Raad van de Europese Unie Brussel, 29 november 2017 (OR. en)

Vergelijkbare documenten
Raad van de Europese Unie Brussel, 29 november 2017 (OR. en)

13581/17 WST/sht/bb DGD 2

13585/17 WST/sht/bb DGD 2

Raad van de Europese Unie Brussel, 11 oktober 2016 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 11 oktober 2016 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 11 oktober 2016 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 6 oktober 2015 (OR. en)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

de heer Jeppe TRANHOLM-MIKKELSEN, secretaris-generaal van de

Hierbij gaat voor de delegaties document COM(2017) 357 final. Bijlage: COM(2017) 357 final /17 fb DG D 2A. Raad van de Europese Unie

de heer Jeppe TRANHOLM-MIKKELSEN, secretaris-generaal van de

de heer Jeppe TRANHOLM-MIKKELSEN, secretaris-generaal van de

de heer Jeppe TRANHOLM-MIKKELSEN, secretaris-generaal van de

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 24 november 2015 (OR. en)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

14899/09 HD/mm DG H 2 A

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 mei 2008 (OR. en) 9196/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0048 (AVC) JUSTCIV 94 CH 28 ISL 15 N 18

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 23 september 2014 (OR. en)

5307/10 VP/mm DG H 2 B

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 1 februari 2010 (OR. en) 5306/10 Interinstitutioneel dossier: 2009/0189 (NLE) JAI 35 COPEN 7

Raad van de Europese Unie Brussel, 17 oktober 2017 (OR. en)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 19 november 2003 (OR. fr) 14303/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0150 (AVC) JUSTCIV 236 ATO 193

15410/17 JVS/sht DGC 1A. Raad van de Europese Unie. Brussel, 14 mei 2018 (OR. en) 15410/17. Interinstitutioneel dossier: 2017/0319 (NLE)

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 mei 2016 (OR. en)

GSC.TFUK. Raad van de Europese Unie Brussel, 7 januari 2019 (OR. en) XT 21106/18. Interinstitutioneel dossier: 2018/0426 (NLE) BXT 125

Raad van de Europese Unie Brussel, 10 juli 2015 (OR. en)

9079/17 JVS/bb 1 DGC 2A

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 februari 2012 (OR. en) 5651/12 Interinstitutioneel dossier: 2010/0361 (NLE) LIMITE

Raad van de Europese Unie Brussel, 29 oktober 2014 (OR. en)

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

14072/14 roe/lep/hh DG C 1

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 november 2017 (OR. en)

8194/18 JVS/sht DGC 2A. Raad van de Europese Unie Brussel, 14 mei 2018 (OR. en) 8194/18. Interinstitutioneel dossier: 2018/0102 (NLE)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 15 april 2015 (OR. en)

9317/17 pro/gra/sl 1 D 2A

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE. van

Q 1101: EAEC Raad: De Statuten van het Voorzieningsagentschap van Euratom (PB 27 van , blz. 534), gewijzigd bij:

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een besluit van de Raad

5557/06 AL/jg DG E II/2

Raad van de Europese Unie Brussel, 10 maart 2015 (OR. en)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 oktober 2013 (OR. en) 13408/13 Interinstitutioneel dossier: 2013/0020 (NLE) TRANS 466 MAR 126

BIJLAGE. bij. Voorstel voor een Besluit van de Raad

Raad van de Europese Unie Brussel, 26 mei 2015 (OR. en)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Raad van de Europese Unie Brussel, 14 mei 2018 (OR. en)

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

Raad van de Europese Unie Brussel, 15 april 2015 (OR. en)

13082/14 CV/mg DGC 1B. Raad van de Europese Unie. Brussel, 29 september 2014 (OR. en) 13082/14. Interinstitutioneel dossier: 2014/0223 (NLE)

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT 2004/0045 (COD) PE-CONS 3601/05 ENV 16 CODEC 22 OC 5

BIJLAGE PROTOCOL. bij het. voorstel voor een besluit van de Raad

Raad van de Europese Unie Brussel, 11 april 2019 (OR. en)

PUBLIC. Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 13967/03 LIMITE JUSTCIV 208 TRANS 275

