Gedoogkader woonboten en bedrijfsvaartuigen brengen ter algemene kennis dat zij in hun vergadering van 12 juli 2016 hebben besloten:

Vergelijkbare documenten
Gedoogkader Woonboten

B&W. Spoedvoordracht voor de collegevergadering van. 1 juli Nadere uitwerking gedoogkader woonboten

Wet verduidelijking voorschriften woonboten

Bestemmingsplan Drijvende Bouwwerken. Ontwerp

Omgevingsvergunning Zaaknummer

OMGEVINGSDIENST ZUIDOOST-BRABANT

Drijvende bouwwerken. Informatieblad. Wet verduidelijking voorschriften woonboten. Drijvende bouwwerken

Gelet op de projectomschrijving en op artikel 2.4 van de Wabo zijn wij in dit geval het bevoegde gezag om op de aanvraag te beslissen.

Omgevingsvergunning Zaaknummer

Gelet op de projectomschrijving en op artikel 2.4 van de Wabo zijn wij in dit geval het bevoegde gezag om op de aanvraag te beslissen.

Strijdig gebruik (art. 2.1 lid ie) van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

gemeente Katwijk:Kor\vnq\r\ Julianalaan 3, 2224 EW Katwijk, Postbus 589, 2220 AN Katwijk, website:

' Gemeente yjroningen

gemeente Katwijk: Koningin Julianalaan 3, 2224 EW Katwijk, Postbus 589, 2220 AN Katwijk, website:

De aanvraag betreft de volgende activiteit(en): - Bouwen (art. 2.1 lid 1a)van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht)

Omgevingsvergunning Zaaknummer

3 Besluit Gelet op artikel 2.1 van de Wabo besluiten wij de omgevingsvergunning te verlenen voor de volgende activiteiten:

Omgevingsvergunning Zaaknummer

Gelet op de projectomschrijving en op artikel 2.4 van de Wabo zijn wij in dit geval het bevoegde gezag om op de aanvraag te beslissen.

Gelet op de projectomschrijving en op artikel 2.4 van de Wabo zijn wij in dit geval het bevoegde gezag om op de aanvraag te beslissen.

ONTWERP Omgevingsvergunning Zaaknummer

D *D * Besluit op aangevraagde omgevingsvergunning (geweigerd)

Omgevingsvergunning Zaaknummer

ECLI:NL:RVS:2010:BL8738

Omgevingsvergunning Zaaknummer

het oprichten van een appartementengebouw Onyxdijk 167 te Roosendaal

Omgevingsvergunning Zaaknummer

g^atwijk Omgevingsvergunning Zaaknummer

Informatieblad drijvende bouwwerken. Concept versie 2 oktober 2017

Portefeuillehouder Datum collegebesluit : 26 juli 2010 Corr. nr.:

Omgevingsvergunning Zaaknummer

3 Besluit Gelet op artikel 2.1 van de Wabo besluiten wij de omgevingsvergunning te verlenen voor de volgende activiteiten:

g^atwijk Omgevingsvergunning Zaaknummer

Gelet op artikel 2.1 van de Wabo besluiten wij de omgevingsvergunning te verlenen voor de volgende activiteit: Bouwen (art. 2.1 lid ia van de Wabo)

Toelichting op de Brandbeveiligingsverordening 2010

De voorliggende modelregeling is, gezien het tijdelijk karakter (tot de inwerkingtreding van de amvb) terughoudend van aard.

