naar en het aanbod van fossiele brandstoffen en toont de onzekerheid op korte en middellange termijn op de internationale energiemarkt. Deze feiten maken weer eens duidelijk hoe belangrijk het is het energieverbruik in de gebouwen te controleren en te verminderen. De reserves aan fossiele brandstoffen zijn bovendien niet onuitputbaar. De aardolieproductie zit aan haar maximum. Ze zal een piek bereiken om daarna onverbiddelijk te dalen. Deze productiepiek zal de keergrens zijn die het einde van de goedkope energie inluidt. Wanneer zullen we deze piek bereiken? De meest pessimistische voorspellingen geven ons nog maar 3 jaar de meest optimistische maximum 30 jaar. Bovendien is het energieverbruik wereldwijd gedurende de laatste 30 jaren met 75 % gestegen. Analisten verwachten dat het verbruik in de komende jaren nog duidelijk zal toenemen en dat de wereldwijde vraag naar energie, vooral door de buitengewone economische groei in China en India, met meer dan 50% zal stijgen. 3

Energie in de tertiaire sector in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Onderstaande grafiek toont dat de tertiaire sector in Brussel (ziekenhuizen, rusthuizen, kantoorgebouwen, administraties, zwembaden, scholen, winkels, diensten, ), na de huishoudens (41%), de tweede grootste energieverbruiker (30%) in het Brussels Gewest is. De tertiaire sector vertoont een belangrijk potentieel aan energiebesparingen. Enkele energiebesparende maatregelen zijn gemakkelijk uit te voeren en hun rentabiliteit zal bovendien stijgen naarmate de energieprijzen toenemen. De onderstaande tabel toont dat de gemiddelde energieprijs in het Brussels Gewest tussen 1990 en 2002 met 36% gestegen is. De tertiaire sector vertoont in deze tijdspanne de hoogste stijging van het energieverbruik (17%), wat boven het gewestelijke gemiddelde van 15% ligt. Deze evolutie leidt tot een totaal energieverbruik van meer dan twee miljoen TOE in het Brussels Gewest. Dit komt overeen met 1,5 miljard euro. Ontwikkeling van het energieverbruik per sector in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 2002 1990-2002 Huisvesting 40% +15% Tertiaire sector 31% +17% Transport 25% +13% Industrie 4% +7% Stijging van het energieverbruik +15% Kosten van de stijging +36% Waarom de energieprestatie van gebouwen verbeteren? Besparingen Op een geliberaliseerde gas- en elektriciteitsmarkt die onderworpen is aan de wetten van vraag en aanbod is de ontwikkeling van de energieprijs moeilijk te voorspellen. Een actieve beheerder moet zich in een dergelijke situatie ook pro-actief opstellen. 4

In het licht van de waarschijnlijke stijging van de energieprijs is elke investering in de verbetering van de energieprestatie van gebouwen op middellange termijn rendabel. Als u nu REG-maatregelen ontwikkelt, zorgt u vandaag al voor een vermindering van de toekomstige kosten voor brandstoffen, die te wijten zijn aan de brutale schommelingen van de energieprijs op de internationale markt. Comfortverbetering voor de gebruikers Een actief energiebeleid (bijvoorbeeld de uitvoering van de maatregelen die tijdens een energie-audit voorgesteld worden) gaat verder dan een louter correctieve aanpak, omdat het ook zorgt voor een verbetering van het comfort, van de productiviteit en van de algemene tevredenheid van de gebruikers, die over het algemeen wel gevoelig zijn voor een comfortverbetering die ontstaat door een goed beheer en door de verbetering van de energieprestatie van het gebouw. In een kantoorgebouw zorgt de comfortverbetering op de werkplaats bijvoorbeeld over het algemeen voor een betere productiviteit van de werknemers. Dit bijkomende voordeel van een REG-investering valt moeilijk te becijferen, maar het bestaat wel degelijk. Als u het energieverbruik opvolgt, ontdekt u bovendien soms ook een bijkomend probleem: slechte regeling, te warm in de winter, te koud in de zomer, een temperatuurverschil tussen de lokalen die naar het noorden en naar het zuiden gericht zijn, enz. 5

Verbetering van het bedrijfsimago Elke beheerder hecht belang aan de manier waarop zijn onderneming en de producten of diensten die hij aanbiedt door de buitenwereld gezien wordt. Een onderneming of een administratie waarvan bekend is dat ze belang hecht aan energiebesparingen toont dat ze zich inzet voor duurzame ontwikkeling door te zorgen voor een vermindering van de CO 2 - uitstoot en voor het milieubehoud. IVEG, een openbaar energiebedrijf met zetel in Hoboken, dat als netbeheerder instaat voor de gas- en elektriciteitsdistributie, heeft in 1999 een nieuw energiezuinig kantoorgebouw laten bouwen (foto). Zo gaf IVEG het goede voorbeeld aan zijn klanten en kan hen uitleggen hoe ze energie rationeler kunnen gebruiken. Het bedrijf wint zo aan geloofwaardigheid. Voorbereiding op de Norm over de Energieprestatie van gebouwen Vanaf januari 2006 wordt de Europese richtlijn betreffende de energieprestatie van gebouwen door de Gewesten in wetten omgezet. Indien u een nieuwbouw of een ingrijpende renovatie plant, moet uw gebouw op straffe van onontvankelijkheid voldoen aan bepaalde energiecriteria. U kunt zich daar dus beter op voorbereiden. Belangrijkste eisen van de Europese Richtlijn betreffende de energieprestatie van gebouwen: Verplicht energieprestatiecertificaat voor elke nieuwbouw of bij verkoop of verhuur van een gebouw. Dit certificaat is niet langer dan 10 jaar geldig. Verplichte minimumeisen voor de energieprestatie waaraan elk nieuw gebouw en elke ingrijpende renovatie van een gebouw met een oppervlakte van meer dan 1000 m² moet voldoen. Verplicht regelmatig onderhoud van de verwarmingsinstallaties en airconditioningsystemen. Omzetting in Belgisch recht en inwerkingtreding: 4 januari 2006. Meer informatie : Europese richtlijn Tekst van de Europese Richtlijn betreffende de energieprestatie van gebouwen: http://europa.eu.int/eurlex/pri/nl/oj/dat/2003/l_001/l_00120030104nl00650071.pdf 6

