25 jaar Toerclub Boxmeer Zuchten, zweten, zwoegen, zeuren en toch veel fietsplezier



Vergelijkbare documenten
voor 29% was gezelligheid de aanleiding makkelijk als iemand weg weet zegt 4% 2% wil als sponsor betrokken zijn 2% werd lid vanwege onze clubkleding

De Grote Verkeerstoets /08/ Ja. 2. Neen, want ik mag hier niet links afslaan. 3. Neen, want ik heb mijn arm niet uitgestoken.

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken

Fiche Leerlingen. De plaats op de openbare weg binnen de bebouwde kom

VEILIG(ER) FIETSEN en KENNIS MAKEN MET WTC De HELLEN

OCV trucks. Een lange natte en winderige winter is net voorbij en iedereen is dan ook weer blij.

Le tour du Mont Ventoux 2014

Finale weekend club competitie

Maximale inspanningstest

Fiets vakantie Gran Canaria oktober 2013.

25 augustus 2012 toertocht Diekirch-Valkenswaard.

Informatiefolder jeugdwielrennen

2 15 kilometerwedstrijden, maar toch niet helemaal...

Informatie TWC VALKENSWAARD

WEEKEND SPA/ARDENNEN/EIFFEL 21, 22 EN 23 SEPTEMBER 2007

Handboek voor de jeugdtrainingen Cycling Lemelerveld

Nieuwsbrief 4, april 2015, SFC Westerkwartier.

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over,

School Lesbrief 2015

Informatiefolder Jeugdwielrennen

Bad Marienberg. 21 t/m 25 april 2011

Iris marrink Klas 3A.

HOE VERINNEWEER IK EEN HARLEY? Een verhaal van vallen en opstaan.

Spelletjes voor op de achterbank

Deze lesbrief gaat in op waar leerlingen in het verkeer op moeten letten bij vrachtverkeer en bespreekt de dode hoek.

Wat kan er nog over Joop Zoetemelk geschreven worden wat niet allang bekend is. Hij is met voorsprong de meest gewone van alle bekende Nederlanders.

Veilig onderweg met de e-bike

Veilig fietsen in het peloton van Het Gouden Wiel. Vragen en suggesties graag aan het einde van de presentatie a.u.b.

DtD deel twee. Mijn tweede trail van 2019 zit er op, en wat voor een. Deze keer dus een nacht trail in Durbuy.

TRAININGSCOACH AFRICA CLASSIC

Verkeersbordenspeurtocht

Wieler Tourclub Dinxperlo. Welkomstboekje met tal van nuttige tips voor nieuwe leden [Geef tekst op]

Nieuwsbrief september 2015

Kleding en Materiaal: Aandachtspunten voor het fietsen in de bergen.

Alles over de ambulance Lesboekje voor groep 5 & 6

6x de berg op voor het KWF!

Het restaurant in Otterlo.

ROUTE VOORBESPREKING GROEN 32 KM

Vervoersprotocol. Doel van dit protocol:

Prijsuitreiking van de kleppen voor 2014.

Begin jaren 90 was er een uitwisseling tussen Dart Club Sport en één Engels dartsteam.

OPROEPEN EN MEDEDELINGEN

VERO voor voetgangers basisschool Pulle


TrainingsCoach. Hard work, magic moments: starting now! TrainingsCoach Kenya Classic

Spekkoek. Op de terugweg praat zijn oma de hele tijd. Ze is blij omdat Igor maandag mag komen werken.

Gedragsregels en veiligheid

VEILIGHEID THEMA 2015

IMPRESSIE VAN EEN LEUKE WEEK IN LERMOOS OOSTENRIJK

Kinderen van 8 t/m 15 jaar kunnen meedoen (minimaal A-diploma verplicht). Deelname is gratis.

Hoofdstuk 1. In het dorp

VERKEERSBEGRIPPEN. bij Verkeersexamen Overzicht van verkeersbegrippen, die belangrijk zijn voor kinderen. verkeersbegrip uitleg

Veertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel

Programma 3 landen 3 daagse Eifel Ardennen

afgeven de kleur gaat in de Dit rode overhemd moet je apart wassen, want het g a. andere kleren zitten

! Vraag vrijblijvend een op maat gesneden offerte aan!

Water Egypte. In elk land hebben mensen hun eigen gewoontes. Dat merk je als je veel reist. Ik zal een voorbeeld geven.

Op reis naar Bethlehem

Casus 1 Gladheid. Al luisterend naar Q-music voelt ze in de flauwe bocht haar auto van achter wegglijden en ze botst met 60 km per uur tegen een boom.

VERKEERSBEGRIPPEN. bij het Verkeersexamen Overzicht van verkeersbegrippen, die belangrijk zijn voor kinderen. verkeersbegrip uitleg

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen, jongens en meisjes,

Charles den Tex VERDWIJNING

Kinderen van 8 t/m 15 jaar kunnen meedoen (minimaal A-diploma verplicht). Deelname is gratis.

Mascha Pijnenborg. Naast een nieuwe outfit, hoort daar ook een natuurlijk ook nieuwe fiets bij. Deze fiets kon ik begin januari op gaan halen!

TRAININGSCOACH AFRICA CLASSIC

Deze gevoelens en emoties blijven bestaan totdat jij er aan toe bent om ze te uiten.

Informatieblad W.V. De Jonge Renner Wielrennen Jeugd

Wat zie je er leuk uit!

Twee wedstrijden in twee dagen

Namibië. 25 augustus 2015

Loopgroep René van AVGM in Best

De Road Runners naar Luxemburg.

Kustwerk Katwijk: vrachtverkeer en de dode hoek

WTC NijeRieders. Informatiegids WTC NijeRieders

Stappenplan voor het plakken van een zonneband met streamer

Hoofdstuk 1. Buiten de bebouwde kom

Outback Australië. Je kunt een auto huren of kopen. Dat kan op veel plaatsen.

HET BELANGRIJKSTE OM TE WETEN OM MEER ZELFVERTROUWEN TE KRIJGEN

Samenvatting Bijlage bij schriftelijke vragen PvdA/GroenLinks Fietsroutes via centrum van Rotterdam Aanbevelingen ter verbetering van

In deze nieuwsbrief: Uitnodiging ledenvergadering!!! 17 november Oktober 2015.

1 De tekst gaat over de modderman. Waar denk jij aan bij modder? Kleur die vakjes. 2 De modderman is een verhaal. Hoe weet je dat? Kruis aan.

Verslag van Ruud van de wielerwedstijd in Meer op 12 oktober 2013.

Non smoking sponsor. Posted on 4 december 2012 by Yvonne

273KM. Luik Bastenaken Luik

Prijsuitreiking 2015

MAKEN WINTERBANDEN KETTINGEN OVERBODIG?

Vacaturebank Vrijwilligers April 2016

Clubreglement de Pedaalridders Lansingerland

Dakloos Apeldoorn Informatie voor spreekbeurt

Een ieder is verplicht de NTFU toerfietskaart tijdens een door de ETT georganiseerde rit bij zich te dragen!

Auditieve oefeningen bij het thema: sport en spel

Tips voor ouders. 16

Scouts instructie: hakken Hoe je veilig je houtvoorraad aan kan leggen

IK LEER FIETSEN! PRAKTIJKBOEKJE VOOR CURSISTEN

Eifel - Prüm. 21 mei - 24 mei 2009

BieRun hindernissen en routebeschrijving

Het houden van een spreekbeurt

R O S A D E D I E F. Arco Struik. Rosa de dief Arco Struik 1

Kinderfolder ALS JE EEN GELEIDEHOND TEGENKOMT

Transcriptie:

25 jaar Toerclub Boxmeer Zuchten, zweten, zwoegen, zeuren en toch veel fietsplezier INLEIDING Zo af en toe wordt er nog wel eens gesproken over: hoe het vroeger was bij Toerclub Boxmeer. Meestal gaat het dan over een sterk verhaal met flink wat dramatiek. 25 jaar Toerclubgeschiedenis is een aaneenschakeling van leuke, anekdotische, boeiende en soms ernstige gebeurtenissen. Ontwikkelingen die de club hebben gevormd tot een prachtige vereniging waarin naast het sportief fietsen ook het plezierige gebeuren daaromheen centraal staan. Omdat er nog maar weinig leden zijn, die de volle 25 jaar hebben uitgefietst, leek het mij wel een uitdaging om iets hierover op papier te zetten. Daarvoor heb ik vooral véél gesproken met Sjaak Santegoets, die vanaf de oprichting bestuurlijk is betrokken bij de Toerclub. Nog steeds is hij de motor van de club. Sjaak heeft ook enkele stukjes over ritten waar ik niet bij ben geweest geschreven. De meeste verhalen zijn vanuit het geheugen en de eigen beleving geschreven. Dit is ook het excuus voor het feit dat hier geen sprake kan zijn van exacte geschiedschrijving. Verhalen van toerfietsers zijn immers altijd wel wat gekleurd of aangesterkt met een flinke dosis fantasie. Han van Hees INHOUD Oprichting en groei De beginjaren Volgbus Kleding Bokaal Vallen en opstaan Fietsen op zondag Limburg Lange weekenden Duitsland Lange weekenden Luxemburg Lange weekenden Limburg Belgische Klassiekers Spraakmakende sponsortochten Fietsen in Noorwegen Fietsvakanties in Frankrijk en Italië ATB, fietsen met hindernissen Weet je dat.. Stand van zaken De toekomst

