1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Aanwezigheidsmelder compact. Best.nr. : Bedieningshandleiding

Vergelijkbare documenten
1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Aanwezigheidsmelder Universeel. Art. nr. PMU 360 WW Art. nr.

Systeem 2000 Systeem 2000 HLK-relais-basiselement. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Best. nr. : Bedieningshandleiding

Systeem 2000 Automatic-schakelaar standaard-opzetstuk. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Observer 110. Observer 110

Systeem 2000 Systeem 2000 automatic-schakelaar Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat

Afbeelding 1: Constructie apparaat

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Observer 70. Observer 70 wit Observer 70 antr

Systeem 2000 Trappenhuisverlichtingsautomaat, Basiselement impulsgever. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat

Systeem 2000 Automatic-schakelaar 2 Standaard. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Best.nr. : Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Potentiometer 1-10 V

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Systeemschakeleenheid. Bedieningshandleiding

Systeem 2000 Touch-opzetstuk. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Bewegingsmelder plafondmontage. Art.-Nr.: DAW 360 WW Art.-Nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Universeel-seriedimmer-basiselement. Universeel-seriedimmer-basiselement. Best.nr.

Draadloze bussysteem Draadloze besturingseenheid 1-10V enkelvoudig. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Best.nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Observer 110. Art.-Nr.: 222 WW. Bedieningshandleiding

Universeel-dimmer 2, Basiselement voor parallelaansluiting 2

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. 4 Bediening met 2-voudig toetselement. System 3000

Gloeilampen-dimmer-basiselement met druk-wisselschakelaar

Toetselement onder lang indrukken: het licht wordt met minimale lichtsterkte ingeschakeld.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Observer 70. Art.-Nr.: W 70 WW Art.-Nr.: W 70 AN. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. DALI Tronic-trafo 105 W. Best.nr. : Bedieningshandleiding

Systeem 2000 Automatic-schakelaar comfort-opzetstuk. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Best.nr. : Bedieningshandleiding

Systeem 3000 Opzetstuk bewegingsmelder 1,10 m Standard, Opzetstuk bewegingsmelder 2,20 m Standard

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. 4 Bediening met 2-voudig toetselement. Systeem 3000

Jaloezie- en rolluikbesturingssysteem Jaloeziebesturingsknop, Jaloeziebesturingsknop met sensordetectie

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Universeel-dimmer, Basiselement voor parallelaansluiting

DALI-potentiometer Tunable White met geïntegreerde netvoeding, DALIpotentiometer. DALI-potentiometer Tunable White met geïntegreerde netvoeding

1 Veiligheidsinstructies

Draadloze bussysteem Draadloze jaloezieactor enkelvoudig. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Best.nr. : Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Basiselement toerentalregelaar. Best.nr. : Best.nr. : Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Trappenhuisautomaat, Impulsgever. Bedieningshandleiding

Systeem Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. LED-dimmerbasiselement. LED-dimmerbasiselement. Best. nr.

1 Veiligheidsinstructies

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Dimmer druk-wissel gloeilamp. Best.nr. : Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Bediening. Systeem DALI-Power-besturingseenheid inbouwbasiselement

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Draadloze bussysteem. Draadloze wandcontactdoosadapter voor schakelen Best. nr. :

1 Veiligheidsinstructies. 2 Functie. 3 Informatie voor elektromonteurs 3.1 Montage en elektrische aansluiting. Tronic-trafo

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Sensorafdekking 180 Standaard 2,20 m. Art.-Nr.: AS Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Lichtmanagement Taststuureenheid. Bedieningshandleiding

KNX/EIB Schakelaktor enkelvoudig 16A / tweevoudig 6A. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat

1 Veiligheidsinstructies

Afbeelding 1: Constructie apparaat. Bedoeld gebruik - Schakelen en dimmen van gloeilampen, HV halogeenlampen en Tronic-trafo's met halogeenlampen.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. LED-signaalverlichting, LED-oriëntatieverlichting

Draadloze bussysteem Draadloze actor mini. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Elektronische stuureenheid. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies

Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. 4 Bediening. Systeem Universeel led-dimmerbasiselement Komfort

