Onderwijs- en examenregeling masteropleiding psychologie

Vergelijkbare documenten
Onderwijs- en examenregeling masteropleiding psychologie

Onderwijs- en examenregeling masteropleiding psychologie

Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013

Onderwijs- en Examenregeling 2010/2011

[60738] Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Islam in de moderne wereld. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Spaanse taal en cultuur. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Medische Psychologie. Faculteit Sociale Wetenschappen. Universiteit van Tilburg

Onderwijs- en examenregeling masteropleiding onderwijskunde

Onderwijs- en examenregeling bacheloropleiding psychologie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Arabische Taal en Cultuur

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Italiaanse taal en cultuur. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de Masteropleiding. Taal- en spraakpathologie

BIJLAGE E ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER IK

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de Masteropleiding. Arabische, Nieuwperzische en Turkse Talen en Culturen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Kunstgeschiedenis

Onderwijs- en Examenregeling van de Masteropleidingen. Life Science & Technology. NanoScience

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Literatuurwetenschap

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de Masteropleiding. Kunstgeschiedenis

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Taal- en Spraaktechnologie (Language and Speech Technology)

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Duitslandstudies. studierichtingen:

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Bedrijfscommunicatie. studierichtingen: Bedrijfscommunicatie, Cultuur & Organisaties (BCO)

BESLUIT: de volgende onderwijs- en examenregeling voor de opleiding Toegepaste Wiskunde vast te stellen:

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Dramaturgie. Paragraaf 1 Algemene bepalingen. art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Taal- en spraakpathologie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Algemene Cultuurwetenschappen

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Journalistiek. Paragraaf 1 Algemene bepalingen. art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de onderzoeksmaster. Historische Wetenschappen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Geschiedenis

Vastgesteld door de decaan van de faculteit Wiskunde&Informatica op 28 augustus 2003

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Islam in de moderne wereld. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de onderzoeksmaster. Letterkunde en Literatuurwetenschap

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de onderzoeksmaster. Letterkunde en Literatuurwetenschap

Universiteit van Amsterdam FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de Masteropleiding. Bedrijfscommunicatie. studierichtingen: Bedrijfscommunicatie, Cultuur & Organisaties (BCO)

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding American Studies. Paragraaf 1 Algemene bepalingen. art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de Masteropleiding. Taal- en spraakpathologie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de Masteropleiding. Duitse Taal en Cultuur

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Nederlandse Taal en cultuur

Onderwijs- en examenregeling masteropleiding psychologie

Onderwijs- en examenregeling (OER) Inhoud:

Onderwijs- en Examenregeling 2009/2010

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Algemene Cultuurwetenschappen

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Nederlandse taal en cultuur. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Geschiedenis

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de onderzoeksmaster. Kunst en visuele cultuur in historisch perspectief

Onderwijs- en examenregeling

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Taalwetenschap (Linguistics)

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Romaanse Talen en Culturen. studierichtingen: Franse Taal en Cultuur. Spaanse Taal en Cultuur

Onderwijs- en examenregeling masteropleiding pedagogische wetenschappen

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Cultureel Erfgoed. Paragraaf 1 Algemene bepalingen. art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Medische Psychologie. Faculteit Sociale Wetenschappen. Universiteit van Tilburg

Faculteit der Sociale Wetenschappen

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Conflict Studies and Human Rights. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Nederlandse Taal en cultuur

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de onderzoeksmaster. Kunst en visuele cultuur in historisch perspectief

Onderwijs- en examenregeling masteropleiding onderwijskunde

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOROPLEIDING

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de Masteropleiding. Romaanse Talen en Culturen. studierichtingen: Franse Taal en Cultuur. Spaanse Taal en Cultuur

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Romaanse Talen en Culturen. studierichtingen: Franse Taal en Cultuur. Spaanse Taal en Cultuur

Onderwijs- en examenregeling bacheloropleiding kunstmatige intelligentie

Onderwijs- en examenregeling masteropleiding pedagogische wetenschappen

ONDERWIJS- EN TENTAMENREGELING (OET) (ex artikel 7.13 WHW) Interfacultair Onderwijs TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Romaanse Talen en Culturen. studierichtingen: Franse Taal en Cultuur. Spaanse Taal en Cultuur

Onderwijs- en Examenregeling LS&T/SMS&TI (Bacheloropleiding)

[60715] Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Kunstbeleid en -management. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de bacheloropleiding. Arabische Taal en Cultuur

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOROPLEIDING TECHNISCHE INFORMATICA

Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen. Onderwijs- en examenregeling. Masteropleiding

BIJLAGE E ONDERWIJS EN EXAMENREGELINGEN. Onderwijs- en examenregeling. Deel I Bacheloropleiding Informatica

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Engelse Taal en Cultuur

Onderwijs- en examenregeling

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de Masteropleiding. Engelse Taal en Cultuur

Deze regeling wordt aangeduid als OER van de Masteropleiding Energie en Milieuwetenschappen.