Omgevingsvergunning uitgebreide procedure 8241

Omgevingsvergunning Zaaknummer

OMGEVINGSVERGUNNING. het bouwen van een bouwwerk (artikel 2.1, lid 1, onder a Wabo)

Omgevingsvergunning uitgebreide procedure WBD

Wijziging van de Woningwet in verband met de definiëring van het begrip bouwwerk Memorie van toelichting. I Algemeen deel

(ONTWERP) OMGEVINGSVERGUNNING

OMGEVINGSDIENST FLEVOLAND & GOOf EN VECHTSTREEK

OMGEVINGSDIENST ZUIDOOST-BRABANT

g^atwijk - Strijdig gebruik (art. 2.1 lid ie van de Wabo)

g^atwijk Omgevingsvergunning Zaaknummer

ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING

Register bij het Ondermandaatbesluit Wabo-bevoegdheden stadsdeelsecretaris Nieuw-West

Beschikking Omgevingsvergunning

OMGEVINGSVERGUNNING. Friesland Campina Nederland Holding ay.

g^atwijk Omgevingsvergunning Zaaknummer

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

* *

g^atwijk Omgevingsvergunning Zaaknummer

(ONTWERP)Omgevingsvergunning Zaaknummer

Omgevingsvergunning UV/

"Omgevingsvergunning 2013, herbouw woning met bijgebouw Dorpstraat 3"

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk onderw erp ontw erpbeschikking omgevingsvergunning

Aan de aanvraag hebben wij de volgende activiteit toegevoegd: - Planologisch afwijken (art. 2.1, lid 1 onder c Wabo);

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Woonboot wordt bouwwerk Gemeente Amsterdam Stadsdeel Oost Waternet

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum onderwerp ontwerpbeschikking omgevingsvergunning

ÀrchiefexMhpteat ~T. Onderwerp: Omgevingsvergunning op grond van artikel 3.10, derde lid Wabo verlenen aan Dow Benelux B.V.

Omgevingsvergunning OV

Gelet op de projectomschrijving en op artikel 2.4 van de Wabo zijn wij in dit geval het bevoegde gezag om op de aanvraag te beslissen.

g^atwijk Omgevingsvergunning Zaaknummer

Ontwerp Omgevingsvergunning

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 26 maart 2013

Ook wijzen wij erop dat het besluit pas in werking treedt nadat de termijn voor het indienen van een bezwaarschrift is verstreken.

OMGEVINGSVERGUNNING. code: DIS_ doc

Weigering omgevingsvergunning

Happy Italy Amsterdam D.J.L. de Blok Postbus CD Dordrecht. Betreft: Omgevingsvergunning

Verbouwniveau van theorie naar praktijk

Omgevingsvergunning OMGEVINGSDIENST. Plaatsing opslagloods Maximacentrale IJsselmeerdijk NOV 2014 FLEVOLAND & GOOI EN VECHTSTREEK

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

OMGEVINGSVERGUNNING. Van Gansewinkel Nederland B.V.

dhr. BJ Westerhuis Zuiderend TK DRACHTEN

Omgevingsvergunning activiteit bouwen. Gicom Ketelhaven, Colijnweg 2 Dronten

26 NOV 2014 OMGEVINGSDIENST FLEVOLAND & GOOI EN VECHTSTREEK BESCHIKKING. Activiteit bouwen Mortelstraat 4 in Lelystad

Omgevingsvergunning. (uitgebreide procedure)

Wijziging mandaat- en machtigingsbesluit algemeen directeur Stichting Waternet(3B, 2014, 94)

OMGEVINGSVERGUNNING nr

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

Wet geluidhinder / Besluit geluidhinder / Besluit geluid milieubeheer. Tabel 1 Grenswaarden voor bestemde ligplaatsen

Beleidsregels voor het intrekken van een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen

Bouwbesluit 2012 Verbouwniveau van theorie naar praktijk

Besluit Wij verlenen u de gevraagde omgevingsvergunning voor de duur van drie jaren ten behoeve van de activiteiten:

OMGEVINGSVERGUNNING (Ontwerp)

Inleiding. 1.1 Wat is de omgevingsvergunning?

Uw kenmerk Uw brief van Ons kenmerk Datum V2014/ november 2015

Beleidsregels planologische afwijkingsmogelijkheden 2017

Brandbeveiligingsverordening Eijsden-Margraten 2012

OMGEVINGSVERGUNNING OV

Omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning wordt verleend overeenkomstig de bij dit besluit behorende en als zodanig gewaarmerkte documenten.