Een actief energiebeheer in een gebouw vandaag Hulpmiddelen, methodes en raadgevers Aan hand van de hulpmiddelen die hierna voorgesteld worden, krijgt u op verschillende niveaus zicht op het energieverbruik van uw gebouwenpark en kan u die gebouwen uitkiezen waar u eerst energiebesparende maatregelen wil toepassen. Deze hulpmiddelen worden gebruikt door een stijgend aantal van technische beheerders en energieverantwoordelijken. Bovendien helpt de Energiefacilitator voor de Tertiaire Sector u bij uw REG-projecten, bijvoorbeeld bij het opstellen van een energiekadaster of - boekhouding. U wil het energieverbruik van uw gebouw beter leren kennen, maar u hebt zelf geen tijd om deze hulpmiddelen onder de knie te krijgen en uit te voeren? Duid dan een Energieverantwoordelijke aan in uw instelling en geef hem de mogelijkheid opleidingen te volgen over het gebruik van de hierna voorgestelde hulpmiddelen. Vertrouw hem het energiebeheer van uw gebouwen toe en laat hem de andere diensten en gebruikers erbij betrekken. M. Deschepper EV van de Gemeente Jette De Energieverantoordelijke (EV): wie is hij, wat doet hij? De EV wordt door de onderneming onder haar personeelsleden aangeduid om het energiebeleid in zijn geheel te verbeteren. Deze verantwoordelijke heeft toegang tot alle gebouwgebonden informatie (verbruiksfacturen, plannen, ) en komt over het algemeen uit een bestaande dienst van de onderneming (technische dienst, milieudienst, ) Hij ziet erop toe dat er bij de keuze van de technische installaties en bij de onderhoudswerken rekening gehouden wordt met het aspect energie. Hij volgt het energieverbruik en de prijsontwikkeling van de brandstofleveringen en van de elektriciteit, hij houdt toezicht op de energie-audits en probeert de andere gebruikers van de REG-aanpak te overtuigen, 7

De drie pijlers van een REG-aanpak Energiebeheer van gebouwen staat niet automatisch gelijk aan grote investeringen. Een actief energiebeleid steunt op drie essentiële pijlers: kennis van het energieverbruik van de gebouwen; verbetering van de energieprestaties van de gebouwen en installaties; informatie aan en sensibilisering van de gebruikers Een actief energiebeleid bestaat uit een coherent en gecoördineerd geheel van acties en projecten die in de gebouwen toegepast worden om het energieverbruik op te volgen en om de principes van een rationeel energiegebruik bij de bouw, het beheer, het onderhoud of de renovatie van dit patrimonium toe te passen. Dit alles met oog op de verbetering van de energieprestatie van de gebouwen. Deze foto, die op een winterdag genomen werd (buitentemperatuur 2 C) maakt d.m.v. infrarood thermografie het energieverlies van het gebouw zichtbaar. Op deze foto, die gemaakt werd na volledige renovatie van het gebouw (hoogwaardige dubbele beglazing, buitenisolatie,...) geven de verschillende kleuren de contacttemperaturen aan (bv.: 6 C aan de raamkozijnen). Visualisatie van het energieverlies d.m.v. infrarood thermografie 8

I Ken uw energieverbruik Meten is weten De beheerder die een duidelijk zicht heeft op het energieverbruik van zijn instelling zal op intuïtieve manier die sectoren kunnen aanduiden, waar er prioritair moet ingegrepen worden om het verbruik te verminderen. Hij zal snel een abnormaal hoog verbruik of een fout in de technische installaties kunnen vaststellen en erop kunnen reageren, omdat hij zijn gebouw nauwkeurig kent. Hier worden verschillende methodes en hulpmiddelen voorgesteld die u kunt gebruiken om het energieverbruik van uw gebouwen beter te leren kennen. Facturen analyseren De analyse van de elektriciteits- en brandstoffacturen laat toe de pieken van het verbruik en de besparingen van een bepaalde periode te identificeren Door een regelmatige analyse van de facturen kunnen bijvoorbeeld: slechte betalingsvoorwaarden en afwijkende bedragen ontdekt worden. Indien nodig kunnen de betalingsvoorwaarden veranderd worden; de energieleveringscontracten of de all-inclusive -diensten zoals het SLA (Service Level Agreement) door de beheerder geoptimaliseerd worden. De facturen moet geanalyseerd worden op basis van een overzicht dat toelaat het maandelijkse en jaarlijkse verbruik in genormaliseerde klimatische omstandigheden te vergelijken. Om de klimaatsschommelingen te neutraliseren, moet het reële of vastgestelde verbruik dat gefactureerd wordt omgerekend worden naar een genormaliseerd verbruik in functie van het aantal graaddagen van het betrokken jaar. De parameter "graaddag" is de som van alle dagelijkse verschillen tussen de buiten- en de binnentemperaturen van de lokalen. Deze parameter maakt het mogelijk het verbruik van gebouwen met een verschillende locatie, alsook het verbruik in verschillende periodes, binnen eenzelfde jaar of van verschillende jaren, te vergelijken. 9

Nadat u de invloed van het klimaat gecorrigeerd hebt, kan u het genormaliseerde verbruik van een gebouw volgen en per jaar vergelijken. In deze grafiek geeft het werkelijke verbruik de indruk dat het energieverbruik van het gebouw tussen 2003 en 2004 gedaald is. Het genormaliseerde verbruik toont echter dat, indien het in 2004 even koud was geweest als in 2003, het verbruik van het gebouw zelfs gestegen zou zijn. 2 000 1 600 1 200 Jaarlijks verbruik [MWh/jaar] Werkelijk verbruik Genormaliseerd verbruik Besluit: in genormaliseerde klimatische omstandigheden verbruikt dit gebouw elk jaar een beetje meer energie. Dat zou echter bij een gewone analyse van de facturen niet opvallen. 800 400 0 Jaar 2002 Jaar 2003 Jaar 2004 Meer informatie: CD-ROM energie+ http://www.leefmilieubrussel.be/nederlands/contenu/content.asp?ref=168 0 gasinfo Maandelijkse graaddagen gratis te downloaden op: http://www.gazinfo.be//index.cfm?pageid=15529 10