OPRICHTING EN GROEI Het is zomer 1980. Een groepje van 6 jonge mannen fietst iedere maandagavond in de omgeving van Boxmeer. De afstand is zo n 50 km en daar hebben ze hun handen vol aan. Het zijn Wim de Bruin, Bert Gritter, Jan van Gelder, Bart Polman, Wilbert Stickelbroek en Sjaak Santegoets. In diezelfde tijd is Toon Albers, toen buren van Sjaak en Tony Santegoets, voorzitter van de Stichting Recreatie Activiteiten Boxmeer (SRA). Deze stichting is opgericht om het recreatief sporten in Boxmeer van de grond te krijgen. Als op een avond Sjaak na een pittige fietstocht thuiskomt volgt er een gesprekje tussen de beide buurmannen over het fietsen. Al snel komen zij tot de conclusie dat het toerfietsen uitstekend past binnen de doelstelling van de stichting waarvan Toon voorzitter is. Hierna volgen nog wat gesprekken waarna wordt besloten om binnen de stichting een toerclub op te richten. Het doel van deze vereniging is het toerfietsen op recreatieve wijze, niet direct gebonden aan een sponsor of café, te organiseren. Er wordt een voorlopig bestuur geformeerd dat bestaat uit: Wim de Bruin voorzitter, Wilbert Stickelbroek penningmeester, Sjaak Santegoets secretaris, Toon Albers en Theo Stevens als bestuursleden. Op 1 december 1980 is Toerclub Boxmeer een feit. Veel te organiseren Toerclub Boxmeer staat nu op papier en het echte werk kan beginnen. In januari 1981 wordt er een informatieavond georganiseerd, waarna er direct 35 nieuwe leden zich aanmelden. Voordat op 2 april 1981 de eerste rit wordt gereden moet er eerst nog wat worden geïnvesteerd. De Stichting Recreatie Activiteiten financiert de eerste aanschaf van o.a. een fietspomp, reservewielen en wat gereedschap. De shirts zijn rekening man. Als volgauto gaat Toon Albers met zijn eigen auto mee. Op het dak is een imperiaal geplaatst, om onderweg fietsen op te kunnen laden, en in zijn kofferbak liggen enkele reservewielen. Toon Albers zorgt ervoor dat de programmaboekjes worden gedrukt (hij heeft de leiding over de huisdrukkerij van de gemeente). De contributie van de leden wordt vastgesteld op fl. 25,- per jaar en zal contant worden geïnd aan het begin van ieder fietsseizoen. Een kwitantie geldt als bewijs van betaling en lidmaatschap. Op 2 april staan er 45 leden ingeschreven, waarvan de meeste werkzaam zijn bij de politie of Stork. Op het programma staan 19 routes, die op de maandag- en donderdagavond worden verreden. Verzamelen en starten gebeurt op het Weijerplein. Vanaf 1984 tot 1987 wordt het parkeerterrein tegenover Sporthal t Hoogkoor de startplaats. Het bestuur Na het eerste fietsseizoen wordt in het najaar van 1981 de eerste algemene ledenvergadering gehouden, waarbij het voorlopige bestuur in z n geheel zal aftreden. Tijdens deze vergadering wordt er een nieuw bestuur gekozen dat bestaat uit: Wim de Bruin voorzitter, Toon Albers penningmeester, Sjaak Santegoets secretaris, Ton Hutten en Bert Gritter bestuursleden. Eind 1985 verlaat Bert Gritter de vereniging omdat hij voor zijn politiewerk moet verhuizen naar Groningen. Theo Daanen volgt hem op. In 1986 treedt Wim de Bruin af als voorzitter en hij wordt opgevolgd door Henk Smeets. In ditzelfde jaar komt Ger van Nunen het bestuur versterken. Een uur voordat de ledenvergadering 1989 begint geeft Henk Smeets aan niet meer door te willen gaan als voorzitter. Na een turbulente vergadering wordt hij uiteindelijk opgevolgd door Peter Ibes. Peter blijft tot 1996 voorzitter waarna Sjaak Santegoets de voorzittershamer overneemt. Harrie Groothedde gaat dan de secretariaatswerkzaamheden doen. Dit heeft hij gedaan tot 2003 en wordt dan opgevolgd door Marc Molkenboer. In 1994 volg Han van Hees Toon Albers op als penningmeester. In 2000 draag ik de geldbuidel over

aan Addy Vereijken. In de loop van de jaren nemen Harry Baltussen, Jos Spanjers, Peter van Haren en Wim van der Ligt ook deel aan het bestuur. Officiële vereniging Begin jaren negentig ontstaat de behoefte om alles wat zakelijker aan te pakken. De risico s worden te groot voor de bestuursleden, die tot dat moment hoofdelijk aansprakelijk zijn bij eventuele schadeclaims e.d.. Ook de Stichting Recreatie Activiteiten, waarbij Toerclub Boxmeer is aangesloten, wordt opgeheven. Besloten wordt de vereniging een officiële status te geven met statuten en huisreglementen. Voor het zachte prijsje van fl. 600,- stelt Notaris Melis de statuten op. Het huisreglement wordt door het bestuur zelf opgesteld en voorgelegd aan de leden tijdens de jaarvergadering van 1994. De Vereniging Toerclub Boxmeer wordt in oktober 1995 officieel ingeschreven bij de Kamer van Koophandel Noordoost Brabant. Hiermee is dan een eind gekomen aan de persoonlijke aansprakelijkheid van het bestuur. Tegelijkertijd wordt ook het lidmaatschap bij de NTFU aangevraagd.. Een belangrijk voordeel hiervan is de collectieve verzekering tegen letsel- en materiaalschade, die worden opgelopen tijdens de gezamenlijke toertochten. Door o.a. de bijdrage aan de NTFU is een forse verhoging van de jaarlijkse contributie nodig. Tijdens de jaarvergadering 1996 wordt dit vastgesteld op fl. 75,- per persoon. Het contant innen of overmaken op de bankrekening van de vereniging wordt dan ook omgezet in een automatische incasso..

DE BEGIN JAREN Het is nu haast niet meer voor te stellen. Je hebt een wat sportievere fiets met een kromstuur, je haalt er de spatborden, bagagedrager en kettingkast vanaf en je hebt vanaf dat moment een racefiets. Bij enkele leden van het eerste uur zit er niet eens een krom-stuur op maar een gewoon recht-stuur. Er zijn ook leden die hun sportfiets niet ontdoen van deze ballast omdat de fiets ook voor de dagelijkse ritten naar het werk wordt gebruikt. Daarnaast vinden sommigen het wel handig om alleen het bagagerekje te laten zitten, want dat is wel zo gemakkelijk voor een regenjack of broodtrommeltje. Slechts een enkeling heeft trappers met toeclips. De gemiddelde snelheden komen meestal niet boven de 25 km per uur. Harder rijden veroorzaakt prompt een heftige discussie en soms zelfs een opzegging. Jarenlang is deze snelheid een vast agendapunt op de jaarvergaderingen geweest. Banden Vooral in het begin van een fietsseizoen is het treurig gesteld met de banden. De meeste fietsen gaan eind september het schuurtje in en worden het jaar daarop, begin april, er weer uitgehaald. Met een stoffer wordt de fiets wat schoongemaakt en de banden opgepompt, waarna het fietsen kan beginnen. Vaak wordt dit oppompen nog vlug even voor de rit op de verzamelplaats gedaan met de fietspomp van de club. Het gevolg is dat tijdens de eerste ritten klapbanden en leeglopers volop de tochten stagneren. Tot 10x stoppen op een rit van ca. 30 km is geen uitzondering. Zelfs heftige klapbanden, waarbij de band tijdens het rijden compleet van de velg afloopt komt nogal eens voor. Geleidelijk aan wordt dit beter. Er verschijnen zelfs enkele echte racefietsen met tubes in het Boxmeerse peloton en ook de betere draadbanden doen hun entree. De buitenbanden, die begin jaren tachtig velen jaren meegingen, worden ook wat vaker vernieuwd. De binnenbanden die in de begintijd stijf staan van de ontelbare plakkers komen steeds minder vaak voor. Er wordt ook geëxperimenteerd met extra verstevigingen in de buitenband; meestal in de vorm van het loopvlak van een oude buitenband. Echte successen, in de vorm van nooit meer lekrijden, zijn er uit die experimenten nooit voorgekomen. Bert Boom geeft onderhoudsles Veel succes had Bert Boom in de jaren zeventig als achtervolger o.a. werd hij 2x wereldkampioen bij de amateurs. Daarna is hij mecanicien en promotor van Shimano geworden. In deze functie biedt hij aan om fietsvoorlichting te geven op verenigingsavonden. Om een halt toe te roepen aan de vele fietsmankementen wordt hij uitgenodigd om ook aan de leden van Toerclub Boxmeer te vertellen hoe je een fiets moet onderhouden. Op 5 april 1982 komt hij naar een zaaltje in t Hoogkoor.Tijdens deze avond vertelt hij eerst over zijn achtervolgingskwaliteiten en wordt van de bezoekers verwacht bewondering te hebben voor zijn palmares en bijbehorende relikwieën zoals shirts, medailles en bekers. Deze attributen heeft hij als achtergronddecor uitgestald. Tussendoor krijgen de bezoekers ook te horen wat ze zoal moeten doen en vooral welke Shimano onderdelen ze moeten aanschaffen om de fiets in een goede staat te houden. Wintersport Niet alleen de conditie van de fietsen is na een winterstop slecht, ook hun berijders zijn doorgaans niet geheel topfit. Nog niemand is in de beginjaren zo gek om in de winter op de weg of in de bossen door te fietsen. Enkele leden doen een beetje aan hardlopen of gaan 1x in de week een uurtje zwemmen. Al kort na de oprichting ontstaat de behoefte om in de winter toch iets meer aan sport te doen. De oplossing wordt in 1982 gevonden in één avond in de week collectief sporten in de gymzaal van de LTS.

