Inspectierapport BSO Groot Driene (BSO) P.C. Hooftlaan 200 7552HE HENGELO OV Registratienummer 828828416 Toezichthouder: GGD Twente In opdracht van gemeente: Hengelo (O) Datum inspectie: 16-08-2016 Type onderzoek : Jaarlijks onderzoek Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport: 20-09-2016
Inhoudsopgave Het onderzoek... 3 Observaties en bevindingen... 4 Pedagogisch klimaat... 4 Personeel en groepen... 6 Inspectie-items... 8 Gegevens voorziening... 10 Gegevens toezicht... 10 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum... 11 2 van 11
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. In dit inspectierapport zijn niet alle inspectie-items beoordeeld, omdat er sprake is van een zogeheten risicogestuurd toezicht (RGT). De inspectie-items die bij deze inspectie worden getoetst richten zich primair op de kwaliteit van de dagelijkse praktijk. Beschouwing Deze beschouwing beschrijft de resultaten van dit jaarlijks onderzoek. Na de algemene informatie over het kindercentrum en de inspectiegeschiedenis, volgen de belangrijkste bevindingen. Deze worden elders in het rapport per inspectie-item verder uitgewerkt. Algemene informatie Buitenschoolse opvang 'Groot Driene' is gevestigd aan de P.C. Hoofdlaan 200 te Hengelo en is onderdeel van koepelorganisatie 'Kindercentrum.nl Overijssel Oost'. Deze buitenschoolse opvang voor maximaal 20 kindplaatsen is geregistreerd sinds 19 augustus 2013. Inspectiegeschiedenis 09 september 2014: jaarlijks onderzoek (regulier onderzoek). Tijdens het onderzoek heeft de houder aan de getoetste eisen voldaan. 16 juni 2015: incidenteel onderzoek. Dit in verband met een uitbreiding kindplaatsen van 16 naar 20 kinderen. De uitbreiding is toegewezen. 15 oktober 2015 heeft een jaarlijks onderzoek plaatsgevonden. De houder heeft aan de getoetste eisen voldaan. Bevindingen op hoofdlijnen huidige inspectie Tijdens dit jaarlijks onderzoek heeft de houder aan de getoetste eisen voldaan. Advies aan College van B&W Geen handhaving. 3 van 11
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Om een helder beeld te krijgen van beleid, visie en praktijk is het pedagogisch werkplan gecontroleerd op inhoud en volledigheid. Geobserveerd is of de beroepskrachten in de praktijk van de opvang handelen naar de pedagogische basisdoelen in het algemeen en het pedagogisch beleidsplan/werkplan specifiek. De pedagogische basisdoelen zijn: De emotionele veiligheid De persoonlijke competentie De sociale competentie De overdracht van normen en waarden Pedagogische praktijk Tijdens de inspectie is gebleken dat de beroepskrachten handelen conform de uitgangspunten en werkinstructies in het pedagogisch werkplan. Voor de observatie van de pedagogische praktijk maakt de toezichthouder gebruik van het Veldinstrument observatie pedagogische praktijk 4-12 jaar (opgesteld door GGD Nederland, versie januari 2015). De beschrijvingen, die cursief zijn weergegeven, zijn aan dit instrument ontleend en tijdens het onderzoek op locatie geconstateerd. Emotionele veiligheid De kinderen hebben vaste beroepskrachten en bekende leeftijdsgenoten om zich heen. Observatie: Er is sprake van continuïteit in het rooster van de beroepskrachten. De beroepskracht kent de kinderen bij naam en weet persoonlijke bijzonderheden. Uit de presentielijst en uit de observatie blijkt dat de kinderen op hun opvangdag vaste/vertrouwde andere kinderen in de groep hebben. Tijdens de inspectie zoeken de kinderen elkaar en de beroepskracht op om samen te spelen of te praten. Persoonlijke competentie Kinderen hebben de mogelijkheid om eigen ervaringen op te doen dankzij de groep, middels spelmateriaal, activiteitenaanbod en inrichting. Observatie: In de binnenruimte is speelmateriaal aanwezig, wat door de kinderen gebruikt mag worden, zoals spellen, leesmateriaal, knutselmateriaal en bouwmateriaal. Tijdens de observatie was er een cracker- en drinkmoment en een buitenspeelmoment. Tijdens het buitenspelen hadden drie kinderen skeelers vanuit huis meegenomen. De beroepskrachten ondersteunde de kinderen waar nodig bij het skeeleren. Toen een beroepskracht merkte dat bij één Kind het skeeleren niet lukte en beperkt werd in het spelen vroeg de beroepskracht aan het kind "Zal ik je schoenen halen zodat je je beter kan bewegen?". Toen het kind instemde, zei de beroepskracht: "Dan haal ik ze even voor je, als je wilt kan je de volgende keer weer oefenen". Sociale competentie en overdracht van normen en waarden De kinderen zijn deel van de groep. De oudere kinderen hebben gepaste verantwoordelijkheid. Observatie: De kinderen worden gestimuleerd om sociale contacten met elkaar aan te gaan. De beroepskracht maakt grapjes, is behulpzaam en heeft aandacht en zorg voor alle kinderen. Dit is bijvoorbeeld tijdens het vrij spelen en het fruit moment te zien (zie de beschrijving bij de persoonlijke 4 van 11
