PROTOCOL HOOFDLUIS. Op basis van protocol Hoofdluis van de GGD Gooi en Vechtstreek

Vergelijkbare documenten
PROTOCOL HOOFDLUIS. Informatie voor scholen

PROTOCOL HOOFDLUIS. Informatie voor scholen

Kinderopvang Poespas Protocol: Hoofdluis

Protocol Hoofdluis KDV Polderpret

Protocol hoofdluis. 2 e Montessorischool Huizen Herziene versie Inhoud

Hoofdluisprotocol. Protocol hoofdluis definitieve versie november 2010 ICBS de Tweemaster 1

Waarom is er vaak een hoofdluisplaag na de zomer- en herfstvakantie?

T Skooltje KINDEROPVANG HELMOND Boerhaavelaan SL Helmond. Protocol HOOFDLUIS VERSIE 1.0 T SKOOLTJE KINDEROPVANG HELMOND

Protocol Luizen Maart 2017

Informatie over controle en behandeling van hoofdluis

Inhoud 1. Het probleem luizen Inleiding Luizenbiologie Hoe kun je hoofdluizen of neten krijgen? Hoe weet je of je

Protocol Hoofdluisbestrijding

Luis in je haar? Kammen maar

Luizenprotocol. luizenprotocol Datum: Pagina: 1 van 5. Inhoudsopgave

protocol hoofdluis 2 e Montessorischool Huizen

Luizenprotocol obs De Stroom

Hoofdluisprotocol Kbs De Horizon (november 2017)

Hoofdluis protocol. Informatie en adviezen, voorkomen, bestrijding en behandeling van hoofdluis. de Wijnberg Onderwijsexpertise SO-VSO

Wij wensen u veel succes bij het voorkomen en bestrijden van hoofdluis!

Wij wensen u veel succes bij het voorkomen en bestrijden van hoofdluis!

Hoofdluisprotocol Versie februari 2019

Luis in je haar? Kammen maar! Informatie over hoofdluis

Protocol hoofdluis cb De Ark

Hoofdluis onder controle! Hoofdluis is een vervelend probleem dat helaas op onze school ook voorkomt.

Protocol Hoofdluiskammen

Luis in je haar? Kammen maar!

Hoofdluisprotocol. Inleiding

Hoofdluis. Informatie voor scholen. Postbus AC Assen M. Hammink

Wingerd SC Waddinxveen 2

Hoofdluisprotocol. Inleiding

Hoofdluisprotocol. Wat te doen bij luis?

Luis in je haar? Kammen maar!

*** KWALITEITSDOCUMENT KINDEROPVANG SNOOPY ***

Het luizenprotocol van de H.M van Randwijkschool

Het luizenprotocol van de H.M van Randwijkschool

Algemene informatie over HOOFDLUIS Hoofdluis voorkomen Hoe zien luizen en neten eruit? Opsporen van hoofdluis

Hoofdluis Protocol KJS

Hoofdluisprotocol Geert Groote School 1

Luizenprotocol OT6. Algemeen. Taken van de school. Taken van de ouders. Taken van de werkgroep hoofdluizen

BESTRIJDING HOOFDLUIS

Stap 1 Stap 2 Stap 3

hoofdluiscontrole Protocol Mariannestraat 34-a 5491JD Sint-Oedenrode

ACHTERGRONDINFORMATIE OVER LUIZEN EN NETEN.

Luizenprotocol De Schans

Kijk op of er hoofdluis heerst bij jou in de buurt.

NIEUWSBRIEF. Attentie: Goede Vrijdag (=29 maart) Nr. 10. Noteer in je agenda. 21 maart 2013

Hoofdluisprotocol. Januari 2017

Protocol Hoofdluis Stichting Kinderopvang Oud Gastel. Voor u ligt het protocol Hoofdluis welke is afgeleid van de informatie van de GGD en het RIVM.

Luizen op school. Wat is hoofdluis? Hoe krijg je hoofdluis? Waarom is er vaker hoofdluis na de vakantie? Is het erg om hoofdluis te hebben?

Protocol hoofdluis- bestrijding

Hoofdluis (protocol) Versie: januari 2014 Opgesteld door: Judith Klip, Mirjam La Ferrera Status: Vastgesteld door MT

Geachte ouder(s), Betreft: luizencontrôle.

WAT IS HOOFDLUIS WAT KUNT U ZELF DOEN WAT KAN UW APOTHEKER VOOR U DOEN WANNEER KUNT U BETER NAAR UW HUISARTS GAAN VRIJ VERKRIJGBARE MEDICIJNEN

Stap 1 Stap 2 Stap 3 Stap 4 Stap 5

Hoofdluisprotocol ICBS De Bonte Mol Mei 2013

Luizenprotocol. Status: definitief

Hoofdluisprotocol Versie oktober 2017

Protocol hoofdluis Christelijke basisschool De Voorde, Oktober 2015

Luizencontrole. Kam instructies. Afspraken op Tamim

Aangepast in april 2018 n.a.v. de nieuwe richtlijnen van GGD en RIVM. Zie ook de site van het RIVM

Hoofdluis Protocol. 1. Inleiding

Hoofdluisprotocol De Breede Hei

Luis in je haar? Kammen maar!

MAM s kinderopvang/luizenprotocol/mam s directie/mrt Protocol Luizen

Informatie over hoofdluis

Protocol Hoofdluis. Hoofdstuk 1: Algemene Informatie. 1.1.Wat is hoofdluis

WAT IS HOOFDLUIS WAT KUNT U ZELF DOEN WAT KAN UW APOTHEKER VOOR U DOEN WANNEER KUNT U BETER NAAR UW HUIS ARTS GAAN APOTHEEK.NL

- 2 - Inleiding. Veel succes!