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. 4 Bediening. Systeem Universeel led-dimmerbasiselement Standard

Afbeelding 1: Constructie apparaat

Jaloezie- en rolluikbesturingssysteem Basiselement jaloezie- en rolluikbesturing zonder parallelaansluiting

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkmanagement Radiografische DIN-rail actor. Bedieningshandleiding

Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat KNX/EIB. Aanwezigheidsmelder. Aanwezigheidsmelder standaard. Best. nr. :

1 Veiligheidsinstructies. 2 Functie. 3 Informatie voor elektromonteurs 3.1 Montage en elektrische aansluiting. Tronic-trafo

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. 4 Bediening. System Universeel led-draaidimmer-basiselement Komfort

Vermogensuitbreiding van de in de referentielijst (zie hoofdstuk technische gegevens) genoemde

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Dimmer druk-wissel LV. Best. nr. : Bedieningshandleiding

KNX/EIB Voedingseenheid. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Voedingseenheid 640 ma. Best.nr. : Best.nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Besturingseenheid 1-10 V drievoudig. Best.nr. : Bedieningshandleiding

Draadloze bussysteem Draadloze wandcontactdoosadapter voor dimmen. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Best.nr. :

Draadloze bussysteem Draadloze universele dimactor enkelvoudig. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Best.nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Dimmer druk-wissel gloeilamp. SW opbouw dimmer druk-wissel gloeilamp Best.nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. 4 Bediening. Systeem Universele leddimmer DIN-rail

KNX/EIB Lichtsterkteregelaar. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Bedoeld gebruik. Plug & Light. Lichtcontactdoos. Lichtcontactdoos Best. nr.:

Jaloezie- en rolluikbesturingssysteem Basiselement jaloezie- en rolluikbesturing DC 24 V. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. 4 Bediening. System Universeel led-dimmerbasiselement Komfort 2-voudig

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Funkmanagement Radiografische schakeleenheid. Art.-Nr.: FWL 2200 WW. Bedieningshandleiding

Gevaar voor lichamelijk letsel. Gebruik het apparaat alleen voor aansturen van jaloezieen rolluikmotoren of markiezen. Schakel geen andere lasten.

Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten.

LB-management Automatische schakelaar Standaard 1,10 m, Automatische schakelaar Standaard 2,20 m

Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkmanagement Radiografische stuureenheid 1-10 V, voor DIN-rail. Art.-Nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Draaidimmer conventioneel. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat KNX. Tastsensor 3. Tastsensor 3 basis enkelvoudig. Best. nr. :

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Led tastdimmer. Art. nr LEDDE. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Tastsensor 3 F100

Draadloze bussysteem Draadloze jaloezieactor mini. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Best. nr. : Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Observer 220. Art.-Nr.: W 220 WW. Bedieningshandleiding

Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement DIN-rail dimmer universeel W. Art.-Nr.: UD 1255 REG. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Draaidimmer LV. Best.nr. : Bedieningsen montagehandleiding

Afbeelding 1: Constructie apparaat

Jaloezie- en rolluikbesturingssysteem Basiselement jaloezie- en rolluikbesturing met parallelaansluiting

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Bediening. LB-management. Power DALI-taststuureenheid TW

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. LB-management. Draaidimmer Standaard led

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement DIN-rail vermogenuitbreider universeel W. Art. nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat KNX. Lichtsterkteregelaar Mini Best. nr. : Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Draaidimmer. Draaidimmer. Best.nr. : Draaidimmer. Best.nr. :

KNX/EIB Verwarmingsactor zesvoudig. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Best.nr. : Bedieningshandleiding

Draadloze bussysteem Draadloze aanwezigheidsmelder. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Best.nr. : Best.nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Draaidimmer LV. Art. nr. : 244 HEX. Bedieningshandleiding

Met 2-kanaals toetselement: instelling van de kleurtemperatuur met rechter tuimelschakelaar

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Systeem Aanwezigheids- en bewegingsmelder 360 -opzetstuk

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. LB Management. Elektronische schakeleenheid 1-kanaals

KNX/EIB Universele dimactor inbouw 210 W. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Best.nr. : Bedieningshandleiding