Brandbeveiligingsverordening Boxtel 2015

Omgevingsvergunning. Documentnummer: 01-CG

Beschikking OMGEVINGSVERGUNNING. verleend aan. Suiker Unie Vierverlaten. ten behoeve van de activiteit bouwen en mliieuneutraal veranderen

Beschikking Omgevingsvergunning

omgevingsdienst Ondertekening Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, voor dezen.

Transcriptie:

GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Amsterdam. Nr. 138049 6 oktober 2016 Gedoogkader woonboten en bedrijfsvaartuigen 2016 Onderwerp Gedoogkader woonboten en bedrijfsvaartuigen 2016. Burgemeester en wethouders van Amsterdam brengen ter algemene kennis dat zij in hun vergadering van 12 juli 2016 hebben besloten: Het gedoogkader woonboten is bij besluit d.d. 31 maart 2015 door het college vastgesteld (BD2015-001452). In verband met de vertraging van de aanpassing van de landelijke regelgeving omtrent woonboten is het noodzakelijk het gedoogkader te actualiseren. Burgemeester en wethouders voornoemd, E.E. van der Laan, burgemeester A.H.P. Van Gils, secretaris Gedoogkader woonboten en bedrijfsvaartuigen Gemeente Amsterdam 2016 1. Aanleiding De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in een uitspraak van 16 april 2014, met zaaknummer 201306684/1/A1, geoordeeld dat woonboten als bouwwerk aangemerkt moeten worden als deze bestemd zijn om ter plaatse te functioneren. Dat betekent dat zij onder de bouwregelgeving vallen, i.p.v. onder de Verordening op het binnenwater waar tot dan toe iedereen van was uitgegaan. Naar aanleiding van deze uitspraak heeft het college op 1 juli 2014 het gedoogkader Woonboten vastgesteld. Vervolgens heeft de Afdeling bij uitspraak d.d. 26 november 2014, zaaknummer 201400518/1/R4, geoordeeld dat ook varende (bedrijfs)vaartuigen als bouwwerk worden aangemerkt als deze bestemd zijn om ter plaatse te functioneren. In dezelfde uitspraak heeft de Afdeling geoordeeld dat ook vaartuigen die nog zelfstandig kunnen varen, moeten worden aangemerkt als bouwwerken. Naar aanleiding van deze uitspraak heeft het college op 31 maart 2015 het Gedoogkader woonboten geactualiseerd en uitgebreid met bedrijfsvaartuigen die al dan niet zelfstandig kunnen varen. Het Gedoogkader woonboten en bedrijfsvaartuigen 2015 houdt in dat alle bestaande woonboten en bedrijfsvaartuigen die bedoeld zijn om ter plaatse te functioneren in stand gehouden mogen worden zonder omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen. Het Gedoogkader woonboten en bedrijfsvaartuigen, gemeente Amsterdam, 2015 is (net als het gedoogkader, vastgesteld op 1 juli 2014) van toepassing op de in het gedoogkader genoemde categorieën van woonboten en bedrijfsvaartuigen tot uiterlijk 1 juli 2016 of zoveel eerder als er landelijke regelgeving voor de bouwwerkcategorie woonboten en andere drijvende objecten is vastgesteld. De regels voor woonboten worden momenteel aangepast via het wetsvoorstel Wet verduidelijking voorschriften woonboten. De wet treedt op z n vroegst in werking op 1 juli 2017. Om de woonboten en bedrijfsvaartuigen te kunnen gedogen totdat deze wet in werking treedt, is het noodzakelijk om het gedoogkader te actualiseren en de termijn van 1 juli 2016 te verlengen totdat de Wet verduidelijking voorschriften woonboten in werking treedt. Voorliggend beleidsdocument voorziet in deze actualisatie. 2.Doel 1