Het eerste jaar doen er al zo n 15 leden mee. Meestal onder leiding van Sjaak wordt een programma afgewerkt dat o.a. bestaat uit: warmlopen, rek- en strekoefeningen, grondoefeningen en wat onmogelijke acrobatiek. De tweede helft van de avond wordt besteed aan balsport, meestal volleybal. Hiervan loopt nog steeds de afspraak om de spelregels tijdens het zomerse fietsseizoen nog eens goed door te nemen. In 1988 willen enkele leden toch liever doorfietsen en gaan met een verbouwde racefiets in de bossen cyclocrossen. Geleidelijk aan wordt het ATB fietsen ontdekt en komt de spinning tot leven. Waar nog bijkomt dat de huur van de gymzaal aanmerkelijk duurder wordt en er problemen ontstaan over het tijdstip van gebruik. Door dit alles verwatert de belangstelling voor deze unieke vorm van zaalsport. Roken Op oude zwart/wit foto s van de Tour de France zie je het nog wel eens; fietsers die tijdens de rit of na afloop een sigaretje roken. In de begintijd is dit bij Toerclub Boxmeer niet anders: even tijdens een stop een sigaretje opsteken en heel af toe zelfs ook tijdens het fietsen. Dit wordt niet als bijzonder ervaren en gewoon geaccepteerd. Zo is het gebruikelijk om na een snelle rit over de Zevenheuvelenweg naar Beek en terug naar Groesbeek even te pauzeren. Tijdens deze stop bij het benzinestation in Groesbeek komen dan in de beginjaren meerdere pakjes sigaretten en shag te voorschijn. Even een moment om tot rust te komen en hoe kan dat beter dan onder het genot van een pafje en onder ogen van de hijgende medefietsers. In 2005 is het alleen nog maar Henk Toonen die zich hieraan waagt. Grenstocht In het begin van de tachtigerjaren ben je als toerclub voor je stand verplicht om minstens 1x per jaar een toertocht te organiseren. De collega toerclub De Kemphanen organiseerde toen al meerdere jaren toertochten. Alleen willen ze het bij Toerclub Boxmeer beter doen. Het idee ontstaat om een tocht langs de grens met Duitsland uit te zetten. Daarvoor kan door de fietsers een keuze worden gemaakt uit 2 afstanden, namelijk 60 km en 120 km. De 60 km lange tocht gaat vanuit Boxmeer via wat omwegen naar Well en via de toeristische weg en Gennep terug naar Boxmeer. De mensen die 120 km willen rijden gaan in Gennep niet linksaf richting Boxmeer, maar worden richting Milsbeek en De Horst gedirigeerd. Dan via Beek de Zevenheuvelenweg en Groesbeek terug naar Boxmeer. Tijdens de controlestops krijgen de 120 km rijders gratis hapjes in de vorm van brokjes kaas, lever- of metworst. In het totaal worden er drie Grenstochten georganiseerd, waarvan de laatste in 1985. De belangrijkste reden om met de organisatie te stoppen is het nog geen lid zijn van de NTFU, waardoor de hoofdelijke aansprakelijkheidsrisico s het bestuur dwingen geen toertochten meer te organiseren.

VOLGBUS Van 1982 tot eind 1999 wordt tijdens de doordeweekse fietsavonden de toerclub achtervolgd door een volgbus. De eerste bus is een VW bus van rijwielhandelaar Noud Arts toen gevestigd in de Spoorstraat. (Waar nu Automaterialen Keulen bv is gehuisvest). Deze bus wordt één jaar gebruikt. Van 1983 tot 1986 komt hiervoor in de plaats een vaalblauwe VW bus, die ter beschikking is gesteld door Garage Coolen (nu Jipp). Boven op deze bus is een imperiaal met 6 reclameborden gemonteerd. De opbrengst van de reclameborden wordt gebruikt om de benzine te betalen. In die tijd is het ook vaak de gewoonte dat zo n volgbus wordt voorzien van een geluidsinstallatie voor instructies en vrolijke muziek. Een mooi voorbeeld hiervan was toen Toerclub Mill. Gelukkig is de bus van Toerclub Boxmeer alleen gebruikt voor reservewielen, fietspomp, beetje gereedschap, wat verbandmateriaal en pleisters. Als chauffeurs fungeren een aantal vaste vrijwilligers, die het leuk vinden om 2x in de week achter de club aan te rijden. Suzuki Bij aanvang van het seizoen 1986 komt de bus helaas niet door de keuring. Gelukkig weet voorzitter Wim de Bruin, Dries Jetten zover te krijgen een busje beschikbaar te stellen. Het wordt een Suzuki busje geheel gespoten in de clubkleuren en daardoor een opvallende verschijning in Boxmeer en ver daarbuiten. Dries Jetten geeft de club alle vrijheid om het busje naar eigen inzicht te benutten. Zo kan Wim Toonen haken in de bus monteren om wielen op te hangen en kan het busje ook voor kleine transportklussen worden gebruikt. Om enige erkentelijkheid te tonen start de toerclub dan ook bij Garage Jetten. Het busje krijgt een standplaats naast het huis van Toon Albers, goed zichtbaar vanaf de Hoogendijk. In die tijd gaat de club ook steeds vaker ver buiten Boxmeer fietsen. Zo worden er tochten gemaakt naar de Veluwe, in Limburg, België en Duitsland. Het busje wordt dan in eerste instantie gebruikt voor het vervoeren van de fietsen. Het is al eens gelukt om 19 fietsen, wel ontdaan van de wielen, in het busje te vervoeren. Maar vooral wordt het busje gebruikt voor het transporteren van de tassen vol met brood, drank en extra kleding. Ook uitvallers kunnen erin plaatsnemen. Vaak worden voor de bijzondere tochten echtgenotes gevraagd om als chauffeur dienst te doen. Het busje had de ideale maten. Zonder problemen kan er goed tussen smalle markeringspaaltjes en op fietspaden worden gereden. Tijdens zo n tocht in Limburg laat Ans van Hees, samen met bijrijdster Annemiek van Driel daar knappe staaltjes van zien. De te halen snelheid komt bijna overeen met die van een personenauto. Vooral bij langere tochten, bijvoorbeeld Luik- Bastelaken-Luik is het opvallende busje een geruststellend baken. Zoals de dochter en schoonzoon van Herman van de Horst in die tijd zonder veel op de fietsroute L-B-L te komen de club steeds weer weten te vinden. De rust-, eet- en drinkpauzes vinden dan plaats bij het busje. Na iedere ca. 50 km vindt dit ritueel plaats, dan worden de tassen uit het busje gehaald, de magen gevuld en de tassen weer terug gezet. Dit gaat meestal goed, behalve die ene keer dat Jos van Driel vergeet zijn tas terug te zetten. Die tas is nog steeds zoek. De populariteit van Jos Spanjers bereikt een dieptepunt als hij de bus rijdt tijdens L-B-L. Hij krijgt het voor elkaar om meer dan 100 km onvindbaar te blijven voor de hongerige Toerclub fietsers. Gerard Kocken bus Het Suzuki busje komt in 1992 niet meer door de keuring en wordt verkocht aan een Pool. Gelukkig mag de Toerclub daarna de bus van Gérard Kocken als volgbus gebruiken. Gérard is in 1987 hoofdsponsor van de club geworden. In het begin wordt ook deze bus bestuurd door vrijwilligers, maar dat gaat op den duur steeds moeizamer. De animo om 1 of 2 keer in de week als vrijwilliger achter het stuur plaats te nemen