Deel II Masteropleiding. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Onderwijs- en examenregeling masteropleiding onderwijskunde

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling bacheloropleiding communicatiewetenschap

Onderwijs- en examenregeling bacheloropleiding sociologie

GMW Onderwijs- en ExamenRegeling. Master-opleiding. voor het studiejaar

gelet op: de artikelen 7.13, 9.15, 9.18 en 9.38 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek;

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Dramaturgie. Paragraaf 1 Algemene bepalingen. art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling bacheloropleiding pedagogische wetenschappen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de Bacheloropleiding. Arabische, Nieuwperzische en Turkse Talen en Culturen

Onderwijs- en Examenregeling MST en LS&T (Bacheloropleiding)

Onderwijs en Examenregeling LS&T / NanoScience (Masteropleiding)

Onderwijs- en Examenregeling LS&T en MST (Bacheloropleiding)

Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Bedrijfscommunicatie. studierichtingen: Bedrijfscommunicatie, Cultuur & Organisatie (BCO)

Studiejaar Model Onderwijs- en examenregeling (Bachelor)

Onderwijs en Examenregeling NanoScience (Masteropleiding)

Faculteit der Letteren. Onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Geschiedenis

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de bacheloropleiding. Geschiedenis

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de Bacheloropleiding. Arabische, Nieuwperzische en Turkse Talen en Culturen

REGELS EN RICHTLIJNEN VOOR DE TENTAMENS EN EXAMENS IN DE MASTEROPLEIDING NANOSCIENCE

3TU.ONDERWIJS ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. van de masteropleiding. Engelse Taal en Cultuur

Onderwijs- en examenregeling bacheloropleiding HBO-Rechten

Rijksuniversiteit Groningen. Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen

Faculty of Science, Leiden University. and. Faculty of Applied Sciences, Delft University of Technology

Transcriptie:

Onderwijs- en examenregeling masteropleiding psychologie 2006-2007 Overzicht inhoud Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasbaarheid regeling Artikel 1.2 Begripsbepalingen Artikel 1.3. Doel en eindtermen van de opleiding Artikel 1.4 Vorm van de opleiding Artikel 1.5 Examens van de opleiding Artikel 1.6 Studielast Artikel 1.7 Taal Paragraaf 2 De masteropleiding Artikel 2.1 Samenstelling masteropleiding Artikel 2.2 Onderwijsvormen in de masteropleiding Paragraaf 3 Tentamens en examens Artikel 3.1 Volgorde tentamens Artikel 3.2 Tijdvakken en frequentie tentamens Artikel 3.3 Eisen tentamens Artikel 3.4 Vorm tentamens Artikel 3.5 Mondelinge tentamens Artikel 3.6 Vaststelling en bekendmaking tentamenuitslag Artikel 3.7 Geldigheidsduur Artikel 3.8 Inzagerecht Artikel 3.9 Vrijstelling Artikel 3.10 Examen Artikel 3.11 Judicia Artikel 3.12 Graad Paragraaf 4 Inschrijving voor onderwijs en tentamens Artikel 4.1 Inschrijving Paragraaf 5 Vooropleiding Artikel 5.1 Toelatingseisen masteropleiding Artikel 5.2 Bewijs van toelating Artikel 5.3 Flexibele instroom in de masteropleiding Artikel 5.4 Nederlandse taal Paragraaf 6 Studiebegeleiding Artikel6.1 Studievoortgangsregistratie Artikel 6.2 Studiebegeleiding Paragraaf 7 Overgangs- en slotbepalingen Artikel 7.1 Overgangsbepalingen Artikel 7.2 Vaststelling en wijziging Artikel 7.3 Bekendmaking Artikel 7.4 Inwerkingtreding Bijlage 1 Nadere uitwerking doelstelling en eindtermen masteropleiding Bijlage 2 Gedragscode vreemde taal, als bedoeld in art. 7.2 sub c WHW Bijlage 3 Fraude bij examens, tentamens en schriftelijke werkstukken OER MSc psychologie 2006-2007, inwerkingtredend op 1 september 2006 1 / 10

Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasbaarheid regeling 1. Deze regeling is van toepassing op het onderwijs en de examens van de masteropleiding psychologie (hierna te noemen: de opleiding). De opleiding wordt verzorgd door het onderwijsinstituut psychologie en kunstmatige intelligentie (hierna te noemen: het onderwijsinstituut) binnen de faculteit sociale wetenschappen van de Radboud Universiteit Nijmegen (hierna te noemen: de faculteit). 2. Deze regeling is met betrekking tot paragraaf 2 en 5 van toepassing op studenten die in het studiejaar 2006-2007 voor het eerst ingeschreven staan voor de masteropleiding psychologie en met betrekking tot de overige paragrafen van toepassing op alle studenten die in het studiejaar 2006-2007 ingeschreven staan voor de masteropleiding psychologie. 3. De examencommissie kan haar in dit reglement genoemde taken delegeren aan de examinator(en). Artikel 1.2 Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. de wet: de Wet op het Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek afgekort tot WHW en zoals sindsdien gewijzigd; b. opleiding: de masteropleiding bedoeld in art. 7.3a, lid 1 sub b van de wet, i.c. de masteropleiding ad art. 1.1. sub 1; c. student: hij of zij die is ingeschreven aan de Radboud Universiteit Nijmegen voor het volgen van het onderwijs en/of het afleggen van de tentamens en de examens van de opleiding; d. bacheloropleiding: de opleiding bedoeld in art. 7.3a, lid 1 sub a van de wet; e. practicum: een praktische oefening als bedoeld in art. 7.13, lid 2 sub d van de wet, in één van de volgende vormen: het schrijven van een scriptie; het maken van een werkstuk of een proefontwerp; het uitvoeren van een ontwerp- of onderzoekopdracht; het verrichten van een literatuurstudie; combinaties van bovengenoemde activiteiten; het verrichten van een stage; het deelnemen aan veldwerk of een excursie; het uitvoeren van proeven en experimenten; of het deelnemen aan een andere onderwijsactiviteit, die gericht is op het bereiken van bepaalde vaardigheden; f. tentamen: een onderzoek naar de kennis, het inzicht en de vaardigheden van de student met betrekking tot een bepaalde onderwijseenheid, alsmede de beoordeling van dat onderzoek door minstens één daartoe door de examencommissie aangewezen examinator; g. examen: toetsing, waarbij door de examencommissie wordt vastgesteld of alle tentamens van de tot de opleiding behorende onderwijseenheden met goed gevolg zijn afgelegd (conform art. 7.10 van de wet); h. examencommissie: de examencommissie van een opleiding ingesteld conform art. 7.12 van de wet, hier bedoeld de examencommissie van de opleiding; i. examinator: degene die door de examencommissie wordt aangewezen ten behoeve van het afnemen van tentamens, conform art. 7.12 van de wet; j. opleidingscommissie: de opleidingscommissie bedoeld in art. 9.18 van de wet, hier bedoeld de opleidingscommissie van de opleiding; k. uitvoeringsregeling: de uitvoeringsregeling behorende bij de OER en geldend voor de opleiding; l. werkdag: maandag t/m vrijdag m.u.v. de erkende feestdagen; m. studiegids: de gids van het onderwijsinstituut, bevattende de specifieke informatie voor de opleiding; n. instelling: de Radboud Universiteit Nijmegen; o. directeur: de directeur van het onderwijsinstituut; p. decaan: de decaan van de faculteit; OER MSc psychologie 2006-2007, inwerkingtredend op 1 september 2006 2 / 10

q. gezamenlijke vergadering: de gezamenlijke vergadering van de onderdeelcommissie (van de universitaire ondernemingsraad) en de facultaire studentenraad van de faculteit. Artikel 1.3. Doel en eindtermen van de opleiding 1. Met de opleiding wordt beoogd: a. studenten gevorderde kennis, vaardigheden en inzicht op het gebied van de psychologie bij te brengen; b. studenten een gevorderde academische vorming bij te brengen; c. studenten het genoemde onder 1.3. sub 1a. en b op zodanig niveau bij te brengen dat dit aansluit op de bacheloropleiding op het gebied van de psychologie; d. studenten zodanig op te leiden, dat deze na voltooiing van deze opleiding in staat zijn tot het onder beperkte supervisie zelfstandig verrichten van wetenschappelijk onderzoek op het gebied van psychologie. 2. Eindtermen van de opleiding: studenten die de opleiding met goed gevolg hebben afgerond beschikken over: a. gedegen actieve kennis van en inzicht in één der afstudeerrichtingen genoemd in artikel 2.1; b. specialistische kennis over een nader te kiezen onderdeel van de afstudeerrichting; c. de vaardigheid onder beperkte supervisie zelfstandig een empirisch onderzoek te ontwerpen en uit te voeren en hierover schriftelijk en mondeling te kunnen rapporteren; d. de vaardigheid om onder beperkte supervisie zelfstandig als psycholoog werkzaam te zijn in de werkvelden die passen bij de gekozen afstudeerrichting. 3. De nadere uitwerking van lid 1 en 2 is als bijlage 1 bij deze regeling opgenomen. Artikel 1.4 Vorm van de opleiding De opleiding wordt voltijds verzorgd. Artikel 1.5 Examens van de opleiding In de opleiding kan het masterexamen worden afgelegd. Artikel 1.6 Studielast 1. De studielast wordt uitgedrukt in eenheden van het European Credit Transfer System (EC). 2. Eén EC staat gelijk aan 28 uren studie. 3. De masteropleiding heeft een studielast van 60 EC. Artikel 1.7 Taal 1. Het onderwijs wordt in de Nederlandse taal gegeven (art. 7.2 WHW). Hiervan mag in de volgende gevallen worden afgeweken: a. bij een opleiding voor een vreemde taal; b. bij een gastcollege door een anderstalige docent; c. wanneer de specifieke aard, inrichting of kwaliteit van het onderwijs, dan wel de herkomst van de studenten daartoe noodzaakt. 2. Wanneer het onderwijs in een andere taal wordt gegeven, dan is hiervoor de gedragscode vreemde taal van toepassing, als bedoeld in art. 7.2 sub c WHW. Deze gedragscode is opgenomen als bijlage 2 bij deze regeling. Paragraaf 2 De masteropleiding Artikel 2.1 Samenstelling masteropleiding 1. Binnen de masteropleiding worden de volgende afstudeerrichtingen aangeboden: arbeids- en organisatiepsychologie; biologische psychologie; cognitieve psychologie; cultuur- en persoonlijkheidspsychologie; klinische psychologie; neuro- en revalidatiepsychologie; ontwikkelingspsychologie; psychogerontologie; OER MSc psychologie 2006-2007, inwerkingtredend op 1 september 2006 3 / 10