Het gedoogkader geeft aan in welke situaties het bevoegd gezag niet handhavend op zal treden wegens een overtreding van de artikel 2.1, eerste lid, onder a en artikel 2.3a van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (hierna: Wabo) (het bouwen of het in stand laten van bouwwerken zonder omgevingsvergunning). 3.Bevoegd gezag Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het verlenen van omgevingsvergunningen voor de activiteit bouwen en voor de bestuursrechtelijke handhaving. Het college is eveneens bevoegd te besluiten niet handhavend op te treden en een gedoogbeschikking te verlenen. Het college heeft deze bevoegdheid gedelegeerd aan het Algemeen Bestuur van de bestuurscommissie van het stadsdeel, met uitzondering van de grootstedelijke projectgebieden en projectafwijkingsbesluiten. De bevoegdheid om in afwijking van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning te verlenen op grond van artikel 2.12, eerste lid, onder derde Wabo is gemandateerd aan de stadsdeelsecretaris. In opdracht van het college verzorgt de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied de uitvoering voor zover gelegen in grootstedelijk project. 4.Toepassingsbereik gedoogkader Het gedoogkader ziet op de vervanging en verbouwing van woonschepen, arken, woonvaartuigen en bedrijfsvaartuigen die kunnen worden aangemerkt als bouwwerk in de zin van artikel 2.1, eerste lid aanhef en onder a van de Wabo. Voor de uitleg van het begrip bouwwerk is aansluiting gezocht bij de modelbouwverordening. Volgens de modelbouwverordening is een bouwwerk elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren. Een woonboot of bedrijfsvaartuig wordt aangemerkt als bouwwerk als: 1e constructie van enige omvang; 2e direct of indirect verbonden met de grond; 3e bedoeld om ter plaatse te functioneren. Als aan deze drie voorwaarden wordt voldaan, wordt de boot aangemerkt als bouwwerk. Volgens recente jurisprudentie is hierbij doorslaggevend of de boot bedoeld is ter plaatse te functioneren (uitspraak Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 16 april 2014 nummer 201306684/1/A1). In haar uitspraak van 26 november 2014, nummer 201400518/1/R4) heeft de Afdeling dit nogmaals bevestigd en is zelfs een stapje verder gegaan: ook woonboten en bedrijfsvaartuigen die nog zelfstandig kunnen varen, worden aangemerkt als bouwwerken als zij bedoeld zijn om ter plaatse te functioneren. Dus, niet doorslaggevend is de wijze waarop de verbondenheid met de grond fysiek vorm is gegeven. Ook de omstandigheid dat de boot zelfstandig kan varen en mogelijk meerdere keren per jaar op een andere locatie zal liggen, speelt geen rol van doorslaggevende betekenis. Het gedoogkader ziet op het innemen van een ligplaats voor een bestaande woonboot of bedrijfsvaartuig (nu bouwen) met dien verstande dat de eigenaar op 16 april 2014 respectievelijk op 26 november 2014 een ligplaatsvergunning had. Het gedoogkader geldt uitsluitend voor de activiteiten bouwen, daarbij inbegrepen de handhaving daarop. Voor het bouwen van een bouwwerk is een omgevingsvergunning nodig op grond van artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo. Het gedoogkader voorziet om tijdelijk (hangende nadere regelgeving vanuit het Rijk) en onder voorwaarden het innemen van een ligplaats, het vervangen en verbouwen van woonboten, die voor 16 april 2014 nog niet als bouwwerk worden aangemerkt, toe te laten, onder dezelfde voorwaarden als voorheen onder de Verordening op het binnenwater 2010 (Vob) en te gedogen dat deze gebouwen geplaatst worden zonder omgevingsvergunning. Verplaatsing van bestaande woonboten en bedrijfsvaartuigen in Amsterdam Het komt voor dat een bestaande woonboot of bedrijfsvaartuig met een ligplaatsvergunning in Amsterdam verplaatst wordt naar een nieuwe locatie. Op deze nieuwe locatie geldt dat de betreffende woonboot of het bedrijfsvaartuig als nieuw bouwwerk wordt aangemerkt omdat ter plaatse een nieuwe situatie ontstaat. In deze situatie worden de betreffende woonboten of bedrijfsvaartuigen als bestaand aange- 2