Hoofdluis bestrijden. het Uitkijck hoofdluis handboek, juli 2012

Luizenprotocol ODBS Puntenburg (versie november 2014)

Hoofdluisprocedure OBS De Klimop

1. Inleiding Hoofdluis 2.1 Wat zijn luizen? Hoe krijg je hoofdluis? Hoe ontdek je hoofdluis? 5

Protocol Hoofdluisbestrijding

PROTOCOL HOOFDLUIS NOVEMBER 2017

Luizeninformatie! INFORMATIE HOOFDLUIS

Protocol hoofdluisbestrijding. CDS t Kompas Gasselternijveen

Jaargang nr februari Voor alle data geldt: Deo Volente

Protocol hoofdluisbestrijding

Wij verwijzen naar de bijlagen voor meer informatie over;

Protocol Hoofdluisbestrijding..

OBS De Watermolen Molenwerf WR Koog aan de Zaan info@obsdewatermolen.nl Skype

Protocol Hoofdluisbestrijding..

- 1 - Protocol HOOFDLUIS. Inhoudsopgave. Inleiding 2 Hoofdluis 3 Werkwijze kriebelteam 5 Er is hoofdluis geconstateerd 6 Behandeling hoofdluis 8

Luizenprotocol Franciscusschool

Achtergrondinformatie over hoofdluis. Wat zijn hoofdluizen?

HOOFDLUIS PROTOCOL MARIASCHOOL TIENRAY

Inleiding. Vragen en/ of opmerkingen

Vrije School Michaël Kleuter- en lagere school. Luizenprotocol. Bachlaan HL Zwolle

1. INLEIDING HET GEVEN VAN INFORMATIE WERING VAN SCHOOL AANSCHAF LUIZENZAKKEN PROCEDURE OP SCHOOL BIJ EEN

Protocol hoofdluis. De Wegwijzer

Hoofdluis. Hoofdluis en de behandeling van hoofdluisbesmetting

Hoofdluisbeleid. PWA Echteld. Opgesteld schooljaar aangepast

Hoofdluis Informatie en instructie

Bezoekadres Clausplein XP Eindhoven Postadres GGD Brabant-Zuidoost Postbus KR Eindhoven.

Hoofdluis protocol Kinderopvangorganisatie de Kinderkroon

PROTOCOL HOOFDLUIS OBS DE KLAVERWOID

Protocol Hoofdluisbestrijding. Versie september 2014 GGD Brabant Zuidoost

C.B.S. De Bron De Krim

Weekbrief CBS De Til 20 t/m 26 november 2017 Week 47 Waarin een kleine school groot kan zijn!

Hoofdluis Protocol WSKO basisschool t Startblok

Transcriptie:

PROTOCOL HOOFDLUIS Op basis van protocol Hoofdluis van de GGD Gooi en Vechtstreek GGD Gooi & Vechtstreek Afdeling Jeugdgezondheidszorg T: (035) 692 63 50 E: jgz@ggdgooi.nl I: www.ggdgooi.nl Herziening: september 2013 Bron: LCI richtlijn Hoofdluis, herziene versie april 2013 Hoofdluis, informatie voor scholen / GGD Gooi & Vechtstreek

INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 2. Achtergrondinformatie 2.1 Wat is hoofdluis? 2.2 Hoe kun je hoofdluis krijgen? 2.3 Hoe kun je hoofdluis voorkomen? 3. De behandeling van hoofdluis 3.1 Opsporen van hoofdluis 3.2 Behandelen van hoofdluis 4. Samenwerken is belangrijk 5. Regels en afspraken 6. Ouderbetrokkenheid 6.1 Inleiding 6.2 Ouderwerkgroep 6.3 Opzet van een ouderwerkgroep. 6.4 Taken van een ouderwerkgroep. 7. Bijlagen Specifiek voor Julianaschool locatie Brandsma op basis van protocol GGD, herziene versie april 2013. 7.1 Brief voor ouders van kind met hoofdluis 7.2 Brief voor alle ouders indien hoofdluis in de groep geconstateerd is 7.3 Wervingsbrief voor ouderwerkgroep 7.4 Regels en afspraken