De energetische handtekening bepalen van een gebouw De beheerder die beschikt over maandelijkse facturen van het energieverbruik kan met de energetische handtekening de gevoeligheid van het gebouw voor klimaatswijzigingen evalueren. De energetische handtekening is een rechte die het maandelijks of jaarlijks verbruik van een gebouw voorstelt in functie van het klimaat (gemeten aan hand van de graaddagen voor de betrokken periode). Deze grafiek toont voor 2004 een steilere rechte van de energetische handtekeningl dan in het referentiejaar. Besluit: in 2004 was er een stijging van het energieverbruik die onafhankelijk was van externe klimatische factoren. De reden voor deze afwijking moet vastgesteld worden om er een oplossing voor te vinden en om in toekomst een dergelijk hoog verbruik te vermijden. 160 120 80 40 0 Maandelijkse verbruiken [MWh/maand] Jaar 2004 Referentiejaar Maandelijkse graaddagen 0 100 200 300 400 Aan de hand van de energetische handtekening van een gebouw kan u de kenmerken van de verwarmingsinstallatie en van de gebouwschil (kwalitatief) evalueren. Deze methode helpt afwijkingen zoals problemen met de regeling, een ontregeling van de verwarming, een onvoldoende afdichting van de gebouwschil, de vervuiling van de ketel, enz. te ontdekken, maar geeft geen aanwijzingen over hoe het verbruik van het gebouw verbeterd kan worden. Meer informatie: CD-ROM energie+ http://www.leefmilieubrussel.be/nederlands/contenu/content.asp?ref=16 80 Waals gewest stad genève EUROPEES PROJECT (energie op kantoor) http://energie.wallonie.be/servlet/repository/signature_énergétiq.pdf?i DR=447 Echo Energie energetische handtekening (http://www.genevacity.ch/geneve/energie/documents/bulletin0.pdf) http://www.energyoffice.org/french/index.html 11

Een energiekadaster opstellen Hoe kan u na opname en normalisering van uw energieverbruik de verbetering van de energieprestatie voortzetten? Als u over een beperkt budget beschikt, hebt u er alle belang bij uw REG-investeringen op één prioritair gebouw te concentreren. Een energiekadaster helpt u dit gebouw uit te kiezen. Deze methode laat toe de gebouwen te rangschikken volgens hun energiekwaliteit. Dat gebeurt aan hand van twee indexen waarmee u de meest efficiënte gebouwen kan identificeren: een verbruiksindex E, omgekeerd evenredig met de energieprestatie van het gebouw en een index Ep, die onafhankelijk is van de grootte van het gebouw en die toelaat het gebouw te herkennen dat het grootste potentieel aan energiebesparingen bezit. Deze grafiek toont het energiekadaster van drie scholen. Index E toont dat de muziekschool het gebouw is met de beste energieprestatie. Index Ep, waarbij de grootte van het gebouw buiten beschouwing gelaten wordt, toont echter dat dit gebouw ook het grootste potentieel aan energiebesparingen bezit Besluit: de beheerder heeft er alle belang bij zich bij zijn REG-projecten in een eerste fase op de muziekschool te concentreren. 3 2,5 2 1,5 1 0,5 Index E Index E Index Ep Index Ep 7 6 5 4 3 2 1 0 Kleuterschool Basisschool Muziekschool 0 Meer informatie: CD-ROM energie+ waals gewest http://www.leefmilieubrussel.be/nederlands/contenu/content.asp?ref=168 0 Audit van een gebouw/analyse van het brandstofverbruik/het energiekadaster http://energie.wallonie.be/servlet/repository/cadastre_énergétiqu.pdf?i DR=386 12

Analyse van uw specifiek verbruik Het specifiek verbruik van een gebouw is de verhouding van het energieverbruik van het gebouw tot een bepaalde eenheid die eigen is aan dit gebouw (bv.: oppervlakte, aantal bedden, wateroppervlakte,...). Het resultaat wordt uitgedrukt in kwh/m², kwh/bewoonbare m², kwh/gebruikers,... De analyse van het specifiek energieverbruik van een gebouw is gebaseerd op de vergelijking van zijn (genormaliseerd) verbruik met het gemiddelde verbruik dat opgetekend werd in een reeks gelijkaardige referentiegebouwen. Door het specifiek verbruik in uw gebouw te vergelijken met het verbruik in gelijkaardige gebouwen uit dezelfde sector, krijgt u een idee van de mogelijke energiebesparingen voor het betrokken gebouw. U kan het gebouw ook vanuit energiestandpunt vergelijken met een referentiegebouw van hetzelfde type. Opgelet! Een dergelijke analyse is enkel mogelijk indien er statistieken over het specifiek verbruik bestaan voor een staal representatieve gebouwen in de betrokken sector. Veel verschillende factoren hebben een invloed op het energieverbruik van een gebouw. Als uw instelling een specifiek verbruik vertoont dat dicht bij het referentiegemiddelde ligt, kan dit vaak nog verbeterd worden om zo in de buurt te komen van een optimale energie-efficiëntie. Meer informatie: CD-ROM energie+ ENERGIEBALANS Software http://www.leefmilieubrussel.be/nederlands/contenu/content.asp?re f=1680 Audit van een gebouw/analyse van het brandstofverbruik/het energiekadaster http://www.leefmilieubrussel.be/nederlands/contenu/content.asp?re f=1738 Een online programma om uw energieverbruik te situeren: http://www.icedd.be/ct/index.cfm 13