merkt. Dit betekent dat deze woonboten en bedrijfsvaartuigen binnen het toepassingsbereik van het gedoogkader vallen. Ten overvloede wordt opgemerkt dat bestaande woonschepen waarop gewoond wordt en waar ook nog zelfstandig mee gevaren kan worden of bestaande bedrijfsvaartuigen waar nog zelfstandig mee gevaren kan worden, gelden als bouwwerken als zij bedoeld zijn om ter plaatse te functioneren. In het vorig gedoogkader werd deze groep buiten beschouwing gelaten, naar aanleiding van genoemde uitspraak van de Afdeling van 26 november 2014 geldt het gedoogkader ook voor deze groep. Het gedoogkader geldt niet voor : Nieuw te bouwen woonboten en nieuw te bouwen bedrijfsvaartuigen Nieuw te bouwen woonboten (watervilla s/waterwoningen, woonarken en woonvaartuigen en nieuw te bouwen bedrijfsvaartuigen bedoeld om ter plaatse te functioneren) zijn gebouwen en moeten voldoen aan de eisen die het Bouwbesluit stelt. Deze gebouwen zijn behalve hun drijvende karakter niet te onderscheiden van vergelijkbare bouwwerken op het land. Daarbij gelden de weigeringsgronden als genoemd in artikel 2.10 Wabo (strijd met het bestemmingplan, Bouwbesluit, bouwverordening en redelijke eisen van welstand). Eisen uit de Vob en uitwerkingsregels en nadere regels die op de Vob zijn gebaseerd, zijn niet van toepassing bij de beoordeling van een aanvraag om een omgevingsvergunning. De weigeringsgronden in de Wabo zijn limitatief en imperatief. Waterwoningen/-villa s De bestaande waterwoningen/-villa s, zoals op het Steigereiland (IJburg), zijn al aangemerkt als bouwwerk. Voor de bouw hiervan zijn dan ook omgevingsvergunningen verstrekt. Andere Wabo-activiteiten, ontheffingen en vergunningen Het gedoogkader ziet niet op omgevingsvergunningen voor andere activiteiten, bijvoorbeeld een omgevingsvergunning voor planologisch strijdig gebruik in geval van strijd met het bestemmingsplan (artikel 2.1., eerste lid, aanhef en onder c, van de Wabo), dan wel op andere ontheffingen, vergunningen of vrijstellingen die mogelijk nodig zijn. Het is niet de intentie om meer mogelijk te maken dan voorheen het geval was. Uitzondering In bepaalde gevallen is het (wel) nodig een afwijking van het bestemmingsplan te gedogen. Het gaat dan om die gevallen waarin de strijd met het bestemmingsplan enkel bestaat uit het feit dat een woonboot nu tevens onder het begrip bouwwerk moet worden geschaard. In dit kader wordt opgemerkt dat een paraplubestemmingsplan in voorbereiding is waarbij zal worden voorzien in het toestaan van bouwwerken ter plaatse van de gronden die bestemd zijn voor water en aangewezen voor ligplaatsen voor woonboten en/of bedrijfsvaartuigen. 5.Gedogen Het innemen van een ligplaats door en de vervanging en verbouwing van arken, woonvaartuigen, woonschepen die op 16 april 2014 een ligplaatsvergunning hadden en bedrijfsvaartuigen die op 26 november 2014 een ligplaatsvergunning hadden, wil het college totdat de Wet verduidelijking voorschriften woonboten inwerking treedt tijdelijk en onder voorwaarden gedogen. Woonboten en bedrijfsvaartuigen die niet verbouwd of vervangen worden Uitgangspunt is de bestaande situatie. Woonboten en bedrijfsvaartuigen met een ligplaatsvergunning en/of verbouwings- of vervangingsvergunning moeten op grond van jurisprudentie worden beschouwd als bouwwerk en aan de bouwregelgeving voor bouwwerken voldoen. Toezichthouders van de gemeente gaan niet actief vragen om een omgevingsvergunning voor het bouwen en gaan niet (actief) handhavend optreden vanwege het in stand houden van een bouwwerk zonder de noodzakelijke omgevingsvergunning. Indien een vervanging of verbouwing wordt gevraagd of een handhavingsverzoek wordt ingediend zal hierop worden besloten. Indien een woonboot of bedrijfsvaartuig van eigenaar wisselt, wordt de aanwezigheid van de boot ook gedoogd zonder dat hiervoor een gedoogbeschikking wordt afgegeven. Wel is sinds 8 december 2014 door een wijziging van de Verordening op het binnenwater 2010 (besluit 26 november 2014, gepubliceerd 5 december 2014, Vob) een ligplaatsvergunning op grond van de Vob nodig. 3