Afbeelding 1: Schakelklok met alle segmenten

Transcriptie:

Aanwezigheidsmelder compact Best.nr. : 1147 02 Bedieningshandleiding 1 Veiligheidsinstructies De inbouw en montage van elektrische apparaten mag alleen door een elektromonteur worden uitgevoerd. Als de handleiding niet wordt opgevolgd, kunnen schade aan het apparaat, brand of andere gevaren ontstaan. Gevaar voor elektrocutie. Apparaat is niet geschikt voor vrijschakelen. Gevaar voor elektrocutie. Voordat werkzaamheden aan het apparaat of de last worden uitgevoerd, moeten deze worden vrijgeschakeld. Daarbij moet rekening worden gehouden met alle installatieautomaten die gevaarlijke spanningen aan het apparaat of de last leveren. Niet op de lens drukken. Apparaat kan beschadigd raken. Apparaat is niet geschikt voor toepassing in de inbraakbeveiligingstechniek of in de alarmtechniek. Deze handleiding is onderdeel van het product en moet door de eindklant worden bewaard. 2 Constructie apparaat Afbeelding 1: Constructie apparaat (1) Helderheidssensor (2) Sensorvenster (3) Sierring (4) Aansluitkast (5) LED (6) Insteller time, uitschakelvertraging (7) Insteller lux, helderheid 82552622 19.05.2011 1/11

3 Functie Bedoeld gebruik - Automatisch schakelen van verlichting afhankelijk van warmtebeweging en omgevingshelderheid. - Plafondmontage, opbouw Producteigenschappen - 2-punts lichtregeling - Uitschakelvertraging en helderheidswaarde instelbaar - Testbedrijf ter controle van de registratiezone - Opsteekplaat voor het beperken van de registratiezone - Parallel schakelen van meerdere aanwezigheidsmelders mogelijk - Handmatig in- en uitschakelen met installatieschakelaar mogelijk. Automatisch bedrijf De aanwezigheidsmelder registreert warmtebewegingen van personen, dieren of objecten. - Het licht wordt ingeschakeld, wanneer de bewaakte registratiezone wordt betreden en de ingestelde helderheid is onderschreden. - Het licht blijft ingeschakeld, zolang bewegingen in de registratiezone aanwezig zijn en de ingestelde helderheid niet wordt overschreden. - Het licht wordt uitgeschakeld, wanneer in de registratiezone geen beweging meer wordt waargenomen en de uitschakelvertraging is verlopen. - Het licht wordt uitgeschakeld, wanneer de helderheid langer dan 10 minuten het dubbele van de ingestelde waarde overschrijdt. i De minimale uitschakelhelderheid is 400 Lux, ook wanneer een lagere waarde is ingesteld. Functie parallel geschakelde aanwezigheidsmelder Parallel geschakelde aanwezigheidsmelders werken verregaand onafhankelijk van elkaar. Uitschakelvertraging en helderheid worden individueel op iedere aanwezigheidsmelder ingesteld. Zodra een aanwezigheidsmelder inschakelt, wordt dit herkend door de andere aanwezigheidsmelders. Deze schakelen bij bewegingen in hun registratiezone ook in, behalve wanneer de helderheid in hun registratiezone tweemaal zo hoog is als de ingestelde waarde. Over het algemeen geldt: het licht wordt ingeschakeld, wanneer de eerste aanwezigheidsmelder ingschakelt, en uitgeschakeld, wanneer de laatste aanwezigheidsmelder uitschakelt. Gedrag bij uitval van de netspanning - Minder dan 0,2 seconden: na terugkeer van de netspanning wordt de oude schakeltoestand weer hersteld. - Langer dan 0,2 seconden: na terugkeer van de netspanning volgt een zelftest. Deze duurt ca. 30 seconden. Tijdens de zelftest is het licht ingeschakeld, een bediening via de nevenaansluiting is niet mogelijk. 4 Bediening Licht inschakelen Er is een installatiedrukknop aangesloten. o Installatiedrukknop indrukken. Het licht is gedurende minimaal 2 minuten ingeschakeld. i Bij geregistreerde bewegingen blijft het licht na afloop 2 minuten aan. De uitschakelvertraging wordt ingesteld op de tijd die is vooringesteld op de insteller. i Wanneer de insteller time op test staat, dan blijft het licht zolang ingeschakeld, als de installatiedrukknop wordt ingedrukt. Na het loslaten wordt het licht na ca. 1 seconde uitgeschakeld. Licht uitschakelen De mogelijkheid bestaat, de automatische functie doelgericht uit te schakelen, bijv. om een ruimte te verduisteren. Er is een installatiedrukknop aangesloten. 82552622 19.05.2011 2/11