Een energieboekhouding bijhouden Idealiter moet de beheerder van het gebouw binnen enkele minuten de belangrijkste posten van het energieverbruik kunnen oproepen. Ter controle van het energiebeheer in het gebouw kan hij een energieboekhouding bijhouden. De belangrijkste voordelen van een energieboekhouding zijn de volgende: de gebruikers worden gewezen op hun eigen energieverbruik en worden tot gedragsverandering aangezet om energie te besparen; de beslissingen om te investeren in technische maatregelen ter verbetering van de energieprestatie van het gebouw worden ondersteund en gerechtvaardigd; afwijkingen bij het verbruik en bij de werking van de installaties worden opgespoord; de impact van energieverbeteringen aan het gebouw, aan de systemen en aan de gebruiksomstandigheden wordt gemeten; een energieboekhouding helpt bij het opstellen van een energiebudget voor het gebouw. Een energieboekhouding kan meerdere gebouwen bevatten die door eenzelfde persoon beheerd worden. Daarbij kan dan het verbruik opgeteld worden, het verbruiksgemiddelde berekend en de prestatie van de gebouwen vergeleken. Een energieboekhouding begint met het opnemen van de meterstanden. Dat kan manueel gebeuren, maar de verbruiksgegevens kunnen ook automatisch verzameld en later behandeld worden. Verbruiksgegevens manueel verzamelen Een verantwoordelijke neemt regelmatig de meterstanden op en geeft die gegevens in een verwerkingsprogramma in, zoals bv. COMEBAT 1. Verbruiksgegevens automatisch verzamelen Een systeem voor de verzameling van gegevens registreert regelmatig het verbruik aan elektriciteit, gas, warmte of water en geeft de resultaten door via een interfaceprogramma. Bij een automatische gegevensverwerving kan het dagelijks, wekelijks of maandelijks verbruik op elk moment d.m.v. grafieken gevisualiseerd worden. 1 Gratis programma voor Energieboekhouding van gebouwen; [Ministerie van het Waals Gewest - DGTRE] 14

Hieronder vindt u een visualisatie van het genormaliseerde energieverbruik op basis van de maandelijkse gasmeterstanden in twee opeenvolgende jaren. De lichtblauwe staven geven het genormaliseerde verbruik voor het jaar 2004 (zwarte staven: 2003). In de laatste vier maanden van 2004 ziet u een verschil in vergelijking met dezelfde periode in 2003. Dit is te wijten aan de vervanging van de oude ketel door een condensatieketel op aardgas tijdens de zomer van 2004. 200 180 160 Jaar 2003 Jaar 2004 140 120 100 80 60 40 20 0 Jan Feb Maart Apr Mei Juni Juli Aug Sept Okt Nov Dec Het brandstofverbruik voor verwarming van een gebouw is afhankelijk van de klimaatschommelingen van een jaar tot een ander. Om de klimaatseffecten in de energieboekhouding te neutraliseren, kan u ook hier het criterium van de graaddagen gebruiken (op de website van gasinfo is een historisch overzicht van de graaddagen vanaf 1961 beschikbaar). U kan de energieboekhouding van het verbruik van een gebouw verbinden aan een visualisatieprogramma dat toegankelijk is voor de werknemers (bv. via de server van uw computernetwerk of via een scherm op een zichtbare plaats in het gebouw). Denk eraan dat de invoering van een energieboekhouding voor 50% gesubsidieerd wordt door de energiepremies 2006. Daarvoor moet voldaan zijn aan de technische voorwaarden zoals beschreven in de gebruiksaanwijzing van de energiepremies 2006. In elk geval kan er enkel sprake zijn van een energieboekhouding als de verzamelde gegevens ook door een programma verwerkt worden. De gegevensverzameling op zich is nog geen energieboekhouding. Meer informatie: BIM WAALS GEWEST Gebruiksaanwijzing van het subsidiemechanisme :http://www.ibgebim.be/nederlands/contenu/content.asp?ref=1677 Energiefacilitator voor de Tertiaire Sector - Tel.: 0800 85 775 E-mail: facilitator.tertiair@leefmilieubrussel.be Programma voor energieboekhouding COMEBAT zie website http://energie.wallonie.be/xml/dgtre.html?p=nc&idd=184 Energieboekhouding: waarom? Hoe? http://energie.wallonie.be/servlet/repository/comptabilité_énergé.pdf?idr=391 15

II Verbetering van de energieprestatie van uw gebouwen Dagelijks beheer van uw installaties Om de energie-effciëntie van uw gebouwen te verbeteren is het niet absoluut noodzakelijk nieuwe technieken in te voeren of zwaar te investeren. Een goed dagelijks energiebeheer in het gebouw kan al leiden tot een besparing tot 30% op de totale energiefactuur, in vergelijking met een situatie zonder bijzonder beheer (zoals bijvoorbeeld het geval is in een gebouw waar de technische verantwoordelijke enkel van geval tot geval tussenkomt en enkel indien de gebruikers klachten hebben). Energie-audit van uw gebouw Niets is geschikter dan een energie-audit om het potentieel aan energiebesparingen in uw instelling of bedrijf te bepalen. Tijdens een energie-audit wordt een volledig overzicht van de energetische situatie opgesteld. De resultaten van de audit helpen u bij het bepalen van prioriteiten en het opstellen van een actieplan en budget. Tijdens het bezoek ter plaatse wordt een volledige inventaris van de architecturale kenmerken en van de elektrische en thermische installaties van het gebouw opgemaakt. Aan de hand daarvan kan het thermische gedrag van het gebouw in detail geanalyseerd worden en een volledige energiebalans (brandstoffen en elektriciteit) opgemaakt worden. De belangrijkste verbruiksposten worden daarbij volgens belangrijkheid geklasseerd. Voor elke post kan dan een schatting van de potentiële energiebesparing gegeven worden. In een tweede fase worden de brandstof- en elektriciteitsrekeningen geanalyseerd om zo de evolutie van het maandelijkse en jaarlijkse verbruik en de energetische handtekening van het gebouw te bepalen. In de laatste fase van de audit worden een reeks maatregelen ter energiebesparing voorgesteld en in detail besproken. Voor elke maatregel wordt een schatting gegeven van de mogelijke financiële en energiebesparingen, van de milieu-impact alsook van de terugverdientijd van de investering. De maatregelen worden volgens hun kostenbatenverhouding gerangschikt en door grafieken en tabellen geïllustreerd. Daardoor kan de opdrachtgever snel de prioritaire maatregelen herkennen die bij zijn budgettaire mogelijkheden, comforteisen en milieudoelstellingen passen. Een energie-audit wordt voor 50% gesubsidieerd via de energiepremies 2006 voor tertiaire en industriële sectoren. Dit nieuwe programma van energiepremies 2006 voor collectieve huisvesting combineert voor de sector de Bregebo -subsidies die in 2005 ingevoerd werden en de premies die worden toegekend in het kader van de opdrachten van openbaar nut van de intercommunale Sibelga dankzij heffingen op gas en elektriciteit. 16