1. Inleiding Vrijwel iedere basisschool wordt geconfronteerd met hoofdluis. Hoofdluizen zijn op zich betrekkelijk onschadelijke beestjes. Ze kunnen echter wel jeuk veroorzaken waardoor kinderen gaan krabben en wondjes krijgen die kunnen gaan infecteren. Om verspreiding te voorkomen is het erg belangrijk dat zo vroeg mogelijk maatregelen worden getroffen. In deze informatiemap wordt een procedure aangegeven die u gevolgd kan worden als er op school hoofdluis wordt geconstateerd. Hierbij worden ouders actief betrokken. Om hoofdluis effectief te kunnen bestrijden is het belangrijk om goede afspraken te maken over de verschillende taken en verantwoordelijkheden. Dit protocol hoopt u hierbij van dienst te zijn. Op de website http://www.ggdgooi.nl en http://www.rivm.nlis meer informatie te vinden over hoofdluis onder het alfabetisch register. Wanneer u vragen heeft over hoofdluis of over de procedure, kunt u natuurlijk altijd terecht bij de jeugdverpleegkundigen JGZ van de afdeling Jeugdgezondheidszorg van GGD Gooi & Vechtstreek (035) 692 63 50. 2. Achtergrondinformatie In Nederland komt hoofdluis vooral voor bij kinderen en vormt op basisscholen het grootste probleem. Hoofdluis komt op het voortgezet onderwijs in mindere mate voor. 2.1 Wat is hoofdluis? De hoofdluis is een insect, die als parasiet op de hoofdhuid van de gastheer leeft, maar in zeldzame gevallen ook in de wenkbrauwen, de wimpers of de baard. De volwassen luis is een zandkleurig tot bijna zwart van kleur en is ongeveer 3 mm groot. Nadat hij bloed heeft opgezogen, is hij roodbruin. De eitjes, neten, zijn witte stipjes die op roos lijken. Alleen zit roos los terwijl neten juist aan het haar kleven. 2.2 Hoe kun je hoofdluis krijgen? Luizen kunnen niet springen of vliegen. Ze kunnen alleen lopen en overleven in water. Kinderen zijn het meest bevattelijk voor hoofdluis, doordat zij bij het spelen of stoeien vaak letterlijk de hoofden bij elkaar steken. Gewone lichaamshygiëne is niet van invloed op het krijgen van luizen. Luizen leven van mensenbloed en dat vinden ze ook op een schoon en kortgeknipt hoofd. Je kunt hoofdluis zelfs niet voorkomen door elke dag je haar te wassen. De kans op het krijgen van hoofdluis kun je wel verkleinen door eventuele luizen snel op het spoor te komen door 1 x per week het haar te kammen met een fijnmazige kam. Hoofdluis wordt hoofdzakelijk overgebracht door direct haar - haarcontact. De rol van overdracht via kammen, mutsen, jassen, petten, sjaals, koptelefoons, knuffels en beddengoed is nooit wetenschappelijk aangetoond. 2.3 Hoe kun je hoofdluis voorkomen? Het is belangrijk om voorlichting aan ouders/verzorgers te geven en ze te motiveren hun kinderen regelmatig te inspecteren op luizen. GGD Gooi & Vechtstreek geeft regelmatig en direct advies aan basisscholen. Dit kan zeer goed werken om verspreiding van hoofdluis te voorkomen, bijvoorbeeld door aanmoediging van teams van ʻluizenoudersʼ die

periodiek (bijvoorbeeld op maandag na elke schoolvakantie) de schoolkinderen inspecteren op hoofdluis. Hoofdluis, informatie voor scholen / GGD Gooi & Vechtstreek Er zijn middelen op de markt die een beschermende werking hebben. Op dit moment is er nog onvoldoende onderzoek bij proefpersonen gedaan dat bewijst dat deze middelen ook effectief zijn. Daarnaast is het ook nog niet bekend óf en hoe snel hierbij resistentie optreedt. Het RIVM is, wegens de mogelijke toename van resistentie en wegens mogelijke bijwerkingen op langere termijn, geen voorstander van het gebruik van dit soort middelen om hoofdluis te voorkomen. 3. De behandeling van hoofdluis 3.1 Opsporen van hoofdluis Luizen worden opgespoord door het haar te kammen met een fijntandige kam boven een stuk wit papier. Inspectie van de haren alleen, zónder kammen, is niet genoeg. De luizen zullen op het papier vallen als kleine zandkleurig of roodbruin gekleurde spikkels. Neten groeien met het haar mee (ongeveer 1 cm per maand), dus hoe verder de neet van de hoofdhuid af is, hoe langer geleden deze gelegd is en hoe langer geleden de besmetting heeft plaatsgevonden. Neten die enkele centimeters van de hoofdhuid af liggen, zijn lege of dode neten. Het kammen gaat als volgt: Was het haar met gewone shampoo en spoel het haar uit. Bescherm de ogen met een washandje. Breng ruim crèmespoeling in het haar en spoel dit NIET uit. Kam de knopen en klitten uit het haar met een gewone kam. Houd het hoofd voorover boven een wasbak en kam het haar van achteren naar voren met een fijntandige kam tegen de schedelhuid aan; start bij het ene oor en schuif na elke kambeweging op richting het andere oor. Veeg tussendoor de fijntandige kam regelmatig af aan een witte papieren servet of zakdoek en kijk of er luizen op het papier zichtbaar zijn. Spoel de crèmespoeling uit. 3.2 Behandelen van hoofdluis Er zijn twee manieren om hoofdluis te behandelen: 1. kammen; 2. kammen in combinatie met gebruik van een antihoofdluismiddel. Kammen Vanaf de start van de behandeling dient gedurende 14 dagen dagelijks het haar gekamd te worden volgens de kaminstructie ( zie onder 3.1) Het dagelijks uitkammen van de luizen en neten (dood of levend) voorkomt dat tussentijds uitgekomen nimfen uitgroeien tot volwassen luizen en voorkomt daarmee dat nieuwe eitjes gelegd worden. Dagelijks met een speciale fijntandige kam het natte haar intensief kammen gedurende 2 weken is waarschijnlijk even effectief als behandeling met anti-hoofdluismiddelen. Toevoegen van crèmespoeling of antiklitshampoo aan het natte haar maakt het kammen gemakkelijker en daarmee meer acceptabel. Vastgeplakte neten kan men eventueel losweken door een doekje met azijn op het haar te deppen.