Licht is ingeschakeld o Installatiedrukknop indrukken. Het licht wordt gedurende 3 minuten uitgeschakeld. Geregistreerde bewegingen verlengen de tijd met telkens 3 minuten. Na afloop van de 3 minuten is de aanwezigheidsmelder weer in automatisch bedrijf. Gedurende de 3 minuten kan het licht alleen via de installatiedrukknop weer worden ingeschakeld. i Bij parallel geschakelde aanwezigheidsmelders loopt de tijd in ieder apparaat onafhankelijk af. Er kan ongewild inschakelen van het licht optreden, wanneer in een aanwezigheidsmelder de tijd al is afgelopen en deze bewegingen registreert. Helderheidsevaluatie uitschakelen De helderheidsevaluatie kan uitgeschakeld worden, wanneer de helderheid na het uitschakelen van het licht als te donker wordt ervaren. Er is een installatiedrukknop aangesloten. De aanwezigheidsmelder heeft het licht op basis van voldoende extern licht, bijv. daglicht, uitgeschakeld. o Binnen 3 minuten na het uitschakelen op de installatiedrukknop drukken. Het licht wordt ingeschakeld. Zolang de aanwezigheidsmelder bewegingen registreert, blijft het licht ingeschakeld. De helderheid wordt niet verwerkt. i Na afloop van de uitschakelvertraging schakelt de aanwezigheidsmelder uit en is weer in automatisch bedrijf. 5 Informatie voor elektromonteurs 5.1 Montage en elektrische aansluiting GEVAAR! Elektrische schok bij aanraken van onderdelen die onder spanning staan. Elektrische schokken kunnen dodelijk letsel tot gevolg hebben. Voordat werkzaamheden aan het apparaat of de last worden uitgevoerd, moeten alle bijbehorende installatieautomaten worden vrijgeschakeld. Spanningvoerende delen in de omgeving afdekken! Montageplaats kiezen Afbeelding 2 82552622 19.05.2011 3/11

De aanwezigheidsmelder wordt aan het plafond gemonteerd en bewaakt het daaronder liggende oppervlak (afbeelding 2). De aanwezigheidsmelder heeft een registratiezone van 360. De PIR-sensor werkt met 6 registratieniveaus en 80 lenzen. Afbeelding 3: Registratiezone De reikwijdte is ca. 5 m in doorsnede tafelhoogte, d.w.z. ca. 80 cm. Op de vloer resuteert een reikwijdtedoorsnede van ca. 8 m(afbeelding 3). Deze specificaties hebben betrekking op montage aan het plafond bij een montagehoogte van 2,5 m. Bij montagehoogten meer dan 2,5 m vergroot de registratiezone, tegelijkertijd worden registratiedichtheid en gevoeligheid verminderd. i De registratiezone kan indien nodig met een opsteekplaat worden beperkt (zie registratiezone beperken). o Trillingsvrije montageplaats kiezen, trillingen kunnen ongewilde schakelingen veroorzaken. o Storingsbronnen in de registratiezone vermijden Storingsbronnen, bijv. radiatoren, ventilatie, airconditioning en afkoelende lampen kunnen ongewilde schakelingen tot gevolg hebben. Montage voorbereiden Afbeelding 4: Montage 82552622 19.05.2011 4/11