sociale psychologie; vrije afstudeerrichting. 2. Iedere afstudeerrichting omvat de volgende onderdelen met de daarbij vermelde studielast (in EC; totaal 60): toegepaste onderderzoeksmethoden...6 verdiepingsvak afstudeerrichting:...6 arbeids- en organisatiepsychologie: vervolgcursus arbeids- en organisatiepsychologie biologische psychologie: states of consciousness cognitieve psychologie: inhoudelijke verdieping in de cognitieve psychologie cultuur- en persoonlijkheidspsychologie: capita selecta klinische psychologie: psychische stoornissen en hun behandeling neuro- en revalidatiepsychologie: cognitieve neuropsychologie ontwikkelingspsychologie: ontwikkelingspsychopathologie psychogerontologie: psychogerontologie: theorie en praktijk sociale psychologie: sociale beïnvloeding in de praktijk stage afstudeerrichting...24 scriptie afstudeerrichting...24 3. Een beschrijving van de in lid 1 genoemde onderdelen is opgenomen in de studiegids van de opleiding. Artikel 2.2 Onderwijsvormen in de masteropleiding 1. De volgende onderdelen in de masteropleiding, als genoemd in art. 2.1 lid 2, houden een practicum in als bedoeld in art. 1.2 sub e: stage; scriptie. Paragraaf 3 Tentamens en examens Artikel 3.1 Volgorde tentamens De scriptie kan niet eerder worden beoordeeld, dan nadat het tentamen van het hieronder vermelde onderdeel is behaald: toegepaste onderzoeksmethoden. Artikel 3.2 Tijdvakken en frequentie tentamens 1. Tot het afleggen van de tentamens van de in art. 2.1 lid 2 genoemde onderdelen wordt in elk academisch jaar tweemaal de gelegenheid gegeven op de door de directeur van het onderwijsinstituut vóór het begin van het studiejaar vastgestelde en bekendgemaakte data. 2. In afwijking van het bepaalde in lid 1 wordt tot het afleggen van het tentamen van een onderdeel waarvan het onderwijs in een bepaald studiejaar niet is gegeven, in dat jaar slechts éénmaal de gelegenheid gegeven. 3. Met inachtneming van het gestelde in lid 2 kan ieder die studeert voor het masterexamen van de opleiding en in een academisch jaar niet slaagt voor een studieonderdeel, in het volgende academisch jaar weer aan de toetsing deelnemen, maar zal dan getoetst worden over de inhoud die het onderdeel heeft in het nieuwe academische jaar. 4. Ten aanzien van het in lid 1, 2 en 3 gestelde kan door de examencommissie een afwijkende beslissing genomen worden, wanneer de student door bijzondere omstandigheden niet in de gelegenheid is geweest aan de geboden gelegenheden deel te nemen en de voortgang van de studie hierdoor ernstig belemmerd zou worden. Alvorens een dergelijk besluit te nemen, wint de examencommissie advies in bij de studieadviseur over de omstandigheden en de studievoortgang. Artikel 3.3 Eisen tentamens 1. De tentameneisen dienen bij aanvang van de cursus bekend gemaakt te zijn. 2. Eventuele extra eisen dienen van beperkte omvang te zijn en mogen tot hooguit één week voor het tentamen opgegeven worden. Dit dient bij aanvang van de cursus aangekondigd te worden. OER MSc psychologie 2006-2007, inwerkingtredend op 1 september 2006 4 / 10