wordt steeds minder. De vergoeding voor het volgzaam volgen van de toerclub bestaat uit een VVV cheque t.w.v. fl. 50,-.Daarom wordt besloten dat alle leden om de beurt doordeweeks één keer achter het stuur plaats moeten nemen. Iedereen is dan bijna 2x per jaar aan de beurt. Dit gaat redelijk goed; al heeft Jos Spanjers, die vanuit het bestuur dit coördineert er toch het nodige mee te stellen. Vergeten, geen zin of gewoon wegblijven is soms de reden om de bus thuis te laten. Een nadeel van deze bus is hij zuipt diesel en een reservetank is niet aanwezig. Het gevolg is dat de bus bij lange tochten nog al eens stil komt te staan. Daarbij vergeet Gérard standaard om bij deze lange tochten de sleutel van de dieseldop mee te geven. Gelukkig weten monteurs zoals Wim Toonen en Ino van Hees dit technische probleem met een gewone schroevendraaier handig op te lossen Wiel wisselen Het verwisselen van een wiel is een verhaal apart. Ca. 15 jaar lang is het de gewoonte om gewoon even te wachten totdat de lekrijder zijn wiel heeft gewisseld. Vaak komt zo n rustmoment goed uit om even bij te komen, een plas te doen, of de nieuwste moppen aan te horen. De wachttijd varieert van 5 tot 15 minuten afhankelijk van de handigheid van de lekrijder. Juist daarom valt in 1998 tijdens de jaarvergadering het besluit: dat het wisselen van een wiel voortaan in de bus moet gebeuren. Dus snel de fiets inladen en dan proberen in een rijdende bus, zittend op je knieën en zonder enige steun, tussen de losslingerende wielen en andere spullen je wiel te wisselen. Ondertussen rijdt de chauffeur de bus tot ver voor de groep. Waarna de lekrijder als het is gelukt het wiel te wisselen rustig kan uitstappen en zijn weg fietsend in de groep kan vervolgen. Deze circusact levert de meeste lekrijders wel een blauwe plek en een paar beurse knieën op. Vaak besluit de lekrijder dan ook maar gewoon naast de chauffeur plaats te nemen en zich comfortabel naar huis te laten rijden. Doordat de bandenkwaliteit in de loop van de jaren aanzienlijk beter wordt vermindert de frequentie van het lekrijden. Ook de handigheid om snel een band te wisselen neemt bij enkele leden - vooral bij Sjaak - opmerkelijk toe. Vandaar dat in 2000 wordt besloten het zonder een volgbus te doen..

KLEDING Vanaf de eerste te rijden meters wordt serieus aandacht besteed aan clubkleding. Het eerste tricot wordt een donkerblauw acryl shirt met korte mouwen. Op de rug wordt in het wit in vlokprint de tekst Toerclub Boxmeer gedrukt. Voor een broek moet iedereen zelf zorgen, met als gevolg een grote variëteit broeken zoals: min of meer professionele racebroeken met zeem, sportbroeken en trainingsbroeken. Een broekzeem in 1980 is vergelijkbaar met een zeemlap waarmee ook de ramen worden gelapt. Het is iets dikker en wordt na verloop van tijd keihard. Vooral voor lange tochten is het dan ook raadzaam om het in te vetten met uiercrème. Dat plakt zo lekker aan je zitvlak. In 1984 wordt het donkerblauwe shirt vervangen door een lichtblauw tricot met wit/rode banen in de kraag en zijkant. Je kunt nu kiezen uit een tricot met lange of korte mouwen. De witte tekst, nu in zeefdruk gedrukt, bestaat ook nu weer uitsluitend uit Toerclub Boxmeer. Aanschaf van zo n shirt kost ieder lid fl. 25,-. In 1985 biedt Henk Smeets aan iets betere fietsbroeken te leveren bedrukt met zijn naam voor fl. 30,-. Van dit aanbod wordt gretig gebruik gemaakt. Sponsoren Het kan niet uitblijven dat ook Toerclub Boxmeer sponsoren aantrekt. Niet dat de kosten van het rijden zo hoog zijn, maar de behoefte aan betere (professionelere) kleding neemt toe. In de winter van 1987 worden 4 sponsoren gevonden die bereid zijn bij te dragen aan de kosten van de clubkleding. Gérard Kocken wordt hoofdsponsor met daarnaast: Bovema Ventilatietechniek (Peter Ibes) Meilink Industriële Verpakkingen (Jan Hoesen) en Smeets Mode (Henk Smeets) als sub sponsoren. Op de eerste shirts en winterjasjes worden al deze bedrijfsnamen vermeld. Na hun eerste bijdragen haken de 3 sub sponsoren af. Daarom wordt bij de tweede en derde druk alleen de naam van Gérard Kocken nog op de kleding gedrukt. Nieuwe materialen en vormgeving Aspecten als comfort, veiligheid en design gaan een belangrijke rol spelen, daarom wordt er meer aandacht besteed aan geschikte kleding. Tegelijkertijd komen er moderne hightech stoffen op de markt, waardoor ook creatief met het design kan worden omgegaan. Dit wordt mede mogelijk gemaakt door een nieuwe druktechniek, namelijk transferprinting. Bij deze techniek wordt het design eerst op papier gedrukt, waardoor grote voorraden voorgedrukt papier zonder veel kosten kunnen worden opgeslagen. Op afroep wordt dan het design van het papier overgezet op stof. Voor het design gaan Sjaak en ik aan de ontwerptafel zitten. Het resultaat hiervan is een strak ontwerp dat bestaat uit een witte achtergrond met daarop schuine banen in de kleuren geel en rood. De teksten worden in het blauw gedrukt. Uiteindelijk kunnen de leden een keuze maken uit: tricots korte en/of lange mouw, gamex jack en een gevoerd winterjack. Dat dit voorruitstrevende kleding is blijkt wel uit het feit dat ca. 15 jaar na de introductie er soms nog mee wordt gefietst. Na ca. 10 jaar wordt besloten om weer eens over te stappen op een nieuwe design. Het transferpapier is op en er komen ook verzoeken voor clubbroeken. Neros, een sportkledingleverancier uit Malden, komt in beeld en dit bedrijf kan voor scherpe prijzen kleding leveren. Voor een nieuw design wordt een wedstrijd uitgeschreven. Het ontwerp van Ton Verhaag komt het beste uit de verf. Veel rood en geel met blauw als verloopkleur. De zwarte broek wordt voorzien van een gele baan met tekst. Deze kleding, die tijdens de presentatie op de jaarvergadering in 1998 veel stof doet opwaaien, gaat ca. 5 jaar mee. Achteraf blijkt dat de kwaliteit van de kleding toch niet zo best te zijn en gaat de toeleverancier van Neros failliet, waardoor wordt besloten om naar een andere leverancier uit te kijken..

In 2003 komt na een bezoekje van enkele clubleden aan de tweewielerbeurs in Amsterdam een nieuwe leverancier Jacobson in beeld. Daarbij weet het bestuur, na bemiddeling van Henk Smeets,Van Lunen Adviesgroep naast Gérard Kocken aan te trekken als sponsor. Hierdoor ontstaat er een prima basis om een uitgebreid kledingpakket van het merk Nalini aan de leden aan te bieden. Er wordt een kledingcommissie in het leven geroepen, die bestaat uit Petie van Dinter, Mark Molkenboer, Henk Smeets, Sjaak Santegoets en Han van Hees. Deze commissie verzorgt het kledingontwerp en stelt het kledingpakket samen. Het resultaat is een waslijst aan kledingmogelijkheden. En alles voor zeer aantrekkelijke prijzen. Er kan een keuze worden gemaakt uit: tricot korte en/of lange mouw, winterjack met of zonder afritsbare mouwen, bodywarmer, broek met zeem, broek lang zonder zeem, of 3/4 broek met zeem. En voor het eerst in het bestaan van de toerclub wordt in 2004 een echte groepsfoto, in de nieuwe outfit, gemaakt op de trappen van het Boxmeerse kasteel en voor de bedrijfslocaties van de sponsors.