(3) Sierring (11) Bevestigingspunt (12) Schroeven o Sierring (3) aftrekken (afbeelding 4). o Schroeven (12) losmaken. Aansluitkast monteren Afbeelding 5: Aansluitkast (8) Bevestigingsgaten (9) Kabelinvoer, inbouw (10) Doorbreekposities voor optionele kabelinvoer o Voor een extra kabelinvoer in inbouwuitvoering of kabelinvoer in opbouwuitvoering de betreffende doorbreekpositie (10) uitbreken (afbeelding 5). o Aanwezigheidsmelder zodanig uitrichten dat de helderheidssensor op de van het raam afgekeerde zijde ligt. Zo wordt de invloed van strooilicht gereduceerd. o Aansluitkasten (4) met meegeleverde plug-/schroefset door de gaten (8) bevestigen (afbeelding 5). i Als alternatief kan de aanwezigheidsmelder ook op een 60 mm apparatuurdoos worden gemonteerd. Schroeven zijn niet meegeleverd. 82552622 19.05.2011 5/11

Aanwezigheidsmelder aansluiten Afbeelding 6: Aansluitschema Lastkabellengte max. 100 m. Daarbij moet rekening worden gehouden met alle verbindingskabels tussen aanwezigheidsmelder en lampen. o Aanwezigheidsmelder volgens aansluitschema aansluiten (afbeelding 6). o Wanneer meerdere installatieautomaten gevaarlijke spanningen aan het apparaat of de last leveren, de installatieautomaten koppelen of met een waarschuwing zodanig beletteren, dat vrijschakelen is gewaarborgd. Aansluiting zwart, BK, L bruin, BR, blauw, BU, N grijs, GY, 1 PE Fase geschakelde Fase Nulleider Aansluiting installatiedrukknop Randaarde o Optionele installatiedrukknop (13) aansluiten (afbeelding 6). Deze is alleen nodig, indien ook handbediening is gewenst. i Aansluiting verlichte installatiedrukknop alleen mogelijk, wanneer deze over een afzonderlijke N-klem beschikt. o Aanwezigheidsmelder met schroeven (12) en bevestigingsstuk (11) op de aansluitkast (4) schroeven (afbeelding 4). 82552622 19.05.2011 6/11

Parallel schakelen van aanwezigheidsmelders Afbeelding 7: Aansluitschema parallel schakeling In de registratiezone uit te breiden, worden meerdere aanwezigheidsmelders parallel geschakeld. Alle aanwezigheidsmelders op dezelfde fase aansluiten Niet meer dan vijf aanwezigheidsmelders parallel schakelen. Lastkabellengte max. 100 m. Daarbij moet rekening worden gehouden met alle verbindingskabels tussen aanwezigheidsmelders en lampen. i Door parallel schakeling wordt het maximale aansluitvermogen niet vergroot. o Aanwezigheidsmelder volgens aansluitschema aansluiten (afbeelding 7). Aansluiting zwart, BK, L bruin, BR, blauw, BU, N grijs, GY, 1 PE Fase geschakelde Fase Nulleider Aansluiting installatiedrukknop Randaarde o Optionele installatiedrukknop (13) op alle aanwezigheidsmelders aansluiten (afbeelding 7). Deze is alleen nodig, indien ook handbediening is gewenst. i Aansluiting verlichte installatiedrukknop alleen mogelijk, wanneer deze over een afzonderlijke N-klem beschikt. o Aanwezigheidsmelder met schroeven (12) en bevestigingsstuk (11) op de aansluitkast (4) schroeven (afbeelding 4). 5.2 Inbedrijfname Registratiezone testen De aanwezigheidsmelder is correct gemonteerd en aangesloten. o Sierring (3) aftrekken. o Insteller lux op 3 instellen (afbeelding 1). De aanwezigheidsmelder werkt onafhankelijk van de helderheid. o Insteller time op test draaien (afbeelding 1). De aanwezigheidsmelder schakelt bij beweging gedurende ca. 1 seconde in. 82552622 19.05.2011 7/11