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 september 2007 (17.09) (OR. en) 12907/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0181 (CNS)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 juni 2004 (OR. en) 10470/04 Interinstitutioneel dossier: 2004/0110 (COD) ENER 169

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

TRACTATENBLAD VAN HET. Verdrag betreffende de Europese Unie; (met Protocollen) Maastricht, 7 februari 1992

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE. van

TRACTATENBLAD VAN HET

SLOTAKTE. AF/EEE/XPA/nl 1

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 22 juni 2010 (OR. en) 11223/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0177 (NLE)

Raad van de Europese Unie Brussel, 26 mei 2015 (OR. en)

ONDERHANDELINGEN OVER DE TOETREDING VAN BULGARIJE EN ROEMENIË TOT DE EUROPESE UNIE

TRACTATENBLAD VAN HET

TRACTATENBLAD VAN HET

TRACTATENBLAD VAN HET

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 september 2006 (OR. en) 12758/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0204 (CNS) ASIM 63 OC 655

9114/19 JVB/jvc/srl JAI.2

Raad van de Europese Unie Brussel, 30 januari 2015 (OR. en)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 augustus 2006 (OR. en) 11463/06 UD 79 OC 532

Gewijzigd voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2004 Nr. 180

6074/15 pro/adw/mt 1 DG B 3A

6424/15 rts/sv 1 DG B 3A

Raad van de Europese Unie Brussel, 27 oktober 2014 (OR. en)

PGI 2. Europese Raad Brussel, 19 juni 2018 (OR. en) EUCO 7/1/18 REV 1

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 maart 2005 (24.03) 6238/05 JUSTCIV 22

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 juli 2006 (27.07) (OR. en) 12036/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0121 (AVC)

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 1 december 2006 (OR. en) 14712/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0274 (CNS) PI 64 OC 841

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 maart 2008 (25.03) (OR. en) 7041/08 VISA 77 COMIX 172

* VERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement A8-0451/

Raad van de Europese Unie Brussel, 21 april 2017 (OR. en)

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT PE-CONS 3659/1/01 REV 1

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 mei 2011 (OR. en) 9936/11 Interinstitutioneel dossier: 2009/0100 (CNS) JUSTCIV 122

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 juni 2007 (OR. en) 9201/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0806 (CNS) SCH-EVAL 91 SIRIS 84 COMIX 447

* VERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement A8-0364/

ONDERHANDELINGEN OVER DE TOETREDING VAN BULGARIJE EN ROEMENIË TOT DE EUROPESE UNIE

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 6 november 2015 (OR. en)

TRACTATENBLAD VAN HET

8620/01 AL/td DG H I NL

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 november 2007 (OR. en) 12012/1/07 REV 1. Interinstitutioneel dossier: 2007/0080 (CNS)

HET KONINKRIJK BELGIË, DE REPUBLIEK BULGARIJE, DE TSJECHISCHE REPUBLIEK, HET KONINKRIJK DENEMARKEN, DE BONDSREPUBLIEK DUITSLAND, DE REPUBLIEK ESTLAND,

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Transcriptie:

Raad van de Europese Unie Brussel, 29 november 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0150 (E) 13586/17 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: JUSTCIV 250 COLAC 110 ACP 118 ISL 39 BESLUIT VAN DE RAAD waarbij Roemenië wordt gemachtigd om, in het belang van de Europese Unie, de toetreding van Chili, IJsland en de Bahama's tot het Verdrag van 's-gravenhage van 1980 betreffende de burgerrechtelijke aspecten van internationale ontvoering van kinderen te aanvaarden 13586/17 WST/bb

BESLUIT (EU) 2017/ VAN DE RAAD van waarbij Roemenië wordt gemachtigd om, in het belang van de Europese Unie, de toetreding van Chili, IJsland en de Bahama's tot het Verdrag van 's-gravenhage van 1980 betreffende de burgerrechtelijke aspecten van internationale ontvoering van kinderen te aanvaarden DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 81, lid 3, in samenhang met artikel 218, Gezien het voorstel van de Europese Commissie, Gezien het advies van het Europees Parlement 1, 1 PB C van, blz.. 13586/17 WST/bb 1