Aanvragen voor het verbouwen of vervangen van een bestaande woonboot of een bestaand bedrijfsvaartuig Indien een aanvraag voor omgevingsvergunning wordt ingediend, moet beoordeeld worden of de aanvrager inderdaad wenst dat deze aanvraag omgevingsvergunning als aanvraag voor gedoogbeschikking wordt aangemerkt. In het laatste geval hoeft de aanvraag niet te voldoen aan de indieningsvereisten voor een omgevingsvergunning en hoeven geen leges te worden betaald. Een aanvraag voor een omgevingsvergunning wordt volgens de reguliere procedure via de OLO (omgevingsloket online) ingediend. Indien een vervanging of verbouwing van een bestaande woonboot of bedrijfsvaartuig wordt gevraagd, wordt eerst beoordeeld of het mogelijk is een omgevingsvergunning bouwen te verlenen. Dit zal doorgaans niet het geval zijn. In dat geval gelden immers alle weigeringsgronden genoemd in artikel 2.10 van de Wabo. De indiener zal worden gevraagd zijn aanvraag voor een omgevingsvergunning in te trekken en een aanvraag om een gedoogbeschikking te doen. 6.Voorwaarden gedoogbeschikking Voor het afgeven van de gedoogbeschikking gelden de volgende voorwaarden: 1. Vob-vergunning: er moet een (ligplaats)vergunning op grond van de Vob zijn verleend; 2. Toetsingskader Vob: bij de beoordeling of een gedoogbeschikking voor bouwen kan worden verleend, wordt het reeds bestaande toetsingskader op grond van de Vob, zoals de uitwerkingsregels die op grond van de Vob zijn vastgesteld gehanteerd; 3. Bestemmingsplan: de woonboot of het bedrijfsvaartuig (ligplaats) moet passen binnen de bestemming van het ter plaatse geldende bestemmingsplan; 4. Welstand: diverse bestuurscommissies hebben welstandscriteria opgenomen in woonbotenbeleid. Indien welstandscriteria aanwezig zijn, worden deze als voorwaarde aan de gedoogbeschikking verbonden; 5. De onderdelen van het Bouwbesluit 2012, zoals geldend in de Brandbeveiligingsverordening 2013, zijn onderdeel van het gedoogkader en de woonboot moet voldoen aan deze onderdelen van het Bouwbesluit; 6. Tijdsduur: de gedoogbeschikking wordt voor bepaalde tijd verleend totdat de Wet verduidelijking voorschriften woonboten inwerking treedt. De gedoogbeschikking wordt uitsluitend verleend voor de activiteit bouwen omdat de betreffende woonboot of het betreffende bedrijfsvaartuig niet aan de eisen van het Bouwbesluit kunnen voldoen. De gedoogbeschikking wordt slechts verleend als er geen andere weigeringsgronden zijn. Hierop bestaat slechts één uitzondering: het bestemmingsplan sluit het bouwen van bouwwerken ter plaatse van de bestemde ligplaatsen uit. In dit verband wordt opgemerkt dat een reparatie van de bestemmingsplannen ten aanzien van dit aspect in voorbereiding is. 7. Toelichting bij voorwaarden gedoogbeschikking 7. 1 Vob-ligplaatsenvergunning Voor de woonboot moet op 16 april 2014 een ligplaatsvergunning op grond van de Vob zijn verleend of als het een bedrijfsvaartuig betreft op 26 november 2014. In geval een nieuwe eigenaar een aanvraag indient voor het innemen van een ligplaats, geldt als voorwaarde dat aan de vorige eigenaar op 16 april 2014 respectievelijk op 26 november 2014 een Vob-ligplaatsvergunning is afgegeven. 7.2 Toetsingskader Vob Er moet worden voldaan aan de uitwerkingsregels die op grond van de Vob zijn vastgesteld. Bij de beoordeling of een gedoogbeschikking kan worden gegeven, wordt tevens getoetst aan deze uitwerkingsregels, zie ook welstand. 7.3 Gedogen bij strijd met het bestemmingsplan. De Wabo-gedoogbeschikking ziet niet op eventuele strijd met het bestemmingplan (artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo). De woonboot moet passen binnen de regels van het ter plaatse geldende bestemmingsplan. Indien de woonboot niet past binnen de geldende bestemming, wordt de gedoogbeschikking afgewezen. 4