Artikel 3.4 Vorm tentamens 1. De tentamens van de onderdelen genoemd in artikel 2.1 lid 2 worden hetzij schriftelijk in de vorm van multiple choice of open vragen, hetzij mondeling, zoals vermeld in de studiegids, afgelegd, met uitzondering van de volgende onderdelen, die op de daarbij aangegeven wijze worden getoetst: stage: stagerapport en oordeel van interne en/of externe begeleider; scriptie: eindproduct. 2. De vorm van het tentamen en het hertentamen dient bij het begin van de cursus bekend gemaakt te zijn. 3. Op verzoek van de student kan de examencommissie toestaan dat een tentamen op een andere wijze dan vorenbedoeld wordt afgelegd. 4. Aan studenten met een functiestoornis wordt de gelegenheid geboden de tentamens op een zoveel mogelijk aan hun individuele handicap aangepaste wijze af te leggen. De examencommissie wint zo nodig deskundig advies in alvorens te beslissen. Artikel 3.5 Mondelinge tentamens 1. Mondeling wordt niet meer dan één persoon tegelijk getentamineerd, tenzij de examencommissie anders heeft bepaald. 2. Het mondeling afnemen van een tentamen is openbaar, tenzij de examencommissie of de desbetreffende examinator in een bijzonder geval anders heeft bepaald, dan wel de student daartegen bezwaar heeft gemaakt. Artikel 3.6 Vaststelling en bekendmaking tentamenuitslag 1. De examinator stelt in principe terstond na het afnemen van een mondeling tentamen de uitslag beargumenteerd vast en reikt de student een desbetreffende schriftelijke verklaring uit. 2. De examinator stelt de uitslag van een schriftelijk tentamen vast en verschaft het onderwijsdienstverleningscentrum (ODC) van de faculteit de nodige gegevens ten behoeve van de registratie en de bekendmaking van de uitslag aan de student. 3. De nakijktermijn van tentamens is vijftien werkdagen na de dag waarop het tentamen is afgelegd. Deze regel geldt ook voor deeltentamens. Bij open vragen tentamens met meer dan honderd deelnemers geldt een nakijktermijn van twintig werkdagen. 4. Voor een op andere wijze dan mondeling of schriftelijk af te leggen tentamen bepaalt de examencommissie tevoren op welke wijze en binnen welke termijn de student een schriftelijke verklaring omtrent de uitslag zal ontvangen. Bij werkstukken geldt de regel dat op de vooraf vastgestelde inleverdatum afgesproken wordt binnen welke termijn het werkstuk nagekeken zal zijn. Deze termijn is maximaal vijftien werkdagen en bij meer dan honderd studenten twintig werkdagen. 5. De termijn van vijftien/twintig werkdagen in het lid 3 en 4 moet zo worden gelezen, dat tussen de datum van het bekendmaken van de uitslag van een tentamen en de datum van het hertentamen tenminste een termijn van twee weken dient te zijn. 6. De termijnen genoemd in lid 3 en 4 van dit artikel gelden met inachtneming van overmacht. 7. De kwalificatie van de toetsing van elk onderdeel van de opleiding wordt door de examinator vastgesteld in de vorm van een cijfer. Er mogen hele en halve cijfers worden toegekend, met uitzondering van het cijfer 5,5. Hierbij geldt dat het cijfer vanaf 6 beschouwd wordt als een voldoende. 8. Op de schriftelijke verklaring omtrent de uitslag van een tentamen wordt de student gewezen op het inzagerecht, bedoeld in art. 4.7 lid 1, alsmede op de beroepsmogelijkheid bij het college van beroep voor de examens. De termijn daarvoor bedraagt vier weken. 9. De bewaartermijn voor tentamenstukken bedraagt twee jaar. De docent is derhalve gehouden tentamens en werkstukken twee jaar te bewaren. De bewaartermijn voor scripties bedraagt tien jaar. 10. Ingeval tijdens een tentamen of bij een werkstuk fraude geconstateerd wordt, is conform artikel 12 van de R&R de frauderegeling van kracht (bijlage 3). Deze regeling geldt ook bij plagiaat in werkstukken. Artikel 3.7 Geldigheidsduur 1. De geldigheidsduur van behaalde onderdelen is onbeperkt. 2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid kan de examencommissie voor een onderdeel, waarvan het tentamen langer dan vier jaar geleden is behaald, een aanvullend dan wel vervangend tentamen opleggen, alvorens de student wordt toegelaten tot het afleggen van het desbetreffende examen. OER MSc psychologie 2006-2007, inwerkingtredend op 1 september 2006 5 / 10