Overwegende hetgeen volgt: (1) Overeenkomstig artikel 3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie heeft de Europese Unie zich als een van haar doelen gesteld de bescherming van de rechten van het kind te bevorderen. Maatregelen om kinderen te beschermen tegen het ongeoorloofd overbrengen of niet doen terugkeren van kinderen beschouwt zij als een essentieel onderdeel van dit beleid. (2) De Raad heeft Verordening (EG) nr. 2201/2003 1 (hierna "Verordening Brussel II bis" genoemd) vastgesteld, die als doel heeft kinderen te beschermen tegen de schadelijke gevolgen van het ongeoorloofd overbrengen of niet doen terugkeren, procedures vast te stellen om hun onmiddellijke terugkeer naar de gewone verblijfplaats te verkrijgen en het omgangs- en gezagsrecht te waarborgen. (3) Verordening Brussel II bis vormt een aanvulling op en versterking van het Verdrag van 's- Gravenhage van 25 oktober 1980 inzake de burgerrechtelijke aspecten van internationale ontvoering van kinderen (hierna "het verdrag van 1980" genoemd), waarbij een internationaal systeem van verplichtingen en samenwerking tussen de verdragsluitende staten en tussen centrale autoriteiten wordt ingesteld om te zorgen voor de onmiddellijke terugkeer van een kind dat ongeoorloofd is overgebracht of ongeoorloofd wordt vastgehouden. (4) Alle lidstaten van de Unie zijn partij bij het verdrag van 1980. 1 Verordening (EG) nr. 2201/2003 van de Raad van 27 november 2003 betreffende de bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1347/2000 (PB L 338 van 23.12.2003, blz. 1). 13586/17 WST/bb 2

(5) De Unie moedigt derde landen aan toe te treden tot het verdrag van 1980 en ondersteunt de correcte tenuitvoerlegging van het verdrag van 1980, onder andere door samen met de lidstaten deel te nemen aan de bijzondere commissies die regelmatig worden georganiseerd door de Haagse Conferentie voor internationaal privaatrecht. (6) Een gemeenschappelijk wettelijk kader tussen de lidstaten van de Unie en derde staten zou de beste oplossing kunnen zijn voor gevoelige zaken als internationale kinderontvoering. (7) Het verdrag van 1980 bepaalt dat het van toepassing is tussen de toetredende staat en de verdragsluitende staten die verklaard hebben de toetreding te aanvaarden. (8) Het verdrag van 1980 staat niet toe dat regionale organisaties voor economische integratie, zoals de Unie, partij bij het verdrag worden. De Unie kan derhalve niet tot dat verdrag toetreden en ook geen verklaring van aanvaarding van een toetredende staat neerleggen. (9) Op grond van Advies 1/13 van het Hof van Justitie van de Europese Unie 1 behoren verklaringen van aanvaarding in het kader van het verdrag van 1980 tot de exclusieve externe bevoegdheid van de Unie. (10) Chili heeft op 23 februari 1994 zijn akte van toetreding tot het verdrag van 1980 neergelegd. Ten aanzien van Chili is het verdrag van 1980 op 1 mei 1994 in werking getreden. 1 ECLI:EU:C:2014:2303. 13586/17 WST/bb 3

(11) Met uitzondering van Roemenië hebben alle betrokken lidstaten de toetreding van Chili tot het verdrag van 1980 al aanvaard. Chili heeft de toetreding van Cyprus, Slovenië, Bulgarije, Estland, Letland, Litouwen en Malta tot het verdrag van 1980 aanvaard. Een beoordeling van de situatie in Chili heeft geleid tot de conclusie dat Roemenië in staat is om in het belang van de Unie de toetreding van Chili, overeenkomstig de bepalingen van het verdrag van 1980, te aanvaarden. (12) IJsland heeft op 14 augustus 1996 zijn akte van toetreding tot het verdrag van 1980 neergelegd. Ten aanzien van Ijsland is het verdrag van 1980 op 1 september 1996 in werking getreden. (13) Met uitzondering van Roemenië hebben alle betrokken lidstaten de toetreding van IJsland tot het verdrag van 1980 al aanvaard. IJsland heeft de toetreding van Bulgarije, Estland, Letland, Litouwen en Malta tot het verdrag van 1980 aanvaard. Een beoordeling van de situatie in IJsland heeft geleid tot de conclusie dat Roemenië in staat is om in het belang van de Unie de toetreding van IJsland, overeenkomstig de bepalingen van het verdrag van 1980, te aanvaarden. (14) De Bahama's hebben op 1 oktober 1993 hun akte van toetreding tot het verdrag van 1980 neergelegd. Ten aanzien van de Bahama's is het verdrag van 1980 op 1 januari 1994 in werking getreden. 13586/17 WST/bb 4