o Registratiezone aflopen, daarbij op goede registratie en storingsbronnen letten. Registratiezone evt. door gebruik van de opsteekplaat beperken. i Bij parallel geschakelde aanwezigheidsmelders de registratiezones opeenvolgend controleren. Aan de aanwezigheidsmelders, waarvan de registratiezone niet wordt gecontroleerd, de insteller lux op 0 draaien (afbeelding 1). o Sierring (3) opsteken. Registratiezone beperken Afbeelding 8: Opsteekplaat Met de opsteekplaat kan het registratiezone worden beperkt, bijv. om storingsbronnen te onderdrukken. Plaatgrootte Complete plaat Bereik I onderdrukt Bereik I + II onderdrukt Zonder plaat Registratiezone op de vloer Ø ca. 2,2 m Ø ca. 4 m Ø ca. 6 m Ø ca. 8 m Alle specificaties gelden voor een montagehoogte van 2,5 m o Opsteekplaat verwijderen. o Opsteekplaat met een schaar, langs de markeringslijnen naar wens uitsnijden. o Opsteekplaat plaatsen. Helderheidswaarde inregelen Een helderheidsinregeling is nodig, zodat lichtpendeling niet optreedt. Een lichtpendeling ontstaat doordat de aanwezigheidsmelder door de ingeschakelde verlichting weer uitschakelt (helderheidswaarde overschreden). De helderheidsinregeling wordt uitgevoerd bij de verlichtingssituatie, die als werkplekhelderheid nodig is. De verlichting, die wordt aangestuurd door de aanwezigheidsmelder, is ingeschakeld. Extern licht, bijv. daglicht, en andere verlichting vermijden. Verschillende lampen, zoals bijv. TL-lampen, hebben enige tijd nodig om de volle helderheid te bereiken. Daarom: inloopfase van de verlichting aanhouden. Als instelhulp is de LED (5) bedoeld. 82552622 19.05.2011 8/11

Betekenis van de LED bij uitgeschakelde last LED uit LED aan of LED knippert Bewaakt oppervlak te donker, last schakelt bij bewegingsherkenning in. Bewaakte oppervlak licht genoeg, last blijft bij bewegingsherkenning uit. Betekenis van de LED bij ingeschakelde last. LED uit LED aan LED knippert Bewaakt oppervlak te donker, last blijft bij bewegingsherkenning ingeschakeld. Zonder bewegingsherkenning wordt na afloop van de uitschakelvertraging uitgeschakeld. Bewaakte oppervlak door ingeschakelde verlichting helder genoeg, last blijft bij bewegingsherkenning ingeschakeld. Zonder bewegingsherkenning wordt na afloop van de uitschakelvertraging uitgeschakeld. Bewaakte oppervlak door ingeschakelde verlichting of extern licht zeer helder, last schakelt, ook bij langer ingestelde uitschakelvertraging of bewegingsherkenning, na ca. 10 minuten uit. o Sierring (3) aftrekken. o Insteller (7) time op 30 min draaien. o Insteller lux op 3 draaien. LED (5) is uit. i Helderheidssensor (1) niet bedekken, anders is geen correcte helderheidsmeting mogelijk. De gemeten helderheidswaarde is samengesteld uit het reflecterende kunstlicht en daglicht en is van de reflecterende eigenschappen van het onder de aanwezigheidsmelder liggende oppervlak afhankelijk. o Aanwezigheidsmelder door beweging in de registratiezone inschakelen. o Insteller (7) lux in de richting 2 draaien, tot LED (5) brandt. Aanwezigheidsmelder is op de momentele helderheid ingesteld. i Wanneer insteller lux op 0 staat, dan schakelt de aanwezigheidsmelder alleen via bediening van een nevenaansluiting in. De uitschakelhelderheid is in dit geval 400 Lux. o Sierring (3) opsteken. Uitschakelvertraging instellen Des te minder bewegingen in het bewaakte gebied te verwachten zijn, des te langer moet de uitschakelvertraging worden gekozen. Zo wordt de waarschijnlijkheid kleiner, dat de aanwezigheidsmelder uitschakelt ondanks dat er personen aanwezig zijn. Als standaard waarde 10 minuten instellen. o Sierring (3) aftrekken. o Insteller (6) time in de betreffende richting verdraaien. De aanwezigheidsmelder is bedrijfsgereed o Sierring (3) opsteken. 6 Bijlage 6.1 Technische gegevens Nominale spanning AC 230 / 240 V ~ Netfrequentie 50 / 60 Hz Omgevingstemperatuur Beschermingsgraad +5... +35 C IP 20 82552622 19.05.2011 9/11