De energie-audit van de gebouwen van de Gemeente Watermaal-Bosvoorde De energie-audit toonde dat het dak van het gemeentedepot van Watermaal-Bosvoorde verantwoordelijk was voor 30% van het totaal gasverbruik van het gebouw. De isolatie van dit dak is vanzelfsprekend een prioritaire maatregel. Een isolatie van 10 cm laat volgens de audit al een besparing van 250 000 kwh per jaar toe. De audit bracht ook aan het licht dat de vervanging van de ramen (enkele beglazing) van het Hooghuis (foto) door hoogwaardige dubbele beglazing voor 15% besparing op het brandstofverbruik zorgt. het gemeentebestuur van Watermaal-Bosvoorde (Hooghuis) Meer informatie: BIM Gebruiksaanwijzing voor de energiepremies 2007 voor tertiaire en industriële sectoren. REG-actieplan Om het energieverbruik van het gebouw geleidelijk te verminderen en om het nodige budget vrij te maken voor de prioritaire maatregelen is het vaak nodig een REG-actiepaln uit te werken. De maatregelen die in een dergelijk plan opgenomen worden, komen vaak voort uit een energie-audit. Dit actieplan moet zowel maatregelen ter verbetering van het beheer en het onderhoud als maatregelen voor investeringen, informatie en sensibilisering bevatten. Denk bij elke investering, vooral bij belangrijke renovatiewerken, aan REG! Neem de clausules met betrekking tot het Rationeel EnergieGebruik op in het lastenboek (dat door door uw diensten of door een onafhankelijk studiebureau opgesteld wordt)! Op de website van het BIM vindt u technische typedocumenten en -lastenboeken om u daarbij te helpen. De Energiefacilitator voor de Tertiaire Sector staat ook tot uw beschikking om u te helpen met uw actieplan en de uitvoering van de voorziene maatregelen. Neem contact met hem op! Zijn aanbevelingen zijn gratis en niet bindend. Meer informatie: BIM De Energiefacilitator voor de Tertiaire Sector en zijn taken http://www.leefmilieubrussel.be/nederlands/contenu/content.asp?ref=1676 17

III De gebruikers informeren en sensibiliseren voor REG Energiebesparing in een gebouw gaat verder dan technische maatregelen Energie heeft een uniek kenmerk: ze is overal in de instelling onder verschillende vormen aanwezig, ze gaat alle diensten aan en is dus de zaak van iedereen. In bepaalde gevallen betekent dit helaas dat niemand zich voor de vragen en problemen in verband met energie verantwoordelijk voelt. Dan zal u alle middelen moeten inzetten om het personeel te verenigen rond een gemeenschappelijk project voor energiebesparing. Een efficiënt middel om dit doel te bereiken is de regelmatige organisatie van een sensibiliseringscampagne. De deelname van de gebruikers is een essentieel element voor het bereiken van de doelstellingen. Als de gebruikers meewerken, kan dit tot 15% energiebesparingen opleveren. U moet er echter zeker van zijn dat de personeelsleden de materiële middelen hebben om de hen voorgestelde maatregelen ook toe te passen. Na implementatie van de REG-maatregelen is het belangrijk de gebruikers regelmatig over de behaalde resultaten te informeren. Uw systeem van energieboekhouding zal een belangrijk hulpmiddel zijn om de gebruikers te informeren over de behaalde energiebesparingen dankzij de verschillende maatregelen. Een efficiënte manier om de gebruikers op een duurzame manier aan een REG-beleid te laten deelnemen, is hen te laten delen in de voordelen ervan. Dat kan gaan van een vermindering van de kosten voor de huurders van een kantoorgebouw, tot bijvoorbeeld de aanwerving van een bijkomende persoon op het bespaarde energiebudget van de instelling. Meer informatie: CD-ROM energie+ Sensibilisering van de gebruikers: http://www.ibgebim.be/nederlands/contenu/content.asp?ref=1680 18

Bijlage 1 : De Energiefacilitator voor de Tertiaire Sector (publieke en privé-sector) Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest stelt gratis de expertise van een onafhankelijk ingenieursbureau te uwer beschikking voor het beantwoorden van al uw vragen over energie. U vertegenwoordigt een publieke, een parastatale of een privé-onderneming in de tertiaire sector (administratie, scholen, ziekenhuizen, kantoorgebouwen, publieke ondernemingen, winkelcentra, ), die meerdere gebouwen bezet die verwarmd, afgekoeld en geventileerd moeten worden,? De Facilitator begeleidt u in uw acties rond energiebeheersing en rationeel energiegebruik (REG), welk ook het stadium is waarin uw project zich bevindt. Zijn advies en zijn aanbevelingen zijn neutraal en beogen steeds een hogere energie-efficiëntie van het gebouw. Overzicht van de begeleidende diensten aangeboden door de Energiefacilitator voor de Tertiaire Sector: Algemene informatie: over bestaande technologieën en leveranciers, procedures voor het toekennen van subsidies, informatiebronnen en nuttige diensten, Strategische begeleiding in het beginstadium van een actieplan voor REG, begeleiding in het opstellen van een globaal energieplan of in het dagelijks beheer van de technische installaties. Bijstand bij het identificeren van kost-efficiënte REG-maatregelen in het gebouw. Kritische energie-analyse van haalbaarheidsstudies van bouwprojecten, energetische renovatie van een gebouw of integratie van energiesystemen gebruik makend van een hernieuwbare energiebron ; Kritische analyse van de energieclausules van een lastenboek. De Energiefacilitator voor de Tertiaire Sector, aangewezen door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is: Dhr. Xavier Meersseman, Burgerlijk Ingenieur Tel. : 0800 85 775 E-mail : facilitator.tertiair@leefmilieubrussel.be Voor bijkomende informatie: surf naar de website van het BIM: http://www.ibgebim.be/nederlands/contenu/content.asp?ref=1 676 19 REG - VADEMECUM maart 2007 -