Hierop is één uitzondering mogelijk. In veel bestemmingsplannen is (in de bouwregels) bepaald dat binnen de bestemming Water geen bouwwerken mogen worden opgericht, dan wel is in de omschrijving van woonboot bepaald dat deze geen bouwwerk is. Ten gevolge van de uitspraken van 16 april 2014 en 26 november 2014 van de Afdeling bestuursrechtspraak kan het zijn dat een woonboot of bedrijfsvaartuig als bouwwerk moet worden aangemerkt en dat hierdoor strijd met het bestemmingsplan is ontstaan. Indien de strijdigheid met het bestemmingsplan enkel wordt veroorzaakt doordat een woonboot of bedrijfsvaartuig nu als bouwwerk moet worden aangemerkt en in de bouwregels van het bestemmingsplan is bepaald dat geen bouwwerken mogen worden opgericht, kan de Wabo-gedoogbeschikking tevens hierop betrekking hebben. In alle andere situaties waarbij strijd met het ter plaatse geldende bestemmingsplan is, zal een omgevingsvergunning voor planologisch strijdig gebruik (artikel 2.12 Wabo) moeten worden aangevraagd en verleend. Opgemerkt wordt dat een reparatie van de bestemmingsplannen met betrekking tot het toestaan van bouwwerken ter plaatse van de ligplaatsen in voorbereiding is. Het is mogelijk om de omgevingsvergunning voor planologisch strijdig gebruik afzonderlijk aan te vragen. Het is niet meer vereist dat de omgevingsvergunning voor bouwen (dan wel Wabo-gedoogbeschikking) gelijktijdig met de omgevingsvergunning voor planologisch strijdig gebruik wordt aangevraagd. Voor locaties waar geen bestemmingsplan geldt of geen regels met betrekking tot woonboten c.q. afmetingen voor woonboten zijn opgenomen, is het mogelijk dat de maten c.q. afmetingen voor woonboten zijn opgenomen in uitwerkingsregels op grond van de Vob of woonbotenbeleid van het stadsdeel. Deze maten gelden dan als maximum. 7.4 Gedogen wegens strijd welstandseisen De Welstandsnota "De Schoonheid van Amsterdam 2013 geldt niet voor welstand voor woonboten. Verschillende bestuurscommissies hebben wel welstandscriteria opgenomen in hun uitwerkingsregels c.q. woonbotenbeleid. Bij besluit van 26 november 2014 heeft de gemeenteraad over deze criteria dat de vastgestelde nadere regels met betrekking tot afmetingen en welstand voor woonboten en objecten als bedoeld in de artikelen 2.3.2 en 2.5.2 van de Vob, tevens worden aangemerkt als welstandscriteria in de zin van artikel 12a, eerste lid, van de Woningwet voor de beoordeling van bouwwerken. Indien welstandscriteria zijn opgenomen, worden deze dus als voorwaarde aan de gedoogbeschikking verbonden. 