Kammen in combinatie met gebruik van een antihoofdluismiddel De behandeling met een antihoofdluismiddel dient gelijktijdig te starten met het kammen gedurende 14 dagen en is op die manier bewezen effectief. De middelen zijn niet effectief tegen de larven in de neten. Om tussentijds uit de neten gekomen luizen te doden dient de behandeling volgens de instructie van de fabrikant na 7-9 dagen herhaald te worden. In Nederland zijn voor de bestrijding van hoofdluis middelen beschikbaar in de vorm van een lotion of shampoo op basis van de volgende werkzame stoffen: dimeticon, malathion en permetrine. Deze middelen zijn, naast de fijntandige kam, verkrijgbaar bij drogist of apotheek. Malathion en permetrine doden aanwezige luizen door chemische werking. Dimeticon door verstikking. Middelen op basis van dimeticon hebben de voorkeur omdat deze middelen geen insecticiden bevatten en omdat er geen resistentie kan ontstaan tegen deze middelen; de luis sterft doordat deze ingekapseld wordt door dimeticon en daardoor stikt. Geadviseerd wordt een middel met dimeticon te gebruiken dat is geregistreerd als geneesmiddel. Op dit moment is dit alleen XTLuis Lotion. Enkele aandachtpunten met betrekking tot gebruik van een antihoofdluismiddel: Malathion en permetrine en dimeticon kunnen huidirritatie, overgevoeligheid en sensibilisatie als bijwerking hebben. Malathion wordt geïnactiveerd door chloor. Op de dag van behandeling mogen kinderen niet zwemmen in chloorhoudend zwemwater. Dit is in tegenstelling tot wat in de bijsluiter vermeld staat (ʻKinderen mogen tot een week na de behandeling niet zwemmenʼ). Het gebruik van malathion en permetrine wordt afgeraden aan zwangeren en vrouwen die borstvoeding geven. Over het gebruik van dimeticon tijdens zwangerschap en borstvoeding is geen consensus. Sommige bijsluiters en sites melden dat het volledig veilig is, gezien de mechanische werking. Echter, het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen ontraadt het gebruik van dimeticon tijdens de zwangerschap en tijdens borstvoeding. Het RIVM adviseert daarom altijd te overleggen met een arts. Kinderen jonger dan 6 maanden mogen alleen onder medisch toezicht worden behandeld met antihoofdluismiddelen op basis van malathion, permetrine en dimeticon. Voor de contra-indicaties van de middelen dient altijd de bijsluiter te worden gevolgd. In toenemende mate wordt er in het buitenland melding gemaakt van resistentie tegen middelen op basis van permetrine of malathion. In Nederland zijn beperkt cijfers over resistentieontwikkeling beschikbaar waaruit blijkt dat therapiefalen vaker optreedt na behandeling met permetrine dan met malathion. Geen enkel middel biedt garantie op 100% succes Oorzaken van therapiefalen zijn: herbesmetting; onjuist gebruik van het middel; het achterwege laten van het dagelijks kammen gedurende 14 dagen; resistentieontwikkeling tegen malathion of permetrine.

Bij verdenking op therapiefalen door resistentie kan gekozen worden voor een tweede behandeling met een product met een andere werkzame stof. Hete lucht en elektrische kammen Een relatief nieuwe ontwikkeling is het gebruik van hete lucht om luizen uit te drogen en hierdoor te doden. Er zijn verschillende apparaten in ontwikkeling. In Nederland is de zogenaamde LouseBuster verkrijgbaar voor professionals. Dit apparaat is in Amerika door de Food en Drug Administration (FDA) goedgekeurd voor gebruik bij kinderen boven 4 jaar. Uit twee studies blijkt dat door een halfuurdurende behandeling met hete lucht (59 C) tot 88% van de luizen en 99,2% van de eitjes gedood wordt. Voor het slagen van de behandeling is het belangrijk dat zorgvuldig en met vaste intervallen ieder deel van het haar wordt behandeld. Nieuwe professionele gebruikers kunnen, mits zorgvuldig geïnstrueerd, met de LouseBuster hoofdluis succesvol behandelen. Tijdens de behandeling is geen kammende beweging nodig. Dit zorgt ervoor dat de LouseBuster ook geschikt is voor haarsoorten die moeilijk te kammen zijn. De effectiviteit van behandeling van hoofdluis met een elektrische fijntandige kam is nooit goed onderzocht. Beide methoden worden niet actief geadviseerd door GGD Gooi & Vechtstreek. Aanvullende maatregelen op de behandeling Omdat luizen hoofdzakelijk overgebracht worden door haar - haarcontact, is de kans groot dat andere gezinsleden ook hoofdluis hebben. Het is daarom van belang met een fijntandige kam het hele gezin te controleren en besmette gezinsleden gelijktijdig te behandelen. Controleer daarna wekelijks het (natte) haar van alle gezinsleden met een fijntandige kam. Als er luizen zijn, is het belangrijk om de directe omgeving te waarschuwen. Andere ouders/verzorgers kunnen dan meteen met een fijntandige kam het (natte) haar van hun kinderen controleren. Het is belangrijk dat alle kinderen met hoofdluis uit één klas (of club etc.) gelijktijdig worden behandeld. Wering van school of kinderdagverblijf is niet nodig en gerechtvaardigd omdat de aandoening geen gevaar voor de gezondheid oplevert. In uitzonderlijke gevallen wanneer nog geen verspreiding plaats heeft kunnen vinden, zoals op de eerste dag na de vakantie, kan men de ouders/verzorgers dringend verzoeken het kind van school op te halen en te starten met het bestrijden van de hoofdluis. Dit kan echter niet worden afgedwongen. 3. Samenwerken is belangrijk Effectieve bestrijding is alleen mogelijk indien het probleem gezamenlijk wordt opgepakt en er gelijktijdig behandeld wordt. Zowel ouders als school dragen verantwoordelijkheid met betrekking tot het voorkomen en bestrijden van hoofdluis. Ouders zijn primair verantwoordelijk voor de controle en verwijdering van hoofdluis uit de haren van hun kinderen. Ouders kunnen meewerken aan een ouderwerkgroep ter bestrijding van hoofdluis zoals beschreven in het hoofdstuk 'Ouderbetrokkenheid'. School is verantwoordelijk voor de preventieve maatregelen en voor het betrekken van de ouders bij de bestrijding van hoofdluis. Aan elke school is een vaste jeugdverpleegkundige en jeugdarts verbonden, deze kunnen namens GGD Gooi & Vechtstreek school en ouders bijstaan met deskundig advies en met het verstrekken van schriftelijke informatie,