BOKAAL De meeste leden, die de huidige Gérard Kocken Bokaal winnen, beseffen niet dat zij een bijna antieke beker ontvangen. Deze beker gaat al zo n 24 jaar mee en heeft al op vele schoorsteenmantels staan pronken. De geschiedenis van de bokaal kent diepte en hoogte punten, leuke en sacherijnige momenten, recht en onrecht. Zaken die een echte bokaal kleuren. De eerste keer dat voor de bokaal wordt gestreden is in 1981. Fietsenmaker Noud Arts schenkt de bokaal, waardoor deze ook zijn naam krijgt. Op het programma staat 1 rit, gebaseerd op de vooraf opgegeven gemiddelde tijd. Bert Gritter wordt de overgelukkige eerste winnaar van de Noud Arts Bokaal. Vanaf 1985 staan er 3 verschillende ritten op het programma. In de begintijd zijn het individuele ritten omdat slechts een handjevol leden er aan meedoen. Er zijn jaren bij dat er maar zo n 6 man een poging wagen om de bokaal op hun schoorsteenmantel te krijgen. In 1988 wordt dezelfde bokaal omgedoopt in de Gérard Kocken Bokaal. Geleidelijk aan groeit de belangstelling en wordt ook het aantal ritten uitgebreid tot 4 per jaar. In 2005 staan er bijna 40 leden op de uitslagenlijst. Van plakband tot bordjes Net zoals het fietsen in 25 jaar een flinke progressie heeft meegemaakt gebeurt dit ook met de bokaal. Een mooi voorbeeld is de bewegwijzering van een rit. Die eerste jaren is die er gewoon niet. Aan de hand van een getypte instructie rijdt iedere deelnemer zijn rit; met alle gevolgen van dien. Zo gebeurt het steeds dat een trouw lid iedere keer, min of meer kwaad, naar huis gaat zodra hij ontdekt dat er een tijdrit moet worden gereden. Achteraf blijkt dat deze man analfabeet is. Maar ook de brildragers zijn hier niet blij mee en wordt deze briefing snel vervangen door plakband. Dit plakband wordt als richtingaanwijzer geplakt op de meest onmogelijke plaatsen links en rechts van de weg, zoals op lantaarnpalen, hekwerkpaaltjes, verkeersborden, schuttingen en ANWB paddestoelen. Omdat het plakband van hoogwaardige kwaliteit blijkt te zijn wordt ieder jaar voor een andere kleur of vorm van bewegwijzering gekozen. De kwaliteit van dit plakband is nu nog steeds zichtbaar o.a. op de lantaarnpaal bij de stoplichten in Oeffelt waar we rechtsaf gaan richting Gennep. In 1993 neemt Henk Smeets het initiatief om gele bordjes aan te schaffen. De eerste keer rijden volgens deze bordjes is geen succes. Het geel is gedrukt op een witte ondergrond en daardoor is slecht te zien in welke richting er moet worden gefietst. Direct na deze tocht is het wit vervangen door zwart waardoor de rijrichting beter zichtbaar wordt. Het nadeel van deze bordjes is tot ze redelijk eenvoudig zijn te verwijderen of naar een andere rijrichting kunnen worden gedraaid. Wat dan ook wel eens gebeurt vlak voor een rit, met alle pret van dien. Ieder jaar verdwijnen er wel een flink aantal bordjes, waardoor de huidige sponsor hiervan Festa Zeefdruk in Langeboom weer aan het bijdrukken kan gaan. Onzalig programma De geringe belangstelling in het begin is enigszins verklaarbaar. De creativiteit van de bedenkers van het tijdritprogramma bereikt op sommige momenten een dubieus en masochistisch niveau. Wat te denken van een klimtijdrit op snelheid waar het zondagse klimmetje in Schotheide 3 maal direct achter moet worden gedaan; of snel alleen je achterwiel verwijderen en weer terugplaatsen tijdens de verrassingstijdrit; of een snelle tijdrit met tegenstander te rijden op het parkeerterrein van het toenmalige AC restaurant; of op de fiets proberen te blijven zitten terwijl je tussen verkeerd opgestelde markeringspionnen moet rijden; of een snelle tijd rijden op de Quayweg heen en terug naar Landhorst achter iemand die veel harder kan rijden dan jij. Zo kan het gebeuren dat Wim Toonen, gevolgd door Geert Minten, door een te hoge snelheid in Landhorst een tuin inrijden en op het grasveld tot stilstand komen. Zo zijn er nog vele voorbeelden te noemen. Een echte klapper is de individuele tijdrit met een gemiddelde

tijd waarin de veerpont naar Afferden is opgenomen. De individuele start, met een tussentijd van 2 minuten is in Boxmeer en de rit gaat min of meer direct naar de veerpont. Het gevolg is dat bijna alle deelnemers tegelijk oversteken met de veerpont en dan weer individueel hun rit zouden moeten vervolgen en nog binnen de afgesproken tijd binnen dienen te komen. Intriges en geritsel Het is niet waarschijnlijk dat er voor het winnen van de Bokaal doping wordt gebruikt. Wel is het zo dat er allerlei trucs en slimmigheden uit de kast worden gehaald om maar met de inmiddels vette geldprijs en bijbehorende eer te gaan strijken. Zo valt het opeens op dat iemand ineens een horloge draagt tijdens een tijdrit, terwijl diegene nooit eerder is gezien met een horloge. Opmerkelijk zijn ook de tellers die met een goedkoop plakbandje worden afgeplakt in plaats van ze eenvoudig, doorgaans met één klik, te verwijderen. Dan heb je nog de tellers die in de achterzak verdwijnen en tijdens de rit even te voorschijn komen om de snelheid te controleren. Ook heb je leden die zo sportief aangelegd zijn, dat zij de rit 2x rijden. De eerste keer voor de officiële start en daarna met de opgedane kennis nog een keer. Ook goed te doen is samen met iemand te rijden, die niet meedoet met de competitie, maar wel een teller op zijn fiets heeft. Dan heb je nog de onderlinge afspraakjes, intimidaties en gekmakerijen. Gelukkig is er op het laatst altijd Tony Santegoets die met koffie en cake klaar staat en al deze verwikkelingen geduldig aanhoort. Veel werk Het organiseren van de tijdritten is een flinke klus. In het begin is dit een activiteit die door het bestuur wordt verzorgd. Met name Sjaak steekt er veel tijd in. Later in 1998 is het Peter van Haren, die dit werk op zich neemt en verder uitdiept. In 2005 nemen Wim van de Ligt en Harrie van Hoenselaar deze taak op zich. Het werk bestaat uit het uitzetten van een route. Eerst door het her en der plakken van gekleurd plakband. Het verwijderen van dit plakband behoort niet tot de werkzaamheden omdat de daarop volgende jaren gewoon een andere kleur wordt gebruikt.. Dat is anders bij de later ingevoerde bewegwijzeringsbordjes. Gezien de kosten hiervan en het maar beschikbaar zijn in 1 kleur moet dit wel gebeuren. Na afloop van een rit worden de uitslagen verwerkt en via een getypt briefje bekend gemaakt aan de deelnemers. Vanaf begin 2005 wordt, gezien de belangen die er op het spel staan, dit bij voorkeur nog dezelfde avond via e-mail verstuurt. Fouten maken wordt niet getolereerd en worden dan ook direct afgestraft. Zo kan Peter van Haren tijdens de jaarvergadering 2004 van mij een telraam in ontvangst nemen. Dit uit dankbaarheid omdat hij mij had opgeworpen als de kampioen van dat jaar. Daarvoor is dan wel enig creatief rekenwerk nodig geweest. Uiteindelijk is dit is erg sneu voor de werkelijke winnaar Henri Linthorst. Het wielermilieu kan hard zijn.