Artikel 3.8 Inzagerecht 1. Gedurende ten minste vier weken na de bekendmaking van de uitslag van een schriftelijk tentamen en voor zover van toepassing uiterlijk één week voor het hertentamen krijgt de getentamineerde op zijn/haar verzoek onder toezicht van een docent inzage in zijn/haar beoordeeld werk. 2. Gedurende de in lid 1 genoemde termijn kan de getentamineerde kennis nemen van de vragen en opdrachten van het desbetreffende tentamen, alsmede uitleg krijgen over de beoordelingsnormen. 3. De examinator kan bepalen, dat de inzage of de kennisneming geschiedt op een vaste plaats en op een vast tijdstip. 4. Tegelijkertijd met de uitslag van het tentamen wordt op Blackboard en eventueel Ad Valvas bekendgemaakt op welke wijze de inzage en eventuele inschrijving voor de inzage geregeld is. 5. Indien de getentamineerde aantoont door overmacht verhinderd te zijn of te zijn geweest op een aldus vastgestelde plaats en tijdstip te verschijnen wordt hem een andere mogelijkheid geboden, zo mogelijk binnen de in lid 1 genoemde termijn. Artikel 3.9 Vrijstelling 1. De examencommissie kan op individueel en schriftelijk verzoek, gehoord de desbetreffende examinator, vrijstelling verlenen van een tentamen (of een deel ervan), indien de student vóór de eerste toetsingsdatum van het onderdeel waarvoor vrijstelling wordt gevraagd voldoet aan de hierna te noemen voorwaarden met betrekking tot het desbetreffende onderdeel: a. het bewijs overlegt van het hebben voldaan aan een qua inhoud, studielast en niveau overeenkomstig onderdeel van een andere universitaire opleiding in Nederland dan wel het buitenland; b. en/of het bewijs overlegt van verrichte werkzaamheden met een overeenkomst naar inhoud, tijdsinvestering en niveau, met het betreffende onderdeel. 2. De examencommissie kan op individueel en schriftelijk verzoek, gedocumenteerd als in lid 1 beschreven, onderdelen van de tentamens van de opleiding vervangen door onderdelen van een andere universitaire opleiding in Nederland dan wel het buitenland, mits deze vervanging wordt goedgekeurd voorafgaand aan de eerste tentamendatum van het onderdeel waarvoor de vervanging wordt gevraagd. Artikel 3.10 Examen 1. De examencommissie stelt de uitslag van het examen vast, zodra de student voldoende bewijzen overlegt van door hem behaalde tentamens en de daarmee verworven academische vorming. 2. Alvorens de uitslag van het examen vast te stellen kan de examencommissie zelf een onderzoek instellen naar de kennis van de student met betrekking tot een of meer onderdelen of aspecten van de opleiding, indien en voor zover de uitslagen van de desbetreffende tentamens haar daartoe aanleiding geven. 3. Tot het afleggen van het masterexamen wordt de gelegenheid geboden nadat de student voor alle onderdelen van het masterexamen tenminste een voldoende heeft behaald. 4. Het afleggen van het examen van de opleiding is geformaliseerd. Dit betekent dat wanneer de examencommissie constateert dat alle onderdelen van het examen door de betreffende student behaald zijn, het mastergetuigschrift door de instelling zal worden uitgereikt. Bij die gelegenheid worden van de student geen aparte studieprestaties gevraagd. Artikel 3.11 Judicia 1. De uitslag van het masterexamen kent de volgende judicia: geslaagd: geen van de onderdelen lager dan 6; met lof: over alle onderdelen gemiddeld 8 of hoger, alle onderdelen tenminste 7 én stage en scriptie beide tenminste 8. 2. De examencommissie kan op individuele basis afwijken van het gestelde in het vorige lid, indien het naar haar oordeel gerechtvaardigd is een hoger judicium toe te kennen dan op grond van het gestelde in lid 1. Artikel 3.12 Graad 1. Aan degene die het examen met goed gevolg heeft afgelegd, wordt de graad 'Master of Science' (MSc) verleend. 2. De verleende graad wordt op het getuigschrift van het examen aangetekend. OER MSc psychologie 2006-2007, inwerkingtredend op 1 september 2006 6 / 10