(15) Met uitzondering van Roemenië hebben alle betrokken lidstaten de toetreding van de Bahama's tot het verdrag van 1980 al aanvaard. De Bahama's hebben de toetreding van Bulgarije, Cyprus, Estland, Letland, Litouwen, Malta en Slovenië tot het verdrag van 1980 aanvaard. Een beoordeling van de situatie op de Bahama's heeft geleid tot de conclusie dat Roemenië in staat is om in het belang van de Unie de toetreding van de Bahama's, overeenkomstig de bepalingen van het verdrag van 1980, te aanvaarden. (16) Roemenië moet daarom gemachtigd worden zijn verklaring van aanvaarding van de toetreding van Chili, IJsland en de Bahama's tot het verdrag van 1980 in het belang van de Unie neer te leggen overeenkomstig de voorwaarden van dit besluit. De overige lidstaten van de Unie hebben de toetreding van Chili, IJsland en de Bahama's tot het verdrag van 1980 al aanvaard en hoeven derhalve geen nieuwe verklaring van aanvaarding neer te leggen, aangezien de bestaande verklaring krachtens het internationaal publiekrecht van kracht blijft. (17) Het Verenigd Koninkrijk en Ierland zijn gebonden door Verordening Brussel II bis en nemen deel aan de vaststelling en de toepassing van dit besluit. (18) Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van protocol nr. 22 betreffende de positie van Denemarken, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, neemt Denemarken niet deel aan de vaststelling van dit besluit, dat derhalve niet bindend is voor, noch van toepassing in Denemarken, HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD: 13586/17 WST/bb 5

Artikel 1 1. Roemenië wordt gemachtigd om, in het belang van de Unie, de toetreding van Chili, IJsland en de Bahama's tot het verdrag van 1980 te aanvaarden. 2. Roemenië legt uiterlijk... [twaalf maanden na de datum van vaststelling van dit besluit], in het belang van de Unie, een verklaring van aanvaarding van de toetreding van Chili, IJsland en de Bahama's tot het verdrag van 1980 neer, die als volgt luidt: "[Volledige naam van de LIDSTAAT] verklaart de toetreding van Chili, IJsland en de Bahama's tot het Verdrag van 's-gravenhage van 25 oktober 1980 betreffende de burgerrechtelijke aspecten van internationale ontvoering van kinderen te aanvaarden, overeenkomstig Besluit (EU) 2017/... van de Raad +. ". 3. Roemenië stelt de Raad en de Commissie in kennis van de neerlegging van zijn verklaring van aanvaarding van de toetreding van Chili, IJsland en de Bahama's tot het verdrag van 1980, en deelt aan de Commissie binnen twee maanden na de neerlegging ervan de tekst van die verklaring mee. +. + PB: gelieve het nummer van het besluit in te voegen. 13586/17 WST/bb 6

Artikel 2 De lidstaten die hun verklaring van aanvaarding van de toetreding van Chili, IJsland en de Bahama's tot het verdrag van 1980 hebben neergelegd vóór de datum waarop dit besluit is vastgesteld, leggen geen nieuwe verklaring neer. Artikel 3 Dit besluit wordt van kracht op de dag van de kennisgeving ervan. Dit besluit is gericht tot Roemenië. Gedaan te Brussel, Artikel 4 Voor de Raad De voorzitter 13586/17 WST/bb 7