VALLEN EN OPSTAAN Bij fietsen hoort vallen. Soms hard maar ook vaak traag onontkoombaar bewegend richting wegdek. Het vallen traag richting wegdek wordt meestal veroorzaakt door het vastzitten van de schoenen aan de trappers. Begin jaren tachtig hebben de meeste clubleden toeclips; trappers met daaraan een beugel gemonteerd die de schoen op z n plaats houdt. Maar ook zijn er nog leden die met gewone trappers rondrijden. Nadat men het rijden met toeclips enigszins onder de knie heeft, komen er plaatjes onder schoen. Zo n plaatje is voorzien van een gleuf waardoor de voet niet meer kan schuiven en de grip op de fiets beter wordt. Daarnaast voorkomt het plaatje het afknellen van de tenen in de toeclips. Je kunt je voeten alleen uit de toeclip krijgen door de voet eerst omhoog te bewegen en daarna naar achteren te schuiven. Een complexe handeling die menigeen in bijna stilstand doet omkieperen. Net nadat iedereen deze handeling helemaal doorheeft komen in 1986 de clicksystemen op de fietsmarkt. Bernard Hinault introduceert het eerste Look pedaal tijdens de Tour de France in 1985. In plaats van de voet omhoog te bewegen om los te komen moet je nu de voet naar buiten bewegen. Het gevolg is dat het vallen in rust, bijvoorbeeld bij een stoplicht, oversteek of einde rit, weer van voor af aan begint. Echte valpartijen In de 25 jaar en meer dan 75.000 km verder zijn er relatief weinig ernstige ongelukken gebeurd. Er zijn zelfs fietsseizoenen geweest waarin geheel geen echte valpartijen zijn te melden. De primeur van een ernstige val heeft Tony Santegoets. Dit gebeurt in 1983. De club rijdt in die tijd de Zevenheuvelenweg die gaat van Groesbeek in een streep door naar Berg en Dal. Er is nog geen fietspad en je kunt bij het afdalen gebruik maken van de hele weg. Onderaan bij de laatste afdaling in Berg en Dal, ter hoogte van de afslag naar de Meerwijk, zit een fors gat in de weg. Dit gat wordt te laat door Tony gezien. Het gevolg is een flinke smak en een lelijke hoofdwond. Het rijden met een helm is in die tijd nog ongebruikelijk. Het is alleen Herman van de Horst die met een moderne helm van piepschuim rondrijdt en een enkeling draagt een soort helmpje vervaardigt van leren riempjes gevuld met paardenhaar. Pas in 1988 neemt het bestuur het voortouw om met een helm te rijden. Het voor iedereen verplichten is dan nog niet haalbaar omdat er nauwelijks schaalhelmen beschikbaar zijn voor toerfietsers. Een imposante valpartij vindt in 1986 plaats in Ayen. De weg daar bestaat uit klinkers en aan de zijkanten uit een verhoogde tuinrand. Een rijder in de groep Wim Bons raakt met zijn trapper de verhoogde tuinrand, daardoor zwenkt hij geschrokken sterk uit naar links. Het directe gevolg is: 3 mensen plat op de weg. Daarbij oogst Bas Delhij veel lof met zijn vocale talenten. Hij heeft op verschillende plaatsen schaafwonden opgelopen. Ernstiger is Jack Otten er aan toe; Hij heeft, wat later blijkt, een sleutelbeen gebroken. De ernst hiervan wordt onderschat. Waardoor het gebeurt dat Jack gewoon met de volgbus naar het Maasziekenhuis wordt gebracht, waar hij nog dezelfde avond wordt geopereerd. Vrij kort daarna is Jack gestopt met het fietsen in clubverband. Enkele valpartijen hebben iets bijzonders. Zo gaat in1993 Herman van de Horst in één seizoen 2x tegen het asfalt. De eerste keer wordt hij tijdens een tocht door de Betuwe gesneden door een personenauto, waardoor Herman gaat slippen en onderuit gaat. Het gevolg is een paar flinke schaafwonden gevuld met pas gestrooid grit. De bestuurder van de personenauto, die het ongeval veroorzaakt, rijdt gewoon door. Het is bekend dat Herman onverschrokken, snel en goed kan afdalen. Een keer gaat dit echter goed mis. Tijdens de afdaling van Groesbeek naar Mook ter hoogte van Café t

Zwaantje raakt Herman in volle snelheid de verhoogde stoeprand tussen het fietspad en de straat. Het gevolg is een pijnlijke smak, wat vloeken en veel bloed op de weg. In 1995 gaat het met Jos van Driel mis. Tijdens zondagse tocht rijdt de club in Groesbeek ter hoogte van Klein Amerika voorzichtig langs een lange rij wandelaars. Er is op dat moment juist een wandeltocht gaande. Op onverklaarbare wijze maakt Jos een salto over zijn fiets en belandt hij met z n hoofd hard op het asfalt. Een flinke hoofdwond is het gevolg. Een juist passerende militair verleent eerste hulp met een noodverbandje. Hiervoor moet hij wel zijn handtekening zetten, zodat de militair zich later kan verantwoorden bij zijn meerderen. Samen met mij gaat hij daarna met een taxi naar het Radboud ziekenhuis waar een paar hechtingen worden gezet. Een vreemd ongeval vindt plaats in 1998 en wel met Peter Claassen. Tijdens een van de zondagse ritten constateren enkele leden al dat er iets niet klopt met z n achterwiel. En jawel, op terugweg tijdens het aanzetten na een bocht in Gennep loopt zijn achterwiel eruit. Het gevolg is een dizzy Peter met bloedneus en schaafwonden. Hiervoor wordt voor alle zekerheid door een behulpzame automobiliste toch maar een ambulance gewaarschuwd. Uiteindelijk is hij toch maar gewoon op de fiets, nu met een goed vastgezet achterwiel, naar huis gereden. In de winter van 2002 is het tijdens een zondagse rit glad op de brug bij Gennep. De nacht ervoor heeft het een paar graden gevroren. Hierdoor komt er een splitsing in de groep rijders. Het eerste groepje kan zonder problemen bij de rotonde na de brug doorrijden. Het tweede groepje waarin Anke van Haren mede op kop fietst rijdt wat voorzichtiger en krijgt te maken met een busje dat geen voorrang verleent. Het gevolg Anke gaat er frontaal tegenaan. Daarbij loopt Anke wat lichte lichamelijke en materiele schade op. Maar de directe gevolgen van de aanrijding zijn achteraf wel komisch. Twee bemande politieauto s en een ambulance komen op het ongeval af. Zoveel eer voor zo n ongeval komt wel wat overdreven over. Berucht geworden in de loop van de jaren is het weggetje naar Geldenberg in Duitsland. Deze weg begint vanaf doorgaande weg Grens Ven-Zelderheide naar Kleef en iets voorbij het Engelse kerkhof linksaf. Bij het afdalen hiervan gaan in de loop van de jaren en steeds in dezelfde bocht onderuit o.a.: Geert Westenbrink, Joost van Haren en Marc Huibers. Vooral Marc maakt een behoorlijke smak omdat hij een deel van de bocht via een omweg door het bos neemt. Om iedereen voor dit gevaar te waarschuwen wordt tijdens een tocht 2004 aan het begin van dit weggetje even gestopt. Wim Mulder, druk in gesprek met zijn buurman, merkt dit te laat en botst tegen zijn voorganger. Met als gevolg een ongelukkige val waarbij hij zijn elleboogbotje breekt. Jos Spanjers, die op dat moment thuis zit, wordt gebeld om Wim op te halen en naar huis te brengen. Rien Schouten en ik krijgen het in 2004 voor mekaar om binnen 14 dagen tijd 2x betrokken te zijn bij een valpartij. De eerste keer rijd ik Rien van achteren aan. Het gevolg is, Rien geen schade en ik een paar flinke blauwe plekken, schaafwonden en behoorlijk wat schade aan de fiets van net één maand oud. Kort daarop tijdens de Oranjetocht van Horst rijden Rien en ik naast elkaar en bespreken het eerdere ongeval. Rien rijdt op de weg en ik op een verhoogd fietspad. Het sprongentje dat Rien wil maken, van de weg naar het fietspad, lukt niet helemaal waardoor Rien de rand raakt en de macht over het stuur verliest. Hij valt hard en ik tuimel over hem heen. Dit keer is Rien er slecht aan toe. Hij heeft verschillende verwondingen over heel zijn lichaam. Ook zijn fiets heeft flinke schade opgelopen en deze keer heb ik niets. Toch is

Rien, ondanks verschillende aanbiedingen om met hulp naar huis te rijden, gewoon alleen naar huis gefietst. Niets met een val maar wel met een slechte conditie wordt de club in 1984 geconfronteerd. Vlak bij Sint Anthonis krijgt de forsgebouwde Hennie van Rooy (Toenmalige eigenaar van de supermarkt waar nu Avalon is gevestigd) last van hartritmestoornissen. Het loopt goed af maar de schrik zit er evengoed in. Dit is zijn eerste een laatste poging om met de club mee te fietsen en heeft sindsdien nooit meer meegefietst. De verzekering van de NTFU heeft bij al deze en de vele kleinere valpartijen steeds netjes uitgekeerd. Na het opmaken en doorsturen van een schaderapport duurt het doorgaans maar een paar dagen tot er wordt uitgekeerd. Soms ontstaat er een band tussen verzekeringsmaatschappij en gedupeerde. Zo hoeft Harrie van Hoenselaar in 2004 en 2005 alleen maar zijn voornaam te noemen als hij iets van ze nodig heeft.