zoals folders en het hoofdluisprotocol met daarin voorbeeldbrieven voor ouders. Ook kan GGD Gooi & Vechtstreek zorg dragen voor het voorlichten van de ouderwerkgroep. GGD Gooi & Vechtstreek kan worden betrokken bij de bestrijding van recidiverende/hardnekkige epidemieën op een school. 4. Regels en afspraken Om een hoofdluisepidemie op school te voorkomen is het gewenst dat school regels vaststelt en afspraken maakt met het team en met de ouders. Hieronder geven we enkele voorbeelden van regels en afspraken die u kunt vastleggen in het schoolwerkplan: Een standaardprocedure opstellen voor hoe te handelen bij hoofdluis (zie Ouderbetrokkenheid en de bijbehorende voorbeeldbrieven). Op grond van de wet is het niet mogelijk een kind met hoofdluis van school te weren; wel adviseren we dringend om in overleg met de ouders de hoofdluis eerst te bestrijden en daarna pas weer de school te laten bezoeken. Deze standaardprocedure moet bekend zijn bij alle leerkrachten en ouders, en ieder jaar na de zomervakantie opnieuw besproken worden. Een ouderwerkgroep instellen die het hoofdluisprobleem in de gaten houdt. School neemt ook met 1 persoon deel aan deze werkgroep. Deze persoon draagt vanuit school de verantwoordelijkheid en zorgt voor terugkoppeling naar het schoolteam. Maak één ouder of de leerkracht uit de werkgroep verantwoordelijk en aanspreekpunt voor contacten met GGD Gooi & Vechtstreek (laat dit ieder jaar opnieuw vaststellen door de schooldirectie). Soms staan ouders niet toe dat hun kind gecontroleerd wordt door een andere ouder; dit kan worden ondervangen door in het schoolreglement op te nemen dat kinderen op hoofdluis worden gecontroleerd en ouders daarmee akkoord moeten gaan bij het aanmelden van het kind op school. Regelmatig ouders stimuleren om hun kinderen te controleren op hoofdluis en hen nadrukkelijk verzoeken de constatering van hoofdluis door te geven aan de school. Bij een melding van hoofdluis hierover een brief meegeven aan alle kinderen van de betreffende klas/groep (zie Ouderbetrokkenheid en de bijlage 7.1 en 7.2). Na iedere vakantie de folder/vragen en antwoorden ʻLuis in je haar? Kammen maar!ʼ publiceren in de schoolkrant. Na iedere vakantie de standaardprocedure onder de aandacht brengen van (nieuwe) leerkrachten en ouders. 6. Ouderbetrokkenheid 6.1 Inleiding Hoofdluis is vooral een bedreiging voor de omgeving vanwege het besmettingsgevaar. Op plaatsen waar veel mensen bij elkaar komen kan deze besmetting gemakkelijk van de één naar de ander overgebracht worden. De school is, ongewild, zo'n plaats.