Bijlage 2: De REG-referentiedocumenten: een zekere manier om uw projecten te doen slagen Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest stelt een reeks typelastenboeken, handboeken en checklists ter beschikking van de beheerders, de Energieverantwoordelijken en de studiebureaus die werken aan een project ter verbetering van de energie-efficiëntie van een gebouw. U kan deze documenten downloaden op de website van het BIM: http://www.leefmilieubrussel.be of op de energieportaalsite van het Waals Gewest: http://www.energie.wallonie.be. Deze lijst vermeldt enkel referentiedocumenten met betrekking tot het REG. Andere referentiedocumenten met betrekking tot warmtekrachtkoppeling en hernieuwbare energie zijn ook beschikbaar of worden voorbereid. Iedereen kan downloaden wat hem het interessantste lijkt of wat hem het beste van pas komt. Deze documenten zijn vrij van rechten om het rationeel energiegebruik te promoten. Het is toegestaan uittreksels of volledige teksten te kopiëren. Het is echter verboden de informatie uit deze referentiedocumenten voor commerciële doeleinden te gebruiken. Titel van het referentiedocument CD-Rom Energie + Architectuur & Klimaat - juni 2006 http://www.ibgebim.be/nederlands/ contenu/content.asp?ref=1676 Energieconcept van een tertiair gebouw Energielastenboek: verwarming Energielastenboek: warmwaterproductie Energielastenboek: verlichting Energielastenboek: airconditionning Energiecontrolelijst: verwarming Energiecontrolelijst: warmwaterproductie Energiecontrolelijst: verlichting Energiecontrolelijst: airconditioning Energiecontrolelijst: ventilatie Bron Bonus Energie+ (juni 2006) http://www.leefmilieubrussel.be/ned erlands/contenu/content.asp?ref=1 676 Energiebeheer van de installaties: exploitatiehandboek voor tertiaire gebouwen BIM - 2002 http://www.leefmilieubrussel.be/ned erlands/contenu/content.asp?ref=1 680 Interactieve controlelijst energie-audit http://www.leefmilieubrussel.be/ned erlands/contenu/content.asp?ref=1 680 20 REG - VADEMECUM maart 2007 -

Bijlage 3: De WKK-Facilitator U wenst de juiste stappen te zetten bij uw Warmtekrachtkoppelingsproject? U weet niet onmiddellijk bij wie u terecht kan? Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft een nieuwe dienst opgestart die voorbehouden is aan de beheerders die hun elektriciteitsfactuur wensen te verminderen door middel van WKK. Het betreft de WKK-Facilitator. Hij staat gratis bij alle stappen van uw WKK project tot uw dienst om al uw vragen te beantwoorden en om u het leven gemakkelijk te maken. De stappen van het project De diensten van de facilitator Informatie Eerste berekeningen Strategische begeleiding informatie vergadering uitwerken van een eerste haalbaarheidsstudie Haalbaarheidstudie volgens de regels van de kunst Keuze van de financieringsmogelijkheden Aanvraag van WKK-premies Opstellen van het lastenboek, plannen en aanvragen Vergelijking van de aanbiedingen Overzicht van de diensten van de WKK-Facilitator Organiseren van seminaries in verband met WKK; Opstellen van artikels in verband met WKK; Nazicht van de haalbaarheidstudie Strategische begeleiding contacten Informatie contacten Herlezen van het lastenboek Hulp bij het vergelijken Bijhouden van technisch-economische informatie van WKK op de energiesite; Bijhouden van een lijst van de actoren in het domein van WKK; Bijhouden van een lijst van de verschillende geplande en gerealiseerde projecten; Ontwikkelen van tools om de beslissing tot investeren in een WKK te vereenvoudigen. De WKK-Facilitator, aangewezen door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest: Yves Lebbe Tel. : 0800 85 775 E-mail: facilitator.wkk@leefmilieubrussel.be Opgelet! Zijn opdracht is beperkt in de tijd. Wacht niet om hem te contacteren! Bijkomende Informatie op de BIM-website: http://www.ieefmilieubrussel.be 21 REG - VADEMECUM maart 2007 -

ENERGIEPREMIES 2007 VOOR GEBOUWEN VOOR BEROEPSMATIG GEBRUIK Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest biedt in 2007 een nieuw programma voor Energiepremies aan. Het programma wil energiebesparende investeringen aanmoedigen in gebouwen voor beroepsmatig gebruik. PREMIES VOOR WIE? collectieve huisvesting (openbare vastgoedmaatschappijen (OVM), gemeentelijke grondbedrijven, OCMW s, sociale vastgoedkantoren, mede-eigendommen van gebouwen, al dan niet met een rechtspersoonlijkheid, enz.) tertiaire sector en industrie (eigenaars en huurders van gebouwen in de Brusselse publieke sector, incl. gemeentelijke, gewestelijke, federale, Europese overheden, niet-commerciële organisaties (niet-openbare vzw s), ondernemingen en zelfstandigen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, beroepsverenigingen die een activiteitensector vertegenwoordigen. COLLECTIEVE HUISVESTING TERTIAIRE SECTOR EN INDUSTRIE Studies Energieaudit 50 % Energieaudit 50 % Haalbaarheidsstudie 50 % Haalbaarheidsstudie 50 % Energieontwerp 50 % Energieontwerp 50 % Investeringen Energieboekhouding 50 % Energieboekhouding 50 % Installatie kwaliteitswkk 20 % Installatie 20 % kwaliteitswkk Relighting van 30% Gebruik van hernieuwbare 40 % gemeenschappelijke ruimten energiebronnen (incl. studie.) Frequentieregelaar voor 20 % (max. 5000 per Installatie warmtenetwerk 30 % compressor, ventilatie, pomp substation) Dakisolatie 12 / m² Thermische isolatie wanden 30 % (max. 1000 per woning) Groendak 7.5 /m² (extensief) Vervanging of verbetering 30 % 15 /m² (intensief) Min. 10 m²- max. 100 m² per woning verwarmingssysteem Isolatie buitenmuren 25 /m² Installatie verlichting 30 % max. 2500 /woning vloerisolatie 25 /m² Optimalisering verlichtingssysteem 30 % max. 2500 /woning Superisolerende dubbele 50 /m² dubbele beglazing, Roterende elektrische uitrusting 30 % beglazing max. 2500 /woning met snelheidsvariator Mechanische ventilatie met warmterecuperatie 50 %, max. 3000 per woning Uitrusting ventilatie of koeling 30 % Passiefhuis of lageenergiewoning 100 /m² ( 150 m² vloeroppervlakte) 50 /m² (> 150 m²) Alle andere toestellen of systemen 30 % Buitenzonnewering 20 % (max. 400 per woning) actie beroepsfederatie ten voordele van energetische doeltreffendheid Isolatie van de leidingen 20 % (max. 5000 per gebouw) Condensatieketel Doorstroomgasboiler Thermische regeling Warmtepomp Zonneboiler Fotovoltaïsch systeem 10 per kw (min. 400 - max. 10.000 ) 50 % (max. 200 per installatie) 50 % (max. 1000 per verwarmingssinstallatie) 50 % (max. 2500 voor verwarmen van het sanitaire water max. 5000 voor verwarming per woning) 50 % ( max. 3000 voor verwarmen van het sanitaire water max. 6000 voor verwarmen van het sanitaire water en centrale verwarming per woning) 50 % (max. 3000 per woning) U beheert een gebouw voor een privé-onderneming? Voor sommige investeringen die aanleiding geven tot een gewestelijke premie, kan u ook een fiscale aftrek van 14,5 % vragen aan de Federale overheid (http://mineco.fgov.be/energy/home_nl.htm) 100 % 22 REG - VADEMECUM maart 2007 -