Paragraaf 4 Inschrijving voor onderwijs en tentamens Artikel 4.1 Inschrijving 1. Tenzij anders vermeld zijn studenten verplicht zich voor al het cursorisch onderwijs via KISS/TIS uiterlijk tot uiterlijk vijf werkdagen voor aanvang van de cursus in te schrijven, waarbij nadere voorwaarden gesteld kunnen worden voor inschrijving voor werkgroepen en practica. Deze verplichting geldt ook wanneer men alleen aan het tentamen wil deelnemen. 2. Studenten zijn verplicht zich voor tentamens uiterlijk vijf werkdagen voor de tentamendatum via KISS/TIS in te schrijven. 3. Wanneer inschrijving via KISS/TIS om technische redenen niet mogelijk is dient men zich handmatig bij het ODC in te schrijven. Paragraaf 5 Vooropleiding Artikel 5.1 Toelatingseisen masteropleiding 1. Tot de opleiding wordt toegelaten: a. degene die beschikt over het getuigschrift van de bacheloropleiding psychologie aan de instelling; b. degene die in het bezit is van het bewijs van toelating, dat het College van Bestuur voor het desbetreffende studiejaar afgeeft (zie art. 4.2). 2. Tot de opleiding wordt onder nadere condities toegelaten: degene die beschikt over het getuigschrift van de bacheloropleiding psychologie van één van de Nederlandse universitaire opleidingen. 3. De nadere condities genoemd in lid 2 worden vastgesteld door de examencommissie. Artikel 5.2 Bewijs van toelating 1. Voor het bewijs van toelating komt in aanmerking degene die: a. in het bezit is van een getuigschrift dat tenminste gelijkwaardig is aan het diploma als bedoeld in artikel 4.1. lid 1 sub a; b. anderszins naar het oordeel van de examencommissie blijk heeft gegeven van geschiktheid voor het volgen van de opleiding. 2. De examencommissie kan bepalen dat de kandidaat aanvullende onderdelen binnen de faculteit behaalt alvorens deze toegelaten wordt tot de opleiding. Artikel 5.3 Flexibele instroom in de masteropleiding 1. De examencommissie kan, voorzover de beschikbare onderwijscapaciteit dit toelaat, besluiten dat de student die is ingeschreven voor de bacheloropleiding psychologie, kan worden toegelaten tot het onderwijs van de masteropleiding, voordat deze met goed gevolg het afsluitende examen van de bacheloropleiding psychologie heeft afgelegd. 2. Toelating is alleen mogelijk, als de student voldoet aan de volgende voorwaarden: a. er is voldoende resultaat behaald en/of vrijstelling verleend voor alle onderdelen van het eerste en het tweede bachelorjaar; b. er is voldoende resultaat behaald en/of vrijstelling verleend voor tenminste 40 EC van het derde bachelorjaar; ten aanzien van deze 40 EC kunnen door de afstudeerrichting nader te bepalen onderdelen aangewezen worden; c. daarenboven mag pas met stage en scriptie begonnen worden, als het bachelorwerkstuk met voldoende resultaat is afgerond. 3. De behaalde tentamenresultaten van de student die krachtens dit artikel tot het onderwijs van de opleiding is toegelaten krijgen hun formele geldigheid nadat het afsluitende examen van de in het eerste lid bedoelde bacheloropleiding met goed gevolg is afgelegd en de student formeel voor de masteropleiding is ingeschreven. Artikel 5.4 Nederlandse taal Aan de eis inzake voldoende beheersing van de Nederlandse taal wordt voldaan door het met goed gevolg afleggen van het staatsexamen Nederlands als tweede taal, dan wel het Interuniversitair Taalexamen Nederlands. OER MSc psychologie 2006-2007, inwerkingtredend op 1 september 2006 7 / 10

Paragraaf 6 Studiebegeleiding Artikel6.1 Studievoortgangsregistratie 1. De faculteit registreert de individuele studieresultaten van de studenten. 2. Zij verschaft elke student éénmaal per jaar een overzicht van de door hem behaalde studieresultaten in relatie tot het onderwijs- en examenprogramma van de opleiding. Artikel 6.2 Studiebegeleiding De decaan draagt zorg voor de introductie en studiebegeleiding van de studenten die voor de opleiding zijn ingeschreven. Paragraaf 7 Overgangs- en slotbepalingen Artikel 7.1 Overgangsbepalingen Deze onderwijs- en examenregeling is van toepassing op studenten die de opleiding beginnen in het academisch jaar 2006-2007. Artikel 7.2 Vaststelling en wijziging 1. Vaststelling en wijziging van deze regeling geschiedt door de decaan bij afzonderlijk besluit, de directeur gehoord en na voorafgaande instemming van de gezamenlijke vergadering. 2. De directeur wordt inzake vaststelling en wijziging van deze regeling geadviseerd door de opleidingscommissie en de raad van advies van het onderwijsinstituut. 3. Een wijziging van deze regeling heeft geen betrekking op het lopende studiejaar, tenzij de belangen van de studenten daardoor redelijkerwijs niet worden geschaad. 4. Een wijziging kan voorts niet ten nadele van studenten van invloed zijn op enige andere beslissing, die krachtens deze regeling door de examencommissie wordt genomen ten aanzien van een student. Artikel 7.3 Bekendmaking 1. De decaan draagt zorg voor een passende bekendmaking van deze regeling, van de regelen en richtlijnen die door de examencommissie zijn vastgesteld, alsmede van elke wijziging van deze stukken. 2. Elke belangstellende kan op het onderwijsdienstverleningscentrum (ODC) een exemplaar van de in lid 1 bedoelde stukken verkrijgen. Artikel 7.4 Inwerkingtreding Deze regeling treedt in werking op 1 september 2006. Aldus vastgesteld door de decaan op 28 juni 2006. OER MSc psychologie 2006-2007, inwerkingtredend op 1 september 2006 8 / 10