Jarenlang hebben verpleegkundigen van de GGD de hoofdharen van de leerlingen nagekeken op hoofdluis en werden ouders op de hoogte gebracht van de mogelijkheden om deze 'ongenode gasten' aan te pakken. Deze aanpak heeft niet geleid tot een vermindering van de hoofdluis. In zekere zin werd hoofdluis een probleem voor de verpleegkundige en school en nauwelijks voor de ouders. Zowel de ouders als school dragen een stukje verantwoordelijkheid met betrekking tot het bestrijden van de hoofdluis. De verantwoordelijkheid van ouders omvat de controle op en verwijdering van hoofdluis uit de haren van de kinderen. Het is de verantwoordelijkheid van de school om preventieve maatregelen te treffen. Hieronder geven wij u enkele mogelijkheden om het onderwerp te bespreken met ouders. U kunt daarbij kiezen tussen een procedure met of een procedure zonder een ouderwerkgroep. We gaan uitgebreid in op de mogelijkheid om het probleem met een ouderwerkgroep aan te pakken. Naar onze mening is dit de meest efficiënte aanpak. Het is raadzaam ieder jaar (liefst vlak na de zomervakantie) de 'hoofdluisprocedure' onder de aandacht te brengen van ouders en (nieuwe) leerkrachten. U kunt informatie over hoofdluis opnemen in een jaarboekje of in het eerste nummer van de schoolkrant. Voor dit doel kunt u gebruik maken van de folder/vragen en antwoorden Luis in je haar?kammen maar! (zie punt 7.4). Belangrijk is dat ouders gemotiveerd worden om zo snel mogelijk de school te waarschuwen als ze bij hun kind hoofdluis hebben geconstateerd. Een mogelijkheid hiervoor is de oprichting van een ouderwerkgroep (zie punt 6.2). Als binnen een groep 2 meldingen van hoofdluis zijn binnengekomen, geef dan alle kinderen van die groep een brief en een folder mee voor de ouders. U kunt hiervoor gebruik maken van de bijgeleverde voorbeeldbrief (bijlage 7.2) en de folder/vragen en antwoorden ʻLuis in je haar? Kammen maar!ʼ (zie punt. 7.4). 6.2 Ouderwerkgroep Belangrijk bij de bestrijding van hoofdluis is de betrokkenheid en verantwoordelijkheid van de ouders c.q. leerkracht op het gebied van de hoofdluisbestrijding. De ervaring heeft geleerd dat uitstekende resultaten worden bereikt wanneer ouders zelf verantwoordelijk zijn voor de controle op hoofdluis op school. De interventie van de verpleegkundige richt zich dan ook op de doelgroep ouders en leerkrachten. Het is de bedoeling via voorlichting en instructie aandacht te besteden aan de wijze van besmettingen, het zo vroeg mogelijk signaleren, herkennen en adequaat bestrijden van de hoofdluis. Het accent ligt op het bijbrengen van kennis als het aanleren van vaardigheden om de hoofdluis te bestrijden. De verpleegkundige ondersteunt de ouders/leerkracht. De verpleegkundige neemt echter de zorg niet over. Door op deze wijze de doelgroep te benaderen kan de verpleegkundige tijd en aandacht schenken aan diegenen die niet in staat zijn de hoofdluis adequaat aan te pakken. Een methode om de voorlichting goed te structureren is het opzetten van een ouderwerkgroep. De ouderwerkgroep kan na een instructiebijeenkomst zorg dragen voor de uitvoering van de hoofdluiscontrole en de voorlichting aan andere ouders. Hieronder geven wij u een richtlijn om zo'n groep op te starten. 6.3 Opzet van een ouderwerkgroep. Middels een wervingsbrief (bijlage 7.3) worden ouders door school gevraagd mee te doen aan de opzet van een ouderwerkgroep. De school vraagt één ouder om de ouderwerkgroep te coördineren. De ouderwerkgroep wordt op een bijeenkomst door de jeugdverpleegkundige van GGD Gooi & Vechtstreek geïnstrueerd en voorgelicht.

Op deze bijeenkomst wordt de werkgroep voorzien van: achtergrondinformatie over de hoofdluis: wat is een hoofdluis; hoe ziet de hoofdluis eruit hoe krijg je hoofdluis hoe spoor je hoofdluis op wat doe je als je hoofdluis hebt hoe kun je hoofdluis voorkomen een overzicht van de verschillende middelen en methoden voor de behandeling van hoofdluis de wijze van controleren de wijze van ouderbenadering waarbij ook aandacht wordt besteed aan privacy. 6.4 Taken van een ouderwerkgroep. De ouderwerkgroep zal na de instructiebijeenkomst zorg dragen voor de uitvoering van de hoofdluiscontrole en de voorlichting aan andere ouders. Voordat de eerste controle wordt uitgevoerd worden de ouders via de schoolkrant ingelicht over de nieuwe werkwijze. De uitvoering is als volgt: de controle vindt per groep plaats, de leerkracht voorop; het voorkomen van luizen en/of neten wordt op de leerlingenlijst genoteerd (-- = geen luizen, O = neet, * = luis); afwezige leerlingen worden zo snel mogelijk gezien; er wordt aan de kinderen géén melding gedaan over het wel of niet voorkomen van neten en/of luizen bij zichzelf of klasgenoten; één van de controlerende ouders geeft de namen van kinderen bij wie luizen en/of neten gevonden zijn door aan de leerkracht of de directeur van de school; de leerkracht of de directeur belt vervolgens de ouders van die kinderen op. Ze krijgen behalve de melding ook uitleg over hoe ze de hoofdluis moeten bestrijden; zie de voorbeeldbrief bijlage 7.2 en de folder Luis in je haar?kammen maar!. de controle op hoofdluis vindt bij voorkeur plaats na een vakantie en op een vaste dag, tijd en plaats. Het handigst is het om dit op school te doen, in een goed verlichte ruimte. Als er hoofdluis is geconstateerd, moeten alle kinderen na 14 dagen door de leden van de ouderwerkgroep opnieuw op school worden gecontroleerd; iedere controle wordt in de Nieuwsbrief aangekondigd; tussentijdse meldingen van de ouders aan de school worden doorgegeven waarna een extra onderzoek door de werkgroep plaatsvindt. Taboes doorbreken Haal de luizen uit de taboesfeer en praat openlijk erover met de kinderen. Het is belangrijk voor kinderen om te weten dat hoofdluis bij iedereen kan voorkomen! Zowel ouders als kinderen schamen zich er soms voor en durven het niet op school te vertellen.