Installatie-automaat max. 10 A Registratiehoek 360 Registratiezone Bureauhoogte Ø ca.5 m Vloer Ø ca. 8 m Uitschakelvertraging Uitschakelvertraging test Helderheidsinstelling Aansluitvermogen bij 25 C Gloeilampen HV-halogeenlampen Tronic-trafo's Inductieve trafo's TL-lampen ongecompenseerd TL-lampen parallel gecompenseerd EVG Schakelstroom bij 25 C Ohms Inschakelstroom max. 4 s bij 10% ED Minimale schakelstroom AC ca. 10 s... 30 min ca. 1 s ca. 10... 1000 lx 1000 W 1000 W 750 W 750 VA 500 VA 400 VA Typeafhankelijk 10 A 35 A 100 ma Soort contact µ Aansluiting massief 1,0... 2,5 mm² Soepel met vertinde adereinden 0,75... 1,5 mm² Aantal nevenaansluitingen Onverlichte installatieknop Onbegrensd Totale lengte kabel nevenaansluiting Totale lengte lastkabel 6.2 Hulp bij problemen Aanwezigheidsmelder schakelt ondanks te lage helderheid bij beweging niet in. Ingestelde helderheidswaarde te laag. Insteller lux in de richting 3 draaien. Insteller lux staat op 0. Registratiezone is uitgeschakeld. Via nevenaansluiting inschakelen. Insteller lux in de richting 3 draaien (zie helderheid inregelen). Via nevenaansluiting uitgeschakeld. Via nevenaansluiting inschakelen. max. 100 m max. 100 m De aanwezigheidsmelder schakelt zonder herkenbare beweging in. Storingsbronnen in registratiezone. Let op storingsbronnen in de registratiezone, bijv. verwarmingen, ventilatie, airconditioning, afkoelende lampen. Eventueel registratiezone met de opsteekplaat beperken (zie registratiezone beperken). Aanwezigheidsmelder schakelt ook bij veel extern licht niet uit. Ingestelde helderheidswaarde is te hoog. Insteller lux in de richting 2 draaien (zie helderheidswaarde inregelen). Aanwezigheidsmelder schakelt uit, ondanks dat personen aanwezig zijn, en de helderheid te laag is. Registratieprobleem, het te bewaken oppervlak ligt niet in de registratiezone of meubels of kolommen staan in de weg. Extra aanwezigheidsmelders gebruiken (zie parallel schakelen van aanwezigheidsmelders). 82552622 19.05.2011 10/11

Uitschakelvertraging te kort. Beweging van de personen wordt niet herkend. Uitschakelvertraging met insteller time verlengen (zie uitschakelvermogen instellen). Aanwezigheidsmelder schakelt constant aan en uit Insteller time staat op test. Uitschakelvertraging met insteller time instellen (zie uitschakelvermogen instellen). Aanwezigheidsmelder schakelt kort uit en direct weer in. Ingestelde helderheidswaarde wordt na het uitschakelen onderschreden. Insteller lux in de richting 3 draaien (zie hoofstuk inbedrijfname). 6.3 Toebehoren Niet combineerbaar met apparaten uit het systeem 2000. 6.4 Garantie De wettelijk vereiste garantie wordt uitgevoerd via de vakhandel. Een gebrekkig apparaat kunt u met een omschrijving van de fout aan de betreffende verkoper ((elektrotechnische) vakhandel/installatiebedrijf) overhandigen of portvrij opsturen. Deze stuurt het apparaat door naar het Gira Service Center. Gira Giersiepen GmbH & Co. KG Elektro-Installations- Systeme Industriegebiet Mermbach Dahlienstraße 42477 Radevormwald Postfach 12 20 42461 Radevormwald Deutschland Tel +49(0)21 95-602-0 Fax +49(0)21 95-602-399 www.gira.de info@gira.de 82552622 19.05.2011 11/11