7.5 Gedogen wegens strijd Bouwbesluit In het Bouwbesluit 2012 worden voorschriften gegeven die zien op zaken als o.a. brandveiligheid, constructieve veiligheid en veiligheid van installaties. Omdat het nooit de bedoeling is geweest van de wetgever om woonboten als een gebouwde woning te laten fungeren zijn deze nooit aan technische eisen van het Bouwbesluit getoetst. Het zelfde geldt voor bedrijfsvaartuigen. De eisen uit het Bouwbesluit kunnen niet onverkort toegepast worden op de bestaande voorraad woonboten en bedrijfsvaartuigen. De Brandbeveiligingsverordening 2013 van Amsterdam was tot de uitspraak van de Afdeling - van toepassing op de woonboten en bedrijfsvaartuigen als zijnde geen bouwwerk. De Brandbeveiligingsverordening stelt regels ten aanzien van de brandveiligheid voor inrichtingen die geen bouwwerk zijn en verklaart bepaalde onderdelen van het Bouwbesluit 2012 ten aanzien van de brandveiligheid overeenkomstig van toepassing op deze inrichtingen. Nu de Brandbeveiligingsverordening niet meer van toepassing is op de woonboten en bedrijfsvaartuigen omdat ze bouwwerk moeten worden aangemerkt, worden de onderdelen van het Bouwbesluit 2012 zoals geldend in de Brandbeveiligingsverordening onderdeel van het gedoogkader. Voor de overige onderdelen van het Bouwbesluit wordt de technische staat van de woonboot of bedrijfsvaartuig gedoogd. Deze verordening wordt op termijn vervangen door de Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) brandveilig gebruik overige plaatsen. De concepttekst van deze nieuw AMvB is beschikbaar, onduidelijk is wanneer de AMvB in werking treedt. Bij een grote verscheidenheid aan situaties, zoals bij (woon)boten het geval is, is het niet altijd mogelijk om concreet aan te geven in welke gevallen het gebruik van het bouwwerk niet brandveilig is en dat een voldoende mate van brandveiligheid ook niet kan worden bereikt door het stellen van voorschriften. Dit zal dan per geval moeten beoordeeld. 5

In het gedoogbesluit wordt in ieder geval voorzien van beschermende voorwaarden op het gebied van de brandveiligheid, zoals; Het ontstaan van een brandgevaarlijke situatie moet zoveel mogelijk worden beperkt; De in de woonboot aanwezige installaties en toestellen en het gebruik daarvan moeten aan de daarop van toepassing zijnde veiligheidsvoorschriften voldoen. 8.Afwijken van gedoogkader Uitgangspunt is dat overeenkomstig het Amsterdams gedoogkader woonboten en bedrijfsvaartuigen wordt gehandeld. Echter de situatie kan zich voordoen dat het Amsterdams gedoogkader leidt tot gevolgen die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met het beleid te dienen doelen. In een dergelijke situatie kan het bevoegd gezag gebruik maken van haar inherente afwijkingsbevoegdheid. Hierbij wordt opgemerkt dat het afwijken van stedelijk kader te allen tijde moet worden afgestemd met het oorspronkelijk bevoegd gezag. Voor het afwijken van dit beleidskader is een advies van de RVE R&D noodzakelijk. 6