Bijlage 7.1 Brief voor ouders van kind met hoofdluis Datum Geachte ouder, verzorger, Bij de onlangs gehouden hoofdluiscontrole door enkele ouders van de ouderwerkgroep is gebleken dat uw zoon/dochter... hoofdluis en/of neten in het haar heeft. Dat kan elk kind (en elke volwassene) overkomen en is zeker geen schande. Ter voorkoming van verdere verspreiding is het noodzakelijk de hoofdluis bij uw kind zo snel mogelijk te behandelen. Behandeling van luizen: Gedurende 2 weken dagelijks kammen met een luizenkam (zie kaminstructies GGD; www.ggdgooi.nl ʻLuis in je haar? Kammen maar!) al dan niet in combinatie met een antihoofdluismiddel. Anti hoofdluismiddel dood alleen de luis en niet de neten daarom zal naast het gebruik van het anti hoofdluismiddel ook dagelijks gekamd moeten worden gedurende 14 dagen. Na ongeveer een week komen de neten uit en moet daarom het antihoofdluismiddel herhaald worden. Het is onnodig en onverstandig om het haar met een anti hoofdluismiddel te behandelen als u geen hoofdluizen hebt gevonden Het RIVM en de GGD geven al devies; kammen, kammen, kammen. Het kammen gaat als volgt: Was het haar met gewone shampoo en spoel het haar uit. Bescherm de ogen met een washandje. Breng ruim crèmespoeling in het haar en spoel dit NIET uit. Kam de knopen en klitten uit het haar met een gewone kam. Houd het hoofd voorover boven een wasbak en kam het haar van achteren naar voren met een fijntandige kam tegen de schedelhuid aan; start bij het ene oor en schuif na elke kambeweging op richting het andere oor. Veeg tussendoor de fijntandige kam regelmatig af aan een witte papieren servet of zakdoek en kijk of er luizen op het papier zichtbaar zijn. Spoel de crèmespoeling uit. Wanneer u tevens besluit om een antihoofdluismiddel te gebruiken wordt door het RIVM geadviseerd om middelen op basis van dimeticon te gebruiken. Deze middelen bevatten geen insecticiden en er kan geen resistentie ontstaan tegen deze middelen; de luis sterft doordat deze ingekapseld wordt door dimeticon en daardoor stikt. Als u nog vragen heeft kunt u terecht bij de coördinator van het hoofdluisteam; Anouck Achtereekte Hoenderkamp (anouckhoenderkamp@gmail.com) Met vriendelijke groeten, Marjolein van Gelsdorp Directeur, Julianaschool locatie Brandsma

7.2 Brief voor alle ouders indien hoofdluis in de groep geconstateerd is Geachte ouder, verzorger, In de groep van uw zoon of dochter is vandaag hoofdluis geconstateerd. Om uitbreiding te voorkomen vinden wij het belangrijk u hiervan op de hoogte te stellen. Zo nu en dan komt er bij enkele kinderen hoofdluis voor. Dat kan ieder kind en iedere volwassene overkomen en is ook geen schande. Hoofdluizen zijn kleine, grauwe beestjes, die veel jeuk veroorzaken. Een volwassen luis is zo groot als de kop van een lucifer. Neten zijn eitjes van de luizen. Meestal zijn zij wittig van kleur en lijken een beetje op roos. Roos zit echter los van het haar, terwijl neten in het haar zitten vastgekleefd en moeilijk los te krijgen zijn. U kunt zelf uitbreiding van hoofdluis bij uw kinderen tegengaan. Wij raden u daarom aan om bij uw kinderen en bij uzelf de haren te (laten) controleren gedurende 14 dagen. Dit kan het beste door de (natte) haren iedere dag te kammen met een speciale kam, te koop bij apotheek of drogist. Als u neten of luizen bij uw kind vindt, wilt u dit dan altijd melden aan de school, liefst nog dezelfde dag? Dit is belangrijk om verdere verspreiding tegen te gaan. Behandeling van luizen: Gedurende 2 weken dagelijks kammen met een luizenkam (zie kaminstructies GGD; www.ggdgooi.nl ʻLuis in je haar? Kammen maar!) al dan niet in combinatie met een antihoofdluismiddel. Anti hoofdluismiddel dood alleen de luis en niet de neten daarom zal naast het gebruik van het anti hoofdluismiddel ook dagelijks gekamd moeten worden gedurende 14 dagen. Na ongeveer een week komen de neten uit en moet daarom het antihoofdluismiddel herhaald worden. Het is onnodig en onverstandig om het haar met een anti hoofdluismiddel te behandelen als u geen hoofdluizen hebt gevonden Het RIVM en de GGD geven als advies; kammen, kammen, kammen. Het kammen gaat als volgt: Was het haar met gewone shampoo en spoel het haar uit. Bescherm de ogen met een washandje. Breng ruim crèmespoeling in het haar en spoel dit NIET uit. Kam de knopen en klitten uit het haar met een gewone kam. Houd het hoofd voorover boven een wasbak en kam het haar van achteren naar voren met een fijntandige kam tegen de schedelhuid aan; start bij het ene oor en schuif na elke kambeweging op richting het andere oor. Veeg tussendoor de fijntandige kam regelmatig af aan een witte papieren servet of zakdoek en kijk of er luizen op het papier zichtbaar zijn. Spoel de crèmespoeling uit. Wanneer u tevens besluit om een antihoofdluismiddel te gebruiken wordt door het RIVM geadviseerd om middelen op basis van dimeticon te gebruiken. Deze middelen bevatten geen insecticiden en er kan geen resistentie ontstaan tegen deze middelen; de luis sterft doordat deze ingekapseld wordt door dimeticon en daardoor stikt. Als u nog vragen heeft kunt u terecht bij de coördinator van het hoofdluisteam; Anouck Achtereekte Hoenderkamp (anouckhoenderkamp@gmail.com) Met vriendelijke groeten, Marjolein van Gelsdorp Directeur, Julianaschool locatie Brandsma