FIETSEN OP ZONDAG De bron van het huidige fietsen op zondag ligt vlak bij de toren in Kleef. Daar ontmoetten op een zaterdagmiddag in 1998 2 groepjes fietsers van Toerclub Boxmeer elkaar. Bij de toren in Kleef wordt nog steeds even gerust tijdens de zondagse tochten. Het ene groepje bestaat uit Ton Verhaag, Jos Spanjers, Frank Weijers, Peter en Anke van Haren. Het andere uit Peter Ibes, Jos van Driel en Han van Hees. Zoals het vaak gaat als leden van de toerclub elkaar tegenkomen, wordt er even een praatje gemaakt. Tijdens dit gesprekje wordt geopperd, waarom niet samen te fietsen op de zaterdagmiddag. In de weken direct daarop wordt tijdens het doordeweekse fietsen hierover en ook met andere fietsers doorgeborduurd. Zo blijkt dat Henk Smeets ook graag mee wil doen, maar dit, door zijn werk, alleen maar op zondag kan. Besloten wordt daarom met een klein groepje van ca. 6 leden, op de zondagmorgen te gaan fietsen. Geen toerclub activiteit Zeer nadrukkelijk wordt in die eerste periode gesteld dat het zondagsrijden géén toerclub activiteit is. Daardoor zijn de afspraken, die zijn gemaakt binnen de toerclub niet van toepassing op de zondagrijders. Zo rijdt men op zondag vaak zonder helm en ook de kleding is meestal niet die van de club. Echter het groepje zondagrijders groeit fors, soms tot meer dan 10 leden. Ook ontstaat er de mogelijkheid om zondags, net als op de vaste fietsavonden, verzekerd rond te rijden via de NTFU. Zo wordt, na ca. 2 jaar vrijblijvend op zondag fietsen, besloten om van het zondagsfietsen een officiële clubactiviteit te maken. Startplaats Omdat de tocht bijna altijd dezelfde richting uitgaat, is het handig om vanuit de Floralaan te vertrekken. Vanaf het begin af aan wordt er altijd eerst een kopje koffie gedronken. De tochten worden in het begin uitsluitend tijdens de zomer, het normale fietsseizoen, verreden. Maar dit groeit uit in het doorfietsen in de herfst en het voorjaar. Daarna lukt het al meerdere jaren om ook tijdens de gehele winter door te fietsen. De gedrevenheid om ook in de winter op zondag te fietsen wordt mede gevoed door de behoefte van conditiebehoud. Daarnaast willen velen niet achterop raken bij de leden die zondags op hun ATB fiets in de blubber ploeteren. De belangstelling voor het zondagsfietsen wordt zo groot dat in 2000 wordt besloten om in de zomer te starten achter bij Gérard Kocken. Het is bijna een traditie dat in de winter wordt gestart vanaf de Floralaan 68. Daar serveert nog steeds Ans in een recordtijd de inmiddels vele kopjes koffie. Drie kruisjes In de loop van de 25 jaar van het bestaan van de club is er een soort vak jargon ontstaan. Zoals dat de kreet lek op 2 manieren kan worden uitgelegd; soms heeft het maken met lucht en andere keer weer met vocht. Zo weet iedere zondagrijder wat met de bosrand en de toren wordt bedoeld. Met een rondje Groesbeek wordt aangeduid de tocht via Groesbeek over de Zevenheuvelenweg naar Berg & Dal en Beek. Sjakelen sjeng is een advies om flink terug te schakelen voor een pittige klim. De meest vreemde kreet is wel de drie kruisjes. Waarschijnlijk weten sommige regelmatige rijders nu nog niet wat hiermee wordt bedoeld. De drie kruisjes staan op een bruin verwijsbord naar een militair kerkhof in Kleef. Direct nadat men zondags even op adem is gekomen bij de toren volgt een afdaling. Na ca. 200 meter staat dit bord bij een afslag naar rechts. Als je hierin rijdt krijg je een korte venijnige klim, een lastige bocht naar links en beleef je nog wat onaangename momenten. Uiteindelijk kom je zo weer terecht op de lange afdaling richting Kranenburg. Er is een periode geweest

dat dit stukje ongemak standaard wordt opgenomen in de zondagse route. Omdat sommige leden deze extra lus geheel niet zien zitten rijden die gewoon door. Zij krijgen hierdoor een behoorlijke voorsprong op mensen die wel de drie kruisjes nemen. Deze fietsers maken er dan een sport van om de doorrijders zo snel mogelijk bij te halen. Het gevolg is dat de gereden snelheid op dat moment voor sommigen echt een kruis wordt. Het is niet bekend of het snelle rijden langs de bosrand dat nu standaard gebeurt hieruit een het gevolg is. Steeds hetzelfde In al die jaren is de zondagse route in grote lijnen hetzelfde gebleven. In de winter zo n 70 km, vroeg in het voorjaar 80 km en in de zomer 100 km. Soms hebben, meestal nieuwe leden, de euvele moed om voor te stellen wat meer variatie aan te brengen. Tot nu toe zijn al deze denkbeelden deskundig de kop ingedrukt. De route heeft alles wat toerfietsen zo leuk maakt: mooie afwisselende omgeving, goede en rustige wegen, wat heuvels en een prima rustpunt. Dat het een gevarieerde route is wordt bevestigd in 2004. Iemand stelde weer eens voor om meer variatie in de route aan te brengen. Natuurlijk krijgt hij daarvoor weinig medestanders. Een komische voorval gebeurt een paar maanden later, toen de voorsteller van meer variatie in de route, even op kop rijdt. Al snel blijkt dat hij de route geheel niet kent. Behalve dat dit een bijzonder gevarieerde route is, is het ook praktisch. Vooral bij het rijden in 2 groepen. Uitvallers van de eerste groep kunnen worden opgevangen door de tweede groep. Zo gebeurt het op een zondag in 2003, na een regenachtige avond, dat er 12 lekke banden worden gereden. In iedere groep 6, dus maar 6x wisselen en wachten. In plaats van 12 keer wachten met de hele groep. Al die jaren is de Toerclub een vaste klant bij Café de Diepen in Milsbeek. Bijna iedere zondag rondom halftwaalf melden zij zich daar voor een kopje koffie of cappuccino, voordat gezamenlijk de terugreis wordt ondernomen.voor de meeste leden is het zondags rijden inmiddels een soort verslaving geworden. Een zondagmorgen niet fietsen wordt dan als een onwennig start van de zondag ervaren.

LIMBURG Bijna ieder jaar staat er wel een rit in Zuid-Limburg op het programma. De Keutenberg, Cauberg, Eyserbosweg, Koning van Spanje, Gulperberg, Blaosbalg en het Drielandenpunt zijn zo een paar puisten die menigeen doet watertanden of verafschuwen. Zelfs in de tijd dat de meeste racefietsen nog maar 10 versnellingen hebben wordt hiernaartoe afgereisd. In alle vroegte is het dan verzamelen in Boxmeer. Opgewekt en enigszins zenuwachtig worden de groeten uitgewisseld en dan met eigen auto naar Valkenburg. De eerste tocht vindt plaatst op 14 augustus 1983; zo n 18 leden fietsen dan de bewegwijzerde Mergellandroute. Het pension In Valkenburg achter de Leeuw Bierbrouwerijen en tegenover het pretpark de Valkenier ligt het pension Koningswinkelhof van Ben en Nannet van de Burcht. Ben is een oud politiecollega van Sjaak, vandaar het contact. De eerste jaren fietst hij ook vaak mee om de leden van Toerclub Boxmeer een beetje de weg te wijzen naar al die kuitenbijters. In dit pension wordt omgekleed en er staat de koffie en een flinke punt rijstevlaai klaar. In de 22 jaar dat de club daar komt hebben zij dit pension zien groeien van krakkemikkig horecabedrijf tot een sfeervol en compleet pension. Dit heeft wel zijn gevolgen: eerst wordt er na afloop van de fietstocht gedoucht in douches, die bij de pensionkamers horen, daarna gebeurt dit in een ruime douche in een apart gebouw naast het pension en vanaf 2004 kan er niet meer worden gedoucht omdat Ben en Nannet in dit gebouw zijn gaan wonen. Wel is gebleven het biertje en de sterke verhalen na afloop op het terras met het prachtige uitzicht op Valkenburg en het Geuldal. Verzorging Voor de meeste toerfietser betekent fietsen in Zuid-Limburg gewoon afzien. Dit is dan ook het moment om te experimenteren met allerlei middeltjes. Conditie en kracht moeten in de beginjaren tachtig vooral komen uit overmoed en vermeende stimulatie uit voeding en drankjes. Gewoontes van echte wielrenners dienen als voorbeeld. Zo wordt het vooraf invetten van de benen in Limburg geïntroduceerd. Evenals de rugzakken en buikbuidels vol met speciale voeding. De voeding varieert van gesmeerde botterhammen, krentenbollen met kaas, suikertjes, losse krenten en rozijnen, koude kippenpoten in folie, Liga koeken, gesmolten chocolade repen tot de müslirepen, -bollen, -koeken en véél bananen. De bidons worden o.a. gevuld met schoonwater, suikerwater, cola, koude thee, sportdrankjes en soms met een soort chemische oplossing. Uiteindelijk zal blijken dat een enkele müslireep, banaan en een goed terras waar tomatensoep wordt geserveerd ruim voldoende is. Als een schoolreisje Anno 2005 is dit bijna niet meer voor te stellen. Een reisje met de club naar Zuid- Limburg heeft iets spannends. Er heerst dan ook een sfeer als van een schoolklas op schoolreis. Het hoogtepunt van de reis is het Drielandenpunt en er worden onderweg dan ook veel foto s gemaakt. Er wordt dan op het duurste terras van het drielandenpunt met deskundige bediening en een schitterend uitzicht op Aken pauze gehouden. Dit is inmiddels aangepast in het goedkoopste terras, zonder noemenswaardig uitzicht en geen bediening waardoor je zelf de koffie moet halen. In 1986 staat er geen drielandenpunt op het programma maar de Pieterberg in Maastricht. De route is aangepast om de pauze te houden bij de moeder van Henk Smeets in Maastricht. Gezeten in de tuin achter haar huis met een waakzame schildpad als toeschouwer geniet de club van warme Limburgse gastvrijheid met tomatensoep en gebraden kippenpoten. De Mergellandroute is begin jaren tachtig vooral bestemd voor auto- en