Vragen over initiatieven voor rationeel energiegebruik in de dienstensector of de collectieve huisvesting? Neem contact op met de energiefacilitatoren 0800 85.775 of stuur een bericht naar facilitator.tertiair@leefmilieubrussel.be of facilitator.huisvest.collectief@leefmilieubrussel.be Leefmilieu Brussel -BIM stelt tevens talrijke handige werkmiddelen en publicaties ter beschikking, organiseert seminaries en opleidingen, en verleent ook labels voor wie een goed ecodynamisch beleid voert. Voor meer info: www.leefmilieubrussel.be tel: 02/775.75.75 Bijlage 5 : Investeringsaftrek Deze steun wordt u aangeboden door: Federale Overheidsdienst Financiën Administratie van de ondernemings- en inkomensfiscaliteit RAC - Financietoren Kruidtuinlaan 50, bus 61 1010 Brussel Tel. 02/210.24.53 of 02/210.23.40 Fax 02/210.23.92 http://fiscus.fgov.be/ Aard van de steun: Door de investeringsaftrek kunnen sommige belastingplichtigen hun belastbare winst verminderen met een bepaald percentage van het bedrag dat door de onderneming aan een nieuwe investering werd besteed. In principe wordt de investeringsaftrek in éénmaal toegepast (nl. voor het belastbare tijdperk van de investering). Sommige belastingplichtigen kunnen evenwel voor een aftrek kiezen die gespreid wordt over de duur van de afschrijvingsperiode. Bepaalde investeringen geven recht op een eenmalige verhoogde investeringsaftrek. Begunstigden: Zowel zelfstandigen en vrije beroepen als vennootschappen komen in aanmerking voor deze fiscale stimulans. Voor de eenmalige investeringsaftrek komen naast de eenmanszaken enkel de KMOvennootschappen in aanmerking. Dit zijn Belgische vennootschappen waarvan de aandelen voor meer dan de helft toebehoren aan een of meer natuurlijke personen die de meerderheid van het stemrecht vertegenwoordigen, en die geen deel uitmaken van een groep waartoe een erkend coördinatiecentrum behoort. De investeringsaftrek voor investeringen ter bevordering van het hergebruik van verpakkingen van dranken en nijverheidsprodukten is voor van alle vennootschappen van toepassing; en dus niet enkel voor KMO-vennootschappen. Elke belastingplichtige onderneming (al dan niet KMO-vennootschap), die geen coördinatiecentrum is, kan voor de gespreide investeringsaftrek opteren. Voorwaarde is dat de onderneming op de eerste dag van het belastbaar tijdperk minder dan 20 werknemers tewerkstelt. Voor milieuvriendelijke investeringen en voor investeringen in onderzoek en ontwikkeling mag de gespreide aftrek ook worden toegepast door belastingplichtigen die op de eerste dag van het belastbaar tijdperk 20 of meer werknemers tewerkstellen. Voor de éénmalige verhoogde investeringsaftrek komen alle eenmanszaken en vennootschappen zonder beperking in aanmerking. Voorwaarden: Om in aanmerking te komen voor de investeringsaftrek moeten de investeringen aan 5 voorwaarden voldoen: De investeringen moeten materiële of immateriële vaste activa zijn. 23 REG - VADEMECUM maart 2007 -