competentie). De kinderen kregen verantwoordelijkheid door bijvoorbeeld zelf hun cracker te smeren. Conclusie De houder voldoet aan de voorwaarden horende bij de pedagogische praktijk. De emotionele veiligheid, de persoonlijke competentie en de overdracht van normen en waarden worden voldoende gewaarborgd. Gebruikte bronnen: Interview anderen (beroepskracht) Observaties 5 van 11
Personeel en groepen Binnen dit domein zijn de pedagogisch medewerkers gecontroleerd op het hebben van een passende beroepskwalificatie en een geldige verklaring omtrent het gedrag. Eventuele stagiaires zijn gecontroleerd op een geldige verklaring omtrent het gedrag. De beroepskracht-kindratio en de opvang in groepen is tijdens dit onderzoek ook beoordeeld. Verklaring omtrent het gedrag De VOG van één beroepskracht is beoordeeld en goed bevonden. De VOG's van de resterende werkzame beroepskrachten zijn tijdens het onderzoek op 15 oktober 2015 beoordeeld en goed bevonden. Er is geen stagiair(e), uitzendkracht of vrijwilliger bij deze kindercentrum werkzaam. Conclusie De getoetste VOG's voldoen aan de gestelde eisen. Passende beroepskwalificatie De beroepskwalificatie van één beroepskracht is beoordeeld en goed bevonden. De beroepskwalificaties van de resterende werkzame beroepskrachten zijn tijdens het onderzoek op 15 oktober 2015 beoordeeld en goed bevonden. Conclusie De getoetste beroepskwalificaties voldoen aan de gestelde eisen. Opvang in groepen Het betreft één basisgroep voor maximaal 20 kinderen. Conclusie De houder voldoet aan de getoetste voorwaarden horende bij de opvang in groepen. Beroepskracht-kindratio Voor het berekenen van de beroepskracht-kindratio wordt gebruik gemaakt van de rekentool: 1ratio.nl (in opdracht van het ministerie van SZW ontwikkeld op basis van afspraken tussen de Brancheorganisatie Kinderopvang en de belangenvereniging van ouders: BOinK). Uit de observatie blijkt dat er voldoende beroepskrachten worden ingezet in relatie tot het aantal aanwezige kinderen. Tijdens het onderzoek waren 13 kinderen aanwezig met twee beroepskrachten. Conclusie De houder voldoet aan de getoetste voorwaarden horende bij de beroepskracht-kindratio. Gebruikte bronnen: Interview anderen (beroepskracht) Observaties Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten 6 van 11
7 van 11
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. (art 1.50 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen De verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht, vrijwilliger is niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 en 1.57 lid 1, 2, 3 en 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en Opvang in groepen Ieder kind behoort bij een basisgroep. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en 8 van 11
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en OF De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en OF De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en 9 van 11
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : BSO Groot Driene Website : http://www.kindercentrum.nl Aantal kindplaatsen : 20 Gegevens houder Naam houder : Kindercentrum.nl Overijssel-Oost B.V. Adres houder : Postbus 4156 Postcode en plaats : 7320AD Apeldoorn KvK nummer : 58006168 Aansluiting geschillencommissie : Ja Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Twente Adres : Postbus 1400 Postcode en plaats : 7500BK ENSCHEDE Telefoonnummer : 053-4876700 Onderzoek uitgevoerd door : Tiziana Kruiswegt Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : Hengelo (O) Adres : Postbus 18 Postcode en plaats : 7550AA HENGELO OV Planning Datum inspectie : 16-08-2016 Opstellen concept inspectierapport : 09-09-2016 Zienswijze houder : 19-09-2016 Vaststelling inspectierapport : 20-09-2016 Verzenden inspectierapport naar houder : 21-09-2016 Verzenden inspectierapport naar : 21-09-2016 gemeente Openbaar maken inspectierapport : 11-10-2016 10 van 11
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. Zienswijze Kindercentrum.nl Door: Mirjam Abbink Naam locatie: BSO Groot Driene Datum: 20 september 2016 Naar aanleiding van het conceptrapport van de GGD van het inspectiebezoek op 16 augustus 2016 van locatie BSO Groot Driene heeft Kindercentrum.nl geen verdere opmerkingen. Wij kunnen ons vinden in het verslag zoals deze door de GGD is opgesteld. Wij danken u voor de prettige inspectie. 11 van 11