motorrijders. Voor fietsers is dan nog niets speciaals uitgezet. De eerste fietstochten spelen zich grotendeels af rondom de grote verbindingswegen. Creatief gebruik maken van de leuke binnenweggentjes is er dan nog niet bij. Als er geen Mergellandroute met de club wordt gereden dan is het zonder omwegen van bult naar bult rijden. Met de volgbus naar Limburg De volgbus wordt gebruikt om daarmee zoveel mogelijk fietsen naar Zuid-Limburg te brengen. De luxe van een fietsenrek achter op een personenauto is in de jaren tachtig amper bekend. Maar ook reserve wielen en overvolle tassen met voeding en reservekleding gaan mee. Zo n busje is erg handig maar levert ook beperkingen op voor het kiezen van een route. Soms gaat het mis en moet de volgbus rare capriolen uithalen om bij de fietsers te blijven. Dan is er veel deskundigheid van de chauffeur of chauffeuse nodig om alles heelhuids thuis te krijgen. Zo kan het gebeuren dat de volgbus over het fietspad moet omdat een grote weg ter plekke ontbreekt. Vooral met het Suzuki busje worden stunts uitgehaald. Bijvoorbeeld: worden markeringspaaltjes, die er staan om auto s te weren deskundig ontweken, wordt er in Lemiers op de grens met Duitsland en Nederland gewoon door het water van de Sinsebeek gereden omdat de auto niet over het piepkleine voetgangers bruggetje kan, en is de volgbus regelmatig zoek. Je kunt in de volgbus ook uitstekend even bijkomen voor het geval alle inspanningen net iets te veel zijn. Er zijn rijders waaronder Harrie Baltussen en Jos van Driel die tijdens zo n tocht in Zuid-Limburg er een aangenaam dutje indoen. Routekennis Dat Zuid-Limburg voor menigeen een beetje buitenland is wordt regelmatig ervaren. Meestal bereidt Sjaak deze tocht voor. Op een briefje schrijft hij dan een aantal plaatsnamen met eventueel bijbehorende klim. Min of meer op goed geluk wordt dan aan de hand van de ANWB borden de route gereden. Afwijkingen op het geschrevenen heeft toch niemand in de gaten. Dit gaat vaak zover dat als de grens wordt overschreden naar België of Duitsland, dat het grootste deel van de meerijders dit niet eens merkt. En soms verbaast na een tijdje opmerkt verrek wij zijn in!?. Zelfs het weer terug vinden van het pension in Valkenburg levert voor sommigen problemen op. Zo gebeurt het in 1990 dat Alfred Bal, een gastrijder en politieman, het pension niet meer terug kan vinden. Hij is toen maar naar het politiebureau gereden om de weg te vragen c.q. naar het pension te laten brengen. Omdat de belangstelling voor rijden in Limburg alsmaar groeit is in 2003 besloten om een serieuze route op papier te zetten, daarvoor zijn Sjaak en ik een avondje aan het voorbereiden gegaan. Omdat de krachtsverschillen van de meerijders behoorlijk uiteen liggen wordt besloten om in 2 groepen te rijden. Een snelle groep met als gids Sjaak en een tweede groep die op mij vertrouwt. De avond voor de tocht regent het flink en de wegen zijn s morgens nog nat. Het gevolg is dat kleine steentjes aan de banden blijven plakken en veel malheur veroorzaken. De eerste groep heeft voor Scheulder al zo n 6 banden te wisselen en de tweede groep 4 stuks. Doordat er een gebrek aan reservebanden dreigt wordt besloten om toch maar weer als één groep door te gaan.

LANGE WEEKENDEN DUITSLAND In 1987 gaan 7 leden van de club voor het eerst een lang weekend op stap en op de fiets in Duitsland. Vrouwen en kinderen gaan mee waardoor de hele groep bestaat uit 22 personen. De locatie is een terrascamping in het plaatsje Landkern bij Cochem aan de Moezel. De tenten, vouwwagen en een gehuurde caravan kunnen worden opgezet op het bovenste deel van de camping. Samen met een stel motorrijders vormen zij de gehele bezetting van deze etage. Deze vrijheid creëert de ruimte, vooral benut door de jeugd, om flinke kampvuren aan te leggen met veel rondvliegend as. Dat levert weer de nodige zorgen op bij de ouders voor hun tentzeilen. De eerste keer zijn erbij: Wim en Ria Toonen, Sjaak en Tony Santegoets, Jos en Joke Spanjers, Wim en Nellie de Bruin, Henk en Marijke Smeets, Harrie en Mieke Baltussen, Han en Ans van Hees en Theo Daanen. Aangevuld met kinderen en enkele baby s. Alles samendoen Het uitgangspunt van dit eerste lange weekend is vooral veel leuke dingen samen doen. Zo wordt er naast het fietsen met de hele club gewandeld. Het oer toeristische Cochem wordt bezocht, waar de straatmuzikanten direct daar bij die molen en tulpen uit Amsterdam gaan spelen zodra het toergezelschap nadert. Ook het ontbijt en de lunch wordt gezamenlijk, zittend in een grote kring genuttigd. En s avonds komen ook de andere dranken dan de frisdranken op tafel. Iedereen heeft wat meegebracht en er is nooit ergens een gebrek aan. Overmoedig geworden door al dit samendoen, meent Theo Daanen dat hij ook wel op het damestoilet terechtkan. Een Duitse dame schrikt hier zo van dat zij voor enige consternatie zorgt. Lang is het voor iedereen duidelijk dat deze Duitse dame Wim de Bruin heet. Voor Theo duurt het wat langer voordat hij doorheeft wat er gaande is. In dit weekend wordt ook de gezamenlijk barbecue geïntroduceerd. Wim Toonen heeft hiervoor een gigantische bak in elkaar gelast. Deze bak zal nog vele jaren dienst gaan doen tijdens club barbecuen. Terwijl de mannen fietsen, doen de dames inkopen en bereiden de barbecue voor. Dat uiteindelijk uitmondt in een compleet feest. Video opnames Tijdens het eerste buitenlandweekend zit alles mee; het weer is goed en de stemming zit er prima in. Er wordt flink gefietst en menig stijl klimmetje in dit gebied wordt aangedaan. De sfeer wordt vastgelegd op een videoband. Op deze band zijn actie opnames te zien die Wim de Bruin maakt o.a. vanuit de kofferbak van een rijdende auto. Dat hij daarbij menigmaal de klep op z n hoofd krijgt is niet leuk voor hem, gezien zijn hoorbaar gemopper, maar wel voor de rijders. Hierdoor zijn er wel spectaculaire beelden gemaakt o.a. van een levensgevaarlijke afdaling van Wim en Sjaak, die maar net goed afloopt. Het piepend geluid van een constant remmende Henk tijdens een afdaling. Han die minder vrolijk constateert dat er weer een flinke klim moet worden gedaan. De afdalingen met vele haarspeldbochten zijn behoorlijk link. Dat bewijst Wim Toonen, die tijdens zo n afdaling een keer te laat in de remmen knijpt en daarna een deel van de afdaling op z n wielerbroek doet. Veel druppels Het jaar daarop gaat het gezelschap weer naar dezelfde camping. Nu uitgebreid met Peter en Hetty Ibes in een geleende caravan en Jan Hoesen die samen met Henk Smeets een tentje bemant. In dit lange weekend Duitsland wordt er maar 1 keer gefietst, de rest bestaat uit veel lol mede veroorzaakt door héél véél regen. Reeds vroeg komt de fles Jagdbitter op tafel om de ledenmaten warm te houden. De druppeltjes van Ans. Eerst wordt er nog rustig genipt, want het zou nog droog kunnen worden zodat er toch nog kan worden gefietst. Na mate de tijd verstrijkt en duidelijk

wordt dat fietsen niets uithaalt stijgt de stemming. Voor de vouwwagen van Wim en Ria is een soort nomaden tent gebouwd. Stukken voortent, plastic zeil en andere enigszins waterwerende materialen zijn aangesleept om een grote droge ruimte te creëren. Van een stuk plastic en tentstokken wordt zelfs een heuse schuifdeur geconstrueerd. De barbecue staat onder een parasol, die hoort bij de geleende caravan van Peter en Hetty. De rook- en baklucht van de barbecue zijn jammerlijk nooit meer uit deze parasol gegaan, waardoor Peter en Hetty later iets hebben uit te leggen aan diegene van wie ze de caravan hebben geleend. Ondanks dat dit een bijzonder leuk weekend wordt is het toch de laatste keer dat de club daar staat. Het jaar daarop regent het de hele week voor het geplande weekend en zien de vooruitzichten er ook niet best uit. Vandaar dat op het allerlaatste moment wordt besloten om het derde weekend Landkern niet door te laten gaan. Het is ook tijd om eens iets nieuws te proberen en daarom wordt een jaar later gekozen voor een camping in Luxemburg.