De investeringen moeten in nieuwe staat zijn verkregen of tot stand gebracht. De activa moeten tijdens het jaar of het boekjaar zijn verkregen. De activa mogen uitsluitend in België gebruikt worden voor het uitoefenen van de beroepsactiviteit. De investeringen mogen niet behoren tot de volgende uitgesloten activa : de personenwagens en de auto s voor dubbel gebruik, behoudens: voertuigen die uitsluitend worden gebruikt voor een taxidienst of voor verhuring met bestuurder; voertuigen die in erkende autorijscholen uitsluitend worden gebruikt voor praktisch onderricht en daartoe speciaal zijn uitgerust; vaste activa die niet uitsluitend voor het uitoefenen van de beroepswerkzaamheid worden gebruikt, dwz activa die, ongeacht de verhouding, zowel tot beroeps- als tot privé- doeleinden worden gebruikt; onroerende goederen die vastgoedhandelaars hebben verkregen met het oog op wederverkoop (dit zijn immers geen vaste activa, maar voorraden); vaste activa die niet afschrijfbaar zijn; vaste activa waarvan de afschrijvingen over minder dan drie belastbare tijdperken worden gespreid; de vaste activa die zijn verkregen of tot stand gebracht met het doel het recht ervan aan een derde over te dragen bij leasingcontract of bij overeenkomst van erfpacht of opstal, of enig gelijkaardig onroerend recht, ingeval die vaste activa afschrijfbaar zijn door de onderneming die het recht heeft verkregen. Belastingplichtigen die de eenmalige investeringsaftrek hebben toegepast, moeten die aftrek niet herzien bij overdracht of buitengebruikstelling van de investeringen waarop de aftrek betrekking had. Bij overdracht of buitengebruikstelling van een investering waarvoor de gespreide aftrek werd toegepast, heeft de belastingplichtige recht op een aanvullende aftrek. Die aanvullende aftrek is gelijk aan het verschil tussen: het bedrag van de eenmalige aftrek die had kunnen worden toegepast in het belastbaar tijdperk van de investering; en de som van de reeds verrichte gespreide aftrekken. Tegemoetkoming: In principe wordt de investeringsaftrek in éénmaal toegepast (nl. voor het belastbare tijdperk van de investering). Sommige belastingplichtigen kunnen evenwel voor een aftrek kiezen die gespreid wordt over de duur van de afschrijvingsperiode. Bepaalde investeringen geven recht op een eenmalige verhoogde investeringsaftrek. Om de eenmalige investeringsaftrek te berekenen neemt men een bepaald percentage van de aanschaffings- of beleggingswaarde van de activa die in een bepaald jaar werden aangekocht. Dit bedrag wordt in mindering gebracht van de belastbare winst. Deze aftrek wordt in éénmaal toegepast, nl. voor het jaar of boekjaar van de investering. Kenmerkend voor de gespreide investeringsaftrek is dat de aftrek niet in één keer wordt toegepast, maar wordt gespreid over de afschrijvingsduur van de investering. De jaarlijks aanneembare afschrijving is de grondslag van de aftrek. De eenmalige verhoogde investeringsaftrek wordt toegekend voor milieuvriendelijke investeringen voor onderzoek en ontwikkeling, energiebesparende investeringen, investeringen in octrooien en investeringen in veiligheid. 24 REG - VADEMECUM maart 2007 -

1. De eenmalige investeringsaftrek Het percentage voor het aanslagjaar 2006 bedraagt: 3,5% voor investeringen van natuurlijke personen; 3% voor de eerste schijf investeringen van 7.052.500 EUR voor het aanslagjaar 2006 voor investeringen van KMO-vennootschappen; 3% voor investeringen ter bevordering van het hergebruik van verpakkingen van dranken en nijverheidsprodukten. 2. De gespreide investeringsaftrek Voor aanslagjaar 2006 bedraagt het toe te passen percentage zowel voor vennootschappen als voor eenmanszaken 10,5% van de afschrijvingen. Voor milieuvriendelijke investeringen voor onderzoek en ontwikkeling bedraagt het toe te passen percentage 20,5%. 3. De eenmalige verhoogde investeringsaftrek Het percentage van de verhoogde investeringsaftrek bedraagt voor het aanslagjaar 2006 13,5%. Procedure: Om de investeringsaftrek te kunnen genieten, moet de belastingplichtige bij zijn fiscale aangifte waarin die aftrek is vermeld de volgende documenten voegen: een ingevuld, gedateerd en ondertekend formulier nr. 276U. Vennootschappen krijgen dit samen met hun aangifteformulier toegestuurd. Particulieren kunnen het aanvragen bij de lokale controle waar de aangifte moet worden ingediend; per categorie van vaste activa, een opgave voegen die voor elk activum vermeldt: de datum van de aanschaffing of de totstandkoming; de juiste benaming; de aanschaffings- of beleggingswaarde; de normale gebruiksduur en de afschrijvingsduur. de bescheiden die nodig zijn voor een aftrek als energiebesparende investeringen of als investeringen voor onderzoek en ontwikkeling moeten worden aangevraagd bij : Leefmilieu Brussel Brussels Instituut voor Milieubeheer Gulledelle 100 1200 Brussel Tel. 02/775.75.75 Fax 02/775.76.79 Elke belastingplichtige die veiligheidsinvesteringen wil doen, kan zich laten registreren op de website www.vps.fgov.be. Na het bepalen van de risicocategorie waartoe de belastingplichtige behoort, worden een aantal investeringen aanbevolen waarvoor de belastingplichtige van een verhoogde aftrek kan genieten. Achteraf moeten de uitgevoerde werken worden goedgekeurd door de technopreventief adviseur. Een bewijs van goedkeuring moet bij de belastingaangifte worden gevoegd. De investeringsaftrek gebeurt in de fiscale aangifte na aftrek van de vorige verliezen en is beperkt tot de overblijvende Belgische winst. De aftrek mag onbeperkt naar de volgende boekjaren worden overgedragen indien er geen of onvoldoende winst overblijft. 25 REG - VADEMECUM maart 2007 -

In de aangifte in de personenbelasting wordt het aftrekbaar bedrag vermeld bij code 614 of code 662 (code 639 of 687 voor de gehuwde vrouw). In de aangifte in de vennootschapsbelasting wordt de investeringsaftrek vermeld in code 094. De vrijstelling van overgedragen investeringsaftrekken wordt evenwel beperkt tot 771.090 EUR (aanslagjaar 2006) per belastbaar tijdperk of, indien de overdracht 3.084.380 EUR (aanslagjaar 2006) overtreft, tot 25% ervan. Praktische hulp BAO: De medewerkers van het BAO kunnen u wegwijs maken in het landschap van de publieke instellingen. Bovendien kunnen zij u in contact brengen met de geschikte personen binnen elke instelling. Meer informatie: ECOSUBSIBRU Een instrument van het Brussels Agentschap voor de onderneming www.ecosubsibru.be - info@ecosubsibru.be - Tel 02 422 00 20 26 REG - VADEMECUM maart 2007 -

Samenstelling Het Brussel Gewest en de samensteller van dit vademecum zijn niet aansprakelijk bij een verkeerd of wederrechtelijk gebruik van de informatie in dit vademecum. Inhoud en lay-out : 3E nv Verantwoordelijke uitgever: Leefmilieu Brussel-BIM Derde uitgave: maart 2007 27 REG - VADEMECUM maart 2007 -