7.3 Wervingsbrief voor ouderwerkgroep OUDERS TEGEN DE HOOFDLUIS! Geachte ouder, verzorger, Tot nu is op onze school al het een en ander ondernomen om hoofdluis de baas te worden. Om het hoofdluis probleem beter en systematisch aan te kunnen pakken wordt uw hulp als ouder ingeroepen. Het blijkt goed te werken als ouders meewerken in de vorm van een OUDERWERKGROEP. Deze ouderwerkgroep zal na hierop ingewerkt te zijn, zorgdragen voor de uitvoering van de hoofdluiscontrole op school en de voorlichting aan andere ouders. Er wordt met u het draaiboek doorgenomen waarbij duidelijk wordt welke actie ondernomen moet worden om de hoofdluis zoveel mogelijk te voorkomen. Om een beetje een indruk te krijgen van de tijdsinvestering: per groep zal er circa 6-8 keer per jaar hoofdluiscontrole plaatsvinden. Deze controle wordt door de ouderwerkgroep uitgevoerd. De leerkracht of de directeur zal vervolgens de ouders van kinderen bij wie luizen geconstateerd zijn inlichten en informeren. Als u het leuk vindt om de strijd aan te binden tegen de hoofdluis, dan kunnen wij uw hulp goed gebruiken. U kunt meer informatie krijgen bij de coördinator van het hoofdluizenteam Anouck Achtereekte - Hoenderkamp U kunt u opgeven voor de ouderwerkgroep bij de leerkracht van uw zoon / dochter. Met vriendelijke groeten, Namens het schoolteam,

7.4 Afspraken en regels Protocol voor het luizenteam In de week na elke schoolvakantie wordt er gecontroleerd op luizen. Het is aan de desbetreffend luizencontroleur om in samenspraak met de leerkracht een dag en tijdstip te kiezen. Per groep is er minimaal één en het liefst twee luizencontroleur (s). Minimaal éénmaal per jaar aan het begin van het schooljaar komt het luizenteam samen (luizencoördinator en luizencontroleurs) om het protocol door te spreken, elkaar te leren kennen en waar nodig afspraken te maken. Bij het inschakelen van de ouders voor de diverse activiteiten aan het begin van het jaar wordt ook het luizenpluizen als activiteit benoemd. Indien er geen ouder zich inschrijft voor deze activiteit is het aan de leerkracht om één van de ouders van de desbetreffende groep te enthousiastmeren voor deze taak. De taak neemt men op zich voor in principe de periode van een jaar. Waarbij er minimaal 5 x een controle zal worden gedaan (na de zomervakantie, herfstvakantie, kerstvakantie, voorjaarsvakantie en meivakantie). Het luizenpluizen wordt ook vermeldt op de jaarkalender, zodat alle ouders op de hoogte zijn dat er geplozen gaat worden en waar nodig al zelf hun maatregelen kunnen gaan nemen. Alle luizencontroleurs zijn verantwoordelijk voor het volledig houden van de luizenmap. Zo moet er in ieder geval één brief bijlage 7.1 zijn en één brief bijlage 7.2, zodat deze makkelijk gekopieerd kan worden. De GGD luizenmap met foldertjes en brieven staat in de boekenkast in de lerarenkamer. Wat te doen als er luizen / neten geconstateerd zijn? Indien er bij één kind luizen en/of neten zijn geconstateerd worden de ouders / verzorgers door de leer kracht of directeur gebeld met het verzoek het kind zo snel mogelijk of in de eerstvolgende pauze te komen ophalen en het hele gezin te controleren en zo nodig te behandelen. Het kind krijgt de brief ʻvandaag is gebleken dat uw kind hoofdluis /neten heeftʼ en de GGD folder mee over de verschillende behandelmethodes (in een envelop meegegeven via de leerkracht). Bijlage 7.1 van het protocol. Ook krijgt de gehele klas een brief mee met de melding dat er in de betreffende klas neten / luizen zijn geconstateerd. In deze brief worden alle ouders verzocht de kinderen de komende 2 weken extra goed te controleren. Je kunt de brief uit de infomap halen en kopiëren. De leerkracht kan de brief dan meegegeven aan de kinderen. Bijlage 7.2 van het protocol. Extra controle: in alle gevallen komt een week later het luizenteam de groep(en) nogmaals controleren. Dit herhaalt zich tot de groep(en) luizenvrij is (zijn) bevonden. Stel de leerkracht en de coördinator op de hoogte van de geconstateerde luizen / neten. De coördinator kan dan het luizenteam van één of meerdere klassen (b.v. van broertjes of zusjes van het kind met luis) informeren en inschakelen voor extra controles.

Broertjes en zusjes in de andere klassen: De broertjes en zusjes in de andere klassen moeten ook gecontroleerd worden. Als er neten of luizen ontdekt worden stel dan via de leerkracht of de desbetreffende luizencontroleurs van die klas op de hoogte, zodat zij daar de procedure kunnen uitvoeren. Luizencapes: Uit onderzoek is niet voldoende bewijs naar voren gekomen dat luizencapes effectief zijn. Om deze reden worden de luizencapes niet meer geadviseerd door het RIVM. Per schooljaar 2014/2015 is besloten om het advies van het RIVM te volgen en het gebruik van luizencapes af te schaffen. Hardnekkige luis: Mocht een kind na enkele controles nog steeds niet luis- of neetvrij zijn, neem dan contact op met Marjolein van Gelsdorp of de coördinator. Er kunnen dan andere afspraken over de controles gemaakt worden. De luizencoördinator is: Anouck Achtereekte-Hoenderkamp anouckhoenderkamp@gmail.com 06-46074824