Bijlagen OER MSc psychologie 2006-2007 Bijlage 1 Nadere uitwerking doelstelling en eindtermen masteropleiding Naast het voldoen aan de eindtermen van de bacheloropleiding psychologie wordt aan het einde van de masteropleiding psychologie van alle studenten het volgende verwacht: 1. specialistische kennis over een nader te kiezen onderdeel van de afstudeerrichting; 2. de methodenparagraaf van wetenschappelijke artikelen kunnen begrijpen en kritisch kunnen lezen, zelfstandig data kunnen analyseren en resultaten hiervan kunnen rapporteren; 3. het kunnen opzetten, uitvoeren en rapporteren van een empirisch onderzoek op het gebied van de in de bacheloropleiding gekozen afstudeerrichting; 4. in staat zijn zelfstandig als psycholoog werkzaam te zijn in de werkvelden die passen bij de in de bacheloropleiding gekozen afstudeerrichting. Bijlage 2 Gedragscode vreemde taal, als bedoeld in art. 7.2 sub c WHW Artikel 1 Binnen de RU kan het verzorgen van onderwijs en het afnemen van tentamens en examens in een andere taal dan het Nederlands geschieden indien de specifieke aard, inrichting of kwaliteit van het onderwijs, dan wel de herkomst van de studenten daartoe noodzaakt. Artikel 2 Een besluit tot het gebruik van een vreemde taal wordt genomen door de decaan van de desbetreffende faculteit, na advies ingewonnen te hebben van de opleidingscommissie. De decaan neemt daarbij de volgende uitgangspunten in acht: de noodzaak van het gebruik van een andere taal dan het Nederlands dient vast te staan; tentamens en examens kunnen op verzoek van de student in het Nederlands worden afgelegd; het gebruik van een vreemde taal mag niet leiden tot verzwaring van de studielast van de opleiding; het anderstalig onderwijs voldoet aan dezelfde kwaliteitseisen als het onderwijs verzorgd in het Nederlands. Artikel 3 In de OER van de opleiding wordt het besluit van de decaan verwerkt. Artikel 4 De decaan van de faculteit brengt jaarlijks het College van Bestuur verslag uit van de door hem genomen besluiten. Bijlage 3 Fraude bij examens, tentamens en schriftelijke werkstukken Artikel 1 Wanneer tijdens een schriftelijk tentamen een vermoeden van fraude ontstaat, wordt hiervan door de surveillant terstond op een daartoe aanwezig protocol aantekening gemaakt. De surveillant maakt tevens een aantekening op het antwoordblad van de deelnemer die van fraude verdacht wordt, hetzij op het moment dat de fraude wordt geconstateerd, hetzij wanneer de deelnemer zijn antwoordblad inlevert. Na afloop van het tentamen maakt de surveillant een kort schriftelijk verslag op van de (vermeende) fraude. Dit verslag wordt ter hand gesteld van de betrokken examinator. De examinandus wordt in de gelegenheid gesteld hieraan een schriftelijk commentaar toe te voegen. De examinator is verplicht contact op te nemen met de voorzitter van de examencommissie, waarbij het schriftelijk verslag en het eventuele commentaar daarop worden overgelegd en maatregelen kunnen worden voorgesteld. Artikel 2 De voorzitter van de examencommissie hoort zowel de betrokken student(en) als de examinator, en legt vervolgens zijn oordeel voor aan de examencommissie, inclusief eventueel te nemen maatregelen. In geval van fraude, in welke vorm dan ook, kan de examencommissie de examinandus uitsluiten van verdere deelname aan het desbetreffende examenonderdeel, als ook van deelname aan andere examenonderdelen, voor een periode van ten hoogste een jaar nadat de fraude is geconstateerd. De examencommissie stelt de OER MSc psychologie 2006-2007, inwerkingtredend op 1 september 2006 9 / 10

betrokken student(en), de examinator, alsmede de directeur van het onderwijsinstituut van de getroffen maatregelen op de hoogte. (De examencommissie kan haar voorzitter in deze ook mandateren, met verantwoording achteraf.) Artikel 3 Het voorgaande artikel is van overeenkomstige toepassing in geval van een vermoeden van plagiaat en/of andere vormen van fraude bij het maken van schriftelijke opdrachten, werkstukken, scripties en dergelijke. Artikel 4 Studenten kunnen tegen de beslissing van de examencommissie binnen vier weken na bekendmaking van die beslissing beroep instellen bij het College van Beroep voor de Examens. OER MSc psychologie 2006-2007, inwerkingtredend op 1 september 2006 10 / 10